ff\
DE VROUW IN DE XXe EEUW.
DE BANK
Campagne voor
lichamelijke opvoeding.
VRIJDAG S JU Dl 1935
SPECIALE AANBIEDING.
Onderstaande patronen zijn tegen den prijs
van 38 ct. per stuk in de volgende maat
de zoogenaamde standaardmaat te ver
krijgen; bovenwijdte: 102 cM.; taülewijdte 82
cM. en heupwijdte 107 cM.
Door het al of niet aanknippen van naden
kan men 't patroon passend maken voor het
eigen figuur.
Nr. 572: aardige japon van genopte crêpe
georgette. Halsafwerking en ceintuur zijn van
hetzelfde materiaal in tegengestelde kleuren
vervaardigd. Benoodigd materiaal: 3.50 M.
van 100 cM. breedte en voor de garneering:
50 cM.
Nr. 573: japon van gestreepte zijde. Apart
is de halsafwerking van glasbatist. Een don
ker ceintuurtje voltooit het geheel. Benoodigd
4 meter zijde van 90 cM. breedte.
Deze patronen zijn dus tegen de prijs van
38 ct. per stuk in bovengenoemde maat te
verkrijgenij bij het bureau van dit blad. Bij
den prijs komt echter 6 ct. extra voor porto
kosten.
FLEURIGE
ZOMERJAPONNETJES.
Het lijkt wel of de mode dit jaar bijzonder
haar best gedaan heeft, om de japonnen zoo
fleurig mogelijk te doen zijn. Luchtige, soe
pele zijden stoffen met bloemige patronen
vormen het bij uitstek geschikte materiaal
voor deze japonnetjes.
Links ziet men een allerbekoorlijkst jurkje
van gebloemde georgette. De hals is afgewerkt
met wit glasbatist; en de breede ceintuur is
van witte georgette.
Midden een mantelpakje van genopte zijde
De diepe plooien in de rok springen open en
hebben een „inkijk" van effen materiaal. De
knoopen op het manteltje zijn in de kleur van
de noppen gekozen. Aardig is het hoedje van
hetzelfde materiaal.
Rechts: een eenvoudig japonnetje van ge
bloemde voile. Inplaats van mouwtjes doet
hier de breede pelerine dienst. De eenige gar
neering bestaat uit een ceintuur van zwart
fluweel. Ook het hoedje is zwart; een aardie
contrast met de levendige kleuren van het
jurkje.
Zoo ziet u. dat de jurken over het algemeen
zeer eenvoudig van snit zijn; maar materiaal
en pasvorm van het grootste belang zijn
voor het gedistingeerde cachet, dat iedere
vrouw graag aan haar kleeren heeft.
In onze straat is een plantsoen, en sinds
enkele weken staat er recht voor onze deur
een bank, niet zoo 'n klein kinderachtig
bankje, maar een baas van een bank, waarop
je gemakkelijk met je vijven zitten kunt.
Toen hij er werd neergezet, hebben we ons
afgevraagd of er wel ooit iemand op zou gaan
zitten, maar toen hij er een week stond, wis
ten we wel beter, „onze" bank is een drukbe-
klant bedrijfje, en die klanten zijn even uit
eenloopend van aard en ouderdom als de be
zoekers van een warenhuis.
Om te beginnen zijn er iederen morgen de
leerlingen van de U. L. O.-school in de buurt,
die in het vrije kwartier hun klandizie aan de
bank geven. Zoo oppervlakkig beschouwd lijkt
het alsof jongelui die al zoo wat twee uur adh-
ter elkaar hebben moeten stil zitten, blij zul
len zijn wanneer zij hun leden eens even
kunnen strekken. Maar dit komt blijkbaar met
hun waardigheid van U.L.O.-leerlingen niet
overeen, dat is goed voor de kleintjes van de
lagere school, die op het schoolplein luid
kwetterend ravotten; deze grooteren strijken
dadelijk op de banken in het plantsoen neer,
alleen het gekwetter is meestal even groot, al
zijn de stemmen minder hoog en schel en
speelt de „baard in de keel" een belangrijke
rol.
Als zij weg zijn, komen de moeders met
kleine kinderen, kleine dreumessen met dikke
beentjes scharrelen er rond, en maar al te
vaak moet moeder verbieden „niet op 't gras",
wat niet gemakkelijk is, want het gras grenst
direct aan dit plaatsje voor de bank en er is
geen afscheiding tusschen.
Renteniers kunnen tijdenlang achter elkaar
op de bank blijven zitten, hun stemgebrom
is dof, en het schijnt ons uit de verte toe dat
hun algemeenen kijk op de wereld en het
wereldgebeuren niet van de vroolijkste is.
In het koffie-uurtje installeert de tuinman
van de gemeente, die het plantsoen geregeld
komt onderhouden, zich genoegelijk op de
bank met een krant en zijn boterhammen. En
al kan hij er dan ook geen eigendomsrecht op
doen gelden, de bank is toch een klein beetje
meer van hem dan van ieder ander, omdat
hij 't plantsoen zoo keurig in orde houdt.
In de eerste uren na de koffie is er meestal
weinig belangstelling voor onze bank, maar
na drie uur begint het weer, nu met de oudere
dames, die een wandeling ondernamen, maar
die te weinig met het warme zomerweer reke
ning hielden, en daar zoowaar de bank ont
dekken die hun een aanlokkelijk rustplaatsje
aanbiedt. Zij zitten daar wat hijgerig, erg
warm en een klein beetje aan het eind van
hun energie.
Even na vieren steken de schooljongens
langs de bank het plantsoen over, zij slieren
hun tasch-pTus-alle-wijsheid over de zitting
of zij wippen zelf vlug van den eenen naar den
anderen kant, en zelfs ontdekken we een keer
een volhardend jochie die in zijn eentje als
maar aan 't probeeren was om de rugleuning-
te bewandelen.
In de avonduren komen de bankbezoekers
meestentijds met fietsen, die ze er voorzichtig
om zijn pas-geverfd uiterlijk tegenaan
zetten. Soms klinkt er een zoet Duitsch ge
kweel, soms vroolijk lachen, later op den
avond heelemaal niets meer, maar dan zit ex-
een paartje op, dat blijkbaar niet om de druk
te van het verkeer geeft.
Dit alles betreft het bezoek aan de bank op
weekdagen; op Zondag komen de echte „dag-
jesmenschen", heele families met kinderen die
even komen uitblazen, troepjes fietsers die
erover denken te gaan picknicken, maar die
bij nader inzien toch hun laatste restje fut
verzamelen om een koeler en vrijer plaatsje
te gaan opzoeken, oude echtparen, die druk
met zakdoeken en eau de cologne werken en
kleine hummels, die onder oppertoezicht van
een verschrikkelijk bijdehand zusje door moe
der erop uit gestuurd zijn.
Tenslotte zijn er dan nog de menschen die
met een ietsje gêne op een puxxtje van de bank
gaan zitten, bang dat het „gek" gevonden zal
worden. En wie weet hoevelen er op die ma
nier nog voorbijloopen, die wat graag zouden
gaan zitten, maar dat rondweg „gek" vinden!
E. E. J.—P.
EEN SPEELPAKJE.
Dit speelpakje is voor een kind van 1 tot
2 jaar bestemd en wordt vervaardigd op
pennen van 3 millimeter middellijn en een
haaknaald van 2V2 millimeter middellijn. 100
gram wol heeft men er voor dit model
noodig.
Het patroontje wordt op een volgende ma
nier gebreid:
lste toer 6 steken recht, 2 steken averecht;
dit de heele naald uit.
2de toer: op de 6 rechte steken, 6 averechte
steken maken en op de averechte steken 2
ï-echte.
3de toer: 5 steken recht, 2 steken averecht,
1 steek recht; dit herhalen tot de pen uit
4de toer: 2 steken averecht, 2 steken recht,
4 steken averecht.
5de toer: 4 steken recht, 2 steken averecht.
Dan begint men weer aan de eerste toer.
We zetten voor de onderkant van de voor
kant 20 steken op en breien 6 toeren aan
iedere zijde 1 steek meerderend. Daarna meer
dert men, aan iedere zijde 4 steken, net zoo
lang tot men een breedte heeft van 26 centi
meter. Dan breit men zonder meerderen tot
een hoogte van 22 centimeter.
Voor het armsgat aan iedere zijde 2 steken
afkanten daarna om de 2 toeren een steek
verminderen tot men een breedte heeft van
23 centimeter. Voor de halsopening verdeelen
we de steken op 2 naalden en breien de
schoudertjes apart. Daarvoor breien we om
de 2 toeren 2 steken samen aan de kant-
van de hals. Dit net zoo lang tot men voor
de schouder een breedte heeft van QV2 cM.
en het armsgat 12 cM. hoog is. Daarna af
kanten en de 2de schouder op precies de
zelfde wijze breien.
De rug breit men op dezelfde wijze als het
voorpand, alleen is de halsuitsnijding niet
puntig, maar vierkant.
Daarna naait men de beide deelen aan
elkaar; het eene schoudertje wordt dicht ge
stikt; het andere sluit met knoop en knoops
gat. Het broekje wordt tusschen de beentjes
eveneens met knoopjes gesloten.
De armsgaten, de hals en de pijpjes werkt
men af met een gehaakt randje in een con-
trasteerd kleurtje.
Daarna wordt het kleedingstuk onder een
vochtige doek opgeperst.
VAN OUDE JAPONNEN
EN WOL.
Als we onze kleerenkast eens nakijken,
dan vinden we daar vaak japonnen in die
gedeeltelijk versleten zijn; maar waarvan
andere deelen nog geheel goed zijn. Meestal
is het !t bovengedeelte, dat niet meer goed is
en waarom we de japon dan ook niet meer
di-agen. Aan de rok mankeert nog niet veel.
De tegenwoordige mode veroorlooft ons
van deze japonrokken een dankbaar gebruik
te maken. Het bovendeel knippen we een
voudig weg en in de taille rijgen we een
elastiek.
In- een harmonieerende of contrasteerende
kleur breien we dan bij deze rok een pull
over. Die kan heel grof gebreid zijn, zoodat
men tegen het werk niet op behoeft te zien
Heel moderxx is de vestvorm, zcoals het
linksche figuurtje di-aagt. Van een aixdere
oude japon heeft men een kraag met een
aaixgeknipte strik gemaakt. Dit stelletje zal
mexx met plezier dragen eix de japonneix, die
eerst in de kast hingen, hebbeix ook weer een
bestemming gekregexx.
De andere jumper is een weinig moeilijker,
deze is in strepen gebreid. De driekaixte
shawl, wordt apart gebreid eix los op de
jumper gedragen.
VAN OVERGEBLEVEN LAPJES
CRETONNE.
iibcut in lxaar lappenmand
wel lapjes cretonne, dat vroolijke bonte goed
dat de laatste jai-en zoom mode is geworden
voor gordijixeix, stoelbekleedingen enz. De
restjes, die we daarvaix over hebben gehou
den, zijn meestal te kleixx onx ïxog iets vaix te
maken en toch gaat het ons aan het hart
om die fleurige stukjes zoo zonder meer
weg te gooien. Maar, dat is ook niet ïxoodig.
Zelfs de kleinste lapjes kunnen we nog ge
bruiken.
Hebt u een echtgenoot die een hartstoch
telijk knutselaar is? Verblijd hem dan met
de spijkei-kist, die bovenaan op onze afbeel
ding staat. Het is een groote sigarenkist,
waarhx we vakjes getimmerd hebbexx. De
buitenzijde hebben we beplakt met de restjes
cretonne. Dit is een geschenk waar uw heer
gemaal vast en zeker mee ingenomen is.
Voor de kamer van uw dochter maken we
de onderlegger voor haar schrijftafel. Op een
stuk carton van behoorlijke afmetingen heb-
beix we wit vloeipapier geplakt. De hoekjes
worden met restjes fleurige cretonne afge
werkt.
Actueele Vroawenbelangen.
De vrouw, die meent zich eraf te kunnen
maken met de gemakkelijke verklaring: ik heb
geeix belaixgstelling voor politiek eix bemoei
mij er niet mee, vergeet altijd, dat de poli
tiek zich met haar bemoeit, n.l. dat in de
wetgeving ook vrouwenbelangen worden be
handeld, eix dat het niet geeft, of zij moppert,
nadat zij de schade van de aangenomen wet
heeft ondervonden, wèl, als zij, vóórdat het
wetsontwerp wet wordt, dit tracht te voor
komen, door haar bezwaren te uiten, hetzij
tot een Kaïxxerlid, dien zij keixt, hetzij iix een
adres, liefst voorzieix van een flink aantal
handteekeningen, aan de Tweede Kamer, het
zij in een ingezonden stuk in haar lijfblad.
Gelukkig zijn er xxog altijd vrouwen en vrou
wenorganisaties, die zich wèl met de politiek
bemoeien en af en toe, dank zij geregeld ha
meren op eenzelfde aambeeld, iets bereiken.
Zoo thans iix zake het ingediende wetsont
werp, betreffende de nationaliteit der ge
huwde vrouw. Het moge droge stof zijix, deze
quaestie in de verslagen te lezen, zij blijft een
actueel vrouwenbelang.
Voor de vrouw, die zich meer voor coixcrete
gevallen, dan voor theoretische vraagstukken
interesseert het volgende voorbeeld:
We keerden in het voorjaar terug uit het
buitenland. In België vroeg men onze paspoor
ten en rustig gaven we die, verzekerd, dat er
niets oxxtbrak aan oxxze blauwe boekjes, Naast
ons zat een dame, die met veel aplomb iets
vertoonde, dat niet veel meer beteekende dan
een visitekaartje. Op de vraag van den amb
tenaar verklaarde zij, dat zij geen paspoort be
zat, omdat zij geen ïxationalïteit had. De man
van de passen was ïxiet voldaan, vroeg haar
adres eix vermaande haar bixxnen 24 uur ïxa
haar aankomst de zaak ixx orde te brexxgen.
Na zijn vertrek zat de dame in quaestie hevig
in beixauwdheid voor de eventueele extrakos-
ten, herhalend, dat zij geen nationaliteit had.
Zij was getrouwd met een vreemdeling en
had daardoor volgens de wetten van haar
land haar rechten als staatsburgeres van dat
land verloren, terwijl de wetten van het laixd
vaix haar echtgenoot haar bleven beschouwen
als staatsburgeres van het land harer ge
boorte, Zoo was zij een vrouw zoixder natio
naliteit, zonder rechten, zonder aanspraak te
kunnen maken op den steuix van de over
heid uit eenig laixd.
Wie geweixd is aan haar rechten als staats
burgeres vaix eeix beschaafd laixd, kan die
rechtlooze positie niet overzien hx al haar
consequenties, maar zij vrage aan allen, die
de gevolgen ervan hebben ondervonden, wat
zij er van denken en zullen dan dankbaar
zijn, dat er bij ons een wetsontwerp is inge
diend. waardoor de Nederlandsche vrouw haar
Nederlanderschap nxag behouden, als zij huwt
met een vreemdeling en in het land van haar
echtgenoot niet automatisch, door haar hu
welijk zijn nationaliteit krijgt.
Alleen voor dit bijzondere geval -fxent het
wetsontwerp, want onze regeefing is nog
steeds van meening, dat het verkieslijker is,
dat het geheele gezin eenzelfde nationaliteit-
bezit. Trouwt de vrouw dus met iemand, in
wiens land zij bij haar huwelijk de nationali
teit van haar man verwerft of kan kiezeix,
dan verliest zij haar Nederlanderschap. Het
internationaal feminisme zou de vrouw het
recht willen toekennen, zelf te beslissen tot
welke nationaliteit zij na haar huwelijk wil
behooren. Al schijnt de quaestie in tijden van
vrede niet van bijzonder belang, in tijden van
oorlog of revolutie kan zij voor de vrouw zeer
veel betéekenen. Juist de treurige positie van
de vrouwen uit landen die in oorlog waren
met het land, dat zij door haar huwelijk als
vaderland moesten aanvaarden, heeft de quaes
tie van den nationaliteit der gehuwde vrouw
zoo op den voorgrond gebracht en geleid tot
nieuwe wetgeving in sommige landen en daar
door tot het verschil in wetgeving op dit ge
bied in de verschillende landen. De Int.
Conferentie voor de Codificatie van het Int.
Recht behandelde ook deze quaestie, maar
onze regeering ging niet over tot de onder-
teekening van het protocol in zake de staats-
loosheid, juist om haar bijzonder standpunt
omtrent de eenheid van nationaliteit voor het
gezin.
Het ingediende wetsontwerp kan thans een
leemte aanvullen en we twijfelen niet, of de
Staten-Generaal zullen het aannemen. Al
trouwt nog altijd een minderheid van Neder
landsche vrouwen met vreemdelingen, nie
mand weet, waartoe haar dochters of klein
dochters komen, dus we vermoeden, dat de
vrouw die zich niet met politiek bemoeit, haar
zusters dankbaar zal zijn, voor haar aanhou
den tot verkrijging van dit wetsontwerp.
Een ander vraagstuk, dat van invloed zal
zijn op onze Nederlandsche wetgeving al zal
het bij ons geen groote practische beteekenis
hebben, is dat de Int. Arbeidsconferentie te
Genève de ontwerpconventie heeft aange
nomen, waarbij ondergrondsche arbeid van
vrouwen wordt verboden, met uitzondering
van den arbeid van vrouwen, die een leidende
positie bekleeden en geen handenarbeid ver
richten. Het is een quaestie van arbeidsbe
scherming, waarmede niet alle vrouwen ac-
coord gaaxx maar die toch in de kringen, die
hierbij het meest belang hebben wel wensche-
lijk wordt geacht. Dat de vrouw uit de krin
gen. die over het algemeen vrijheid van arbeid
voor de vrouw verlangen, niet bij deze toe
komstige wetgeving wordt betrokken, maakt
haar meer aannemelijk voor de bestrijders
voor vrouwenbelangen. Dit is de beteekenis
van twee berichten van jongeren datum, welke
misschien ontgaan zijn aan haar. die „niet
aan politiek doen", maar die, zooals we mee-
nen, hier te hebben aangetoond, voor de vrou
wen toch van belang zijn.
EMMY J. B.
HET MENU VOOR DE
HEELE WEEK.
Zondag:
kalfsoesters, doppers en peulen, gekookte
aardappelen;
roompudding;
slagroom nxet aardbeien
Maandag:
biefstuk, andijvie, gebakken aardappelen;
fruit.
Dinsdag:
gehakt, bloemkool, gekookte aardapeplen,
maizenapudding.
Woensdag:
osselapjes, spercieboonen, gekookte aardap
pelen;
wentelteefjes.
Donderdag:
harde eieren, sla met mayonnaise, pom-
mes frites;
Vrijdag:
gestoofde aal, botersaus, gekookte aard
appelen;
sneeuwpudding.
Zaterdag:
roastbeef, postelein, gekookte aard
appelen;
flensjes.
De Britten moeten een volk van
r,A I menschen worden
(Van onzen correspondent)
Goede, athletische figuren vallen sterk op
in het menschenverkeer in Engeland. Ze zijn
uitzonderingen, welke een regel bevestigen. De
regel is, dat het Engelsche volk „C3" is. Indien
men het niet vóst zouden de Engelschen zelf
het vertellen. Er wordt in woord en geschrift
herhaaldelijk geklaagd over de bedenkelijke
lichamélij'kè" hoedanigheid van het volk. De
krachten zijn gegrond. Men vindt de bevesti-.
ging in de aanschouwing van zijn medemen-
schen op straat, in de tubes en bussen van
Londen en andere steden, ook in het noorden
van het land. De cijfers van de departemen
ten voor landsverdediging bewijzen dat het
gehalte van Candida ten voor dienst veel te
wenschen overlaat. Men heeft thans een be
gin gemaakt met een grootsche onderneming
welke van een „C3"-natie een ,,Al"-natie moet
maken. De aanduiding „Al" is ontleend aan
de qualificaties van Loyds. 't scheepsverzeke-
ringsbedrijf. Lloyds neemt alleen risico's voor
„Al"-schepen, dat zijn schepen van de beste
hoedanigheid en specificaties. De aanduiding
heeft toepassing gekregen voor het mensche-
lijk lichaam. Om goed te zijn moet het „AT
zijn. Men kan begrijpen hoe het is wanneer
het als ,,C3" wordt aangeduid. De nieuw inge
stelde Raad voor Ontspannende Lichamelijke
Oefening stelt zich het hoogreikend doel een
natie van Al-menschen te scheppen. Hij gaat
alle mannen, vrouwen en kinderen van het
land opwekken tot training, bedoeld hen licha
melijk en geestelijk gezonder te maken dan
zij zijn. De Koning en de Koningin zijn be
schermheer en beschermvrouw van de bewe
ging geworden. Lord Astor is president van
den Raad. Dokters, onderwijsmannen en be
kende kampioenen voor physical culture" ma
ken er deel van uit. Ministers en oud-ministers
van Onderwijs en Gezondheid hebben de
campagne hun zegen gegeven. Uit den Raad
wordt een Uitvoerend Comité gevormd, dat zal
moeten beginnen een overzicht te krijgen van
de bestaande gelegenheid voor ontspannende
lichamelijke oefening voor volwassenen, het
werk van reeds bestaande organisaties op dit
gebied te co-ordineeren en uit te breiden en
den zegen van lichamelijke ontspanning en
opvoeding te brengen aan de duizenden, die
alsnog buiten zulke organisaties staan.
Een deel van het aanzienlijk en nog steeds
toenemend bedrag van 's Konings jubileum
fonds zal worden gebruikt om de kosten van
de onderneming te bestrijden. In het leer
plan der lagere scholen wordt voldoende tijd
gegeven aan lichaamsoefeningen. Het geldt
niet voor dat der middelbare scholen en hier
in moet verbetering komen. En het moet een
nationale regel worden, dat ook na den
schooltijd ontspannende lichaamsoefeningen
een element van gewicht blijven in het leven
van tllen. Gemeentebesturen moeten leiders
benoemen, die verantwoordelijk zijn voor den
goeden physieken staat der gemeentenaren,
zooals het hoofd van de waterleiding verant
woordelijk is voor goed drinkwater en de di
recteur van de gemeentelijke electriciteitsfa-
briek voor den ongestoorden toevoer en de
onveranderlijke spanning van lxuisstroom. De
Raad is ingesteld op het geschikte oogenblik
want jong en oud zijn in dezen tijd even ont
vankelijk voor ideeën van dezen aard en wil
len met ijver en vuur meedoen aan hun ver
wezenlijking. Een jong meisje in Londen, dat
in haar verschijning de beste eigenschappen
van Atalanta, Venus en Bruenhilde schijnt te
vereenigen, heeft eigenhandig een vrouwelijk
gezondheidsverbond opgericht, dat in een
ommezien zijn takken heeft gespreid over de
gansche metropool en dat in de parken en
„commons" en andere open stadsplekken el-
ken dag de bewijzen toont van zijn bloei in
de massa-klassen van jonge en ook oude vrou
wen, die met klaarblijkelijke vreugde rompen
strekken en ledematen zwaaien en lichamen
wringen en wenden in posities, welke kracht
en extra rekbaarheid geven aan onderwerkte
spieren.
De nieuwe leuze is: Sport en lichaamsoefe
ning voor allen; en de secretaris van den
nieuwen Raad, die gezonde lichamen en ge
zonde geesten moet maken voor de bewoners
van het Vereenigd Koninkrijk heeft al gezegd,
dat men binnen niet te langen tijd een de
monstratie van Britsche sportsmannen en
-vrouwen op touw zal zetten die de wereld zal
verbazen.
A. K. VAN R.