Tsjang-Kai-Sjek, heerscher over China. DIESELTREIN BLOKKEERT DE LIJN HAARLEM-AMSTERDAM. Achter den Chineeschen Mussolini staat Japan DOOR EMILE SCHREIBER Aan den voet van den Chineeschen muur. Geheel rechts de heer Schreiber. Er zijn verschillende regeeringen in China dat dient erkend doch hoe men er ook over moge denken, één bewind is zeer be langrijk en zijn macht neemt bovendien nog dagelijks toe. Dat is de regeering van Nan king. Voor den min of meer gehaasten lezer kan men de ingewikkelde inrichting van China schematisch weergeven door te zeggen: „Als draagster van een invloedrijke macht in een derde deel van China, is de regeering van Nanking er thans in geslaagd twee derden te beheerschen en zij vecht er voor ook in het resteerende overigens zeer verdeelde derde deel te domineeren". Maar welke -is deze regeering- van Nanking en hoe is men er in geslaagd een dergelijk resultaat te bereiken? Want dat alles is maar niet zoo eenvoudig in zijn werk ge gaan. Er zetelt in Nanking een president van de republiek, die Ling-Sen heet. Hij is even be langrijk in China als koning Victor Emanuel in Italië. De feitelijke machthebber, de ziel van de toekomstige Chineesche Unie (want deze is bezig zich te verwerkelijken in het bekende langzame tempo, dat een dergelijk ambitieus plan in een oud en uitgebreid land als China nu eenmaal met zich meebrengt) is generaal Tsjang-Kai-Tsek, wiens beteekenis in de ko mende jaren nog zal toenemen. De generaal wil dezelfde rol spelen, en hij doet dat reeds, als Mussolini in Italië en Kemal Ataturk in Turkije Hij lijkt overigens meer op laatstgenoem de, daar hij evenzeer als deze militair is en er mee doorgaat de generaals der ononder- worpen provincies te bestrijden Het zijn deze generaals en hun troepen, die in China aangeduid worden als „rooden" of „communisten". Het is mogelijk, dat zich onder hen eenige communisten bevinden, die den opbouw wenschen werkelijk geïnspi reerd door de sovjet-leerstellingen, maar zij zijn uitzonderingen en blijven in ieder geval zonder invloed. En waar dezp legers naar geen enkel ideaal streven vormen zij in de oogen van de bevolking niets anders dan een mengelmoes van bandieten, hetgeen ook dikwijls het geval is. „Ruim je plaats voor mij in" zou men hun devies kunnen noe men, wat overigens niet het monopolie van de Chineesche politieke partijen is. Generaal Tsjang-Kai-Sjek is van een an dere mentaliteit. Bij het begin van zijn loop baan is ook hij niet ontsnapt aan dat oude spreekwoord: „De eerste koning was een ge lukkige bandiet". Oorspronkelijk was hij bankbediende en daarna studeerde hij in Japan in de krijgskunde. Begaafd met een zeldzame energie en daarnaast waaghals als geen ander wist hij zijn rangen te veroveren door de kracht van de vuist. Hij trad in dienst van Nanking tegen de zuidelijke pro vincies. raakte verscheidene malen in onge nade. werd soms gedwongen tijdelijk heen te gaan, doch werd steeds weer teruggeroe pen. omdat de zaken steevast misliepen, wan neer hij er niet was. Zooals het in China in den regel gaat bij generaals, die hun soldaten, of liever de koelies, dié voor hen vechten, moeten beta len, zoo heeft ook Tsjang-Kai-Sjek niet ver geten het noodige voor zichzelf te houden uit de offers, die het beschermde deel van de bevolking moest brengen. En zoo is hij van straatarm schatrijk geworden. En nu is het juist onder die omstandig heden, dat hij zijn groot karakter ontplooide. In tegenstelling met de meeste Chineesche generaals en politici, die zich na fortuin ge maakt te hebben terugtrekken om van hun rust te genieten, ging Tsjang-Kai door met strijden, d.w.z. het bestrijden van de ande ren. waarbij inbegrepen zijn vroegere officie ren, die van oordeel wa^en, dat er bij hem niet genoeg te verdienen was. Zij liepen kalm weg naar de vijandelijke legers over en daar zij een goede leerschool achter den rug had den slaagden zij er dikwijls in hun oude le ger te verslaan. Tsjang-Kai-Sjek heeft heel wat narigheid van deze menschen beleefd. Hij had bovendien nu en dan met veel te genspoed te kampen, maar totnogtoe behield hij tenslotte steeds de overhand. Toen de Chineezen opmerkten, dat Tsjang Kai-Sjek met zijn ongeveer 300.000 man, waartegenover zijn tegenstanders slechts 60.000 man stellen, in de kracht van zijn leven hij is nu 45 jaar den strijd en het harde leven op het veld voortzette, begrepen zij, dat hij niet voor zich zelf vocht, maar voor een bepaald doel en dat dit doel de unificatie van China was. Tsjang-Kai-Sjek, die zoo verstandig was bij zijn nieuwe politiek de oude tradities van zijn landgenooten te eerbiedigen gelijk het fascisme dat in Italië deed kreeg steun, doordat vele Chineesche intellectueelen zich als verdedigers opwierpen van zijn patriot tistische en nationalistische theorieën, welke vroeger onbekend waren in China. Instinctief, overigens verward en zeer langzaam be gint de enorme massa van dit volk er zich voor te interesseeren. Tsjang-Kai-Sjek is voor velen, ondanks zijn wat ruwe persoon lijkheid en bruusk optreden, de eenige, die in staat is eenmaal een eind te maken aan de Chineesche anarchie Zoo is de figuur van Tsjang-Kai-Sjek, die nog niet erkend wordt door het-groote-Euro- peesche publiek én die toch voor Europa van het grootste belang is in verband niet den snellen groei der pan-Aziatische beweging, welke gericht is tegen hetgeen door het gele ras genoemd wordt, „de penetratie der blan ken in Azië". Want generaal Tsjang-Kai-Sjek, die een Japansche opleiding heeft gehad laat ons dat niet vergeten! is misschien, evenals de hernieuwer van China, ook de man, die in staat zal blijken te zijn Japan en China te vereenigen. Door zijn toedoen zijn in de laatste maanden en in de laatste weken ten aanzien van de Chineesch-Japansche toe nadering beslissende stappen ondernomen. De berichtendiensten van de Europeesche landen zijn in het bezit van een document dat dezer dagen aan de gouverneurs der Chineesche provincies' is. gericht en waarin hun op het hart wordt gedrukt de Japansche agenten, die p :paganda maken tegen de boycot van Japansche producten, niet in hun werk te storen: die boycotbeweging is overal in China bezig aan het uitsterven. Tsjang-Kai-Sjek (en bepaalde Chineesche chauvinisten, speciaal Kantoneezen, maken hem er dan ook de heftigste verwijten over) speelt in de kaart van Japan. Hij weet de moeilijkheden te rangschikken en is er zich van bewust, dat het niet mogelijk is de op standige'generaals te bestrijden, wanneer hij in den rug door Japan bedreigd wordt. Hij voelt ook heel duidelijk, dat hij van twee slechte dingen het minst slechte moet kiezen en dat, waar China het nog steeds niet zon der een „voogd" kan stellen, steun van Japan normaler is dan die van Europa en Amerika Die steun of die invloed zijn reeds van dien aard, dat Japan, dat zich tegenover de blan ken als wachter van de Chineesche onafhan kelijkheid heeft opgeworpen, China niet meer toestaat nieuwe leeningen met Westersche staten te, sluiten. Japan, heeft reeds van China de erkenning de facto'van Mandsjoe- kwo verkregen, daar China zoo juist officieel de douaneposten aan de grenzen van den nieuwen staat geïnstalleerd heeft en ook het geregelde postverkeer heeft hersteld. China heeft dit voldongen feit aanvaard en zal in de toekomst nog vele andere accep teeren, want het acht het onderhouden van goede betrekkingen met Japan onvermijde lijk. Handelen in Europa groote staten als Italië en Spanje ten opzichte van Malta en Gi braltar soms anders tegenover Engeland? Europa", zeide mij in deze zelfde bewoor dingen een vroegere Chineesche minister, dien ik in Sjanghai een bezoek bracht. „Europa heeft, door in China alleen zijn eigen belangen te verdedigen, ons in de ar men van Japan gedrukt". Dit zijn dus de twee overheerschende fac toren in het huidige China: de strijd voor de unificatie, die met succes en met den steun van Nanking gevoerd wordt en de snelle toe nadering tot Japan. Is het noodig op de groote gevolgen te wijzen, die hieruit zoowel öp politiek als op economisch terrein zullen voortvloeien? (Nadruk verboden). VAN EEN BALKON GEVALLEN. Vrijdagmiddag had de schildersknecht Na gel uit Baarn, die werkzaam was op een bal-, kon van een villa aan den Eemnesserweg het ongeluk daar af te vallen. Vermoedelijk is dit gebeurd doordat hij zich aan één der steenen consols had vastgehouden, welke ble ken niet zeer vast te 'zitten. De man werd le vensgevaarlijk gewond. ZATERDAG 13 J U L I 1935 Drie woningen te Meppel afgebrand. Petroleumtoestel viel om. Vrijdagmiddag om half vier brak te Mep pel brand uit in de woning van J. v. d. Dol der, aan de Floresstraat 9. Het vuur moet ontstaan zijn door het omvallen van een pe troleumtoestel, staande in een houten schuurtje achter de woning, tijdens afwezig heid van. de bewoners. In een ommezien deel den de vlammen zich aan de woning zelve mede. Ook de belendende perceelen, bewoond door de gezinnen Van Aalderen en Pothof, bleven niet gespaard. Hoog laaiden de vlam men op, alles wat binnen hun bereik kwam verterend. Van de inboedels kon niets worden gered. Na een uur werken was de brandweer, die met groot materiaal was uitgerukt, vuurzee meester. De drie woningen, welke toebehoorden aan de Meppeler Bouw Ver- eeniging, zijn geheel uitgebrand. Eenige an dere woningen moesten worden ontruimd. De verloren gegane inboedels waren niet verze kerd. NIJENRODE VOOR HET PUBLIEK OPEN GESTELD. Het kasteel Nijenrode bij Breukelen is Vrij dagmiddag voor het publiek opengesteld. Prof dr. W. Vogelsang, directeur van het kunst historisch Instituut te Utrecht verrichtte de officieele opening. In zijn rede vestigde hij er de aandacht op. dat de geschiedenis van Nijenrode teruggaat tot de 12de eeuw en dat restauratie en uitbreiding van dit huis zich voltrokken hebben op een wijze, die ook den meest deskundige volkomen bevredigt. Van den heer Goudstikker noemde spr. het een gelukkige gedachte, dat hij heeft willen too- nen wat kunstwerken in zulk een schoone om geving kunnen doen. Het gezamenlijk beeld blijft den beschouwer sterker bij dan een der nieuwe musea dit ooit kunnen doen. Hierna sprak nog de heer Goudstikker. Chauffeur c!oor de warmte bevangen. Auto van een dijk gereden. Vrijdagmiddag omstreeks twee uur ïs een chauffeur van de N.V. Gebr. Los uit Amers foort door de warmte bevangen en met een zware vrachtauto bij Haastrecht van den -dijk gereden. D-e auto kantelde om en bleef tegen een boom staan, waarachter twee kinderen lagen te slapen. Gelukkig kwamen deze beide met de schrik vrij. De chauffeur had evenmin letsel bekomen, doch is in overspannen toe stand naar het van Iterson-Ziekenhuis te Gouda vervoerd. Achter op de auto zaten twee muzikanten, die de chauffeur waarschijnlijk onderweg meegenomen had. Deze werden van den auto afgeslingerd. Eén van hen kreeg een armbreuk, de andere verscheidene lichte kwetsuren Zij zijn eveneens naar het van Iterson-Ziekenhuis vervoerd. Twist met het mes beslecht. Inwoner van Breda ernstig gewond. Tusschen twee bewoners van de Stalling straat te Breda, van S. en H. is Vrijdagavond een ernstige twist ontstaan. Plotseling trok Van S. een mes en bracht H. daarmede een diepe steek in den rug toe. De man wist nog met veel moeite zijn woning te bereiken, waar hij bewusteloos neerviel. Terstond werd de Gemeentelijke Genees kundige Dienst alsmede dr. Hoffman gewaar schuwd. De dokter achtte de verwonding van dien aard, dat hij zijn overbrenging naar het St. Ignatiuszi-ekenhuis noodzakelijk oordeelde. Van S. vluchtte zijn woning binnen en sloot de deur, zoodat de politie den onverlaat slechts door deze deur te forceeren, kon arresteeren. De dader, die afkomstig is van het Heike, staat zeer ongunstig bekend. Reeds meermalen werd hij tot zware gevangenisstraffen veroordeeld. Reeds eenige weken bestond er tweedracht tusschen de families van S. en H„ welke zijn oorzaak vond in het leenen van geld. HET VERMISTE SCHIP IS TERECHT. De „Eben Haezer". het schip dat uit Rot terdam met een lading waterleidingsbuizen naar Oldenhove (Groningen) was vertrokken en geruimen tijd onderweg bleef, zonder dat de reederij wist waaraan het oponthoud te wijten was, is Vrijdag te Rdode Ham gèarri- weerd. Schipper Drenth heeft zich bij den burgemeester van Ojdenhove aangemeld. Hij heeft eenige dagen op de wadden voor Schier monnikoog vastgezeten en kon wegens den voortdurenden lagen waterstand niet los komen Bij aankomst te Zoutkamp was alles wel aan boord. Spoedig andere loonbijslag- regeling? Bollenstreek rekent op medewerking van Den Haag. Te Sassenheim is een vergadering gehou den in verband met de inschakeling van werkloozen in het bollenbedrijf met bijslag op het loon. De door de regeering wenschelijk geachte regeling, heeft, aldus was men van oordeel, sinds de toepassing na 1 Juli reeds zooveel fouten getoond, dat hoe eerder hoe beter daarmede moest worden opgehouden. Medegedeeld werd, dat de kans inderdaad zeer groot is, dat de regeering op haar inge nomen standpunt tegenover de bollenstreek zal terugkomen en dat het inschakelings systeem in de huidigen vorm zal verdwijnen. Een plan dat dezer dagen aan het departe ment is toegezonden, behelst dat de werk gever, alvorens voor bijslag in aanmerking te mogen komen, het noodzakelijke werk ge heel zelf voor zijn rekening moet nemen. Een bepaald bedrag dat in verband wederom met de wijze van arbeiden in de streek voor ver schillende tijdstippen verschillend is (onge veer in periodes van drie maanden), moet eerst per hectare verloond zijn. Eerst daarna kan hij arbeiders met bijslag op het loon ver krijgen Men heeft den indruk gekregen, dat er in Den Haag met spoed aan de zaak wordt gewerkt en men heeft gegronde reden te ver wachten, dat de nieuwe regeling, die de regeering voorbereidt', geheel of in hoofdzaak gelijkluidend zal zijn, zooals het advies' dat thans is uitgewerkt.- Proefrit eindigt met pech. Arbeiders zijn bezig de mast van de electrische leiding door te snijden. Zooals men ziet, was door dit kleine ongeluk het heele net uit zijn verband gerukt. Treinverkeer RotterdamAmsterdam over Uitgeest. Vrijdagmiddag kwart over twee is op de spoorlijn Haarlem-Amsterdam bij de splitsing van de sporen naar Am sterdam en naar Hoofddorp-Aalsmeer een Dieseltrein uit de rails geloopen, met het gevolg, dat hij een boog van de electrische geleiding omver reed, waardoor elk treinverkeer van uit Haarlem in de richting Amsterdam en de richting Aalsmeer verder onmoge lijk was. Het verkeer op de lijn Rotter dam-Amsterdam werd over Uitgeest en Zaandam geleid. Persoonlijke on gelukken kwamen niet voor. Ziehier in het kort wat Vrijdagmiddag on der de reizigers van en naar Amsterdam groo te beroering wekte en wat vele nieuwsgierigen naar de Amsterdamsche Vaart lokte. Om kwart over twee namelijk, of om juist te zijn, om 2.16 uur kwam een Dieseltrein, be staande uit een motorwagen en twee rijtuigen derde klas terug van een proefrit op de lijn Alkmaar-Uitgeest, zooals wel meer gebeurt. Het treinstel had eenige minuten in het sta tion te Haarlem gestaan en moest daarna te ruggereden worden naar de Centrale Werk plaatsen, die zooals men weet eenige honder den meters ten Oosten van het Spaame, even wijdig aan de Amsterdamsche vaart liggen. Om de emplacementen te kunnen bereiken moest men rangeeren. De trein reed dus door tot voorbij de aftakking van de lijn naar Aalsmeer en keerde toen terug op een ander spoor. „De laatst loodjes zijn het zwaarst', zegt het spreekwoord en dit heeft de blinkend- nieuwe Diesel ondervonden; zij zijn hem zelfs te zwaar gebleken. Want terwijl het grijze treinstel zich met een kalm vaartje van onge veer 30 K.M. per uur naar stal begaf, is het op den wissel van de Aalsmeerlijn een weg ge gaan, die niet de juiste was. Op een gegeven moment voelde men in den trein een schok en dadelijk daarna stond hij stil. Het bleek, dat op een of andere wijze de wissel te vroeg moet zijn overgehaald, want de achterste en de voorste wagen stonden op verschillende spo ren. Tot overmaat van ramp geschiedde dit precies op een plek, waar ook een boog van de electrische geleiding stond. Deze is voorname lijk door den zijkant van den middelsten wa gen getroffen en „en passant" meegenomen. Geen persoonlijke ongelukken Geluk bij ongeluk was nog, dat geen van de ongeveer tien inzittenden, al len werkzaam bij de Centrale Werk plaatsen, eenig letsel had opgeloopen. De gevolgen van de aanrijding waren noodlottig voor de regelmaat in den treinenloop; de mast werd omverge worpen en zakte in elkaar, half te gen, half op den trein. De zijkant van den wagen werd ernstig beschadigd en, wat nog erger was, door het val len van de draden was elk treinver keer tusschen Haarlem en Amster dam, een onderdeel van de drukste spoorlijn van het land dus, onmoge lijk geworden. Beide sporen waren versperd en dat juist tegen de groote drukte van de forensentreinen! De spoorlijn naar Hoofddorp was door den Diesel volkomen geblokkeerd. De reizigers van den eerstvolgenden trein uit Amsterdam konden overstappen in een ijlings uit het Haarlemsche station ontboden stoomtrein, die hen naar dit station vervoerde. Direct werden maatregelen getroffen om het verdere verkeer van de verbinding Rotterdam- Amsterdam in beide richtingen om te leiden over Uitgeest en Zaandam. Zij, die haast hadden, konden ook per elec trische tram van de N.Z.H.T.M. naar Amster dam of naar Haarlem gaan. Dadelijk na het gebeurde was politie aanwe zig, die de vele nieuwsgierigen, fietsers, auto mobilisten en voetgangers, den toegang tot de spoorbaan via de brug van den Aalsmeer- trein belette. Ook de hoofdinspecteurs M. Woud en G. A. Drayer en de inspecteur J. D. Duijts waren aanwezig, evenals de substituut-officier van justitie mr. A. R. Andringa. De stationschef, de heer J. J. van Viegen, voegde zich latei- bij het gezelschap. Zoo gauw mogelijk werd onder leiding van ingenieurs het opruimingswerk begonnen. Da delijk na het déraillement was de stroom op het betreffende baanvak afgesloten, zoodat men zonder gevaar kon werken. De gevallen boog werd gestut en met snij apparaten door gebrand, opdat men de op vele plaatsen ge deukte en beschadigde wagens vrij kon krij gen. Bij informatie kon men ons Vrijdagavond nog niet vertellen, wanneer het opruimings werk zal zijn beëindigd. Men werkte met man en macht om de drukke spoorbaan Haarlem- Amsterdam vrij te maken. Voorloopig zal een hulpboog moeten worden opgesteld om de draden te spannen. Wanneer echter de treinen weer over het baanvak zouden rijden viel niet te zeggen. Ook de schade kon nog niet worden bepaald." Omtrent-de oorzaak van deze pech van den Diesel had men evenmin zekerheid. Men acht het in de kringen der Nederlandsche Spoorwe gen practisch onmogelijk, dat de wissel te vroeg- zou zijn omgehaald, zonder dat een sein was gegeven. De snelheid van den DieseL was gering, dus daarin kan de reden ook niet lig gen. Het onderzoek door technici zal moeten uitwijzen, waardoor het ongeval met dit pech- kind der Spoorwegen geschiedde. Intusschen veroorzaakte het gebeurde veel last. In de hall van het station werden de rei zigers op de hoogte gebracht. Aan den spoorwegovergang aan de Klever laan stonden Vrijdagavond twee agenten, een Bloemendaalsche op Bloemendaalsch en een Haarlemsche op Haarlemsch gebied, om de drukte te regelen. Elk oogenblik suizen daar de treinen voorbij, want de reeds drukke lijn heeft thans ook het verkeer Rotterdam-Am sterdam te verwerken. Op de bureaux der Ne derlandsche Spoorwegen heeft de ontsporing overstelpende drukte gebracht. Het is voor de Spoorwegen wel onaange naam, dat deze pech nu juist een Diesel moest treffen. Toen de vriendschap bekoelde. Ingewikkelde zaak eindelijk door de politie opgelost. De Rotterdamsche recherche heeft den laatsten tijd een ingewikkelde zaak behandeld Daarmede werd half Mei begonnen, toen men bij de controle van een bank van leening te Rotterdam een zeer kostbaren armband met' edelsteen aantrof, beleend door een zekeren J. K.. 34 jaar oud, die bij de politie de repu tatie van „Gentleman"-inbreker en smokke laar heeft. Vermoedende, dat er misdrijf in het spel was, werd de armband in beslag genomen. Het sieraad zat in een etui, waarop gegraveerd was: „L. Gielen. a sa femme Irma". Daar onder stond nog „mazel". Men ging op zoek naar menschen, die Gielen of Mazel heeten en men zocht ook in België, waar men een mijnheer Gielen vond. Deze werd de armband getoond, welken hij zeide te kennen. Voorts vertelde hij, dat hij dezen armband jaren geledén aan een dame, Irma genaamd, had gegeven, toen hij met deze dame gehuwd was. Waar zijn gescheiden echtgenoote nu verbleef wist hij niet. De Belgische politie slaagde er in, de dame Irma te vinden. Ook zij herkende den arm band en zei tot den Rotterdamsschen recher cheur, die haar den armband toonde, dat een vriend van haar J. K„ den armband voor haar meegenomen had naar Rotterdam. Op de vraag of K. het sieraad voor haar beleend had, gaf zij een bevestigend antwoord. De politie kwam dus tot de conclusie, dat er geen misdrijf in het spel was en depo neerde den in beslag genomen armband weer bij de Bank van Leening te Rotterdam. De zaak leek afgeloopen, maar dezer dagen ver scheen de Antwerpsche Irma te Rotterdam, en zij herriep haar verklaringen. J. K. had wel den armband, en bovendien nog een edelsteen dezen laatste in Den Haag beleend, maar hij had het geld, zijnde f 1800 niet afgedragen. Destijds was K. nog een zeer geliefd vriend van haar en om hem te redden, had zij tegen de politie gezegd, dat zij het geld had gekregen. Thans verklaarde zij, dat zij de sieraden aan K. had gegeven om deze in Holland te laten taxeeren. Zij dacht, dat alles in orde was, maar het bezoek van den Rotterdamschen rechercheur maakte haar duidelijk, dat de zaak niet klopte en daarom ging zij na dit bezoek, waarbij zij de politieman dus met een kluitje in het riet had gestuurd, dadelijk naar Parijs, waar J. K. vertoefde, om hem rekenschap te vragen. K. bekende tegenover haar, dat hij den armband voor duizend gulden te Rotterdam had beleend en den edelsteen voor achthon derd gulden te Den Haag. Hij had dit ge daan, omdat hij geldgebrek had. Dit geldge brek was door dit bedrag nog niet gelenigd en daarom wilde K. aldus zeide hij te Parijs tegen Irma de twee beleende briefjes opnieuw doen beleenen, om er een bedrag van achthonderd gulden op te krijgen. Hier voor moest Irma haar goedkeuring geven en inderdaad heeft zij na eenig aandringen van K., schriftelijk haar toestemmnig gegeven. Op die manier had K. dus van haar beleend een armband voor f 1000, een edelsteen voor f 800 en twee beleende briefjes opnieuw voor f 800, zoodat hij Irma f 2600 schuldig was. De vriendschap tusschen Irma en J. K. is na dien tijd bekoeld. K. is verdwenen en daarop is Irma naar Rotterdam gekomen om precies aan de politie mee te deelen, wat er is gebeurd De politie zoekt thans K., die bovendien nog gesignaleerd staat voor een boete Vass f 500 wegens smokkelarij. O. KAMERLINGH ONNES OVERLEDEN. Te Bergen (N.H.) is op 73-jarigen leef tijd overleden de heer O. Kamerlingh Onnes, oud-directeur van het bureau voor handels inlichtingen te Amsterdam en oud-raadsiki der hoofdstad.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1935 | | pagina 2