K. L. M. weer door een ramp getroffen.
Kwikstaartnabij Schiphol neergevallen.
ff
Zes dooden en twee gewonden.
Na de Uiver- en Leeuwerik-ramp is ons land Zondagmorgen
opgeschrikt door een vliegtuigcatastrofe in de onmiddellijke nabij
heid van Schiphol. Kort na de start is de F 22 P. H.-—A. 3. Q., de „Kwik
staart" verongelukt. Vier leden van de bemanning en twee passa
giers zijn bij het ongeluk om het leven gekomen. De veertien andere
inzittenden, dertien passagiers en de hofmeester, wisten zich te
redden in de enkele seconden, welke verliepen tusschen de botsing
met den grond en het in brand vliegen van de machine. Zij liepen
echter meerendeels verwondingen op, zij het meestal niet van
ernsfigen aard.
De „Kwikstaart" startte om 9.58 uur met bestemming naar Hamburg,
Kopenhagen en Malmö. Even later is het toestel op ruim twee kilo
meter afstand van Schiphol naar beneden gekomen.
Dertien passagiers en
hofmeester gered.
Volgens verklaringen van den ge
redden hofmeester Haberer en den
eveneens geredden Deenschen pas
sagier Peterson kreeg het toestel on
middellijk na den start op geringe
hoogte naar schatting ongeveer 25
]VI. moeilijkheden, vermoedelijk
door het sterk terugloopen in toeren
van de twee linker motoren. De vlieg
tuigbestuurder gezagvoerder H. Sil-
berstein probeerde het vliegtuig in
den polder te doen landen. Bij deze
poging botste de linkervleugel tegen
den dijk van den nieuwen weg, in
aanleg tusschen Amsterdam en Den
Haag, Tengevolge hiervan viel het
vliegtuig onmiddellijk achter dezen
dijk aan de Noordwestzijde op
een bouwland.
Direct daarop vloog het toestel in
brand, waardoor slechts een gedeelte
van de inzittenden zich in veiligheid
konden stellen. Twee passagiers, de
heer en Newman en Hodson, beiden
van Engclsche nationaliteit en op weg
van Londen naar Kopenhagen, en
vier leden van de bemanning zijn he
laas in het vliegtuig omgekomen. De
namen van cle leden der bemanning
die bij deze vliegramp het leven heb
ben gelaten, zijn de gezagvoerder H.
Silberstein, de radio-telegrafist G.
F. Nieboer, de werktuigkundige G.
Brom en de leerling-werktuigkundige
L. J. van Dijk.
Dadelijk na het eerste bericht over de
vliegramp togen wij met onzen fotograaf per
auto naar de plaats. Aanvankelijk wisten wij
alleen dat het in de nabijheid van Schiphol
moest zijn. Waar de nieuwe rijksweg Amster
dam-Schiphol met een viaduct den Spaarn-
wouderweg snijdt, stonden veel auto's en be
langstellenden. Aller oogen waren Noord
waarts gericht, waar tegen den dijk, op on
geveer 50 Meter van den weg, een stapel ver-
wrongén- metaal lag. Het wrak van den „Kwik-
De politie agenten uit Haarlemmermeer
en Amsterdam, alsook militaire politie en rijks
veldwachters zorgde voor de afzetting. Nie
mand werd bij het wrak toegelaten. Wel kre
gen wij toestemming op eenigen afstand foto's
te maken, zelfs gelukte het ons nog één foto
van zeer dichtbij te knippen. Wij zagen dat
de omgekomen slachtoffers nog onder het
wrak bedolven waren. Een vreeselijke aanblik.
De auto's van den Geneeskundigen Dienst uit
Amsterdam stonden klaar om als daarvoor
toestemming gegeven zou worden, de lijken
onder de ruïne weg te halen om die naar Am
sterdam over te brengen,
Ooggetuigen aan het woord
Een landbouwer, die in de onmiddellijke
nabijheid woont, (bescheiden verzocht hij ons
zijn naam niet te vermelden) heeft het onge
luk bijgewoond. Ik reed, zoo vertelde hij ons,
per fiets op den Spaarnwouderweg op onge
veer 200 Meter van het viaduct. Ik zag om
half tien de „Kwikstaart" op Schiphol star
ten. (De afstand van het viaduct tot het
vliegveld is nog geen 2 K.M.). Al dadelijk was
het wij zien hier zooveel machines starten
zoodat wij er als ondeskundigen ook een kijk
op gekregen hebben te zien, dat het niet
ging zooals het moest. De „Kwikstaart" kon
blijkbaar niet goed van den grond komen, de
hoogte niet krijgen. Eerst hoorde ik een motor
afslaan en later nog een (de machine heeft
er vier). „Dat gaat mis" zei ik in mij zelf,
De hoogte leek af en toe niet meer dan 6
Meter. Eerst was zij in Noordelijke richting ge
vlogen, maar toen zag ik haar draaien. Was
het de bedoeling van den bestuurder om weer
naar het vliegveld terug te keeren? Opeens
hoor ik een harden slag, achter den dijk zie
ik de machine vallen. Ik haast me per fiets
naar de plaats van het ongeluk. Dat duurde
maar een oogenblik, want ik was tijdens de
manoeuvres, die de machine in de lucht ge
maakt had, al dicht bij den dijk gekomen
Maar toen ik aankwam sloegen de vlammen
al uit het wrak. Ik wilde naar de machine
snellen om de menschen te redden. Eenige
wielrijders die in de nabijheid stonden, wilden
me tegen houden. „Pas op" zoo waarschuw
den zij „dadelijk komt een explosie. Maar
ik liet me niet weerhouden. Wie zou niet hel
pen als er medemenschen in gevaar zijn. Ver
schillende inzittenden van het' vliegtuig kon
den de reeds brandende machine verlaten..
Eenige gewonden heb ik geholpen uit de on
middellijke nabijheid van het vuur te brengen,
o.a. een meisje. Dadelijk nam het vuur in he
vigheid toe. Het .was duidelijk dat wie zich
niet gauw in veiligheid had kunnen stellen in
de vlammen moest omkomen. Het was een
verschrikkelijk oogenblik. Wij wisten dat er
nog menschen in het brandende vliegtuig wa
ren, maar konden toen niets meer ter redding
doen
Een auto van de Amsterdamsche brandweer
kwam wel spoedig, maar toen die gearriveerd
was, kon zij niet anders meer doen dan het
vuur van hét toen al uitgebrande wrak blus-
schen. Het was duidelijk dat de slachtoffers
die onder de ruïne bedolven waren, niet meer
te redden waren. Hun lijken waren vreeselijk
verminkt. Ik ben vlak bij het wrak geweest.
In dé ruïne waren 6 lijken te tellen. De be
stuurder had nog de vliegkap op het hoofd
en de bril voor de oogen.
Intusschen waren de geredden met taxi's
en gerequireerae particuliere auto's naar
Schiphol gebracht. Ik kreeg den indruk, dat
er niet veel ernstig gewonden zijn, wel waren
de meesten erg van streek.
Een andere ooggetuige vertelde, dat hij de
Kwikstaart langs den dijk had zien vliegen.
Plotseling sloeg de linkervleugel tegen den
dijk. De vleugel brak en daardoor draaide het
toestel een halven slag om. Een halve minuut
nadat de botsing had plaats gehad sloegen de
vlammen al uit. Eerst brandde alleen de ca-
bine, maar weldra verspreidde het vuur zich
over de geheele machine. De vlammen laaiden
huizenhoog op, bovendien werd er veel rook
gevormd.
H S. Boersma, uit Amsterdam vertelde ons,
dat hij de eerste was die bij het gevallen vlieg
tuig kwam. Hij is met andere wielrijders uit
Amsterdam geregeld op Zondagmorgen op die
plaats aan het trainen. Toen ik er bij kwam
zoo zei hij brandde het vliegtuig nog niet.
Ik heb onmiddellijk geholpen bij de redding
van de passagiers. Een dame die ik uit de ma
chine trok was blijkbaar nog al vrij ernstig
gewond, zij bloedde uit haar mond. De passa
giers zijn door de achterdeur ontkomen. Ik
kreeg den indruk, dat na, de val onder de pas
sagiers een paniek is uitgebroken. Daarom
verwondert het mij nog, dat er nog zooveel in
veiligheid gebracht konden worden. Toen de
machine al brandde zag ik den bestuurder
tegen een ruit der cabine slaan, blijkbaar
wilde hij mij nog iets beduiden, maar ik be
greep het niet. Het bloed stroomde hem uit den
mond. Hij was dus al bij den val gewond.
Spoedig kreeg het vuur zoo'n omvang, dat
wij ons ook verwijderen moesten, geen hulp
meer konden bieden.
Na het ongeluk was men op Schiphol na
tuurlijk zeer onder den indruk. Het was er
druk, maar niet de lévendige opgewektheid
van andere dagen. Integendeel: een sombere
verslagenheid. Wel startten of daalden de ma
chines als gewoonlijk, maar alles geschiedde
zonder eenig vertoon. Ook in hét restaurant
was het wel druk, doch de vliegramp legde op
allen een angstige zwijgzaamheid. Elk was on
der den indruk van de ontzettende ramp
waardoor de K. L. M. opnieuw getroffen is.
Aler, de chef
van den vliegdienst vertelt.
dat 13 passagiers en de hofmeester zich heb
ben kunnen redden. Er zijn onder hen eenige
;ewonden, maar mijn indruk is dat hun toe
stand niet ernstig is, hoewel het toch noodig
was om eenigen naar ziekenhuizen in Amster
dam over te brengen. De geredde passagiers
zijn eerst met- auto's naar Schiphol gebracht,
waar aan de gewonden de eerste hulp werd
verleend.
Omtrent 4 leden der bemanning en 2 pas
sagiers bestaat de vrees dat zij omgekomen
zijn. Absolute zekerheid daarvan heb ik op
dit oogenblik evenwel nog niet, omdat de lij
ken nog niet geborgen zijn. Misschien....
Hier moesten wij hem alle hoop ontnemen.
Wij vertelden hem, dat wij vlak bij de ruine
van ijzer en staal geweest waren, waarbij het
mogelijk geweest was om 6 slachtoffers te
tellen.
De machine is 30 seconden nadat de botsing
met den dijk plaats had, in brand gevlogen.
- Hoe verklaart u dat in dien korten tijd
zich nog 14 personen hebben kunnen redden?
De heer Aler antwoordde: De machine is
het eerst aan den voorkant in brand gevlogen.
De menschen die in de kajuit zaten hadden
dus nog eenigen tijd om te ontkomen voor
het vuur hen bereikte. Zij zijn door de deur
ontkomen die achter in de kajuit zit.
De grootste verwoestingen aan het vliegtuig
zijn aangericht door het vuur. Door den val
is wel de linkervleugel gebroken, maar verder
moet het vliegtuig door den val niet veel ge
leden hebben. Dat is pas gekomen door het
vuur. Alle passagiers waren op één na bui
tenlanders, Duitschers. Engelschen, Zweden
Denen en Noren. Er was één Nederlander bij
Peil, die niet gewond werd.
Silberstein was een goed piloot. Hij is Duit-
scher van geboorte. Voor hij twee jaar gele
den bij de K. L. M. kwam heeft hij 4 jaar bij
een Dui' %,'xe maatschappij als verkeersvlie
ger gewerKt. Daar had hij een goeden naam.
die hij in den tijd dat hij bij de K. L. M.
gevlogen heeft, bevestigd heeft.
De'ramp heeft op Schiphol groote ontzet
ting teweeg gebracht.
Uit de hoofdstad werd onmiddellijk hulp
van den Gemeentelijken Geneeskundigen en
Gezondheidsdienst naar het vliegveld gezon
den. Ook de hulp van de Brandweer werd in
geroepen. De betrokken autoriteiten en de
Directie van de K. L. M. werden onmiddellijk
van het gebeurde in kennis gesteld.
„Een paniek onder de passagiers
Aler, de chef van den vliegdienst op Schip
hol, vertelde ons met een trilling van leed in
zijn stem, wat hem van de ramp bekend was.
De P. H. A. J. Q., F 22 „Kwikstaart" was een
groote 4 motorige „Fokker". Om half tien was
de machine op Schiphol gestart voor een
vlucht HamburgKopenhagenMalmö. Het
vliegtuig kreeg maar een geringe hoogte, blijk
baar door het sterk terugloopen van het aan
tal toeren van de twee linker-motor en. De ma
chine kwam niet meer dan misschien 25 M.
van den grond. Ik zag al dadelijk dat het niet
goed ging. Met angst staarde ik de Kwik
staart na. De gezagvoerder H. Silberstein
wilde blijkbaar keeren om in den polder te
landen. Bij deze poging is de linkervleugel
van het vliegtuig tegen den dijk gestooten,
waardoor het bij den dijk tegen den grond
sloeg. Onmiddellijk zijn wij er heen gegaan
om hulp te bieden. In de „Kwikstaart" zaten
20 personen, 5 leden der bemanning en 15
passagiers. Op dit oogenblik weten wij zeker
Wij spraken een der geredde passagiers, den
heer Treschaw uit Zweden. Hij was, zooals te
begrijpen is, zeer onder den indruk van het
gebeurde.
Ik zat, zoo vertelde hij, in de nabijheid
van de buitendeur, dus achter in het toestel.
Wij waren normaal opgestegen, doch even na
den start moest er iets niet in orde zijn. Het
toestel verloor hoogte en de piloot draaide.
Nog hadden wij geen oogenblik de gedachte,
dat er zoo snel een ramp zou gebeuren. Plot
seling voelde ik een zwaren schok, ik greep mij
vast aan de leuning van den stoel en op het
zelfde oogenblik zag ik, dat de cabinedeur
open zwaaide en de steward naar buiten
sprong. Ik volgde hem en wist gelukkig bui
ten te komen. Wat er precies verder gebeurde
kan ik niet zeggen. Onder de passagiers was
een paniek ontstaan. Ieder poogde zich in vei
ligheid te stellen. Wat ik hier vertel speelde
zich in luttele seconden af. Een' explosie volgde
en een steekvlam sloeg naar buiten. De pas
sagiers lagen toen voor het grootste gedeelte
buiten het toestel op den grond. Er speelden
zich in dit korte oogenblik vreeselijke toorxee-
len af. Over den aard der verwondingen kon
de heer Treschaw niets mede deelen. Ik zelf
ben er goed afgekomen, zoo besloot hij zijn
verhaal.
,,Pas op, er gebeurt een ongeluk
Wij hadden Zondagmorgen in het hotel op
Schiphol voorts nog een onderhoud met een
der geredde passagiers, den heer Petersen,
ingenieur te Kopenhagen. De heer Petersen
vertelde ons, dat hij 's morgens met het toe
stel uit Londen aangekomen was en dat hij
via Schiphol doorvloog naar Malmö. Ik zat,
zoo zeide de heer Petersen, die nog zeer on
der den indruk van de ramp was, in het
tweede compartiment van achteren gere
kend. Nauwelijks waren wij op Schiphol op
gestegen of ik merkte dat er iets niet in orde
was. Ik vlieg zeer veel en dan krijg je kijk
op dergelijke dingen. Wij waren pas enkele
minuten in de lucht, toen ik merkte, dat
het toestel snelheid verloor en geen hoogte
hield. De piloot poogde te keeren. Hierbij
verloor het toestel nog meer hoogte en ik
merkte, dat hij van plan was te landen. Het
toestel gleed' op een gegeven moment af en
ik riep naar de passagiers, die voor mij in
de cabine zaten: „Pas op. er gebeurt een on
geluk". Ik heb mij stevig vastgehouden en
daaraan heb ik het te danken, dat ik er af
gekomen ben met een schaaf wondje op mijn
rechterbeen. Een betrekkelijk lichte schok
volgde. Het toestel was tegen den dijk gesla
gen. De deur zwaaide open en wij gingen zoo
gauw mogelijk naar buiten. Een paar dames
waren op den grond gevallen en in half be-
wusteloozen toestand werden zij naar bui
ten getrokken. Het was een vreeselijk oogen
blik toen de machine vlam vatte. Van de be
manning heb ik niets gezien. Een steekvlam
sloeg door de cabine. Wie er nog binnen was,
was reddeloos verloren. Alles wat ik u nu
vertel, speelde zich in enkele oogenblikken
af. DireQt nadat het overgroote deel van de
passagiers op den grond stond, stond het
toestel in lichtelaaie. De oorzaak van de
ramp kan ik natuurlijk niet beoordeelen.
Maar ik heb den indruk, dat de piloot alles
gedaan heeft, wat hij kon.
De omgekomen bemanning.
De piloot H. Silberstein is twee jaar in
dienst geweest van de K.L.M. Daarvoor was
hij vier jaar bij de Deutsche Luft Hansa
werkzaam geweest. Hij was een zeer be
kwaam piloot, en had vier tochten naar Ne-
derlandsch-Indië achter den rug.
De radio-telegrafist G. F. Nieboer, is in
1SG5 te Veen dam geboren. Hij was elf jaar in
dienst bij de Maatschappij Radio-Holland en
kwam in 1934 bü de K.L.M.
De werktuigkundige G. Brom was in 1905
geboren. Brom was gehuwd, doch had geen
kinderen.
De leerling-werktuigkundige L. J. van
Dijk. was in 1897 geboren. Gehuwd zijnde was
hij vader van twee kinderen
Op het terrein van de ramp
Het terrein van de ramp bood een vreese
lijke.aanblik. Het geheel uitgebrande toestel
lag met de staart en de achterroeren tegen
den dijk op. De motoren waren niet meer
dan een ruïne van uitgebrand staal en ijzer.
De propellers waren verbogen en staken voor
een deel in den grond. Van het houtwerk
was niets meer over. Alles is volledig door
het vuur vernield. De lijken van de beman
ning, die zic'n nog in de cockpit bevonden,
waren niet te herkennen. Het was een af
schuwelijke aanblik.
Ook van de bagage is zoo goed als niets
over. Hier en daar lag nog een stuk te smeu
len tegen verbogen stangen en verkoolde
resten van het eens zoo trotsche vliegtuig.
De cabine is geheel verdwenen. Van het in
strumentenbord was weinig of niets over.
Ook de vleugels waren vrijwel geheel ver
dwenen.
Toen men op Schiphol zag welk een ramp
er gebeurde, werd onmiddellijk de brand
weer, de politie en de eigen reddingsdienst
gemobiliseerd. Weldra was behalve de mili
taire politie, die voor de afzetting van den
weg zorg droeg, ook de Amsterdamsche poli
tie aanwezig, evenals de Rijkspolitie. Ook de
Amsterdamsche brandweer was weldra ter
plaatse. Met één straal werd water gegeven.
Het toestel was toen echter reeds voor het
overgroote deel uitgebrand. De G. G. en G.D.
was met 5 wagens aanwezig en onmiddel
lijk werd begonnen met het transport van de
gewonden. Op het terrein waren voorts aan
wezig de burgemeester van Amsterdam Dr.
de Vlugt, de burgemeester van Haarlemmer
meer Slob, wethouder Rustige, de advocaat-
generaal bil het Gerechtshof te Amsterdam,
Mr. D. Reilingh, de officier en substituut of
ficier van justitie bij de Haarlemsche recht
bank mrs. Andriga en Paardekooper Over
man en vele andere autoriteiten.
De heer A. Piesman, directeur van de K.L.M.
vertoefde Zondagmorgen nog te Groningen
in verband met de gisteren plaats gehad
hebbende opening van het nieuwe stations
gebouw te Eelde. Hij werd te Groningen van
de vreeselijke ramp op de hoogte gesteld,
waarna de heer Piesman zich onmiddellijk
per vliegtuig van Eelde naar Schiphol begaf.
Een verklaring
van den heer A. Piesman.
MAANDAG 15 JUDT 1935
Leiden, aan wien de sectie is opgedragen, in
samenwerking met Dr. Slotboom van de K.
L. M., geïdentificeerd.
Door deze medici is tevens vastgesteld, dat
deze slachtoffers bij de botsing met den
grond om het leven zijn gekomen.
Tot zoover de verklaring van den heer
Piesman.
De directeur der K.L.M. was, zooals begrij
pelijk, zeer onder den indruk van het ge
beurde Hij kon nog geen nadere inlichtingen
geven over mogelijke oorzaken van de ramp.
Het bureau van den Rijks-Studiedienst voor
de Luchtvaart, de Tech. Dienst van de K.L.M.
verschillende andere luchtvaartautoriteiten zijn
bezig met 't instellen van 'n onderzoek. De stof
felijke overschotten zijn naar het Binnen
gasthuis vervoerd.
Zij, die aan den dood ontsnapten.
De officieele passagierslijst van het veronge
lukte vliegtuig „De Kwikstaart" bevatte de
Volgende namen:
W. F. Trechaw (Noorwegen) zeer licht ge
wond in het gelaat; O. Peterson (Denemar
ken) Kopenhagen; Mej. J. Carlstedt (Zweden),
opgenomen in het Wilhelminagasthuis te Am
sterdam. toestand geruststellend; Mr. Hel-
ström (Zweden), opgenomen in het Wilhel
minagasthuis, toestand bevredigend; Mevr.
L. Classen (Engeland!; Mej. K. Classen (En
geland) .opgenomen in het Wilhelmina Gast
huis te Amstex-dam, toestand gunstig: F. A.
Pitel (Engeland)R. Fraser (Engeland)Mr.
Joseph (Duitschland)Dr. A. W. R. Gauffixr
Zweden); Mr. B. M. J. Combes (Frankrijk);
Mej. C. M. Apell (Nederland) te Scheveningen.
Betx-effende de passagiers kunnen wij nog
mededeelen, dat de heer B. M. J. Combes uit
Pai'ijs Zondagmiddag te half vijf met de
„Lappland" F 22 van de Zweedsche maat
schappij, een zustermachixie dus van het ver
ongelukte toestel, vaxi Schiphol is vertrokken
om zijxx zoo ongelukkig onderbx-oken reis voort
te zetten naar Malmö.
De heer Gauffin uit Stockholm maakt de
reis per trein en boot. De heer Fraser uit Lon
den zou heden per K.L.M.-machine naar Lon
den terugkeex-en, evenals de heer Pitel uit
Londen. De rest van de passagièx's gaat waar
schijnlijk per trein verder. Ben deel is in
middels reeds per treixi vertrokken. De heer
J. Joseph, een Duitscher, die te Amstex-dam
woonachtig is, is per taxi rxaar zijn wonixig
teruggekeerd.
Dr. Axael Gauffin is directeur van het Na
tionaal Museum te Stockholm. Hij had Zater
dag het 50-jarig jubileum van het Rijksmu
seum bijgewoond en had Zondagmorgen met
de „Kwikstaart" naar zijn land willen terug
keer en.
Zondagavond te tien uur hebben wij ge-
ïnfox-meerd naar den toestand van de drie
gewonden, die zijn opgenomen in het Wilhel
mina Gasthuis. Betx-effende mej. J. Cax-lstedt
luidt het bex-icht, dat zij een zeer lichte her
senschudding heeft opgeloopen en enkele on
gevaarlijke en lichte vex-wondingen. Haar toe
stand is gunstig en baart geen enkele zorg.
De heer Helström, een Zweed, is ongevaarlijk
en zeer licht gewond. Ook zijn toestand is
goed. De dex'de gewoxxde, de heer Faulknei*,
directeur van Finmar Ltd., is ook niet levens
gevaarlijk gewond. Hij heeft kneuzingen aan
den rug opgelooperx. Ook zijn toestand baart
geen zorg'.
Het werk op Schiphol roept.
Zondagavond te zes uur heeft de directeur
der K. L. M., de heer A. Piesman, die
Zondagmorgen nog, in verband met de
Zatex-dag plaats gehad hebbende opening
van het vliegveld Eelde, in het Noor
den des laxids vertoefde, in een persconfe
rentie een zeer korte verklaring afgegeven,
die als volgt luidt:
De zes slachtoffers zijn door Dr. Hulst uit
^5^f -
Het -wrak,van-de. ^mkstaartS*
Halfstok zwaaiden de vlaggen op Schip
hol in den gulden zomerzon. Voor den ge
wonen bezoeker is er weinig van te bemer
ken, welk een ramp Schiphol en Nederland
heeft getroffen.
Op het terras is het vol Zondagsche bezoe
kers, die onder de parasols een plaatsje heb
ben gevonden.
Toestellen komen aan en vertrekken. De
sirenes loeien, de loud-speaker verkorxdigt
welk toestel- weer gedaald is op het vlieg
veld. Er worden groepen bezoekers rondge
leid.
Het werk roept! Het werk gaat voort! De
K.L.M.-marxnen zetten de tanden op eikaar.
Zij weten immers, dat geen moment hun op
lettendheid mag verflauwen. Zxi weten, dat
de dienst voor moet gaan, dat zij niet mogen
denken aan de kameraden, die dien mor-
gexi gevallen zijn. Er is rouw op Schiphol!
Piloten, die geen dienst hebben, komen en
gaan. Op fluisterenden toon bespreken zij
het vreeselijk gebeuren. Een korte groet, een
stevige handdruk en zij vertrekken weer. Er
wordt druk getelefoneerd op het kantoor en
op het bureau van den vliegdienrt. Verwan
ten van de passagiers worden zooveel moge
lijk gewaarschuwd. Het wex-k gaat door. De
heer Van der Maas van den Rijksstudiedienst
voor de Luchtvaart exi enkele justitioneele
autoriteiten hooren in een der kantoorlokalen
getuigen, zij vertellen van het vreeseljk ge
beuren, dat zich dien ochtend voor hun oogen
afspeelde. Op het groote terrein wordt het
steeds drukker en de ramp is het onderwerp
van gesprek. Op het platform staat een F 22,
de Lapland van de Zweedsche Maatschappij,
de zelfde blauwe vogel, zooals daar 's mor
gens een paar kilometer verder is veronge
lukt en waarvan de wrakstukken, een ravage
van verbogene en geblakerde stangen, tegen
de helling van den dijk ligt, aan den rand
van het wuivende korenveld.
H'-t werk op Scfniphol roept, het werk op
Schiphol gaat door!
De Kwikstaart.
De „Kwikstaart", het vïer-motorige Fok
kervliegtuig. dat in geregelderx dienst op
Hamburg, Kopenhagen. Malmö vloog, had
Zaterdag nog den dientt heen en terug irx
volmaakte orde volbracht. Zondagmorgen zou
de reis opnieuw ondernomen worden. Het
toestel was voor het vertrek nog opnieuw na
gezien en alles was in orde bevonden. Om
half tien hadden vijftien passagiers in het
toestel plaats genomen.
De bekende piloot H. Silberstein, zou het
toestel bestux-en.
De hofmeester Haberer heeft verklaax-d,
dat toexi het toestel den grond had verlaten
eerst de linkerblnnenmotor in toerental ach
teruit liep en vervolgens ook de buitenmotor.
Hij is er zeker van, dat- de piloot Silberstein
al het mogelijke heeft gedaan om Schiphol
weer te bereiken, althans een noodlanding te
maken.
In den loop van den middag heeft de
Justitie uit Haarlem op het terrein van de
•?mp een onderzo0!' 'n gesteld.
VAN MAER' 4 VB EN M. H. TROMP
("""'LDIGD.
Zatea'dagmizijn te Brielle twee herin
neringsplaquettes, één voor den Middel-Neder-
landschen dichter Jacob van Maerlant en één
voor den 17^n ^ootvoogd M. H,
Trom.'.