beroemde oude steden.
WEEKABONNEMENTEN
Schouwen, het rustige eiland.
728 km
Ongeveer tien duizend jaar geleden (ik
spreek kier niet uit eigen ondervinding) leef
den in deze buurt drie volken, waarvan niet
meer is na te gaan wie het eerst met land
bouw op groote schaal is begonnen en daar
voor de vlakten in de omgeving der groote
rivieren door grachten en slooten, greppels,
De Ziggurat, oeroude tempeltoren als minaret.
die het water er over heen leidden vruchtbaar
heeft gemaakt. Maar dat staat wel vast, dat
de irrigatie der Egyptenaren in de Nijlvallei,
der Assyrieërs in den bovenloop van de
Euphraat en de Tigris en der Sumeriers in
het eigenlijke tweestroomenland rond het
tegenwoordige Bagdad eigenlijk eerst het bij
eenwonen van groote menschenmassa's, dus
het op de been brengen van groote legers, het
verwerven van schatten en rijkdommen heeft
mogelijk gemaakt. Deze landbouwers kenden
bovendien weefsels en aardewerk. Rondom hen
hier leefden en leven nog nomadenvolken,
zooals Hunnen, die het paard hadden getemd,
de Semieten met hun schapen, geiten en ezels,
die door hun zwerversleven de edelgesteenten
en metalen hadden leerën kennen. Ze waren
kooplui en dieven, in vroeger eeuwen stee'ds
in één adem genoemd. Kippendieven als de Zi
geuners waren zé echter niet, want de kip werd
pas een duizend jaar voor het begin onzer
jaartelling uit het verre Oosten ingevoerd. Uit
deze nomadengroepen kwamen telkens lei
ders voort, die een groot deel der toen beken
de wereld veroverden. Zoo de Herderskoningen
van Egypte en de verovering van Sumerie door
de Semieten, die omstreeks het jaar 2000 voor
Chr. Babyion stichtten. Europa was bewoond
door de Noorsche volken, toen zeker een min
derwaardig ras. Eerst de Phoeniciërs, de se
mieten der zee, brengen Europa in contact met
het nabije Oosten.
Babylon! Nebukadnezar! Daar komen we op
bekend terrein. Gisteren is mij de plaats ge
wezen waar de gedenkwaardige, woorden:
Mene, Mene, Tekel" Upharsin door onzichtbare
hand op den muur verschenen enkele uren
voor dat het rijke Babyion werd verwoest.
Wanneer we lezen van de weelde van die tij
den, van de feesten, de bijeengebrachte schat
ten, wanneer we' de kunstvoorwerpen en sie
raden zien, die de opgravingen hebben opge
leverd en wij zien de reconstructies, die Duit-
sche onderzoekers van deze tempels en palei
zen hebben te voorschijn gebracht, dan staan
wij stom verbaasd bij een bezoek aan Babyion
te ontdekken, dat al deze glorie is opgebouwd
uit nauwelijks gebakken, grootendeels slechts
in de zon gedroogde leeimsteen. En hoe het mo
gelijk is, dat de in dit losse materiaal uitge
sneden leeuwen en eenhoorns van het paleis
van Nebukadnezar nog zijn blijven bestaan,
begrijpt alleen hij, die evenals vriend Wormser
en ik urenlang door die groote woestijnvlak-
ten heeft voortgejaagd, elk uur minstens
stoppende om volle glazen thee en mineraal
water, dozijnen sinaasappels en rijtjes water
meloenen te verwerken. De droogte, de uiterst
geringe regenval heeft evenals in Peru in dit
land conserveering van zulk slecht materiaal
tot op den huldigen dag mogelijk gemaakt.
Toch zijn van de eens zoo groote en machtige
steden slechts uitgebreide ruïnehoopen over
gebleven, echter net genoeg om met de be
schrijvingen van geschiedschrijvers als Hero
dotus bijv. een reconstructie mogelijk te ma
ken en dan staan we verbaasd over de strenge
lijnen, den geweldigen opzet van het geheel.
Vanmórgen dronken we thee in de groote zaal
van Chesiphon, een der steden, die na de veld
tochten van Alexander den Grooten op
bloeide Deze hal was 28 M. breed en ongeveer
40 M. hoog, iets dergelijks dus als het schip
van de Groote St. Bavo Kerk op de Markt in
Haarlem.
Het centrum van al deze oude steden moet
de Ziggurat, de tempeltoren geweest zijn. Het
type, de hooge toren met spiraalvormig er
omheen loopenden opgang, bekend genoeg daar
de toren van Babel er zóó moet hebben uitge
zien. Er staat er nog een, gebouwd als heilig
dom voor den zonnegod, Marduk, later als een
vuurtempel voor den Perzischen vuurgod
Zoroaster en niemand minder dan Haroen al
Rasjid wijdde den oerouden Ziggurat tot Mi
naret bij zijn groote moskee, die hij te Samar-
ra liet bouwen. Wij hebben Samarra ook be
zocht. Weer woestijn urenlang niettegenstaan
de onze Chevrolet zijn 60 mijl per uur hep over
oude karavaanwegen. Overal irrigatieslooten
en vaarten. Verwaarloosd en droog echter. Het
tweestroomenland, waar het Paradijs moet
hebben gelegen, is door wanbeheer weer vrij -i
wel tot woestijn geworden. Drie uur lang gaat
het door de woestijn. Eerst ontmoeten wij de
melkmeisjes, in den vroegen morgen op weg
naar de stad. Ze dragen torens van kleine
lage kersenmandjes op het hoofd, die met pek
zijn gedicht en waarin de geiten en ezelinnen-
melk naar de markt wordt gebracht. Dan vol
gen ezeltjes met vrachten kameeldoorn, struik
gewas van een halven meter hoog. De brand
stof buiten de kameelenmest, die in platte
koeken overal langs den weg te drogen ligt.
Vele ezels zijn ook beladen met dezelfde pri
mitieve baksteen, die Aisurbamjal, Nebukad
nezar en Haroen al Rasjid gebruikten. Er ver
andert hier weinig in de Orient. Dan komen
nog wat kudden vetstraatschapen en langoor
geiten, hier en daar een bedouinentent en ein
delijk de uitgestrekte levenlooze vlakten. Wij
behoeven maar een keer een half uur te mar
telen om den wagen uit het stuifzand los te
Werken en dan ligt plots de breede Tigris voor
ons en aan den overkant een groote ommuur
de stad met gouden koepels en blauw glanzen
de minarets er boven uit. Groote vlotten drij
ven stroom af, vlotten van palmbladstelen en
stamanen, maar vooral gedragen door met
lucht opgeblazen geiten en ezelsvellen, zooals
ook de bewoners van de Sutley in den Hima
laya voor oversteken der rivier gebruikten.
Groote hoeveelheden tarwe, haver en inaïs
Worden op deze wijze stroomaf getranspor-
Wat
er van over is.
teerd. Er zeilen ook een paar ruwe houten
schuiten met driehoekige zeilen en langs den
kant peddelen wat Gouffa's, de cirkelronde
booten van riet gevlochten en met asfalt be
smeerd, die zoo typisch zijn voor de Tigris en
die voorkomen van de gezellige afmetingen
van een waschtobbe, maar ook zoo groot, dat
ze 5 ton, 5000 K.G. kunnen laden. Ge moet
maar weer denken aan het biezen mandje
Mozes
Gelukkig ligt de pont aan onzen kant, een
keurige gierpont, gedragen door twee schui
ten aan een staalkabel. Leuk was de manier
waarop het instrument in de vaart werd ge
bracht. De kapitein ging op den staalkabel
staan, pakte hem goed tusschen de groote en
andere teenen en duwde ons zoo van den wal.
Aan den overkant zwom de halve jeugd van
Samarra, allemaal met zakken van geiten-
vel.... en wachtten twee politieagenten,
waarvan een meteen voor in de auto plaats
nam. Wij wei-den regelrecht bij den Commis
saris gebracht, die even onzen namen noteer
de en ons een agent meegaf, die ons overal
begeleiden zou, alleen in de Moskee mochten
wij niet binnengaan. Eerst ging het de stad
weer uit naar het paleis dat Haroen al Rasjid
hier indertijd aan de Tigris bouwen liet, maar
interessanter was de moskee van dezen vorst,
waarvan de Minaret immers de oude Ziggurat
is, waarvan ik u hierboven schreef. Wij zijn
er boven op geklauterd langs den spiraalvor-
migen opgang, een voetpad van meer dan een
meter breed, uitgesleten door de voetstappen
van talrijke imams, die van dezen top de ge-
loovigen tot het gebed moesten oproepen. Ik
schat den toren een zestigtal meters hoog en
van boven keken wij prachtige uit over het
ommuurde Samarra. Hoog ommuurd, als zoo
vele oude steden, die schatten herbergen. Daar
liggen immers weer twee afstammelingen van
den Profeet begraven in een groote moskee
met gouden koepeldak. Wij klauterden op een
dak van een huis er vlak bij en konden van
daaraf prachtig genieten van den gouden dom
en de van tegels blinkende blauwe-en groene
minarets.
DINSDAG 13 AUGUSTUS 1935
nog iets betalen wil, ben ik mijn portemon-
naie kwijt. Ik ben niet weg geweest uit de
veranda van het kroegje. Er zitten behalve
een zestal bezoekers, twee politieagenten.
Iedereen helpt zoeken ende politie gaat
weg om den Commissaris te waarschuwen.
Enkele gasten dropen rustig af en ik heb mijn
mooie beursje met twee Iraksche ponden maar
opgegeven.
Een laatste blik in de moskee, weer over de
Tigris, weer vast in het zand, weer thee en
watermeloenen en na drie uur zonnehitte,
zandhoosjes en heete luchtbaden lag Bagdad
weer voor ons.
De avond bracht wat koelte. Mijn matras
ging weer op het dak. Ik ben in slaap gevallen
onder de Noorderkroon en heb de Groote Beer
een kwartslag rond zien maken.
Om één uur worden we gewekt. De volle
maan staat hoog aan den hemel. Om 2 uur ra
zen we voort over het stille Bagdad, waar
óveral op de platte daken der huizen de bed
den of slaapzakken zichtbaar zijn. Telkens
spiegelt de Tigris onder ons, heel af en toe een
donker dadelboschje. Je zoudt toch niet zeg
gen dat 75 pet. van de dadels, die in den han
del komen, hier in Basra aan den Tigrismond
worden verscheept. Laten wij hopen, dat Irak
zijn petroleumrijkdom zal weten, uit te buiten
en kans zal zien het tweestroomenland weer
te maken tot een graanschuur, tot één dei-
rijkste landen van Azië.
Dr. VAN DER SLEEN.
Motorfiets rijdt bakfiets aan.
Drie ernstig gewonden.
ALKMAAR, 12 Aug. (A.N.P.) Op den Ken-
nemerstraatweg tusschen Alkmaar en Heiloo
is gisteravond een driewielige bakfiets door
een achteroprij dende motorfiets aangereden.
De bestuurder van de bakfiets en een in
zittende, beiden uit Limmen alsmede de mo
torrijder werden ernstig gewond. Alle drie
personen werden oyergebracht naar het
stadsziekenhuis te Alkmaar.
Melkverkoopster te Bagdad.
Uitgedost als wij waren, streken wij neer in
de schaduw van een Arabisch koffiehuis. De
eigenaar bood ons dadelijk thee, koffie en een
sigaret aan, speelde gastheer en enkele nota
belen vulden al spoedig de banken langs de
wanden. Ik betaalde, maar als ik even later
HAARLEMMER IN DUITSCHE STEDEN
GEHULDIGD.
Maandag 5 Augustus vertrok de reisleider
van Reisbureau du Mee, de heer H. Stinis met
een zestigtal stadgenooten naar den Rijn
voor de 150ste maal.
Voor het vertrek had in de Rozenstraat een
kleine huldiging plaats; uit naam van vele
reisgenooten bood de heer J. de Laat met eeni-
ge hartelijke woorden een verguld hoefijzer
aan, versierd met bloemen en voorzien van
de cijfers 150. Een dame uit het
bood bloemen aan.
De Duitsche Rijnsteden hadden overal een
grootsche huldiging bereid.
Te Kleef was de éerste door het gemeen
te bestuur en den voorzitter van Vreemdelin
genverkeer.
Verscheidene dagbladen in het Rijnland
hadden de aandacht gevestigd op het werk
van den heer Stinis.
Herinnerd werd aan de Rheinsche avonden
te Königswinter waarbij hij Hollanders,
Engelschen, Franschen, Belgen, en Duit-
schers in feeststemming tezamen wist te
brengen.
Te Kleef werd een schilderij aangeboden.
Te Königswinter deelde een groot deel van
de bevolking in de huldiging, tal van bloem
stukken en geschenken werden hier aangebo
den, zoowel door gemeentebestuur, Vreemde-
.üngpnverkeerals..door tal van corporaties,
Des. avonds' had e&n speciale, feestavond
■■■ïiaafcs-. '.i! v.
Zoo was de huldiging in Ems, Kloblenz,
Keulen en Wezel,
dienen uiterlijk Woensdagsavonds betaald te
zijn, daar de bezorgers op Donderdag
afrekenen.
DE ADMINISTRATIE
Waar de bevolking hard moet werken.
„Vacantiegangers, toont uw belangstelling."
Voorne is dank zij den prachtigen nieuwen
weg van Rotterdam naar den Briel al „ont
dekt" en menigeen, die rustig wil genieten van
zon, zand en zee vindt het daar te druk.
Schouwen is veel moeilijker te bereiken
ondanks de gemakkelijke en snelle verbin
ding van de K. L. M., waarvan al zoo druk ge
bruik gemaakt wordt dat men Douglas-ma
chines in dienst gesteld heeft en toch menige
passagier op een volgend vliegtuig moet
wachten.
De gewone route is over Rotterdam, daar de
tram naar Numansdorp, daar de bus naar
Zijpe, daar de tram naar Zierikzee en verdol*
naar Renesse en HaamstedeMaar zoo'n
reisje is in de eerste plaats weinig goedkoo-
per dan met de K. L. M. en men is een halve
dag op reis.
Ik zocht naar een andere route en wie veel
fietst en toch geen haast heeft kan ik de vol
gende aanbevelen: Van Maassluis over twee
veren naar den Briel, vandaar op de fiets naar
Hellevoetsluis (men kan ook over Rotterdam
komen met een tram) daar de boot naar Mid-
delharnis, van daar op de fiets naar Her-
kingen (10 K.M.)
In Herkingen is een kastelein, die een onge
regelde dienst onderhoudt naar de overzijde.
Hij vaart met een motorbootje zoodra zich
een passagier aanmeldt. Wie in Herkingen
komt kan zich bij hem melden maar het ver
dient aanbeveling vooruit een kaartje te
schrijven of onder no. 9 op te bellen wanneer
men komt. In den regel vaart hij over om een
uur of 5 's middags, als de passagiers van de
boot van 3 uur uit Hellevoetsluis er zijn. Nu is
deze route wel iets duurder dan over Rotter
damNumansdorpZijpe maar veel korter.
Eenmaal aangekomen op Schouwen behoeven
we slechts 20 K.M. te fietsen van Dreischor
naar Renesse terwijl we vanaf Zijpe dwars
door Duiveland en Schouwen niet minder dan
30 K.M. over een vrij slechten weg en met als
eenïge voordeel dat we Zierikzee kunnen be
zoeken, overigens het mooiste stadje dat ik
ken. Maar van Dreischor naar Renesse pas-
seeren we o.a. Brouwershaven. We troffen het
met de overvaart, prachtig warm weer, wind
mee. Daar het laag water was moesten we
Roodvonk te Haarlem.
Sterk verminderd.
In de afgeloopen jaren zijn te Haarlem vrij
veel gevallen van roodvonk voorgekomen, In
1933: 447 en in 1934: 311.
Thans zijn in het le halfjaar van 1935
slechts 92 gevallen voorgekomen, zoodat inder
daad van een sterke vermindering gesproken
kan worden.
BEVESTIGING EN INTREDE VAN PROF. DR.
M. C. VAN MOURIK BROEKMAN
Z-ondag werd Prof. dr. M. C. van Mourik
Broekman, vroeger predikant van de Ned.
Herv. Gem. te Breda, bevestigd als predikant
der Ned. Herv. Gemeente te Moordrecht.
Des morgens had de bevestiging plaats door
ds. A. J. Werner, Ned. Herv. Prèd. tb Deventer,
die een predicatie hield naar aanleiding van
een 3-tal verzen uit 2 Corinthe 4. Hij was
dankbaar-verheugd, dat praf dr. van Mourik
Broekman wederom in het „Wondere Ambt"
mocht terugkeeren. De kerk leed indertijd
derdaad een groot verlies, toen dr. van Mourik
Broekman de kerk verliet; heden boekt de
kerk wederom een winst.
Des namiddags deed dr. van Mourik Broek
man zijn intrede.
Na het zingen van Psalm 89 1 en 7 las
spreker zijn intreetekst voor: 2 Corinthe 1 vers
24: „Niet dat wij heerschappij voeren over uw
geloof, maar wij zijn medewerkers Uwer blijd
schap; want gij staat door geloof".
MEDEDLAMDSCtlE
ROMDVLUCHT 1935
23-2^ AUGUSTUS
TEBiCHELUW^^pl
SCHIERMONNIKOOG.
*2*
23 AUGUSTUS
VERTREK.
SCHIPHOL9.00
HAAMSTEDE II 00
TM^EHTHE 15.00
AANKOMST.
HAAMSTEDE. 10.00
TWEHTHE ...11.45
EELDE.16.90
ooSTvooane,
23 AUGUSTUS
SCHIPHOL
24 AUGUSTUS:
EELDE-SCHIPHOL
TOTAAL
24 AUGUSTUS
VERTREK
EELDE.... IO.OO
AANKOMST
DE KOOYII30
DE KOOT..15 00 WAALMAVEH 16-00
eerst met een roeiboot een eind de rivier op
gaan, de Grevelingen, waarna de motorboot
ons overneemt. Zonder het minste bezwaax
gingen onze fietsen weer op de motorboot en
een zwaar motorrijwiel werd door sterke ar
men in de roeiboot neergelaten. Alles ging
zonderveel praten, we zitten bijna in Zeeland
en Zeeuwen zijn zwijgzaam. Het dialect van
Flakkee is ook met veel Zeeuwsche elementen
doorspekt, bijv. „langen" voor „aangeven" en
meer. Een roeibootje dat voor anker lag werd
achter onze motorboot vastgemaakt om ons
bij Dreischor over de ondiepte te brengen, de
motor werd aangezet het roeibootje ging met
de punt omhoog en we genoten een half uur
lang van de prachtige overvaart, de koelte van
het water die meer dan welkom was op dezen
snikheeten Juli-dag, van Aalscholvers, kabel
jauwen en meer wat een zeearm aldaar op
levert,
De tocht naar Dreischor over Brouwersha
ven naar Renesse had een vlot verloop in de
avonduren, de ergste warmte was voorbij en
toen we in Renesse op onze oude kampeer
plaats kwamen was het nog niet donker.
En natuurlijk moesten we direct na het op
slaan van de teent op visite komen bij de boer,
op wiens land we kampeerden, we moesten
hooren hoe het met de „pries van de lepinen
en het gewas van de rogge stond en met de
knienen" (konijnen), met den steun van de
regeering voor de rogge; zoodat de cultuur
loonend was en met de treurig-lage melk- en
boterprijzen, met de schade van den zeewind
aan de voederbieten, ,,'t Had zoo gestoven op
Tweeden Pinksterdag dat je 't uusje, van de
Waaiboom, nog geen duizend meter van iere
niet zie kon en moest ons overzèje, en da eb
ons toe mèr gedè", klonk het berustend.
Bepaald berustend over den crisis-politiek
is men den laats ten tijd niet meer op het plat
teland. „In de margarine-industrie werken
1500 en in het veebedrijf een half millioen
menschen", zijn de slagzinnen uit de land
bouwbladen en destrekking is dan dat de vet-
invoer uit het buitenland verboden zou moe
ten worden om de binnenlandsche boter tegen
redelijken prijs te kunnen verkoopen. Laat ik
het boerenleven tot slot nog even illustreeren
met de werktijden van de boerin, een vrouw
van 62 jaar.
Deze begint 's ochtends om half vijf en
werkt den geheelen dag, de uren voor eten
en drinken uitgezonderd, tot ongeveer half-
acht. Dan dut ze wel eens in bij het thee
lichtje tot ze om 9 uur of half tien naar bed
gaat.
Dit beteekent een werkdag van een uur of
twaalf waarbij ik in aanmerking neem dat de
middaguren niet zoo druk zijn op de boerderij.
Deze menschen hebben wel radio maar geen
gas of eletcriciteit, geen fietsen, geen groot
dagblad, komen zelden in het dorp, eens in de
zooveel jaar in Zierikzee en Rotterdam is voor
hun even bereikbaar als voor ons stedelingen
Warschau of Madrid. En deze mensehen beta
len nog duizend gulden pacht voor hun boer
derij wat mogelijk is door een erisissteun van
ongeveer eenzelfde bedrag, die de regeering
geeft voor rogge.
Het eten, dat ze gebruiken is veel eenvoudi
ger en eentooniger dan wij het in de steden
gewoon zijn, daar er echter voldoende vet,
eiwitten en meélkostgebruikt kan worden is
deze niet onvoldoende. Groente wordt er ech
ter weinig gegeten. Voor genotmiddelen is
geen geld, evenmin voor boeken. Het is wel
eens goed als in de steden bekend wordt hoe
men in zandstreken leeft en werkt op het plat
teland. Voor de kleipolders geldt het boven
staande natuurlijk niet. En ieder die in de
vacantie met de plattelandsbevolking in aan
raking komt stelle zich eens op de hoogte en
toone eens wat belangstelling en medegevoel
met de moeilijkheden die men daar door te
maken heeft. Want de boeren verlangen niet
en berusten slechts noodgedwongen in een zoo
laag levenspeil waar als eenigste voordeel te
genover de stads toes tanden tegenover staat
dater in de dorpen weinig werkloosheid is. En
de loonen? 'sZomers f2 per dag en 's winters
f 1,75. Terwijl kleeren en schoeisel e. d. in de
steden goedkooper zijn dan in de dorpen.
Men begrijpt dat dergelijke toestanden niet
geschikt zijn om de tegenstelling tusschen
stad en platteland te verzachten. Dat kam
peerders en vacantiegangers veel kunnen doen
om deze twee groepen tot elkaar te brengen
spreekt vanzelf.
Schouwen is het mooiste eiland van Zuid-
Holland en Zeeland. De duinen zijn ten deele
beboscht. Speciaal aan de westzijde wat een
prachtige belofte inhoudt voor de toekomst.
Houtvoorziening, klimaatsverbetering, toene
mend vreemdelingenverkeer, blijvende vastleg
ging Van het beweeglijke duinzand, blijvende
werkverruiming, het zijn elders de voordee-
len en hier in dit winderige land in nog ster
ker mate. Maar de waterstand daalt zoowel
door de bosschen in de duinen als door de wa
terleiding. Men graaft nu in het 'belang van
den vogelstand, plassen water doch mijn be
zwaar is dat dit cirkels en ovalen z-ijn met een
dijkje er om inplaats van aanpassing te zoe
ken met het bestaande landschap. Een advies
van een landschaparchitect is hier niet over
bodig. Meer naar Haamstede liggen de duinen
nog volkomen ongerept. Honderden zilver
meeuwen zweven en krijschen hoven de stuif-
hellingen die een bijzondere charme aan het
duinlandschap geven.
Meer naar Renesse zijn enkele valleien dicht
gegroeid met moeras-orchideeën Parnassia,
duizendguldenkruid. Wat een bloemenweelde!
Bergeenden vliegen met hun langen hals
over het strand, jongen van schol-eksters trip
pelen over de duin-weitjes terwijl de ouden in
grooten angst ons trachten weg te lokken.
Nog grooter vogels vliegen af en aan, allumi-
niumkleurig, gonzend en bestuurd door een
mensch: 't zijn de machines van de K. L. M.
die het in deze vacantietijd druk hebben op
deze lijn. Hommels en vlinders komen op een
eenzame kruiskruidplant om er honing te
zuigen.
En om ons vertrouwen in te boezemen
komt een militair vliegtuig boven ons, een-'
zame wandelaar*, heen en weer vliegen, hoog
en laag en de bestuurder wuift en wij wuiven
terug en het vliegtuig gaat weer verder.
Daarna komt een sportvliegtuig en zweeft
een meter of tien boven het strand, om dan
weer te verdwijnen. De meeuwen trekken zich
van al die machinale vogels niets aan, ze zijn
er aan gewoon en voelen hun meerderheid.
Ze mogen niet geschoten worden zooals in onze
'provincie Ze voelen zich de baas in het duin
waar vrijwel geen wandelaar komt, zeker niet
in den broedtijd. Want de bosch-aanlegger
ziet ze graag, ze verbeteren den grond met
kalk en stikstof. Het is te zien aan de plan
tengroei en aan de kleur van de dennen. Het
duin is hier overheidsbezit en ze worden als
nuttig beschouwd. In onze provincie is be
halve bij Castricum, Schoorl en Petten het
duin in particulier bezit en opeens is de zil
vermeeuw vogelvrij ze ploffen, aangeschoten,
op het strand bij spelende kinderen
Ik geef den voorkeur aan Schouwen.
C. SIPKES,