HET HUIS No. 83.
Een sleepboot, gebouwd voor rekening van de Ned. Mij. voor Havenwerken, en bestemd voor Perziê, is Woensdag van Het watertankschip „Maeslantsluys", dat binnenkort Maassluis van goed drinkwater zal voorzien, heeft
de werf „De Hoop" te Neder Hardinxveld per bok vervoerd om te worden voorzien van machine en ketels Woensdag proefgevaren. Het schip in de Waalhaven
De Belgische Koningskinderen die te
Noordwijk vertoeven, brachten Woens
dag een bezoek aan het circus te
Scheveningen. V.l.n.r. Sabina v. d.
Mortel; Prinses Joséphine Charlotte
en Prins Boudewijn
De Hongaarsche roeiers, die deel zullen nemen aan de wed
strijden om het kampioenschap van Europa, trainen thans te
^rünau. De Hongaarsche ploeg bijeen voor den aanvang
van een der oefeningen
FEUILLETON.
Een oorspronkelijke roman
van
Ir. J. C. L. B. PET.
I)
I.
In dit eerste hoofdstuk wordt "beschre
ven hoe de held van dit verhaal op één
avond twee vrouwen kust.
Christiaan de Groot sloot zijn verloofde in
zijn armen en drukte een langen en innigen
kus op haar warme roode lippen.
(Wij weten, o, ervaren lezer, dat deze be
minnelijke gebeurtenis eerst aan het slot van
het laatste hoofdstuk behoort te worden ver
meld. Wij belooven echter een reprise te juis
ter plaatse van dit evenement, terwijl boven
dien deze geschiedenis meebrengt, dat ook op
tusschengelegen tijdstippen nog wordt gekust,
zij het dan minder innig en op minder warme
en roode lippen.)
Zooals dan gezegd, kuste Christiaan de
Groot zijn verloofde. Met zijn linkerarm
drukte hij haar jonge, soepele lijf tegen zich
aan, met den rechter streelde hij haai' zwarte
haren. Zij had haar hoofd achterover gewor
pen en zag hem in vervoering aan.
Zijn geluk was te overstelpend, dan dat hij
kon spreken.
„Jij, jij, jijstamelde hij, en kuste haar
mond, haar wangen, haar voorhoofd.
En dan weer streelde hij haar en zocht mèt
zijn oogen elk plekje van het gezicht, dat hem
verrukte. Een kleine onvolmaaktheid in haar
gelaat, een oneffenheid je in de huid, een rim
peltje in het voorhoofd, maakten zijn ver
liefdheid slechts te grooter, omdat met des te
meer glans de stralende schoonheid van het
omringende daardoor sprak,
Zoo stonden zij langen tijd, verloren in hun
liefde.
Ineens keek het meisje op de klok.
„Het is bij elven", zei ze verschrikt, „ik
moet naar huis. Wat zullen vader en moeder
zeggen."
„Ik zal je mantel halen", antwoordde hij
met een donkere, gesluierde stem. Ziet, wat
de liefde vermag. Zij vermocht in dit geval
aan de schelle, jongensachtige stem van
Christiaan de Groot een zwaren, doorhuiver
den, bijna tragischen klank te geven.
En zoo, zingend met die gouden, vibreeren-
de stem ging hij na een laatsten langen ver
liefden blik op zijn bruid de mantel halen en
den hoed.
Zij intusschen was voor den spiegel bezig
heur haar glad te strijken en de orde van
haar toilet, die in de omhelzingen, waarvan
de hier beschrevene de laatste was, eenigs-
zins had geleden, te herstellen.
Om haar eigen beeld zag zij de weerspiege
ling van Christiaan komen. Die entourage
paste bij het rustige gedistingeerde en kunst
zinnige karakter van haar verloofde. Het was
een lang en laag vertrek, wat verlicht dooi
den schijn van gelig-perkamenten schemer
lampen. Helderder reflexen stonden op den
koperen kaarsenkroon en in het geboende
mahoniehout van oude stoelen en tafels.
In de schemering van een hoek stond een
zwaar en donker bureau, en langs den langen
wand een boekenkast, waarin rug aan rug in
leer gebonden boeken zich rijden. Het goud
van titels en vignetten glansde mat.
Kleur in dit stemmige geheel brachten de
vele mollige kussens op den divan waarop, om
de waarheid te zeggen, dit paar een groot ge
deelte van den avond had gezeten.
Margot het is tijd dat de naam van dit
charmante schepseltje openbaar wordt ge
maakt Margot dan omvatte al deze dingen
in een verliefden blik toen Christiaan weer de
kamer binnenkwam. Hij hield de diepe en
zachte bontkraag van den mantel, die geurde
naar velerlei parfum, tegen zijn gezicht ge
drukt.
Behoedzaam hielp hij. h§t. glimlachende
meisje in haar mantel; zijn oogen streelden
haar toen zij het hoedje coquet op één ooi-
zette en de lok op haar anderen slaap op de
juiste plaats streek.
Daarna knipte hij de lichten uit, nog één
kus in de nu geheel warme en donkere ka
mer, waar alleen de mica ruitjes van den
haard nog rood gloeiden, en samen stapten
zij nu in den lentenacht. Zijn rechterarm was
om haar middel geslagen, - zijn linkerhand
drukte haar linker, die langs zijn rug was ge
legd.
En zoo, behoedzaam in de pas, verliefdelijk
deinend, gingen zij samen onder den sterren
hemel.
„Kijk, hoe prachtig", fluisterde hij, „zag je
ooit de hemel zóó zwart, en de sterren zóó
flonkerend?"
En, alsof hij de heele feeërieke .illuminatie
van dezen lentehemel voor haar had gere
gistreerd, noemde hij de namen van de ster-
rebeelden die hij kende.
„Zie eens daar! dê Groote Beer, Cassiopeia,
Orion, de Pleiaden. En daarginds, die groote,
roode ster, dat is eigenlijk geen ster, maar een
planeet, Mars".
Zij volgde zijn blik en voor haar verliefde
oogen schenen al die sterren samen te vloeien
tot één stroom van licht, een hemelschen wa
terval van vonken.
Vermoeid sloot zij de oogen en legde haar
hoofd op zijn schouder.
Zoo waren zij gekomen tot voor haar huis.
„Ik ga nu direct naar bed", zei Margot,
„kom nu maar niet meer binnen.-Dag, mijn
liefste, tot morgen".
„Morgen om twaalf uur", juichte hij, „dan
kom ik je halen, en gaan we samen lunchen.
Ergens waar het warm is, en gezellig, en
waar de zon schijnt. Je zult zien, Margot,
morgen schijnt de zon weer. Deze lente heeft
geen einde".
Zij ontsloot intusschen de deur, wierp hem
nog een kushand toe én ging het huis binnen.
Nog even bleef hij aarzelend staan, alsof hij
niet kon scheiden van de plek, waar zij af
scheid hadden genomen; dan draaide hij zich
resoluut om en beende met luidklinkende
mannestappen naar zijn eigen huis.
Hij overdacht alles wat hij had, en voelde
zijn geluk overstelpend. Hij was achtentwintig
jaar oud, gezond, sterk en intelligent. Al was
hij geen Adonis, geen homme a femmes, zijn
frisch en opgewekt uiterlijk met de jongens
achtige vroolijke oogen, was innemend. Hij
had een behoorlijke betrekking, die hem een
inkomen leverde, dat weliswaar geen groote
luxe zou toelaten, maar waarvan hij ruim
schoots een gezin zou kunnen onderhouden.
Zijn huis, langzamerhand gevuld met de zware
ouderwetsche meubelen, die hij bewonderde,
schoongehouden, geboend en gepoetst door de
oude en humeurige werkster, die met onver
droten trouw en toewijding nu al jaren eiken
dag kwam, behoefde niet veel te worden ver
anderd om het voor hen beidjes in. te richten.
Als hij dacht hoe nu zijn meisje, het door
zoovelen begeerde, teedere en aanhankelijke,
en in haar zachtheid toch zoo vastbesloten
kind, gauw zijn vrouw zou zijn, werd zijn ge
luk hem bijna te zwaar. „Zóó veel, zóó veel",
mompelde hij, diep ademhalend, „het is te
mooi, om zoo te kunnen blijven."
En angstig trok hij zijn schouders op, alsof
hij ineenkromp voor een gevaar, dat dit sterke
en toch zoo kwetsbare geluk ging bedreigen.
Het gevaar wachtte om den hoek.
Toen hij, op weg naar huis, dien hoek om
sloeg zag hij een meisje staan, dat zich ver
weerde tegen een man. Zij zwegen beiden, en
worstelden verbeten.
Ziet wederom, wat de liefde vermag. Als
Christiaan de Groot niet Verliefd was geweest,
zou hij misschien hebben omgezien, of er niet
een politieagent in de buurt was, die den man
gevangen zou kunnen nemen. Misschien had
hij even nagedacht, of er een telefoon in de
buurt was, waar hü assistentie had kunnen
vragen. In elk geval zou hij anders hebben ge
handeld, dan dezen avond, nu de afscheids
kus van zijn meisje nog brandde op zijn
lippen. Eigenlijk ging de liefde, die hij koes
terde voor die ééne aangebeden vrouw' over
op alle vrouwen in de wereld, al haar sexe-
genooten, die,, meende hjj».zaoht en tee der,, en
vastbesloten, en hulpbehoevend zouden zijn.
Zoo denken verliefde mannen, dat alle
vrouwen zijn als bloemen in. één stralend perk,
roode geraniums, bedwelmende papavers,
zwartpaarse tulpen, of frêle theerozen, al naar
de bloem die hun het liefst is, en dat- zij uit
dat perk de prachtigste, de zoetst geurende
hebben gekozen.
En zoo willen verliefde mannen ook, om nog
bewonderenswaardiger te zijn in de oogen van
hun geliefde, roemrijke daden verrichten,
weerlooze vrouwen te hulp snellen in de ure
des gevaars, hulpelooze kinderen redden uit
brandende huizen, om, zelf overdekt met
brandwonden, de zuigeling ongedeerd, moedig
glimlachend onder de folterende pijn, aan de
snikkende moeder terug te geven.
En verderop staat, trillend van angst, de
verloofde, toegeloopen op de bewonderende
kreten van de menigte. De redder gaat, lijdend
maar glimlachend naar haar toe, en zinkt
aan haar voeten ineen. Later komt de beloo
ning als hij ontwaakt in het ziekbed, en haar
zorgelijk en liefderijk gezichtje over 'hem ge
bogen vindt.
Dit alles zijn de uitwerkingen der liefde.
En toen dan Christiaan de Groot het meisje
zoo zwijgend en verbeten zag worstelen tegen
den aanvaller voelde hij zijn hart kloppen van
moed en sprong hij op den man toe.
Zijn gebalde rechtervuist hief hij omhoog;
hij liet haar dalen op den kop van den woes
teling.
Maar juist hij wist dit heel zeker een
millioenste van een seconde vóór zijnvuist
doel trof klonk een schot, een keffend, venij
nig geluid van een kleinen revolver, en de
man zonk geluidloos voorover op de straat.
Verwilderd keek Christiaan om zich heen;"
hij zag aan het einde van de straat twee
mannen, die zich haastten naar de plaats van
het gevecht.
(Wordt vervolgd.)'
Aan'den Kralingschen Plas te Rotterdam wordt in werkver
schaffing een strandbad aangelegd. Teneinde een goed
atloopend strand te verkrijgen, worden teenen zinkstukken
met zand tot zinken gebracht. Het werk aan de zink
stukken
Elly Beinhorn, de Duitsche aviatrice,
die het traject Berlijn Instanbul vice-
versa in één dag vloog, werd bij haar
behouden terugkeer op het vliegveld
Tempelhof met bloemen gehuldigd
Voor den bouw van het nieuwe stadhuis te Leiden
op de plaats van het oude wordt de gevel door
steigerwerk beschermd
Te Hoek van Holland is Woensdag de V.V.V.-week officieel geopend, bij welke gelegenheid met een reddingboot der N.Z.H.
Redding Mij. demonstraties werden gegeven