VROUW
Eenvoudige
Menu van de week
Recepten
Avond-
toiletjes
Margaretha Verwey zeventig jaar
M'
Nieuwe Uitgaven
VRIJDAG 22 OCTOBER 1937
DAMES!
Doet Uw inkoopen bij
„LINTRIKO"
Speciaalzaak in LINGERIES,
TRICOTAGES en KOUSEN.
MLHELMINAKADE 2 IJMUIDEN.
(Adv. Ingez. Med.)
Heerenslip-over
Nu de tijd van de slip-overs weer nadert,
plaatsen we nog eens een aardig model van
een heeren slip-over. Gebruikt is 150 gr. Pin-
guin wol en 2 pennen no. 3.
We beginnen met den voorkant en zetten
hiervoor 120 st. op. Nu breien we 18 toeren
lr. verdraaid, 1 aver, en teruggaande de aver,
verdraaid.
Daarna beginnen we aan de blokken: 3r.
8a, We breien hiervan 3 toeren, en de 4e toer
wordt 8r. 2a. lr. 2a. lr. 2a.en weer 8r. Terug
gaande breien we recht wat averechts was en
omgekeerd. Dit doen we 10 toeren, waarna
we weer 3 toeren 8r. 8a. breien. Nu is een
blok af.
In het averechtsche glok komen als het ware
twee rechtopstaande streepjes van recht, elk
10 toeren hoog. Deze rechte streepjes worden
met een imaasnaald en een draad van de zelfde
kleur in het midden aan elkaar genaaid, waar
door het aardigste effect ontstaat dat op de
foto te zien is. Na 16 toeren verspringen de
blokken: recht komt boven averecht en om
gekeerd.
Na 7 blokken beginnen we met het arms
gat; hiervoor kanten we aan weerszijden 16
st. af (5—1 322)Dan nog 8 toeren breien
en het werk in tweeën splitsen. Middenvoor
breien we nu elke 3e pen 2 tezamen tot er
nog 28 st. over blijven. Deze nog 4 maal
breien en dan de schouder schuin opbreien
d.w.z. van den hals af eerst 21 st. breien, dan
14 st, en dan7 st. Afkanten.
Den tegenovergestelden kant breien we na
tuurlijk spiegelbeeldig.
Rug. Den rug breien we als den voorkant
maar na den boord beginnen we met het
- averechtsche blok, zoodat er bij den zijnaad
geen twee gelijke blokken tegen elkaar komen
Bovenaan natuurlijk geen split, maar opbreien
tot den hals en dan in het midden 80 st.
op 'n draadje rijgen voor den hals. De overige
28 st. van den schouder aan weerszijden op
breien als boven.
Nu breien we den hals op 4 dunnere pen
nen. We nemen de 30 st. van den hals achter
op en nemen verder aan weerszijden 'zooveel
steken op, tot er 150 st. op staan. In het
midden aan den voorkant breien we bij eiken
toer aan het begin en aan het eind 2 st. te
zamen. Na 6 toeren kanten we niet al te
stijf af.
We nemen nu de lussen van het armsgat
op en zorgen dat we er zooveel st. bijmaken,
dat er 150 st. op de pennen zijn. Weer 6
toeren breien en afkanten.
Zooals altijd naaien we het werk op de ma
chine aan elkaar en strijken alles onder een
vochtige doek glad.
Sp.—Th.
ONZE VOETEN WORDEN KLEINER!
Eeuw na eeuw hebben de dichters de lief
lijkheid en gratie van eon klein vrouwen
voetje bezongen, misschien wel des te hard
nekkiger omdat kleine voetjes, althans in on
ze Noordelijke landen, zoo zelden voorkomen.
Immers laten we 't elkaar maar bekennen:
37 is bij ons al aan den kleinen kant, 38 heel
gewoon, 39 en 40 niet zeldzaam.
Dat de Hollandsche vrouw op een iets groo-
ter voet leeft dan haar Zuidelijke zuster (en
tevens natuurlijk te verstandig is om haar
voeten met een klein schoeisel te kwellen!)
bewijst de statistiek.
hi de Amerikaansche schoenindustrie heeft
wen nl. de gemiddelde grootte der dames
schoenen al jaren vastgesteld op 37 en thans
is geconstateerd, dat dit gemiddelde langzaam
waar zeker daalt tot 36. Oorzaak? Het auto
rijden, waardoor de voeten veel minder dan in
vroeger jaren worden gebruikt.
De droom der dichters zal dus toch eindelijk
w vervulling gaan, zij het dan ook noodzake
lijkerwijs ten koste van een brokje gezond-'
heidl
Dat kan alleen LI N T R I K O"
Iedere ïode bezoekster die één gulden be
steedt, ontvangt van 28 OCT. t.m. 3 ÖOCT. één
paar prima matzijden Kousen CADEAU.
WILHELMINAKADE 2 I3MUIDEN.
Vraagt naar Uw contantzegel.
(Adv. Ingez.
Eigenaardige boomen. Planten, die bij
ons kruidachtig of hoogstens struiken zijn
zooals de lelie, de tulp, de varen, de kamper
foelie zijn in Australië uitgegroeid tot boo-
wen. Men vindt er zelfs grasboomen.
Een dure orchidee. Op een onlangs ge
houden bloemententoonstelling te Chelsea
een voorstad van Londen was een orchi-
f 8006 Zi€n' een verkoopwaarde had van
Oud en nieuw bij elkaar. Naar de groot-
ton- upptische pyramide, die van Cheops,
trie Vhans een prachtweg, waarop een elec-
cüe fram rijdt van Cairo naar Qizeh.
VOORDE
Zondag:
Koude visch in
schelpen.
Wienerschnitzel.
Pommes frites.
SperciebcJontjes.
Gestoofde tomaten.
Notentaart,
Maandag:
Kalfskarbonaden.
Aardappelen.
Gestoofde cham
pignons.
Deensche rijst.
Dinsdag:
Aardappelsoep.
Gehakt.
Andijvie
Aardappelen.
Vruchten.
Woensdag:
Vleeschcr oquet jes
Gebraden konijn.
Appelmees..
Aardappelen
Flensjes.
Vmchten.
Donderdag;
Vermicellisoep
Hutspot.
Klapstuk.
Beschuit met
bessensap.
Vrijdag:
Omelet met garnalen-
ragout.
Tong a la meunière.
Aardappelen.
Kropsla.
Ananaspudding,
Zaterdag:
Biefstuk
Aardappelen.
Stoofperen.
Montague Russe.
VEGETARISCHE MENU'S.
1 Witte boonensoep.
Roereieren.
Spinazie.
Aardappelen.
Botersaus.
Compote.
2 Tomatensoep.
Groene erwten.
Peterseliesaus.
Aardappelen.
Vruchten.
3 Kaascroquetten.
Aardappelen in de
schil.
Andijvie.
Gesmolten boter.
Stoofperen
4 Macaroni met kaas
Spruitjes en kastanjes
Aardappelen.
Koude boter.
Vruchtengruel
Koude visch in schelpen.
Gekookte zalm, kabeljauw of tarbot van de
graat nemen en in nette stukjes verdeelen.De
schelpen hiermee gedeeltelijk vullen en de
visch met mayonaise bedekken. Ze garnee-
ren met een randje zeer fijn gesneden sla,
een randje gaar gekookte, in plakjes gesne
den, gemarineerde wortel en met wat gema
rineerde doperwten.
Notentaart.
Benoodigd 6 eieren, 180 gr. suiker, 1O0 gr. ge
pelde noten. 40 gr. paneermeel. Voor het vul
sel: 100 gr. chocolade (reepen), 120 gr. boter,
100 gr. poedersuiker.
De eidooiers met de suiker roeren tot de
massa dik en schuimig is. De noten, die ge
peld en gemalen zijn, er door mengen, dan
een klein gedeelte van het stijfgeklopte eiwit
toevoegen, het paneermeel, en de rest van het-
eiwit .er zoo luchtig mogelijk mee vermengen.
De massa overdoen in een met boter inge
smeerde springvorm en de taart in een niet te
warme oven gaar bakken. De taart af laten
koelen en doorsnijden. Voor het vulsel de boter
tot room roeren, de suiker er doorroeren en 1
klein ei er bij doen..
De chocolade in stukjes breken en op stoom
week later worden. Daarna door de rest van
het vulsel roeren, gedeeltelijk tusschen de
taart uitstrijken en gedeeltelijk den bovenkant
en den wand van'de taart er mee bestrijken.
Deze garneeren met halve, gepelde noten.
nog wel veroorloven hoor! Ik houd toch heele-
maal niet van die vriendschappen tusschen
vrouwen, meestal duren ze tot de een de an
der overtroeft met een vlotteren hoed of een
duurderen mantel, dus op z'n best van het eene
op het andere seizoen. Een mannenvriend-
schap daarentegen duurt meestal heel wat
langer, ja, als er geen bijzondere omstandig
heden zijn die een spaak tusschen het wiel
steken duurt ze dikwijls levenslang!"
,Dat is misschien in het algimeen gesproken
dikwijls wel zoo", gaf Nella als haar meening
te kennen, „maar Daisy beoordeel je daar een
beetje verkeerd! Nog kortgeleden was ik bij
haar en daar hing over een stoel een dot van
een marineblauwe jumper. En toen ik hem zoo
bewonderde beloofde ze mij direct dat ze hem
mij zou schenken".
„Waarschijnlijk is hij haar te nauw of te
wijd", viel Fred in.
„ITu beoordeel je haar alweer verkeerd", ant
woordde Nella, „hij is haar inderdaad een
beetje nauw, maar daar is het niet om begon
nen; ze wil hem mij geven om mij een genoe
gen te doen!"
„Dan staat haar misschien de kleur niet",
meende Fred nog te moeten opmerken.
„Ik weet niet wat je tegen Daisy hebt", liet
Nella zich hooren; ze draagt wel nooit marine
blauw en in zooverre zou je dus gelijk kunnen
hebben maar dat is heusch niet de reden; ze
wil mij den jumper geven alleen voor mijn
plezier!"
Op dat oogenblik ging de telefoon. Nella
nam den hoorn van het toestel: het was Daisy.
Nella", begon ze, „ben jij daar? O zeg, je
moet niet boos zijn, maar die jumper, je weet
wel, daarvan kan helaas niets komen. Ik heb
er n.l. nog eens naar geïnformeerd en nauw-
aansluitend wordt juist weer veel gedragen;
en dat zou nog niet het ergste zijn, maar denk
je eens in, de aanstaande modekleur is nota-
bene marineblauw
GERARDA MARS
VOOR BESCHEIDEN BEURZEN.
Welk een voldoening om ze zelf te hebben
gemaakt!
De wintermode brengt zulk een rijke ver
scheidenheid van mooie, degelijke materia
len, dat veel garneering op onze avondtoi
letjes niet noodig is. En daarom wordt het
voor de vrouw van goeden smaak gemakke
lijker dan vroeger om zelf haar avondjapon
te maken. Een werkje, dat natuurlijk niet
gemakkelijk is, maar zeer zeker groote vol
doening geeft! Onze teekening wil u een
beetje op weg helpen:
Voor het figuurtje links hoven werd een
toiletje gekozen in naturelkleurige shan
tung een materiaal, dat in den aanschaf
niet duur is. De garneering bestaat uit ge
rolde strooken van helroode shantung, langs
hals, armen en zoom aangebracht. Het fi
guurtje in het midden draagt een toiletje
van zwart fluweel. Aan de. voorzijde sluit de
japon hoog tegen den hals. De wijde mouwen
en de rug werden van kant vervaardigd en
eenigszins gerimpeld aan de rugzijde der ja
pon bevestigd. Aan de voorzijde wordt de
mouw bijwijze van raglanmouw in de japon
gezet.
Rechts onderaan een japonnetje van ge
bloemde kunstzijde. De breede ceintuur, die
de eenigszins verhoogde taillelijn suggereert,
is evenals half-afwerking en rokzoom van
effen zijde in de hoofdtint der japon ver
vaardigd en met stiksels versierd. De knoop
jes aan hals en ceintuur zijn met fluweel
overtrokken.
De Marineblauwe
Jumper.
Het jonge paar zat aan tafel. Het gesprek
ging over Nella's vriendin, Daisy. „Weet je",
zei Fred, de echtgenoot, „ik wensch je vriendin
Daisy werkelijk alle goeds, het is een schat
van een kind en ik gun haar ook al de mooie
dingen die je haar al cadenau hebt gedaan
zooals jurken, handschoenen, taschjes en weet
ik wat allemaal meer. En je weet ook wel dat
ik niet van het soort ben dat geeft om iets
terug te krijgen; maar Daisy is al te egoïs
tisch, het komt eenvoudig niet in haar hoofd
op jou ook eens met de één of andere kleinig
heid te verrassen en dat kan ze zich heusch
Een blik in verleden
en toekomst
Pionierster van
het kunstnaaldwerk
ARGARETHA VERWEY, de Neder-
landsche pionierster voor kunst
naaldwerk, heeft op 18 October
haar zeventigsten verjaardag ge
vierd. Is dat geen reden voor een stille hul
de? Voor het even trekken in de openbaar
heid van deze krachtige persoonlijkheid, aan
wie de vrouwenwereld zooveel schoonheid
dankt?
Mejuffrouw Verwey, wil mij, op mijn ver
zoek, gaarne een onderhoud toestaan, niet
omdat haar verjaardag zoo erg belangrijk
is, zeide zij, maar wèl om het werk, waaraan
zij zoovele jaren lang haar hart en krachten
wijdde, weer eens even naar voren te foren-
gen.
En zoo zit ik dan' tegenover haar en ik zie
met blijdschap en lichte verwondering: de
krachtige gestalte, het sterke, gezonde ge
laat van een vrouw, van wie het moeilijk is
aan te nemen, dat zij aanstonds zeventig
wordt. Margaretha Verwey is nog niet oud,
zooals zij het zijn, die slechts leven in wee
moedige herinnering aan voorbijgegane
vreugden. Wel denkt zij met blijdschap terug
aan den heerlijken en spanningsvollen tijd,
toen haar werk zijn grooten bloeitijd beleef
de maar zij weet, dat het leven nimmer stil
staat. dat in schijnbaren neergang nieuwe
opgang verborgen ligt. En alle kunst is im
mers tijdsuiting!
Zuster van den dichter Albert Verwey en
reeds in haar jeugd levende in den fel be
wogen kring der tachtigers, meevoelend hun
strijd en overwinning, zag zij, hoe uit het
woord de daad groeide, hoe architectuur en
kunstnijverheid banen zochten, waarin het
nieuwe leven zich kon uiten. Berlage bracht
haar in aanraking met Rueter, LebeauDijssel-
hof, mevr. Derkinderen-Besier, en mede door
dezen omgang voelde zij langzamerhand de
roeping in zich ontwaken om ook het groote
en belangrijke gebied van het vrouwenhand
werk te bezielen met dien nieuwen geest.
Mejuffrouw Verwey had toen een hand
werkzaak te Amsterdam, een traditioneele
zaak, waar de dames patronen voor hand
werkjes konden koopen; alles Duitsche im
port: stijf, smakeloos en weinig fraai. Ber
lage zei er van: „Je moest je schamen voor
dien rommel".
Nu Margaretha Verwey schaamde zich
eigenlijk al lang en deze openhartige uiting
gaf een nieuwen stoot tot de daad. Weldra
volgde zij een ontwerpcursus van Lauweriks
en de Bazel en begon zij zelf ontwerpen
voor haar handwerken te maken.
Margaretha Verwey.
't Werd een groot succes en de Amsterdam-
sche zaak, weldra gevolgd door een filiaal in
Den Haag, kende vijftien jaren van grooten
bloei (pl.m. 19001915). Allerlei oude verge
ten technieken, die in vroeger eeuwen met
zooveel kunstzinnigheid waren toegepast,
werden opnieuw beproefd en bovenal stelde
mejuffrouw Verwey zich tot taak, het schep
pen van een volkomen harmonie tusschen
stof, werkdraad, lijn, kleur, en ornament.
„Harmonie" zoo zegt zij het in haar in
1911 verschenen werkje ,,Het handwerk als
kunstuiting" „wil zeggen: eenheid bren
gen in de verschillende factoren; de ver
schillende elementen met fijngevoelde juist
heid zoo op elkaar laten inwerken, dat ze te
zamen een eenheid vormen. Iedere stof
vraagt haar eigen versiering; zoo leent zich
bijv. het linnen bijzonder goed tot versiering
met stiksteek en kruissteek in eindelooze va
riaties past men echter deze technieken toe
op gekeperd katoen dan staat het weefsel in
den weg en krijgt men een onharmonisch
geheel". Ook tot andere takken van hand
werk strekte zich haar baanbrekende werk
zaamheid uit; zij legde zich toe op Smyrna,
kralenrijg- en weefwerk (band en kaart-
weven), was bijv. de eerste in ons land die
een grooten weefstoel had, en leidde na den
oorlog jarenlang een weefschool te Blarieum.
We herinneren ons nog wel die eerste ja
ren van weefrage: alle dames moesten plot
seling weven leeren en al ging die mode ook
weer spoedig voorbij, toch is het ontegenzeg
gelijk aan mejuffrouw Verwey te danken,
dat de weefkunst in ons land weer in eere
kwam.
't Is met de handwerkkunst, die in Mar
garetha Verwey haar pionierster vond, ge
gaan als met alle toegepaste kunst: een tijd
van fijnheid en voornaamheid en daarna de
popularisatie, de vergroving.- Zoo kwam in
het weven de klad, doordat een fabriek, die
hier belang bij had voor den afzet van haar
garens, gratis kleine toestelletjes beschik
baar stelde. De weverijen namen later de
techniek van het echte handwerk over en
wat op het oogenblik als „handweef" in den
handel wordt gebracht, is voor 't overgroote
deel fabriekswerk.
„En dat", zegt mejuffrouw Verwey, is ook
heelemaal niet erg. Want de menschen krij
gen dan toch iets beters in huis dan vroeger,
al is het geen echt handwerk. Wat ik echter
heel jammer vind is het verloren gaan van
al die mooie handwerktechnieken, die wij
met zooveel vreugde opnieuw hebben ont
dekt. Op de Lagere School worden ze niet
geleerd alleen het kunstnijverheidsonderwijs
heeft ze nog vastgehouden.
En nu ligt het kunstnaaldwerk vrijwel
dood: er wordt veel gehandwerkt, zeker,
maar hoe? Meest is het breien, wat de da
mes doen, voor 't fijnere borduurwerk is geen
tijd meer. En wordt er nog eens geborduurd,
dan zijn 't de leelijke goedkoope patronen
van Duitschen oorsprong, die de markt over-
stroomen.
Waaraan schrijft u deze inzinking toe?"
,,'t Ligt alles in den geest des tijds. Wij
leven in een chaos, een verwarring, zooals
de wereld nog nimmer doorleefde voor een
kunst die rust en bezinning vraagt, schijnt
op 't oogenblik geen concentratie te zijn. En
tochkunst is eenvoudig en is dus van
alle tijden: er zal weer een tijdperk komen,
dat nieuwe kunstuitingen zich baanbreken,
De vraag is alleen maar: is 't al de tijd,
dat wij iets kunnen doen om de kloof tus
schen verleden en toekomst te overbruggen?"
„Ik ben gezond en sterk en zou nog graag
mijn schouders zetten onder een nieuwe
taak. Maar de kunstenaar is een kind van
zijn tijd. Hij moet wachten tot de tijd rijp
is om nieuwe vormen te baren. We moeten
ons zelf zijn en luisteren
Is deze vrouw een wonder? Och neen, want
de kunst is immers eeuwig jong en dus
draagt ook de kunstenaar die stil zichzelf
kan zijn en luisteren naar de taal der tijden,
die eeuwige jeugd in zich.
R. DE RUYTER-V. d. JTEER.
IS UW WINTERKLEEDING IN ORDE?
Uw adres hiervoor is
H. L. KÜMINK STATIONSWEG 202
IJMUIDEN-OOST - TELEFOON 5265
Kleermakerij voor beter maatwerk.
(Adv. Ingez. Med.)
Bij Van Holkema en Warendorf te Amster
dam verscheen van de hand van Mevr. R.
Lotgering—Hillebrand een boekje dat past in
onzen tijd van snelheid, ook in het bereiden
van maaltijden, getiteld: In een half uur.
Hierin worden besproken 50 volledige
maaltijden, die in een half uur kunnen wor
den bereid, mits er met het noodige overleg
wordt tewerk gegaan. Dit wordt in de voor
rede duidelijk uiteengezet, organisatie is voor
dit snelle werken een eerste voorwaarde. Na
bespreking van het noodzakelijke gereed
schap dat altijd op dezelfde plaats te vinden
moet zijn, volgen dan de menu's met hun be
schrijvingen.
En wie daarin leest van kalfspoulet met ma
caroni, en rhabarbermoes of van gestoofde
paling met groene saus en aardappelen en
rijst met appelen „toe", moet toegeven dat dit
heerlijke maaltijden zijn die denkbeelden
oproepen aan een langdurig verblijf in de
keuken. En toch kan dit in een half uurtje.
Maar daartegenover licht mevr. Lotgering
wel eens de hand met dat halve uur als het
om „voorkoken" gaat d.w.z. wanneer er b.v.
Brusselsch lof moet worden gegeten en dit in
kranten of een kookmandje wordt gaar
gemaakt.
Daarvoor moet de werkende vrouw, die het
meeste baat bij dit boekje zal vinden, 's mor
gens het lof al schoonmaken en voorbereiden,
tien minuten koken en in de kranten wegzet
ten. Terwijl zij voor dit maal, bestaande uit
Brusselsch lof, harde eieren, gestoofde aard
appelen en pannekoekjes 's middags minstens
nog een half uur hard werken zal noodig
hebben. Dus met elkaar wel een gerekt half
uurtje en zoo zijn er meer menu's: gesmoorde
witte boonen met vruchten, of gehakt met
aardappelen rhabarbermoes en schuim-ome-
lette toe, enz.
Toch geeft het boekje aardige mogelijkhe
den voor menu's, al duurt hun bereiding dan
ook weieens langer dan de optimistische titel
der snelheid meent.
Minder op vlug-vlug, maar meer op rustig
overleg en bestudeeren ingesteld Is het hoekje
van mej. Martine Wittop Koning „Wat de
huisvrouw van voedingsleer moet weten",
uitgegeven door H. A. v. Bottenburg N.V. te
Amsterdam. In de voorrede vermeldt de
schrijfster, dat zij het boekje gebundeld
heeft uit maandelijksche praatjes in „Chris
telijk Vrouwenleven" ten dienste van de huis-
houdsteropleiding le leerjaar, die naar haar
meening deze belangrijke stof wel veel me-
thodischer krijgt voorgezet, maar bij wie de
belangstelling vaak maar zeer matig is. Het
boekje springt wel wat van den hak op den
tak, maar mejWittop Koning heeft dit wel
bewust gedaan om het geheel aantrekkelijker
te maken. Moge deze nieuwe methode, die geen
methode wil zijn, erin slagen het belangrijke
vak dat Voedingsleer is, wat meer in de be
langstelling der leerlingen te doen stijgen.
De Botercontrölestations geven een bro
chure uit, geschreven door mevr. C. H. A.
Scholte—Hoek met als titel „Welke boter op
het brood en in de keuken?"
Duidelijk wordt ons hier aan het verstand
gebracht dat alleen boter, voorzien van het
rijksmerk, volledig kan worden aanbevolen
nu dat wisten wij allemaal wel, elke huisvrouw
zou maar wat graag vet en margarine, hoe
zuiver ook, uit haar keuken bannen, wanneer
de boter niet zoo'n groot deel van het huis
houdgeld opslokte.
Daarvan kunnen de uitgevers die de brochu
re met aardige foto's verluchtten, overtuigd
zijn.
Voor de liefhebsters van handwerken, en
meer speciaal van haken en kunstbreien,
verschenen twee Beyer-uitgaven.
Allereerst „Het Haken IV", gehaakte klee-
den in verschillende maten, wat niet weinig
vaardigheid in de kunst van haken veronder
stelt. Maar de resultaten zijn dan ook vaak
zeer mooi en fijn
Op de twee bijvoegsels komen nog be
langrijke aanwijzingen en werkbeschrijvingen
Het boekje „Kunstbreien VI" vereischt een
nog grooter vaardigheid in dit werk, maar het
resultaat ls dan ook vaak zeer fijn en origi
neel. Hoewel het niet goed denkbaar is, dat
een moeder met kinderen tijd zou hebben om
tweepersoons-spreien te maken van kunstbrei
werk of een of twee gordijnen, en daarbij haar
huishouden nog prima te behartigen. Maar
dat kan ieder voor zichzelf het best beoor-
deelen.
Ook bij dit boekje zijn werkteekeningen en
beschrijvingen en wel in drie exemplaren.
E. E. J.—P.