Het groote Avontuur Het dagelijksch bestuur van den Kon. Onderoff. Schermbond werd Vrijdag ten paleize Noordeinde te Den Haag door H. M. de Koningin in audiëntie ontvangen ter overhandiging van het gouden insigne als Beschermvrouwe van dien Bond Dr. Schuschnigg, de thans afgetreden Oostenrijksche Bondskanselier, bij zijn aankomst te Innsbruck, waar hij zijn rede hield betreffende de te houden volksstemming, welke inmiddels is uitgesteld De heer J. N. Burger te Amsterdam, bekende figuur in de rubberwereld, wordt 18 Haart zeventig jaar Leon Blum doet den journalisten mededeeiing omtrent zijn besprekingen in verband met de vorming der nieuwe Fransche regeering Met 6000 ton wal- vischtraan arri veerde Vrijdag in de Amsterdamsche haven het Noor- schevaartuig „Jen ny" van de Zuide lijke IJszee Neville Chamberlain begeeft zich naar het Engelsche ministerie van Buitenlandsche Zaken voor de besprekingen met Von Ribbentrop Z. K. H. Prins Bernhard is Vrijdagavond, vergezeld door Prins Aschwin, van zijn bezoek aan Londen teruggekeerd. De aankomst te Vlissingen Voor de aankondigingszuilen in Weenen groepten de inwoners der Oosten rijksche hoofdstad samen om den oproep te lezen inzake de te houden volksstemming, welke inmiddels is uitgesteld FEUILLETON 54) Roman uit de Tropen door FRANS DEMERS. Een paar dagen later beleefden Ada en Riefenberg de groote vreugde het geronk van een vliegtuig- te hooren. Het toestel scheerde over den vuurspuwenden berg en vloog er enkele malen omheen. Eindelijk ontdekte de piloot de kleine menscliengedaantenDe ma chine voerde een gevaarlijke glijvlucht langs de bergranden uit en de besbuurderf liet een zwaren steen naar beneden vallen waaraan een brief was gebonden. Onmiddellijk daarop verdween het toestel in de richting waaruit het was gekomen. Zenuwachtig scheurde Rie fenberg het omslag open en las: een militaire zending is op komst om u te redden. Tracht nog enkele dagen stand te houden". Het briefje was onderteekend ..Kapitein Rin- gels". Riefenberg stuurde enkele mannen er op uit, om ergens prauwen te vinden, maar zij keerden onverrichterzake terug. Met het oog op de watervallen achtte hij het gevaarlijk de hulpexpeditie zijn schuilplaats te laten na deren. Hij besloot dan ook Fweloe met. een paar slaven te laten vertrekken langs den oever, de redders tegemoet. Ongeduldig wachtten zij nu. Op een avond zagen zij met eenige verbazing, dat talrijke vuren waren aangestoken in het vernield» dorp en gansch den nacht weerklonk tamtam geroffel. Bij het aanbreken van den volgende), dag bleek, dat een sterke macht negers in de vlakte was vergaderd. Riefenberg was on dertusschen koortsachtig aan het werk ge gaan. Hij had den rand van den afgrond laten beleggen met rotsblokken. Die zouden dienen als verschansing en tevens konden ze worden gebruikt als projectielen. Tegen den middag verzamelde een bende krijgers zich aan den voet van den berg. Riefenberg had zich met zijn geweer opgesteld bij het smalle pad. dat naar zijn schuilplaats leidde. De rotsvlakte op andere punten te bestijgen, leek hem uitgesloten. De wanden waren zeer steil en naakt, en hij. was. overtuigd, dat zijn vijanden het niet zouden aandurven zich zoo bloot te stellen. Ondertusschen maakten de belegeraars geen aanstalten om tot den aan val over te gaan, ook niet toen de nacht was ingetreden. Hun aantal groeide alleen op ont stellende wijze aan en steeds kwamen nieuwe benden zich bij het leger voegen. Groote vuren verlichtten de vlakte en de bevolking scheen in zeer opgewonden toestand te ver- keeren. Tegen den morgen eindelijk, terwijl Riefenberg even de oogen had gesloten, kwam een wachter hem wekken en fluisterde dat er beweging was op het bergpad. Hij liep naai den rand van den afgrond en -bemerkte in derdaad donkere gedaanten, die omhoog kro pen. In plaats van te schieten, liet Riefenberg' zware rotsblokken naar beneden vallen. Een gegil weerklonk. Doch dan steeg plotseling een machtig gehuil op. Dat was vermoedelijk het teeken voor den grooten aanval. In de vage morgenschemering zag Riefenberg nu hoe zijn vijanden zich in dichte drommen op talrijke iepen langs den rand van den afgrond, scho- -.en. hadden de handen vol' om het kleine pad met kogels schoon te vagen. Hun krijgers liepen langs de nrand van den afgrond, scho len met pijlen en duwden rotsblokken naar de tiepte. Met honderden tuimelden de belege- aars naar beneden, maar zij waren zoo tal- ;ijk dat Riefenberg af en toe op verscheidene punten hulp moest bieden. Het werd hem tenslotte duidelijk dat iemand met een modern wapen zijn inland- sche krijgers moest bij staan. Hij liep naar Reading en legde in een paar woorden het ge val uit. Een paar oogenblikken later waren de koorden, waarmee de Amerikaan was ge bonden, los en wierp deze zich mede in den strijd. Na enkele uren zagen de belegeraars in dat zij onmogelijk op deze wijze hun doel zouden bereiken. Op het oogenblik dat ze zich terug trokken ontstond een paniek in de richting ,van het dorp Daar weerklonken geweerschoten En op de rotsvlakte zag men hoe de strijders zich naar 'het dorp keerden en na enkele mi nuten op de vlucht sloegen voor de militaire zending van Wahenia, die juist haar doel had bereikt. Het bevrijdend peloton had spoedig de vlakte schoon gevaagd. Nu was de redding- nabij. Ada lljen, Riefenberg en Reading stonden bij het smalle bergpad en zagen hoe de .blanke officier zich over de lijken van de ge sneuvelden naar boven werkte. Het was Rie fenberg vreemd te moede. 1-Iij zou Ada in zijn armen willen nemen, maar Reading stond en kele meters van hen verwijderd en verloor hen geen oogenblik uit het oog. Mr. Reading was er het ergste aan toe. Nadat de vreugdevolle begroeting tusschen de overige personen had plaats gehad, keerde het groepje zich naar hem toe. En voor u, Mr. Reading, glimlachte de officier, heb ik tot mijn spijt, zeer slecht nieuws. Komaan. Reading, zeide Riefenberg, ik dank u voor de hulp, die gij ons daareven hebt geboden, maar aanvaard nu uw neder laag. Daarop gebeurde iets vreeselijks.Reading's arm ging de hoogte in en de revolver waar van hij enkele minuten geleden gebruik maak te om de negers neer te schieten, werd op het hart van den journalist gericht. Ik zal nooit een nederlaag beieven, riep de Amerikaan. Een schot ging af. Riefenberg wankelde en stortte voorover. Ada lljen slaakte een kreet. De Amerikaan ging op de vlucht, achtervolgd door den officier en een paar soldaten. Reading trachtte blijkbaar niet te ontsnap pen. Gekomen aan den rand van den afgrond, langs de zijde van de Itoeri. sprong hij in de donderende watervallen. Ada had niets eens gezien hoe haar echtge noot zelfmoord pleegde. Haar hoofd lag op de borst van Riefenberg en zij schreide. De officier verwijderde haar en scheurde het hemd van den getroffene open. De kogel was in het schouderblad gedrongen. Wees gerust, fluisterde hij tot Ada, dat komt wel in orde. Hij waschte de wonde en legde een ver band. Daarna werd de gewonde naar de vlakte gebracht Dat ging zeei moeilijk, maar einde lijk lag hij dan toch op een zacht bed van bladeren, omringd door de teedere zorgen van Ada. Ondertusschen had de officier al zijn man schappen en de volgelingen van Riefenberg aan den arbeid gezet. Den gansohen nacht werd het werk voortgezet. Boomstronken en struiken werden over een groote oppervlakte verwijderd. Oneffenheden van het terrein wer den gelijk gemaakt. Een dag ging voorbij en toen kwam einde lijk het vliegtuig van kapitein Ringels boven de vlakte kruisen. De piloot onderzocht het terrein en kwam tenslotte sierlijk neerstrij ken bij de hut waarin Riefenberg was onder gebracht. Aldus was de afspraak met de mili taire zending. Daaraan had Riefenberg zijn leven te dan ken, want nauwelijks een uur later zat kapi tein Ringels opnieuw achter het stuur van zijn vliegtuig. Achter hem lag Riefenberg in Ada Iljen's arm. Hij kreunde vreeselijk toen het vliegtuig over de vlakte reed. maar nadat het los was van den grond, sliep hij in. Denzelfden avond nog lag hij op de opera- tietafel van het hospitaal te Wahenia en werd de kogels uit het schouderblad verwijderd. En dan, dan komt er een morgen, dat hij zijn levenskrachten voelt terugkomen in de blanke hospitaalkamer. Hij ligt in een zacht bed. Hij is geschoren en gewasschen. Hij voelt geen koorts meer, alleen maar een lichte ijlte in het hoofd. Het helle zonlicht wordt tegen gehouden door de breede barza. In de ka mer is het koel. Riefenberg kijkt om zich heen. Hij geniet van alles. Hij voelt zich ge lukkig-te leven. Daar gaat de deur open en verschijnt Ada lljen met in haar armen een groote ruiker roode rozen. Zij sluit de deur, leunt er een oogenblik tegen en staart hem aan. Wat is ze heerlijk, Ada lljen. Zij draagt een licht, sierlijk morgentoilet en is nu weer de bedwelmend mooie vrouw geworden, zooals hij haar heeft gezien in het kleine huisje van Lebon's nederzetting. Alleen is er iets ver anderd; zij is van hem en uit haar oogen straalt thans eetf heerlijk-vol geluk. De bloemen geuren op het voeteinde van het ziekbed. Lang en innig omhelzen deze twee menschen elkaar. Ada, vraagt Riefenberg stil. ben je nu nog bang' voor dit geluk? Zij sohudt met het hoofd en fluistert: Nee, ik ben er nooit bang voor geweest, ik heb steeds gevoeld dat het voor ons was weggelegd, maar ik wilde het gelouterd zien door het leven. Wat ik nooit in de beschaafde wereld heb gekend, heb ik ginder in de wilder nis geleerd. EINDE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1938 | | pagina 12