HERZIENING OMZETBELASTING.
Ho uitdrukkelijk
PRINSES BEATRIX.
DONDERDAG 24 MAART 1938
Minister stelt verlenging met vijf jaar voor.
Croolere opbrengstvaneenige
millioenen verwacht.
Bij de Staten-Generaal is ingediend
een wetsontwerp tot herziening van de
Omzetbelastingwet 1923 en tot wijzi-
gig van de algemeene wet van 26
Augustus 1822.
Aan de Memorie van toelichting wordt ont
leend:
Toen in 1933 de behoefte van 's Rijks schat
kist er toe noopte over te gaan tot heffing van
een Omzetbelasting, moest bij de keuze van liet
stelsel van heffing en bij het ontwerpen van
de wettelijke bepalingen de steun worden ont
beerd. die practische ervaring, vroeger hier te
lande opgedaan bij heffing van een gelijke
of daaraan nabij komende belasting, in andere
gevallen veelal geeft.
De sedert de invoering van de wet opgedane
ervaring heeft bij den Minister van Financiën
geen twijfel doen rijzen aan de juistheid van
de in 1933 genomen beslissing nopens de ver
kieslijkheid van een eenmalige omzetbelasting
boven het telkenmale belasten van eiken om
zet van goederen. Het behoeft intusschen, in
het licht van het bovenstaande, geen verwon
dering te wekken, dat de practijk van de wets
toepassing binnen het kader van het gekozen
stelsel van heffing een aantal onvolmaakt
heden van de wettelijke regeling aan het licht
heeft gebracht, die behooren te worden weg
genomen.
Vooropgesteld wordt, dat het in overweging
nemen van een technische herziening van te
meer belang moet worden geacht, nu naar het
oordeel van den Minister van Financiën de
Omzetbelastingwet met ingang van 1 Januari
1939 niet zal kunnen vervallen, maar het noo
dig is de heffing van omzetbelasting ook na
dien datum te doen voortduren. De minister
ziet niet voorbij, dat deze heffing in het bij
zonder op het bedrijfsleven zware lasten legt,
maar de eischen van een goed financieel be
leid sluiten het prijsgeven van deze voor 's
Rijks schatkist belangrijke bate voorshands
uit. In het Ontwerp van Wet is in verband
daarmede een bepaling opgenomen ingevolge
welke de geldigheidsduur van de omzetbelas
tingwet van 1 Januari 1939 tot 1 Januari 1944
zal worden verlengd.
De motieven voor herziening.
Met betrekking tot de in het ontwerp van
wet voorziene wijzigingen spelen in hoofdzaak
een zestal beweegredenen een min of meer
.zelfstandige rol:
le. De wenschelijkheid om zooveel mogelijk
te voorkomen, dat voor de heffing van de be
lasting zekere, al dan niet opzettelijk met het
oog op die heffing gekozen, vormen van be
drijfsuitoefening zonder voldoenden grond in
een meer voordeelïge positie komen dan andere
vormen van bedrijfsuitoefening, tengevolge
waarvan de belastingheffing de bestaande
concurrentievoorwaarden kan verstoren.
2e. De wenschelijkheid om den binnenland-
schen fabrikant voor de heffing van de be
lasting niet te doen achterstaan bij den bui-
tenlandschen producent.
3e. De wenschelijkheid om de opbrengst van
de belasting te verhoogen door belastinghef
fing ook in die gevallen, waarin zulks thans
niet mogelijk is. doch niettemin volgens de
bedoeling van den wetgever of in redelijkheid
behoort te geschieden.
4e. De wenschelijkheid om, zoowel in het
belang van de belastingschuldigen, met name
in dat van de kleinere fabrikanten, als in het
belang van de belastingadministratie, de
thans in vele gevallen plaats hebbende belas
tingheffing door middel van aanslagen, waar
bij min of meer belangrijke bedragen achter-
al nog met groote moeite moeten worden be
taald of met dwang moeten worden ingevor
derd, te vervangen door een wijze van hef
fing, waarbij de belasting bij. althans niet
lang na de belastbare levering, in den regel
door middel van plakzegels, moet worden vol
daan.
5e. De wenschelijkheid om een wettelijken
grondslag te geven aan in het belang van
zekere takken van het bedrijfsleven getroffen
bijzondere regelingen.
6e. De wenschelijkheid om enkele op zich
zelf staande gebreken in de wettelijke rege
ling weg te nemen en daarin enkele aanvul
lende bepalingen op te nemen, daaronder be
grepen de wenschelijkheid om zekere wijzi
gingen aan te brengen in de tabellen a en b.
Ofschoon vrijstelling, van machines in het
belang van de industrialisatie van Neder
land wonschelijk zou zijn, heeft gezette over
weging van dit vraagpunt den minister, in
overleg met zijn ambtgenoot van economische
zaken, doen besluiten zoodanige voorziening,
vooral met het oog op de belangen van 's rijks
schatkist, in het ontwerp van wet niet op te
nemen.
Verschillende overwegingen hebben er toe
geleid in het ontwerp met levering krachtens
overeenkomst van koop en verkoop gelijk te
stellen elke oplevering van een werk in roe
renden staat, zulks onverschillig of bij die ge
legenheid goederen in eigendom worden over
gedragen of niet.
Blijkens het voorgestelde artikel 3. eerste
lid, letter d, zal het beschikken over roerende
goederen ten behoeve van een onroerend goed,
waarvan zij deel gaan uitmaken, met levering
krachtens overeenkomst van koop en verkoop
worden gelijkgesteld. Ter zake van het be
schikken door een aannemer c.q. onderaan
nemer over in zijn bedrijf vervaardigde
goederen, ten einde die bij aanleg, aanbouw,
herstelling, verbetering of uitbreiding van een
onroerend goed te bezigen, zal derhalve be
lasting kunnen worden gevorderd, gelijk ook
thans reeds belasting is verschuldigd, indien
goederen ten behoeve van dat.doel aan hem
door anderen zijn geleverd.
Een belangrijke wijzging van de bestaande'
wettelijke regeling is ook de uitbreiding van
de belastbaarheid van het eigen gebruik.
De bestaande redactie van artikel 3 der wet,
blijkens welk artikel met levering krachtens
overeenkomst van koop en verkoop wordt ge
lijkgesteld het beschikken door fabrikanten
voor eigen gebruik, voor zichzelf en voor hun
gezinnen, over goederen uit hun bedrijfsvoor
raad, is, aangezien zij enkel voor oogen heeft
het gebruik voor particuliere doeleinden van
den fabrikant, te beperkt. Het beschikken over
in het bedrijf voortgebrachte, vervaardigde
of bewerkte goederen ten behoeve van het fa-
brikantsbedrijf zelf blijft aldus onbelast. Zoo
kan niet worden belast het in dienst stellen
ten behoeve van eigen bedrijfsuitoefening
van zelf vervaardigde machines, werktuigen
en transportmiddelen, evenmin als het ge
bruik van in het bedrijf vervaardigde meube-
lep, papier, drukwerk, enz., hoezeer aan den-
gene, die genoemde goederen ten behoeve van
zijn bedrijf aan anderen betrekt, wel belasr
ting, althans een prijs, waarin de belasting
is verwerkt, wordt in rekening gebracht.
Ten einde het bezwaar van het ontgaan van
belasting door de oprichting van afzonder
lijke verkoopmaatschappijen op te heffen,, is
in een artikel 4 bis het bedrijf van een han
delaar, dat ten opzichte van het bedrijf van
den fabrikant of van de bedrijven van de fa
brikanten, van wie de handelaar zijn goede
ren, middellijk of onmiddellijk, in hoofdzaak
betrekt, niet als onafhankelijk en wezenlijk
zelfstandig kan worden beschouwd, voor de
toepassing van de wet en de daarop gegronde
bepalingen tot fabrikant gestempeld.
Plakzegels.
De Minister acht het gewenscht, met be
houd op den bestaanden voet van heffing-
van de belasting door middel van zegeling
van facturen, de aanslagregeling te vervan
gen door een andere wijze van heffing. Deze
nieuwe wijze van heffmg is vervat in de on
der artikel VI voorgestelde nieuwe lezing van
artikel vn der wet. Dit artikel verplicht, voor
gevallen waarin tot dusverre een aanslag-
werd opgelegd, den fabrikant de belasting' te
voldoen door middel van plakzegels. ter
waarde van de belasting, welke hij hecht aan
een formulier, dat binnen veertien dagen na
afloop van het tijdvak, waarover de belasting
wordt voldaan in den regel een "kalender
kwartaal moet worden ingeleverd bij den
inspecteur der accijnzen binnen wiens ambts
kring hij gevestigd is of bij een door den
minister aangewezen ambtenaar (b.v. ont
vanger der accijnzen).
Een aanslag behoeft dan aan den fabrikant
niet te worden opgelegd. Uiteraard is wel
noodig", dat de inspecteur controle uitoefent
op de juistheid van het op het formulier vol
dane bedrag aan belasting, waartoe dan ook.
blijkens het vijfde lid van artikel 11, de fa
brikant op het formulier de noodige gegevens
verstrekt. Blijkt den inspecteur, dat niet,
niet volledig of niet tijdig de verschuldigde
belasting is voldaan, dan kan hij ingevolge
artikel 12 (nieuw) den belastingschuldige een
aanslag opleggen.
Bijzondere regelingen
blijven bestaan.
Teneinde tegemoet te komen aan bijzon
dere bezwaren, welke de heffing van omzet
belasting, zoo die geheel overeenkomstig het
in de wet neergelegde stelsel van heffing
plaats heeft, 3n verschillende gevallen mede
brengt, zijn niet lang na de invoering van de
wet voor sommige takken van bedrijf als
slagers-, bakkers-, café- en restaurantbe
drijven op verzoek van en na overleg met
in die bedrijfstakken bestaande vereenigin-
gen van belanghebbenden, door den ambts
voorganger van den Minister bijzondere re
gelingen getroffen, waarbij met als uitgangs
punt het vorderen van belasting tot hetzelfde
bedrag als verschuldigd is bij berekening
overeenkomstig het wettelijk stelsel, de be
lasting op een andere, meer eenvoudige wijze
wordt vastgesteld. Bij die berekeningen zijn
veelal de teruggaven, waarop ingevolge de
wet aanspraak zou kunnen worden gemaakt,
reeds dadelijk verwerkt.
Zoowel het belang van de hierdoor in aan
merking komende bedrijfstakken als dat
van de belastingadministratie brengt mede,
dat zoodanige bijzondere regelingen blijven
gehandhaafd en zoo noodig nog worden uit
gebreid, doch het schijnt den Minister noo
dig aan zoodanige regelingen een wettelijken
grondslag te geven. Daartoe strekt het onder
artikel XVII opgenomen artikel 22bis van het
Ontwerp van Wet.
Ongeoorloofd concur
rentiemiddel.
Bij herhaling hebben den Minister uit het
bedrijfsleven klachten bereikt, dat het ver
haal van omzetbelasting op de verbruikers
in vele gevallen wordt bemoeilijkt doordat
bepaalde fabrikanten en handelaren in hun
aankondigingen en aanbiedingen ten verkoop
te kennen geven de omzetbelasting niet in
rekening te brengen. Zoodanige handelwijze
is in strijd met den geest van de wet.
Onder die omstandigheden is de Minister,
hoezeer er van overtuigd, dat de vraag of de
omzetbelasting in werkelijkheid zal worden
verhaald in laatste instantie door economi
sche factoren en niet door wetsbepalingen
wordt beheerscht, niettemin van oordeel dat
er in het kader van deze wet plaats is voor
een bepaling, welke de strekking heeft te
voorkomen, dat al dan niet juiste aankondi
gingen omtrent het ,in strijd met de strek
king van de wet, niet verhalen van de om
zetbelasting worden gebezigd als een welkom
reclamemiddel in den concurrentiestrijd. In
dien gedachtengang wordt in het nieuw voor
gestelde artikel 31bis met geldboete strafbaar
gesteld de fabrikant of handelaar die aan be
lasting onderworpen goederen ten verkoop
aankondigt of schriftelijk ten verkoop aan
biedt op een wijze geschikt om bij het pu
bliek of bij dengene tot wien de aankondi
ging of het aanbod is gericht, den indruk te
vestigen, dat ter zake van levering of invoer
van die goederen geheven of te heffen om
zetbelasting of bijzonder invoerrecht niet, of
niet geheel, te zijnen laste zal worden ge
bracht.
De Minister deelt tenslotte mede. dat naar
zijn meening met een bate voor 's rijks schat
kist van eenige millioenen guldens mag wor
den rekening gehouden.
Omdat U met MAGGI5 Aroma de zekerheid
hebt het beste te gebruiken, dat op dit gebied
in de handel is!
Bovendien, sinds kort, verlaagde navulprijzen
FLACON No. 0 14 CT.
FLACON No. 1 27 CT.
(Adv. Ingez. Med.)
Moeilijkheden bij een schilderijen-
transactie.
Koopman verdacht van oplichting.
Over een transactie tusschen twee kooplie
den betreffende een schilderij, voorstellende
een landschap van Adriaan Brouwer, ontston
den moeilijkheden, welke tenslotte de zaak
voor de Haagsche Rechtbank brachten, waar
voor één der kooplieden, de 25-jarige W. G.
wegens oplichting terecht heeft gestaan en tot
één maand gevangenisstraf veroordeeld is.
G. kwam van dit vonnis in hooger beroep
en Woensdagochtend vond de behandeling
voor het Haagsche Gerechtshof plaats.
G. deed, zoo bleek ter terechtzitting, voort
durend zaken op schilderijengebied voor den
hoofdgetuige, den koopman H. te Heerlen, en
zoo was hij op zekeren dag met den „Adriaan
Brouwer" aangekomen, welken hij wilde ruilen
voor een schilderij „Madonna met kind" van
den koopman II. Deze voelde er wel wat voor,
doch wenschte expertise. Voor dat doel zouden
mevrouw H. én verdachte naar Dr. Bredius te
Monaco gaan en hem als expert raadplegen.
Deze reis sprong af, daar verdachte eenigen
tijd later met een expertise kwam. Hij had
het schilderij per vliegtuig naar Monaco ge
stuurd en het met expertise van dr. Bredius
terug ontvangen. De kosten daarvan bedroe
gen 550— welk bedrag H. aan verdachte be
taalde.
Later bleek, dat de expertise allang be
stond en het schilderij nooit naar Monaco ge
weest was. Verdachte had dus ten onrechte die
550 gekregen. Hij verweerde zich door te
zeggen, dat hij het bedrag voor de expertise
van een heel ander schilderij had gekregen
en dat er nooit sprake was geweest, dat hij met
den „Adriaan Brouwer" naar Monaco zou
gaan. De getuigen waren op dit punt evenwel
zeer positief in 'hun verklaringen en de pro
cureur-generaal achtte dan ook geen termen
aanwezig het vonnis van de Rechtbank te wij
zigen.
Mr. w. M. Nathans, de verdediging voerend,
verzocht het Hof de zaak naar de instructie
terug te wijzen om den datum van de exper
tise vast te stellen en concludeerde voorts, op
grond van de vele verwarrende getuigen-ver-
klaringen, tot vrijspraak.
Uitspraak 6 April
Wanloesilautlen iii nijverheids
inrichtingen.
Vragen van mevr. BakkerNort.
Het Tweede Kamerlid mevr. BakkerNort
heeft aan den minister van Justitie de vol
gende vragen gesteld:
Heeft de minister kennis genomen van het
bericht, dat eeninge jaren geleden n.l. in 1934
herhaaldelijk op groote vergaderingen van
de Katholiekee Jeugdvereeniging zeer ernstig
's geklaagd over misbruik van leidende man
nen in inrichtingen van nijverheid ten op
zichte van meisjes en vrouwen, werkzaam in
'mn bedrijf?
Kap de minister meedeejen, indien deze
klachten omtrent zeer ernstige wantoestan
den bekend waren, of er naar aanleiding
daarvan een grondig onderzoek heeft plaats
gehad, en zoo ja, welke, resultaten dit heeft
gehad?
Clandestiene broedmachines
opgespoord.
BARNEVBLD, 23 Maart. De Barneveld-
sche politie heeft vandaag in samenwerking
met ambtenaren van den Crisis-Opsporings
dienst een vijftal clandestiene broedmachines
in beslaggenomen, met een gezamenlijk ver
mogen van 5500 eieren. Hoe moeilijk zulk een
opsporing kan zijn bleek aan een adres, waar
men terecht kwam in een slaapkamer, die
keurig gemeubeld was en waarin zich o.a. een
onopvallende kleerkast bevond. Slechts de
aanwezigheid van een kleinen thermometer
aan die kast bracht de ambtenaren op het
idee, dat zij wel eens iets anders dan linnen
goed e.d. kon bevatten. Bij nader onderzoek
bleek dan ook. dat er hier 3000 eieren op uit
komen stonden.
In tal van woningen zijn dezer dagen huis
zoekingen verricht. Daarbij is de politie een
maal op verzet gestuit, zoodat zij zich genood
zaakt zag eerst de bewoners in verzekerde be
waring te stellen, voordat men huiszoeking
'kon verrichten.
EERSTE KAMER.
EEN VOORZITTERLIJK STANDJE.
President de Vos van Steenwijk heeft zijn
medeleden een standje gegeven, toen zij
Dinsdagavond nogmaals moesten stemmen
over de begrooting van Sociale Zaken, door
dat ongeveer 14 dagen geleden, op het uur,
waarop Mr. v. Vessem (Nat.-Soc.) hoofde
lijke stemming aanvroeg, er heel wat minder
dan 26 leden minimum noodig voor een gel
dige hoofdelijke stemming aanwezig wa
ren.. Thans bleek men wel beseft te hebben,
dat een bewijs van beter gedrag niet over
bodig was. Want nu waren er liefst 46 senato
ren opgekomen, van wie alleen de vier nat.-
socialisten tegenstemden. Intusschen wees de
voorzitter er op, dat het lang en veelvuldig
vergaderen, waarvan dan een gevolg is. dat
tegen het eind van den middag al te veel hee
ren door afwezigheid gaan schitteren, voort
aan bepaald vermeden zou moeten en ook
zou kunnen worden. Namelijk door reeds bij
het afcleelingsonderzoek niet noodeloos veel
ondergeschikte kwesties aan te roeren, door
vervolgens kortere mondelinge beschouwingen
te houden en door tevens meer beperking aan
den dag te leggen wat het aantal sprekers be
treft.
Mogen de heeren het zich nu voor gezegd
houden en niet voortgaan in het hier
trouwens eenige malen reeds vermelde euvel,
dat de Eerste Kamer in den laatsten tijd al te
zeer de neiging ging' vertoon en o m nog eens
te herhalen, wat al in de Tweede Kamer was
gezegd.
Woensdagmorgen was men in elk geval heel
gauw met de agenda gereed. Alleen de aan
voerder van de nat.-soc. fractie, Mr. v. Ves
sem, bleek nog behoefte te hebben om wat
alweer, na de behandeling aan de overzijde
van het Binnenhof, ten eenenmale overbodig
was om te vertellen, waarom hij en zijn
partijgenooten tegen de mede door ons land te
verleenen financieele hulp aan de burger
bevolking van China gekant waren. Minister
Patijn maakte duidelijk, dat er voor zulk een
verpolitiekt bezwaar in feite niet de minste
reden bestond. Met aanteekening, dat de
nazi's tegen warén, ging ook dit agendapunt
er z.h.st. door.
E. v. R.
Groolc luclitbeschermiiigsoefening
iii de provincie Utreclit.
Op 28 April a.s.
UTRECHT, 23 Mrt. Op initiatief van den
Commissaris van de Koningin in de provincie
Utrecht, jhr. mr, dr. H. L. N. Bc-sch, ridder van
Rosenthal, had 21 en 22 Maart j.l. een tweetal
bijeenkomsten plaats in het gebouw voor het
provinciaal bestuur te Utrecht, waarin inlei
dende besprekingen werden gevoerd na. ver
band met de groote luchtbeschermingsoefening
op 28 April a.s. in de provincie Utrecht. Voor
deze oefening is inmiddels de goedkeuring ver
kregen van den minister van binnenlandsche
zaken.
Op deze bijeenkomst, welke door den Com
missaris van de Koningin werd geleid, waren
op de beide dagen ruim honderd burgemees
ters en hoofden van gemeentelijke luchtbe
schermingsdiensten aanwezig.
Generaal De Ridder uit Den Haag, inspecteur
voor de bescherming van de bevolking tegen
luchtaanvallen, hield een interessante voor
dracht. De heer De Gaay Fortman gaf als ver
tegenwoordiger van de Nederlandsche Vereeni-
ging voor Luchtbescherming een uiteenzetting
over het doel van deze vereeniging.
De a.s. luchtbeschermingsoefening op 28
April zal bestaan uit een middag- en avond
oefening. de avond-oefening zal uitsluitend
een verduisteringsoefening zijn. De oefening
zal zich niet uitsluitend bepalen tot het ge
west Utrecht, doch zich ook over zes en dertig
Geldersehe gemeenten in de Betuwe uitstrek
ken, waaronder de gemeenten Culemborg, Gel-
dermalsen, Tiel en Zaltbommel.
Het ligt in de bedoeling nog vóór 28 April
een persbijeenkomst te houden om op deze
wijze de bevolking nog nadere bijzonderhe
den te verstrekken over hetgeen op dien dag
gaat gebeuren.
Tegen voorstellingen van omroep-
vereenigingen buiten de studio.
Oprichting van een bond van werkgevers in
het amusementsbedrijf.
's-GRAVENHAGE, 23 Maart. Door de
Nederlandsche Artisten Organisatie worden
pogingen gedaan, een wettelijk verbod te ver
krijgen voor het organiseeren van voorstellin
gen door omroepvereenigingen buiten de
studio.
Met het oog op ditzelfde doel is thans ook
door eenige werkgevers in het betrokken be
drijf een voorloopige commissie gevormd, be
staande uit de heeren Henri ter Hall, oud
revue directeur, A. Wunnink, directeur van het
Theater Carré, A. Defresne, directeur van de
Amsterdamsche Tooneelvereeniging, Bob
Peters,, directeur Natiónale Révue, H. Bouber,
directeur gezelschap Bouber en C. Faveur,
directeur van het variétégezelschap Faveur,
teneinde een bond van werkgevers in het
kunst- en amusementsbedrijf op te richten.
Het eenige doel dezer organisatie zal zijn
het optreden van omroepvereenigingen bui
ten de studio en het maken van reclame in
den aether van hoogerhand te doen verbieden.
De oprichtersvergadering wordt gehouden
op Maandag 28 Maart in het Theater Carré te
Amsterdam, des voormiddags te 11 uur.
OUDE VROUW GESTIKT.
LEIDEN, 23 Maart. In een perceel aan
de Kruisstraat alhier is de alleenwonende
74-jarige weduwe J. C. van R., dood te bed
gevonden.
Het door de politie ingestelde onderzoek
heeft uitgewezen, dat een houten- balk onder
het hoofdeinde van de bedstede, waarin de
oude vrouw sliep, dusdanig vermolmd was,
dat hij is doorgezakt, met het gevolg, dat
de vrouw is afgegleden, waarbij het bedde-
goed zoodanig op haar hoofd terecht kwam,
dat zij zich niet meer kon bevrijden en is
gestikt
ROB. GERAERDS VERLAAT DE NEDER
LANDSCHE TOONEELGROEP.
AMSTERDAM, 23 Maart. Naar wij ver
nemen heeft Rob. Geraerds kortelings de
leiding van de Nederlandsche Tooneelgroep
neergelegd. Ook als acteur en regisseur
maakt hij geen deel meer uit van dit gezel
schap.
VROUWEN VREDESGANG.
's-GRAVENHAGE, 23 Maart. B. en W. van
's-Gravenhage hebben toestemming verleend,
dat de Vrouwen Vredesgang op 18 Mei aldaar
gehouden zal worden. De duizenden vrouwen,
die uit alle oorden van het land verwacht
worden, zullen zich opstellen op de Prinse
gracht. Om half drie zal de zwijgende stoet
zich in beweging stellen, die in de groote ten
toonstellingshal op Houtrust ontbonden zal
worden.
Ook in het buitenland bestaat groote be
langstelling.
VIJF DER GEVLUCHTE SPANJAARDEN IN
NEDERLAND TERUG
VLÏSSINGEN, 23 Maart. Met het Portu-
geesche stoomschip Almirante Alexandrine
zijn hedenavond te Vlissingen aangekomen de
5 Spanjaarden, die indertijd uit ons land zijn
gevlucht en door de regeering van Franco zijn
teruggezonden.
De commissaris van politie, de heer Gasinjet
is vergezeld van een zestal politieambtenaren
per sleepboot naar het schip gevaren en heef t
de Spanjaarden overgenomen.
Onder streng politiegelelde zijn deze na aan
komst aan den wal per auto's naar het politie
bureau overgebracht, vanwaar zij morgen on
der politiegeleide naar den Haag zullen ver
trekken.
Conflict in de sigarenindustrie.
Staking bij zeven firma's.
EINDHOVEN, 23 Maart. In aansluiting aan
de voorloopige besprekingen van j.l. Zaterdag
hebben de hoofdbesturen der vier werklieden-
organisaties in de sigarenindustrie vandaag
in hun bijeenkomst eenparig besloten tot het
proelameeren eener per 11 April a.s. ingaande
werkstaking bij de firma's: Karei 1 te Eind
hoven en Reus el. ..Velasaues" te Meerveld-
hoven en Reusel, „Schimmelpenninck" te Wa-
geningen. „La Bolsa" te Kampen, „Dejaco"
te Culemborg. Bijdendijk en Ten Hove te De
enter en Lokin en Weisz te Amsterdam.
Dezer dagen zal m et de personeelen dier
firma's worden vergaderd, teneinde stakings-
ijjsten te teekenen.
Doopplechtigheid 12 Mei in de
Groote Kerk te 'sCravenhage.
Ons wordt verzocht te melden, dat de
doopplechtigheid van Prinses Beatrix
zal plaats vinden in de Groote Kerk
te 's-Gravenhage op Donderdag 12
Mei a.s.
Er is nog geen uitnoodiging gericht
tot den predikant, die de doopplechtig
heid zal verrichten.
Dc verpleging" der prinses
Zooals gemeld zal binnenkort Zuster Boon
stra, de verpleegster van Prinses Beatrix, het
Paleis Soestdijk verlaten.
In haar plaats zal voorloopig als verpleegster
in functie treden 'jkvr. S. C. Feith te Hilver
sum.
Jonkvrouwe Sophia Christina Feith, zoo
meldt de Tel.. is een 26-jarige Hilversumsche.
die zich reeds jong tot het verpleegsterschap
aangetrokken gevoelde. Zij is geboren te Gro
ningen en kwam met haar ouders, jhr; Henri
Feith en jkvr. Feith-Kretschmar van Veen,
als kleuter te Hilversum, waar haar moeder,
dochter van den toenmaligen. directeur-ge
neraal der spoorwegen, ook was opgegroeid.
Van haar zesde tot haar achttiende jaar is
zij leerlinge geweést van de Godelinde-school,
een particuliere instelling voor lager- en
U.L.O.-onderwijs aan de Mozartlaan.
Onmiddellijk nadat jkvr. Feith haar eind
diploma had behaald, begon haar opleiding
in het kinderziekenhuis te Utrecht, waar zij
de lessen volgde van prof. Haverschmidt en
dr. Carstens. Later is zij werkzaam geweest
in de Ziekenverpleging aan de Prinsengracht
te Amsterdam en de laatste jaren, aan de
Emmakliniek te 's-Gravenhage.
Jkvr. Fëith is in het bezit van liet diploma
ziekenverpleging en heeft juist Woensdag in
Den Haag haar diploma kraamverpleegster
behaald. Zij kwam eerst tegen middernacht
in de ouderlijke woning te Hilversum. Zij
heeft niet gesolliciteerd, doch is voor de be
langrijke functie van verpleegster der kleine
Prinses gekozen op aanbeveling van 'dr. De
Groot en dr. Carstens, haar tegenwoordigen
en haar vroegeren directeur, die beiden de
medische raadslieden van Prinses Juliana
zijn.
Jkvr. Feith zou reeds heden. Donderdag
ochtend vroeg ten paleize Soestdijk haar ver
antwoordelijken post betrekken.
PIET VAN EGMOND, HOOFDLEERAAR
ORGELSPEL AAN IIET MUZIEK-
LYCEUM.
AMSTERDAM. 23 Maart. Als hoofd
leeraar in orgelspel aan het Muzieklyeeum is
de heer Piet van Egmond benoemd.
Piet van Egmond werd in 1912 te Amster
dam geboren. Hij studeerde orgel en piano
aan het Amsterdamsch conservatorium en
verkreeg daar in 1932 het solisten-diploma. In
1933 werd hij benoemd tot organist van het
Concertgebouw te Amsterdam. Hij maakte
studiereizen voor orgelspel en dirigeeren in
Engeland en Oostenrijk.
Als solist trad hij meermalen op in het Con
certgebouw en voor de radio. Des zomers
geeft hij geregeld kerkconcerten.
MEVR. MR. N. S. C. TENDELOO LID VAN
DEN AMSTERDAMSCHEN RAAD.
AMSTERDAM. 23 Maart. De voorzitter
van. het Centraal Stembureau ter verkiezing
van leden van den gemeenteraad heeft ter
voorziening in de vacature, ontstaan door
het bedanken van den heer M. M. Cohen, be
noemd verklaard tot lid van den gemeente
raad van Amsterdam, mevr. mr. N. S. C,
Tendeloo.
DE KONINGIN ONTVANGT HOOFDEN
VAN ZENDING.
's-GRAVENHAGE, 23 Maart. De Ko
ningin heeft hedenmiddag ten Paleize
Noordeinde ontvangen de alhier geaccredi
teerde hoofden van zending met hunne echt-
genooten, ter aanbieding van hun gelukwen-
schen met de geboorte van Prinses Beatrix.
Nationale Film 1898—1938.
Verschillende comités gevormd.
•s-GRAVENHAGE, 23 Maart. In het eere
comité voor de Nationale Film in verband met
het veertigjarig regeeringsjubileum van de
Koningin hebben zitting als voorzitter de Mi
nister-President dr. H. Colijn en als leden de
Ministers van de onderscheidene Departemen
ten, de Gouverneur-Generaal van Ned.-Indië,
de Gouverneurs van Suriname en van Curacao,
de Vice-President van den Raad van State, de
Commissarissen der Koningin in de elf provin
ciën, de President van de Nederlandsche Bank.
de President van de Javasche Bank en de
burgemeesters van Amsterdam, 's-Graven
hage en Rotterdam, zoomede die van de pro
vinciale hoofdsteden.
Het dagelijksch bestuur van het comité is
als volgt samengesteld: voorzitter is jhr. ir.
O. C. A. van Lidt de Jeude. secretaris Ph. C. A.
J. Quanjer, alg. secr. Alg. Nederl. Verbond, pen
ningmeester mr. E. E. Meuten, directeur van
de Bank van Heldring en Pierson, lid mr. D.
G. W. Spitzen, administrateur chef afd. B.B.,
en gedelegeerd lid D. van Staveren, voorzitter
van de Ned. Ver. voor Cultureele Films.
Het algemeen comité bestaat uit de leden
van het dagelijksch bestuur van het comité,
zoomede uit de volgende ondervoorzitters: ir.
M. H. Damme, voorzitter Ver. Nederlandsch
Fabrikaat, M. B. van der Jagt, voorzitter. Ver.
IndiëNederland; P. J. de Kan ter voorzitter
hoofdbestuur Alg. Nederl. Verbond; C. R. T.
baron Krayenhoff, voorzitter Alg. Ned. Ver.
voor Vreemdelingenverkeer; K. E. Oudendijk,
voorzitter Kon. Ver. Ons Leger; J. N. Pattist.
voorzitter groep Nederland Alg. Ned. Verbond,
N. van Zalinge. voorzitter Onze Vloot en R.
Zuyderhoff voorzitter Kon. Ver. Oost en West.
Plaatsvervangend secretaris H. F. R. Snoek,
secr. Ned. Fabrikaat, plv. penningmeester F.
Reysenbach, alg. penningm. Alg. Ned. Verbond,
lid de heer D. Hamburger, voorzitter Bioscoop
bond.
De financieele commissie heeft de volgende
samenstelling: voorzitter: mr. E. E. menten,
leden: mr. D. Crena de Iongh. Amsterdam;
dr. F. H. Fentener van Vlissingen. Utrecht;
prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen. Maastricht;
Arthur Hartög. Wassenaar; ir. G A. Kessler
IJmuiden; mr. K. P. van der Mandele, Rotter
dam; Ph. van Ommeren, Wassenaar; en A. G,
Verbeek, Den Haag,