HET NIEUWE AVONDBLAD
Berlijnsche
Ontstemming.
IJMUIDEN
Import van haring in België
afhankelijk van
invoervergunning.
51
mjL, -
£518
De vlaggen uit op
31 Augustus.
23e
JAARGANG NO. 247
MAANDAG 22 AUG. 1938
IJMUIDEP COURANT
ABONNEMENTEN per week 12Vs ets., per
maand 52Ve cents, per kwartaal 1.55. Geen
incassokosten. Losse nummers3 cents.
Kantoor Kennemerlaan 42 - IJmuiden, Tel. 5301
VERSCHIJNT DAGELIJKS, BEHALVE OP ZON- EN FEESTDAGEN.
UITGAVE LOURENS COSTER, MIJ. VOOR COURANTUITGAVEN EN ALG. DRUKKERIJ N.V.
DIRECTIE P. W. PEEREBOOM EN ROBERT PEEREBOOM
ADVERTENTIëN 1—5 regels f 0.75. Elke regel meer
15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten
ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel
meer 10 ct Ingezonden mededeelingen dubbele prijs.
ALLE ADVERTENTIëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD, WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN EN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE KENNEMER COURANT.
POSTGIRO 310791.
Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.—, overlijden ƒ400.—, verlies van hand, voet of oog ƒ200.—, belde leden duim r 100^-, een lid duim 50.—, alle leden wijsvinger ƒ60.—
één of twee leden wijsvinger ƒ25.alle leden anderen vinger ƒ15.—, één of twee leden anderen vinger ƒ5.—, arm- of beenbreuk ƒ30.—, enkelbreuk ƒ15.—, polsbreuk ƒ15.—. Opvarenden'van visschers-, marinevaartuigen enz.
ƒ300.— bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart; tot een maximum van ƒ2000.—, indien hetzelfde ongeval den dood van vijf of meer abonnés tengevolge mocht hebben.
Nog afzonderlijke verzekering voor abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad. Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden.
De Berlijnsche pers is zeer ontstemd over
ée jongste redevoeringen van Roosevelt en
zijn minister van Buitenlandsche Zaken, Cor-
'dell Huil. Het is duidelijk dat Duitschland
zijn handelsrelaties met de Vereenigde Staten
gaarne zou verbeteren. Het heeft pogingen tot
toenadering gedaan. Roosevelt en Cordell
Huil hebben die beantwoord met de totali
taire staten openbare standjes over hun be
leid te maken en opnieuw te kennen te geven,
dat het oorlogsgevaar eigenlijk alleen uit dien
lioek te duchten is. Dit ergert Berlijn. Het
begrijpt niet dat men de autoritaire staten te
dezen aanzien zooveel meer wantrouwt dan
de democratisch-geregeerde. En als het zegt
dat een parlementaire bewindsvorm geen
waarborg is tegen het ondernemen van een
oorlog heeft het ongetwijfeld gelijk. Maar de
meeste menschen vinden den autoritairen
regeeringsvorm in dit opzicht veel gevaarlij
ker en daarbij baseeren zij hun meening niet
alleen op de geweldige verheerlijking van het
militairisme die in deze landen heerscht en
die zeer opvallend verschilt van de houding,
die de andere volken op dit punt aannemen,
maar ook op de historie.
Het is niet te loochenen dat de historie
bewezen heeft, dat autoritaire regeeringsvor-
men, met de opvoeding van de volken in
krijgshaftigheid-als-levensideaal, schier on
vermijdelijk tot oorlog voeren. De voorbeelden
zijn talloos. Men kan ze in de Oudheid vinden
en er den strijd van Sparta tegen Athene, de
historie van het Romeinsche Rijk en nog veel
meer bij eiteeren, men kan met niet minder
resultaat de moderne geschiedenis gaan raad
plegen. Als Frankrijk zoo beducht is voor de
autoritaire staten als nu al sinds jaren tel
kens weer blijkt, dan heeft het daarvoor re
denen te over in zijn eigen vaderlandsehe
geschiedenis. Het zal er straks nog eëns in het
bijzonder aan herinnerd worden als op 5 .Sep
tember de herdenkingsartikelen' en -boeken
over Lodewijk XIV zullen verschijnen. Want
op dien dag zal het drie eeuwen geleden zijn
dat deze veroveraar éh onruststoker in Euro
pa, als „de Zonnekoning" door de historie in
een vreemd verheerlijkendlicht geplaatst,
werd geboren. De Fransche geschiedenis biedt
overeenkomstige herinneringen aan dë beide
Napoleontische tijdperken, gekenmerkt door
wapenroem, maar in beide gevallen tenslotte
door ondergang en uitputting van Frank-
rijks Europeesehe hegemonie. „We begrijpen
het heel goed", zei mij- van den zomer een
oude Franschman, „want wij zijn vroeger ook
Niet alleen in de Fransche historie zijn
deze voorbeelden te vinden. Ook in de Duit-
sche ieder herinnert zich de geweldige be
wapening van Duitschland, die aan den oor
log van 1914 voorafging, al was het régime
van de Hohenzollerns dan minder autoritair
dan het huidige en in die van vele andere
landen, teveel om op te gaan noemen. Er
komt bij dat de menschelijke natuur nu een
maal meebrengt dat autoritaire regeerings-
vormen een zekere hoogspanning in binnen-
en buitenland verwekken die veelal tot uit
barstingen leidt. Burgerlijke dictituren heb
ben daarbij een beperkten levensduur twin
tig jaar schijnt zoo ongeveer het maximum
en als regel is gebleken dat zij tenslotte hun
toevlucht in oorlogen moesten zoeken om
zichzelf, te redden. Nu kan men in Berlijn wel
beweren dat dit alles niets bewijst en dat men
daar nu een autoritair bewind heeft dat alle
vorige ervaringen beschaamd zal doen staan,
waar de interventie in Spanje, de verovering
van Oostenrijk, de houding jegens Tsjecho-
Slowakije zijn voor verreweg de meeste men
schen in andere landen even zoovele redenen
om daaraan te twijfelen. En de voorbeelden,
door Italië's aanval op en verovering van
Abessinië gegeven en door Japan's oorlogen
ill Mandsjoekwo en China het woord „con
flict" misleidt heusch geen mensch zijn al
evenmin bemoedigend. Daarbij wekt de zon
derlinge economie van de autoritair-gere-
geerde staten bezorgdheid en hebben de Jo
denvervolgingen Duitschland's goeden naam
w de democratische landen ontzettend bena
deeld. Wat Roosevelt en Cordell Huil gez(
hebben schijnt Berlijn te verbazen en teleur
te stellen. Maar het heeft in de democratisch-
geregeerde landen geen verbazing gewekt. We
zijn allemaal beducht hoe het met de dicta
turen zal gaan. Vergissen we ons, zooveel te
beter. Wij zouden hierin niets liever doen dan
ons vergissen. Maar wij zijn verre van gerust.
R. P.
PERSONALIA.
De heer j. h. Ponsioen, te IJmuiden, is ge
ragd voor Fransch L. O.
's-GRAVENHAGE, 20 Augustus.
Naar wij vernemen heeft de Belgi
sche regeering bij K. B. van 10 Au
gustus j.l. den invoer van gedroogde,
gerookte of gezouten haring afhanke
lijk gesteld van een invoervergun
ning. Dat dit besluit zeer nadeelig
voor de Nederlandsche haring-
visscherij is, is duidelijk, want tot nu
toe was de Nederlandsche invoer ge
heel vrij
Reeds zijn verschillende auto's, die
haring naar België vervoerden, aan de
Nederlandsch-Belgische grens aange
houden en teruggestuurd, wanneer
geen vergunning kon worden getoond.
De vereeniging Handelsbelangen tè
Scheveningen heeft zich in verbinding
gesteld met het departement van
Economische Zaken ter bespreking
van den nieuwen toestand door dit
Belgische Koninklijke Besluit ge
schapen.
Zoo luidde het bericht, dat ons j.l. Zaterdag-
precies te laat bereikte, om het nog in de
editie van Zaterdag op te nemen.
Eenig commentaar hierop mogen wij niet
achterwege laten.
Een maatregel, die reeds lang
in de lucht hing.
In 1937 werd niet minder dan 21'
millioen k.g. pekel- en steurharing ter
waarde van ruim f 1.4 millioen naar
België uitgevoerd. België was ver
leden jaar en was dit nog veel
meer in 1936 onze grootste buiten
landsche afnemer van het belangrijk
ste uitvoerproduct der Nederlandsche
zeevisscherij, zoodat men wel kan be
grijpen, van welk eén groote beteeke-
nis voor onzen haringexport de nieuwe
Belgische maatregel zal kunnen zijn.
Er kan echter niet gezegd worden, dat deze
maatregel kwam als een donderslag bij helde
ren hemel, want insiders wisten, dat een der
gelijke stap feitelijk eiken dag verwacht kon
worden. Niettemin is men in de wereld der
haringexporteurs ten zeerste verontrust, want
indien de Belgische contingenteering een aan
zienlijke beperking van den invoer zou betee-
kenen, zouden de gevolgen zeer ernstig zijn,
zoowel voor den handel als voor de visscherij.,
te meer, daar de exportmogelijkheden dit jaar
reeds zooveel ongunstiger zijn dan verleden
jaar, toen meer dan 80 millioen k.g. pekel- en
steurharing kon worden uitgevoerd, waarvan
1/4 deel door België werd afgenomen.
Neen, een verrassing is het geenszins, want
reeds op 17 September 1937 werd door den
Belgischen minister van Economische Zaken
een besluit geteekend, waarbij werd bepaald,
dat de invoer van gerookte en versche haring
(pekelharing werd niet genoemd) zou afhan
gen van een invoervergunning. Dit besluit
kwam echter niet tot uitvoering, om redenen,
welke het geheim zijn gebleven van de depar
tementale ambtenaren.
België heeft zelf een belangrijke haring-
visscherij, die tot 1935 'n winstgevend bedrijf
was. Evenals voorheen in IJmuiden, was deze
haringvisscherij zelfs zoo belangrijk, dat de
reeders met de uitkomsten daarvan de ver
liezen konden dekken, die de andere visscherij
opleverde. In 1935 bedroeg de gemiddelde
prijs van de versche haring in Oostende nog
2.40 fr. per k.g., een prijs die alleszins loo-
nend was.
Maar in 1936 kwam de klad er in; zoowel de
versche haring als de gerookte (bokking)
daalden geweldig in prijs. Een en ander was
ongetwijfeld het gevolg van de groote invoeren
uit ons land. De gemiddelde prijs van de ver
sche haring daalde tot 1.70 fr. In 1937 werd
de toestand nog erger. In genoemd jaar lever
de de haringvisscherij groote verliezen op; de
prijs daalde tot 1 fr
En thans is dit artikel zoo goed als onver
koopbaar. In de week van 6 tot 11' Augustus
was de marktprijs in Oostende van 0.30 fr.
tot 0.60 fr. per k.g., met welke prijzen het lot
der Belgische haringvisscherij feitelijk was
bezegeld.
Voortdurend is er van de zijde der Belgische
reeders bij de regeering op maatregelen aan
gedrongen, welke maatregelen thans in den
vorm van het bekende O. zijn gekomen.
Het vreemde van het geval is echter, dat
thans ook de pekelharing onder vigeur van
het K.B. valt, hetgeen verleden jaar niet het
geval was. Wat men in België hiermee voor
heeft is niet recht duidelijk, want pekelharing
is geen- product der Belgische visscherij en
een contingenteering van dit artikel is dan
ook eenigszins raadselachtig. Wellicht bedoelt
men er de steurharing mee.
Alvorens men den omvang der gevolgen
voor onzen export kan overzien, dient te wor
den afgewacht, op welke wijze men deze aan
gelegenheid in België gaat aanpakken. Blijft
het bij een contingenteering op basis der
laatste jaren, dan is er geen reden om onge
rust te zijn. Dan komen we alleen maar voor
de kwestie van de verdeeling der consenten
te staan, hetgeen op zichzelf trouwens narig
heden genoeg kan opleveren, zooals de prac-
tijk op ander terrein tot nu toe in ruimen
mate bewezen heeft. Maar dat men het in
België ernstig meent kan men afleiden uit het
feit, dat eenige vrachtauto's met haring aan
de grens werden aangehouden, ondanks dat,
toen deze werden afgezonden, van een invoer
vergunning nog niets bekend was. Eén storm
in een glas water zal het dus wel niet zijn.
Stoomtrawler Cornells IJM. 15 in
zinkenden toestand in IJmuiden
binnengekomen.
trawler zou zinken, naar Amsterdam gesleept,
waar de boot inmiddels in het (droogdok is op
genomen.
Omtrent de oorzaak van de ramp heeft men
slechts vermoedens en deze zijn. dat de Cor
nells op een onder water drijvend wrak heeft
gestooten.
Nader vernemen wij nog, dat een sleepboot
van de Amsterdamsche Droogdok Mij. de sleep
was tegemoet gestoomd. Daar bleek, dat de
trawler nog steeds gevaar liep te zinken, kwam
de sleepboot bij de Hembrug lamgzij en begon
onmiddellijk te pompen.
Polo-tournooi in „De Heeren
duinen".
Vermoedelijk door stooten op een wrak
zwaar lek geworden.
jFfe E stoomtrawler Cornells IJM. 15,
die j.l. Vrijdag ter visscherij was
uitgevaren, is Zondagmorgen
9 uur in zinkenden toestand in IJmui
den binnengekomen. Het schip ligt
thans in hetfyroogdok te Amsterdam,
maar weinig heeft het gescheeld of de
Cornells had op den bodem der zee ge
legen. Onder de moeilijkste omstan
digheden tengevolge van de ruwe zee
zijn schipper E. van der Plas en zijn
wakkere bemanning er in geslaagd den
trawler behouden binnen te brengen.
Omtrent ideze moeilijke treis, die hem bijna
zijn schip heeft gekost, vertelde schipper Van
der Plas het volgende
Toen wij Vrijdag van IJmuiden vertrokken
met een flink zeewaardig schip en een volle
dige bemanning, stond or een flinke bries. Hoe
Noordelijker wij kwamen, des te slechter werd
het weer. Van het vuurschip Haaks af koersten
wij met N. ten W. voor. Zaterdagmorgen half
drie, toen we 110 mijl van IJmuiden af ge
stoomd hadden voelden de opvarenden een
hevigen schok. Het schip dreunde geweldig, zoo
erg dat schipper v. d. Plas, die te kooi lag er
wakker van werd. Het spreekt vanzelf, dat de
schipper direct uit de kooi sprong en zich zoo
spoedig mogelijk naar het dek haastte en een
onderzoek instelde.
Men kwam tot de ontstellende ontdekking,
dat het achterschip bijna direct na het onge
val vol water was geloopen. De bemanning
stelde wanhopige pogingen in het werk, om
het water te loozen, maar zoo hard kon men
niet pompen of het binnenste oomende water
behielidi de overhand. Daar het weer bovendien
zeer slecht was geworden, was de toestand, der
bemanning verre van rooskleurig. Het water
bleef maar stijgen en de trawler dreigde te
zinken. De vloerlanen geraakten los ein dre
ven in het water, de tafel in het achterlogiés
was omgevallen, kortom het was een benauwde
boel aan boord en allen moetsen het achter-
logies verlaten, daar dit bijna geheel onder
liep. Verschillende dingen van waarde konden
niet eens meer gered worden.
Op het kritiekste oogenblik kwam een Deen-
sche kotter in de nabijheid en schipper v. d.
Plas verzocht zijn Deenschen collega, n zijn
nabijheid te blijven.
Het ergste was nog, dat de scheepsboot, die
zooals gewoonlijk op het achterschip was,
dreigde over boord te slaan. Dat moest in elk
geval voorkomen worden, want wanneer ze
die kwijt waren, zouden, ze den trawler hebben
moeten verlaten. Het zou een lastig en gevaar
lijk karwei zijn, de boot naar voren te brengen,
want de golven sloegen over het dieo wegge
zonken achterschip. Maar de IJmuidensche
visschers zijn voor geen klein geruchtje ver
vaard en na een bovenmenschelijke inspan
ning slaagde men er in, de zware boot naar
het voorschip over te brengen.
Men was toen op alles voorbereid; het was
nu maar uitkijken of het water zou blijven
stijgen, maar dit bleek gelukkig niet het geval
te zijn. Het waterdichte schot deed zijn plicht.
Daar het weer inmiddels wat beter was gewor
den zou men het er maar op wagen, op eigen
kracht naar IJmuiden te stoomen en na een
zeer moeilijke reis kwam de Cornelis Zondag
morgen1 in de haven.
De trawler werd eerst a,an de Trawlerkade
vastgelegd. Maar daar kon hij niet blijven lig
gen en aangezien het eenige beschikbare
droogdok in de Visschershaven niet diep ge
noeg kon zakken om de Cornelis op te nemen,
werd de trawler, nadat >de Scheepvaartin
spectie een onderzoek had ingesteld en had
geconstateerd, dat er geen gevaar was, dat de
V. Z. V. I legt definitief beslag op den beker.
Gistermiddag werd, onder begunstiging van
mooi zomerweer in de zweminrichting „De
Heerenduinen" een polo-tournooi gehouden,
waaraan deelnamen VZV I, Comb. VZV, HVGB
I en De Zijl I. Er was veel belangstelling.
Dit tournooi stond onder auspiciën van de
VZV.
De heer P. Borst, voorzitter der VZV heette
allen hartelijk welkom en deelde tot zijn spijt
mede, dat Poelmeer I niet komen kon.
Hierna ging men over tot de wedstrijden.
De eerste wedstrijd was V2V I—Comb.
VZV. Reeds spoedig na den aanvang werd er
felle strijd geleverd en het gelukte VZV I
eerst na een worp van G. Janus, die tegen den
paal afsprong en in de handen van P. Gott-
mer terecht kwam, 10 te maken. De com
binatie wist dit goaltje weldra te vereffenen
en gelijk te maken. Tot de rust bleef deze
stand gehandhaafd.
In de tweede helft wist P. Swier onmiddel
lijk na het uitzwemmen 21 voor VZV I te
maken. Dit voorbeeld volgend, maakte G. Ja
nus 3—1. Toen T. v. d. Broek uit zijn doel was
en C. Zwemmer vrij lag, wist deze hiervan
handig te profiteeren en 41 te maken. Pum
Swier gooide enkele minuten voor het einde
den bal over den keeper heen en bracht zoo
doende den stand op 51 voor VZV I, welke
stand zij tot het einde ongewijzigd liet.
Daar „De Zijl" te laat was werd een half
uur gepauzeerd, waarna volgde de wedstrijd
tusschen HVG'B I en De Zijl I. P. Rol maakte
bijna onmiddellijk na den aanvang 1o voor
HVGB I. Ook het tweede doelpunt voor HV
GB I werd na uitzwemmen van den keeper
van De Zijl, door P. Rol verzorgd en Schouwe
zorgde voor het derde. Het vierde doelpunt
voor HVGB I nam wederom P. Rol voor zijn
rekening. Vlak voor de rust maakte Schouwe
nog een doelpunt voor HVGB 1, waarna de
rust met 5—0 voor HVGB inging.
Na de rust ontstond het eerste doelpunt van
„De Zijl" door een blunder van keeper Boeree.
Met een onhoudbaar schot wist De Zijl 52
te maken. Schouwe bracht den stand op 62
voor HVGB I. P. Rol, K. Bongertman en weder
om P. Rol maakten elk nog een doelpunt, zoo-
dat HVGB I met een 92 zege uit den strijd
kwam.
Hierna volgde een demonstratie schoon-
springen door de heeren ten Haven (DWR)
Jansen (VZV) en Duller (BHD), dat menig
applausje opleverde voor de springers.
Na de pauze werd het programma verder af
gewerkt en speelde de Combinatie tegen iyDe
Zijl" in de verliezersronde. J. Wevers, keeper
der Combinatie kreeg in het begin zwaar werk,
dat hij keurig behandelde.
Chr. Visman maakte met een goed geplaatst
boogballetje 10 voor de Combinatie; S. Oud
huizen zorgde voor nummer 2. De Zijl maakte
hierna 21 wat echter maar net aan ging. Ter
nauwernood wist Wevers de Combinatie van
gelijk spel te redden, door den bal corner te
slaan. Uit dezen corner ontstond geen doel
punt zoodat het gevaar voor het oogenblik ge
weken was. Tot de rust bleef deze stand on
gewijzigd.
In de tweede helft kwam de gelijkmaker
echter weldra. Met een onhoudbaar schot van
„De Zijl" werd het zelfs 32 en later
voor „De Zijl", waarna onmiddellijk het eind
signaal klonk.
Tot slot volgde de winnaarsronde, waarin
uitkwamen VZV I en HVGB I. In dezen wed
strijd was het K. Bongertman, die HVGB een
10 voorsprong bezorgde. Maar Pum Swier
zat niet stil en scoorde den gelijkmaker,
anderd 21.
G. Janus ondernam kort hierop een snelle
spurt en maakte 21 voor VZV I. P. Rol wierp
hierna van de helft op het VZV-doel, maar hij
gooide tegen de lat. J. Verwer en K. Bongert
man moesten hierop wegens overtreding het
1
i
- O X
~"L "7 7
r":'
P
É&S3
- J j
N ■- -Jp im,
\r* - /o'-
- -
Een verzoek van den
Burgemeester
De Burgemeester der gemeente
Velsen verzoekt den ingezetenen
op 31 Augustus a.s., den verjaar
dag van Hare Majesteit de Ko
ningin, de nationale vlag uit te
steken.
water verlaten, zoodat beide partijen met zes
man moesten spelen. De ruststand was onver-
In de tweede helft maakte Pum Swier spoe
dig 31' voor VZV. Dat de strijd ongeveer ge
lijk opging blijkt uit het doelpunt van Bon
gertman. die 32 maakte. Met dezen stand
kwam hierna het einde.
De heer P. Borst deelde hierna den eind-
itand mede. welke luidt als volgt:
1. VZV I: beker.
2. HVGB I: medaille.
3. De Zijl I; 3e prijs.
4. Combinatie VZV: 4e prijs.
De zwarte lijst van de IJ mui der
Vischhandelvereeniging.
Een goed bedoelde maatregel, maar
In langen tijd hebben wij niet geschreven
of gesproken over „de zwarte lijst", inge
voerd dooi' de IJmuidei' Groothandelsvereeni-
ginig, schrijft „De Ned. Vischhandel".
Ondanks dat er heel veel klein- en groot
handelaren op voorkomen, zijn deze niet zon
der visch gebleven. Eenige frappante
staaltjes kwamen ons ter oore, op welke wijze
dit instituut werkt-, en tot welke gekke ver
houdingen deze aanleiding geven. Het is ons
nl. bekend, dat een groothandelaar een klein
handelaar wegens wanbetaling op deze zwarte
lijst deed plaatsen. Natuurlijk met de bedoe
ling dat geen andere hem leveren mocht.
Thans levert deze groo'handelaar opnieuw
dezen kleinhandelaar zonder dat de schuld be
taald werd en ophieuw op crediet. Doch even
goed laat deze groothandelaar zijn afnemer
op de zwarte lijst staan. Zoodat geen enkele
groot handelaar aan dezen klant van ver-
koopen,
Een ander geval doet zich voor, dat wanneer
een kleinhandelaar van deze lijst werd afge
voerd, de andere groothandelaren hiervan
kennis gekregen en deze als de kippen er bij wa
ren om den afgevoerden kleinhandelaar prijs
couranten te sturen. Zoo is de verhouding te
IJmuiden. Men neme het dus niet al te ernstig
met dreigementen van „De zwarte lijst".
Tijd tusschen bakken en eten van
visch te lang geweest?
De vergiftigingskwestie in de Coelioorn-
kazeme te Arnhem.
Dr. Dornickx, de legerhygiënist, heeft in het
Rijksinstituut voor Volksgezondheid te Utrecht
een bacteriologisch onderzoek ingesteld naar
de voedselvergiftiging in de Menno van Coe-
hoorn-Kazerne te Arnhem.
Dit onderzoek is geëindigd doch het heeft
volgens het Alg. Hdbld. geen resultaat opge
leverd.
Het staat bij dr. Dornickx vast, dat de ge
nuttigde gebakken visch de oorzaak van de
vergiftiging is, maai' bij de toegepaste onder
zoekmethoden, welke ten dienste stonden,
was het niet mogelijk pertinent uit te maken,
door welke bacterie de vergiftiging eigenlijk is
ontstaan.
Ook bij de dierproeven bleven reacties uit.
Persoonlijk heeft dr. Dornickx IJmuiden be
zocht en daar een onderzoek ingesteld. De
firma te IJmuiden, die de visch afleverde,
staat goed bekend. Ér moet z.i. dan ook sprake
zijn van een ongelukkigen samenloop van om
standigheden. De tijd, welke tusschen het bak
ken van de visch en het nuttigen daarvan
verliep is naar zijn oordeel vermoedelijk te
lang geweest. De visch werd Donderdag ge
bakken en Vrijdagmiddag in de kazerne ge
bruikt. Ware de visch gebruikt op den dag
van het bakken dan zou er waarschijnlijk niets
gebeurd zijn.
HAARLEMSCHE ORKEST#]REENIGING.
De Haarlemsehe Orkest Vereeniging geeft
hedenavond in de Gemeentelijke Concert
zaal te Haarlem een zomerconcert onder lei
ding van haar tweeden dirigent Marinus
Adam. De soliste is Annie Hermes (zang).
Het programma bevat voor orkest: Sym-
phonie no. 4 van Felix Mendelssohn-Bar-
tholdy; A. Liadow's acht Russische volksme-
lediën en de Piet Hein Rhapsodie van Pe
ter van Anrooy. Voor zang en orkest zullen
uitgevoerd worden: Francesco Rossi's Aria
„Ah! Rendimi" en drie liederen van Hugo
Wolf
De Cornelis IJm. 15 wordt naar Amsterdam gesleept. Bij de Hembrug kwam nog
een boot van de A. D. M. langszij, die haar pompen er op zette.
WEEKABONNEMENTEN
dienen uiterlijk Woensdags avonds
betaald te zijn, daar de bezorgers op
Donderdag moeten afrekenen.
DE ADMINISTRATIE.