Y/e doen voor de vluchtelingen
wat kan."
Moordaanslag
op meisje.
ff, Goseling over het vluchtelingenvraagstuk.
Lijk van jonge vrouw
gevonden.
De ramp met de „Ijsvogel"
In rustig vaarwater.
.ITER
DAG 19 NOVEMBER Ï93S
TWEEDE KAMER
jfadat Ds.
DEN HAAG Vrijdag.
Zandt (St. Ger.) de rij der spre-
had. begon Minister Goseling met
dat Mr. Rost v. Tonningen en
elk „een soort rede in grooten
^hadden* gehouden, waarin ze tenminste
nrtret van hem, den Minister, hadden ge-
Mi" Goseling, die het constitutioneele
JECW Van
een afgevaardigde om wantrouwen
een bewindsman te koesteren, erkende
re;- BTI het adres van den heer Rost)vond
liize waarop Mr. Wende-laar den indruk
■kunnen doen post vatten alsof die afge-
rrfiede niet zoo zeker was van de eigen
h van ons staatsbestel tegenover nat. soc.
Be verkeerd. De Minister wees er op, dat
méést fundamenteele van de rechtsstaat-
"Lchte ia. dat de staat zelf zich gebonden
FgSfl, zekere hoogere rechtsnormen, iets
iöcli zeker de liberale woordvoerder zou
M onderschrijven.
rn «oei tempo liet de bewindsman de ver
slende onderwerpen die in debat waren
Si-t. de revue passeeren. Hij verklaarde
bereid te trachten een ontwerp-huwelijks-
:io*ensrecht in behandeling te doen ko-
wei Zorg dragen voor een regeling
'ot betere redactie van de wetten te komen
SSingsdenkbeeld van den Minister-Presi-
4) terwijl hij verder betoogde, dat het 'n
taak van den staat is voor de interne
S?te zorgen hetgeen geld kost. Wat het
Ie betrof van Mr. Roolvink over het erf-
kt speciaal in verband met opvattingen
nder de boeren, de Minister zal daarover eens
Sen met zijn ambgenoot van Economische
liüen.
Wat het anti-semietisme betreft, zeide spr.:
le anti-stroomingen zijn gevaarlijk, behalve
anti-revolutionaire natuurlijk." (Gelach).
4moet het nu met de repressie? Sommigen
;5U dat verbetering van de wet noodig is,
|r,deren, dat het O.M. strenger moest optre-
het O.M. is daarop al gewezen. Doch, al
•4"|t de Minister nog geen definitieve keuze
•idaan zoo overweegt hij toch of behalve in-
^rpjng om met de bestaande artikelen het
'rP-semietisme tegen te gaan welke in
ging al heeft plaats gehad wetswijzi-
tot stand dient te komen. Naar het op
dien van den Fichte-Bund heeft de Minister
-onderzoek laten instellen, dat resultaat
4ft opgeleverd, maar hij kan er hier niet
'M van zeggen. Spr. veroordeelt alle eigen
dus ook het optreden van zekere
i tegen nieuw-Malthusianistische
^toonstellingen.
Xo«t verdere uitbreiding onzer zedelijkheids-
ïetglving acht de Minister van Justitie niet
roodi*- bestrijding met behulp van plaatse-
Ie verordeningen verdient z.i. de voorkeur.
Administratieve rechtspraak: Mr. Goseling
wit er wel iets voor, al is hij zelf 'n oud-leer-
Üng van wijlen Struycken.
Ei nu het hoofdpunt van het debat, het
vreemdelingen- of liever gezegd het vluchte
lingenprobleem. Met genoegen constateerde de
minister, dat iedereen instemming betuigd had
Mi het plan om een nieuwe vreemdelingenwet
tot stand te brengen.
Het is toch maar een geluk geweest, zoo riep
rin. Goseling uit, dat we tijdig begonnen zijn
Kt registratie van vreemdelingen, met 't vast-
reilen van allerlei regelingen en verscherping
Ti" het toezicht aan de grenzen. Anders zou
ten we er nu nog heel wat moeilijker voor-
ftaan.
Het ware volgens hem zeker aanlokkelijk om
Kn deel van het werk over te dragen aan een
•(dries-college, maar tenslotte moet hij zelf als
Slinister, de verantwoordelijkheid dragen. Bo-
rendien, praktisch treden de vluchtelingen-
tomité's eigenlijk reeds op als adviseerende
organen.
Thans het brandende probleem van nu.
Voorop zij gesteld, dat wat hier sinds 10 No-
vember geschiedt, bij uitstek Regeeringspoli-
tiek is. Dusmen zou niets van hem te hoo
ien krijgen, dat afweek van hetgeen de Pre-
mier jl Dinsdag had gezegd.
Deze had toen terecht een onderscheid
{«naakt tusschen wat er eerst gedaan is, n.l,
ioegelaten degenen, die, onmiddellijk na de
icgoms, onder dien druk aan onze grens
stonden. Dat was de eerste noodhulp. En in
üzelfde lijn lag de reeds door Dr. Colijn
$ane mededeeling over de kinderen, die
im de grens waren gekomen. Maar heel an-
ccis stond 't bijv. met de 20 kinderen' (groo-
aóeels Polen!), die gisteren met den trein
raar Zevenaar waren gekomen: die waren
amers niet de vorige week aan de grens op-
Met de hier genoemde waarborgen zal zoo
veel mogelijk ruimheid worden betracht. Een
vergelijking met wat we in den oorlog deden,
gaat niet op. We moeten ook ten aanzien van
de kinderen op de toekomst acht slaan. Met
al die waarborgen, die we niet kunnen los
laten, zal echter ten opzichte van de kinde
ren ruimheid in acht genoemen moeten
worden.
De Minister noemde het ontzettend wat we
in deze dagen beleven. Het is 'n voortdurende
beklemming waarin men naar 'n uitweg, naar
'n oplossing zoekt. Dat voelt het heele kabi
net. Vast staat dat wij alléén die oplossing
niet kunnen brengen, vast staat ook, dat we
anderzijds 'n plicht hebben tot hulpbetoon,
hetwelk georganiseerd moet zijn. De noodige
contacten hiertoe zijn gelegd. De Regeering
bezweert de Kamer nu vertrouwen te stellen
in wat er gebeurt en er thans liefst zoo wei
nig mogelijk over te vragen, want dat alles
kan alleen maar schaden, ook elders!
De Kamer bleek deze wenk begrepen te
hebben. Alleen het duo Rost v. Tonningen
Wendelaar repliceerde. Eerstgenoemde om
vast te stellen, dat men niet was ingegaan op
het nat. soc. denkbeeld om door Nederland
een internationale conferentie bijeen te doen
roepen ten einde voor alle Joden, buiten
Europa een toevluchtsoord te vinden, terwijl
Mr. Wendelaar nog eens de aandacht vestig
de op land verraderlijke uitlatingen van de
zijde van 't partijtje van den heer Van Rap-
pard alsmede op zekere gevaarlijke agitatie-
methoden van de N. S. B.
Bij de afdeelingen van de begrooting droe
gen Mr. v. Dij ken (a.r.) en mevr. Mackay
K a t z (c.h.) wenschen voor omtrent een
wettelijke regeling van de verhouding Ma-
rechausséePolitie; de c.h. spreekster gaf
voorts te kennen, dat zij den indruk had dat
't tusschen den Procureur-Generaal bij het
Hof te 'sHertogenbosch en de Marechaussée
toch niet erg wilde boteren. Het ministerieele
antwoord deed ons weer eens het betrekke
lijke van alle dingen hier op aarde gevoelen
Wat de regeling in zake afbakening der be
voegdheden enz. van de Marechaussee en van
de Politie betreft, dat is nu juist veel meer
een materie om bij algemeenen maatregel
van bestuur door de Kroon, dan bij 'n wet
door den wetgever te doen regelen. Aldus Mr.
Goseling, wiens begrooting z. h. st. den ha
mer passeerde, met aanteekening van het
„tegen" der nat. soc. fractie.
E. v. R.
Het onderzoek der individueele aanvragen
versneld, zoo vernamen we verder. Per dag
tomen er thans 300 verzoeken in. Wat 's Mi
tel's ambtenaren in de laatste dagen afwer
ken, is enorm. Honderden menschen zijn in de
laatste dagen aldus hier binnengekomen.
Tot zoover over de onmiddellijke noodhulp.
Maar nu het verdere.
In 't vergroote Duitschland, aldus de Minis-
te, zijn er 600 of 700 duizend Joden. We heb-
ten verbinding gezocht met de reeds genoemde
teden. De vooruitzichten op resultaten van
fen kant zijn, althans tot dusverre, niet "bij
louder rooskleurig.
Met de realiteit, dat we elk onze eigen zorgen
lebben, dient rekening gehouden te worden.
Op Woensdag 16 November ging in Duitsch-
end 't gerucht,2dat wij onze grenzen open zet
te. Dat klopte niet met wat hier verklaard
«as. Hadden we daarover niets gezegd, dan
te het gekomen tot doorkruising van de
maatregelen door Dr. Colijn aangekondigd.
Met behulp van het communiqué van den Re-
jjeeringspersdienst moesten we den verkeer-
indruk, die uit dat gerucht voortvloeide,
te recht zetten. Intusschen doen we, los
san oe andere landen, wat kan.
wij kunnen echter de menschen niet onge
kend zoo maar doorlaten. Inmiddels is er
met voortvarendheid voortgewerkt. De beide
comités waarmee we gisteren vergaderden,
ten 't volkomen eens met onze opvatting,
het hulpbetoon organisatorisch moest ge.
schieden.
Thans zijn we tenminste zoover, dat in ze-
ten zin nu het woord aan de comités is. De
oedoeling is, dat in kampen voorloopig zullen
teen ondergebracht menschen van mid-
jeibaren eleftijd, die eventueel concurrenten
°P oe arbeidsmarkt kunnen zijn.
k voorbereiding en leiding van die kam
pte oerust volgens art. 22 van 't Vreemdelin-
rjttglement bij den Minister van Binnen-
•teasche Zaken, waarmee intusschen Justitie
•te nauwste samenwerkt,
te aanzien van de kinderen, moet aller-
tet op den hygiënischen kant, verder op de
„.^woordelijkheid tegenover de ouders
'ii'Ü ,en ook moet er gewaakt voor de zede-
rjteid- Die kinderen kunnen dus allereerst
'«.een in tehuizen en niet terstond bij parti-
teren worden ondergebracht, zulks met 't
"B °P de controle.
Vreeselijke vondst
in bouwland.
De gemeentepolitie van Bruns-
sum heeft Vrijdagmiddag een
afschuwelijke ontdekking gedaan.
Zij heeft op een bouwland, gelegen
in Amstenrade, het in een gonje
zak gewikkelde lijk van een
23-jarige vrouw uit Brunssum
gevonden, die sinds enkele dagen
werd vermist.
Onmiddellijk werden de noodige maatrege
len genomen en het parket te Maastricht van
deze lugubere vondst op de hoogte gesteld. Na
eenigen tijd was de Officier van Justitie ter
plaatse, waarna men onmiddellijk tot een
diepgaand onderzoek overging.
Dit onderzoek heeft geleid tot de voor-
loopige inhechtenisneming van den 28.-jarigen
echtgenoot der vrouw. Het echtpaar was drie
maanden geleden in het huwelijk getreden.
Naar men zegt, had men den indruk, dat de
jonggehuwden het goed met elkander konden
vinden. Maandagavond j.l. heeft de vrouw per
fiets haar woning verlaten en sedertdien heeft
niemand meer iets van haar vernomen. Het
onderzoek in deze zaak is in handen van in
specteur Weyma van de gemeentepolitie te
Brunssum.
Men staat vooralsnog voor een raadsel.
De voorloopig vastgehouden man woont
reeds vele jaren in Brunssum. Men kent hem
als een vrij ordelijk mijnwerker en vraagt
zich af, wat hem tot misdaad bewogen zou
kunnen hebben.
Slachtoffer niet
ernstig gewond.
Dader loste ook schoten
op het publiek.
Daarna in het water gesprongen
Op den hoek van de Kortenaer-
kade en de Zeestraat te "s-Graven-
hage heeft Vrijdagmiddag onge
veer 3 uur een 30-jarige jonge
man na een korte worsteling twee
schoten gelost op zijn vroegere
verloofde, waarvan haar één in
het achterhoofd trof, zoodat het
meisje vrij ernstig werd gewond.
De jongeman, die zag, dat de om
standers onmiddellijk toeschoten,
trachtte te vluchten, waarbij hij
nog op zijn achtervolgers schoot,
zonder echter iemand te raken.
Daarna sprong hij in het water
van de Kortenaerkade tegenover
de koninklijke stallen. Met veel
moeite gelukte het den man uit
het water te halen, waarna hij
door de politie werd gearresteerd.
Het meisje werd naar het Roode
Kruis Ziekenhuis overgebracht.
Het meisje, de 24-jarige A. M. D. wonende op
den Honingerdijk te Rotterdam, was als
dienstbode in betrekking bij een familie op de
Laan van Meerdervoort. De jongeman, de 30-
jarige chauffeur C. B. die eveneens op de Laan
van Meerdervoort woont, had reeds geruimen
tijd met haar een verhouding, welke het meisje
evenwel onlangs heeft verbroken. Daarna
heeft hij haar verschillende malen bedreigd
en is zelfs éénmaal wegens mishandeling ver
volgd.
Vrijdagmiddag wandelde het meisje met
haar mevrouw door de Zeestraat en aan het
einde daarvan, heeft B. haar opgewacht.
Hij heeft "haar daar aangegrepen en
tegen den grond geworpen. Aanvanke
lijk schijnt hij liaar te hebben willen
wurgen, maar toen dat niet lukte,
loste hij twee schoten op haar, waar
van één doel trof. Vermoedelijk heeft
hij haar in den mond willen schieten,
maar daar het meisje het hoofd om
wendde, is het schot in haar nek te
recht gekomen.
De dader is eerst naar den justitieelen dienst
overgebracht, daarna, omdat hij veel water
had binnen gekregen, via de centrale post van
den G. G. D. naar het gemeente ziekenhuis,
waar hij ter observatie is opgenomen.
De hoek Kortenaerkade—Zeestraat, waar
het drama zich heeft afgespeeld, is een druk
punt in het Haagsche verkeer. Vandaar, dat
er vrij veel getuigen zijn geweest van den aan
slag op het meisje. De meeste omstanders
hebben het drama in zijn geheel weliswaar
niet gezien, maar de verschillende verklarin
gen aan elkaar geregen geven toch een vrij
volledig beeld van het geheel.
De chauffeur van een vrachtauto, zekere
Franken, zag met een aantal anderen den man
in het water springen. Franken haalde onmid
dellijk een touw voor den dag, maar de dren
keling bleek niet bereid te grijpen. Daarop is
de man te water gesprongen en heeft den da
der niet zonder moeite, want hij spartelde
tegen naar den kant getrokken. Beiden
zijn toen met het touw omhoog gehesc-hen.
Het wapen is nog niet gevonden. De politie
heeft met een soort open ijzeren korfje er
naar gedregd en toen zij niets vond heeft zij
een bootje van gemeentewerken gecharterd
om van dit bootje uit het water nauwkeuriger
af te zoeken.
De toestand van het meisje was Vrijdag
avond zoodanig, dat zij weer naar haar wo
ning aan de Laan van Meerdervoort kon te-
rugkeereh. De toestand van den dader was
Vrijdagavond nog niet van dien aard, dat hem
reeds een verhoor kan worden afgenomen.
Teraardebestelling
J. J. E. Duimelaar
Koninklijke deelneming.
HEEMSTEDE Vrijdag.
Hedenmiddag twee uur werd op de Alge-
meene Begraafplaats te Heemstede ter aarde
besteld het stoffelijk overschot van den K. L.
M.-piloot J. J. E. Duimelaar, die Maandag
avond bij de ramp met de „Ijsvogel" vlak
bij de luchthaven Schiphol om het leven is
gekomen.
Het was te verwachten, dat de belangstel
ling voor deze droeve plechtigheid heel groot
zou wezen. Het was dan ook zóó druk, dat
de politie onder leiding van inspecteur A.
Berentsen speciale ordemaatregelen moest
nemen.
Onder hen, die van hun belangstelling
blijk gaven, waren de heeren A. Plesman,
directeur van de K.L.M. en echtgenoote, de
heer I. A. Aler, chef van den vliegdienst,
jhr. J. P. W. van Doom, burgemeester van
Heemstede. Verder vier kameraden van den
overledene, de heeren Van Balkom. Te Roller,
Abspoel en Steinbeck, die in den afgeloopen
nacht ook bij de baar van den heer Duimelaar
de wacht hebben gehouden en die vanmiddag
als slippendi-agers fungeerden.
Verder de heeren P. Tax, chef der afdee-
ling propaganda van de K.L.M., Th. Simons,
restaurateur en F. Corbelein, chef van het
hotel- en cantinebedrijf op Schiphol.
Vice-admiraal L. J. Quant, voorzitter van
het Ned. Instituut voor Zweefvliegers.
Jhr. F. F. Röell uit Wassenaar. De onder
officier-vliegers J. A. Remmerswaal en A. de
Knegt. J. Martin, onder-directeur der K.L.M.
W. G. van Hoogenhuyzen, chef der afdeeling
Personeel, H. Duymaer van Twist, chef der af
deeling West-Indië van de K.L.M., N. C. Car-
dinaal, chef der afdeeling Passage, A. Scholte
van de afdeeling Binnenland der K.L.M., de
heer Franck, vertegenwoordiger van de Deut
sche Luft Hansa, de heer F. Martin off, ver
tegenwoordiger van de Air France, de heer
J. Steenkist, secretaris van den Raad van Be
stuur der K.NJ.L.M., de heer van Eeden van de
Pais, directeur Rijksluchtvaartdienst, de heer
Th. Lancée, oud-directeur Rijkskweekschool
voor onderwijzers, de heer G. Wallin, ge
voerder op de groote vaart, de heer L. Boogerd,
directeur der Handelsinrichtingen te Amster
dam, de heer A. Veraart, de bekende regen-
maker en vele piloten.
De gebroeders Jarvinen behooren tot de extra klasse van Finsclie athletiekbeoefenaars.
Maar ook hun vader won in zijn tijd trotsche athletiekprijzen en een fotograaf heeft dezen
oudkampioen nog eens recht doen wedervaren.
Het aantal bloemstukken was ontzaglijk
groot. Het sterfhuis aan den Heeren weg wai
er geheel gevuld mee. Kransen waren o.a. ge
zonden door de directie van de K.L.M.; kame
raden uit ons land en uit Indië; een groot aan
tal sportvliegers; den heer A. Fokker, van
leerlingen, enz.
Mevrouw Duimelaar heeft ook ontelbare
schriftelijke bewijzen van belangstelling mo
gen ontvangen, o.a. van H.M. de Koningin,
die Haar innige deelneming betuigde met het
groote leed, dat mevrouw Duimelaar getrof
fen heeft.
Ook bij het sterfhuis werd zooveel belang
stelling betoond, dat de politie het verkeer
moest regelen.
Toen de familieleden de aula binnentraden,
werd op het orgel „Ases Tod" van Grieg ten
gehoore gebracht. De kist, die in de groote nis
stond opgebaard, was geheel bedolven onder
een schat van bloemen. Aan de vier hoeken
stonden de vier vrienden van den overledene,
de gezagvoerders Te Roller, Abspoel, Steinbeck
en Van Balkom stram in de houding en met de
pet in de hand.
Als eerste spreker voerde de heer A. Ples
man het woord.
„Waarde vrienden", aldus spr.,'„bij het stoffe
lijk overschot van Jan Duimelaar, één onzer
meest beminnelijke vliegers, gaat onze gedach
ten ook uit naar de andere families, die bij het
ongeluk met de „Ijsvogel" werden getroffen.
Wij denken aan de nagelaten betrekkingen van
de ongelukkige mevrouw Weidemann en dan
ken God, dat haar kind ongedeerd is gebleven.
We hopen dat haar man zal herstellen. Onze
trouwe marconist Surber heeft .jarenlang op
voortreffelijke wijze zijn plicht gedaan; hij en
onze mecanicien Van Huut waren trouwe en
goede medewerkers. We denken ook aan de
echtgenoote en de twee zoons van kapitein Van
Gemeren, die hem zoo noode kunnen missen,
evenals de luchtvaartafdeelïng. Wie had kunnen
denken, dat Duimelaar, die zoovele verre vluch
ten had gemaakt in het zicht van de haven zou
verongelukken. Wij zijn er van overtuigd, dat er
iets heel bijzonders gebeurd moet zijn, want in
zijn bekwaamheid stelden wij allen vertrouwen.
Hij was één met zijn machine. Misschien is
het wel aan zijn bekwaamheid te danken, dat de
gevolgen van het ongeluk niet nog ernstiger
waren en dat twaalf passagiers en de steward
gespaard zijn gebleven. Waar Duimelaar was,
daar was vroolijkheid en ik dank u dan ook,
voor het werk, dat gij voor onze maatschappij
hebt verricht. Wij hebben elkaar 23 jaar gekend
en ik had gehoopt, dat gij nog jarenlang voor
ons gespaard hadt mogen blijven. Uwe echtge
noote en familie moge echter troost vinden in de
gedachte dat gij tot het laatste oogenblik een
gelukkig mensch zijt geweest".
De oudste vriend van den overledene, gezag
voerder G. te Roller, wilde ook spreken,
maar door aandoening overmand moest hij
slechte volstaan met de woorden: „Jan, namens
alle collega's en vrienden.rittt in vrede!"
Terwijl op het orgel Schubert's „Aller Seelen"
ten gehoore werd gebracht, werd de kist naar
de groeve gedragen. En toen de kist zakte brach
ten de vier gezagvoerders .aan Duimelaar den
laatsten eerbiedigen groet.
Een zwager, de heer Van Doorn, dankte na
mens de bedroefde weduwe, die eveneens aan
wezig was, en namens de overige familieleden
voor de betoonde belangstelling, speciaal den
heer Plesman en de vier vrienden.
Het was een ontroerende plechtigheid.
U hebt zeker ook dat bericht gelezen van die
Friezen, die er heelemaal niet zoo op gebrand
zijn veel vreemdelingen naar hun watersport-
Icstijnen te lokken0 Zij blijven liever onder
elkaar van het water genieten, dat beteekent
voor hen rustig genieten. Veel vreemde snoes
hanen wil zeggen: veel onrust. En wie kan hun
niet een klein beetje gelijk geven?
Ik vind het een prettig on-materialïstïsch ge
luid: „Blijft u met uw dubbeltjes maar weg.
Het eenige dat wij vragen is rust en die kunnen
jullie voor ons niet koopen, al heb je nog zoo
veel guldens bij je".
Dat is tenminste eerlijk en ook eerlijkheid is
een zeldzaam verschijnsel en dus kostbaar goed
en daarom zijn die Friesche geluiden prettige
geluiden, althans in het kader van Friesland.
Voor ons staan de zaken er heel anders voor.
Al is het land stil en wijd en vredigvreem
delingen die daar een bezoek komen brengen
zullen anderen niet in het vaarwater komen en
zij zullen zeker minder behoefte tot luidruchtig
heid gevoelen dan watersporters allicht nog wel
eris hebben. En wie voor de stad komen, die
vinden drukte prettig.
Het is altijd aardig een meening te hooren
verkondigen, die dwars tegen de gangbare in
gaat. Terwijl nu iedereen overal zijn best doet
toeristen te lokken, hooren we uit dien Frie-
schen kring een ander geluid.
Zin voor het eigene, liefde voor het eigen
land en de eigen aard zijn, vooral wanneer zij
zulk een vreedzaam object hebben als de rust
en de landelijke schoonheid, schoone karakter
trekken en wie zich daaraan houdt is zeker lang
de kwaadste niet. Misschien is hij wel een van
de besten onder ons. Want liefde voor het bezit
des harten is altijd verheffender dan liefde voor
het bezit van moneten.
Eigenlijk geven de Friezen de menschheid een
heel mooi voorbeeld en ik geloof dat de wereld
er beter uit zou zien wanneer die behoefte aan
rust cn schoonheid en vrede-om-derzelver-wille
bij alle menschen aanwezig was.
Wanneer de menschen tevreden waren met
wat zij bezitten en niet voor een hand vol zil
verlingen hun bezit te gelde gingen maken en
het daardoor in wezen verloren, dan zouden
sommige menschen wat minder bezitten en an-
dex-e menschen wat meer en waar geen begeerte
naar bezit is, daar zijn ook vrede en rust. Ik ver
moed dat anderen, zooals Jean Jacques Rous
seau. zooiets ook al gezegd zullen hebben, al is
het dan misschien met andere woorden.
Zoo gaat van de Friezen en wat zij gezegd
hebben voor mij een heel groote bekoring uit, al
gaf burgemeester Bloemers er zijn verwondering
over te kennen en al was ook de heer Edo
Bergsma er lichtelijk beduusd van.
Maar iedereen die als vreemdeling, doch dan
als een eenzame zwerver en niet als een luid
ruchtige pretmaker, gaarne in Friesland toeft,
begrijpt en is niet verwonderd of beduusd. Ze
ker geldt dit niet voor de meren en de water
sport alleen. Wat zou er van de wonderlijk-
stemmige wandeling langs de zee bij Harlingen
over blijven, wat van de rust van het Dokkum-
sche stadhuis, de grachtjes van Franeker en
Slooten, het marktpleintje van Workum, de
Waag van Makkum, wanneer groote drommen
toeristen die stilte daar met hun luidruchtigheid
gingen verjagen?
Ik houd van Friesland en daarom houd ik ook
van de heelemaal-niet-vreemde opvattingen van
deze Friezen. Misschien nog meer dan de Frie
sche koffiehuishouders, hoteliers, drabbelkoek
en duimpjesfabrikanten.
Maar dat is weer een heel andere kwestie.
Mr. E. ELIAS.
Tomaten-soep moet volksvoedsel
worden.
Verruiming van den tomaten-afzet in
eigen land.
De economische crisis heeft in hevige mate
den Nederlandschen tuinbouw in het algemeen
en de tomatencultuur in het bijzonder getroffen.
De Nederlandsche tomaat had in de jaren voor
en na den wereldoorlog zeer groote afzetgebie
den gevonden in Duitschland en Engeland. Hoe
wel de vraag naar tomaten op de buitenlandsche
markten niet verminderde, deed het autarkisch
streven, dat zich openbaarde in hooge invoer
rechten, contingen teeringen en andere belemme
ringen, onzen tuinbouwexport en daarmede den
tomatenexport tot een ongekend laag peil dalen.
De netto tomaten-uitvoer bedroeg in 1928
61.192.000 K.G. en in 1937 32.745.000 K.G. De
afzet in het buitenland daalde in 10 jaar dus
met 46]/< procent. Dit enorme verlies van afzet
gebied oefende een catastrophalen invloed uit
op den prijs van het product.
Het bleek daarom noodig meer dan tot dus
ver afzet te zoeken op de eigen binnenlandsche
markt. Het Centraal Bureau van de Tuinbouw
veilingen heeft enkele jaren intensieve reclame
gevoerd, welke tot resultaat had, dat de binnen
landsche consumptie van tomaten in 5 jaar meer
dan verdubbelde.
Niettegenstaande dezen vooruitgang van den
afzet in eigen land, bleef jaarlijks een aanzien
lijke hoeveelheid der op onze veilingen aange
voerde tomaten onverkocht.
De tomatencampagne 1938 begon onder zeer
zorgwekkende internationale omstandigheden.
De politieke spanningen in Europa namen van
dag tot dag toe. De regeering meende bij wijze
van voorzorg ten aanzien van onze voedselvoor
ziening een veel grooter kwantum tomaten tot
soep te moeten doen verwerken dan in vorige
jaren geschiedde ten behoeve van de levensmid
delendistributie. Het zal evenwel in de toekomst
niet noodig zijn dezen voorraad te gebruiken
voor het doel, waarvoor de regeering vreesde
deze noodig te hebben.
Indien rekening gehouden wordt met de hoe
veelheid, welke het departement van Sociale
Zaken noodig zal hebben voor de distributie,
dan blijft er nog een extra-hoeveelheid van on
geveer 4.5 millioen literblikken over. Het Cen
traal Bureau van de Tuinbouwveilingen heeft nu
aan de regeering aangeboden dezen voorraad
in den komenden winter onder het publiek te
brengen. De regeering is op dit voorstel inge
gaan.
Er staan thans dus 4.5 millioen literbussen
tomatensoep klaar om tegen lagen prijs hun weg
naar de consumenten te vinden.
De afzet zal plaats hebben met inschakeling
van den binnenlandschen handel. De verkoop
prijs aan den consument bedraagt 18 cent per
blik. Van Maandag 28 November af zal de leve
ring aan het publiek kunnen plaats hebben.
De bedoeling van deze campagne is ons volk
in al zijn geledingen te maken tot een vasten,
gebruiker van een der meest gezonde voort
brengselen van onzen bodem: „tomatensoep
moet volksvoedsel worden".
aan het woord.
de
Voor den inhoud dezer rubriek stélt
Redactie zich niet verantwoordelijk.
Van Ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
De inbraak aan de Hoofdstraat.
Geachte redactie,
Naar aanleiding van uw bericht in het num
mer van 17 dezer „Jeugdige inbrekers gear
resteerd", zou ik een fc«ord van hulde willen
brengen aan de flinke politiebeambten die in
zoo'n korten tijd (ik meen nog den zelfden
n^cht) de inbraak aan den Hoofdstraat, j.l.
Zondag gepleegd, tot klaarheid brachten. Dat
was een mooi staaltje van activiteit en re
cherche-werk Temeer wensch ik zulks te doen
daar er nogal eens sceptisch over die be
ambten wordt gesproken en zulks zeer zeker
ten onrechte.