Rasonderzoek in Duitschland. naar zigeuners E' DE TERUGKEER ,,>Va Trekken in troepverhand voortaan verboden. der Duitsche meisjes. DE VOGELS. Litteraire Kantteekeningen. bURGERLUKE STAND. BERLIJN, 15 December 1933 (Van onzen correspondent) I ENMAAL bezig met het op lossen van rasproblemen, wil het Derde Rijk ook het Zi- geunervraagstuk met de spi-eekwoordelijk geworden kracht en voortvarendheid „ter hand nemen". Met de annexatie van Oostenrijk en 't Sudetengebied heeft het ook veel Zi geuners ingelijfd, die het nu wil or denen en registreeren om mettertijd alle vliegen in één klap te kunnen slaan, In Berlijn en omgeving kent men de echte Zigeuners al evenmin van dichtbij als in ons vaderland. Uit een vertelling van Dickens blijkt, dat er in zijn tijd en misschien ook nu nog wel in „splendid isolation" echte Zi geuners door enkele streken in Engeland rondtrokken. Wat wij aan „Zigeuners" te zien krijgen is een mengelmoes van Germaansche Nomaden met Zigeuner-allures, die graag af gedwaalde Zigeunerinnen in hun midden op nemen. Zoo'n echt romantisch-vuil, donker bruin mooi volkje in schilderachtige lompen hebben we gezien buiten bij een stadje in Ponnneren. De menschen uit de stad trokken naar het Zigeunerkamp met de opwekkende verwachtingen, waarmee we naar een circus voorstelling gaan kijken. Ze genoten er van de snikkende strijkmuziek der Tziganen en de Zigeunerdansen, waaraan ze zelfs graag mee deden. Ze lieten zich voor één of vier of 52 weken de toekomst voorspellen de week a 10 pfennig, waarbij het volle jaar voor slechts 50 weken geldt. Er lieten zich ook wel enkelen het hoofd op hol brengen door smachtende blikken uit gToote droefgeestige meisjesoogen. Daarover is onder de Duitsche bevolking wel eens geklaagd en gekibbeld, maar van klach ten zooals in sprookjes over gestolen kindertjes hadden ze er nooit gehoord. Overal in het Oosten van Duitschland waar de Zi geuners zich gedurende enkele dagen neer zetten, vinden zij vriendelijke belangstelling en gelegenheid wat te verdienen en soms ook welom wat te stelen. Het is een heel interessant volkje, die Zi geuners met hun postersch uiterlijk en hun welgevormd, slank en lenig lichaam. Vast en geregeld werk is hun een gruwel, daarom leggen ze zich voor het dagelijksch brood toe op allerhande goochel-kunststukjes, waarzeggen en bedelen. Toch zijn er in Hon garije en Zevenbergen nog wel enkele hon derden, die zich aan een vast beroep gewijd hebben dat natuurlijk niet veel inspanning kost. Onder hen zijn gerenommeerde paarden dokters en ketellappers, herbergiers en won derdokters. Anderen helpen daar als vaste arbeider den boer op het land of trekken als bewust vakman met apen en beren door het land. Allen ketellappers, dokters, berenlei ders en zij, die zich zoete rust en droom gewijd hebben, zijn begaafd met talent voor instru mentale muziek, die ze op 't gehoor uitoefe nen. Tienjarige jongens bespelen vaardig een moeilijk instrument als de viool na weinig oefening, alsof dit instrument voor hen ge schapen is. Hun oorspronkelijke dansmuziek is vroolijk en gevoelvol. Hoe heerlijk geeft Sarasate hun oorspronkelijke melodieën weer in zijn beroemde compositie „Zigeunerweisen". Ze dansen als Carmen, rooken en pruimen als een polderjongen, eten 't liefst uien en knoflook en versmaden geenszins het vleeseh van hun paarden, wanneer dezen een natuur lijken dood zijn gestorven. In Turkije zijn ze Mohammedaan, onder de Christenen nemen ze christelijke gebruiken aan. Overigens trou wen ze onder elkaar zonder „vorm van pro ces". Alleen in Hongarije laten zij zich ge woonlijk door een aanzienlijken Zigeuner In het huwelijk verbinden. De geleerde ethnografie vertelt ons zooveel tegenstrijdigs over de herkomst van dit volkje dat we er niet wijzer door worden. In het be gin der vijftiende eeuw verschenen zij in Europa en werden toen Tzengana en Zingaro genoemd, namen die afgeleid zijn van een legen da rischen volksstam, die eens aan de monding van den Indus zou geleefd hebben. Omdat ze in oude geschriften ook wel Pha- ranoïten genoemd worden, is de ethnografi- sche wetenschap ook niet ongeneigd, Egypte als hun oorspronkelijk vaderland aan te ne men. De eene ethnoloog wijst met overtuiging Zeugintana in Tunis als hun bakermat aan, de andere zegt, dat ze doodgewone Tscherkes- sen zijn en een Duitsche vorscher Wagen- seil houdt ze voor Duitsche Joden. Wagen- seil maakte 65 jaar geleden dit resultaat be kend van zijn grondige ethnologische en ar cheologische studies in den Kaukasus en aan den oostelijken oever van de Kaspische Zee, alwaar hij op gezag van andere geleerde hee- ren de wieg van het Zigeunervolk was gaan zoeken. In deze dagen hangt een zware wolk boven het hoofd der Zigeuners. In geen land ter we reld leven er zooveel als in het nieuwe Duitschland. Is Bohemen, dat nu met de Sudeten aan het Rijk kwam. niet zoo rijk ge zegend met Zigeuners, dat de Pranschen hen „Bohémiens" noemen, een naam. die trouwens algemeen geworden is voor luidjes, die aan kunst doen en graag als Zigeuners leven, zij 't dan in het rumoer der grootc steden. ]P R is een decreet uitgevaardigd, waarin ge- JL-/ zegd wordt, dat het ondanks alle po gingen niet gelukt is de Zigeuners te brengen tot een geordend leven in gevestigd verblijf door de zucht tot trekken en zwerven der „Zigeuners van zuiver ras", en dat de zooge naamde kleurlingen onder hen de politie te veel last veroorzaakten. Op bevel van den chef der Duitsche politie moet nu van alle in het Rijk levende Zigeuners en van alle personen, die naar Zigeuneraard rondtrekken, worden vastgesteld tot welk ras zij behooren. Al deze heel- en half Zigeuners zullen worden ver plicht zich te onderwerpen aan een rasbiolo- gisch onderzoek door deskundigen, wien zij de noodige opgaven over hun afstamming moe ten verstrekken. Met alle dwangmiddelen der politie zal dit bevel worden uitgevoerd. De invoering van kaarten als identiteitsbewijs is voorbehouden. Zoo weinig mogelijk zal den Zigeuners verlof worden verleend tot publieke uitvoeringen. 1-Iet bezit van wapenen is hun streng verbo den. Zigeuners, die in troepen reizen of kam peeren moeten gescheiden worden. Zigeuners uit het buitenland mogen de grenzen niet overschrijden en vreemde Zigeuners worden uitgewezen. Onder streng toezicht der politie zullen de Zigeuners mogen blijven rondtrek ken en na verkregen verlof ook kompeeren buiten het gebied van steden en dorpen. Prac- tisch is er dus voorloopig weinig verandering gekomen voor het Zigeunerleven in „eerzaam heid", De Zigeuners zullen eenigen tijd in hun zoete rust gestoord worden. Zijn ze allen or delijk geregistreerd, dan kunnen zij hun leventje a la Bohémien voortzetten, totdat ze weer eens ter controle zullen worden opge roepen of er nieuwe bepalingen worden uitge vaardigd. H. L. 1 Februari 1939 moet een klein deel vertrekken. Het staat thans vast dat met 1 Februari een groot aantal Duitsche dienstboden uit Neder land naar Duitschland moet terugkeeren. Ver- scheidene meisjes hebben een oproeping gekre gen op het Duitsche consulaat te komen. Op haar pas werd toen aangeteekend, dat die slechts gel dig is tot 1 Februari 1939. Aan de meisjes werd medegedeeld, dat zij dus tegen 1 Februari haar betrekking moesten opzeggen. De terugkeer naar Duitschland zal geschieden met extra treinen. Indien sommige Duitsche meisjes geen gehoor mochten geven aan de op roeping om terug te keeren naar Duitschland, wordt de pas ingetrokken. Het gevolg zou zijn, dat zij Statenloos zouden worden en daaraan zijn zeer groote bezwaren verbonden. Tot heden is nog steeds onzekerheid blijven bestaan over de vraag hoeveel Duitsche dienst boden naar Duitschland moeten terugkeeren. In Amsterdam had men Dinsdag den indruk dat alle 18000 Duitsche dienstboden die nog in ons land verblijven met 1 Februari 1939 terug moeten komen. Uit Berlijn werd evenwel Dinsdagavond ge meld, dat voor 1 Maart ten minste 4000 meisjes uit Nederland moeten vertrekken. Over het tijd stip waarop de overigen zouden moeten ver- ti-eklcen bestond nog geen zekerheid. Wij hebben ons heden morgen met het Duitsche consulaat te Amsterdam in verbinding gesteld. Daar werd ons ver zekerd, dat met 1 Februari 1939 slechts een klein gedeelte der Duitsche dienst boden moet terugkeeren. Verder staat er ambtelijk nog niets vast. Zeescheep* a»rt naar Amsterdam ondervindt «-en belemmering. AMSTERDAM 21 December. Terwijl tengevolge van de strenge vorst de geheele binnenscheepvaart naar en door Amsterdam gestremd is. ondervindt de zeescheepvaart in geen enkel opzicht eenige belemmering van de vorst en kunnen de in IJmuiden binnenkomende schepen ongehinderd naar Amsterdam opstoomen en daar in elk gedeelte van de Amsterdam- sche haven ligging nemen. Goederentrein bii Arnhem ontspoord. ARNHEM. 21 Dec. In den afge- loopen nacht is op de spoorbaan tus- schen Arnhem en Velp nabij de Kunst zijdefabriek, een gedeelte van een goederentrein, we'ke uit Groningen kwam. ontspoord; een tweetal goede renwagens kantelde van den dijk, een aantal andere wagons kwam naast de sporen terecht of liep uit de rails. Minister Funk binnenkort naar Londen Bespreking ter vermijding van den handelsoorlog. LONDEN 21 December (Havas). De „Daily Express" bericht, dat vermoedelijk de Duitsche minister van handel, Funic, binnenkort naar Londen zal komen. Funk zou een handelsoorlog tusschen Duitschland en Engeland in Zuid Oost Europa willen voorkomen en de Britsche regee ring zou te verstaan hebben gegeven, dat zij be reid is een tweezijdig verdrag te sluiten tot ver deeling der markten in Europa. AANBESTEDING. HAARLEM, Woensdag. De architect, de heer J. P. Kloos te Haar lem, heeft Dinsdagmorgen in de Groote Oude Deyi te Wassenaar aanbesteed den hoofdbouw van een schoolgebouw met gymnastiekzaa.' conciërgewoning enz., met bijbehoorende werkzaamheden op een terrein aan de Backershagelaan t-e Wassenaar namens en voor rekening van de Stichting „Het Rijn- landsch Lyceum" te Wassenaar. De vijf laagste inschrijvers waren: G. van Eek te Oegstgeest voor f 80.300. H. H. Drunk te Leeuwarden voor f 80.691. G. J. Evers te Bloemendaal voor f 81.241. M. van der Bent en Zoon te Wassenaar voor f 83.800. J. en P. van Wijk te Alphen a. d. Rijn voor f 85.000. De vlijmscherpe steven van de „Clasina Maria" beet een weg door het dikke ijs van het Spaarne, om de „Commerce" uit zijn isolement te bevrijden. De man op den voorplecht heeft tegen de kou een „Zuidwester" opgezet, die ter gelegenheid van den winterwind beter „Noordooster" kon hceten De winter heeft plotseling zijn intrede ge daan en regeert met forsche hand. Hij veroor zaakt ons menschen in huis en op straat onge- ief, hetwelk echter grootendeels te dragen valt door wat warmere kleeding, wat extra brand stof en een voldoende gevulde maak. Voor de vogels is het echter thans een zeer kwaden tijd en zonder extra hulp moeten vele van hen bezwijken. In de tuinen en in de par ken ziet men ze in de koude en veelal in een snerpenden wind op hun gebruikelijke wijze naar voedsel zoeken. De grond is echter hard bevroren, waardoor wormen en insecten niet te verschalken zijn. Ook de planten verschaffen thans vrijwel geen voedsel door het ontbreken van zaadjes en jonge spruitjes. De veeren der vogels staan dan ook uit als teeken, dat het ben niet goed gaat; vele vogels zitten moedeloos tijden lang op den grond. Wie oogen voor onze gevleugelde vrienden heeft ziet hen verarmen en met rassche schreden onder gaan. Het verstrekken van eenig voedsel is thans voor de vogels een levensbelang. Geef het hen, en door zang en door het eten van larven en lastige insecten in het a.s. voorjaar zullen zij het u vergoeden. Strooi zoo mogelijk ook wat voeder op de paden in de parken; in den Haar lemmerhout bijvoorbeeld zijn thans honderden vogels den hongerdood nabij. Zij hebben geen huis om zich te beschutten, geen dikker pakje of brandstof om zich te verwarmen. Indien wij menschen niet helpen, blijft hun maag leeg en is het einde voor velen van hen zeer spoedig ge komen. Daarom geef aan onze gevleugelde vrienden wat voedsel, geef niet alleen vlak bij het eigen huis, maar ook in parken en in de plantsoenen. Strooi niet uitsluitend in de voe derhuisjes, want vele vogelsoorten komen er van nature niet toe deze huisjes binnen te vliegen. Strooi het voedsel niet op een hoopje maar zeer verspreid, anders eten de grootere vogels alles op. Strooi zoo mogelijk wat vei-schillend voedsel, ieder vindt dan wat van zijn gading. Geef wat lijstervoer voor hen, die dierlijk voedsel noodig hebben. Gedenk de vogels. G. H. E. Voor den boeg van den Haarlemschen ijsbreker „Clasina Maria" strekte zich één bar ijsveld uit. Het Spaarne is toegedekt met een laag ijs van soms wel 10 c.M. dik In 31/* uur tijds voer de „Clasina Maria" van Haarlem naar Spaarndam en terug en verbond Haarlem door een vaargeul weer met het Noordzeekanaal. Het sterrewachthuisje van den bekenden amateur-sterrekundige de heer Meester, aan de ïepenlaan in Zwanenburg, is geheel afgebrand. Hier zien we nog een overigens geheel vernielde telescoop temidden van de schamele restanten van wat eens een zeer mooi geïnstalleerd observatorium was, overeind staan. De heer Meester bouwde deze sterrewacht geheel als liefhebberij in zijn vrijen tijd op. Men zal begrijpen dat het vuur dezen amateur-sterrekundige een zeer dierbaar bezit, een groot deel van zijn levenswerk, ontnomen heeft. Clara Asscher-Pinkhof. Graddus, met foto's van Piet Marée. Baarn, Bosch en Keuning N.V. Mevrouw Clara Asscher. die een prettig ver telster kan zijn, heeft in Graddus de romance van een woon wagen jongen te boek gesteld. Graddus is nog wel heel jong maar hij beleeft toch al heel wat, als hij er met zijn harmonica op uittrekt. En de meisjes Bet en Stiena geven hem al heel wat te stellen. Daar gebeurt in zoo'n kermiskamp veel, waardoor een aardig jong als Graddus vroeg levenswijs kan worden en een aardig auteur als mevrouw Asscher zal er geen moeite mee hebben zoo'n knaap een beetje te idealiseeren zonder den toon, die bij de omgeving past, geheel te laten varen. Grad dus is weer eens een variant van de soort, die in de litteratuur een dankbaren sujettenkring vormt en de schrijfster liet hem alle recht we dervaren. Voorts zijn de foto's, waarmee dit verhaal ge ïllustreerd is, prachtig. Dat zij erkend, maar daarmee wil niet gezegd zijn dat wij deze wijze van verhaal-veriuchtïng onbegrensd bewonde ren. Zoo de geschreven tekst als litterair pro duct beschouwd moet worden, wordt bij den le zer blijkbaar een gemis aan fantasie vooronder steld of die tekst onvoldoende tot het oproepen van een beeld geacht. Bij een samenwerking tus schen schrijver en fotograaf, als in dit boek werd toegepast, komt de litteratuur in de verdruk king en zou men bijna meenen dat de tekst om de plaatjes heen geschreven werd. De juiste verhouding tusschen verhaal en verluchting schijnt tenzij het om de laatste in hoofdzaak te doen was uit het oog te zijn verloren. Een beetje jammer voor de schrijfster is dat mis schien wel, al zal er op de boekenmarkt aan vriend Graddus veelzijdiger aandacht door ge schonken worden. Jan Verheijen. In het Vrededuïfke Café. Rotterdam, Brusse N.V. Het is merkwaardig, zooveel nieuwe romans als dit jaar de titels van drankhuisjes voeren. Dit is reeds de derde en wij hebben er nog een paar in petto. Maar dit is er wel weer eentje om apart te zetten. Al was het alleen maar om dat smeuige Vlaamsch dat er in geklapt wordt. Want het Vrededuifke huist in een buitenbuurt van Antwerpen en als de baas er van een aar dige erfenis gekregen heeft, laat hij het vliegen om rustig in zijn geboortestad Mechelen te gaan wonen, „op een schoon bovenkwartier in een straat waar ge op het dak van de team kon kij ken". Maar daartoe moest eerst een nieuwe baas voor 't Vrededuifke gevonden zijn en dat lukte. Nadat op een avond Lode Dedeckers in het sta minee was binnengestapt en den baas privé te spreken had gevraagd, leek het er veel op of er een transactie op komst was. „Weinige da gen later werd het in de gebuurte bekend, dat die van Dedeckers in het Vrededuifke kwamen. Wanneer men had verteld, dat de Aartsbisschop van Mechelen het café gekocht had, om er een van zijn pastoordekens in te zetten, het had voorwaar niet meer bewondering gewekt dan dit bericht". En dan zijn het de verdere lotgevallen van de familie Dedeckers die ons op de gezellige wijze, den Vlamingen eigen, verhaald worden. Niet dat het verloop der geschiedenis altijd even ge zellig is. doch ook de tragisch kant eener his torie blijft bij onze Zuiderburen altijd nog onder den humor hunner uitingswijze verborgen, drukt althans niet te zwaar op den lezer. Ook deze auteur verstaat de lichtgevleugelde kunst, den ernst van het leven met een glimlach tegemoet te gaan, waardoor de lectuur van zijn boek een verpoozing wordt, waarvoor men zich als dood ernstig Noord-Nederlander geen oogenblik be hoeft te schamen. En waarvan men integendeel, na lezing, met spijt dat het uit is afscheid neemt. De Hond staat model. Kynologisch- kunsthistorisch album. Uitgevers- Mij. Kosmos, A'dam. Een kunsthistorica (Dr. Annie Zadoks Jitta) en een kynologe (Cago van der Meulen) heb ben in zusterlijke samenwerking een alleraar digst album samengesteld, waarin, verdeeld over ruim zestig mooie reproducties, een overzicht wordt gegeven van de verschijning van den hond in de beeldende kunst. Van de Egyptische wind hond van 3000 jaar voor Christus tot de Ita- liaansche windhondjes van Frederik de Groote is de afstand minder groot dan het lijkt, maar toch zijn in dit bestek nog 48 kunstenaars met 55 hondenrassen saamgebracht. De kunstlief hebber kan hier, al kijkend, veel hondenkennis opdoen en de hondenliefhebber zich voor kunst gaan interesseeren, waardoor twee groote men- schengroepen tot elkaar gebracht worden. De uitvoering van het boek is zeer smakelijk Jef Last. De laatste waarheid. Rotterdam, Brusse N.V. „Geschreven en voltooid in de marechaussee kazerne te Zundert", heet het op de laatste pa gina van deze vaak vermakelijke farce, die Jef Last blijkbaar ter verpoozing, en misschien ook wel met ernstiger bedoeling als ondergrond, in elkaar heeft gezet toen hij in Mei van dit jaar eenige dagen heeft moeten wachten op de ver- eischte toestemming om zijn verlaten vaderland weer te betreden. Hij blijkt een man die zijn tijd weet te baat te nemen en het gedwongen vei'blijf aan de Hollandsche grens heeft onze boekentafel in ieder geval met een vrij zeldzaam en waardeerbaar product verrijkt, waarin een mengeling van studentikooze grapjasserij en ironische wijsgeerigheid wordt opgediend, die, zonder voor ernst genomen te willen worden, bij lange na niet uitsluitend nonsensicgal is. De schrijver speelt zou men meenen een gees tig spel met inzichten en ervaringen en laat den lezer lachen door beide in het burleske kleed van de kermis te stellen. De parodieering van den ernst is vaak geestig genoeg om niet te be treuren dat een enkele maal door een onsma kelijkheid een prettige indruk verstoord wordt. Maar dat schijnt er nu eenmaal zoo bij te be hooren bij de auteurs, wier ontegenzeggelijk groote begaafdheid door een zeker „je m'en fou- tisme" (in 't Hollandsch: ik heb er lak aan) niet bepaald versierd wordt. Het zijn gelukkig hier slechts kleinigheden die niet verhinderen dat men het boekje waardeert, zoo als het is. Hetgeen dan, even als Astarte's liefde voor Meelin, de alatste waarheid zou kunnen zijn. J. H. DE BOIS. Gaat u rnaar na: 43500 onge lukken per jaar, dat is er gemid deld één ongeveer per 13 minu ten! En als iedereen blijft denken, dat de schuld bij anderen ligt, dan beleven we misschien nog een gemiddelde van 13 onge vallen per minuut! Militaire stukken in Britschen postzak gesmokkeld. (Zie ook elders in dit nummer). In gezaghebbende kringen te Londen wordt vernomen, dat een pakket, met verdachten in houd, door Spaansche grensautoriteiten te Irun is gevonden in een consulairen postzak, die verzonden was door het Britsche vice-con- sulaat in San Sebastian aan de Britsche am bassade te St. Jean de Luz. Een volledig onder zoek is ingesteld door de rechtsche autoritei ten in samenwerking met en bijgestaan door de Britsche autoriteiten ter plaatse. Of schoon de Britsche vice-consul te San Sebas tian, Harold Goodman, zelf per auto den zak vervoerde, waarin het bewuste pakket zat, is van geen enkelen kant opgeworpen, dat hij op eenigerlei wijze persoonlijk bij het incident zou zijn betrokken.- Nader wordt vernomen, dat in verband met het gebeurde te San Sebastian en Burgos ver schillende arrestaties zijn verricht. O.a. zijn verscheidene officieren van Franco's leger aangehouden. Men zegt dat eenigen hunner leden van den generalen staf zijn. Zij zijn ge arresteerd op last van het ministerie van bui- tenlandsche zaken te Burgos, nadat de zak was onderzocht. Naar verluidt, bestaan de docu menten in kwestie uit kaarten, die gebruikt worden door den generalen staf. Dat het plannen voor een offensief zouden zijn, wordt tegengesproken. HAARLEM, 21 December. Ondertrouwd 21 December: E. F. Heere mans en G. M. Schoorl; T. G. Veis en H. B. Brings; J. J. v. d. Werf en H. J. Hofsté; H. J. v. d. Pol en A. H. Neeven; J. F. de Geus en E. Gijsberts; L. Broekman en H. H. Buchmeier; H. H. Tork en M. W. Serné; M. Meerveld en J. A. Kensen; J. Ootes en W. C. C. v. Lunteren; B. Jansen en J. Windig; M. Monasch en S. H. v. d. Eijkhof. Getrouwd 21 December: C. J. Veldkamp en L. G. van Doorn; C. J. de Jong en J. C. M. Wassenaar; J. Tinga en C. M. v. d. Aar; H. A. Spoor en C. M. Albers; E. W. Poelman en P. Pöppinghaus; M. P. M. Linders en P. A. M. v. Waijenburg; H. Zomerdijk en A. Vermeeren; C. de Graaf en J. C. Pouwels. Bevallen 18 December: J. W. Daemen—van Doorne, z.; 20 December: H. C. Kroonsberg Stern, d.; A. ZaiidstraHoekstra, d.; A. H. MutsaersSchreuder, z.; 21 December: J. G. ter MetzBoshuijer, d. Overleden 19 December; H. Kionv. Norden, 76 j., Brouwersstraat.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1938 | | pagina 8