IJMUIDEN
Instantine
w
Kunst in Haarlem en
daarbuiten.
/OENSD AG FEBRUARI 1939
^UTERLIJKE
niet zoo. Maai' binnen twee jaar krijg je het
zeker. En als ik het vergeet en mij vermei in
's paards betrouwbaarheid komt er op een
kwaad opgenblik.wel iemand langszij ver
geef mij de scheepsterm die een tikje mee
warig vraagt: „Loopt best, hè? Maar een wieg,
nietwaar? Doodniakkelijk paard, niet? Deze
is anders. Daareven bokte-n-ie tochzag
je dat? Maar ik kan 'em hebben!1'
Dit is de cowboy-geest. In alle ruiters leeft
min of meer de cowboy-geest.
R. P.
bekentenissen
Paarden, kameelen en eerzuchtige
ruiters
Sinds mijn eerste reeks bekentenissen is al
weer een jaar gevloden. En ik rijd nog steeds
naard Nu al bijna twee jaar. Nieuwe confes
sies dringen naar de vulpenpunt en eischen
openbaarheid. Ik schijn ertoe voorbestemd te
7iin den roem van het Paard mee te helpen
iiitdra^en, al hebben anderen dat reeds eeuwen-
lane gedaan. En al hebben zij het gedaan in
eede°ener trant; velen zelfs, gelijk Xenophon,
Ln wien het laatste nummer der vorige reeks
vewiid was, in leerboeken. Ik doceer niet. Ik
beken slechts. En zoo beken ik nu, dat sport
met levende wezens op den duur boeiender is
dan sport met dood materiaal. En een paard
is een zeer bijzonder dier om sport mee te be
drijven Verreweg het bizonderste.
Wel zijn de andere berijdbare dieren zon
derlinger De ezel is al een vreemd beest, met
ziin koppigheid en zotte kuren. De olifant,
die met een ladder bestegen moet worden en
waarop Britsch-Indische vorsten zich plegen
te installeeren in maaksels, die wel iets aan
de carrosserie van een auto-de-grand-luxe
doen denken, is ook een raar rijbeest. De
struisvogel wekt den indruk, dat hij ieder
oogenblik breken kan en vormt bovendien met
zijn berijder een buitengewoon leelijk en on
evenredig geheel. Ik geloof niet dat de Natuur
dit ooit bedoeld kan hebben. Het is een ver-
^rTdan is er nog de kameel. Ik ken iemand
die hem vrij geregeld bereden heeft, ergens in
Siberië. Hij klom erop als het dier lag, zette
zich behagelijk tusschen de twee bulten en
begon er dan op te ranselen met een stuk
hout, dit begeleidend met verwenschingen,
ontleend aan het laagste Russisch. Intusschen
schreeuwde de kameel terug en mijn vriend
hield zijn snuit voorwaarts gericht met de
beide touwen, aan zijn kop bevestigd. Anders
zou hij omgekeken en hem in zijn gezicht ge
spuwd hebben, hetgeen vermeden moet wor
den, want hij herkauwt meestal. Al door-ran
selende kreeg de mensch gedaan dat het woe
dende dier zich verhief', eerst de achterhand
en daarna met een snelle beweging de voor
hand, waarbij het veelal poogde hem af te
werpen. Daarna beukte mijn vriend met zijn
stuk hout en raasde in het kozaksch tot het
beest ging draven. Dit deed het in een snellen
tpjgang/.zeer lang' achtereen sen.'zonder mgrk-
..iaïe'wrmoeïenis.Kwam het ergens een vrou
welijke kameel tegen, dan stoof het daarop
af, althans wanneer het kameelen-liefdes-
seizoen was ingetreden, en slingerde zijn be
rijder in de steppe. Gebeurde zooiets niet, dan
restte de moeilijkheid het tot staan te bren
gen als de bestemming bereikt was. Dit werd
volbracht door geruimen tijd achtereen aan
de touwen te rukken, hetgeen opnieuw bege
leid werd met wederzij dsche uitingen van haat.
Als een kameel stil staat wil hij blijkbaar nooit
gaan loopen en als hij loopt wil hij nooit
gaan stilstaan. Ook houdt hij niet van den
mensch. Mijn vriend is er niet in geslaagd,
op de Siberische kameelen beter indruk te
maken dan zij van de Russen hadden en zegt
dus: het ding houdt niet van den mensch. Hij
noemt het woestijnschip namelijk „het ding".
Toeristen-kameelen in de Sahara zijn na
tuurlijk gewilliger, beter gedresseerd door de
Egyptische Vereeniging voor Vreemdelingen
verkeer, maar dit kameelen-verhaal toont toch
wel duidelijk aan hoe grof-besnaard dit rij
dier is. Welk een verschil met het nobele paard,
dat met zooveel zorg, finesse en wederkeerig
begrip bereden wordt.
De practijken der bewapenings-
industric.
Adres van de J. V. A. aan de Eerste Kamer.
Het hoofdbestuur van de Jongeren Vredes Ac
tie heeft in een adres de aandacht van leden der
Eerste Kamer gevestigd op misbruiken en ge
heime praktijken der bewapeningsindustrie.
Bij verschillende gelegenheden, b.v. bij het
onderzoek door de Amerikaansche senaatscom
missie Nye, aldus het adres is gebleken, dat
leveranciers van oorlogsmateriaal gebruik maken
van corruptie, misleidende en oorlogszuchtige
propaganda, geheüne internationale prijsafspra
ken en andere dergelijke verwerpelijke middelen
om hun afzet of hun winsten te vergrooten. Groo-
te leveranties van oorlogsmateriaal van een be
paalden staat uit aan een anderen staat kunnen
een zekere afhankelijkheid van één industrie
van de bewapening van laatstgenoemden staat
veroorzaken, die als politiek drukmiddel kan
worden misbruikt.
Dergelijke praktijken zullen o.a. kunnen wor
den voorkomen door nauwletend toezicht op de
bewapeningsindustrie in eigen land, maar even
zeer door scherp toe te zien op de besteding der
bewapeningsgelden bij buitenlandsche fabrie
ken, waarover men geen rechtstreeksche zeg
gingschap heeft.
Volgens mededeelingen van den minister van
Defensie in de Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal zal een belangrijk gedeelte van dit materiaal
in het buitenland worden besteld, omdat de Ne-
derlandsche industrie het gewenschte niet, niet
snel genoeg of niet volgens de nieuwste vindin
gen kan leveren.
Tot nu toe heeft echter geen volledige publi
catie, in welke staten en bij welke bedrijven
deze bestellingen in het buitenland zijn of zullen
worden gedaan, plaats gehad, terwijl dit belang
rijke onderwerp ook slechts in zeer algemeenen
zin in de Tweede Kamer der Staten-Generaal
besproken is.
Derhalve verzoekt het hoofdbestuur der Jon
geren Vredes Actie de leden der Eerste Kamer
op de grootst mogelijke openbaarheid in dezen
bij de regeering aan te dringen.
r—
Beleediging van Joodsche volks
groep.
Hoogc geldboete en voorwaardelijke
gevangenisstraf gevorderd.
's-GRAVENHAGE, 31 Januari Voor de
strafkamer van de Haagsche rechtbank heeft
zich vanochtend te verantwoorden gehad de
47-jarige E. J. R., redacteur van „Het Natio
naal Dagblad", onder wiens verantwoordelijk
heid in het nummer van 15 October j.l. van
dat blad twee artikelen verscheenen, welke
beleedigend geacht worden voor de volksgroep
van Nederlandsche Joden.
De qisch luidde een geldboete van 800,
subs. 100 dagen hechtenis en een voorwaarde
lijke gevangenisstraf van drie maanden met
een proeftijd van drie jaar.
De uitspraak is bepaald op 14 Februari.
En toch wil de sportieve ruiter het liefst
niet op zijn volmaaktst hebben. Dat is het rare,
niet van het paard, maar van den ruiter. Een
ideaal-gedresseerd dier, met een gelijkmatig
en opgewekt humeur, altijd bereid tot leven
dig stappen, snel draven zonder hoog-opgooien
en een pracht van een soepelen galop, zou het
ruiterlijk ideaal moeten zijn. Maar het is het
niet. Het wordt hoogstens gewaardeerd. Veel
interessanter zijn paarden die wel eens „bok
ken", zooals dat in manègetaal heet, die zij
sprongen maken wegens omioozele aanlei
dingen, zich zelfs wel eens op hun achter-
beenen verheffen en den naam hebben, dat
ze er soms vandoor zijn gegaan. Het hoeft niet
waar te wezen, als ze den naam maar hebben.
Waarom verkiest de sportieve ruiter dit
soort ros? Omdat het hem moeite geeft, om
dat het een grooter kunst is het te berijden
en ook wel een beetje omdat het goed staat,
zooiets bereden te hebben en ervan te ver
tellen. Daarbij is lichte aandikking van het
gebeurde gebruikelijk, zoo ongevéer in den
zelfden stijl als de hengelaar en de jager
bezigen.
Bij de takken van sport die dood materiaal
gebruiken doet de begeerte naar onvolkomen
heden zich niet voor. Integendeel. Voetballers
worden kwaad als de kalklijn onzichtbaar, de
goal scheef en de bal bultig is. Roeiers klagen
steen en been als een riem verkeerd in den
dol staat en een glijbank knarst. Alles moet
volkomen in orde zijn. Maar ruiters willen dat
aan het karakter van een paard iets hapert.
Niet a.an zijn lichaam natuurlijk en ook niet
aan zijn lenigheid en snelheid, maar uitslui
tend en alleen aan zijn karakter. Hij moet een
beetje schrikachtig zijn, of neiging tot „kle
ven" aan andere paarden hebben, of enkele
medepaarden niet uit kunnen staan, of nie
mand voorbij willen laten, of wat dan ook
tu K_iie pas werkelÜk de moeite waard.
Ik beken dat ik mij tegenwoordig ook wel
sen beetje schaam als ik op een al te gewillig
ta gemakkelijk paard zit. Vroeger was dat
De O. 20 te water gelaten.
Dinsdagmiddag om twaalf uur is de in aan
bouw zijnde onderzeeboot O 20 van de werf
Wilton-Fijenoord te Schiedam te water gelaten.
De tewaterlating geschiedde door D. J. baronesse
v. Lynden-Baud, echtgenoote van den chef van
den Nederlandschen torpedobootdienst te Den
Haag.
De O 20, welke een lengte heeft van 20 Meter,
en een diepgang van 3.80 Meter, kan veertig
mijnen meevoeren. De onderzeeër heeft een ge
legenheid vor het lanceeren van torpedo's van
45 c.M. tot 53 c.M., voorts is het schip uitgerust
met twee mitrailleurs van 40 m.M. en één ka
non van 8.8 c.M. De boot heeft een duikdiepte
van 100 M.
De snelheid boven water bedx-aagt 20 mijljxdie
onder water 10 'mijl. De boot wordt boven wa
ter "gedreven door twee motoren van 2500 P.K
en onder water door twee electrische motoren.
Het schip heeft een waterverplaatsïng van 1000
ton boven water en 1500 ton onder water.
De bemanning bestaat uit 38 koppen. De O 20
zal vermoedelijk over drie maanden gereed zijn
en haar eersten proeftocht naar de Noorsche
kust maken.
„Sneeuwwitje" ook voor kinderen
beneden de 14 jaar?
Heden vindt de herkeuring plaats.
Naar wij van welingelichte zijde vernemen,
is de kans groot, dat de film .ySneeuwwitje"
voor kinderen beneden 14 jaar wordt goedge
keurd.
Hedenmiddag vindt in Den Haag opnieuw
een keuring plaats, waarvan het zal afhan
gen, of kinderen beneden 14 jaar de film al
dan niet mogen zien.
De kans op het eerste schijnt groot
zijn.
Waarschuwing aan Nederlandsche
arbeiders.
's GRAVENHAGE 31 Januari. De directeur
van den rijksdienst der werkloosheidsverzeke
ring en arbeidsbemiddeling waarschuwt den Ne
derlandschen arbeiders er voor niet op eigen
risico naar Duitschland te trekken om werk te
zoeken of naar aanleiding van aanvragen of
mededeelingen van werkgevers, naar Duitsch
land te gaan, zonder dat van te voren vaststaat,
dat de werkgever vergunning heeft om vreemde
lingen in dienst te nemen.
In elk geval is het niet mogelijk loonover-
schotten naar Nederland te zenden, indien de
plaatsing in Duitschland niet tot stand kwam
door bemiddeling van de organen der openbare
arbeidsbemiddeling in Nederland, op aanvrage
van het centrale orgaan der openbare
arbeidsbemiddeling in Duitschland.
JO VINCENT.
Tengevolge van een ongeval aan haar voet is
Jo Vincent genoodzaakt gedurende een paar da
gen volkomen rust te houden.
Dientengevolge zal haai' liederenavond te Rot
terdam van Donderdag a.s. moeten worden uit
gesteld tot Zaterdag 25 Februari.
Ook haar medewerking als soliste op het
abonnementsconcert te Hilversum op Vrijdag
avond a.s. zal geen voortgang kunnen vinden.
AAN BRANDWONDEN BEZWEKEN.
De 2'0jarige mevrouw Mercy—v. d. Linden.,
die Maandagavond in haar woning aan den
Feijenoorddijik te Rotterdam te dicht bij een
kachel kwam, waardoor haar kleeren
vlam vatten, tengevolge waarvan zij met
zware brandwonden in het ziekenhuis aan
den Coolsingel aldaar moest worden opgeno
men, is tegen den middag aan de opgeloopen
verwondingen bezweken.
„ZEEAREND" VISCHT EEN LIJK OP.
De Zeearend K.W. 103 heeft op zijn laatste
reis een lijk opgevischt, dat, te oordeelen naar
de uniform, vermoedelijk afkomstig was van
een Duitschen stuurman. Het lijk werd weer
aan het zeemansgraf toevertrouwd.
MINISTERIE VAN ONDERWIJS KOOPT DRIE
LITHOGRAFIEëN VAN J. C. HOQYKAAS.
Op voorstel van de rijkscommissie van advies
voor opdrachten aan beeldende kunstenaars zijn
door het ministerie van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen aangekocht drie lithografieën
van den in Parijs wonenden Nederlandschen
kunstenaar. J. C. Hooykaas.
Parachute bleef aan staart van
vliegtuig hangen.
Omtrent het vliegongeval nabij Bandoeng,
waarbij de reserve-luitenant-vlieger F. Korff
om het leven kwam, vernam het A. I. D. De
Preangorbode nog, dat de oorzaak van deze vlieg
ramp moet worden gezocht in een storing van
den motor van het Fokker C-10-vliegtuig. Het
toestel, dat op weg was van Kalidjati naar An-
dir, bevond zich op het moment, dat de motor
afsloeg, boven zwaarbegroeid terrein. Toen de
bestuurder Korff merkte, dat zijn pogingen om
den motor weer op toeren te krijgen, faalden,
gaf hij zijn mede-inzittende, den brigadid'-leer-
ling-monteur J. den Hollander, een teeken, dat
deze uit het vliegtuig moest springen, aangezien
hij ook niet in staat was in glijvlucht het op
eenige kilometers afstand gelegen noodlandings-
terrein Tjileuntje te bereiken.
Den Hollander sprong het eerst uit de machine
en kwam ongedeerd neer naast een kampong
huisje in den kampong Nangewer, behoorende
tot de dessa Tjisomang. De parachute lag op het
dak van het huisje. Met den bestuurder liep het
helaas niet zoo goed af. Toen hij uit het toestel
sprong, raakte de parachute na het opengaan
met een der touwen verward aan den staart
van het vliegtuig, met het gevolg, dat de piloot
door het vallende toestel werd meegesleurd.
Door den val moet hij oogenblikkelijk zijn ge
dood.
Het toestel kwam terecht in een bamboe-
boschje, in een ravijntje van de kali Tjisomang.
Op eenigen afstand, aan den voet van eenige aren-
palmboomen, lag 't lichaam van den omgekomen
bestuurder. Den Hollander, die, door den wind
afgedreven, ruim twee kilometers van het toe
stel op den grond was gedaald, is onmiddellijk
met eenige kamponglieden, die het vliegtuig had
den zien vallen, naar de plaats van het ongeval
geloopen en heeft daar bij het stoffelijk over
schot van luitenant Korff, de wacht gehouden,
totdat hulp uit Bandoeng was aangekomen.
Er komen nieuwe postzegels.
In de memorie van antwoord aan de Eerste
Kamer over de postbegrooting zegt minister Van
Boeyen, dat ten aanzien van de verlaging van
de telefoontarieven eenige ingrijpende verlagin
gen in studie zijn genomen en nagegaan wordt
welke de gevolgen, ook met betrekking tot uit
breiding van apparatuur en van het personeel,
zullen zijn. Het zal van het resultaat van dit
onderzoek afhangëh, wanneer tot deze verdere
tariefsverlagingen zal kunnen worden overge
gaan. Verlagingen, die niet al te groote offers
van het bedrijf vragen, zullen echter x-eeds da
delijk voor invoering in aanmerking kunnen
komen.
Zoo ligt "het in de bedoeling te bevorderen, dat
nog in den loop van 1939 het grondabonnement
in de rijksnetten met meer dan 10.000 aanslui
tingen teruggebracht wordt van f 54 tot f 48
per jaar.
Een batederving van pl.m. f 66.000 per jaar
zal hiermede gemoeid zijn. Voorts zal worden
bevorderd, dat de minimumvergoeding voor
eens, verschuldigd voor zgn. tijdelijke aanslui
tingen, van f 25 wordt verlaagd tot f 15 en dat
het tarief voor verhuiskosten in plaats van op
f 12.50 op f 6 wordt gesteld.
In het radio-telefoonverkeer met Neder-
landsch Oost-Indië zullen met ingang van 1 Fe
bruari 1939 goedkoope familiegesprekken wor
den toegelaten; de prijs daarvan zal de helft der
normale gesprekken, dus f 7.50 of f 9 bedragen.
Met betrekking tot den wensch, dat spoedig
nieuwe postzegels in omloop zullen worden
gebracht, kan de minister, zonder te treden in
een critische beschouwing als in het voorloopig
verslag gegeven, mededeelen, dat het huidige
z.g. koninginnetype binnen afzienbaren tijd zal
worden vervangen, daar in beginsel reeds is
besloten een nieuwe uitgifte tot stand te bren
gen met gebruikmaking van een nieuwe beel
tenis van het hoofd van den staat.
De opmerking, dat sommige van de in ge
bruik zijnde postzegels met Joodsche symbolen
versierd zouden zijn, moet op een misverstand
berusten, Indertijd heeft men dit gezocht in
den zgn. vredespostzegel, frankeerwaarde 12'/2
cent, deze zegel is echter reeds sedert 1 Januax'i
1938 buiten gebruik gesteld.
SANTPOORT
Het moderne pijnstillende middel
A&lfvt!
't is van
(Adv. ingez. Med.)
Over Johannes Petrus Hoirstok.
Een der voor den beschouwer meest amu
sante aquarellen uit het begin der vorige
eeuw, die thans in Teyler's Museum zijn
tentoongesteld, is wel die van J. P. Horstok,
die hierbij wordt gereproducerd en die met
haar zusje, met een soortgelijke, ietwat on
deugende voorstelling in de groote vitrine,
tegenover den ingang is uitgelegd.
Daar is heel wat op te kijk, en er wordt
heel wat op verteld, waardoor zulk een voor
stelling al dadelijkook den leek pakt. Een
paar dozijn personen zijn er in volle actie,
in ieder afzonderlijk groepje is een afzon
derlijke pointe, een aparte kem voor de be
langstelling te ontdekken, en telkens vindt
men hi eenig onderdeel weer een uitvoerig
verhaalde kleinigheid, waarop de schilder de
aandacht vestigt. Die genoegelijke breed
sprakigheid is kenmerkend voor de acht
tiende eeuw, waarvan Horstok een der na-
komers is. Wanneer hij dan ook en te
recht met 17e eeuwsche voorgangers- als
Jan Steen en Dusart vergeleken wordt, moet
men niet verzuimen die ietwat burgerlijke
breedsprakigheid op het debet zijner rekening
te zetten. Horstok toont zich hier een ge
zellig en knap illustrator, in het genre waarin
een vijftig jaar later knappe schilders als
Bles, Rochussen en De Famars Testas de
romans van Jacob van Lennep zouden il-
lustreeren. Met dien verstande echter dat het
vooral Bles en Rochussen sterker artistenfigu-
ren waren, die zich voor elk teveel wisten te
hoeden en in een compositie het meerdere
en het mindere van belang zijnde goed uit
elkaar wisten te houden. Maar zoo tegen het
jaar 1800 mocht men een opvatting als die
van Horstok wel en schatte die bijna zoo hoog
als die zijner 17e eeuwsche voorgangers.
Daar is een berenleider in het dorp. Hij
laat zijn beer dansen op de muziek, die een
assistent van de troep op een hobo of kla
rinet blaast. Een ander vreemdeling houdt
een tweeden beer aan de ketting, een aap en
een hond wachten hun beurt om op te treden
af. Kinderen zijn uit angst, of om de voor
stelling beter te kunnen zien, op de haverkist
voor de her.ber geklommen, de herbergierster
haast zich eenig geld in den hoed van den
kiemen collectant te werpen; de schoolmees
ter staat eigenwijs naast de herbergdeur het
geval gade te slaan en een nobele gast zit
nonchalant met de tinnen bierkroes op de
knie, en keuvelt met den knecht met het
schootsvel voor. En in een kring staan de
dorpelingen en vermaken zich met het schouw
spel. Maar daarmee is Horstok nog lang niet
uitverteld. De vink in het kooitje ontbreekt
niet naast de deur, een dienstmaagd laat
de hoendermand aan een lijntje uit het ven
ster zakken en op het uithangbord wordt ons
de toepasselijke mededeeling gedaan dat deze
herberg „In den Nachtuil" geheeten is. En
tenslotte vertelt Horstok ons in keurige let
tertjes, rechts op den trog-, dat hij dit werk
verzonnen en gemaakt heeft in 1791, te Alk
maar en signeert: J. P. van Horstok.
Op de andere geëxposeerde aquarel, die een
jaar later gedateerd is en een stomdronken
juffrouw voorstelt, die op een kruiwagen uit
de overigens keurige omgeving verwijderd
wordt, signeert hij J. P. Horstok. Hij schijnt
er dus zelf niet gehee Izeker van geweest te
zijn of hij Vna Horstok of alleen maar Horstok
heette en het is onder die omstandigheden
dan ook niet vreemd, dat hij onder beide be
namingen in de biographisohe litteratuur
voorkomt.
Maar hoe kwam deze Haarlemsche schil
der, want hij was op 1 April 1745 in Over-
veen geboren in Alkmaar verzeild? Hij had
in onze stad teekenles van Taco Jelgersma ge-
gehad, van Pieter Barbiers lessen in perspec
tief of doorzichtkunde genoten en zich
daarna te Amsterdam op de Akademie nog
verder bekwaamd. Hij heeft zich in Alkmaar
gevestigd en is daar tot kort na 1800 blijven
wonen. Misschien heeft het van schilders
ruim voorziene Haarlem hem op de gedachte
gebracht, dat, wie in de eerste rij niet uit
blinkt, allicht in de tweede op den voor
grond treedt, doch dat zou dan bovenmatige
en onnoodige bescheidenheid geweest zijn.
Want hij heeft, de laatste twintig jaar van
zijn leven te Haarlem doorbrengend, daar
toch ook de waardeering gevonden, die hem
toekwam. Al kwam het hier dan wel niet tot
belangrijke opdrachten, zooals in Alkmaar,
waar hij voor de kerk in Bergen een Processie,
en voor de Alkmaarsche kerk op de Ouide
Gracht een Altaarstuk te schilderen kreeg
zijn arbeid werd in destijds beroemde Haar
lemsche verzamelingen, zooals die van mej.
Hoofman aangetroffen en op een verkooping
van de verzameling Kops, die in 1808 te
Haarlem plaats vond, werd voor twee teeke-
ningen f 125 betaaldvoor dien tijd zeker
niet weinig.
Maar Horstok was nu eenmaal niet van de
beteekenis van een Wijbrand Hendriks, die
in de jaren hier de groote figuur was. Al is de
groote schilderij, die nu al eenige jaren in
bruikleen op de bovenzaal van het Frans Hals
museum staat, zeker niet zonder opmerkelijke
qualiteiten. Ook dat groote doek moet in
Alkmaar ontstaan zijn. Hij heeft er zijn ple
zier in het Noord-HoDandsch boerencostuum
volkomen in uitgevierd en al heeft het iets
tooneelmatigs en doet het aan de Bruiloft
van Kloris en Roosje op het Leidscheplein
denken, wanneer wij het aandachtig be
schouwen, valt het op dat Horstok toch in
ieder geval een knap technicien was.
Dat blijkt ook wel daaruit dat hij twee
maal met zilver bekroond werd voor door hem
geschreven verhandelingen over verf-tech-
nische quaesties. Beide bekroningen werden
uitgereikt door de Nederlandsche Huishoude
lijke Maatschappij, een benaming, die veel
huiselijker klinkt dan die der Economische
Maatschappij ,die er op volgde.
Op bijna 80-jarigen leeftijd stierf Horstok
te Haarlem, werkend tot het laatst, „al was
de hand wat beverig geworden".
J. H. DE 30IS.
JAARVERGADERING TURNVEREENIGING
„SANTPOORT".
Onder voorzitterschap van den heer G. Hop
hield de turnvereeniging „Santpoort" haar
dertiende jaarvergadering in café ,De Uile
boom".
Na het openingswoord en het verslag der
kascommissie, was het Jaarverslag van den
secretaris aan de orde. Zooals gewoonlijk had
de heer A. W. Volmer hiervan buitengewoon
veel werk gemaakt. Uit zijn verslag stippen we
o.m. aan, dat het ledental op 1 Januari 1938
bedroeg 148 en op 31 December j.l. 142.
Verblijdend noemde de secretaris het,, dat
op de ledenvergadering van 17 October stem
men opgegaan waren tot het in het leven
roepen van een handbalploeg. In het voorjaar
van 1939 zullen stappen gedaan worden om
in het najaar aan de competitie te kunnen
deelnemen.
Vervolgens memoreerde de secretaris de
successen bij de K.T.K.-wedstrijden behaald
en medewerking, welke de T.V.S. verleende aan
den Olympisehen Dag te Amsterdam, de Lig-
haluitvoering en de Sportweek te Haarlem en
aan de feesten ter gelegenheid van het 40-
jarig regeeringsjubileum van H.M. de Ko
ningin.
De secretaris brak voorts ook nog een lans
voor de medische sportkeuring, waarvan men
naar zijn meening, getuige het feit, dat er
zoo weinig gebruik van wordt gemaakt, blijk
baar het nut niet beseft.
De heer Volmer had van den heer Hop een
woord van dank in ontvangst te nemen.
Uit het jaarverslag van den penningmeester
bleek, dat de financiën de voortdurende zorg
van het bestuur vragen.
Bij de bestuursverkiezing werden de perio
dieke aftredende heeren G. Hop, A. C. Halff
en A. Tabernal herkozen. In de vacature van
den heer T. Piek werd de heer J. de Jong ge
kozen, in de vacature van mej. Visser mej.
Bierdrager.
Tot leden van de Technische Commissie
werden gekozen de dames Vogel en Lande-
weert en de heer Arpad.
Nu het uitx-eiken van de diploma's door de
leden behaald bij de graad wedstrijden van
den K.T.K., volgden enkele mededeelingen. In
verband met den minder gunstigen financi-
eelen toestand werd ingesteld het instituut
„steunpilaren", ouders van adspiranten, die
jaarlijks 1 betalen. Voorts werd besloten een
verloting te organiseeren. behoudens goedkeu
ring van B. en W.
Dit seizoen zullen twee uitvoeringen gegeven
worden, n.l. op 23 Februari en 9 Maart.
Tenslotte sprak de voorzitter de hoop uit,
dat T.V.S. op het 27ste K.N.G.V.-Bondsfeest te
Arnhem zou vertegenwoordigd zijn. Hij had
hierbij in het bijzonder het oog op de dames-
afdeeling, waarop het bestuur trotsch is, aldus
spr. Ook dacht hij aan de oudste adspiranten.
Tot afgevaardigde naar de Bondsvergade
ring werd de heer G. Hop aangewezen met
als plaatsvervanger den heer A. W. Volmer.
Aan het oud-bestuurslid, den heer H. D.
Ouwerkerk, werd het onderscheidingsteeken
van lid van verdienste uitgereikt.
MARKTBERICHT
Purmerend, 31 Jan. 1938.
Gemeentel, kaasbeurs. Vex-handeld 14 partijen
wegende 20.000 kg. Handel goed. Hoogste prijs
f 21. 2 Kleine boeren per 100 kg. met Rijksmerk
f 20. 1 Middelbare.
Boter 188 kg. 1521.59 per kg.
Runderen, totaal 394 stuks. 180 vette koeien 60
70 per kg. 107 gelde koeien 115175 per stuk
85 melkkoeien 180260 per stuk 20 stieren 46
52 per kg. 10 paarden 60145 per stuk 19 vette
kalveren 0.701 per kg., handel matig; 506
nuchtere kalveren voor de slacht 712 per stuk
nuchtere kalveren voor de fok 118 per stuk,
handel vlug, 40 graskalveren 5070 per stuk,
handel matig, 247 vette varkens voor de slacht
4547 per kg. 19 magere varkens 2026 peh
stuk, 329 biggen 917 per stuk 933 schapen
1923 per stuit, 19 bokken 310 per stuk, han
del matig.
Kipeieren 325375 per 100 st. Eendeieren
340 per 100 st.
3800 oude kippen en hanen 0.42'/20.50, uit-
zonderingsprijs 0.500.55
Konijnen 0.301.60 per stuk.
600 eenden 0.200.60 per stuk. Duiven 0.40
per paar. Noordholl. bl. 0.67]/20.7272 per kg.
COÖP. CENTRALE EIERVEILING
PURMEREND G.A.
Afdeeling Eiex-en.
35.000 eendeiei'en 3.553.60
80.000 kippeneiex-en. 65/66 K.G. 3.904, 63/64
K.G. 3.75—3.90 60/62 K.G. 3.55—3.75 58/59 K.G.
3.55—3.65, 56/57 K.G. 3.50—3.55 53/55 K.G. 3.40
—3.50; 50/52 K.G. i 3.25—3.40.