IJMUIDEN Instantine w Kunst in Haarlem en daarbuiten. /OENSD AG FEBRUARI 1939 ^UTERLIJKE niet zoo. Maai' binnen twee jaar krijg je het zeker. En als ik het vergeet en mij vermei in 's paards betrouwbaarheid komt er op een kwaad opgenblik.wel iemand langszij ver geef mij de scheepsterm die een tikje mee warig vraagt: „Loopt best, hè? Maar een wieg, nietwaar? Doodniakkelijk paard, niet? Deze is anders. Daareven bokte-n-ie tochzag je dat? Maar ik kan 'em hebben!1' Dit is de cowboy-geest. In alle ruiters leeft min of meer de cowboy-geest. R. P. bekentenissen Paarden, kameelen en eerzuchtige ruiters Sinds mijn eerste reeks bekentenissen is al weer een jaar gevloden. En ik rijd nog steeds naard Nu al bijna twee jaar. Nieuwe confes sies dringen naar de vulpenpunt en eischen openbaarheid. Ik schijn ertoe voorbestemd te 7iin den roem van het Paard mee te helpen iiitdra^en, al hebben anderen dat reeds eeuwen- lane gedaan. En al hebben zij het gedaan in eede°ener trant; velen zelfs, gelijk Xenophon, Ln wien het laatste nummer der vorige reeks vewiid was, in leerboeken. Ik doceer niet. Ik beken slechts. En zoo beken ik nu, dat sport met levende wezens op den duur boeiender is dan sport met dood materiaal. En een paard is een zeer bijzonder dier om sport mee te be drijven Verreweg het bizonderste. Wel zijn de andere berijdbare dieren zon derlinger De ezel is al een vreemd beest, met ziin koppigheid en zotte kuren. De olifant, die met een ladder bestegen moet worden en waarop Britsch-Indische vorsten zich plegen te installeeren in maaksels, die wel iets aan de carrosserie van een auto-de-grand-luxe doen denken, is ook een raar rijbeest. De struisvogel wekt den indruk, dat hij ieder oogenblik breken kan en vormt bovendien met zijn berijder een buitengewoon leelijk en on evenredig geheel. Ik geloof niet dat de Natuur dit ooit bedoeld kan hebben. Het is een ver- ^rTdan is er nog de kameel. Ik ken iemand die hem vrij geregeld bereden heeft, ergens in Siberië. Hij klom erop als het dier lag, zette zich behagelijk tusschen de twee bulten en begon er dan op te ranselen met een stuk hout, dit begeleidend met verwenschingen, ontleend aan het laagste Russisch. Intusschen schreeuwde de kameel terug en mijn vriend hield zijn snuit voorwaarts gericht met de beide touwen, aan zijn kop bevestigd. Anders zou hij omgekeken en hem in zijn gezicht ge spuwd hebben, hetgeen vermeden moet wor den, want hij herkauwt meestal. Al door-ran selende kreeg de mensch gedaan dat het woe dende dier zich verhief', eerst de achterhand en daarna met een snelle beweging de voor hand, waarbij het veelal poogde hem af te werpen. Daarna beukte mijn vriend met zijn stuk hout en raasde in het kozaksch tot het beest ging draven. Dit deed het in een snellen tpjgang/.zeer lang' achtereen sen.'zonder mgrk- ..iaïe'wrmoeïenis.Kwam het ergens een vrou welijke kameel tegen, dan stoof het daarop af, althans wanneer het kameelen-liefdes- seizoen was ingetreden, en slingerde zijn be rijder in de steppe. Gebeurde zooiets niet, dan restte de moeilijkheid het tot staan te bren gen als de bestemming bereikt was. Dit werd volbracht door geruimen tijd achtereen aan de touwen te rukken, hetgeen opnieuw bege leid werd met wederzij dsche uitingen van haat. Als een kameel stil staat wil hij blijkbaar nooit gaan loopen en als hij loopt wil hij nooit gaan stilstaan. Ook houdt hij niet van den mensch. Mijn vriend is er niet in geslaagd, op de Siberische kameelen beter indruk te maken dan zij van de Russen hadden en zegt dus: het ding houdt niet van den mensch. Hij noemt het woestijnschip namelijk „het ding". Toeristen-kameelen in de Sahara zijn na tuurlijk gewilliger, beter gedresseerd door de Egyptische Vereeniging voor Vreemdelingen verkeer, maar dit kameelen-verhaal toont toch wel duidelijk aan hoe grof-besnaard dit rij dier is. Welk een verschil met het nobele paard, dat met zooveel zorg, finesse en wederkeerig begrip bereden wordt. De practijken der bewapenings- industric. Adres van de J. V. A. aan de Eerste Kamer. Het hoofdbestuur van de Jongeren Vredes Ac tie heeft in een adres de aandacht van leden der Eerste Kamer gevestigd op misbruiken en ge heime praktijken der bewapeningsindustrie. Bij verschillende gelegenheden, b.v. bij het onderzoek door de Amerikaansche senaatscom missie Nye, aldus het adres is gebleken, dat leveranciers van oorlogsmateriaal gebruik maken van corruptie, misleidende en oorlogszuchtige propaganda, geheüne internationale prijsafspra ken en andere dergelijke verwerpelijke middelen om hun afzet of hun winsten te vergrooten. Groo- te leveranties van oorlogsmateriaal van een be paalden staat uit aan een anderen staat kunnen een zekere afhankelijkheid van één industrie van de bewapening van laatstgenoemden staat veroorzaken, die als politiek drukmiddel kan worden misbruikt. Dergelijke praktijken zullen o.a. kunnen wor den voorkomen door nauwletend toezicht op de bewapeningsindustrie in eigen land, maar even zeer door scherp toe te zien op de besteding der bewapeningsgelden bij buitenlandsche fabrie ken, waarover men geen rechtstreeksche zeg gingschap heeft. Volgens mededeelingen van den minister van Defensie in de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal zal een belangrijk gedeelte van dit materiaal in het buitenland worden besteld, omdat de Ne- derlandsche industrie het gewenschte niet, niet snel genoeg of niet volgens de nieuwste vindin gen kan leveren. Tot nu toe heeft echter geen volledige publi catie, in welke staten en bij welke bedrijven deze bestellingen in het buitenland zijn of zullen worden gedaan, plaats gehad, terwijl dit belang rijke onderwerp ook slechts in zeer algemeenen zin in de Tweede Kamer der Staten-Generaal besproken is. Derhalve verzoekt het hoofdbestuur der Jon geren Vredes Actie de leden der Eerste Kamer op de grootst mogelijke openbaarheid in dezen bij de regeering aan te dringen. r— Beleediging van Joodsche volks groep. Hoogc geldboete en voorwaardelijke gevangenisstraf gevorderd. 's-GRAVENHAGE, 31 Januari Voor de strafkamer van de Haagsche rechtbank heeft zich vanochtend te verantwoorden gehad de 47-jarige E. J. R., redacteur van „Het Natio naal Dagblad", onder wiens verantwoordelijk heid in het nummer van 15 October j.l. van dat blad twee artikelen verscheenen, welke beleedigend geacht worden voor de volksgroep van Nederlandsche Joden. De qisch luidde een geldboete van 800, subs. 100 dagen hechtenis en een voorwaarde lijke gevangenisstraf van drie maanden met een proeftijd van drie jaar. De uitspraak is bepaald op 14 Februari. En toch wil de sportieve ruiter het liefst niet op zijn volmaaktst hebben. Dat is het rare, niet van het paard, maar van den ruiter. Een ideaal-gedresseerd dier, met een gelijkmatig en opgewekt humeur, altijd bereid tot leven dig stappen, snel draven zonder hoog-opgooien en een pracht van een soepelen galop, zou het ruiterlijk ideaal moeten zijn. Maar het is het niet. Het wordt hoogstens gewaardeerd. Veel interessanter zijn paarden die wel eens „bok ken", zooals dat in manègetaal heet, die zij sprongen maken wegens omioozele aanlei dingen, zich zelfs wel eens op hun achter- beenen verheffen en den naam hebben, dat ze er soms vandoor zijn gegaan. Het hoeft niet waar te wezen, als ze den naam maar hebben. Waarom verkiest de sportieve ruiter dit soort ros? Omdat het hem moeite geeft, om dat het een grooter kunst is het te berijden en ook wel een beetje omdat het goed staat, zooiets bereden te hebben en ervan te ver tellen. Daarbij is lichte aandikking van het gebeurde gebruikelijk, zoo ongevéer in den zelfden stijl als de hengelaar en de jager bezigen. Bij de takken van sport die dood materiaal gebruiken doet de begeerte naar onvolkomen heden zich niet voor. Integendeel. Voetballers worden kwaad als de kalklijn onzichtbaar, de goal scheef en de bal bultig is. Roeiers klagen steen en been als een riem verkeerd in den dol staat en een glijbank knarst. Alles moet volkomen in orde zijn. Maar ruiters willen dat aan het karakter van een paard iets hapert. Niet a.an zijn lichaam natuurlijk en ook niet aan zijn lenigheid en snelheid, maar uitslui tend en alleen aan zijn karakter. Hij moet een beetje schrikachtig zijn, of neiging tot „kle ven" aan andere paarden hebben, of enkele medepaarden niet uit kunnen staan, of nie mand voorbij willen laten, of wat dan ook tu K_iie pas werkelÜk de moeite waard. Ik beken dat ik mij tegenwoordig ook wel sen beetje schaam als ik op een al te gewillig ta gemakkelijk paard zit. Vroeger was dat De O. 20 te water gelaten. Dinsdagmiddag om twaalf uur is de in aan bouw zijnde onderzeeboot O 20 van de werf Wilton-Fijenoord te Schiedam te water gelaten. De tewaterlating geschiedde door D. J. baronesse v. Lynden-Baud, echtgenoote van den chef van den Nederlandschen torpedobootdienst te Den Haag. De O 20, welke een lengte heeft van 20 Meter, en een diepgang van 3.80 Meter, kan veertig mijnen meevoeren. De onderzeeër heeft een ge legenheid vor het lanceeren van torpedo's van 45 c.M. tot 53 c.M., voorts is het schip uitgerust met twee mitrailleurs van 40 m.M. en één ka non van 8.8 c.M. De boot heeft een duikdiepte van 100 M. De snelheid boven water bedx-aagt 20 mijljxdie onder water 10 'mijl. De boot wordt boven wa ter "gedreven door twee motoren van 2500 P.K en onder water door twee electrische motoren. Het schip heeft een waterverplaatsïng van 1000 ton boven water en 1500 ton onder water. De bemanning bestaat uit 38 koppen. De O 20 zal vermoedelijk over drie maanden gereed zijn en haar eersten proeftocht naar de Noorsche kust maken. „Sneeuwwitje" ook voor kinderen beneden de 14 jaar? Heden vindt de herkeuring plaats. Naar wij van welingelichte zijde vernemen, is de kans groot, dat de film .ySneeuwwitje" voor kinderen beneden 14 jaar wordt goedge keurd. Hedenmiddag vindt in Den Haag opnieuw een keuring plaats, waarvan het zal afhan gen, of kinderen beneden 14 jaar de film al dan niet mogen zien. De kans op het eerste schijnt groot zijn. Waarschuwing aan Nederlandsche arbeiders. 's GRAVENHAGE 31 Januari. De directeur van den rijksdienst der werkloosheidsverzeke ring en arbeidsbemiddeling waarschuwt den Ne derlandschen arbeiders er voor niet op eigen risico naar Duitschland te trekken om werk te zoeken of naar aanleiding van aanvragen of mededeelingen van werkgevers, naar Duitsch land te gaan, zonder dat van te voren vaststaat, dat de werkgever vergunning heeft om vreemde lingen in dienst te nemen. In elk geval is het niet mogelijk loonover- schotten naar Nederland te zenden, indien de plaatsing in Duitschland niet tot stand kwam door bemiddeling van de organen der openbare arbeidsbemiddeling in Nederland, op aanvrage van het centrale orgaan der openbare arbeidsbemiddeling in Duitschland. JO VINCENT. Tengevolge van een ongeval aan haar voet is Jo Vincent genoodzaakt gedurende een paar da gen volkomen rust te houden. Dientengevolge zal haai' liederenavond te Rot terdam van Donderdag a.s. moeten worden uit gesteld tot Zaterdag 25 Februari. Ook haar medewerking als soliste op het abonnementsconcert te Hilversum op Vrijdag avond a.s. zal geen voortgang kunnen vinden. AAN BRANDWONDEN BEZWEKEN. De 2'0jarige mevrouw Mercy—v. d. Linden., die Maandagavond in haar woning aan den Feijenoorddijik te Rotterdam te dicht bij een kachel kwam, waardoor haar kleeren vlam vatten, tengevolge waarvan zij met zware brandwonden in het ziekenhuis aan den Coolsingel aldaar moest worden opgeno men, is tegen den middag aan de opgeloopen verwondingen bezweken. „ZEEAREND" VISCHT EEN LIJK OP. De Zeearend K.W. 103 heeft op zijn laatste reis een lijk opgevischt, dat, te oordeelen naar de uniform, vermoedelijk afkomstig was van een Duitschen stuurman. Het lijk werd weer aan het zeemansgraf toevertrouwd. MINISTERIE VAN ONDERWIJS KOOPT DRIE LITHOGRAFIEëN VAN J. C. HOQYKAAS. Op voorstel van de rijkscommissie van advies voor opdrachten aan beeldende kunstenaars zijn door het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen aangekocht drie lithografieën van den in Parijs wonenden Nederlandschen kunstenaar. J. C. Hooykaas. Parachute bleef aan staart van vliegtuig hangen. Omtrent het vliegongeval nabij Bandoeng, waarbij de reserve-luitenant-vlieger F. Korff om het leven kwam, vernam het A. I. D. De Preangorbode nog, dat de oorzaak van deze vlieg ramp moet worden gezocht in een storing van den motor van het Fokker C-10-vliegtuig. Het toestel, dat op weg was van Kalidjati naar An- dir, bevond zich op het moment, dat de motor afsloeg, boven zwaarbegroeid terrein. Toen de bestuurder Korff merkte, dat zijn pogingen om den motor weer op toeren te krijgen, faalden, gaf hij zijn mede-inzittende, den brigadid'-leer- ling-monteur J. den Hollander, een teeken, dat deze uit het vliegtuig moest springen, aangezien hij ook niet in staat was in glijvlucht het op eenige kilometers afstand gelegen noodlandings- terrein Tjileuntje te bereiken. Den Hollander sprong het eerst uit de machine en kwam ongedeerd neer naast een kampong huisje in den kampong Nangewer, behoorende tot de dessa Tjisomang. De parachute lag op het dak van het huisje. Met den bestuurder liep het helaas niet zoo goed af. Toen hij uit het toestel sprong, raakte de parachute na het opengaan met een der touwen verward aan den staart van het vliegtuig, met het gevolg, dat de piloot door het vallende toestel werd meegesleurd. Door den val moet hij oogenblikkelijk zijn ge dood. Het toestel kwam terecht in een bamboe- boschje, in een ravijntje van de kali Tjisomang. Op eenigen afstand, aan den voet van eenige aren- palmboomen, lag 't lichaam van den omgekomen bestuurder. Den Hollander, die, door den wind afgedreven, ruim twee kilometers van het toe stel op den grond was gedaald, is onmiddellijk met eenige kamponglieden, die het vliegtuig had den zien vallen, naar de plaats van het ongeval geloopen en heeft daar bij het stoffelijk over schot van luitenant Korff, de wacht gehouden, totdat hulp uit Bandoeng was aangekomen. Er komen nieuwe postzegels. In de memorie van antwoord aan de Eerste Kamer over de postbegrooting zegt minister Van Boeyen, dat ten aanzien van de verlaging van de telefoontarieven eenige ingrijpende verlagin gen in studie zijn genomen en nagegaan wordt welke de gevolgen, ook met betrekking tot uit breiding van apparatuur en van het personeel, zullen zijn. Het zal van het resultaat van dit onderzoek afhangëh, wanneer tot deze verdere tariefsverlagingen zal kunnen worden overge gaan. Verlagingen, die niet al te groote offers van het bedrijf vragen, zullen echter x-eeds da delijk voor invoering in aanmerking kunnen komen. Zoo ligt "het in de bedoeling te bevorderen, dat nog in den loop van 1939 het grondabonnement in de rijksnetten met meer dan 10.000 aanslui tingen teruggebracht wordt van f 54 tot f 48 per jaar. Een batederving van pl.m. f 66.000 per jaar zal hiermede gemoeid zijn. Voorts zal worden bevorderd, dat de minimumvergoeding voor eens, verschuldigd voor zgn. tijdelijke aanslui tingen, van f 25 wordt verlaagd tot f 15 en dat het tarief voor verhuiskosten in plaats van op f 12.50 op f 6 wordt gesteld. In het radio-telefoonverkeer met Neder- landsch Oost-Indië zullen met ingang van 1 Fe bruari 1939 goedkoope familiegesprekken wor den toegelaten; de prijs daarvan zal de helft der normale gesprekken, dus f 7.50 of f 9 bedragen. Met betrekking tot den wensch, dat spoedig nieuwe postzegels in omloop zullen worden gebracht, kan de minister, zonder te treden in een critische beschouwing als in het voorloopig verslag gegeven, mededeelen, dat het huidige z.g. koninginnetype binnen afzienbaren tijd zal worden vervangen, daar in beginsel reeds is besloten een nieuwe uitgifte tot stand te bren gen met gebruikmaking van een nieuwe beel tenis van het hoofd van den staat. De opmerking, dat sommige van de in ge bruik zijnde postzegels met Joodsche symbolen versierd zouden zijn, moet op een misverstand berusten, Indertijd heeft men dit gezocht in den zgn. vredespostzegel, frankeerwaarde 12'/2 cent, deze zegel is echter reeds sedert 1 Januax'i 1938 buiten gebruik gesteld. SANTPOORT Het moderne pijnstillende middel A&lfvt! 't is van (Adv. ingez. Med.) Over Johannes Petrus Hoirstok. Een der voor den beschouwer meest amu sante aquarellen uit het begin der vorige eeuw, die thans in Teyler's Museum zijn tentoongesteld, is wel die van J. P. Horstok, die hierbij wordt gereproducerd en die met haar zusje, met een soortgelijke, ietwat on deugende voorstelling in de groote vitrine, tegenover den ingang is uitgelegd. Daar is heel wat op te kijk, en er wordt heel wat op verteld, waardoor zulk een voor stelling al dadelijkook den leek pakt. Een paar dozijn personen zijn er in volle actie, in ieder afzonderlijk groepje is een afzon derlijke pointe, een aparte kem voor de be langstelling te ontdekken, en telkens vindt men hi eenig onderdeel weer een uitvoerig verhaalde kleinigheid, waarop de schilder de aandacht vestigt. Die genoegelijke breed sprakigheid is kenmerkend voor de acht tiende eeuw, waarvan Horstok een der na- komers is. Wanneer hij dan ook en te recht met 17e eeuwsche voorgangers- als Jan Steen en Dusart vergeleken wordt, moet men niet verzuimen die ietwat burgerlijke breedsprakigheid op het debet zijner rekening te zetten. Horstok toont zich hier een ge zellig en knap illustrator, in het genre waarin een vijftig jaar later knappe schilders als Bles, Rochussen en De Famars Testas de romans van Jacob van Lennep zouden il- lustreeren. Met dien verstande echter dat het vooral Bles en Rochussen sterker artistenfigu- ren waren, die zich voor elk teveel wisten te hoeden en in een compositie het meerdere en het mindere van belang zijnde goed uit elkaar wisten te houden. Maar zoo tegen het jaar 1800 mocht men een opvatting als die van Horstok wel en schatte die bijna zoo hoog als die zijner 17e eeuwsche voorgangers. Daar is een berenleider in het dorp. Hij laat zijn beer dansen op de muziek, die een assistent van de troep op een hobo of kla rinet blaast. Een ander vreemdeling houdt een tweeden beer aan de ketting, een aap en een hond wachten hun beurt om op te treden af. Kinderen zijn uit angst, of om de voor stelling beter te kunnen zien, op de haverkist voor de her.ber geklommen, de herbergierster haast zich eenig geld in den hoed van den kiemen collectant te werpen; de schoolmees ter staat eigenwijs naast de herbergdeur het geval gade te slaan en een nobele gast zit nonchalant met de tinnen bierkroes op de knie, en keuvelt met den knecht met het schootsvel voor. En in een kring staan de dorpelingen en vermaken zich met het schouw spel. Maar daarmee is Horstok nog lang niet uitverteld. De vink in het kooitje ontbreekt niet naast de deur, een dienstmaagd laat de hoendermand aan een lijntje uit het ven ster zakken en op het uithangbord wordt ons de toepasselijke mededeeling gedaan dat deze herberg „In den Nachtuil" geheeten is. En tenslotte vertelt Horstok ons in keurige let tertjes, rechts op den trog-, dat hij dit werk verzonnen en gemaakt heeft in 1791, te Alk maar en signeert: J. P. van Horstok. Op de andere geëxposeerde aquarel, die een jaar later gedateerd is en een stomdronken juffrouw voorstelt, die op een kruiwagen uit de overigens keurige omgeving verwijderd wordt, signeert hij J. P. Horstok. Hij schijnt er dus zelf niet gehee Izeker van geweest te zijn of hij Vna Horstok of alleen maar Horstok heette en het is onder die omstandigheden dan ook niet vreemd, dat hij onder beide be namingen in de biographisohe litteratuur voorkomt. Maar hoe kwam deze Haarlemsche schil der, want hij was op 1 April 1745 in Over- veen geboren in Alkmaar verzeild? Hij had in onze stad teekenles van Taco Jelgersma ge- gehad, van Pieter Barbiers lessen in perspec tief of doorzichtkunde genoten en zich daarna te Amsterdam op de Akademie nog verder bekwaamd. Hij heeft zich in Alkmaar gevestigd en is daar tot kort na 1800 blijven wonen. Misschien heeft het van schilders ruim voorziene Haarlem hem op de gedachte gebracht, dat, wie in de eerste rij niet uit blinkt, allicht in de tweede op den voor grond treedt, doch dat zou dan bovenmatige en onnoodige bescheidenheid geweest zijn. Want hij heeft, de laatste twintig jaar van zijn leven te Haarlem doorbrengend, daar toch ook de waardeering gevonden, die hem toekwam. Al kwam het hier dan wel niet tot belangrijke opdrachten, zooals in Alkmaar, waar hij voor de kerk in Bergen een Processie, en voor de Alkmaarsche kerk op de Ouide Gracht een Altaarstuk te schilderen kreeg zijn arbeid werd in destijds beroemde Haar lemsche verzamelingen, zooals die van mej. Hoofman aangetroffen en op een verkooping van de verzameling Kops, die in 1808 te Haarlem plaats vond, werd voor twee teeke- ningen f 125 betaaldvoor dien tijd zeker niet weinig. Maar Horstok was nu eenmaal niet van de beteekenis van een Wijbrand Hendriks, die in de jaren hier de groote figuur was. Al is de groote schilderij, die nu al eenige jaren in bruikleen op de bovenzaal van het Frans Hals museum staat, zeker niet zonder opmerkelijke qualiteiten. Ook dat groote doek moet in Alkmaar ontstaan zijn. Hij heeft er zijn ple zier in het Noord-HoDandsch boerencostuum volkomen in uitgevierd en al heeft het iets tooneelmatigs en doet het aan de Bruiloft van Kloris en Roosje op het Leidscheplein denken, wanneer wij het aandachtig be schouwen, valt het op dat Horstok toch in ieder geval een knap technicien was. Dat blijkt ook wel daaruit dat hij twee maal met zilver bekroond werd voor door hem geschreven verhandelingen over verf-tech- nische quaesties. Beide bekroningen werden uitgereikt door de Nederlandsche Huishoude lijke Maatschappij, een benaming, die veel huiselijker klinkt dan die der Economische Maatschappij ,die er op volgde. Op bijna 80-jarigen leeftijd stierf Horstok te Haarlem, werkend tot het laatst, „al was de hand wat beverig geworden". J. H. DE 30IS. JAARVERGADERING TURNVEREENIGING „SANTPOORT". Onder voorzitterschap van den heer G. Hop hield de turnvereeniging „Santpoort" haar dertiende jaarvergadering in café ,De Uile boom". Na het openingswoord en het verslag der kascommissie, was het Jaarverslag van den secretaris aan de orde. Zooals gewoonlijk had de heer A. W. Volmer hiervan buitengewoon veel werk gemaakt. Uit zijn verslag stippen we o.m. aan, dat het ledental op 1 Januari 1938 bedroeg 148 en op 31 December j.l. 142. Verblijdend noemde de secretaris het,, dat op de ledenvergadering van 17 October stem men opgegaan waren tot het in het leven roepen van een handbalploeg. In het voorjaar van 1939 zullen stappen gedaan worden om in het najaar aan de competitie te kunnen deelnemen. Vervolgens memoreerde de secretaris de successen bij de K.T.K.-wedstrijden behaald en medewerking, welke de T.V.S. verleende aan den Olympisehen Dag te Amsterdam, de Lig- haluitvoering en de Sportweek te Haarlem en aan de feesten ter gelegenheid van het 40- jarig regeeringsjubileum van H.M. de Ko ningin. De secretaris brak voorts ook nog een lans voor de medische sportkeuring, waarvan men naar zijn meening, getuige het feit, dat er zoo weinig gebruik van wordt gemaakt, blijk baar het nut niet beseft. De heer Volmer had van den heer Hop een woord van dank in ontvangst te nemen. Uit het jaarverslag van den penningmeester bleek, dat de financiën de voortdurende zorg van het bestuur vragen. Bij de bestuursverkiezing werden de perio dieke aftredende heeren G. Hop, A. C. Halff en A. Tabernal herkozen. In de vacature van den heer T. Piek werd de heer J. de Jong ge kozen, in de vacature van mej. Visser mej. Bierdrager. Tot leden van de Technische Commissie werden gekozen de dames Vogel en Lande- weert en de heer Arpad. Nu het uitx-eiken van de diploma's door de leden behaald bij de graad wedstrijden van den K.T.K., volgden enkele mededeelingen. In verband met den minder gunstigen financi- eelen toestand werd ingesteld het instituut „steunpilaren", ouders van adspiranten, die jaarlijks 1 betalen. Voorts werd besloten een verloting te organiseeren. behoudens goedkeu ring van B. en W. Dit seizoen zullen twee uitvoeringen gegeven worden, n.l. op 23 Februari en 9 Maart. Tenslotte sprak de voorzitter de hoop uit, dat T.V.S. op het 27ste K.N.G.V.-Bondsfeest te Arnhem zou vertegenwoordigd zijn. Hij had hierbij in het bijzonder het oog op de dames- afdeeling, waarop het bestuur trotsch is, aldus spr. Ook dacht hij aan de oudste adspiranten. Tot afgevaardigde naar de Bondsvergade ring werd de heer G. Hop aangewezen met als plaatsvervanger den heer A. W. Volmer. Aan het oud-bestuurslid, den heer H. D. Ouwerkerk, werd het onderscheidingsteeken van lid van verdienste uitgereikt. MARKTBERICHT Purmerend, 31 Jan. 1938. Gemeentel, kaasbeurs. Vex-handeld 14 partijen wegende 20.000 kg. Handel goed. Hoogste prijs f 21. 2 Kleine boeren per 100 kg. met Rijksmerk f 20. 1 Middelbare. Boter 188 kg. 1521.59 per kg. Runderen, totaal 394 stuks. 180 vette koeien 60 70 per kg. 107 gelde koeien 115175 per stuk 85 melkkoeien 180260 per stuk 20 stieren 46 52 per kg. 10 paarden 60145 per stuk 19 vette kalveren 0.701 per kg., handel matig; 506 nuchtere kalveren voor de slacht 712 per stuk nuchtere kalveren voor de fok 118 per stuk, handel vlug, 40 graskalveren 5070 per stuk, handel matig, 247 vette varkens voor de slacht 4547 per kg. 19 magere varkens 2026 peh stuk, 329 biggen 917 per stuk 933 schapen 1923 per stuit, 19 bokken 310 per stuk, han del matig. Kipeieren 325375 per 100 st. Eendeieren 340 per 100 st. 3800 oude kippen en hanen 0.42'/20.50, uit- zonderingsprijs 0.500.55 Konijnen 0.301.60 per stuk. 600 eenden 0.200.60 per stuk. Duiven 0.40 per paar. Noordholl. bl. 0.67]/20.7272 per kg. COÖP. CENTRALE EIERVEILING PURMEREND G.A. Afdeeling Eiex-en. 35.000 eendeiei'en 3.553.60 80.000 kippeneiex-en. 65/66 K.G. 3.904, 63/64 K.G. 3.75—3.90 60/62 K.G. 3.55—3.75 58/59 K.G. 3.55—3.65, 56/57 K.G. 3.50—3.55 53/55 K.G. 3.40 —3.50; 50/52 K.G. i 3.25—3.40.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 5