Op eenzamen post...
Aan mr. D. Kruseman, oud-president van het Amsterdamsche Gerechtshof, werd Zaterdag te
Amsterdam voor de eerste maal de medaille der .Mr. D. Hudig-stichting uitgereikt, De neer
Bloemers, burgemeester van Arnhem, verrichtte de uitreiking
Door de vereeniging tot bevordering van het hardrijden op de schaats zijn op de Amsterdamsche kunstijsbaan selectie-oefeningen
gehouden. Tijdens de les in het vorm-rijden
Te Almelo werd" Zondag de voetbalwedstrijd Heracles
A.G.O.V.V. gespeeld. Een spelmoment voor het doel der
gastheeren
Een aardig tafreeltje op den Vijver
berg in de Residentie, waar dagelijks
honderden meeuwen gevoederd worden
Mevr. Berghuys, echtgenoote van den commandant, ver
richtte Zaterdag te Middelburg de opening van het nieuwe
gebouw der school voor dienstplichtige onderofficieren-
administrateur
De verwoesting in het Leicester Square Station van den ondergrondschen spoorweg te
Londen, als gevolg van één der geheimzinnige bom-explosies
Friesland heeft ge
profiteerd van de
gelegenheid. Hoe
wel het water op
het ijs stond, werd
Zaterdag te Sta
voren een hard
rijderij voor man
nen gehouden.Een
tweetal deel
nemers in actie
.Li Ong's Pung Chow" behaalde den eersten prijs in den clubwedstrijd,
welke door de Pekingees- en dwergspanielclub in den Haagschen Dierentuin
georganiseerd werd. De kampioen met zijn eigenaresse, mevr. Verhaeghe
uit Brussel
FEUILLETON
door
KURT SIODMAK.
3)
En toen werd liet nog erger. Revolutie en
vluchten. Tegenrevolutie en nogmaals vluch
ten, smadelijk en eerloos
Nu zit hij hier. Vijftig kilometer naar het
westen liggen de Franschen met tanks en ar
tillerie. Hij voert oorlog tegen hen en krijgt
zijn lóón van een bruinen inboorling, die het
geld weer uit een af onder Europeesch land
krijgt, misschien wel van een wapenfabrikant.
wie weet van wien
Weet je nog, dat bal in Continental in Pe
tersburgDampend stonden de paarden
in de sneeuw, de bellen van de troika's rin
kelden. Alexandra zat in haar avondtoilet op
de bok. Ze had iets te veel gedronken en wilde
met alle geweld sturen, over de Newskijboule-
vard, die vol uitgehongerde, dreigende en
scheldende vrouwen was
Toen flirtte zij al met den zwarten Michalski,
den Pool. En drie dagen later
Niet eraan denken! Ik heb gelijk gehad,
toen ik op haar schoot!
Ik kus je voetsporen, Alexandra
Bogdanoff sprong op en schreeuwde:
„Schildwacht!"
De deur ging open en een soldaat verscheen,
bruin en barrevoets.
,De gevangene", schreeuwde Bognanoff.
„Schiet op!"
Hij slikte een paar maal en stelde zichzelf
gerust. Hij was nu heel kleintjes geworden
Zijn oogen zwierven door de kamer. Als een
schaduw liep hij rond, zette de stoelen recht,
schikte de papieren op de schrijftafel. Toen
ging hij zitten en schreef. Zijn gezicht ver
starde tot een onbeweegelijk koud masker. Hij
schreef. Hij keek niet op. De wereld schrom
pelde tot de grootte van het blad papier, dat
voor hem lag.
Even luisterde hij. Sleepende voetstappen.
Ze kwamen dichterbij. De soldaten hoorde
men niet loopen De gevangene sleepte zich
door de gang. Hoe lang was hij hier nu? Al
tien dagen! Ha, dan zou hij nu zoo langzamer
hand wel tam zijn geworden. De Franschen
schoten hun gevangenen dood. Het was goed,
dat zijn mannen dat verhaaltje geloofden. De
discipline moet niet alleen van het lichaam
uitgaan.. Ook de gedachten kunnen beïnvloed
worden. Bevel van hoogerhand: de Franschen
schieten hun gevangenen dood. Basta.
Nu waren de voetstappen bij de deur.
Bogdanoff schreef ijvérig.
Het slot knarste; alles knarste van het zand
in dit half vergane fort.
Bogdanoff keek niet op. Ijverig schreef hij
in zijn boek. Zorgvuldig zocht hij een bepaalde
regel in het reglement op en onderstreepte
dien met zijn lineaal.
Nog steeds stond de schildwacht met den
man in de deur.
Langzaam hief Bogdanoff het hoofd op.
Zijn gezicht was als uit steen gehouwen. Met
een kleine beweging van zijn wijsvinger be
duidde hij den schildwacht om weg te gaan.
Hij sloeg de oogen op, kleine, dicht bij elkaar
staande Mongoolsche en monsterde zijn ge
vangene van top tot teen, seconden lang.
Een oude man, met een verwilderden baard,
wiens oogen rood ontstoken waren van het
woestijnzand. Zijn uniform was kaal, de on-
derscheidingsteekens er af gescheurd
Gepijnigd keek de man in het koude gezicht
van Bogdanoff.
Bogdanoff wees op een stoel. De Fransch-
man ging zitten. Hij zakte bijna in elkaar. De
kleine cel, de geweldige hitte overdag en de
ijskoude nachten hadden zijn weerstand ge
broken.
In zijn droomen dacht de iman aan een bed,
zoo breed als een straat, met lakens zoo zacht
en helder als zwanendons. Daarnaast stond
een waschtafel met blinkende kranen, waar
dag en nacht warm water uit vloeide. En er
lag heerlijke, schuimende zeep in het bakje.
Daarmede waschte hij in zijn droomen zijn
handen, zijn gezicht en zijn lichaam en als
hij klaar was, rookte hij in gedachten een
sigaret met lange diepe halen
Bogdanoff's oogen glinsterden. Hij nam een
sigaret uit het pakje, stak haar met langzame
bewegingen aan en blies den rook ver van zich
weg, zoodat deze het gezicht van den ge
vangene omhulde. Als een dronkaard zoog de
Franschman die rook op, hoewel geen spier
van zijn gezicht bewoog. Bogdanoff keek naar
het resultaat van zijn kwelling. Hij lachte
Toen stond hij langzaam op en ging tegenover
den man staan.
„U beweert nog steeds een gewoon soldaat
van het 16de regiment te zijn?"
De gevangene keek hem vragend aan en
knikte.
„Een gewoon soldaat op uw leeftijd?" Bog
danoff lachte schamper. „Als men zou oud is
als u, is men officier ofdood!"
De soldaat keek niet op.
„U heet Petitpierre, zegt u en u bent gemeen
soldaat. Waarom draagt u geen herkennings-
teeken? Waar is uw schouderbedekking? Kijk
me aan, voor den duivel!"
De man hief het hoofd op. Zijn rustige oogen
boorden zich in de pupillen van Bogdanoff,
die dezen blik niet lang kon verdragen, zich
omdraaide en de kamer inliep.
Bogdanoff beet zich op de lippen.
De man was weer in elkaar gezakt. Over zijn
smerige huid bedekt door een gescheurd uni
form, over zijn met lompe schoenen getooide
voeten en over zijn magere, pikzwarte handen
liep een siddering.
Bogdanoff draaide zich ineens om en kwam
vriendelijk op hem af.
„Ik wil een beetje niet u praten. Wij Euro-
peanen" hij sprak het laatste woord eenigs-
zins spottend uit, „wij worden soms plotse
ling gegrepen door het verlangen naar men-
schen, blanke menschen, die in hun leven wel
eens een geasfalteerde straat gezien hebben.
En in dit gat, waar men een Europeesche
taal niet eens hardop durft te spreken
Hij spuwde op den grond.
De gevangene keek hem verbaasd aan. Hij
keek naar de glimmendgepoetste laarzen van
den commandant, de nauwe getailleerde uni
form, de lange goed verzorgde handen en naar
de vingers, die langer dan normaal schenen
te zijn en waarvan de lange, gebogen nagels
zoo doorzichtig als eierschalen waren.
Opgewonden liep Bogdanoff heen en weer,
plotseling ging hij verder: U vindt het toch
wel goed?"
Hij legde zijn sigaret op den aschbak, vlak
bij den Franschman, zoodat de rook langs
het gezicht van den man omhoog kringelde.
Maar deze bewoog zich niet.
Bogdanoff opende een klein deurtje in den
muur: een waschtafel een spiegel, tientallen
fleschjes, poeder als in den droom van den
gevangeneHet blinkende nikkel weer
kaatste het licht in de kamer.
Als gehynotiseerd staarde de soldaat naai
de nis. Een ketel zong. een spiritusvlam deed 'n
klein straaltje stoom te voorschijn komen.
Bogdanoff trok zijn jas en overhemd uit.
Hij begon zijn behaarde kin in te zeepen. Wel
dra verdween zijn gezicht in het zeepschuim.
Hij proestte terwijl hij de spiritusvlam doofde.
„Ik begrijp niet, waarom de Fransche repu
bliek vijandig tegenover de rechtmatige
eischen van Marokko staat", zei hij. „Waar
blijft het eigen recht van de volken op die
manier?" Hij spoelde zijn gezicht af.
„Gelooft u, dat u over ons zult zegevieren?
Hoeveel jaren jaar duurt de strijd al niet?
Wij zijn minstens zoo goed uitgerust als u en
ik kan u onze nieuwsten voorraad mosterdgas
laten zien. Sedert wij Europeanen ons over dit
weerlooze volk ontfermd hebben ik heb een
Duitscher, een Ier en een Griek onder mij
is de overwinning van dit arme gepijnigde
volk verzekerd. U wilt de rotsen stukschieten,
maar denk liever eens aan Verdun! Daar ston
den een millioen soldaten tegenover elkaar.
Veertigduizend dooden vielen ende rotsen
hielden het uit!"
Hij deed een beetje mondwater in een glas
en gorgelde. Opnieuw spuwde hij op den grond.
„Met die'paar regimenten wil u ons uit de
rotsen verdrijven? Dit fort hier kan ik ge
makkelijk met tien man verdedigen, als het
moet tegen twee divisie's! Veroveren? Belache
lijk!"
Zenuwachtig bewoog hij zijn hoofd. Sprak
hij nu met een doofstomme? De man zat on
bewegelijk in zijn stoel. Alleen het op en neer
gaan van zijn borst was het bewijs, dat hij
leefde.
Bogdanoff nam een wit overhemd en trok
het zorgvuldig over zijn magere lichaam.
„En jullie menschenmateriaal? Ik durf een
van mijn Berbers wel tegen tien man van
jullie koloniale troepen te zetten. Weten die
menschen wel, waarvoor zij vechten? Mijn sol
daten vechten voor hun land, voor hun vrij
heid!"
Hij was klaar met toilet maken, nam nu een
wit boordje en knoopte dat aan 't hemd vast.
Toen trok hij zijn uniformjas aan, die liij tot
aan den hals toeknoopte.
Weer nam hij een sigaret, terwijl hij voor
den gevangene stond, die rilde van koorts. Hij
keek bezorgd naar hem en strekte toen zijn
hand uit en presenteerde den man een sigaret.
Wantrouwend keek de soldaat op.
„Gaat uw gang
Bogdanoff knikte vriendelijk.
Aarzelend nam de gevangene den sigaret en
hield haar tussehen zijn trillende vingers.
Waarom kreeg hij geen vuur?
Opnieuw bekeek Bogdanoff hem opmerk
zaam, nieuwsgierig, zooals een kind een ge
wonde vogel bekijkt.
(Wordt vervolgd)