i Op eenzamen post... Het hotel de „Hirschen" te Hondrich in Zwitserland, waar H. M. de Koningin thans vertoeft Het verblijf van het Prinselijk gezin te Grindelwald. Vol belangstelling volgt H. K. H. Prinses Beatrix, in den kinderwagen gezeten, alles wat rondom haar gebeurt FEUILLETON door KURT SIODMAK. 22) „Vader. Hij leefde! Alle smart was vergeten. Een booze droom was voorbij. Zoo dadelijk zou zij wakker worden. Zij klemde zich aan haar vader vast en luisterde naar zijn hartslag. Behoedzaam droeg De Bottberg haar naar zijn legerstede. Hij zette zich naast haar neer, en streelde haar over het hoofd, dat zij kinderlijk tegen hem aanleunde. Langen tijd zaten zij zoo. Af en toe klonk de roep van een schildwacht. Langzaam verscheen een zacht licht en wierp een helle witte vlek in de cel: de maan, het gevaar van vele eenzame uren in den kerker „Ben je niet bqos op me?" vroeg Ysot zachtjes. Zij had het hoofd in de handen gesteund: het was haar alsof ze heel ver weg vloog, in een heerlijk mooi land, steeds verder en Verderx „Boos?" vroeg De Bottberg en zocht in het donker haar gezicht. „Wat zou ik jou nu kunnen verwijten? Dat je die kwelling niet hebt kunnen uithouden?" Ysot knikte. „Het is te laat", zei ze eenvoudig en schoof met een lichte beweging van de hand, de toe komst van zich af. „Ik heb u er ook ingehol- pen". Zij streelde zijn hand. „Als wij sterven, dan zullen wij samen sterven, vader. Ik zal een dapper soldaat zijn". Ze probeerde te lachen. sterven?" De Bottberg lachte, hoewel zijn hart dreigde te breken. „Wie spreekt er nu van sterven, dom kindje! Zij zullen zich wel bedenken en je morgen naar huis sturen. En ik zal wachten, tot onze vrienden er mij met een machinegeweer uithalen. Je moet zulke domme gedachten niet uitspreken en nog veel minder denken, dom Zijn stem was zwak geworden, alsof hij de laatste woorden niet meer kon uitbrengen. Ysot knikte. „Je wilt mij moed inspreken? Ik heb niet meer moed noodig, dan ik al heb. Denk je dat ik niet weet hoe ik sterven moet? Ik zal rechtop staan als een oude veteraan en mij ook niet eens laten blinddoeken Ze schoof dicht naar haar vader toe. „Ik zal me ook niet laten blinddoeken", fluisterde ^De Bottberg bleef zwijgend zitten. Hij luis terde ingespannen. „Schenk mij deze uren, tot de zon opgaat", bad hij in stilte, „neem het meisje niet van mijn zijde weg!" Ingespannen bleef ze luisteren, terwijl hij duizend angsten doorstond. Inderdaaddaar naderden voetstap pende ketting aan de deur rinkelde zachtjes. Kwamen ze nu al?De Bottberg stond op en greep een stuk hout, dat in den hoek lag. Gemakkelijk zouden zij het meisje niet krijgen! Langzaam opende de deur zich tot op een kier en iemand trad binnen. Hoog en donker teekende de figuur van een man zich af tegen het maanlicht. Hij bewoog zich niet. Nauwelijks hoorbaar vroeg hij: „Ysot?" Ysot sprong op. In het donker breidde zij haar armen wijd uit, rende de cel door en hing om de hals van den man. „Ysot", fluisterde Hauser en sloeg de armen zoo vast om haar heen, dat zij bijna dreigde te stikken. Hij voelde haar mond brandend op zijn lippen. De wereld vloeide als water aan hen voorbij. Zij stonden op een klein eiland, dat alleen van hun was. Heinde en ver waren geen menschen. Hun lippen beef den, toen zij elkander kusten. Hun zielen smolten tesamen „Je bent gekomen", fluisterde zij gelukkig en streelde zijn gezicht, dat zich verlangend tot haar overboog, „ik wist, dat je zou ko men Midden in den nacht werd O'Murphy plot seling wakker. Een onverklaarbare onrust overviel hem. Onrustig woelde hij heen en weer. Eindelijk kon hij het niet langer uit houden en sprong van zijn brits. Hij wierp een blik op Achilles, die sliep en mompelde voortdurend in zijn droomen. Zachtjes sloop hij naar de deur en wipte de gang in. Hij was halverwege de gang, toen zijn voet tegen een leeg zeepblik stootte. Geschrokken bleef hij een oogenblik staan, maar toen verder niets de stilte verstoorde vervolgde hij haastig zijn weg. Maar het geluid, hoe gering ook, was vol doende geweest om Achilles wakker te maken. Met een ruk zat hij overeind en in één oog opslag zag hij, dat het bed van O'Murphy leeg was. Zijn oogen begonnen vuur te schieten, zijn vuisten balden zich. Hij siste van woede, zijn witte roofdiertanden schitterden Hij zou O'Murphy wel afleeren, om hem te bedriegenom alleen naar dat meisje te gaan gaanom Hij hoorde O'Murphy ergens schreeuwen. Achilles sprong van zijn brits en rende de gang in, waar O'Murphy raasde en brulde, zoodat de wanden ervan schudden. O'Mur phy kwam groot en kolossaal op den kleinen Achilles toegestormd, bleef staan en zwaaide met zijn armen, als molenwieken. Achilles stond kleintjes voor hem en staarde naar dien grooten mond, die schreeuwde en schreeuwde, tot de Griek hem aanstootte. O'Murphy ver slikte zich, verstomde en keek Achilles aan, „De cel is leeg!" stamelde hij en was ineens verdwenen, even plotseling als hij gekomen was. Achilles hoorde hoe hij de trappen naar Hauser's kamer oprende. Een kort oogen blik stond Achilles als versteend. Toen keerden zijn gedachten terug. Een valsch glimlachje krulde om zijn lip pen Afscheid. Zonder merkbare kenteekenen slingert de groote karavaanweg zich door de onafzien bare vlakte. Zij vertakt zich in twee richtin gen: Naar Ben Schiorsch en Sidi Malekesch. De weg wordt aangegeven door beenderen, schoongeslepen door het woestijnzand, ver droogd door de zon, die hen verbrandt, voor ze tot stof uiteenvallen. Overste De Bottberg hield zijn paard in en keek om. Ysot en Hauser galoppeerden achter hem aan. De paarden snoven en zogen den wind door hun bevende neusgaten. Zij rooken water De overste wachtte tot de sidderende dieren wat rustiger waren geworden. „Over vier uur zijn wij in Ben Schiorsch". Nadenkend keek hij naar Hauser. Hauser hield het hoofd gebogen; hij had zijn tropenhelm verloren, zij haren hingen voor zijn gezicht. Met eiken stap die de paar den in Oostelijke richting deden was zijn onrust gestegen. Zij benam hem bijna den adem. De zon ging op, na een oneindig langen nacht, lang als een geheel leven, vol smarten en vreugden. Als een raket schoot zij in den hemel en zette de woestijn in vuur, zoodat het zand losliet en zachtjes begon te rollen en roffelen. De Bottberg hield zijn paard nog meer in; nadenkend keek hij den karavaanweg af. „Gelooft u dat wij alle posten gepasseerd zijn? Het zou niet prettig zijn, nu nogmaals naar het fort terug te moeten gaan". „Niet prettig", mompelde Hauser, „het zou den dood beteekenen. Het is de dood.En luchtigjes zei hij: „Ik hoop dat wij den laat- sten post gepasseerd zijn, maar het is mo De laatste hand wordt gelegd aan den kostbaren ring, dien de nieuwgekozen Paus zal dragen. Slechts de naam. moet nog gegraveerd worden gelijk, dat men U toch nog zou kunnen aan houden, ik zal dus nog een half uur mee gaan". Ontzet keek Ysot in zijn oogen, die den horizon afzochten. Een half uur? Wat be doelde hij? De dagen lagen achter haar, af gesloten door een ijzeren gordijn, als een tooneel, waarop zij een come die gespeeld had, een stuk vol ontzetting en dood. Maar nu was het voorbijzij keerde terug in het werke lijke leven. En niet alleenZij bracht een nieuw mensch mee in dit leven bracht hem uit de hel in het aardsche paradijsZij had een mensch gewonnen! Wat dat niet grootsch en heerlijk?Nog drie uurdan zou de kleine Devilliers met zijn groote sabel klet teren en Berrier zou zijn snor opdraaien. De generaal zou wel de noodige stappen voor Hauser's invrijheidsstelling doen. En terwille van haar vader, zou hij het, vlug doen, ter- wille van haar ook. In dien tusschentijd zou zij met een apéritif in het woestijncafé zitten, met de laatste Parijsche krant op haar schoot. „Verder!" De Bottberg leidde zijn paard op den weg, die naar Ben Schiorsch leidde. „Een half uurmompelde hij, „een half uurEn dan geeft de rebellenleider den strijd opKan liefde zooveel tot stand brengenAch, wat kan liefde niet?" De Bottberg zuchtte en dacht aan een vroe gere romantische liefdesgeschiedenis in den Elzas, waarin hij de held was geweest, en Ysot's lang overleden moeder, de heldin Alles zou goed komen! Hij bracht een ge vangene mee. Hij zou ervoor zorgen, dat deze gevangene snel naar Europa verdween. Ysot zou met hem mee gaan. Dat was na de gebeurtenissen van dezen nacht de na tuurlijkste zaak ter wereld. En haast met tegenzin had hij geluisterd naar de hoogdra vende woorden van Hauser: dat hij wilde vol houden, dat hij het commando niet uit han den kon geven, dat hij zijn vaandel niet in den steek wilde laten. XWprjJt vervolgd) Het Permanent Hof van Internationale Justitie behandelde Maandag te Den Haag de kwestie |n Amsterdam-Noord zijn Maandagavond uitgebreide luchtbeschermings- Srii^tLftTi^cL't^inïïgTn^ oefeningen gehouden. De manschappen bij hun arbeid garije, van Bulgarije aanhangig gemaakt H. K. H. Prinses Juliana en Z. K. H. Prins Bernhard behoorden tot de be langstellende toeschouwers tijdens den Zondag te Grindelwald gehouden ge- costumeerden optocht. De Prins filmde menig aardig tafreeltje N*i de Gooische Tramweg Mij. tot bus-exploitatie zal overgaan, wordt getracht aan het materiaal een andere bestemming te geven. Maandag werd met een tramtrein een proefrit gehouden op de lijn Amsterdam Bovenkerk Uithoorn Nieuwersluis H. M. de Koningin bij Haar aankomst te Spiez, vanwaar onze vorstin zich per auto naar Hondrich begaf, om Haar intrek te nemen in het hotel de .Hirschen" tijdens het verblijf in Zwitserland De terugkeer van Léon Bérard te Parijs. Bérard na zijn aankomst omringd door nieuwsgierige reporters

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 8