BESTE VRIENDINNETJES
EN VRIENDJES
Aan allen!
Beste WINNETOU. Vriend, je bent als
rubriekertje van harte welkom. Ook zal ik je
na de Paaschvacantie van tijd tot tijd op
m'n visite-uur noodigen. De Woensdagmid
dagclub eindigt Woensdag 22 Maart. Begin
October hoop ik daarna weer de geregelde
Woensdagmiddagbijeenkomst te openen. Je
kunt dan waarschijnlijk van de partij zijn.
Voorloopig begin je maar met me trouw iede
re week te schrijven. Je briefje moet des
Woensdags voor 2 uur in mijn bezit zijn.
Dag Winnetou.
Beste ANEMOON. Ja het weer is de laat
ste dagen wat storm- en regenachtig, precies
zooals het vaak in Maart pleegt te zijn.
De spreuk Maart roert z'n staart" zegt ons
genoeg. Je hebt geen „Vaderlanse geschiedde-
nis maar Vaderlandse geschiedenis. Het ma
ken van flanelsteKen is wel een prettig werk
vind je niet?
Dag Anemoon.
Beste BENJAMIN. Gelukkig dat je weer
beter bent zeg en weer maar school en de club
kunt gaan. Je mag nu een begin maken met
het Paaschstukje. Als het af is, krijg je het
mede naar huis. Het zal snoezig worden.
Dag Benjamin.
Beste POLLY. Gelukkig, dat je het thans
zoo best maakt en 's nachts goed slaapt. Na
tuurlijk ben je hartelijk welkom als je eens
in de omgeving van m'n huisje bent en
aan komt wippen. Hier volgt de datum waar
je naar vroeg nl. de 26ste van lentemaand.
Je begrijpt me wel. Als ik uitvoeriger schrijf
weet iedereen die de rubriek leest wanneer
iken dat behoeft niet. Het ge
dichtje zal ik doen opnemen.
Dag Polly.
Best GOUDMUILTJE. Overal en op alles
kan men momenteel „Sneeuwwitje met de
zeven dwergen" zien Uitzaagplaten met de
voorstellingen, zelfs wel uitknipplaten, plak
ken chocolade waarom wikkelpapier met de
afbeeldingen, ja zelfs doozen met poeder
voor zuigelingen zijn bedrukt met Sneeuw
witje en de dwergen. Walt Disney heeft wel
succes met zijn werk. Hoe oud is je broertje
dat aan het figuurzagen is? Het beste met je
vader.
Dag Goudmuiltje.
Best MADELIEFJE. Bij al je werk
nog naar naailes? 'k Hoop dat je het vol kunt
houden, ook als je op de U.L.O. bent. Er blijft
zoo echter niet veel tijd voor ontspanning
over, wat je toch noodig hebt. Aan je verjaar
dag moet je me tegen 10 April nog maar eens
herinneren, zoodat ik je niet vergeet een kaart
te sturen.
Dag Madeliefje.
Lief SNEEUWWITJE. Je hebt goede
rapportcijfers, allemaal zeven en achten. Flink
zoo. Je ouders zullen het wel prettig vinden
dat je zoo'n goed rapport hebt. Blijf maar
steeds flink je best doen.
Dag Sneeuwitje.
Best ZANGERESJE. L.l. Dinsdagavond
heb ik geen gelegenheid gehad om naar den
Bonten Dinsdagavondtrein te luisteren. Jij
hebt ook niet geluisterd? Het pyjama'tje wil
ik graag zien als je het af hebt. Je regen
kapje zal nu wel van pas komen. Het wil in
het voorjaar nog al eens regenen. De voor
spelling luidt wel een droog voorjaar, maar
dan volgt veelal een natte zomer. De dwer
genkapjes maken opgang.
Dag Zangeresje.
Best BELLEFLEURTJE. Prettig dat je
grootmoeder nog in staat is kleedingstukken
te breien. Aan je handwerk mag je na de
Paaschvacantie verder gaan, zoodat het lang
zamerhand af komt. Nu je moeder uit is,
heb je de zorgen voor de huishouding en je
broertjes. Je zult je wel goed van je taak kwij
ten, dat weet ik zeker.
Dag Bellefleurtje.
Lief BLONDJE. Ja juffrouw H. ken ik
heel goed. Prettig dat je op school aan een
nieuw handwerk begint. Nu maar goed je
best doen en zorgen dat de merklap er aan
beide kanten keurig uit gaan zien. Je hebt
goed geraden. Ik bedoelde T. v. d. Z.
Dag Blondje.
Lief REPELSTEELTJE. Zooals ik reeds
heb medegedeeld eindigt de club dit jaar
Woensdag 22 Maart. Na de Paaschvacantie
begin ik met het visite-uur bij mij thuis. Je
vraagt of ik in de Paaschvacantie weer een
wedstrijd uitschrijf. Dat weet ik nog niet.
Is het weer is erg mooi, dan hebben jullie
geen extra tijdpasseering noodig. Genieten
van zon en buitenlucht is dan een eerste
eisch.
Dag Repelsteeltje.
Best GOUDHAARTJE. Wil je me tegen
31 Maart nog eens aan je verjaardag herin
neren? 'k Mocht anders eens vergeten je een
kaart te sturen. Neen. een poes bezit ik niet.
Ik bezit geen enkel beest. Door m'n vele
werkzaamheden zouden de beesten wel eens
minder goed verzorgd worden en daarom
vind ik het beter er geen beesten op na te hou
den. Wat zal je er keurig uitzien met je nieu
we gebloemde jurk.
Dag Goudhaartje.
Beste KLEINE ZUS. Prettig dat je ru
briekertje blijft.
Misschien kom je met October weer op de
club dan ben je weer een half jaartje ouder,
j. v. d. D. gaat weer naar school voor halve
dagen.
Dag Kleine Zus.
Beste VERONIKA. Prettig dat je me de
beide gemaakte pyjama'tjes laat zien. 'k Hoop
dat het laatste netter genaaid is dan het
eerste. Je bent dan met je werk vooruit ge
gaan en dat is altijd een goed teeken. Gezel
lig dat je van den zomer een nieuwe jurk
krijgt. Maak je de jurk ook zelf?
Dag Veronika.
Beste VERGEET MIJ NIET. Meisje, ge
lukkig dat je neus stevig vast zit, anders liep
je vandaag of morgen zonder neus rond. Je
vergat hem dan stellig ook eens een keertje.
Stel je zooiets voor zeg. Je heet nota bene
nog wel Vergeetmijniet. Voortaan je naam met
meer eer dragen hoor en niets en niemand
vergeten. Noch je briefje noch mij vergeten.
Dag Vergeetmijniet.
Best DOORNROOSJE. Je hebt me dit
keer een gezelligen langen brief geschreven.
Op het theedekje komen de woorden koffie-
thee. Dat doen we bij mij thuis omdat we
voor de Paaschvacantie niet zoover komen.
Je hebt met je nicht reeds fijn van het strand
genoten. Wat doe je met zilver beschilderde
schelpen? Een groote zwerm meeuwen is
een aardig gezicht. M'n groeten aan je zus
en aan Corrie S.
Dag Doornroosje.
Lief DAUWDRUPJE. Prettig dat thans
ongeveer beter bent. Als nu het weer maar wat
zachter wil worden, mag je denk ik eens naar
buiten. Ben je weer aan de buitenlucht ge
wend, dan maar weer de schade inhalen en
volop van zon en lucht profiteeren. Je poppen
zullen het heerlijk vinden dat je weer op bent
en je zoo goed voor ze zorgt. Het beste verder
hoor.
Dag Dauwdrupje.
Best CROCUSJE. Wat heb je me weinig
nieuws mede te deelen. We zien ook elkander,
nu Rina weer naar school gaat, iederen dag.
De beloofde wedstrijd schrijf ik bij gelegen
heid uit, Dag Crocusje.
Lief ZONNESTRAALTJE. Huil je iederen
Woensdagmiddag omdat je niet mede naar
de club mag? De club eindigt spoedig en je
verdriet is dan ook over. Woensdag 22 Maart
mag je met je zusjes mee komen. Je maakt
dan het sluitingsfeestje van de clubmidda
gen winter '38'39 mede. Is dat even fijn!
Dag Zonnestraaltje.
Best ZONDAGSKIND. Inderdaad, het
weer is niet erg mooi. Men behoeft ook niet
anders te verwachten. „Maart roert z'n
staart". „April doet wat hij wil", „Aprilletje
zoet, geeft soms wel een witte hoed". Spreuken
die hun beteekenis nog in het geheel niet ver
loren hebben en wel nooit verliezen zullen.
Daarom van iederen mooien dag die tusschen
de minder mooie dagen ons verrast, maar zoo
veel mogelijk genieten. Dag Zondagskind.
Lief BIJDEHANDJE. 'k Begrijp dat het
je speet niet naar de club te kunnen gaan.
Maar goed doen wat je ouders en dokter
willen dat je doet, dan ben je weer spoedig
beter. Het beste hoor. 'k Hoop je op
het sluitingsfeestje weer te zien. Dag Bijde
handje.
Best BOODSCHAPSTERTJE. Je Paasch-
rapport wil ik graag zien. 'k Ben benieuwd
naar je cijfers. Jammer dat er geen vak „bab
belen" op staat. Je zou er beslist een „tien"
voor halen. Het beste met je zus. Dag Bood-
schapstertje.
Lief BRUINOOGJE. Ja, den heer L. ken ik.
Prettig dat je zusje zoo zoet is. Het is een
goed teeken. Kleine kindertjes die gezond
zijn, zijn niet lastig en slapen veel en rustig.
Je bent zeker wel erg gelukkig met haar? Met
mooi weer ga je maar veel met haar rijden. De
buitenlucht doet haar zeker veel goed en
jij geniet er meteen ook van.
Dag Bruinoogje.
Lief ELFENKONINGINNETJE. Je bent
een flink handwerkstertje. Maar flink je best
blijven doen. Goed kunnen handwerken is
voor een meisje altijd prettig en tevens nut
tig. Je vriendinnetje heeft gelijk. Als je het
voor het kiezen hebt, kies dan mooie boeken.
Is het boek „Woelwater" mooi? Als je verhuisd
bent, geef je me je nieuwe adres maar weer
RUZIE.
door
W. B. Z.
Ze waren jaren vriendinnen geweest
Ze kwamen samen op ieder feest.
Maar nu was Toos
Verschrikkelijk boos.
Toos: Ga maar gerust bij mij vandaan
Ik wil alleen naar huis toe gaan.
Jet: 'k Heb heusch niet van jou geklikt,
Omdat je propjes had gemikt.
Toos: Wel waar, ik heb 't zelf gehoord,
Je zei: Dat doet Toos van der Voort.
Jet: Dat riep een ander, werkelijk Toos,
Wees nu toch niet zoo vreeselijk boos.
Toos: Hoe je ook praat,
Ik blijf toch kwaad.
Jet: Zeg Toos
Toos: Wat is 't?
Jet: Wacht even maar,
Er zit een prop nog in je haar.
Ze keken elkaar lachend aan,
't Was met de boosheid toen gedaan.
Ze dachten aan de pret op school.
En hadden samen reuze-jool.
eens op. 'k Kan dan de lijst veranderen. Dag
Elf enkoninginnetj e.
Best BERGKONINGINNETJE. 'k Hoop
a.s. Dinsdag aan je te denken en je een kaart
te sturen. Een prettig dagje wensch ik je
toe. Prettig dat je op school overgegaan bent.
22 Maart eindigt de club met een sluitings
feestje. Er wordt dien middag niet gewerkt.
Dag Bergenkoninginnetje.
Best KRULLEKOPJE. Zoo is het gym-
nastiekuur het fijnste uur? Dan tref je het
dat je tegenwoordig gymnastiekles krijgt. Je
hebt anders rare bokkesprongen gemaakt en
daar je geen bok bent, zijn de sprongen
minder goed geëindigd, 'k Hoop dat je been
weer spoedig beter is, zoodat je ons sluitings-
feestje bij kunt wonen. Een trouw clublid en
schrijfstertje mis ik niet graag op het feestje.
Het beste hoor. Dag Krullekopje.
Best TEEKENAARSTERTJE. Je hand
werkt er steeds dapper op los. Alles gaat maar
vlug, vlug. Maar is je werk ook'erg netjes?
M'n moeder zei vroeger altijd: „Gauw en goed
zijn twee maar ik zie liever iets langzaam
vorderen doch keurig dan vlug en minder net
of slordig". Zoo luidt mijn uitspraak thans
ook. Mag ik de rammelaar, niet rammellaar,
eens van je zien? Tot Woensdag. Dag Teeke-
naarstertje.
Onderstaand gedichtje is door Polly inge
zonden. 'k Weet niet of hij het zelf gemaakt
heeft.
DE LASTIGE LUIT.
Er was eens een regiment soldaten,
Die konden hun luit niet zien of haten.
Je moet weten dat de luit heel driftig was;
Steeds klonken zijn bevelend „Marsch".
Maar ze moesten zich wel schikken,
Anders kregen ze een menigte tikken!
Of kregen z'op hun broek van luit Cozie
Dat ging van een, twee, drie!
M. G. Voet, Leeuweriklaan 23,
IJmuiden-Oost.
Veel groeten van
Mej. E. VIJLBRIEF.
DE EZELSOOREN
Een jeugdherinnering van mijn grootvader
Toen ik acht jaar oud was, zoo vertelde laatst
mijn grootvader, was ik doodsbang voor onzen
klasse-onderwijzer, meneer Roes. Hij was n.l.
een vreeselijke, verwoede vijand van „ezels-
ooren", je weet wel, die slordige krullen, die aan
de punten van schoolboeken ontstaan, als je bij
't bladeren aan je vingers likt. Toen ik eens op
een middag we hadden „ijsvrij"'Klaas Roes,
den zoon van den onderwijzer, kwam afhalen
om mee te gaan schaatsenrijden, moest Klaas
nog even een boodschap voor zijn moeder doen,
en dus verzocht hij mij, zoolang in den salon te
wachten.
Natuurlijk ging dit niet zoo plechtig als ik het
nu vertel. Neen, Klaas pakte me eenvoudig bij
m'n schouders, duwde me den salon binnen, sloot
de deur en verdween.
Daar stond ik, zooals ik meende tenminste,
moederziel alleen. Maar toen ik beter keek, zag
ik, dat meneer Roes, mijn gevreesde klasse-on
derwijzer, in een hoek bij 't raam stond te lezen.
Hij had me niet zien binnenkomen, hij keek ook
niet op, toen ik iets mompelde en verlegen m'n
pet afnam.
Ik vond den toestand erg pijnlijk, draaide m'n
pet in m'n handen rond en hoopte maar, dat
Klaas gauw terug zou komen! Maar 't duurde
voor mijn gevoel oneindig lang! En hoe langer
het duurde, hoe minder moed ik had m'n aan
wezigheid te verraden. Meneer Roes las almaar
door. En toen gebeurde er iets ontzettends, iets,
dat ik mijn leven lang niet zal vergeten. Meneer
Roes was al lezende onder aan de bladzij geko
men en wat deed hij? Hij likte aan zijn duim,
heel bedaard van beneden naar boven en sloeg
toen om. En daar de volgende bladzijden hem
blijkbaar niet zoo hevig interesseerden, herhaal
de hij dit misdadige gebaar nog drie of viermaal.
Ik stond paf! Was dat nu de geweldige meneer
Roes, die razzia's hield op ezelsoor en. En hij
zelf. M'n hart klopte me in de keel en 't
scheen me toe, dat de wereld in elkaar zou stor
ten, zoodra de onderwijzer zag, dat ik dat van
hem gezien had!
Toen Klaas me eindelijk uit den salon haalde,
keek meneer Roes nóg niet op. Hij bromde goe
dendag en las weer door.
Nooit heb ik hem verraden. Maar ik kon niet
helpen, dat ik het maken van „ezelsooren" voor
taan niet meer als zoo'n vreeselijk zware mis
daad beschouwde.
REISJE MET EEN BIJENKORF
Nog een avontuur van mijn oom Joris Goedbloed.
Je weet, dat mijn oom Joris Goedbloed de
kalmte en gematigdheid in persoon is. Nooit,
maar dan ook nooit maakt hij zich kwaad of
windt zich op.
Laatst toen hij me een van zijn belevenissen
verteld had, vroeg ik: „Maar oompje, bedenkt U
zich eens goed: bent U nu nog nooit van uw leven
wanhopig of radeloos geweest?"
Oom Joris dacht een heelen tijd ernstig na.
Toen zei hij: „Ja, nu ik me goed bedenk, toch
één keer! Luister maar:
Eens op een dag moest ik een prachtig bijeen-
volk, dat ik aan den schoolmeester uit een na
burige stad verkocht had je weet toch, dat ik
in m'n vrijen tijd imker ben? per lokaaltrein
tje vervoeren.
Dit was heelemaal niet moeilijk. Ik deed de
bijen in een korf, bond er een zak over, stapte in
een coupé derde klasse, waarin reeds twee boe
rinnen zaten, groette beleefd, haalde een boek
uit m'n zak en ging zitten lezen.
Maar na een half uurtje voelde ik een erg
verdacht gekriebel aan m'n been. Ik streek met
de hand over m'n broek enInreeg een steek,
die 't me bijna deed uitschreeuwen, 't Angst
zweet brak me uit: ik voelde nogeens heel voor
zichtig en bemerkte tot m'n ontzetting dat mijn
beide beenen stijfvol bijen zaten. Ze hadden zich
op de een of andere manier door een gaatje in den
zak heengewerkt en kropen nu bij tientallen naar
boven.
Goede raad was duur! Was ik nu maar alleen
in de coupé geweest, dan had ik wel geweten,
wat me te doen stond. Maar die twee boerinnen!
Ik was radeloos, ja, toen was ik voor de eerste
keer in m'n leven radeloos! Eindelijk werd 't
gekriebel en 't gesteek zóó erg, dat ik 't niet
langer uithield. Ik stond op en zei met luider
stem: „Dames, verlaat u onmiddellijk deze coupé.
Ik kan U niet precies uitleggen waarom. Maar
als U 't niet doet gebeurt er een ongeluk!"
Nu, je begrijpt, dat ik verder niets behoefde
te zeggen. Ze waren al weg, hevig trillend van
angst.
M'n broek uittrekken was 't werk van een
oogenblik. Ik nam het afschuwelijke kleeding-
stuk voorzichtig op en schudde het buiten het
raampje uit, maarvoor 't eerst van mijn le
ven misschien wat ruw, want op een gegeven
oogenblik schoot de broek uit m'n handen en
was verdwenen. Nu, toen was ik~de bijen kwijt,
maar m'n radeloosheid was er niet minder op
geworden, vooral toen de trein in het station
binnenliep en de beide boerinnen luidkeels gil
den, dat er een boef of een waanzinnige in den
trein zat.
De chef, die z'n angstigste gezicht trok, holde
al weg om de politie op te bellen, maar m'n
vriend de schoolmeester, die me kwam afhalen,
redde mij uit den nood. Ik vertelde hem In een
paar woorden de heele geschiedenis, waarop alle
omstanders zich tranen lachten. En toen de chef
dit hoorde, kwam hij er ook bij staan en leende
me zoowaar een broek, zoodat ik toen weer
spoedig toonbaar was.
WELOPGEVOED „HEERTJE"
De bekende dierkenner dr. Mennerat heeft, nu
ongeveer tien jaar geleden, een chimpansé uit
Centraal-Afrika meegebracht en netjes opge
voed. De aap woonde bij den dokter in huis en
werd door de heele familie precies als een mensch
behandeld. Hij was steeds gekleed in een mak
kelijk zittende kiel, broek en gymnastiekschoe
nen en had een eigen kamer met tafel, bed, klee-
renstander en badkuip.In z'n bad liet hij zelf water
loopen, waarvan hij nauwkeurig de temperatuur
onderzocht. Hij waschte zich, droogde zich af en
kleedde zich aan.
Onlangs heeft dr. Mennerat ter gelegenheid
van een diner, dat hij een aantal collega's aan
bood, zijn huisgenoot aan de geleerde wereld
voorgesteld. Hij kwam rechtop de eetkamer bin
nen, deed zachtjes de deur achter zich dicht,
ging van gast tot gast en drukte ieder met een
ernstig gezicht netjes de hand.
Daarna ging hij aan tafel zitten en nam zon
der de geringste fout te begaan, aan den maal
tijd deel: hij at soep, visch, vleesch groente en
pudding. Hij nam den schotel aan, bediende zich
en gaf hem door.
Toen dr. Mennerat bij de koffie zei: „nu gaan
we een sigaar rooken" snelde de chimpansé uit
zichzelf naar een muurkastje, haalde een kistje
sigaren en een doos sigaretten voor den dag en
bood ze den gasten aan, waarbij hij niet vergat,
ieder van vuur te voorzien.
Eindelijk nam hij zelf een sigaret, stak ze aan,
ging op de canapé zitten, zette het aschbakje
naast zich neer, rookte behagelijk de sigaret o
en drukte het restje zorgvuldig in het ascl?
bakje uit.
HOE OUD ZIJN ZE?
De bril. Aan het einde van de 13e eeuw
waren in Italië al opticiens, doch eerst in de 17
eeuw, kwam men op 't idee, een bril op den neus
te zetten. Het woord bril is afkomstig van beryl
een soort edelsteen, waardoor, naar men vertelt!
keizer Nero de spelen in zijn circus gadesloee
De badkuip. Reeds in de oudheid gebruikt»
men houten, marmeren, en zilveren badkuipen!
De Romeinen maakten ze ook wel van brons. Een
zekere Level, een Franschman, maakte in 1768
de eerste badkuip van langwerpigen vorm.
De zakdoek. Vele eeuwen na de uitvindin?
van dit nuttige lapje werd het alleen nog maar
gebruikt om het zweet af te vegen. Om den neus
te snuiten gebruikte men eenvoudig de vingers.
In 't begin van de 16e eeuw begonnen deftige
dames in Italië voor het eerst haar neusjes te
snuiten in een zakdoek.
De knoop als kleedingonderdeel is al heel oud
Reeds de voorhistorische holbewoner maakte'
beenen knoopen met gaten erin. In de oudheid
en de middeleeuwen gaf men de voorkeur aan
gespen en ceintuurs om de kleeding te bevesti
gen. In de 15e eeuw droeg men voor 't eerst een
buis, met één knoop gesloten. Eerst in de 17e
eeuw heeft 't gebruik van knoopen zich uitge-
breid.
De das. Als je in je Fransch leerboekje
kijkt, dan vind je daar achter het woord das
staan: la cravate. Dit woord is afkomstig van
Croaat. Onder de regeering van Lodewijk XIV
trok een regiment Croatische soldaten, die witte
dassen droegen, in Frankrijk binnen. De edellie
den namen deze mode over en noemden de hals
versiersels „croates" of „cravates".
Een ijsco'tje is nog niet zoo heel oud. In 1685
werd door Lahire uitgevonden, dat men eetbaar
ijs kon maken door een melkpapje met vanille of
ander smaakje door middel van ammoniakzout
te doen bevriezen. In 1775 vond Cullen de eerste
ijsmachine uit. In 1857 werd de ijsmachine door
Carré verbeterd. Nogmaals verbeterd in 1874, ij
ze nu bijna volmaakt.
Bier werd reeds gedronken door de Egypte-
naren, de Grieken, de Romeinen, de Galliërs en
de Germanen. Eerst werd het zonder hop bereid;
de bierfabricage met toevoeging van hop dateert
van de 9e eeuw.
Groente in blik. Van 1750 tot 1841 werden
door den Franschen geleerde Appert proeven
genomen voor het in blik bewaren van levens
middelen, die tot dusver om ze te conserveeren
enkel werden gerookt, gedroogd of gezouten. Zijn
methode werd na zijn dood verbeterd door den
grooten geleerde Pasteur, die ook het serum te
gen de hondsdolheid heeft uitgevonden.
Zoo zijn we dan al weer in Maart aan
geland, Maart ook wel Lentemaand ge
noemd. Deze naam zou ze gekregen hebben van
Karei den Grooten, die bij 't geven van dezen
naam volgens sommigen niet zou gedacht heb
ben aan de Lente, die in deze maand begint,
maar hieraan dat in deze maand de dagen lan
ger beginnen te worden dan de nachten. Of dit
nu waar is of niet, kunnen we in 't midden la
ten,, maar zeker is, dat er in deze maand niet
alleen in de lucht wat lenteachtigs is op te mer
ken, maar ook in veld en wei, in duin en bosch
en niet te vergeten in onze stadstuintjes. Wel zegt
een oud rijmpje Maart, Roert zijn staart, maar
toch zien we vooral in Maart veel meer dan in
Februari, dat we het voorjaar tegemoet gaan. Wie
nu naar buiten trekt, kan zien dat er ondanks de
koude dagen en nachten, die we gehad hebben,
toch al veel groeit en bloeit, veel meer dan
iemand denken zal, die er nooit op uittrekt. In de
tuinen zien we overal de klokjes van de sneeuw
klokjes bengelen en hier en daar steken de cro-
cusjes haar kopjes naar boven en geven al heel
goed te kennen, met wat voor kleur ze straks
onze tuinen zullen sieren. Langs de begroeide
wegen zien we het speenkruid al met tal van
bladeren voor den dag komen en als er een beetje
zon komt, zien we op de beschutte plekjes algauw
de prachtig gele bloemen trachten naar buiten
te komen. Paardebloem, madeliefje, paarse doo-
venetel en klein hoefblad zien we allerwegen
voor den dag komen evenals de anemoon en de
hondsdraf. Maar niet alleen in de plantenwereld
komt leven en beweging. Ook in de dierenwe
reld merken we veel op, wat ons er op wijst dat
de lente in aantocht is. Met een mooie, zonnige
dag gonst zoo af en toe al een bijtje om ons
heen, dat den korf ontvlucht is om te zien of het
hier en daar uit een vroege bloem al wat honing
kan peuren. Atalanta of nummer vlinder, en ci
troenvlinder en kleine vos hebben ook hun win-
terschuilplaats verlaten en fladderen lustig in
't zonnetje rond. En wie langs den slootkant loopt,
ziet daar eveneens al leven en beweging. Als 't
maar een paar dagen zonnig weer is geweest,
komen padden, bruine kikvorschen en salaman
ders uit het slijk van den bodem te voorschijn en
al gauw drijft in de sloot rond het kikkerdril, de
geleiachtige massa bolletjes, elk met een bruin
stipje er in, Dit bruine stipje is de dooier van t
kikker-ei. In de duinen schuifelen al voor ons
uit de kleine ringslangen en zien we de kleine
bruine hagedis op het geluid van onze voetstap
pen weer gauw zijn holletje opzoeken. Waar we
heel den winter hebben kunnen genieten van de
aanwezigheid van musschen, spreeuwen en
meeuwen zien we nu weer verschijnen de ooie
vaar, de kwikstaart, de leeuwerik, de kievit, de
reiger en het roodborstje. Al deze voorjaars
nieuwelingen beijveren zich al gauw hun nest
weer in orde te brengen, vooral de eerste zoekt
graag het nest van 't vorige jaar weer op. Jam
mer dat het aantal ooievaars, dat weer in deze
streken terugkomt in de laatste jaren steeds
minder wordt. Waar de straks genoemde vogels
hier weer terugkomen, zijn er andere, die ons
bij 't aanbreken van de zachtere dagen weer
verlaten, zooals de bonte kraaien en allerlei
soorten van wilde eenden, die zich naar 't kou
dere Noorden terugtrekken. Neem nu den eersten
mooien vrijen dag of middag te baat om zich met
eigen oogen te overtuigen van al het moois wat
de natuur te zien geeft.
.W. B.-Z.