BESTE VRIENDINNETJES EN VRIENDJES Aan allen! Beste WINNETOU. Vriend, je bent als rubriekertje van harte welkom. Ook zal ik je na de Paaschvacantie van tijd tot tijd op m'n visite-uur noodigen. De Woensdagmid dagclub eindigt Woensdag 22 Maart. Begin October hoop ik daarna weer de geregelde Woensdagmiddagbijeenkomst te openen. Je kunt dan waarschijnlijk van de partij zijn. Voorloopig begin je maar met me trouw iede re week te schrijven. Je briefje moet des Woensdags voor 2 uur in mijn bezit zijn. Dag Winnetou. Beste ANEMOON. Ja het weer is de laat ste dagen wat storm- en regenachtig, precies zooals het vaak in Maart pleegt te zijn. De spreuk Maart roert z'n staart" zegt ons genoeg. Je hebt geen „Vaderlanse geschiedde- nis maar Vaderlandse geschiedenis. Het ma ken van flanelsteKen is wel een prettig werk vind je niet? Dag Anemoon. Beste BENJAMIN. Gelukkig dat je weer beter bent zeg en weer maar school en de club kunt gaan. Je mag nu een begin maken met het Paaschstukje. Als het af is, krijg je het mede naar huis. Het zal snoezig worden. Dag Benjamin. Beste POLLY. Gelukkig, dat je het thans zoo best maakt en 's nachts goed slaapt. Na tuurlijk ben je hartelijk welkom als je eens in de omgeving van m'n huisje bent en aan komt wippen. Hier volgt de datum waar je naar vroeg nl. de 26ste van lentemaand. Je begrijpt me wel. Als ik uitvoeriger schrijf weet iedereen die de rubriek leest wanneer iken dat behoeft niet. Het ge dichtje zal ik doen opnemen. Dag Polly. Best GOUDMUILTJE. Overal en op alles kan men momenteel „Sneeuwwitje met de zeven dwergen" zien Uitzaagplaten met de voorstellingen, zelfs wel uitknipplaten, plak ken chocolade waarom wikkelpapier met de afbeeldingen, ja zelfs doozen met poeder voor zuigelingen zijn bedrukt met Sneeuw witje en de dwergen. Walt Disney heeft wel succes met zijn werk. Hoe oud is je broertje dat aan het figuurzagen is? Het beste met je vader. Dag Goudmuiltje. Best MADELIEFJE. Bij al je werk nog naar naailes? 'k Hoop dat je het vol kunt houden, ook als je op de U.L.O. bent. Er blijft zoo echter niet veel tijd voor ontspanning over, wat je toch noodig hebt. Aan je verjaar dag moet je me tegen 10 April nog maar eens herinneren, zoodat ik je niet vergeet een kaart te sturen. Dag Madeliefje. Lief SNEEUWWITJE. Je hebt goede rapportcijfers, allemaal zeven en achten. Flink zoo. Je ouders zullen het wel prettig vinden dat je zoo'n goed rapport hebt. Blijf maar steeds flink je best doen. Dag Sneeuwitje. Best ZANGERESJE. L.l. Dinsdagavond heb ik geen gelegenheid gehad om naar den Bonten Dinsdagavondtrein te luisteren. Jij hebt ook niet geluisterd? Het pyjama'tje wil ik graag zien als je het af hebt. Je regen kapje zal nu wel van pas komen. Het wil in het voorjaar nog al eens regenen. De voor spelling luidt wel een droog voorjaar, maar dan volgt veelal een natte zomer. De dwer genkapjes maken opgang. Dag Zangeresje. Best BELLEFLEURTJE. Prettig dat je grootmoeder nog in staat is kleedingstukken te breien. Aan je handwerk mag je na de Paaschvacantie verder gaan, zoodat het lang zamerhand af komt. Nu je moeder uit is, heb je de zorgen voor de huishouding en je broertjes. Je zult je wel goed van je taak kwij ten, dat weet ik zeker. Dag Bellefleurtje. Lief BLONDJE. Ja juffrouw H. ken ik heel goed. Prettig dat je op school aan een nieuw handwerk begint. Nu maar goed je best doen en zorgen dat de merklap er aan beide kanten keurig uit gaan zien. Je hebt goed geraden. Ik bedoelde T. v. d. Z. Dag Blondje. Lief REPELSTEELTJE. Zooals ik reeds heb medegedeeld eindigt de club dit jaar Woensdag 22 Maart. Na de Paaschvacantie begin ik met het visite-uur bij mij thuis. Je vraagt of ik in de Paaschvacantie weer een wedstrijd uitschrijf. Dat weet ik nog niet. Is het weer is erg mooi, dan hebben jullie geen extra tijdpasseering noodig. Genieten van zon en buitenlucht is dan een eerste eisch. Dag Repelsteeltje. Best GOUDHAARTJE. Wil je me tegen 31 Maart nog eens aan je verjaardag herin neren? 'k Mocht anders eens vergeten je een kaart te sturen. Neen. een poes bezit ik niet. Ik bezit geen enkel beest. Door m'n vele werkzaamheden zouden de beesten wel eens minder goed verzorgd worden en daarom vind ik het beter er geen beesten op na te hou den. Wat zal je er keurig uitzien met je nieu we gebloemde jurk. Dag Goudhaartje. Beste KLEINE ZUS. Prettig dat je ru briekertje blijft. Misschien kom je met October weer op de club dan ben je weer een half jaartje ouder, j. v. d. D. gaat weer naar school voor halve dagen. Dag Kleine Zus. Beste VERONIKA. Prettig dat je me de beide gemaakte pyjama'tjes laat zien. 'k Hoop dat het laatste netter genaaid is dan het eerste. Je bent dan met je werk vooruit ge gaan en dat is altijd een goed teeken. Gezel lig dat je van den zomer een nieuwe jurk krijgt. Maak je de jurk ook zelf? Dag Veronika. Beste VERGEET MIJ NIET. Meisje, ge lukkig dat je neus stevig vast zit, anders liep je vandaag of morgen zonder neus rond. Je vergat hem dan stellig ook eens een keertje. Stel je zooiets voor zeg. Je heet nota bene nog wel Vergeetmijniet. Voortaan je naam met meer eer dragen hoor en niets en niemand vergeten. Noch je briefje noch mij vergeten. Dag Vergeetmijniet. Best DOORNROOSJE. Je hebt me dit keer een gezelligen langen brief geschreven. Op het theedekje komen de woorden koffie- thee. Dat doen we bij mij thuis omdat we voor de Paaschvacantie niet zoover komen. Je hebt met je nicht reeds fijn van het strand genoten. Wat doe je met zilver beschilderde schelpen? Een groote zwerm meeuwen is een aardig gezicht. M'n groeten aan je zus en aan Corrie S. Dag Doornroosje. Lief DAUWDRUPJE. Prettig dat thans ongeveer beter bent. Als nu het weer maar wat zachter wil worden, mag je denk ik eens naar buiten. Ben je weer aan de buitenlucht ge wend, dan maar weer de schade inhalen en volop van zon en lucht profiteeren. Je poppen zullen het heerlijk vinden dat je weer op bent en je zoo goed voor ze zorgt. Het beste verder hoor. Dag Dauwdrupje. Best CROCUSJE. Wat heb je me weinig nieuws mede te deelen. We zien ook elkander, nu Rina weer naar school gaat, iederen dag. De beloofde wedstrijd schrijf ik bij gelegen heid uit, Dag Crocusje. Lief ZONNESTRAALTJE. Huil je iederen Woensdagmiddag omdat je niet mede naar de club mag? De club eindigt spoedig en je verdriet is dan ook over. Woensdag 22 Maart mag je met je zusjes mee komen. Je maakt dan het sluitingsfeestje van de clubmidda gen winter '38'39 mede. Is dat even fijn! Dag Zonnestraaltje. Best ZONDAGSKIND. Inderdaad, het weer is niet erg mooi. Men behoeft ook niet anders te verwachten. „Maart roert z'n staart". „April doet wat hij wil", „Aprilletje zoet, geeft soms wel een witte hoed". Spreuken die hun beteekenis nog in het geheel niet ver loren hebben en wel nooit verliezen zullen. Daarom van iederen mooien dag die tusschen de minder mooie dagen ons verrast, maar zoo veel mogelijk genieten. Dag Zondagskind. Lief BIJDEHANDJE. 'k Begrijp dat het je speet niet naar de club te kunnen gaan. Maar goed doen wat je ouders en dokter willen dat je doet, dan ben je weer spoedig beter. Het beste hoor. 'k Hoop je op het sluitingsfeestje weer te zien. Dag Bijde handje. Best BOODSCHAPSTERTJE. Je Paasch- rapport wil ik graag zien. 'k Ben benieuwd naar je cijfers. Jammer dat er geen vak „bab belen" op staat. Je zou er beslist een „tien" voor halen. Het beste met je zus. Dag Bood- schapstertje. Lief BRUINOOGJE. Ja, den heer L. ken ik. Prettig dat je zusje zoo zoet is. Het is een goed teeken. Kleine kindertjes die gezond zijn, zijn niet lastig en slapen veel en rustig. Je bent zeker wel erg gelukkig met haar? Met mooi weer ga je maar veel met haar rijden. De buitenlucht doet haar zeker veel goed en jij geniet er meteen ook van. Dag Bruinoogje. Lief ELFENKONINGINNETJE. Je bent een flink handwerkstertje. Maar flink je best blijven doen. Goed kunnen handwerken is voor een meisje altijd prettig en tevens nut tig. Je vriendinnetje heeft gelijk. Als je het voor het kiezen hebt, kies dan mooie boeken. Is het boek „Woelwater" mooi? Als je verhuisd bent, geef je me je nieuwe adres maar weer RUZIE. door W. B. Z. Ze waren jaren vriendinnen geweest Ze kwamen samen op ieder feest. Maar nu was Toos Verschrikkelijk boos. Toos: Ga maar gerust bij mij vandaan Ik wil alleen naar huis toe gaan. Jet: 'k Heb heusch niet van jou geklikt, Omdat je propjes had gemikt. Toos: Wel waar, ik heb 't zelf gehoord, Je zei: Dat doet Toos van der Voort. Jet: Dat riep een ander, werkelijk Toos, Wees nu toch niet zoo vreeselijk boos. Toos: Hoe je ook praat, Ik blijf toch kwaad. Jet: Zeg Toos Toos: Wat is 't? Jet: Wacht even maar, Er zit een prop nog in je haar. Ze keken elkaar lachend aan, 't Was met de boosheid toen gedaan. Ze dachten aan de pret op school. En hadden samen reuze-jool. eens op. 'k Kan dan de lijst veranderen. Dag Elf enkoninginnetj e. Best BERGKONINGINNETJE. 'k Hoop a.s. Dinsdag aan je te denken en je een kaart te sturen. Een prettig dagje wensch ik je toe. Prettig dat je op school overgegaan bent. 22 Maart eindigt de club met een sluitings feestje. Er wordt dien middag niet gewerkt. Dag Bergenkoninginnetje. Best KRULLEKOPJE. Zoo is het gym- nastiekuur het fijnste uur? Dan tref je het dat je tegenwoordig gymnastiekles krijgt. Je hebt anders rare bokkesprongen gemaakt en daar je geen bok bent, zijn de sprongen minder goed geëindigd, 'k Hoop dat je been weer spoedig beter is, zoodat je ons sluitings- feestje bij kunt wonen. Een trouw clublid en schrijfstertje mis ik niet graag op het feestje. Het beste hoor. Dag Krullekopje. Best TEEKENAARSTERTJE. Je hand werkt er steeds dapper op los. Alles gaat maar vlug, vlug. Maar is je werk ook'erg netjes? M'n moeder zei vroeger altijd: „Gauw en goed zijn twee maar ik zie liever iets langzaam vorderen doch keurig dan vlug en minder net of slordig". Zoo luidt mijn uitspraak thans ook. Mag ik de rammelaar, niet rammellaar, eens van je zien? Tot Woensdag. Dag Teeke- naarstertje. Onderstaand gedichtje is door Polly inge zonden. 'k Weet niet of hij het zelf gemaakt heeft. DE LASTIGE LUIT. Er was eens een regiment soldaten, Die konden hun luit niet zien of haten. Je moet weten dat de luit heel driftig was; Steeds klonken zijn bevelend „Marsch". Maar ze moesten zich wel schikken, Anders kregen ze een menigte tikken! Of kregen z'op hun broek van luit Cozie Dat ging van een, twee, drie! M. G. Voet, Leeuweriklaan 23, IJmuiden-Oost. Veel groeten van Mej. E. VIJLBRIEF. DE EZELSOOREN Een jeugdherinnering van mijn grootvader Toen ik acht jaar oud was, zoo vertelde laatst mijn grootvader, was ik doodsbang voor onzen klasse-onderwijzer, meneer Roes. Hij was n.l. een vreeselijke, verwoede vijand van „ezels- ooren", je weet wel, die slordige krullen, die aan de punten van schoolboeken ontstaan, als je bij 't bladeren aan je vingers likt. Toen ik eens op een middag we hadden „ijsvrij"'Klaas Roes, den zoon van den onderwijzer, kwam afhalen om mee te gaan schaatsenrijden, moest Klaas nog even een boodschap voor zijn moeder doen, en dus verzocht hij mij, zoolang in den salon te wachten. Natuurlijk ging dit niet zoo plechtig als ik het nu vertel. Neen, Klaas pakte me eenvoudig bij m'n schouders, duwde me den salon binnen, sloot de deur en verdween. Daar stond ik, zooals ik meende tenminste, moederziel alleen. Maar toen ik beter keek, zag ik, dat meneer Roes, mijn gevreesde klasse-on derwijzer, in een hoek bij 't raam stond te lezen. Hij had me niet zien binnenkomen, hij keek ook niet op, toen ik iets mompelde en verlegen m'n pet afnam. Ik vond den toestand erg pijnlijk, draaide m'n pet in m'n handen rond en hoopte maar, dat Klaas gauw terug zou komen! Maar 't duurde voor mijn gevoel oneindig lang! En hoe langer het duurde, hoe minder moed ik had m'n aan wezigheid te verraden. Meneer Roes las almaar door. En toen gebeurde er iets ontzettends, iets, dat ik mijn leven lang niet zal vergeten. Meneer Roes was al lezende onder aan de bladzij geko men en wat deed hij? Hij likte aan zijn duim, heel bedaard van beneden naar boven en sloeg toen om. En daar de volgende bladzijden hem blijkbaar niet zoo hevig interesseerden, herhaal de hij dit misdadige gebaar nog drie of viermaal. Ik stond paf! Was dat nu de geweldige meneer Roes, die razzia's hield op ezelsoor en. En hij zelf. M'n hart klopte me in de keel en 't scheen me toe, dat de wereld in elkaar zou stor ten, zoodra de onderwijzer zag, dat ik dat van hem gezien had! Toen Klaas me eindelijk uit den salon haalde, keek meneer Roes nóg niet op. Hij bromde goe dendag en las weer door. Nooit heb ik hem verraden. Maar ik kon niet helpen, dat ik het maken van „ezelsooren" voor taan niet meer als zoo'n vreeselijk zware mis daad beschouwde. REISJE MET EEN BIJENKORF Nog een avontuur van mijn oom Joris Goedbloed. Je weet, dat mijn oom Joris Goedbloed de kalmte en gematigdheid in persoon is. Nooit, maar dan ook nooit maakt hij zich kwaad of windt zich op. Laatst toen hij me een van zijn belevenissen verteld had, vroeg ik: „Maar oompje, bedenkt U zich eens goed: bent U nu nog nooit van uw leven wanhopig of radeloos geweest?" Oom Joris dacht een heelen tijd ernstig na. Toen zei hij: „Ja, nu ik me goed bedenk, toch één keer! Luister maar: Eens op een dag moest ik een prachtig bijeen- volk, dat ik aan den schoolmeester uit een na burige stad verkocht had je weet toch, dat ik in m'n vrijen tijd imker ben? per lokaaltrein tje vervoeren. Dit was heelemaal niet moeilijk. Ik deed de bijen in een korf, bond er een zak over, stapte in een coupé derde klasse, waarin reeds twee boe rinnen zaten, groette beleefd, haalde een boek uit m'n zak en ging zitten lezen. Maar na een half uurtje voelde ik een erg verdacht gekriebel aan m'n been. Ik streek met de hand over m'n broek enInreeg een steek, die 't me bijna deed uitschreeuwen, 't Angst zweet brak me uit: ik voelde nogeens heel voor zichtig en bemerkte tot m'n ontzetting dat mijn beide beenen stijfvol bijen zaten. Ze hadden zich op de een of andere manier door een gaatje in den zak heengewerkt en kropen nu bij tientallen naar boven. Goede raad was duur! Was ik nu maar alleen in de coupé geweest, dan had ik wel geweten, wat me te doen stond. Maar die twee boerinnen! Ik was radeloos, ja, toen was ik voor de eerste keer in m'n leven radeloos! Eindelijk werd 't gekriebel en 't gesteek zóó erg, dat ik 't niet langer uithield. Ik stond op en zei met luider stem: „Dames, verlaat u onmiddellijk deze coupé. Ik kan U niet precies uitleggen waarom. Maar als U 't niet doet gebeurt er een ongeluk!" Nu, je begrijpt, dat ik verder niets behoefde te zeggen. Ze waren al weg, hevig trillend van angst. M'n broek uittrekken was 't werk van een oogenblik. Ik nam het afschuwelijke kleeding- stuk voorzichtig op en schudde het buiten het raampje uit, maarvoor 't eerst van mijn le ven misschien wat ruw, want op een gegeven oogenblik schoot de broek uit m'n handen en was verdwenen. Nu, toen was ik~de bijen kwijt, maar m'n radeloosheid was er niet minder op geworden, vooral toen de trein in het station binnenliep en de beide boerinnen luidkeels gil den, dat er een boef of een waanzinnige in den trein zat. De chef, die z'n angstigste gezicht trok, holde al weg om de politie op te bellen, maar m'n vriend de schoolmeester, die me kwam afhalen, redde mij uit den nood. Ik vertelde hem In een paar woorden de heele geschiedenis, waarop alle omstanders zich tranen lachten. En toen de chef dit hoorde, kwam hij er ook bij staan en leende me zoowaar een broek, zoodat ik toen weer spoedig toonbaar was. WELOPGEVOED „HEERTJE" De bekende dierkenner dr. Mennerat heeft, nu ongeveer tien jaar geleden, een chimpansé uit Centraal-Afrika meegebracht en netjes opge voed. De aap woonde bij den dokter in huis en werd door de heele familie precies als een mensch behandeld. Hij was steeds gekleed in een mak kelijk zittende kiel, broek en gymnastiekschoe nen en had een eigen kamer met tafel, bed, klee- renstander en badkuip.In z'n bad liet hij zelf water loopen, waarvan hij nauwkeurig de temperatuur onderzocht. Hij waschte zich, droogde zich af en kleedde zich aan. Onlangs heeft dr. Mennerat ter gelegenheid van een diner, dat hij een aantal collega's aan bood, zijn huisgenoot aan de geleerde wereld voorgesteld. Hij kwam rechtop de eetkamer bin nen, deed zachtjes de deur achter zich dicht, ging van gast tot gast en drukte ieder met een ernstig gezicht netjes de hand. Daarna ging hij aan tafel zitten en nam zon der de geringste fout te begaan, aan den maal tijd deel: hij at soep, visch, vleesch groente en pudding. Hij nam den schotel aan, bediende zich en gaf hem door. Toen dr. Mennerat bij de koffie zei: „nu gaan we een sigaar rooken" snelde de chimpansé uit zichzelf naar een muurkastje, haalde een kistje sigaren en een doos sigaretten voor den dag en bood ze den gasten aan, waarbij hij niet vergat, ieder van vuur te voorzien. Eindelijk nam hij zelf een sigaret, stak ze aan, ging op de canapé zitten, zette het aschbakje naast zich neer, rookte behagelijk de sigaret o en drukte het restje zorgvuldig in het ascl? bakje uit. HOE OUD ZIJN ZE? De bril. Aan het einde van de 13e eeuw waren in Italië al opticiens, doch eerst in de 17 eeuw, kwam men op 't idee, een bril op den neus te zetten. Het woord bril is afkomstig van beryl een soort edelsteen, waardoor, naar men vertelt! keizer Nero de spelen in zijn circus gadesloee De badkuip. Reeds in de oudheid gebruikt» men houten, marmeren, en zilveren badkuipen! De Romeinen maakten ze ook wel van brons. Een zekere Level, een Franschman, maakte in 1768 de eerste badkuip van langwerpigen vorm. De zakdoek. Vele eeuwen na de uitvindin? van dit nuttige lapje werd het alleen nog maar gebruikt om het zweet af te vegen. Om den neus te snuiten gebruikte men eenvoudig de vingers. In 't begin van de 16e eeuw begonnen deftige dames in Italië voor het eerst haar neusjes te snuiten in een zakdoek. De knoop als kleedingonderdeel is al heel oud Reeds de voorhistorische holbewoner maakte' beenen knoopen met gaten erin. In de oudheid en de middeleeuwen gaf men de voorkeur aan gespen en ceintuurs om de kleeding te bevesti gen. In de 15e eeuw droeg men voor 't eerst een buis, met één knoop gesloten. Eerst in de 17e eeuw heeft 't gebruik van knoopen zich uitge- breid. De das. Als je in je Fransch leerboekje kijkt, dan vind je daar achter het woord das staan: la cravate. Dit woord is afkomstig van Croaat. Onder de regeering van Lodewijk XIV trok een regiment Croatische soldaten, die witte dassen droegen, in Frankrijk binnen. De edellie den namen deze mode over en noemden de hals versiersels „croates" of „cravates". Een ijsco'tje is nog niet zoo heel oud. In 1685 werd door Lahire uitgevonden, dat men eetbaar ijs kon maken door een melkpapje met vanille of ander smaakje door middel van ammoniakzout te doen bevriezen. In 1775 vond Cullen de eerste ijsmachine uit. In 1857 werd de ijsmachine door Carré verbeterd. Nogmaals verbeterd in 1874, ij ze nu bijna volmaakt. Bier werd reeds gedronken door de Egypte- naren, de Grieken, de Romeinen, de Galliërs en de Germanen. Eerst werd het zonder hop bereid; de bierfabricage met toevoeging van hop dateert van de 9e eeuw. Groente in blik. Van 1750 tot 1841 werden door den Franschen geleerde Appert proeven genomen voor het in blik bewaren van levens middelen, die tot dusver om ze te conserveeren enkel werden gerookt, gedroogd of gezouten. Zijn methode werd na zijn dood verbeterd door den grooten geleerde Pasteur, die ook het serum te gen de hondsdolheid heeft uitgevonden. Zoo zijn we dan al weer in Maart aan geland, Maart ook wel Lentemaand ge noemd. Deze naam zou ze gekregen hebben van Karei den Grooten, die bij 't geven van dezen naam volgens sommigen niet zou gedacht heb ben aan de Lente, die in deze maand begint, maar hieraan dat in deze maand de dagen lan ger beginnen te worden dan de nachten. Of dit nu waar is of niet, kunnen we in 't midden la ten,, maar zeker is, dat er in deze maand niet alleen in de lucht wat lenteachtigs is op te mer ken, maar ook in veld en wei, in duin en bosch en niet te vergeten in onze stadstuintjes. Wel zegt een oud rijmpje Maart, Roert zijn staart, maar toch zien we vooral in Maart veel meer dan in Februari, dat we het voorjaar tegemoet gaan. Wie nu naar buiten trekt, kan zien dat er ondanks de koude dagen en nachten, die we gehad hebben, toch al veel groeit en bloeit, veel meer dan iemand denken zal, die er nooit op uittrekt. In de tuinen zien we overal de klokjes van de sneeuw klokjes bengelen en hier en daar steken de cro- cusjes haar kopjes naar boven en geven al heel goed te kennen, met wat voor kleur ze straks onze tuinen zullen sieren. Langs de begroeide wegen zien we het speenkruid al met tal van bladeren voor den dag komen en als er een beetje zon komt, zien we op de beschutte plekjes algauw de prachtig gele bloemen trachten naar buiten te komen. Paardebloem, madeliefje, paarse doo- venetel en klein hoefblad zien we allerwegen voor den dag komen evenals de anemoon en de hondsdraf. Maar niet alleen in de plantenwereld komt leven en beweging. Ook in de dierenwe reld merken we veel op, wat ons er op wijst dat de lente in aantocht is. Met een mooie, zonnige dag gonst zoo af en toe al een bijtje om ons heen, dat den korf ontvlucht is om te zien of het hier en daar uit een vroege bloem al wat honing kan peuren. Atalanta of nummer vlinder, en ci troenvlinder en kleine vos hebben ook hun win- terschuilplaats verlaten en fladderen lustig in 't zonnetje rond. En wie langs den slootkant loopt, ziet daar eveneens al leven en beweging. Als 't maar een paar dagen zonnig weer is geweest, komen padden, bruine kikvorschen en salaman ders uit het slijk van den bodem te voorschijn en al gauw drijft in de sloot rond het kikkerdril, de geleiachtige massa bolletjes, elk met een bruin stipje er in, Dit bruine stipje is de dooier van t kikker-ei. In de duinen schuifelen al voor ons uit de kleine ringslangen en zien we de kleine bruine hagedis op het geluid van onze voetstap pen weer gauw zijn holletje opzoeken. Waar we heel den winter hebben kunnen genieten van de aanwezigheid van musschen, spreeuwen en meeuwen zien we nu weer verschijnen de ooie vaar, de kwikstaart, de leeuwerik, de kievit, de reiger en het roodborstje. Al deze voorjaars nieuwelingen beijveren zich al gauw hun nest weer in orde te brengen, vooral de eerste zoekt graag het nest van 't vorige jaar weer op. Jam mer dat het aantal ooievaars, dat weer in deze streken terugkomt in de laatste jaren steeds minder wordt. Waar de straks genoemde vogels hier weer terugkomen, zijn er andere, die ons bij 't aanbreken van de zachtere dagen weer verlaten, zooals de bonte kraaien en allerlei soorten van wilde eenden, die zich naar 't kou dere Noorden terugtrekken. Neem nu den eersten mooien vrijen dag of middag te baat om zich met eigen oogen te overtuigen van al het moois wat de natuur te zien geeft. .W. B.-Z.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 8