jjMUIDEN VOORZORGSMAATREGELEN'boeken uit het buitenland. DER RECEER1NG. E' besommingen. Bravourstukje met noodlottig gevolg Man door zi jn stiefzoon gedood. Paaschcongres S.D.A.P. SfSÏ KW 134. f 520, KW 70 I 520, r 16313£.Vr,, f inoo: KW 7411540, KW 45 f 520, Kf 162 I f 1000; KW 74 f 1640, KW KW M 1 f 510, KW 135 420, KW 173 If550 KW 159 1380, KV KW 132 540, KW 124 470, KW 3f;^!&iio-KW marktbericht. (Vcrschc viscli). IJmuiden, 8 April 1939. 114-118 ct- Pe>' K-G' rawL'lF v r" - Wt»CM ct pVr K,G. ffefj 16 per 50 K.< ®&.i f 23 5? ~KG: 1.90 per 50 K.G 8 50—f 1-25 per 50 K.G. 50 i- f 2—f 1-30 per 50 K.G. HKhI f 13 50—f 7-70 per 50 K.G. Gr00tC^l f 11-f 5.20 per 50 K.G. Klejpe »o—f 1.60 per 50 K.G. SLw^-»8P-125K-G f 14 per koop verwachte vischaanvoer. -j, voor de Dinsdagmarkt: "nHUf'ttTïJM 94. Vangst: 40 m. platvisch, Z"ï>,dvisch, 45 m. braadschelvisch, 35 m. 01 t»heliamv, 25 m. wijting. 5 m. makreel, fjfjfJöiten poen, 'otaal 220 m. benevens 560 ^Gforia ^^32U^ngst: 225 m' makreel en 600 IJM 7. Vangst: 15 m. tar- m wiiting, 40 m. poon en wolf, 30 m. JtSvisch, 15 m. radio, 15 m, schelvisch, ml en koolvisch, 80 m, makreel, totaal m n, tai?vens 280 st 'iskabeliauw en 260 st' stii,vi.evHnp^lJM 2 Vangst: 400 m. makreel, 20 KWh 60 m. braadschelvisch, 40 m. gul fiï 20 m. platvisch, 130 m. wijting So, «I varia' tolaaI 710 m' benevens ^vraldS 48bVangst: circa 600 kisten haring. Sïï TIM 17 Vangst: ruim 1200 kisten haring. Si IJM 25. Vangst: 150 m gul en b- Mraw 40 m. braadschelvisch, 90 m. wijting, ?X makreel, 25 m. platvisch, 5 m. schelvisch Jl m woli en poon, 5 m. koolvisch, totaal 450 i, benevens 1200 st. stijve kabeljauw. VERTROKKEN TRAWLERS. Heden zijn vertrokken: Raaf IJM 432, Utrecht IJM 13. Eeu „zware jongen" aangehouden. Had den bui! van den nacht nog bij zich. In den afgeloopen nacht omstreeks één uur heeft de politie een goede slag geslagen. Vlak hii zlin woning In IJmuiden-Oost heeft zij een "oeden bekende aangehouden, een van het slag der nlaatselijke ..zware jongens". Hij bleek luist teru» te zijn gekomen van een nachte- liiken stmptocht, die hem een goede buit had otweleverd alkomstig van inbraken, bestaan de uit een portemonnaie inhoudende ruim f 70 twee gouden broches en eenige horloges. Voorts wordt hij verdacht zich te hebben schuldig gemaakt aan het lichten van een gasmeter, waarvan juist aangifte was gedaan. Hij werd na hevig verzet in het politiebureau opgesloten. EMPLOYé VAN VAN LEER BEWUSTELOOS GEVONDEN. Gistermorgen vond het personeel van Van Leer's Walsbedrijven den empolyé Z., wonende te Velsen, bewusteloos bij het kantoorgebouw liggen. Men waarschuwde de politie, die den bewustelooze naar het An toni us-Ziekenhuis te IJmuiden deed vervoeren, waar hij ter ver pleging werd opgenomen. Toen de heer Z. tot bewustzijn kwam gaf hij voor, door twee mannen te zijn overvallen. De politie stelt een onderzoek in. Van veertig meter hoogte gevallen. Vrijdagmorgen is op het in aanbouw zijnde gebouw van de Rijksverzekeringsbank aan den Stadionweg te Amsterdam een ernstig arbeids ongeval gebeurd. Een 50-jarige opperman was op de bovenste verdieping bezig met het neerlaten van ijzeren buizen door den liftkoker. Vermoedelijk heeft bij daarbij zijn evenwicht verloren, hij viel van veertig meter hoogte door den liftkoker en kwam op den betonnen vloer in den kelder terecht. Het slachtoffer is in bewusteloozen toestand met een hersenschudding, een enkelfractuur en verschillende verwondingen naar het Wil- neiminagasthuis vervoerd. Vijfjarig meisje meegelokt. De Regeeringspersdienst meldt De regeering heeft als voorzorgsmaatregel de militaire verloven doen intrekken en de groot-verlofgangers, die zijn ingedeeld bij de kust- en grensbeveiliging, doen weten, dat de mogelijkheid bestaat, dat zij kunnen worden opgeroepen. Nadrukkelijk wordt er op gewezen, dat deze eventueele oproeping dus uitsluitend het personeel betreft, dat betrokken is bij de kust- en grensbeveiliging. De gebeurtenissen in Albanië geven, naar het oordeel der Nederlandsche regeering, op het oogenblik geen reden tot ongerustheid. Verder wordt officiëel meegedeeld, dat tot verhooging van de paraatheid aan de grenzen, uit voorzorg het verkeer over de wegen aan de grenzen gedeeltelijk is afgesloten. Een nieuwe groote roman van van Stefan Zweig. R zou een zeer belangrijke studie te schrijven zijn over de Duitsche en Oostenrijksche schrijvers, die zich de laatste jaren door de bekende omstan digheden van hun vaderland zagen beroofd. In hoeverre wisten zij zich in hun lot te schikken en welke invloed had dit alles op de zuiver artistieke waarde van hun werk? Van hoevelen hunner werden de boeken niet doortrokken van verbittering en ontgoocheling en waren er ook niet: verschillenden, die de beslissende wending van hun bestaan in hun werk niet te boven kwamen? Zeventienjarige door messteek ernstig getroffen De 33-jarige werkman M. E. M. werkzaam op de carrosseriefabriek van de N.V. Verheul te Waddinxveen, die Donderdag tegenover een paar andere werklieden een bravourstukje wilde uithalen, door hen zwaaiend met een groot scherp mes, dat voor het rubbersnijden op de fabriek wordt gebruikt, vrees aan te jagen heeft, zonder dat opzet zijn doel was, den zeventien jarigen J. van der Dool uit Benthuizen met zijn vlijmscherp mes zware verwondingen toege bracht aan den buik waardoor hij hevig bloedend ineenzakte. Het slachtoffer moest direct naar het Academisch Ziekenhuis te Leiden worden ver voerd, waar onmiddellijk operatief ingrijpen noodzakelijk was. De dader, die gehuwd is, werd gearresteerd, doch na verhoor door burgemeester Troost en na verklaringen van getuigen, waaruit bleek, dat van opzet geen sprake was, vrijgelaten. De di rectie van de fabriek heeft den man terstond ontslagen. Wij vernemen, dat de getroffene thans buiten levensgevaar verkeert. Vrijdagmiddag omstreeks twaalf uur heeft zich te Maarheeze een drama afgespeeld. Bij een huiselijken twist heeft de 23-jarige, on gehuwde landbouwerszoon, M. Teeuwen zijn stiefvader, den 51-jarigen landbouwer H. Peerlings, met een schop levensgevaarlijke verwondingen toegebracht, zoodat deze in hoogst ernstigen toestand naar het ziekenhuis te Weert moest worden overgebracht. Daar is de man in den loop van den avond overleden. De jeugdige dader is gearresteerd en naar het huis van bewaring te Roermond overge bracht. De toedracht van het gebeurde is nog niet bekend. Het verluidt, dat de beide man nen niet goed met elkaar konden opschieten, waardoor tusschen hen dikwijls ruzie voor kwam. o ging het vijfjarig dochtertje an een tandarts, wonende aan de Baronie- iaan te Breda, na den koffiemaaltijd met haar zevenjang broertje in het nabijgelegen Mast- spelen. Daar is ze meegelokt door een DeJon&en liep naar huis en vertelde zijn moeder wat er gebeurd was. Deze ging er per fiets onmiddellijk op uit en ontmoette orie grootere meisjes, die het kind in een areupelooschje meer dood dan levend hadden n tr' Er was een ernstiS zedenmisdrijf op net kind gepleegd, waarna een poging tot gorging was gedaan. De toestand van het was hoogst zorgwekkend, dader is nog niet gevonden. SPIONNEN IN ZUID-LIMBURG GEARRESTEERD. Te Maastricht zijn volgens Het Volk twee Wanders gearresteerd, die voor een eemde mogendheid spionneerden. Een van volgens genoemd blad werkloos, man de aandacht getrokken, dat deze fl groote verteringen maakte in verschillende cafés. De verdenking, dat met tpn Ju ?et in °.rde was- groeide steeds en intJïf,^am men er achter, dat hij vaak van telefoongesprekken voerde en haakte ll6m niet aanSinëen.. notities Jnnkf "auwer werd het net om dezen man nehfin^ü Toen hij herhaling een in- bii wL ^b1, waar Nederlanders slechts Waar vLm,fczondering gebruik van maken en vertoevS?^ werkl°oze niet pleegt te spcedig ondervraagd. Hij bekende betrpffann ,,vreemden uitgeleverde 'gegeven.* rayon StMT®n ,aanselegenheden die tot het m ^-Limburg behooren. Zwitserland bezit voor lederen Nederlander een groote aantrekkingskracht. Denkt een Nederlander aan Zwitserland, dan denkt hij aan wintersport, aan bergen, aan sneeuw en aan blokhutten met alle romantiek, die daar aan onafscheidelijk zijn verbonden. Maar behalve als toeristenland geniet „Die Schweiz" ook bekendheid als een centrum van industrie. Iedere Nederlandsche schooljongen leert im mers, dat in Zwitserland horloges worden gemaakt. Die zijn over de geheele wereld be kend. Maar behalve horloges worden in dit bergenland ook motoren gemaakt, zware, groote motoren voor kapitale fabrieken en voor Oceaanreuzen. In Winterthur, een stadje dicht bij de Duitsche grens in Noord-Oost Zwitserland bijvoorbeeld worden deze knapen van motoren gemaakt. De hier gevestigde fabriek de Sulzer A.G. fabriceerde on langs ook de Dieselmotoren voor het vlagge- schip van de Amsterdamsche koopvaardij vloot „de Oranje". En nu deed zich het eigen aardige overigens heel begrijpelijke ver schijnsel voor, dat 75 pet. van de circa 4000 arbeiders van deze fabriek nog nooit een zee schip hadden gezien. Toen kregen enkelen van hen een prachtig idee: zij redeneerden als „de Oranje" niet bij ons kan komen, dan gaan wij naar „de Oranje".. Zij bespraken het met de directie en omdat de fabriek over een voortrefflijk georganiseerde personeelsver- eeniging beschikt, waren de plannen spoedig voor elkaar. Bijna 500 arbeiders gaven zich als deelnemers aan een excursie naar het toch heusch niet nabije Nederland op. Vrijdagmorgen arriveerden de arbeiders, die als goede echtgenooten hun vrouwen hadden meegenomen, in de hoofdstad. Zij hadden het bezoek op uitstekende wijze voorbereid. Want o.m. had de hoofdingenieur van werkspoor, de heer Lugt, eenige weken geleden in Winterthur een lezing met licht beelden over Amsterdam gehouden. Zij had den zich dus reeds een beeld van Nederland en van Amsterdam de stad, gebouwd op Palen gevormd. Gedurende de ochtenduren reden zij in autobussen door de stad, bezich tigden daarna op Amerikaansche wijze het Rijksmuseum en verzamelden zich Vrijdag avond in de zalen van Krasnapolsky voor het diner, dat een officieel karakter droeg, omdat mede aanzaten de Zwitsersche gezant Arthur de Pury en wethouder F. van Meurs, als ver tegenwoordiger van het dagelijksch bestuur van Amsterdam. Er heerschte gedurende den geheëlen avond een uitermate gezellige en ongedwongen stem ming en er werden over en wer vele harte lijke woorden gesproken. Na het diner volgde een Zwitsersche avond, waarbij bleek, dat het personeel van de Sul zer A.G. niet alleen met hun handen kunnen werken, doch dat zij ook in staat zijn een cabaretprogramma te verzorgen, dat klinkt als een klok. Heden zouden de gasten een tocht maken door de Amsterdamsche grachten en de havens, waarna het gezelschap „de Oranje' zal bezichtigen. Vervolgens zaï een boottocht worden gemaakt naar Zaandam. Den eersten Paaschdag gaan zij per autobus naar Den Haag en Scheveningen, waarna nog een be zoek wordt gebracht aan de Rotterdamsche havens. Daar zal de excursie worden beëindigd en zal de terugtocht, die evenals de heenreis per extra-trein zal geschieden, worden aan vaard. Het jaarlij'ksehe Paaschcongres der S.D.A.P., dat dit jaar in den Dierentuin te 's-Graven- ha ge wordt gehouden, is vanmorgen geopend met een rede vaan, den partijvoorzitter den heer K. Vorrink, waarin hij allereerst een overzicht gaf van de internationale gebeurtenissen in het laatste jaar. Het congres komt hij een op het oo gernblik, dat Mussolini zich nieuwe lauweren vergaart door de gewelddadige bezetting van het kleine Albanië. Het feit op zich zelf is een nieuwe bijdrage tot de kennis van wat er aan zelf beschikkingsrecht voor de kleine naties nog is overgebleven. Maar bovendien is deze be zetting een duidelijke schending van het En- gelsch-Italiaansche verdrag en niemand ver mag nog de gevolgen daarvan voor den vrede te overzien. De ontwikkeling der internationale ver houdingen heeft vanzelfsprekend gevoerd tot een algemeene versterking van het nationale bewustzijn, ja van het nationale saamhoorig- heidsgevoel. Ook in de rijen der socialistische arbeidersbeweging. In het gezicht van de groote bedreiging van de onafhankelijkheid der kleine naties en ons bewust van alle consequenties, daaraan verbonden, aarzelen wij niet ons vertrouwen uit te spreken in den vastberaden wil van de overweldigende meerderheid van ons volk alle krachten in te spannen om ons zelfstan dig volksbestaan te handhaven. Welke ver schillen van inzicht ons als oppositie-partij mogen scheiden van de huidige regeering, wij hebben één overtuiging: „de Nederlandsche minister-president gaat niet naar Ber lijn". De dreigende gevaren hebben velen toegan kelijk gemaakt men vindt ze in alle politie ke partijen voor een krachtig aanpakken van onze eigen nationale problemen. Vóór alles, van het probleem der massale werkloos heid, waarondier ons land nog steeds gebukt gaat. Helaas moeten wij tevens constateeren, dat zeer velen met al te groot gemak woorden als geestelijke en moreele herbewapening in den mond nemen, zonder daaraan voor de practische politiek ook maar eenigerlei con sequentie te verbinden, integendeel, somwijlen met een beroep op de nationale eenheid een soort Godsvrede met de huidige xegeering verlangen. Daar kan wel nooit sprake van zijn, zoo lang er nog lieden gevonden worden als de beroemde negen, die in hun verafgoding van een straffe bezuinigings- en aanpassingspoli tiek aan de regeering mededeelen, dat het Nederlandsche volk in al zijn geledingen leeft op een te hoogen voet. Het ledental der partij is niet onbelangrijk gedaald. Het daalde met uitzondering van het gewest Limburg over de heele linie. Het daalde van 88.897 leden op 31 December 1937 tot $2.145 leden op 31 December 1938. Dus met ruim 6500 leden. Spr. wees er op, dat deze achteruitgang niet ontstaan is door een, in vergelijking met het voorafgaande jaar, grootere afschrijving van leden. Het aantal afgeschreven leden is vrij wel gelijk gebleven. De achteruitgang is ont staan uit een belangrijke vermindering van het aantal ingeschreven nieuwe leden. Spr. constateerde hieruit, dat de eigen lijke kern der partij onaangetast is gebleven, maar dat de werfkracht heeft geleden, onder den druk der buitenlandsche politieke ge beurtenissen en hun onvermijdelijke terugslag op de eigen partijipositie in het bijzonder als oppositie-partij Na de dit jaar overleden vooraanstaande partijgenooten te hebben herdacht, welke woorden het congres staande aanhoorde, be sloot de heer Vorrink zijn rede met uiting te geven aan het vertrouwen, dat het congres er toe zal dragen den wil te versterken om het groote doel te helpen bereiken: de ver wezenlijking van de beginselen van het demo cratische socialisme. Meisje door trein vermorzeld. Vrijdagmiddag om vijf minuten over vier be vond het achtjarig dochtertje van de familie van Hal te Boxtel, zich bij den onbey/aakten spoor wegovergang ter hoogte van de boterfabriek. Zij liet een trein, uit Boxtel komende, passeeren en stak daarna over. Hierbij werd zij gegrepen door een uit de richting Tilburg naderenden trein en vermorzeld. De onregelmatigheden te Roswinkel. Van den aanvang af zijn geweldige bedra gen genoemd voor het tekort, dat zou zijn ontstaan bij de bekende onregelmatigheden bij de Boerenleenbank te Roswinkel. Het weekblad „Handelsbelangen'bevat thans de crediteurenlijst in het faillissement van den betrokken kassier K. G. Deze lijst telt 29 crediteuren waarvan 2 niet betwiste vor deringen. Het totaal passief bedraagt 356.545 en betwist 353.399. De baten be dragen 237.735 plus een pro-memorie post bestaande uit een aandeel in een nalaten schap, Stefan Zweig. Van deze emigranten heeft behalve o.a. Thomas Mann, de Oostenrijker Stefan Zweig zich tot nogtoe wellicht het sterkst gehandhaafd. Wat in boeken van anderen vergroeide tot ressentiment en wrok, hoe begrijpelijk dit op zichzelf ook kon zijn, scheen in het oeuvre van Zweig soms juist tot een diepere bezinning te leiden. Hij zette zijn omvangrijken arbeid als delicaat en psychologisch verfijnd schrijver van historische biografieën voort en publiceerde daarnaast stu dies en essays, die niet behoeven onder te doen voor het vele, dat hij voordien deed verschijnen. Voor wie zijn lange en zeer vruchtbare schrij verscarrière reeds eerder volgde zal dit wellicht geen verrassing hebben beteekend. Zweig was toch al een internationaal, cosmopolitisch oriënteerd auteur: in Frankrijk en Engeland vond hij vele onderwerpen voor zijn beste boe ken en essays (Marie Antoinette, Foucher, Stendhal, Dickens, Balzac) en zijn psycholo gische plooibaarheid een erfenis van de Weensche school deed hem veelal eerder in Parijs dan in Berlijn aansluiting en begrip vin den. Zijn aandacht voor geestelijke verfijning en literaire lenigheid moeten hem reeds vóór den „Anschluss" van velen zijner landgenooten hebben vervreemd; in Duitschland was zijn lot trouwens al eerder bezegeld. Zoo kon hij zich dus van nature beter hand haven dan andere geëmigreerde schrijvers; zijn speurende geest behoefde nauwelijks een aanknoopingspunt te missen. En hoe zijn rijke kunstenaarsnatuur zich zelfs aanzienlijk verdie pen kon, blijkt uit den thans verschenen roman „Ungeduld des Herzens", die tot het beste be hoort, dat hij ooit schreef en die zonder eenige restrictie een hoogst belangrijk werk moet wor den genoemd. DE titel „Ungeduld des Herzens" vindt men midden in dit lijvige boek nader verklaard. Daar zegt een dokter tegen de centrale figuur van den roman, een jongen, Oostenrijkschen luitenant, het volgende: „Er zijn twee soorten medelijden. De eene, de zwakke en sentimen- teele, is feitelijk alleen „ongeduld van het hart" om zich liefst zoo vlug mogelijk te bevrijden van den pijnlijken indruk van eens anders ongeluk. Dit medelijden is in geheel geen mede-lijden, doch alleen een istinctieve verdediging van de eigen ziel tegen het vreemde leed. Maar het andere medelijden, het eenig ware, het niet sen- timenteele en positieve, weet wat het wil. Het is vastbesloten geduldig en mede-duldend alles te doorstaan tot aan het einde zijner krachten en zelfs nog verder dan dit einde." De tegenstelling dezer twee soorten medelijden of feitelijk vooral het rampzalige en tragische van de eerste soort, vormt het hoofdprobleem van dezen roman. De jonge, Oostenrijksche officier, waarvan reeds sprake was, valt eraan ten offer. Als de schrijver hem ontmoet is hij ouder; hij heeft in den wereldoorlog voor zijn moed de hoogste onderscheidingen behaald, maar wie hem daarom prijzen wil weert hij ver bitterd af. Hij wierp zich alleen zoo verbeten in den strijd, vertelt hij, omdat hij zijn eigen, zware leed wilde ontvluchten. Dit leed vond zijn eersten oorsprong in een toevallige, zeer pijnlijke gebeurtenis enkele jaren voor den wereldoorlog, toen hij nog een jong en onervaren luitenant was. Tijdens een soïrée op een kasteel in zijn garnizoensplaats vermaakt hij zich buitengewoon, doch eensklaps bedenkt hij, dat hij, zooals de etiquette dat voor schrijft, nog niet gedanst heeft met de dochter van zijn gastheer: een slank, lieftallig meisje, dat aan een tafel zit en dat hij dien avond voor het eerst ontmoet. Hij buigt voor haar en vraagt haar ten dans, doch de gevolgen zijn verschrik kelijk: zij begint hevig te schokken, zinkt achter over in haar stoel en moet ijlings worden weg gebracht. Hij begrijpt niets van het dramati sche incident, dat hij veroorzaakt heeft, maar snel wordt hij uit den droom geholpen. Men ver telt hem dat het meisje verlamd is en sinds eenige jaren niet meer loopen kan. Deze eerst ontmoeting is reeds in hooge mate beslissend. Hij stuurt bloemen naar de ongelukkige Edith en doet alles om de hache lijke gebeurtenis weer goed te maken. Hij gaat op bezoek bij haar en weldra is hij, door zijn medelijden gedreven, een geregelde gast. De va der van het meisje een meesterlijk door Zweig geteekende figuur, wiens tragische le vensbeschrijving in dit boek bijna een afzon derlijke novelle vormt moedigt deze bezoe ken ter verstrooiing van zijn ongelukkige doch ter aan. Wat met een toevallig bezoek en een mengeling van schuldbesef en medelijden be gon, wordt aldus langzamerhand een typische, vaste verbintenis, waaraan de goedhartige offi cier zich niet onttrekken durft. In zijn vrij oppervlakkige hartelijkheid merkt hij echter niet, dat zich in het meisje een merk waardige verandering aan het vollxekken is en wannéér hij het bemerkt, is het feitelijk al te laat. Zij heeft hem lief gekregen met alle smee- kende hevigheid, waartoe een zich misdeeld we tende, jonge vrouw in staat is. Hjj heeft deze consequenties van zijn charmante theevisites nooit overwogen: hij heeft alleen de patiënte in haar gezien, nooit de ontwakende en verlan gende vrouw. Wanneer zij echter in een onbe- heerscht moment haar wanhopige liefde aan hem geopenbaard heeft durft hij niet meer terug, hoezeer hij daartoe aanvankelijk ook enkele po gingen aanwendt. Steeds dichter raakt hij ver strikt in de hopeloos verantwoordelijke gevol gen van zijn „zwakke en stntimenteele mede lijden". De dokter, een prachtig representant van het „niet sentimenteele en positieve soort", overreedt hem te blijven; een gesprek met den gebroken vader bezegelt zijn zwaar genomen be slissing. Hij blijft en belooft Edith te huwen wanneer zij genezen terugkomt van de nieuwe kuur, waarvan zij tegen alle wetenschappe lijke feiten in eindelijk beterschap verwacht. Zelf wil zij hem niet aan zich binden in haar hulpeloozen staat, maar zij wil de kuur alleen ondernemen, wanneer hij haar een gelukkig le ven met hem samen in het vooruitzicht stelt. Zij zal deze kuur in Zwitserland volgen en en kele dagen voor het vertrek wordt op het kasteel een intiem afscheidsfeestje gegeven: het verlo vingsfeest, het hoogtepunt van het boek. Edith ziet er stralend uit, zij voelt zich zeldzaam goed; haar verloofde denkt reeds dat zijn opoffering haar genezen heeft. Hij neemt in de kamer af scheid van haar, gaat naar de hal en dan gebeurt het fantastische: de deur gaat open. Edith staat op haar krukken in de opening, zij gooit haar krukken weg, doet twee, drie stappen naar hem toe.... dan zakt zij in elkaar en slaat op den grond. De betoovering der onverwachte liefde heeft haar een enorme wilskracht verleend, bo ven haar zelf uitstijgend, maar wat een feit was, blijft een feit en zij zakt ineen. De luitenant tot in het diepst van zijn ziel geschokt, vlucht reddeloos uit het kasteel en verloochent zijn verloving tegenover zijn verwonderde collega's. Wat hierna nog volgt kan hoogstens be schouwd worden als de concrete afhandeling van dit schokkende drama, waarvan Zweig zich overigens meesterlijk weet te kwijten. De offi cier wordt op zijn verzoek onmiddellijk over geplaatst, doch in den trein wordt hij zich weer bewust welke gevolgen deze vlucht voor Edith moet hebben. Hij wil haar telegrafisch gerust stellen, hij wil haar telefoneeren, doch te laat: het is Augustus 1914, de dag van het uitbreken van den oorlog, alle telefoon- en telegraafdien sten zijn geblokkeerd. Enkele dagen later ver neemt hij, dat zij dood is en, met een verplet terende gewetensschuld beladen, stort hij zich roekeloos in den oorlog. WEIG heeft deze rijke intrige in zijn ro man met ongemeen talent uitgewerkt, uit voeriger, dan hier uiteraard kon worden ge schetst. Men kent zijn zeer scherpe, psycholo gische ontledingsvermogen en vooral ook zijn kennis omtrent den psychologischen invloed op ziekten en andere physische verschijnselen wel licht uit zijn vorige werken o.a. uit zijn „Hei- lung durch den Geist", maar de artistieke toe passing, welke hij er ditmaal van gaf, stijgt verre boven alle knappe studies uit: hier is een meester aan het woord, die in een kostbaren stijl en met ongemeene scherpte een der meest dramatische, menschelijke problemen levend wist uit te beelden en te herscheppen. „Ungeduld des Herzens" is geen „gemakkelijk" boek, maar voor wie het leest zal het een aan grijpende herinnering zijn, een „document hu- main" van den allereersten rang. GABRIëL SMIT. „Ungeduld des Herzens", door Stefan Zweig. Uitg. Berman-Fischer. Stockholm Allert de Lange, Amsterdam. 1939. Groote diefstal uit een safe. GRONINGEN, 7 April. De politie te Groningen heeft vannacht hier ter stede aan gehouden de vrouw, die uit een safe in een der banken te Amsterdam, toebehoorende aan een vriend, een bedrag van f 45.000 heeft weg genomen De politie stelt thans een huiszoeking bij de vrouw in, zij zal na te zijn verhoord, op transport worden gesteld naar Amsterdam. HAARL. VOETBALBOND WEDSTRIJDPROGRAMMA VOOR MAANDAG 10 APRIL 1939 (2e Paaschdag). H.V.B-BEKER. Beverwijk—Bloemendaal, 3 uur, (terrein Bloemendaal), H. Sikman Jr. DIORipperda, 2 uur. R. Smink. VVBTHB, 2 uur, W. van Loenen. OEFENWEDSTRIJD. Schoten 1—H.V3. XI-tal, 2 u., J. F. Ploeg (grensrechters: J. A. G. Krouwels Jr. en L. Menist). STADS EDITIE-BEKER. Schoten 2—RCH 3, 10 uur, J. H. van Mechelen. GEWONE COMPETITIE. 1B DrosteKinheim 2, 10 uur, A. van Dam. 2A Kennemers 6VSV 3, 10 uur, F. Hendriks. 2B Geen wedstrijden. 2C Nieuw Vennep—Kennemers 3, 2 uur, J. G. C. Scheffer ETORSH 6, 2 uur, J. van Aalst. WHBloemendaal 3, 10 uur T. Post. 2D RCH 7Spaarndam, 10 uur, J. Hafkenscheidt. THB 2Schoten 3, 10 u., Th. v. Kampen. 3A WaterlooRipperda 2, 10 uur, J. M. P. Giebels 3B Hillinen 4Zandv. 5, 10 u., G. de Raadt. RCH 10—THB 3, 10 uur, G. Kerkman. 3C Kennemers 7Kenau 2 10 uur, A. C. J. Lor jé. 3D Halfweg 3—DIO 3, 10 uur, J. West. RCH 11—SV'34 2, 10 u., G. C. Houtzager 3E Geen wedstrijden. 3F DSK 2—Heemstede 3, 10 u., H.C.deWid Hillegom 4—DIO 4, 10 uur, M. Kruijff. 4A DeCeO 5Ripperda 5, 2 u., J. Schaap. 4B Kenau 3Kemphaan 4, 10 uur, G. v. .t Hul DSK 3—EHS 5, 12 uur, J. W. Hogendijk Damlaten 2RCH 13 (rest. 73 min. stand 01) 10 uur, S. J. de Vries. 4C Halfweg 4Zeemeeuwen 5, 12 uur, J. Th. Jordan Jr. DeCeO 4VOG 2, 10 uur, W. de Groot Jr 4D WH 4Waterloo 3, 12 uur. G. Wiedijk ETO 3—Ripperda 6, 12 u. G.P.v.d.Wiel Spaarnevogels 5VI. Vogels 4, 10 uur, Chr. F. Möhlmann. JUNIOREN COMPETITIE. A RCH aEDO a, 10 u., A. G. Peperkoorn. Schoten aBloemendaal a, 10 u. J. Keur (resteerende 35 min.; stand 02). B Stormvogels bDIO, 12 uur, A. Kuijper. VSV b—RCH b, 12 uur G. v. Slooten. Bloemendaal bKennemers b, 10 uur, G J. Tillemans. HFC bWB, 10 uur, C. A. de Feber. G DeCeO—Zeemeeuwen a, 12 uur. P. Kok EDO b—Hillinen, 10 uur. C. J. Hunik. WH—Hillegom, 2 uur. H. de Boer. D Spaarndam—DOA, 10 uur, H. J. Jore. Stormvogels cKennemers c, 12 uur. J. F. Kroonsberg E Schoten b—RCH e, 12 u„ J. W. J. Nijsen. DEK—THB, 2 uur, A. J. Spoor,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 11