jjMUIDEN
VOORZORGSMAATREGELEN'boeken uit het buitenland.
DER RECEER1NG.
E'
besommingen.
Bravourstukje
met noodlottig
gevolg
Man door zi jn stiefzoon
gedood.
Paaschcongres S.D.A.P.
SfSÏ KW 134. f 520, KW 70 I 520,
r 16313£.Vr,, f inoo: KW 7411540, KW
45 f 520,
Kf 162 I f 1000; KW 74 f 1640, KW
KW M 1 f 510, KW 135 420, KW 173
If550 KW 159 1380, KV
KW 132 540, KW 124 470, KW
3f;^!&iio-KW
marktbericht.
(Vcrschc viscli).
IJmuiden, 8 April 1939.
114-118 ct- Pe>' K-G'
rawL'lF v r"
- Wt»CM ct pVr K,G.
ffefj 16 per 50 K.<
®&.i f 23 5? ~KG:
1.90 per 50 K.G
8 50—f 1-25 per 50 K.G.
50 i- f 2—f 1-30 per 50 K.G.
HKhI f 13 50—f 7-70 per 50 K.G.
Gr00tC^l f 11-f 5.20 per 50 K.G.
Klejpe »o—f 1.60 per 50 K.G.
SLw^-»8P-125K-G
f 14 per koop
verwachte vischaanvoer.
-j, voor de Dinsdagmarkt:
"nHUf'ttTïJM 94. Vangst: 40 m. platvisch,
Z"ï>,dvisch, 45 m. braadschelvisch, 35 m.
01 t»heliamv, 25 m. wijting. 5 m. makreel,
fjfjfJöiten poen, 'otaal 220 m. benevens 560
^Gforia ^^32U^ngst: 225 m' makreel en 600
IJM 7. Vangst: 15 m. tar-
m wiiting, 40 m. poon en wolf, 30 m.
JtSvisch, 15 m. radio, 15 m, schelvisch,
ml en koolvisch, 80 m, makreel, totaal
m n, tai?vens 280 st 'iskabeliauw en 260 st'
stii,vi.evHnp^lJM 2 Vangst: 400 m. makreel, 20
KWh 60 m. braadschelvisch, 40 m. gul
fiï 20 m. platvisch, 130 m. wijting
So, «I varia' tolaaI 710 m' benevens
^vraldS 48bVangst: circa 600 kisten haring.
Sïï TIM 17 Vangst: ruim 1200 kisten haring.
Si IJM 25. Vangst: 150 m gul en b-
Mraw 40 m. braadschelvisch, 90 m. wijting,
?X makreel, 25 m. platvisch, 5 m. schelvisch
Jl m woli en poon, 5 m. koolvisch, totaal 450
i, benevens 1200 st. stijve kabeljauw.
VERTROKKEN TRAWLERS.
Heden zijn vertrokken: Raaf IJM 432, Utrecht
IJM 13.
Eeu „zware jongen" aangehouden.
Had den bui! van den nacht nog bij zich.
In den afgeloopen nacht omstreeks één uur
heeft de politie een goede slag geslagen. Vlak
hii zlin woning In IJmuiden-Oost heeft zij een
"oeden bekende aangehouden, een van het slag
der nlaatselijke ..zware jongens". Hij bleek
luist teru» te zijn gekomen van een nachte-
liiken stmptocht, die hem een goede buit had
otweleverd alkomstig van inbraken, bestaan
de uit een portemonnaie inhoudende ruim
f 70 twee gouden broches en eenige horloges.
Voorts wordt hij verdacht zich te hebben
schuldig gemaakt aan het lichten van een
gasmeter, waarvan juist aangifte was gedaan.
Hij werd na hevig verzet in het politiebureau
opgesloten.
EMPLOYé VAN VAN LEER BEWUSTELOOS
GEVONDEN.
Gistermorgen vond het personeel van Van
Leer's Walsbedrijven den empolyé Z., wonende
te Velsen, bewusteloos bij het kantoorgebouw
liggen. Men waarschuwde de politie, die den
bewustelooze naar het An toni us-Ziekenhuis te
IJmuiden deed vervoeren, waar hij ter ver
pleging werd opgenomen.
Toen de heer Z. tot bewustzijn kwam gaf hij
voor, door twee mannen te zijn overvallen.
De politie stelt een onderzoek in.
Van veertig meter hoogte gevallen.
Vrijdagmorgen is op het in aanbouw zijnde
gebouw van de Rijksverzekeringsbank aan den
Stadionweg te Amsterdam een ernstig arbeids
ongeval gebeurd.
Een 50-jarige opperman was op de bovenste
verdieping bezig met het neerlaten van ijzeren
buizen door den liftkoker. Vermoedelijk heeft
bij daarbij zijn evenwicht verloren, hij viel
van veertig meter hoogte door den liftkoker
en kwam op den betonnen vloer in den kelder
terecht.
Het slachtoffer is in bewusteloozen toestand
met een hersenschudding, een enkelfractuur
en verschillende verwondingen naar het Wil-
neiminagasthuis vervoerd.
Vijfjarig meisje meegelokt.
De Regeeringspersdienst meldt
De regeering heeft als voorzorgsmaatregel de militaire verloven
doen intrekken en de groot-verlofgangers, die zijn ingedeeld bij de
kust- en grensbeveiliging, doen weten, dat de mogelijkheid bestaat,
dat zij kunnen worden opgeroepen.
Nadrukkelijk wordt er op gewezen, dat deze eventueele oproeping
dus uitsluitend het personeel betreft, dat betrokken is bij de kust- en
grensbeveiliging.
De gebeurtenissen in Albanië geven, naar het oordeel der Nederlandsche
regeering, op het oogenblik geen reden tot ongerustheid.
Verder wordt officiëel meegedeeld, dat tot verhooging van de paraatheid aan
de grenzen, uit voorzorg het verkeer over de wegen aan de grenzen
gedeeltelijk is afgesloten.
Een nieuwe groote roman van
van Stefan Zweig.
R zou een zeer belangrijke studie te
schrijven zijn over de Duitsche en
Oostenrijksche schrijvers, die zich de
laatste jaren door de bekende omstan
digheden van hun vaderland zagen beroofd. In
hoeverre wisten zij zich in hun lot te schikken
en welke invloed had dit alles op de zuiver
artistieke waarde van hun werk? Van hoevelen
hunner werden de boeken niet doortrokken van
verbittering en ontgoocheling en waren er ook
niet: verschillenden, die de beslissende wending
van hun bestaan in hun werk niet te boven
kwamen?
Zeventienjarige door messteek
ernstig getroffen
De 33-jarige werkman M. E. M. werkzaam op
de carrosseriefabriek van de N.V. Verheul te
Waddinxveen, die Donderdag tegenover een
paar andere werklieden een bravourstukje wilde
uithalen, door hen zwaaiend met een groot
scherp mes, dat voor het rubbersnijden op de
fabriek wordt gebruikt, vrees aan te jagen heeft,
zonder dat opzet zijn doel was, den zeventien
jarigen J. van der Dool uit Benthuizen met zijn
vlijmscherp mes zware verwondingen toege
bracht aan den buik waardoor hij hevig bloedend
ineenzakte. Het slachtoffer moest direct naar het
Academisch Ziekenhuis te Leiden worden ver
voerd, waar onmiddellijk operatief ingrijpen
noodzakelijk was.
De dader, die gehuwd is, werd gearresteerd,
doch na verhoor door burgemeester Troost en na
verklaringen van getuigen, waaruit bleek, dat
van opzet geen sprake was, vrijgelaten. De di
rectie van de fabriek heeft den man terstond
ontslagen.
Wij vernemen, dat de getroffene thans buiten
levensgevaar verkeert.
Vrijdagmiddag omstreeks twaalf uur heeft
zich te Maarheeze een drama afgespeeld. Bij
een huiselijken twist heeft de 23-jarige, on
gehuwde landbouwerszoon, M. Teeuwen zijn
stiefvader, den 51-jarigen landbouwer H.
Peerlings, met een schop levensgevaarlijke
verwondingen toegebracht, zoodat deze in
hoogst ernstigen toestand naar het ziekenhuis
te Weert moest worden overgebracht.
Daar is de man in den loop van den avond
overleden.
De jeugdige dader is gearresteerd en naar
het huis van bewaring te Roermond overge
bracht. De toedracht van het gebeurde is nog
niet bekend. Het verluidt, dat de beide man
nen niet goed met elkaar konden opschieten,
waardoor tusschen hen dikwijls ruzie voor
kwam.
o ging het vijfjarig dochtertje
an een tandarts, wonende aan de Baronie-
iaan te Breda, na den koffiemaaltijd met haar
zevenjang broertje in het nabijgelegen Mast-
spelen. Daar is ze meegelokt door een
DeJon&en liep naar huis en vertelde
zijn moeder wat er gebeurd was. Deze ging
er per fiets onmiddellijk op uit en ontmoette
orie grootere meisjes, die het kind in een
areupelooschje meer dood dan levend hadden
n tr' Er was een ernstiS zedenmisdrijf
op net kind gepleegd, waarna een poging tot
gorging was gedaan. De toestand van het
was hoogst zorgwekkend,
dader is nog niet gevonden.
SPIONNEN IN ZUID-LIMBURG
GEARRESTEERD.
Te Maastricht zijn volgens Het Volk twee
Wanders gearresteerd, die voor een
eemde mogendheid spionneerden. Een van
volgens genoemd blad werkloos,
man de aandacht getrokken, dat deze
fl groote verteringen maakte in
verschillende cafés. De verdenking, dat met
tpn Ju ?et in °.rde was- groeide steeds en
intJïf,^am men er achter, dat hij vaak
van telefoongesprekken voerde en
haakte ll6m niet aanSinëen.. notities
Jnnkf "auwer werd het net om dezen man
nehfin^ü Toen hij herhaling een in-
bii wL ^b1, waar Nederlanders slechts
Waar vLm,fczondering gebruik van maken en
vertoevS?^ werkl°oze niet pleegt te
spcedig ondervraagd. Hij bekende
betrpffann ,,vreemden uitgeleverde 'gegeven.*
rayon StMT®n ,aanselegenheden die tot het
m ^-Limburg behooren.
Zwitserland bezit voor lederen Nederlander
een groote aantrekkingskracht. Denkt een
Nederlander aan Zwitserland, dan denkt hij
aan wintersport, aan bergen, aan sneeuw en
aan blokhutten met alle romantiek, die daar
aan onafscheidelijk zijn verbonden. Maar
behalve als toeristenland geniet „Die Schweiz"
ook bekendheid als een centrum van industrie.
Iedere Nederlandsche schooljongen leert im
mers, dat in Zwitserland horloges worden
gemaakt. Die zijn over de geheele wereld be
kend. Maar behalve horloges worden in dit
bergenland ook motoren gemaakt, zware,
groote motoren voor kapitale fabrieken en
voor Oceaanreuzen. In Winterthur, een stadje
dicht bij de Duitsche grens in Noord-Oost
Zwitserland bijvoorbeeld worden deze knapen
van motoren gemaakt. De hier gevestigde
fabriek de Sulzer A.G. fabriceerde on
langs ook de Dieselmotoren voor het vlagge-
schip van de Amsterdamsche koopvaardij
vloot „de Oranje". En nu deed zich het eigen
aardige overigens heel begrijpelijke ver
schijnsel voor, dat 75 pet. van de circa 4000
arbeiders van deze fabriek nog nooit een zee
schip hadden gezien. Toen kregen enkelen
van hen een prachtig idee: zij redeneerden
als „de Oranje" niet bij ons kan komen, dan
gaan wij naar „de Oranje".. Zij bespraken het
met de directie en omdat de fabriek over een
voortrefflijk georganiseerde personeelsver-
eeniging beschikt, waren de plannen spoedig
voor elkaar. Bijna 500 arbeiders gaven zich
als deelnemers aan een excursie naar het
toch heusch niet nabije Nederland op.
Vrijdagmorgen arriveerden de arbeiders, die
als goede echtgenooten hun vrouwen hadden
meegenomen, in de hoofdstad.
Zij hadden het bezoek op uitstekende wijze
voorbereid. Want o.m. had de hoofdingenieur
van werkspoor, de heer Lugt, eenige weken
geleden in Winterthur een lezing met licht
beelden over Amsterdam gehouden. Zij had
den zich dus reeds een beeld van Nederland
en van Amsterdam de stad, gebouwd op
Palen gevormd. Gedurende de ochtenduren
reden zij in autobussen door de stad, bezich
tigden daarna op Amerikaansche wijze het
Rijksmuseum en verzamelden zich Vrijdag
avond in de zalen van Krasnapolsky voor het
diner, dat een officieel karakter droeg, omdat
mede aanzaten de Zwitsersche gezant Arthur
de Pury en wethouder F. van Meurs, als ver
tegenwoordiger van het dagelijksch bestuur
van Amsterdam.
Er heerschte gedurende den geheëlen avond
een uitermate gezellige en ongedwongen stem
ming en er werden over en wer vele harte
lijke woorden gesproken.
Na het diner volgde een Zwitsersche avond,
waarbij bleek, dat het personeel van de Sul
zer A.G. niet alleen met hun handen kunnen
werken, doch dat zij ook in staat zijn een
cabaretprogramma te verzorgen, dat klinkt
als een klok.
Heden zouden de gasten een tocht maken
door de Amsterdamsche grachten en de
havens, waarna het gezelschap „de Oranje'
zal bezichtigen. Vervolgens zaï een boottocht
worden gemaakt naar Zaandam. Den eersten
Paaschdag gaan zij per autobus naar Den
Haag en Scheveningen, waarna nog een be
zoek wordt gebracht aan de Rotterdamsche
havens.
Daar zal de excursie worden beëindigd en
zal de terugtocht, die evenals de heenreis
per extra-trein zal geschieden, worden aan
vaard.
Het jaarlij'ksehe Paaschcongres der S.D.A.P.,
dat dit jaar in den Dierentuin te 's-Graven-
ha ge wordt gehouden, is vanmorgen geopend
met een rede vaan, den partijvoorzitter den heer
K. Vorrink, waarin hij allereerst een overzicht
gaf van de internationale gebeurtenissen in
het laatste jaar.
Het congres komt hij een op het oo gernblik,
dat Mussolini zich nieuwe lauweren vergaart
door de gewelddadige bezetting van het kleine
Albanië. Het feit op zich zelf is een nieuwe
bijdrage tot de kennis van wat er aan zelf
beschikkingsrecht voor de kleine naties nog
is overgebleven. Maar bovendien is deze be
zetting een duidelijke schending van het En-
gelsch-Italiaansche verdrag en niemand ver
mag nog de gevolgen daarvan voor den vrede
te overzien.
De ontwikkeling der internationale ver
houdingen heeft vanzelfsprekend gevoerd tot
een algemeene versterking van het nationale
bewustzijn, ja van het nationale saamhoorig-
heidsgevoel. Ook in de rijen der socialistische
arbeidersbeweging.
In het gezicht van de groote bedreiging
van de onafhankelijkheid der kleine naties
en ons bewust van alle consequenties, daaraan
verbonden, aarzelen wij niet ons vertrouwen
uit te spreken in den vastberaden wil van
de overweldigende meerderheid van ons volk
alle krachten in te spannen om ons zelfstan
dig volksbestaan te handhaven. Welke ver
schillen van inzicht ons als oppositie-partij
mogen scheiden van de huidige regeering, wij
hebben één overtuiging: „de Nederlandsche
minister-president gaat niet naar Ber
lijn".
De dreigende gevaren hebben velen toegan
kelijk gemaakt men vindt ze in alle politie
ke partijen voor een krachtig aanpakken
van onze eigen nationale problemen. Vóór
alles, van het probleem der massale werkloos
heid, waarondier ons land nog steeds gebukt
gaat. Helaas moeten wij tevens constateeren,
dat zeer velen met al te groot gemak woorden
als geestelijke en moreele herbewapening in
den mond nemen, zonder daaraan voor de
practische politiek ook maar eenigerlei con
sequentie te verbinden, integendeel, somwijlen
met een beroep op de nationale eenheid een
soort Godsvrede met de huidige xegeering
verlangen.
Daar kan wel nooit sprake van zijn, zoo
lang er nog lieden gevonden worden als de
beroemde negen, die in hun verafgoding van
een straffe bezuinigings- en aanpassingspoli
tiek aan de regeering mededeelen, dat het
Nederlandsche volk in al zijn geledingen leeft
op een te hoogen voet.
Het ledental der partij is niet onbelangrijk
gedaald. Het daalde met uitzondering van het
gewest Limburg over de heele linie. Het daalde
van 88.897 leden op 31 December 1937 tot
$2.145 leden op 31 December 1938. Dus met
ruim 6500 leden.
Spr. wees er op, dat deze achteruitgang niet
ontstaan is door een, in vergelijking met het
voorafgaande jaar, grootere afschrijving van
leden. Het aantal afgeschreven leden is vrij
wel gelijk gebleven. De achteruitgang is ont
staan uit een belangrijke vermindering van
het aantal ingeschreven nieuwe leden.
Spr. constateerde hieruit, dat de eigen
lijke kern der partij onaangetast is gebleven,
maar dat de werfkracht heeft geleden, onder
den druk der buitenlandsche politieke ge
beurtenissen en hun onvermijdelijke terugslag
op de eigen partijipositie in het bijzonder als
oppositie-partij
Na de dit jaar overleden vooraanstaande
partijgenooten te hebben herdacht, welke
woorden het congres staande aanhoorde, be
sloot de heer Vorrink zijn rede met uiting
te geven aan het vertrouwen, dat het congres
er toe zal dragen den wil te versterken om
het groote doel te helpen bereiken: de ver
wezenlijking van de beginselen van het demo
cratische socialisme.
Meisje door trein vermorzeld.
Vrijdagmiddag om vijf minuten over vier be
vond het achtjarig dochtertje van de familie van
Hal te Boxtel, zich bij den onbey/aakten spoor
wegovergang ter hoogte van de boterfabriek.
Zij liet een trein, uit Boxtel komende, passeeren
en stak daarna over. Hierbij werd zij gegrepen
door een uit de richting Tilburg naderenden
trein en vermorzeld.
De onregelmatigheden te
Roswinkel.
Van den aanvang af zijn geweldige bedra
gen genoemd voor het tekort, dat zou zijn
ontstaan bij de bekende onregelmatigheden
bij de Boerenleenbank te Roswinkel.
Het weekblad „Handelsbelangen'bevat
thans de crediteurenlijst in het faillissement
van den betrokken kassier K. G. Deze lijst telt
29 crediteuren waarvan 2 niet betwiste vor
deringen. Het totaal passief bedraagt
356.545 en betwist 353.399. De baten be
dragen 237.735 plus een pro-memorie post
bestaande uit een aandeel in een nalaten
schap,
Stefan Zweig.
Van deze emigranten heeft behalve o.a. Thomas
Mann, de Oostenrijker Stefan Zweig zich tot
nogtoe wellicht het sterkst gehandhaafd. Wat in
boeken van anderen vergroeide tot ressentiment
en wrok, hoe begrijpelijk dit op zichzelf ook kon
zijn, scheen in het oeuvre van Zweig soms
juist tot een diepere bezinning te leiden. Hij
zette zijn omvangrijken arbeid als delicaat en
psychologisch verfijnd schrijver van historische
biografieën voort en publiceerde daarnaast stu
dies en essays, die niet behoeven onder te doen
voor het vele, dat hij voordien deed verschijnen.
Voor wie zijn lange en zeer vruchtbare schrij
verscarrière reeds eerder volgde zal dit wellicht
geen verrassing hebben beteekend. Zweig was
toch al een internationaal, cosmopolitisch
oriënteerd auteur: in Frankrijk en Engeland
vond hij vele onderwerpen voor zijn beste boe
ken en essays (Marie Antoinette, Foucher,
Stendhal, Dickens, Balzac) en zijn psycholo
gische plooibaarheid een erfenis van de
Weensche school deed hem veelal eerder in
Parijs dan in Berlijn aansluiting en begrip vin
den. Zijn aandacht voor geestelijke verfijning
en literaire lenigheid moeten hem reeds vóór
den „Anschluss" van velen zijner landgenooten
hebben vervreemd; in Duitschland was zijn lot
trouwens al eerder bezegeld.
Zoo kon hij zich dus van nature beter hand
haven dan andere geëmigreerde schrijvers;
zijn speurende geest behoefde nauwelijks een
aanknoopingspunt te missen. En hoe zijn rijke
kunstenaarsnatuur zich zelfs aanzienlijk verdie
pen kon, blijkt uit den thans verschenen roman
„Ungeduld des Herzens", die tot het beste be
hoort, dat hij ooit schreef en die zonder eenige
restrictie een hoogst belangrijk werk moet wor
den genoemd.
DE titel „Ungeduld des Herzens" vindt men
midden in dit lijvige boek nader verklaard.
Daar zegt een dokter tegen de centrale figuur
van den roman, een jongen, Oostenrijkschen
luitenant, het volgende: „Er zijn twee soorten
medelijden. De eene, de zwakke en sentimen-
teele, is feitelijk alleen „ongeduld van het hart"
om zich liefst zoo vlug mogelijk te bevrijden van
den pijnlijken indruk van eens anders ongeluk.
Dit medelijden is in geheel geen mede-lijden,
doch alleen een istinctieve verdediging van de
eigen ziel tegen het vreemde leed. Maar het
andere medelijden, het eenig ware, het niet sen-
timenteele en positieve, weet wat het wil. Het
is vastbesloten geduldig en mede-duldend alles
te doorstaan tot aan het einde zijner krachten
en zelfs nog verder dan dit einde."
De tegenstelling dezer twee soorten medelijden
of feitelijk vooral het rampzalige en tragische
van de eerste soort, vormt het hoofdprobleem
van dezen roman. De jonge, Oostenrijksche
officier, waarvan reeds sprake was, valt eraan
ten offer. Als de schrijver hem ontmoet is hij
ouder; hij heeft in den wereldoorlog voor zijn
moed de hoogste onderscheidingen behaald,
maar wie hem daarom prijzen wil weert hij ver
bitterd af. Hij wierp zich alleen zoo verbeten in
den strijd, vertelt hij, omdat hij zijn eigen,
zware leed wilde ontvluchten.
Dit leed vond zijn eersten oorsprong in een
toevallige, zeer pijnlijke gebeurtenis enkele
jaren voor den wereldoorlog, toen hij nog een
jong en onervaren luitenant was. Tijdens een
soïrée op een kasteel in zijn garnizoensplaats
vermaakt hij zich buitengewoon, doch eensklaps
bedenkt hij, dat hij, zooals de etiquette dat voor
schrijft, nog niet gedanst heeft met de dochter
van zijn gastheer: een slank, lieftallig meisje,
dat aan een tafel zit en dat hij dien avond voor
het eerst ontmoet. Hij buigt voor haar en vraagt
haar ten dans, doch de gevolgen zijn verschrik
kelijk: zij begint hevig te schokken, zinkt achter
over in haar stoel en moet ijlings worden weg
gebracht. Hij begrijpt niets van het dramati
sche incident, dat hij veroorzaakt heeft, maar
snel wordt hij uit den droom geholpen. Men ver
telt hem dat het meisje verlamd is en sinds
eenige jaren niet meer loopen kan.
Deze eerst ontmoeting is reeds in hooge
mate beslissend. Hij stuurt bloemen naar
de ongelukkige Edith en doet alles om de hache
lijke gebeurtenis weer goed te maken. Hij gaat
op bezoek bij haar en weldra is hij, door zijn
medelijden gedreven, een geregelde gast. De va
der van het meisje een meesterlijk door
Zweig geteekende figuur, wiens tragische le
vensbeschrijving in dit boek bijna een afzon
derlijke novelle vormt moedigt deze bezoe
ken ter verstrooiing van zijn ongelukkige doch
ter aan. Wat met een toevallig bezoek en een
mengeling van schuldbesef en medelijden be
gon, wordt aldus langzamerhand een typische,
vaste verbintenis, waaraan de goedhartige offi
cier zich niet onttrekken durft.
In zijn vrij oppervlakkige hartelijkheid merkt
hij echter niet, dat zich in het meisje een merk
waardige verandering aan het vollxekken is en
wannéér hij het bemerkt, is het feitelijk al te
laat. Zij heeft hem lief gekregen met alle smee-
kende hevigheid, waartoe een zich misdeeld we
tende, jonge vrouw in staat is. Hjj heeft deze
consequenties van zijn charmante theevisites
nooit overwogen: hij heeft alleen de patiënte in
haar gezien, nooit de ontwakende en verlan
gende vrouw. Wanneer zij echter in een onbe-
heerscht moment haar wanhopige liefde aan
hem geopenbaard heeft durft hij niet meer terug,
hoezeer hij daartoe aanvankelijk ook enkele po
gingen aanwendt. Steeds dichter raakt hij ver
strikt in de hopeloos verantwoordelijke gevol
gen van zijn „zwakke en stntimenteele mede
lijden". De dokter, een prachtig representant
van het „niet sentimenteele en positieve soort",
overreedt hem te blijven; een gesprek met den
gebroken vader bezegelt zijn zwaar genomen be
slissing. Hij blijft en belooft Edith te huwen
wanneer zij genezen terugkomt van de nieuwe
kuur, waarvan zij tegen alle wetenschappe
lijke feiten in eindelijk beterschap verwacht.
Zelf wil zij hem niet aan zich binden in haar
hulpeloozen staat, maar zij wil de kuur alleen
ondernemen, wanneer hij haar een gelukkig le
ven met hem samen in het vooruitzicht stelt.
Zij zal deze kuur in Zwitserland volgen en en
kele dagen voor het vertrek wordt op het kasteel
een intiem afscheidsfeestje gegeven: het verlo
vingsfeest, het hoogtepunt van het boek. Edith
ziet er stralend uit, zij voelt zich zeldzaam goed;
haar verloofde denkt reeds dat zijn opoffering
haar genezen heeft. Hij neemt in de kamer af
scheid van haar, gaat naar de hal en dan gebeurt
het fantastische: de deur gaat open. Edith staat
op haar krukken in de opening, zij gooit haar
krukken weg, doet twee, drie stappen naar hem
toe.... dan zakt zij in elkaar en slaat op den
grond. De betoovering der onverwachte liefde
heeft haar een enorme wilskracht verleend, bo
ven haar zelf uitstijgend, maar wat een feit
was, blijft een feit en zij zakt ineen. De luitenant
tot in het diepst van zijn ziel geschokt, vlucht
reddeloos uit het kasteel en verloochent zijn
verloving tegenover zijn verwonderde collega's.
Wat hierna nog volgt kan hoogstens be
schouwd worden als de concrete afhandeling
van dit schokkende drama, waarvan Zweig zich
overigens meesterlijk weet te kwijten. De offi
cier wordt op zijn verzoek onmiddellijk over
geplaatst, doch in den trein wordt hij zich weer
bewust welke gevolgen deze vlucht voor Edith
moet hebben. Hij wil haar telegrafisch gerust
stellen, hij wil haar telefoneeren, doch te laat:
het is Augustus 1914, de dag van het uitbreken
van den oorlog, alle telefoon- en telegraafdien
sten zijn geblokkeerd. Enkele dagen later ver
neemt hij, dat zij dood is en, met een verplet
terende gewetensschuld beladen, stort hij zich
roekeloos in den oorlog.
WEIG heeft deze rijke intrige in zijn ro
man met ongemeen talent uitgewerkt, uit
voeriger, dan hier uiteraard kon worden ge
schetst. Men kent zijn zeer scherpe, psycholo
gische ontledingsvermogen en vooral ook zijn
kennis omtrent den psychologischen invloed op
ziekten en andere physische verschijnselen wel
licht uit zijn vorige werken o.a. uit zijn „Hei-
lung durch den Geist", maar de artistieke toe
passing, welke hij er ditmaal van gaf, stijgt
verre boven alle knappe studies uit: hier is een
meester aan het woord, die in een kostbaren
stijl en met ongemeene scherpte een der meest
dramatische, menschelijke problemen levend
wist uit te beelden en te herscheppen.
„Ungeduld des Herzens" is geen „gemakkelijk"
boek, maar voor wie het leest zal het een aan
grijpende herinnering zijn, een „document hu-
main" van den allereersten rang.
GABRIëL SMIT.
„Ungeduld des Herzens", door Stefan Zweig.
Uitg. Berman-Fischer. Stockholm Allert de
Lange, Amsterdam. 1939.
Groote diefstal uit een safe.
GRONINGEN, 7 April. De politie te
Groningen heeft vannacht hier ter stede aan
gehouden de vrouw, die uit een safe in een
der banken te Amsterdam, toebehoorende aan
een vriend, een bedrag van f 45.000 heeft weg
genomen
De politie stelt thans een huiszoeking bij
de vrouw in, zij zal na te zijn verhoord, op
transport worden gesteld naar Amsterdam.
HAARL. VOETBALBOND
WEDSTRIJDPROGRAMMA VOOR
MAANDAG 10 APRIL 1939 (2e Paaschdag).
H.V.B-BEKER.
Beverwijk—Bloemendaal, 3 uur,
(terrein Bloemendaal), H. Sikman Jr.
DIORipperda, 2 uur. R. Smink.
VVBTHB, 2 uur, W. van Loenen.
OEFENWEDSTRIJD.
Schoten 1—H.V3. XI-tal, 2 u., J. F. Ploeg
(grensrechters: J. A. G. Krouwels Jr.
en L. Menist).
STADS EDITIE-BEKER.
Schoten 2—RCH 3, 10 uur,
J. H. van Mechelen.
GEWONE COMPETITIE.
1B DrosteKinheim 2, 10 uur, A. van Dam.
2A Kennemers 6VSV 3, 10 uur,
F. Hendriks.
2B Geen wedstrijden.
2C Nieuw Vennep—Kennemers 3, 2 uur,
J. G. C. Scheffer
ETORSH 6, 2 uur, J. van Aalst.
WHBloemendaal 3, 10 uur T. Post.
2D RCH 7Spaarndam, 10 uur,
J. Hafkenscheidt.
THB 2Schoten 3, 10 u., Th. v. Kampen.
3A WaterlooRipperda 2, 10 uur,
J. M. P. Giebels
3B Hillinen 4Zandv. 5, 10 u., G. de Raadt.
RCH 10—THB 3, 10 uur, G. Kerkman.
3C Kennemers 7Kenau 2 10 uur,
A. C. J. Lor jé.
3D Halfweg 3—DIO 3, 10 uur, J. West.
RCH 11—SV'34 2, 10 u., G. C. Houtzager
3E Geen wedstrijden.
3F DSK 2—Heemstede 3, 10 u., H.C.deWid
Hillegom 4—DIO 4, 10 uur, M. Kruijff.
4A DeCeO 5Ripperda 5, 2 u., J. Schaap.
4B Kenau 3Kemphaan 4, 10 uur,
G. v. .t Hul
DSK 3—EHS 5, 12 uur, J. W. Hogendijk
Damlaten 2RCH 13 (rest. 73 min.
stand 01) 10 uur, S. J. de Vries.
4C Halfweg 4Zeemeeuwen 5, 12 uur,
J. Th. Jordan Jr.
DeCeO 4VOG 2, 10 uur, W. de Groot Jr
4D WH 4Waterloo 3, 12 uur. G. Wiedijk
ETO 3—Ripperda 6, 12 u. G.P.v.d.Wiel
Spaarnevogels 5VI. Vogels 4, 10 uur,
Chr. F. Möhlmann.
JUNIOREN COMPETITIE.
A RCH aEDO a, 10 u., A. G. Peperkoorn.
Schoten aBloemendaal a, 10 u. J. Keur
(resteerende 35 min.; stand 02).
B Stormvogels bDIO, 12 uur, A. Kuijper.
VSV b—RCH b, 12 uur G. v. Slooten.
Bloemendaal bKennemers b, 10 uur,
G J. Tillemans.
HFC bWB, 10 uur, C. A. de Feber.
G DeCeO—Zeemeeuwen a, 12 uur. P. Kok
EDO b—Hillinen, 10 uur. C. J. Hunik.
WH—Hillegom, 2 uur. H. de Boer.
D Spaarndam—DOA, 10 uur, H. J. Jore.
Stormvogels cKennemers c, 12 uur.
J. F. Kroonsberg
E Schoten b—RCH e, 12 u„ J. W. J. Nijsen.
DEK—THB, 2 uur, A. J. Spoor,