DE VEEHOUDERIJ. Overige middelen Minister Steenberghe's derde radiorede had tot onderwerp: laten de schatkist wat in den steek. Uw Zenuwen en gesterkt en Uw DINSDAG 18 APRIL1 1939 Regeeringsmaatregelen besproken en verdedigd. Maandagavond heeft de minister van Eco nomische Zaken zijn derde radio-rede over de landbouw-crisismaatregelen gehouden, welke rede was gewijd aan de veehouderij. Deze over treft in ons land den akkerbouw nog in be- teekenis. De belemmeringen voor den uitvoer, welke in 1931 begonnen op te treden, troffen ook de veehouderij, al profiteerde deze aanvan kelijk van den lagen prijs van het graan, dat als veevoeder wordt gebruikt. Hierdoor werd het zelfs voordeelig zioh op de veeteelt toe te leggen, zoodat de rundveestapel zich van 1930—1933 uitbreidde met 500.000 stuks of ruim 21 procent, de varkensstapel zelfs met 700.000 of 35 procent. Deze uitbreiding was evenwel oorzaak van een nog diepere inzinking, toen later de veeteeltproducten den algemeenen prijsval volgden. Wanneer de regeering toen niet had ingegrepen zou onze veehouderij, waarop wij nog steeds trotsch kunnen zijn aldus de minister, ten doode zijn opgeschre ven. Het rundvee. De regeering greep daarom in; zij beperkte den rundveestapel door afslachting en teelt- regeling. De in 1934 vastgestelde teelbregeling komt op het volgende neer. Jaarlijks stelt de regeering het totaal aantal kalveren vast, dat de veehouders gezamenlijk mogen bezitten. Voor 1939 bedraagt dit 380.000, welk aantal voldoende wordt geacht voor het behouden van een normalen veestapel. Naar gelang van den omvang van de veeteelt in de verschil lende provincies wordt dit aantal daarover verdeeld. Voor eiken veehouder bepaalt de provinciale landib ou w - oris is - o rgandsatie het aantal kalveren, dat hij mag houden en op fokken, waarbij met den aard van het bedrijf, de oppervlakte grasland en het aantal melk en kalfkoeien rekening wordt gehouden. Soms zijn naast de teeltregeling nog bij zondere maatregelen noodig. Bij daling van de vleeschprijzen, b.v. worden van regeerings- wege runderen uit de markt genomen, zooals is gebeurd in het najaar 1938 en het begin van 1939, toen door het mond- en klauwzeer veel koeien, welke voor de melkerij ongeschikt werden, als slachtvee op de markt kwamen. Het doel dezer teeltregeling was tweeërlei: beperking van melk, dus ook van boter en kaas, en minder aanvoer van rundvee voor de vleeschmarkt, zoodat de veeprijzen zouden stijgen. In zake het laatste heeft de regeling zeker aan haar doel beantwoord. De varkens. De varkensteclt, welke voor meer dan een derde van haar productie op den uitvoer was aangewezen bacon naar Engeland, versch varkensvlèesch, later spek, naar Duitschland begon in 1931 de gevolgen van de prijsdaling te ondervinden. Het aantal slachtingen van bacon- varkens daalde van 20.000 tot 4 a 6000 per week. De boeren, die een gunstige wending verwacht ten, weigerden n.l. aanvankelijk hun varkens te gen de lage prijzen af te staan. In 1932 echter kwam het aanbod los en vielen de prijzen tot 8 a 9 cent per pond, dit is minder dan de helft van de productiekosten. Tienduizenden kleine boeren werden door deze debacle met den onder gang bedreigd, zoodat de regeering wel moest ingrijpen. Zij paste een teeltregeling toe onge veer gelijk aan die voor de kalveren. Voor 1939 bedraagt het aantal biggen, die mogen worden opgefokt 2.160.000, terwijl er nog een extra toe wijzingsmogelijkheid is van 800.000 ten behoeve van kleine boeren en landarbeiders, die varkens voor gezinsverbrüik telen. Ter voorkoming van te hooge kosten der var kensregeling en om te bereiken dat werkelijk de veehouders van de hoogere prijzen zouden pro fiteered was het gewenscht de teelt- en uitvoer regeling in handen te leggen van één lichaam, de Nederlandsche Veehouderij-Centrale (vroeger genaamd Varkenscentrale). Ook voor verbetering van de kwaliteit der bacon was deze centralisatie nuttig, daar nu van de boeren slechts varkens werden aangekocht, die voor de baconbereiding het meest geschikt zijn. Voorts kwam de invoer van spek in Duitschland meer en meer in handen van de overheid daar te lande, waardoor gecen traliseerde uitvoer uit Nederland nog meer noö- dig was. De Veehouderij centrale heeft zeer veel critiek ondervonden. Daarbij werd echter wel eens vergeten, dat de centralisatie van den uit voer het noodzakelijke gevolg is geweest der ge- heele varkensregeling en dat de centrale hier min of meer als particulier handelaar en expor teur moet optreden. Wanneer de particuliere handel fouten maakt, komt dit niet zoo naar buiten, de Veehouderij centrale echter zit als het. ware in een glazen huis. De zuivel. Aan de hand van enkele cijfers betoogde spre ker volgens de beteekenis van de zuivel voor ons land. In 1928 bedroeg de uitvoer van zuivelpro ducten 225.000.000. Dit was ongeveer 1/3 van de waarde van onzen geheelen uitvoer aan land bouwproducten. Het was dus niet te verwonde ren, dat door de belemmeringen van den uitvoer, die in 1930 tot 1931 optraden het zuivelbedrijf hiervan een funesten invloed onderging. De minister deed uitkomen, hoe, wat onzen boteruitvoer betreft, Duitschland en Engeland in den loop van de crisisjaren van plaats zijn gewisseld. Voor de crisis was Duitschland ons belangrijkste afzetgebied, thans gaat het groot ste quantum naar Engeland. De prijs dien de boter in het buitenland opbrengt (op de Engel- sche markt pl.m. f 0.80 per K.G.), is nog steeds lager dan de productiekosten hier te lande, wei- Speel niet met jonge eendjes. Gevaar voor besmetting met para-typhus. Het bestuur der Sophia-Vereeniging tot be scherming van dieren te Amsterdam, vestigt de aandacht op het groate gevaar van be smetting met para-typhus door jonge eendjes. Te Amsterdam heeft zich deze ziekte ge openbaard bij een kind, dat bleek besmet te zijn door een jong eendje, waarmede het „speelde" Vooral omdat op gezette tijden deze jonge diertjes die als woerdjes vrijwel geen waarde hebben voor enkele centen per stuk in massa aan het publiek plegen te wor den verkocht, als „aardigheid" voor kinderen, ejj men ten deze gewaarschuwd. Ike in den winter pl.m. f 1.45, in den zomer pl.m. f 1.30 bedragen. De opbrengsten van de heffingen op margarine, spijsvetten en -oliën worden ge bruikt om den boeren ook voor de uitgevoerde boter deze opbrengst te kunnen verzekeren. Deze financiering van den boteruitvoer uit gel den door het minst draagkrachtige deel der be volking betaald, acht de minister weliswaar in het geheel niet fraai, doch hij ziet geen anderen weg en ondanks alle critiek heeft nog niemand een beter voorstel gedaan. De noodige bedragen: pl.m. 30 a 35 millioen per jaar zijn niet gemak kelijk op andere wijze te verschaffen. Men moet ook niet vergeten, dat de heffingen eveneens tot doel hebben een bepaald prijspeil voor de mar garine en vetten te handhaven. Het armste deel der bevolking behoeft hieraan echter niet mee te betalen, daar voor werkloozen en armlastigen goedkoope margarine en vet voor f 0.44 per K.G. ter beschikking wordt gesteld. Productiekosten gedaald. Inzake de critiek op de zich steeds uitbrei dende melkwinning en boterproductie, deed de minister uitkomen, dat door de grootere hoe veelheid, die gewonnen wordt, de productiekos ten zijn gedaald. Bij beperking van de melkwin ning zou de kostprijs weer stijgen en de boer dus een hoogeren toeslag per K.G. moeten ont vangen dan thans. Wat den verliesgevenden uitvoer betreft, stelde spreker de vraag waar men anders met het te veel aan melk zou moe ten blijven. Den boterprijs verlagen om het ge bruik in eigen land te bevorderen? De ervaring heeft geleerd, dat er weinig valt te zeggen om trent den invloed, dien de prijsverhooging van boter op het verbruik zou uitoefenen, aangezien de algemeene koopkracht hierbij van groot be lang is. Wel is zeker dat de boer voor de boter die in het binnenland wordt afgezet dan een la- geren prijs zou ontvangen. Voor het verschil zou hij dus weer een hoogeren toeslag moeten krij gen. Voorts zullen de margarine en het vet dat dan ook in prijs verlaagd moet worden dan minder aan heffingen opbrengen en zoo zitten er nog meer kanten aan dit moeilijke vraagstuk. Hoewel het er wegens de groote con currentie van andere landen voor onze zuivel niet zoo fraai uitziet, behoeft toch aan de toekomst daarvan niet ge twijfeld te worden, aldus de minister, indien gestreefd wordt naar verbetering van het product en naar den hoogsten graad van samenwerking van alle be langhebbende groepen. De vierde en laatste radiovoordracht zal wor den gehouden Vrijdag 21 April, des avonds van -7.30 uur. De minister zal dan spreken over den tuinbouw, de sierteelt, de pluimveehouderij en de visscherij. Opbrengst niet zoo hoog als vorig jaar. Blijkens het overzicht van den stand der rijksmiddelen op ultimo Maart 1939 hebben de directe belastingen voor den dienst 1939 tot en met genoemde maand f 46.191.814 opgeleverd, tegenover f 46.080.187 tot en met dezelfde maand van het vorige jaar. De grondbelasting bracht f 5.182.309 op (vorig jaar f 9.543.20), de inkomstenbelasting f 29.449.950 (v.j. f 24.694.39), de vermogens belasting f 6.867.396 (f 6.902.918), de verde digingsbelasting I f 3.563.954 (f 3.819.359), en de belasting van de doode hand f 1.128.202 (f 1.120.229). Wat de „overige middelen": aangaat, deze brachten over Maart j.I. f 36.325.998 op, tegen f 37.315.087 over Maart 1938, derhalve bijna een mil lioen minder dan in dezelfde maand van het vorige jaar, doch ruim een half millioen meer dan de 1/12 van de raming, welke op f 36.810.000 was ge steld. Het eerste kwartaal van J~39 bracht aan „overige middelen" f 109.559.982 op, dit ruim f 5!4 millioen meer dan 't eerste kwartaal van 1938, toen deze opbrengst f 104.034.611 was. Toch bleef de opbrengst over het eerste kwartaal nog bijna 9 ton beneden de raming, welke op f 110.431.000 was berekend. In dit kwartaal bracht de dividend- en tantièmebelasting f 2.830.003 (v.j. f 2.889.954) op, de rechten op den invoer leverden f 26.588.381 (v.j. f 22.321.813), de omzetbe lasting f 20.468.619 (f 17.967.670), de coupon belasting f 1.577.483 (f 1.758.909) de rechten en boeten van zegel f 6.881.548 (f 7.031.208), die van registratie f 4.158.901, (f 4.547.364), en die van successie enz. f 10.813.073 (f 12.529.285). De inkomsten ten bate van het gemeente fonds beliepen tot en met Maart j.I. f 70.772.00 waarvan f 64.995.000 als opbrengst van de gemeentefondsbelasting en f 5.777.000 van de opcenten vermogensbelasting ten getale van 50. Het vorige jaar waren deze opbrengsten Oresp. f 65.478.000 (f. 59.664.000 en f 5.81.000). De inkomsten ten bate van het werkloos- heidssubsidiefonds bedroegen tot en met Maart 1939 voor den dienst 1938 f 52.137.000 en voor den dienst 1939 tot en met Maart 1.1. f 12.159.000. De motorrijtuigbelasting bracht op ovei de afgeloopen maand f 1.369.1-24, de rijwiel - belasting slechts f 17.990 en over het afge loopen kwartaal waren deze opbrengsten resp. f 4.562.565 en i I 45.642. Schip door den storm op de Waal gezonken. Schippersknecht verdronken. Tijdens een plotseling opgestoken Noord-Westerstorm is Maandagavond omstreeks zeven uur op de rivier de Waal de motorboot „Broeder trouw", metende 147 ton en geladen met grind, nabij de kalkzandsteenfa briek te Vuren (Geld.) in moeilijkhe den geraakt en gezonken. De 22-jarige schippersknecht J. v. d. Ruit uit Pa- pendrecht is daarbij verdronken. Op het moment dat het schip zonk sprong de schipper, A. Mijnster uit Zwijndrecht te water. Hij zwom naar een in de nabijheid varend schip en werd opgepikt. De knecht ver dween met het schip in de diepte. Java—China—Japan Lijn keert weer 6 procent uit. Naar wij vernemen zal in de algemeene ver gadering van aandeelhouders der JavaChina Japan Lijn N.V. te Amsterdam, te houden op 8 Mei a.s. worden voorgesteld het dividend over het boekjaar 1938 vast te stellen op 6 pet. (als vorig jaar). NIEUWE TRAJECTKAARTEN BIJ DE SPOORWEGEN. Naar wij vernemen zullen de Spoorwegen binnenkort trajectkaarten voor zes opeen volgende werkdagen invoeren. Zij zullen eiken willekeurigen dag kunnen ingaan. Met de in voering van deze trajectkaarten komt de directie der Spoorwegen aan een veelvuldig geuiten wensch tegemoet. Tot dusverre waren n.l. alleen maandtrajectkaarten verkrijgbaar, welke periode in tal van gevallen te lang bleek. slaap wordt weer rustig door het gebruik van Mijnhardt's Zenuwtabletten Glazen Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten. (Adv. Ingez. Med.) Schoolbestuur ziet al' van subsidie. Duitsche vlag uitgestoken bij bezetting van Tsjecho-Slowakije. Op vragen van den heer Drees betreffende het uitsteken van de Duitsche vlag door een school te 's-Gravenhage, ter viering van de bezetting van Tsjecho-Slowakije door Duit sche troepen, heeft de minister van onder wijs, als volgt geantwoord: Terstond nadat in een der avondbladen van het bedoelde feit werd melding gemaakt, heeft de minister den inspecteur van het lager onderwijs in de inspectie 's-Gravenhage op dracht gegeven een onderzoek in te stellen. Diens rapport bereikte den minister den vol genden ochtend. Het is den minister daaruit gebleken, dat de school aan de Dreibholz- straat te 's-Gravenhage, in verband met de bezetting van Tsjecho-Slowakije door Duit sche troepen, de officieele Duitsche.vlag, zijn de hakenkruisvlag', heeft uitgestoken. De minister heeft het bestuur van boven genoemde school gewezen op het onge- wenschte van den toestand, dat een school, vallende onder art. 207 der lager-onderwijswet 1920. bij een gebeurtenis als deze van haar vreugde doet blijken. Het bestuur heeft den minister geantwoord, dat het zich bereid ver klaart af te zien van de krachtens de lager- onderwijswet 1920 door het rijk en de ge- gemeente te verleenen subsidies. Echter met de bijvoeging, dat het tot regeling der zaken eenigen tijd behoeft, de minister ziet hiervan de redelijkheid in. De minister heeft zich ter zake tot de besturen van de andere scholen van dezenzelfden aard gericht. Krijgt een film door verkorting een andere samenstelling? Een bioscoopexploitant te Rotterdam heeft voor den kantonrechter aldaar terecht ge staan, omdat hij een film vertoond heeft in een samenstelling waarvoor hij geen vergun ning had van de centrale commissie voor de filmkeuring. De kantonrechter verklaarde in zijn vonnis het ten laste gelegde bewezen, maar ont sloeg verdachte van rechtsvervolging. Bij vonnis van 21 Januari 1939 heeft de Rotter- damsche rechtbank dit vonnis bevestigd, van welke beslissing de officier van justitie in cassatie ging. Het cassatiemiddel van den offi cier kwam hierop neer, dat, wanneer een film korter werd afgedraaid dan in den oorspron- kelijken vorm, zij in een andere samenstel ling wordt vertoond. Voor den Hoogen Raad heeft mr. Ch. J. F. Karsten uit Amsterdam dit middel bestreden. Pleiter zette uiteen, dat een film, wanneer zij dikwijls vertoond is, vaak verkort wordt door het uitknippen van de zwakke plekken, Op deze wijze kan gezegd worden dat een film 5 a lü pet. van haar lengte verliest. Er zijn ook nog andere redenen waardoor verkor ting normaal is geworden, bijv. commercieele. Vervolgens betoogde pleiter, dat verkor ting van de film niet impliceert een andere samenstelling, De keuringscommissie keurt op de openbare orde en goede zeden. Nu is het practisch niet aan te nemen, dat een zedelijke film door verkorting onzedelijk zou worden. De wet verplicht den exploitant tot het ver- toonen van de film met in achtneming van de coupures, door de controle-commissie aan gebracht. Ook mag eerstgenoemde geen an dere coupures aanbrengen dan de commis sie heeft aangebracht, maar nergens is te vin den, dat de samenstelling door verkorting ver andert. De procureur-generaal zal 1 Mei conclusie nemen. NIET ALLE POST VOOR MILITAIREN VRIJ VAN PORT. 'Alleen briefkaarten en nieuwsbladen MEN PASSÉ DE REGELING GOED TOE. In verband met de groote moeilijkheden, welke de postdienst van de regeling ondervondt door de onjuiste toepassing, welke het publiek van deze regeling maakt wordt er nog eens nadrukkelijk de aandacht op gevestigd dat de vrijstelling van port voor correspondentie voor en van militairen be neden den rang van officier, alleen van toe passing is op briefkaarten en op nieuwsbladen tot en met 100 gram en o.m. niet geldt voor brieven en drukwerken (dus ook niet voor voor prentbriefkaarten, tenzij deze als een briefkaart zijn beschreven) Bedoelde briefkaarten en nieuwsbladen zijn voorts alleen dan van port vrijgesteld, wanneer zij in het binnenlandsch ver keer worden verzonden. Met een avondretour den volgenden dag terug. Met ingang van heden zijn de avond retours der spoorwegen .vcor de terugreis den dag na afgifte geldig in de treinen, die vol gens de dienstregeling uiterlijk 8.15 uur op de plaats van bestemming aankomen. De geldig heidsduur dezer retours, die, zooals men weet slechts een kleinigheid meer kosten dan een enkele reis, wordt op deze wijze belangrijk ver lengd. Men behoeft nu in vele gevallen niet meer den avond van vertrek terug te keeren. DRIEDUIZEND GULDEN KWIJTGERAAKT. Een veekoopman uit Utrecht, die er in het afgeloopen weekeinde met een welvoorziene portefeuille per auto op uit was gegaan, om het er eens goed van te nemen, kwam in de hoofdstad tot de ontdekking, dat hij drie duizend gulden miste. Hij deed daarvan aan gifte bij de politie, die thans heeft uit te zoeken of de man, die in de hoofdstad en ook elders verschillende cafés heeft bezocht, het geld heeft verloren of dat er wellicht mis drijf in het spel is. De H. A. C. O.-trekkingen. De advocaat-generaal bij den Hoogen Raad. mr. Holstein, heeft heden conclusie ge nomen in de zaak van den directeur van de H.A.C.O., die in cassatie is gekomen van een vonnis van de Haagsche rechtbank, waarbij hij wegens overtreding van de loterijwet tot een geldboete van f 3000 is veroordeeld. De advocaat-generaal concludeerde tot ver nietiging van het bestreden vonnis en tot verwijzing van de zaak naar het Haagsche Gerechtshof. Arrest 15 Mei. Automobilist reed voetganger dood. Na aanrijding niet gestopt. Nu vier maanden gevangenisstraf geëischt. Zondag 29 Januari wandelden de mijnwer kers J. H. Wassenkordt en L. J. Triepels te Beerlerbaan, gemeente Heerlen, rustig op het grindpad langs den weg, toen vlak bij het huis van eerstgenoemde een hem achterop rij dende auto W. aanreed en hem een meter of twaalf meesleurde. Zijn kameraad vond hem daar stervende langs den weg. Kort daarna gaf de 24-jarige, ongehuwde man den geest. De auto, die de aanrijding had veroorzaakt, was doorgereden en pas den volgenden dag kwam de Heerlensehe politie auto en bestuur der op het spoor In de garage bleek deze bestuurder, de koop man P. H. C. H. uit Heerlen, toen de politie aankwam, bezig te zijn met het uitwisschen van de bloedsporen, terwijl hij enkele deuken uit het spatbord reeds had uitgeklopt en de verraderlijke plekken met lak had bedekt. Hij bekende de aanrijding al heel spoedig, maar gaf daarnaast blijkens het proces-ver baal te kennen, dat, als de politie hem niet op het spoor was gekomen, hij zich zelf niet zou hebben komen aangeven. Voor de rechtbank deed hij het voorkomen, dat loij zulks wel van plan was geweest. Hij voerde aan, dat een tegemoetkomende auto hem had verblind en dat hij rechts van den weg had gereden, maar dat hij niet op het grindpad was geweest. Het O.M. vorderde terzake deze aanrijding en de poging om het misdrijf te verheime lijken, veroordeeling van verdachte tot vier maanden gevangenisstraf. en Spoorwegen en verkiezingen. In verband met de a.s. verkiezingen voor de Provinciale Staten en gemeenteraden hebben de Spoorwegen besloten, een tegemoet komende regeling voor houders van week kaarten te treffen. Op die dagen zullen de kaarten geldig zijn tot en met den eersten trein (geen D-trein), welke na 10 uur des morgens vertrekt van het station, van hetwelk de weekkaart geldig is. Voor de terugreis zijn zij die dagen geldig in de treinen (eveneens geen D-treinen), die 15 uur of later ver trekken van het station tot waar de week kaart geldig is. VERGADERING VAN WOONWAGEN- COMITé'S. Zaterdag j.I. heeft te 's Gravenhage een ver gadering plaats gehad van verschillende woon- wagen-comité's. Vertegenwoordigd was o.m. een comité uit Haarlem. In zijn openingswoord merkte de voorzitter, de heer D. van Heijningen, op, dat er zeer veel arbeid onder de woonwagenbewoners valt te verrichten. Na het openingswoord vertelden de afgevaar digden hun ervaringen in het kampwerk. Op voorstel van den voorzitter werd met algemeene stemmen besloten tot het instellen van een z.g. contact-commissie, bestaande uit afgevaardigden van elk comité, ter bespreking van eventueele samenwerking. Zon op de De Hudson stroomt langs I woon aan Riverside Drive Vandaag schijnt de zon'on h* u lijkt op lente. Den mensch ?s nw 0n' lijks vreemd. Den mensch in r?5? ?en^ en den mensch in New-York S"1» Es de zon op de rivier bij Culembore komt er een lente-achtige steef Ï.T1' È5: straten en over het ranke stadhV,lM «te de menschen van Culembore wH? e» «te- op de Hudson schijnt dan lSTL4» «te zachtjes tusschen de duizelingwekkif fc'« kenkrabber-toppen van Rockef.n ^««':- gegleden en sluipt door de drukt» 1°*® Avenue. En de menschen van New vï\.R5ï ken de zonzij, net als de menschen borg en wie den tijd kan vinden de rivier, die breed en majestueS tl op een bank zitten en sluit de onïm'. glinsteren van de zon op de rbiv.00"® zaligheid in de lente. en «te; Er staan vele hooge en breede hui». Riverside Drive. Een muur van ve?ö[K meters hoogte en van vele duizend.; lengte Een muur van twintig f,,".??"! PY1 <1Y1r.Pl li OTP VPnotave A.Li en ontelbare vensters. Achter dif> leven de menschen. Achter ieder vpJenste~ het geluk en het ongeluk, de vreuS verdriet, de wanhoop en de illusie stelling, de vermoeidheid, de vernikS de hoop die samen een menschenlevenSr*5 Ik loop tusschen de Hudson en rie hS het lange smalle, glooiende pSmfiL? naar de vensters, die fonkelen in de dezen lentedag en denk dat het „Vaa derlijk is te bedenken, dat al fi iSgJ ff* een rivier staan opgestapeld en aaneeïlS en dat tusschen iedere twee levens in wand is opgetrokken die het eeS van andere leven scheidt - de eene smart van2 andere smart, de eene Illusie van de illusie, de eene vreugde van de andere S hebben, langs Riverside Drive pwcie* #1. Culemborg, ons eigen leven, dat ande^ dan alle andere levens. lederen da? en eiken nacht, elk uur en iedere minuut ander, maar als de zon op de Hudson schijnt dank er achter alle vensters dezelfde vreueX het eerste gerucht van de lente. Dan oueiï wij de deuren van onze eigen levens en eZ naar de rivier in een vereenigde verrukkff Ik loop langs de Hudson, die breed is 7, een rechtgeaarde, eerlijke arm van fa oceaan. De Washington Bridge staat hooe m ijl tegen den wazig-grijsblauwen hemel d" graftombe van Grant is fel wit in het zonlicht- de hooge. vierkante toren van den kathedraal' waar iederen Zondag de beste prediker van New-York een groote schare tot zich trek streeft naar de lentelucht. En alle banken langs de rivier, in het smalle plantsoen 00 de helling van den wallekant, zijn bezet De Hudson is breed. Washington-Bridge hangende tusschen ijle draden is eer wereld-' wonder der techniek. Aan de overzij, waa* New-Jersey zich terrasgewijs langs den Wen oever opstapelt, liggen fabrieken van Ford, Een ferry-boot, die de oevers verbindt, glijdt plat en breed over het water. Langs de huizen van Riverside Drive brommen de double- decker-bussen. „Ziet New-York, de wonder- stad" staat op hun flanken geschilderd. Vlak langs de rivier glijdt en glinstert een onaf zienbare, onophoudelijke slang van auto's. En in de verte torenen de wolkenkrabbers uit de buurt van het Central Park tegen de lichte* zonnige lucht. Zoo weet ik dat ik dezen lentedag in New- York ben en niet in Culemborg en dat de Hudson de Hudson is en de Lek de Lek, Maar wanneer ge alleen naar de menschen kijkt, de menschen op hun bankjes in de zon, de menschen die gulzig de zoelte inzuigen, die verzadigd van die, milde weelde, na de felle kou der laatste weken, zwijgend en met ge sloten oogen het voorjaar ontvangen.... och, dan is de eene mensch gelijk aan den anderen mensch. Dan vallen alle muren tusschen alle vensters en alle levens weg. Dan is het geluk om een beetje zon ontroerend van gelijkheid: in New-York en in Culemborg en overal waar menschen wonen. Een man rookt zwijgend zijn pijp en volgt de ferryboot op haar rustige vaart naar den overkant. Een studente van de Columbia- Universiteit, die tweehonderd meter verderop haar sterrewachtkoepel boven de huizen heft, staart over haar opengeslagen boek naar de verte achter de hooge brug. Een jonge moe der maakt pruttelende geluidjes tegen ba'oy in den wagen. Een meneer heeft zijn krant op zijn knieën laten zakken en peinst in de zon over dingen, die ik nooit zal weten. Er loopen studenten voorbij. En een meisje glijdt op rolschaatsen langs het glooiende pad. Een half uur verder is de roezige razernij van de stad. Staan de wolkenkrabbers ratelend en rumoerig van het zakendoen langs de drukke straten, spoeden de ondergrondsche spoor wegen zich door hun lange, duistere mollen* gangen om de negen millioen dagelijkse..? passagiers af te leveren op de plaatsen van hun bestemming. Een half uur verder is New-York, the won- der-city. Dat niet weet wanneer het lente en wanneer het zomer is. In Wali-street stijaen en dalen de koersen, op Broadway r^e" rekenmachines, een half millioen kan meneeren dicteeren een half miihioen zake brieven aan een half millioen kan^uffrou wen. Wagonladingen en scheepsruimen^^ verhandeld en gevuld. De telefoon* 1 liften suizen omlaag en omhoog de waren huizen zijn gevuld door schuifelende memg ten, milliarden dollars gaan hun weg van bankrekening tot bankrekem draaien achthonderd films .valLdL i^oende er glijden duizend autos langs de band. Ginds is New-York. Hier is de lente. Zon op de Hudson. 1UaW«. „et als En in de menschen een welbehagen, n - in Culemborg. L ELIAS. Men beperke het aantal telefoon gesprekken. In de Staatsbladen 584 en dagavond zijn opgenomen de KonuW sluiten nos. 31 en 32. waarbij «ttö® van den Generalen Staf beromjW" verleend betreffende het telegrafisch en fonisch verkeer. Deze bevoegdheden fen het afbreken van telefoongespre uitsluiten van abonnés en het voorider leenen aan diensttelegrammen; een in verband met de huidige bijzon standigheden. gaande - blijft voorloopig d jjvtusscnen oiijii/ „nT,7ipn van nonnale verkeersafwikkeling ten aan® telegraaf- en telefoongesprekken g- haafd. Nogmaals wordt dus met n herinnering gebracht, dat men ach voeren van tedefoongesprekken, zoo aantal als wat duur betreft, zooveel ffi 6 dient te beperken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 10