IJmuider Courant VcK'ZckcuaqMiqiUit door collega neexqesiagen^ vond tienduizend gulden Twee goederentreinen botsten met groote snelheid tegen elkaar „ri" '°"e,<K" °^e">mro Eerste Nieuwe. Acht wagons ernstig beschadigd. Reclameschilder 2 ie iaaRGANG NO. 165 PTUkkeHl flaarl®®* ConrtD' felefoon Louren» Coster MaatscbappQ &u„„i Uil?»™» 4la*,nl v Groot* Hoolstraal 93. rei 10724. BureaD IJmoider Kenlcmer'BaD 42, '■,n,uide'1- 5301. Postgiro 310791. Alle jvertctttie*. opgegeveD CotW- voor dit bladg DAGBLAD VOOR VELSEN, [JMUIDEN, SANTPOORT EN OMSTREKEN Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Directie: P. W. PEEREBOOM EIN ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM MAANDAG 15 MEI 1939 Abonnementen per week f0.12,/2. per maand f0.52'/2, per 3 maanden f 1.55, franco per post f 1.95 per kwartaal. Losse nummers 3 cent per ex. Advertentiëm 1-5 regels f0.60. elke regel meer 0.12. Bij abonnementen belangrijke korting, Ingezonden mededeelingen dubbele prijs. Advertenties van Vraag en Aanbod 1-3 regels f 0.25, elke regel meer fO.10, DÊ MYSTERIEUZE brand in HAARLEM-NOORD gekomen zijn? Tenslotte heeft de heer V. Zondagavond de bekentenis afgelegd, welke in het begin van dit verslag vervat is. Het onderzoek in deze zaak heeft wel een zeer vlot verloop. De Haar- lemsche politie onder leiding van Com missaris E. H. Tenckinck en den heer M. Woud, met medewerking van de heeren H. L. Spee en H. J. van 't Boveneind heeft knap recherchewerk geleverd. Het stoffelijk overschot van den heer F. de la Chamfore is door de justitie vrijgegeven en zal Woensdag cm 10 uur op 't R.K. Kerk hof Buitenveldert te Amsterdam ter aarde worden besteld. Wie is de late bezoeker? Dit was de vraag die Zaterdag nog overheerschte bij de nasporingen der Haarlemsche recherche naar de oorzaak van den brand in het bovenhuis Hertzogstraat 16 in Haarlem-Noord, waar, nadat het vuur gebluscht was, het lijk van den bewoner den heer F. de la Chambre, gevonden werd. Deze vraag is thans beantwoord. Zaterdagavond heeft de recherche den 32-jarigen verzekerings agent V., een collega van den heer de la Chambre, in diens woning te Haarlem, gearresteerd, onder verden king van moord en brandstichting. Het onderzoek van het lijk door Dr. Hulst had namelijk uitgewezen dat de wond in het hoofd toegebracht was met een hard voorwerp, zoodat aan misdrijf moest worden gedacht. Aanvankelijk ontkende de arrestant iets met het gebeurde uitstaande te hebben. Doch Zondagavond heeft hij tijdens een verhoor, dat de Haarlem sche commissaris van politie de heer E. H. Tenckinck, hem afnam, bekend omstreeks half twaalf den heer de la Chambre in de keuken van zijn huis met een liard voorwerp te hebben neergeslagen. De heer V. ontkent ech ter den brand, die naar men zich zal herinneren omstreeks half 4 in den nacht werd ontdekt, gesticht te heb ben. Ruzie tegen middernacht. Volgens de afgelegde bekentenis 'is de heer V. j.l. Donderdagavond om 10 uur bij zijn collega, den heer de la Chambre, op bezoek gekomen, na zich wat moed ingedronken te hebben. Hij was van oordeel door den heer de la Chambre oneerlijk beconcurreerd te worden en wilde daarover met hem spreken. Na anderhalf uur over deze zakelijke aangelegenheid gesproken te hebben ontstond er ruzie. De heer V. gaf zijn collega een klap, waarop deze zich boos naar de keuken begaf. De heer V. veronderstelde dat de heer de la Chambre in de keuken een voor werp wilde pakken om daarmede terug te slaan. Hij wilde zijn collega voor zijn, ging hem achterna, zag hem een vooiwerp grijpen, realiseerde zich echter niet wat, greep zelf door het dolle heen ook een voorwerp en sloeg daarmede den heer de la Cham bre neer. Hij liet den verslagene in de keuken liggen en verliet het huis. Dit alles moet zich volgens de bekentenis van den gearresteerde des avonds tusschen half twaalf en middernacht hebben afgespeeld. Desgevraagd her innerde de heer V. zich niet met welk voorwerp te hebben geslagen. Hij ver klaarde door het dolle heen te zijn geweest .en zich dat niet gerealiseerd te hebben. Door deze bekentenis is veel in deze aan gelegenheid, welke onverwacht een mysterieus Karakter aannam, opgehelderd. De hoofd wonde van het slachtoffer is verklaard. Doc/i de belangrijke vraag resteert: hoe is de brand ontstaan? De gearresteerde bekent den man neerge slagen te hebben, doch zegt van den brand mets te weten. Volgens de bekentenis van den arrestant !°nd do vechtpartij tusschen half 12 en mid- Qêniacht plaats. Doch de brand werd eerst ruim 3y2 uur later door een surveilleerend agent ontdekt. De gearresteerde V. heeft wel ver maard in de keuken een petroleum- vergasser te hebben zien branden, wanneer en hoe ontstond de brand, die het 1,^® interieur van de twee achterkamers van net huis vernietigde? Wanneer trad de dood in? In dit verband rijst nog een vraag die van ongemeen belang is, voor de schuldkwestie n.l. deze: Trad de dood by den heer de la Chambre in tengevolge van den door den heer V. toegedienden slag? Of pas tijdens den brand? Zou de heer de la Chambre niet aan de gevolgen van den slag overleden zijn indien er geen braud uitgebroken was? Men kan bijv. veronderstellen dat de heer de la Chambre door den slag bewusteloos werd, later bijkwam, zich heeft pogen op te richten, en daarbij het petroleumstel omgegooid heeft, waardoor de brand ontstond die zijn dood veroorzaakte. Dit is een veronderstelling, doch zoolang de juiste gang van zaken niet vaststaat moet men er rekening mede houden, dat het zoo gebeurd kan zijn. Het staat dus nog geenszins vast dat de gearresteerde heer V. zijn col lega vermoord heeft. Het rapport, dat Dr. Hulst uit Leiden over de lijk schouwing opstelt, kan wellicht uit- wijzer of de toegebrachte slag den dood van het slachtoffer ten gevolge heeft gehad. Indien dit niet vastge- stelu kan worden, blijft een belang rijk deel van het mysterie onopgelost. De Haarlemsche recherche verkeert momen teel nog in afwachting van dit rapport van Dr. Hulst, oolang dit nog niet ontvangen is, blijft het mysterie bestaan. En indien het rapport niet bewezen acht dat de toegediende slag dc.odelijk was, is het sterk de vraag of dit mysterie ooit geheel tot klaarheid zal komen. Gesteld althans dat de heer V. blijft ontkennen den brand gesticht te hebben en er geen bewijzen voor het tegen deel komen. Want wie zal kunnen-vertellen wat daar ifi den nacht, nadat de heer V. vertrokken was aangenomen dat zijn beikentenis waarheids getrouw is in de keuken is gebeurd? De heer de la Chambre kan uit bewusteloosheid zijn bijgekomen en de brandende petroleum vergasser hebben omgegooid. Dan blijft de mogelijkheid bestaan dat hij den brand heeft willen blusschen. Men bedenke dat de kraan na den brand nog in half ge- openden toestand werd aangetroffen. Ook kan hij gepoogd hebben water te drinken om bij te komen, of zich te betten en daarna een inzinking hebben gekregen en tegen het pe troleumstel zijn aangevallen.. De vergasser kan gekanteld zijn in de buurt van het benzineblik dat immers aangetrof fen werd en dit kan gebarsten zijn doordat de inhoud vlamvatte (zooals men weet werd het blik met een barst gevonden waardoor den halfbewusteloozen man de laatste slag werd toegebracht. Zoolang de doodsoorzaak van het slachtoffer nog niet is vastgesteld, blijft het mysterie voortbestaan. En het is derhalve nog de vraag of het ooit opgelost zal worden. Er zijn tot nog toe geen aanwijzingen dat de gearresteerde geld of andere waarden heeft meegenomen. Zooals we reeds meldden zijn in de voorkamer in het perceel aan de Hertzog straat twee geldkistjes gevonden en de in houd klopt met hetgeen het slachtoffer in huis gehad moet hebben. Op den gearresteerden heer V. werd welis waar een bedrag gelds aangetroffen, doch dit feit is op zichzelf bij een verzekerings agent normaal. Nochtans wordt onderzocht of het geld dat hij bij zich had hem inderdaad toebehoort. Bij huiszoeking werd geen geld gevonden De arrestatie. Hoe Is de recherche den heer V. op het spoor gekomen? Naar men zich herinneren zal zijn overal oproepingen gedaan tot den bezoeker, die volgens burenverklaringen bij den heer de la Chambre op visite was geweest. Aan deze oproepingen werd geen gehoor ge geven. Voor het huis van den heer de la Chambre nu stond des avonds een fiets met dubbelen stang. Buren hadden dit geconsta teerd en ook een politie-agent had de fiets gezien, en deze heeft nog nagekeken of het rijwiel wel op slot stond, hetgeen inderdaad het geval was. Deze fiets behoorde niet aan den heer de la Chambre, want die had geen rijwiel met dubbelen stang. De recherche bracht systematisch bezoeken aan de kennis sen van den heer de la Chambre. Een hunner werd gearresteerd, doch nadat hij een alibi had getoond werd hij weer op vrije voeten gesteld. In het huis van den heer V. even wel trof men reeds dadelijk de fiets met den dubbelen stang aan. Dit vormde een aanwijzing! En bij deze aanwijzing voegden zich meer. Op de klee- ren van den heer V. werden bloedsporen ge vonden. Bij zijn arrestatie geraakte de heer V. zeer overstuur. Bij het eerste verhoor ont kende hij iets met het gebeurde uitstaande te hebben. Hij was wel des morgens bij den heer de la Chambre geweest, doch niet des avonds, aldus verklaarde hij in den beginne. Doch voor het feit, dat hij zich niet bij de politie gemeld had wist hij geen afdoende ver klaring te vinden. „Ik zou wel uit mezelf geko men zijn", zoo zei hij, doch dit klopte weer niet met de mededeeling dat hij des avonds niet geweest was. Want waartoe zou hij dan (Volgens radiografische berichten uit zee hebben vischtrawlers de eerste nieuwe haring gevangen). Dat is een sappig malsch bericht, Het brengt een glans op het gezicht, Een tong komt even uit den mond, En draait over de lippen rond, Een welvoldane diepe zucht, Stijgt trillend in de lentelucht, Het geestesoog ziet aan den disch, De komst weer van de nieuwe visch.... De haring, vind ik, heeft als dier, In zijn bestaan niet veel plezier, Hij blijft in school den heelen dag, Die hij alleen verlaten mag, Wanneer hij via 't visschersnet, In kantjes wordt aan kant gezet: Waarna hij, hoe voorzien ervan, De kuit (en) niet meer nemen kan En plotseling een „waT'visch wordt, Doch ook die glorie duurt maar kort. De mensch treedt hem met blijden groet, Zoetwatertandend tegemoet, En als de mensch je zoo bemint, Als nieuwe haring 't ondervindt, Dan brengt je ook per slot van stuk. De liefde waarlijk geen geluk Hij wordt wel aan den disch genood, Maar deze eer komt na zijn dood, Terwijl zij niet meer voor hem is, Dan 'n eervolle begrafenis Neen, haring zijn lijkt mij nou echt Geen voorrecht, hoogstens voorgerecht. Belangrijke materiëele schade. In den nacht van Zaterdag op Zon dag zijn op het nieuwe rangeerterrein in Amsterdam-Oost twee goederen treinen met elkaar in botsing gekomen. Er ontstond over een afstand van on geveer 100 meter een groote ravage. Beide locomotieven kregen aan de voorzijde groote schade, in totaal ont spoorden vijftien wagons, terwijl acht van deze wagons zoodanig in elkaar werden gedrukt, dat zij niet meer bruikbaar zijn. Persoonlijke ongelukken gebeurden gelukkig niet. Oorzaakverkeerde wisselstand. Het was ongeveer half drie. dat uit de rich ting Hilversum een goederentrein naderde. Zij reed met een voor goederentreinen normale snelheid. Op het rangeerterrein, dat zich be vindt ten Zuiden van de Kruislaan in de Wa tergraafsmeer stond op een aangrenzend spoor een andere goederentrein, die op het punt van vertrek stond en ook in de richting Hilversum zou gaan wegrijden, zoodra eerst genoemde trein was gepasseerd. Door een ver keerden wisselstand echter kwam de uit de richting Hilversum naderende trein op het spoor van de wachtende groep wagons. Een botsing was nu niet meer te voorkomen en met een hevigen klap, die tot in wijden om trek hoorbaar moet zijn geweest, botsten beide locomotieven tegen elkaar op. Er ontstond een geweldige ravage. Acht groote goederen wagons van den trein, die op het verkeerde spoor was gereden, werden volkomen in el kaar gedrukt en zij lagen schots en scheef Locomotieven doorstonden de botsing glansrijk. door elkaar; enkelen waren geheel van het onderstel afgerukt en waren negentig graden omgedraaid, weer andere wagons waren ge kanteld of waren geheel onder voorgaande en eveneens vernielde wagons verdwenen. Deze groote ravage was het gevolg van het feit, dat de trein, waartoe deze wagons be hoorden, met vrij groote snelheid had gere den, waardoor de druk van achteren zoo groot was geweest, dat de wagons vlak achter de locomotief als harmonica's werden ingedrukt. De stilstaande trein kreeg veel minder schade, wel ontspoorden van deze groep wa gens in totaal zeven wagons, doch de mate- rieele schade, die hierdoor ontstond, was van minder beteekenis en zij kan weer worden hersteld. Beide goederentreinen waren gela den met stukgoederen. Het vrachtgoed in de acht vernielde wagons is uit den aard der zaak verloren gegaan, terwijl ook het vracht goed in bijna alle andere wagons van beide tremen meer of minder beschadigd is gewor den, een nauwkeurig onderzoek daaromtrent zal nog moeten worden ingesteld. Ook sporen vernield. Doch niet alleen de twee goederentreinen, ook het spoor, waarop de botsing gebeurde, werd over een afstand van circa 100 meter volkomen verwoest. Op enkele plaatsen waren de rails afgenapt als gold het slechts het bre ken van lucifershoutjes en op weer andere plekken lagen de zware ijzeren balken in groote kronkels kris en kras door elkaar. Zij demonstreerden de kracht, waarmede de bot sing had plaats gehad en de ontzaggelijke druk. welke op de vernielde wagons was uit geoefend. In dat licht bezien is het haast on begrijpelijk, dat de twee locomotieven dezen druk glansrijk doorstonden. Het bedienend personeel werd weliswaar door elkaar gegooid, maar gewond werd er gelukkig niemand. Bleef de eene locomotief in de rails staan ook een zeer opmerkelijk feit; de andere werd slechts met één as naast de rails gezet. Beide machines werden aan de voorzijde ingedrukt, doch beide konden op eigen kracht verder gaan. Het personenvervoer ter plaatse werd Zon dag niet gestagneerd, omdat het ongeluk is gebeurd op een zijlijn van het rangeerterrein. Het goederenvervoer in den nacht van Za terdag op Zondag ondervond ook geen stag natie van beteekenis. Prins-regent Paul van Joego-Slavië, die thans met zijn gemalin te Rome vertoeft, heeft in gezelschap van het Italiaansche koningspaar een bezoek aan het beroemde Romeinsche Kapitool gebracht. Toen arresteerde de politie hem en was de pret uit. Jn één dag l2000 opgemaakt. Belooning was in het uitzicht gesteld. Vrijdagmiddag verloor de jongste bediende van een groote firma aan de Heerengracht te Amsterdam een van vele roode lakzegels voor ziene enveloppe, inhoudende een aantal waar depapieren en bankbiljetten. Het bedrag, dat deze bankbiljetten vertegenwoordigden, was in totaal f 10.000.—. De jongen had deze enveloppe van het hoofdpostkantoor gehaald. De afstand van het hoofdpostkantoor naar het gebouw, waarbij de firma is gevestigd, bedraagt slechts enkele honderden meters, doch hoewel de jongeman onmiddellijk terugwandelde, was en bleef de enveloppe onvindbaar. Aangezien de bediende volkomen is te vertrouwen en hij zelf trouwens niet had geweten, welke waarde de inhoud van de enveloppe vertegenwoordigde, stond de politie van het bureau Warmoesstraat voor de moeilijke opgave licht in deze duistere zaak te brengen. Leek deze taak uit den aard der zaak aanvankelijk erg hopeloos, de oneerlijke vin der zorgde er zelf voor, dat de politie reeds den volgenden morgen een aanknoopingspunt had en wel doordat de enveloppe, waarin het geld had gezeten, nabij de Nieuwe Kerk werd ge vonden. Toen de recherche Zaterdagavond bo vendien de mededeeling ontving, dat er zich van Vrijdagavond af in donker Amsterdam, in de cafés aan en bij den Zeedijk een man be vond, die geld uitgaf als water, spoorden twee rechercheurs dezen man op, hetgeen geen moeilijke opgave was. Het bleek, dat deze ongeveer 30-jarige re clameschilder inderdaad de oneerlijke vinder was geweest. In zijn zakken vond men een bedrag van ongeveer f 8.000.—, een som van f 2.000.— was dus binnen 24 uur opgemaakt. Tijdens het on derzoek is komen vast te staan, dat deze man de enveloppe in de Raadhuisstraat heeft ge vonden. Twee vrouwen en een man uit de omgeving van den Zeedijk, die Zondagmorgen werden aangehouden, omdat zij de laatste 24 uur in het gezelschap van den reclameschilder had den vertoefd en geweten zouden hebben, dat hun zoo royale gastheer niet eerlijk aan het geld zou zijn gekomen, zijn Zondagmiddag weer op vrije voeten gesteld. De tegen hen in gebrachte beschuldigingen bleek niet juist te zijn. De reclameschilder is uit den aard der zaak ingesloten. Wanneer hij het geld zou hebben terugge bracht, zou hij een groote belooning hebben gekregen. De' verzekeringsmaatschappij had reeds f 1.000.— uitgeloofd voor den eerlijken vinder. Wat de oorzaak betreft vernamen wij nog, dat de verkeerde wisselstand een gevolg is geweest van een vergis sing, die in de wachtpost Water graafsmeer Oost heeft plaats gehad. De spoorwegautoriteiten stellen uit den aard der zaak een nauwkeurig onderzoek in. De uit de rails gewipte en beschadigde wa gons werden in den loop van den Zondag naar het stationsemplacement de Rietlanden ver sleept. terwijl de grondig vernielde wagons op open wagens werden geheschen, waarna zij eveneens werden weggevoerd. Het zal echter nog geruimen tijd duren, voordat de toestand weer normaal Is, want in het vernielde ge deelte spoor zaten een aantal wissels, die natuurlijk ook onbruikbaar zijn geworden. Vijfduizend dooden bij de lucht aanvallen op Tsjoengking. Groote verwoesting aangericht. De directeur van den nationalen gezond heidsdienst in China, Jen Foe Tsjing, heeft medegedeeld, dat tengevolge van de Japan- sche luchtaanvallen op Tsjoengking op 3 en 4 Mei 5000 burgers zijn omgekomen en 2000 gewond; 2400 gebouwen zijn verwoest. Vijftig millioen menschen in China hebben naar andere streken moeten vluchten, 16 mil lioen van hen zijn van alles beroofd en moe ten door den staat onderhouden worden. Tsjang Kai Sjek heeft de teelt van opium in de Zuid-Westelijke provincies verboden. Amerikaansch protest. In een persconferentie heeft de Amerl- kaansche staatssecretaris van buitenlandsche zaken Huil medegedeeld dat de ambassadeur te Tokio tot de Japansche regeering een mon deling vertoog heeft «gericht naar aanleiding van de luchtaanvallen op Tsjoenking, Ningpo en Foetsjau. Huil zeide dat het protest berust op het bekende standpunt der Amerikaansche regeering, die bombardeeren van de burgerbe volking veroordeelt. De ambassadeur heeft nog geen mededeeling gedaan van het ant woord der Japansche regeering. Ontvoerde uitgever teruggevonden Politieke achtergrond? De uitgever Palmer Putnam, de echtgenoot van de omgekomen aviatrice Amelia Earhart, die sinds eenige dagen vermist werd, is door de politie teruggevonden in een in aanbouw zijnd huis te Bakersfield op 100 kilometer van Los Angeles, waar hij zijn woning heeft. Hij was gebonden. Volgens zijn verklaringen is hij ontvoerd door twee mannen die Duitsch spra ken en van hem wilden weten, wie de schrij ver was van het boek „De man. die Hitier doodde", dat door Putnam is uitgegeven. Hij slaagde er in hen er van te overtuigen, dat hij den naam van den schrijver niet kende. Het was bekend, dat Putnam onlangs een brief heeft ontvangen, waarin hij met den dood bedreigd werd, indien hij de publicatie van het boek niet zou staken. Die brief was geteekend: „De nazi's van Los Angeles. Heil!" Putnam verklaarde dat de ontvoerders hem in zijn garage hadden verrast. Zij lieten hem in een auto stappen en reden weg. Zij hadden hem niet mishandeld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 1