De weg is apen
!BeCq ië mmscht
iagelsche koningspawt
voor nieuwe kansen
IQRD HALIFAX:
NIEUWS IN 'T KORT
geen militaire bondgenootschappen.
JUextot dedt hei standpunt
dei Tlededandsche leyeetinq.
te Washington.
VRIJ PAG 9 JUNI 1939
als de onafhanke
lijkheid der naties
erkend wordt is de
britsche receerinc
bereid het vraag
stuk der „levens
ruimte" onder de
oocen te zien.
Lord Halifax.
De Engelsche minister van buiten-
landsche zaken, Lord Halifax, heeft
gisteren in het Hoogerhuis den inter
nationalen toestand langdurig bespro
ken.
Wij moeten ons er van bewust zijn,
zeide de minister, van welk een zeer
groot belang het is, al het mogelijke te
doen om het standpunt van andere
naties te begrijpen en ook ons stand
punt haar te doen begrijpen. De
Britsche politiek schijnt ons open en
duidelijk toe, doch wellicht is het niet
moeilijk, zich voor te stellen, hoe
anders zij velen intellectueelen in
Duitschland kan toeschijnen.
Er moeten er velen zijn, die niet minder dan
Wij geschokt zijn door de behandeling -der Jo-
den -en.-die inzien dat/, wat Duitschland ook
•gevonden mag hebben van de betrekkingen
tusschen Duitschland en Tsjecho-Slöwakije,
zooals het na München was geworden, het on
verstandig en onjuist was, dit vraagstuk op te
lossen door de vernietiging van de Tsjechische
onafhankelijkheid. Wat ook ons oordeel mioge
Zijn, ik vermoed, dat zulke menschen in
Duitschland in het licht der geschiedenis van
de na-oorlogsche jaren de overtuiging zijn
toegedaan, dat Duitschland nooit bereikt zou
hebben, dat de door dit land volkomen ge
rechtvaardigd geachte eischen in overweging
werden genomen, als het niet gereed was ge
weest, deze eischen met geweld te steunen.
Voor den patriottischen Duitscher is het
dan geen groote stap, die hem naarstig inge
prente leerstelling te aanvaarden, dat de
Britsche politiek bestaat uit het blokkeeren
van alle Duitsehe aspiraties. Er schuilt een
werkelijk gevaarlijk element in den tegen-
woordigen toestand, namelijk dat het Duit
sehe volk gaat overhellen naar de conclusie,
dat Engeland ieder verlangen om tot een goede
verstandhouding te komen, heeft laten varen
en dat van nieuwe pogingen, als zijnde hope
loos, moet worden afgezien.
Het Britsche volk heeft er voortdurend
naar gestreefd tot een overeenstemming met
Duitschland te geraken, die niet slechts bij
zondere kwesties zou regelen, doch die tevens
de betrekkingen tusschen de twee landen op
een hechte basis van wederzij dsch vertrouwen
zou plaatsen.
Het was onvermijdelijk, zoo zeide Halifax,
dat de gebeurtenissen sedert 1933 de ontwik
keling van de vriendschappelijke betrek
kingen tusschen Engeland en Duitschland
ernstig gestoord hebben. Spreker herinnerde
aan de bezetting van Tsjecho-Slowakije en ver
volgde: Er is geen tragischer of rampzaliger
vergissing dan te denken dat, omdat het
Britsche en het Fransche volk duldzaam zijn
en geneigd, geschillen door onderhandeling
te regelen, zij minder vastberaden zijn dan
andere volken. Als het inderdaad waar is,
dat in geen land de leiders het duistere
voornemen koesteren, regelingen op te leg
gen onder den druk van overweldigende
machtsmiddelen, dan zal geen onzer verplich
tingen ooit in werking treden.
Nieuwe hoop.
De weg is open voor nieuwe kansen,
waarvan allen kunnen profiteeren en de
.naties kunnen snel de atmosfeer van
twijfel, onzekerheid en vrees, waarin zij
de laatste paar maanden hebben moeten
leven, te boven komen. Ik put moed uit
de rede, welke Mussolini op 14 Mei te
Turijn heeft gehouden, waarin hij zeide,
dat millioenen de vraag stelden, dat er
geen vraagstukken waren, die een oorlog
rechtvaardigden.
Doch, zoo verklaarde Halifax, als deze pro
blemen door onderhandeling moeten worden op
gelost, moet er aan beide zijden goede wil zijn
en bereidheid rekening te houden met het stand
punt van den ander en te geven zoowel als te
nemen. Er moet van beide kanten de overtuiging
heerschen, dat het woord van den ander zal
Worden nagekomen. Is het teveel, te hopen, dat
m deze twintigste eeuw, het den volken van
Europa en hun leiders mogelijk zal zijn, deze
"vrije omstandigheden tot stand te brengen en
aldus het woord „agressie" uit het woordenboek
>an Europa te schrappen?
Het is veelbeteekenend zeid Halifax, dat on
der de eerste betuigingen van deelneming aan
den koning namens de bevolking van andere lan
den toen de „Thetis" was gezonken, zich bood-
•ddappen bevonden van Hitler en Mussolini. Kan
men, zoo vroeg spreker, hierin ook niet een
uiting zien van de bereidheid der groote volken,
hoezeer zij ook in politiek opzicht verschillen,
nader tot elkander te komen op de gemeenschap
pelijke basis der menschelijkheid? Niets zou tra
gischer zijn, dan dat zij, door een te vennijden
misverstand de hoop zouden moeten opgeven op
zoodanige samenwerking als voor den vrede in
Europa de grootste bijdrage in de geheele ge
schiedenis zou kunnen opleveren.
Tijd van eenzijdige actie voorbij.
Onze eenige wensch, zoo vervolgde
Halifax, is al ons gewicht in de schaal
van vreedzame regeling te werpen. Doch
de tijd is voorbij, waarin de onafhanke
lijkheid van Europeesche naties kon wor
den vernietigd door eenzijdig optreden
en het is duidelijk, dat iedere poging,
dit toch te doen, op uitgebreiden en vast
beraden tegenstand zal stuiten. Doch,
mits de onafhankelijkheid der naties er
kend wordt, is de Britsche regeering niet
alleen bereid, doch ook verlangend,
het geheele vraagstuk van den economi-
schen „Lebensraum" onder de oogen te
zien, niet slechts voor Duitschland, doch
voor alle Europeesche naties.
Ten aanzien van de mogelijkheid van een
internationale conferentie, die als oplossing
wordt voorgesteld, veroorloof ik mij,, er twij
fel over uit te spreken, of zulle een conferentie
op zichzelf kans op succes biedt.
Niet alle Duitsehe eischen komen in aan
merking voor een bespreking aan de conferen
tietafel en Engeland verlangt de twistpunten
slechts geregeld te zien op een basis, die een
duurzamen vrede kan verzekeren.
Zelfs als overal wordt ingezien dat aan
nieuwe daden van agressie tegen de onafhan
kelijkheid van Europeesche staten zoo noodig
met wapengeweld tegenstand zal worden gebo
den, kan niemand veronderstellen, dat Europa
tot rust kan komen zoolang de Europeesche re
geeringen verdeeld zijn in groote vijandig tegen
over elkaar staande groepen en dat de landen
in een soort van labiel evenwicht zullen blijven,
terwijl hun volken langzaam verarmen onder
den last der bewapening en de stagnatie in den
handel, die er zeker het resultaat van zal zijn. De
Britsche regeering wil zeer stellig het punt be
reiken, waarop internationale geschiHen tot voor
werp kunnen worden gemaakt van. kalme, on
bevooroordeelde onderhandelingen.
Bij de meeste problemen, die regeling behoe
ven, is sprake van in strijd met elkaar zijnde
eischen, van elk waarvan met een zeker recht
gezegd kan worden, dat zij een zekeren grond
slag van billijkheid hebben, en geen waarvan
volkomen kan worden ingewilligd als rekening
gehouden wordt met 'n niet minder sterk geval
aan den anderen kant. In zulk 'n geval is 't vol
komen duidelijk, dat geen rechtvaardige regeling
kari'worden: bereikt; tenzij, beidepartijen zulks
wenschen.
De menschen zijn in deze dagen geneigd te
zeggen, dat een oorlog onvermijdelijk is. Ik deel
dit standpunt niet (toejuichingen).
Als het ooit zoover mocht komen, heb ik niet
den minsten twijfel omtrent het eindresultaat,
doch ik kan moeilijk gelooven, dat zij die ge
neigd mochten zijn een oorlog te riskeeren, zoo
zij zich eens wilden vergewissen van de goede
trouw van hen, met wie zij te doen hebben, niet
van oordeel zouden zijn dat het verstandiger en
voordeelïger is door onderhandeling de moei
lijkheden op te lossen, die onvermijdelijk ont
staan bij het regelen van eischen en bij het vol
doen aan de behoeften van een zich voortdurend
wijzigende wereld.
De onderhandelingen met Turkije.
Ten aanzien van Turkije heeft Halifax
zegd dat het eerste stadium der onderhandelin
gen, hetwelk op 12 Mei met succes werd afge
sloten, en het verdere overleg, waarin de regee-
ringsverklaring van toen voorzag, thans actief
vervolgd worden.
Halifax hoopte binnen zeer korten tijd te kun
nen mededeelen, dat de onderhandelingen met
succes waren voltooid.
Ernstig fabrieksongeluk in
Duitschland.
HARZGERODE (Harz), 8 Juni.
In een fabriek alhier heeft zich gis
teren een ernstig bedrijfsongeluk
voorgedaan, waarbij 19 arbeiders ge
wond werden, waarvan tien ernstig.
Van de zwaargewonden zijn er in den
afgeloopen nacht acht overleden. Het
is te verwachten, nog meer gewon
den zullen overlijden. (D.N.B.)
Te Follesoe in Noorwegen heeft een hevige
brand gewoed in een inmakerij van sardines.
De schade bedraagt naar schatting een mil-
Iioen kronen.
Serrano Suner en de leden der Spaan-
sche missie, die zich thans te Rome bevinden,
ontvangen.
Later hebben de Spanjaarden een bezoek
gebracht aan kardinaal Maglione.
De Duitsehe ambassade te Parijs heeft ver-
De Duitsehe ambassade te Parijs heeft
verklaard dat het gerucht, volgens hetwelk
de vroegere bondskanselier van Oostenrijk,
Schuschnigg, vermoord zou zijn, zuiver op
verzinsel berust.
De schaarschte van koffie in Italië is
aanleiding tot gevallen van prijsopdrijving,
welke door de autoriteiten zwaar worden
straft. Drie winkeliers te Rome, die koffie
boven den vastgestelden prijs hadden ver
kocht, werden veroordeeld tot het sluiten
van hun zaak gedurende tien dagen.
Reuter meldt dat Sir William Strang,
Zaterdag per vliegtuig naar Moskou zal gaan.
Daar Helgoland is aangewezen als te be-
hooren tot de veiligheidszone van het Duit
sehe rijk zal de toegang tot het eiland voor
vreemdelingen verboden zijn. De toegang tot
het eiland is voor Duitsehe burgers geheel
vrij.
De hooge raad der nationale defensie te
Tsjoengking heeft besloten een bevel tot ar
restatie uit te vaardigen tegen den oud-vice-
voorzitter van den Kwo Min Tang. Wang
Taping Wei, die van hoogverraad wordt be
schuldigd.
Engelsche hulde voor het
Fransche leger.
Hore Belisha en generaal Gamelin wisselen
redevoeringen.
Na een banket, dat gisteren door de Brit
sche regcering was aangeboden ter eere van
generaal Gamelin heeft de minister van oor
log, Hore Belisha, in het Fransch een rede
uitgesproken waarin hij hulde bracht aan
generaal Gamelin en het Fransche leger. De
minister Jcondigde aan, dat op 14 Juli ver
tegenwoordigers van het Britsche leger naar
Parijs zullen komen. Hoare Belisha besloot
zijn rede als volgt: „Men beweert, dat in een
ridderlijker tijdperk dan het onze uw voor
ouders, onze voorouders groetende, zeiden:
„Heeren Engelschen aan U het eerste schot".
Thans zijn ons streven en onze gemeenschap
pelijke belangen zoodanig dat de kiwestie, wie
liet eerste schieten zal, niet meer opkomt, zoo
noodig zullen wij niet in gebreke blijven te
zamen te vuren".
In antwoord op de rede van Hore Belisha
heeft generaal Gamelin op zijn beurt gewezen
op de banden, die Frankrijk en Engeland
binden en die zoo sterk zijn, dat „geen van
beide landen geheimen kan hebben of reser
ves kan maken, wanneer het andere land be
trokken is". Spreker gaf uitdrukking aan de
dankbaarheid van Frankrijk voor den omvang
der inspanning van Engeland op het gebied
der herwapening ter zee, in de lucht en te
land" en voor de invoering van den dienst
plicht. Hij besloot als volgt: „wanneer, het
geen God verhoede, een oorlog mocht uit
barsten. zullen de mobiele strijdkrachten van
Frankrijk gereed zijn om op te treden volgens
de behoeften der omstandigheden. Wij weten,
dat uw troepen zich bij de onze zullen voegen.
Onze soldaten zullen te beter strijden, daar
zij er zeker van zijn, dat de „tommies" snel
ler aan hun zijde zullen komen".
Regeering voert onaf-1
hankeli j kheidspolitiek
Het lichten van de „Thetis".
In antwoord op de vraag van Lord Strabolgi
of hij de in de bladen verschenen berichten,
dat de redding van duikboot „Thetis" zou zijn
opgegeven, zou kunnen tegenspreken, heeft Lord
Stanhope gezegd, dat hij die verklaring kon
tegenspreken aangezien daarvoor voor het
oogenblik geen enkele grond bestaat.
Volgens Havas is het mogelijk diat het lichten
van de boot eenige maanden zal duren.
Elf personen door gas bedwelmd.
Zes hunner overleden.
Havas verneemt uit St. Brieuc (Frankrijk)
Bij e enbrand in een drukkerij te Chateaudren
zijn elf personen door uitstroomende gassen
bedwelmd. Zes hunner zijn overleden, De toe
stand der overige vijf is ernstig.
De Afmattende Warmte
veroorzaakt Slapeloosheid, maakt Benauwd
en Onrustig. Mijnhardt's Zenuwtabletten
maken Kalm en geven U een Verkwikkenden
slaap. Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten.
(Adv. Ingez. Med.)
Bij de behandeling van de begroo
ting van buitenlandsche zaken in de
Belgische Kamer heeft minister-presi
dent en minister van buitenlandsche
zaken Pierlot een rede gehouden,
waarin hij de buitenlandsche politiek
van België, die zooals hij zeide niet
een neutraliteitspolitiek, doch een po
litiek van onafhankelijkheid is, uit
eenzette.
België, dat bezield is met den vasten wil,
den vrede te bewaren, aldus Pierlot, is vast
besloten slechts de wapens op te nemen bij
een aanval, die rechtstreeks zijn levensbe
langen bedreigt. Wij zijn vastbesloten, al onze
grenzen zonder uitzondering en zonder voor
behoud te verdedigen, zoowel in Europa als in
Afrika. Wij willen niet, dat men voor moeilijk
heden, die gerezen zijn tusschen twee vreemde
mogendheden, in weiken hoek van Europa
ook, een beroep kan doen op onze medewer
king, door zich te beroepen op juridische ver
plichtingen, die in strijd met onzen wil zou
den zijn.
De garanties welke ons gegeven zijn
door Frankrijk, Engeland en Duitsch-
land houden geen wederkeerigheid in.
Wij hebben geen politieke of militaire
bondgenootschappen en geen andere
contractueele verplichtingen op dit ge
bied dan die welke op ons ritsten als
lid van den Volkenbond.
De minister besprak vervolgens de betrek
kingen met Nederland, en ging hierbij uit van
de vrees, die de openbare meening sedert
eenigen tijd koestert voor een mogelïjken in
val in Nederland. Indachtig aan het verband
tusschen de gevaren en belangen, zeide Pierlot,
zouden sommigen onzer medeburgers gaarne
hebben gezien, dat wij een militair verbond
met onze Noorderburen sloten, in dier voege,
dat, zoo een der beide landen wordt aangeval
len, het andere te hulp moet komen. Ook zou
men willen dat de regeering verklaarde dat zij
in een dergelijk geval doortocht over Belgisch
grondgebied zou verleenen aan buitenlandsche
troepen, die dezen doortocht zouden verlangen
om Nederland te hulp te komen.
Deze voorstellen worden niet alleen ingege
ven door de zorg voor het belang van België.
De geestelijke vaders ervan worden ook ge
leid door de groote sympathie, die bestaat
tusschen de beide volken, welke geschapen
zijn om elkaar te begrijpen en die door een
groote gemeenschap van aspiraties, zoowel als
door de vriendschap, die hun dynastieën ver
bindt, steeds meer tot samenwerking neigen
Ik ken de kracht dezer gevoelens. De regee
ring deelt ze. Hun levendigheid is eenige da
gen geleden op indrukwekkende wijze geble
ken ter gelegenheid van het bezoek van H.M.
de Koningin der Nederlanden. Wij wenschen
dat in de zoo gunstige omstandigheden, welke
aldus geschapen zijn, steeds naar een gele
genheid tot toenadering tusschen Nederland
en België gezocht wordt en dat de beide zus-
ternaties steeds meer bij dragen tot de werken
van den vrede: op economisch gebied, op dat
der cultureele betrekkingen, bij de verdediging
van de juridische en moreele beginselen, waar
aan zij ten zeerste verknocht zijn en in elimi
natie waarvan uit de internationale betrek
kingen zij niet zouden kunnen berusten.
Wat een militair verbond aangaat,
antwoord ik in de eerste plaats dat er,
om het te sluiten, twee partijen noodig
zijn en bij deze gelegenheid herinner
ik aan de verklaringen, die de heer
Patijn in Februari j.l. heeft afgelegd.
De houding van de regeering van
Nederland is verstandig en zij wordt
ingegeven door dezelfde zorgen als die
welke ons bezighouden. Laten wij ons
ook hier ervan weerhouden vooruit te
loopen op de toekomst en, wellicht
onnoodig, de kansen om in een conflict
te worden betrokken, te vergrooten.
En wat betreft de doortocht van hulplegers
door België, laten wij ons ervoor wachten,
onze verlangen voor werkelijkheden te hou
den, en ons door willekeurige veronderstellin
gen te laten meesleepen op een weg, waarvan
wij slechts gevaren kunnen verwachten, zon
der eenig nuttig tegenwicht, noch voor ons,
noch voor onze buren.
Na nog verklaard te hebben, dat België met
al zijn buren correcte en vreedzame betrek
kingen wil onderhouden, besloot Pierlot met
erop te wijzen van hoe groot belang een goede
voorbereiding van het leger voor de onafhan-
kelij kheidspolitiek is.
HARTELIJKE BEGROETING
door President Roosevelt.
WASHINGTON, 8 Juni. De koning en ko
ningin van Engeland zijn hier vanmiddag gear
riveerd. Aan het station werden zij door den
president en mevrouw Roosevelt en door een
delegatie van hooge regeeringsambtenaren be
groet.
Zestigduizend menschen stonden langs
de route van het station naar het Witte
Huis opgesteld. Het was prachtig weer
en zeer warm, de thermometer wees 90
graden Fahrenheit aan.
Over den stoet kruisten tien groote
vliegtuigen, de „vliegende forten" en
42 jachtvliegtuigen.
Na de begroeting inspecteerde de ko
ning eerst de eerewacht die stond opge
steld en die gevormd werd door 200
mariniers en 60 matrozen.
De koning was gekleed in het admi
raals-uniform, de koningin in het grijs,
mevrouw Roosevelt in het blauw, ter
wijl de president in jacket was met
hoogen hoed.
Roosevelt wachtte in een speciale wacht
kamer van het station op het konink
lijke paar waar hij en mevrouw Roo
sevelt lachend de hand van koning
George en koningin Elizabeth drukten
waarna de hooge Amerikaansche auto
riteiten het Engelsche koningspaar op
dezelfde wijze begroetten. Geen enkele
Amerikaan maakte een reverance.
Roosevelt begroette den koning en ko
ningin met een hartelijk: „Hoe gaat het
met u, ik ben blij u te zien". De begroe
ting werd gekendmerkt door een har
telijk karakter zonder stijve formali
teiten.
Van het station reed het gezelschap in plech-
tigen stoet overal luide toegejuicht, naar het
Witte Huis, waar een dichte menigte hen storm
achtig begroette.
Na een noenmaal met president en mevrouw
Roosevelt, waarbij o.a. aanwezig waren Macken
zie King en de drie zoons van Roosevelt met hun
echtgenooten, reden de Engelsche koning en ko
ningin tezamen met den president en zijn echt-
genoote uit voor een tocht door Washington. Des
middags woonden de koning en de koningin een
tuinfeest bij in de Britsche ambassade, waar on
geveer veertienhonderd gasten, onder meer de
leden van het corps diplomatique en de leden
van het Congres, aanwezig waren. Des avonds
werd een banket aangeboden waarvoor de pre
sident ongeveer honderd gasten had uitgenoo-
digd.
In zijn tafelrede zeide Roosevelt o.a.
dat in het leven van een land zoowel
als van een individu oogenblikken van
groote vreugde zijn. Voor de Vereenig-
de Staten is zulk' een oogenblik de
begroeting van het Britsche konings
paar op hun grondgebied. Tevens moet
men dankbaar zijn, zoo vervolgde
Roosevelt, voor de banden van vriend
schap, welke beide volken verbinden.
Hij is er van overtuigd, dat beide volken
als bijdrage aan de beschaving en het welzijn
der volken het voorbeeld moeten geven van
het onderhouden van de betrekkingen tus-
schen twee mogendheden.Aangezien geen van
beiden vrees koestert voor den ander worden
de grenzen niet verstrekt en aangezien geen
van beiden een aanval van den ander vreest,
wordt geen bewapeningswedloop gehouden.
Roosevelt maakte melding van de vreedzame
wijze waarop het geschil over de beide eiland
jes in den Stillen Oceaan tusschen beide lan
den is opgelost. Beide landen gebruiken thans
deze eilanden als basis voor hun handelsvlieg
tuigen, welke den dienst tusschen Australië
en Amerika onderhouden, terwijl het vraag
stuk van de definitieve souvereiniteit is uit
gesteld tot 1989. Indien dit voorbeeld overal
werd nagevolgd zou de menschheid een ge
lukkige, welvarende en vreedzame toekomst
tegemoet gaan.
De president besloot zijn rede met de woor
den: „Moge deze geest van begrijpen tusschen
onze landen steeds grooter worden en moge
onze vriendschap toenemen".
Koning George beantwoordde deze rede met
te danken voor de vriendelijke uitnoodiging,
welke hem en de koningin had getroffen.,
evenals de hartelijke ontvangst, welke hen te
beurt was gevallen. Vervolgens bracht hij de
groeten van Canada aan de Vereenigde Staten
over, alsook de meest hartelijke betuigingen
van goeden wil van alle dominions en het ge
heele Britsche rijk; de koning wenschte den
president alle mogelijke geluk en voorspoed
Verder verklaarde hij te vertrouwen dat de
toekomst van de Vereenigde Staten zal wor
den gekenmerkt door vooruitgang van de wel
vaart en hij besloot zijn rede met de woorden
„Ik bid, dat onze groote mogendheden in de
toekomst steeds tezamen mogen wandelen op
het pad van vriendschap in een wereld van
vrede".
Bezoek aan Mount Vernon.
Vandaag zullen koning George en de ko
ningin in het jacht van president Roosevelt
de Potomac afvaren naar Mount Vernon, de
plaats waar wijlen George Washington heeft
gewoond en waar hij thans begraven ligt.
Thans maakt New York zich gereed het ko
ningspaar te ontvangen. Een van de New
Yorksche bladen schrijft als opschrift boven
het verslag van het bezoek van het konings
paar aan Washington: „George VI verovert
Washington".
De „New York post schrijft: „De vorsten
worden door het volk der Vereenigde Staten
ontvangen als vertegenwoordigers eener groote
democratie, maar tevens als twee mensche-
lijke wezens, die door eigen waarde onder
scheiding verwierven en wij houden van hen en
hopen, dat zij van ons zullen houden".
De „New York Telegram" schrijft: „Wij hee-
ten hen zonder voorbehoud welkom. Wij hopen,
dat het volk van groot Brittannië even trotsch
is als wij, dat de beide volken, die vroeger
vijanden waren, thans de beste vrienden zijn.
Het is geen vriendschap van de soort van de
leelgenooten van de spil RomeBerlijn, het
;s geen ideologisch front of militaire entente,
het is geen bondgenootschap tot plunderine.
De betrekkingen tusschen beide volken zijn
gegrondvest op een gemeenschappelijke cul
tuur, op beschaafd begrip, omdat zij niet uit
politiek geboren zijn".
DALIC.
PROERAMMA
ZATERDAG 10 JUNI 1939.
HILVERSUM I, 1875 en 415.5 M
KRO-Uitzending.
8.009.15 Gramofoonmuziek. (Om 8.15 Be
richten). 10.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Gods
dienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 De Con
tinental Six. (1.001.20 Gramofoonmuziek). 2.00
Voor de rijpere jeugd. 2.30 Gramofoonmuziek.
2.45 Kinderuur. 4.00 KRO-orkest. 4.45 De KRO-
Melodisten en solist. 5.15 Filmpraatje. 5.30 Ver
volg KRO-Melodisten. 5.45 De KRO-Nachte-
gaaltjes. 6.15 Gramofoonmuziek. 6.20 Journa
listiek weekoverzicht. 6.45 Berichten, gramo
foonmuziek. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie „Het
abnormale schuldgevoel". 7.35 Actueele aether-
flitsen. 8.00 Berichten A. N. P., mededeelingèn.
8.15 Overpeinzing met muzikale omlijsting. 8.35
Gramofoonmuziek. 8.45 Gevarieerd concert. (Om
ca. 9.30 Uitzending namens de Nationale R.K.
Commissie voor Jeugdwerkloozenzorg). 10.30
Berichten A. N. P. 10.40 Causerie „Het onver
gankelijke Rijk" (Met gramofoonmuziek). 11.10
12.00 Gramofoonmuziek.
HILVERSUM II, 301.5 M.
VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. en 7.30
8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek (ca. 8.15 Berichten).
10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de
continubedrijven. 12.00 Gramofoonmuizek. (Ca.
12.15 Berichten). 2.00 Causerie „Door China
langs onbekende wegen". 2.20 Orgelspel. 3.00
Reportage. 3.30 VARA-orkest. 4.30 Esperanto-
uitzending. 4.50 VARA-orkest. 5.30 Filmland.
6.00 Reportage (Opn.). 6.28 Berichten. 6.30
Zeeuwsche uitzending. 7.00 VARA-Kalender.
7.02 Felicitaties. 7.10 Politiek radiojournaal. 7.30
8.00 Een half uur met ouders. 8.05 Herhaling
SOS-berichten. 8.07 Berichten A. N. P., VARA-
Varia. 8.20 VARA-orkest. 9.00 Puzzle-uitzending.
9.15 „En nuOké". 10.30 Berichten A. N. P.
10.40 Gramofoonmuziek. 10.45 Radiotooneel.
11.00 VARA-orkest en solist. 11.3012.00 Orgel
spel (Opn.).
DROITYVICH, 1500 M.
11.20 Gramofoonmuziek. 11.40 Het BBC-
Northern Ireland-orkest en James Moody's dans-
orkest. 12.20 Zang- en cello-voordracht. 12.50
Gramofoonmuziek. 1.20 Reportage. 1.50 New
Hippodrome-orkest. 2.50 Pianovoordracht. 3.20
Het Melingriffith Silver-orkest. 3.50 Scholieren
koor met orgel- en pianobegeleiding. 4.25 Uit
New York: Reportage. 5.05 Geraldo's orkest.
5.50 Reportage. 6.20 Berichten. 6.50 Sport-
praatje. 7.05 Zang en piano. 7.50 Radiotooneel.
8.20 Variété-programma. 9.20 Berichten; Nieuws
uit New York. 9.50 Uit Amerika: Amerikaansch
weekoverzicht. 10.0512.20 Reportages 1100—
11.15 en 11.3011.50 Gramofoonmuziek).
RADIO PARIJS, 1648 M.
9.00; 10.00 en 11.20 Gramofoonmuziek. 12.30
Zaug. 1.00 Gramofoonmuziek. 1.25 Het Visciano-
orkest. 2.35 Gramofoonmuziek. 2.50 en 3.35
Zang. 3.50 Pianovoordracht. 4.05 en 5.05 Zang.
Pianovoordracht. 7.20 Gramofoonmuziek. 8.50
Zang. 9.05 Zie Brussel 484 M. 10.20 Gramofoon
muziek. 11.2012.50 Jo Bouillon en zijn orkest.
KEULEN, 456 M.
6.50 Gramofoonmuziek. 7.35 Het Kur-orkest
van Bad Pyrmont. 8.50 Danzïger Landes-orkest.
12.20 Het Omroeporkest. 2.30 Gramofoonmuziek.
4.20 Het Omroeporkest en solisten. 6.05 Piano
voordracht. 7.30 Mandoline-orkesten. 8.50 Leo
Eysoldt's orkest en vroolijk instrumentaal kwin
tet. 9.50 Vroolijk programma. 10.55 Hermann
Hagestedt's orkest en solist. 12.20 Gramofoon
muziek. 2.203.20 Nachtconcert.
BRUSSEL, 322 M.
12.20 Gramofoonmuziek. 12.50 en 1.30 Het
Omroeporkest. 1.50 Gramofoonmuziek. 2.25 Gra
mofoonmuziek (Met toelichting). 3.25 Orgel
spel. 4.35 Gramofoonmuziek. 4.50 Zang. 6.20
Het omroeporkest m.m.v. soliste en gramofoon
muziek. 8.20 Gramofoonmuziek. 8.50 Radiotoo
neel met muziek. 9.40 Gramofoonmuziek. 10.30
Dansmuziek (gr.pl.) 11.2012.20 Gramofoon
muziek.
BRUSSEL, 484 M.
12.20 Het Omroepdansorkest. 12.50 Gramo
foonmuziek. 1.30 Het Omroepdansorkest. 1.50
2.15 Gramofoonmuziek. 2.55 Germaine Ego's
orkest. 3.20 Zang. 3.35; 4.00 en 4.30 Gramofo:n-
muziek. 5.35 Cellovoordracht. 5.55 Marceau Bur
ton's musette-ensemble. 6.35 Gramofoonmuziek
(Met toelichting). 7.35 Gramofoonmuziek. 8.20
Vroolijk programma. 9.05 Het Omroep-sympho-
nie-orkest en solist. 10.30 Het Omroepdansorkest
cn solist. 11.2012.20 Gramofoonmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.35 Otto Dobrindt's orkest en solisten. 10.20
Berichten. 10.40 Saxofoonkwartet en piano. 11.05
Berichten. 11.20—12.20 Het Omroepkleinorkest
en solisten.