w £ee*wdeid: Zwerfkat Dames in de tram.... Recepten Goedkoop en toch smakelijk Nieuwe Uitgaven V RIJD'AG 14 JUCI 1939 E treffen elkaar in de cafeteria, toe vluchtsoord voor alle tijdelijk dak- loozen. Ditmaal is ze bepaald chic gekleed, blijkbaar een reactie op haar langdurige onverschilligheid ten opzich te van haar vrouwelijk schoon. „Wat ziet ze er goed uit", denk ik, terwijl ze zich naast me op de hooge kruk zet Wanneer ik scherper kijk, zie ik, dat ze haar vermoeidheid onder het bedrieglijk, laagje van rouge en poeder tracht te verbergen. „Heb je in lang niet ge zien", open ik het gesprek. „Ach nee", is het antwoord, „dat was ook juist mijn bedoeling! Ik had genoeg van al die kennissen. ïk kan nu ongeveer nergens meer komen of ik loop ze tegen het lijf. Die eeuwige vragen, hoe het met je gaat en wat je op 't oogenblik doet hingen me de keel uit. Ach, het is natuurlijk heel plezierig, zooveel belangstelling, maar soms wordt het me te benauwd. Ik voel dat ik weer eens weg moet, naar Parijs 'o.v., of naar Londen. Ik kan daar werk krijgen, een plaats in één van die kindertehuizen van Charlotte Bühler. 't Lijkt me enorm interessant, die kinderpsychologie! Een nichtje van me heeft er al meer geanalyseerd!" „Het zal je niet meevallen", werp ik er tusschen in. „Kinde ren zijn heel aardig voor een oogenblik, maar om je dag in dag uit met ze bezig te houden, is dat wel iets voor jou?" „Ja, je kunt wel gelijk hebben", geeft ze toe. ,,'t Is ook niet mijn bedoeling ze te gaan verzorgen! 't Lijkt me alleen zoo interessant. Maar 't is ook best mogelijk dat ik het niet doe. Een vriend van me schreef, dat hij een prachtig atelier voor me heeft gevonden, ergens op Montmartre. Dat zou juist iets voor mij zijn! Ik ben den laatsten tijd weer zoo'n beetje aan 't boetsee- ren, zooals je weet. O, ik heb echt behoefte, weer eens heelemaal uit die duffe Holland- sche atmosfeer weg te komen; ik moet me weer eens in het volle leven gooien, andere, nieuwe menschen zien! Ja, ik voel, dat ik daar behoefte aan heb; 'k heb zin, om me mooi aan te kleeden en iets geks te doen! In vredesnaam niet dat gewone saaie bestaan! Ja, en werken, werken en geld verdienen! Het moet nu maar eens uit zijn met die toelage van mijn vader. Ik heb het te gemakkelijk en dan kom je tot niets!" „Het zal je toch niet zoo gemakkelijk vallen, jezelf heelemaal te bedruipen". „Nee, dat niet, maar 'k voel, dat ik dat nu toch eindelijk moet doorzetten. Op je dertig ste jaar nog.afhankelijk van je ouders! Dan zal ik me pas heelemaal vrij voelen. Ik heb er over gedacht, ergens in betrekking te gaan. 't Is natuurlijk wel een inbreuk op m'n vrij heid, maar ik voel er toch ook wel voor, om eens geregeld bezig te zijn. Daar kan ik jou om benijden! Een vaste werkkring is zoo on eindig veel gemakkelijker dan altijd je eigen baas te zijn!" „Misschien stel je je dat toch wat al te gemakkelijk voor", geef ik tot ant woord. „Niets gaat vanzelf, ook de gebonden heid niet". „Nee, heelemaal binden zou ik me ook niet kunnen, wel voor een tijdje; daar ben ik te veelzijdig voor. Ik zou al mijn andere belang stellingen moeten opgeven, en er is zooveel, zooveel interessants. Het kan me soms moe maken, als ik denk aan alle boeken, die ik zou willen lezen, aan alle tentoonstellingen, die ik zou willen zien, en aan alle concerten die ik zou willen hooren. Tusschen twee haak jes, je vroeg me laatst, of je dat boek terug kon krijgen dat je me geleend hebt. 't Leek me erg de moeite waard, maar mag ik het nog een tijdje houden? Ik heb het nog niet uit; ik kom er haast niet toe, er -is altijd weer wat anders! O ja, dat heb ik je nog niet ver teld: ik heb met een merkwaardig mensch kennis gemaakt Hij schrijft en hij heeft heel bijzondere ideeën, 'k Weet zeker, dat hij nog eens beroemd zal worden. Hij vindt de maat schappij en de menschen rot; wil ook nie mand zien. Dagen en weken kan hij in z'n eentje zitten en maar schrijven". „Wat schrijft hij?" vraag ik nieuwsgierig. „O, dat weet ik niet; hij heeft nog nooit iets uitgegeven, en laat niemand ooit wat lezen, maar 't zal zeker goed zijn. Hij is zoo bijzon der fijn". „Hoe oud is hij?" „O, pas een en-twintig, maar wat doet dat er toe? Hij zou evengoed vijftig kunnen zijn wat zijn ge- dachtenwereld betreft. Ja, ik voel dat hij een grooten invloed op me heeft. Daarom denk ik er over, toch maar hier te blijven. Ik ga da delijk op zoek naar kamers. Ik kan een eeni- ge étage in een grachtenhuis krijgen, bij heel artistieke menschen. Schitterende oude dingen hebben die: we aten daar laatst met kaarsen verlichting en van antieke tinnen borden. Ja, er zit toch wat in, in die echt Hollandsche zeventiende-eeuwsche atmosfeer: degelijkheid, rust, achtergrond! Bij zulke menschen zou ik me thuis voelen en tot werk komen". „En Charlotte Bühler dan, en 't atelier in Parijs?" vraag ik schertsend. „O, dat is ook niet heelemaal van de baan! 'k Wil het hier eerst eens een maandje probeeren, zien of die men schen me liggen. Als 't me niet bevalt kan ik immers altijd nog naar 't buitenland!" Plot seling abrupt: „En jij nog altijd op datzelfde kantoor? En woon je nog altijd op diezelfde kamers? Hoe hou je het uit!" „Ja, nog al tijd op hetzelfde kantoor en op dezelfde ka mers. Kom je Zondag eens eten!" „Graag, ja, echt prettig weer eens in die gewone hui selijke atmosfeer van jou te zijn. Zie je, dat mis ik wel eens erg. Maarjij bent ook zoo gewoon!" „Nu, ik moet naar mijn werk, 't is al weer bijna tijd voor me. Tot Zondag dus?" „Ja, tot Zondag, tenminste't Is mogelijk dat ik er nog voor den tijd uitknijp, dan bel ik nog wel even!" M. B. Ditmaal gaan we onzen sportieven echtge- noot of grooten zoon eens verblijden met een. waarlijk onverslijtbare sportceintuur, waar aan een beurs en een zakje voor horloge of kompas bevestigd zijn. Een stevige leersoort en een dito voering zijn hiervoor vereischt. Het model is gemaakt van naturel varkensleer en gevoerd met gladde skiver in dezelfde tint. Varkensleder is oer sterk, doch tamelijk prijzig, men kan echter ook rundleder nemen, dat in een brume tint het mooist zal voldoen. Men kieze een afste kende kleur touw voor het stiksel, voor een lichte riem bruin of zwart, voor een donkere kan men het best de gewone touwkleur ne men. In laatste instantie zal de wensch van den toekomstigen bezitter wel den doorslag geven. Overgooier met broekje (1 tot VA jaar). Deze week een onverslijtbare heerensportriem GEZELLIG EN PRACTISCH We hebben het volgende noodig: a. een strook varkensleer, breed 3y2 cM. x taillelengte, vermeerderd met 15 cM. b. 2 stukken leer 10 x 7J/2 c.M. voor het hor logezakje; 1 stuk leer 10 x 10}4 cM. en een \an 10 x 7 1/2 c.M. voor beurs, voorts nikkelen gesp, eenige drukknoopen, een strook voering- leer en touw. Instrumenten: Revolvertang, waarin een ponspijpje van 1 mM. Deze laatste is los verkrijgbaar en kan op de plaats van een minder gebruikelijke maat ingezet worden. Verder een maasnaald met stompe punt. Werkwijze We teekencn de riem direct op het boven leer, eventueel twee stukken, die met een puntje in den rug op elkaar gezet worden. Wie goed met een leermes kan omgaan snij de het leer langs een liniaal, echter geen ijzeren, daar deze op ongeverfd leer vlekken kan ver oorzaken. De tafel, waarop men snijdt, moet volkomen vlak zijn, anders loopt het leer on der de liniaal weg. Wil men dit leer knippen, dan dient men een scherpe, groote schaar te gebruiken en de bladen van de schaar onder het knippen nooit geheel te sluiten. De overige patronen worden, 11a op ware grootte geteekend te zijn, iets ruimer uitge knipt en op de lijnen doorgeprikt en via de prikjes uitgeknipt. Doordat we zwaar leder gebruiken, dat meestal een behoorlijke achterzijde heeft, be hoeven we alleen de riem maar te voeren. We knippen de strook voeringleer aan beide zij den ong. 1 cM. breeder en plakken deze niet ineens, doch stukje voor stukje met rubber- lijm. (Bovenleer aan de achterzijde insme ren). Bij het'aandrukken van de voering met een schoon doekje trekken we het voering- leer een weinig strak, waardoor de ronding al min of meer in de riem komt. Nu maken we met de tang de gaatjes voor het stiksel, ongeveer 3 op 1 cM. en werken het stiksel met een heen en teruggaande rijg- steek, terwijl we door altijd op dezelfde wijze in te steken zorg dragen dat het werk regel matig wordt. Nu de beurs en het horloge-zakje Met een weinig colofix plakken we de randjes van de deeüen, die op elkaar komen even vast en ma ken vervolgens de gaatjes. De plaats van de beide voorwerpen op de riem wordt vastge steld en de gaatjes van de zijkanten door en door gemaakt Met het werken van het stiksel zetten we dus gelijkertijd beurs en zakje op de riem vast. Het staat zeer netjes, als beiden Uiterst moeilijk parket voor een beleefd man In vind het een afschuwelijk schouwspel, jonge, krachtige mannen in de tram te zien zitten, terwijl dames staan. Mijn vader heeft me nu eenmaal opgevoed in de rotsvaste overtuiging, dat het een volstrekte eisch van beleefdheid voor een man is, om op te staan, zoodra een vrouwelijk wezen de volle tram wagen betreed. Maaronlangs isme t volgende over komen: ik zat op mijn hoekplaatsje las de krant. De wagen begon vol te loopen. Een jong meisje kon geen plaa/ts meer vinden. Ze was nog buitengewoon jong; zoo'n meisje, waarbij je niet recht weet, of je nog „je" mag zeggen of al met „u" moet beginnen. Nu ja, dacht ik, 't kan geen kwaad als die eens een poosje staat, 't Is nog half en half een kind. Bij de volgende halte kwam weer een jong meisje de traim in, maar nu eentje, waarbij het kinderlijke „je", door een vreemde uit gesproken, hem een oorvijg zou hebben be zorgd. Ze was zoo ongeveer 22 jaar oud. Maar de mode is op 't moment zóó flatteus en zóó slank, dat bij den eersten, vluchitigen blik het verschil tusschen het zestien- en het 22- jarige meisje tot een ietsje of een nietsje in eenschrompelde Eigenlijke moest ik voor deze dame op staan. Maar. paar kleine strookjes leer, vastgemaakt aan de riem achter het zakje en de beurs. Aan het uiteinde daarvan zetten we een drukknoop en deze kleine riempjes worden door de lus sen gehaald. Op de voorzijde mag daarvan niets zichtbaar zijn Aan het uiteinde, waar de gesp komt. ma ken we 3 cM. van het eind in het midden een gat, waardoor de doorn van de gesp gestoken wordt. Vastmaken met een rijtje stiksteken, waarvoor eerst weer gaatjes geknipt worden. Aan het andere eind worden op gelijke af standen eveneens eenige gaten gemaakt. De drukknoopen worden op de bekende, reeds eerder beschreven wijze* aangebracht; het ringetje voor de horloge-ketting kunt u zelf wel met een ringtang inzetten, doch het lijkt mij eenvoudiger, dit even door den schoenmaker of leerhandelaar te laten doen. Dit instrument gebruikt u n.l. slechts zelden. Tenslotte hopen we dat u met dit practische heerencadeau eer zult inoogsten! MARGOT VAN CAPELLE-VAN BUUREN Ditmaal plaatsen wij een weekmenu, dat weinig bewerkelijk is en dus-dienst kan doen voor een vacantieweek, thuis doorgebracht. Zondag. Schotel van ham, bloemkool en aardappelen. Karnemelkqudding. Maandag. Bloemkoolsoep. Kaasipannekoek. Dinsdag. Spinazie met spiegeleieren. Aardappeen. Kruisbessenmoes. Woensdag. Pikante roereieren. Komkommersla. Kersen. Donderdag Groentesoep. Beschuit met aardbeien. Vrijdag. Stoofpaling. Aardappelsla. Zaterdag Macaroni met gestoofde tomaten. Wentelteefjes. precies boven de vouw in de pantalon zitten. iyiaai"zouden de menschen dan niet Een bezwaar is, dat de riem niet door de op 1 denken: /Vreemd, bij de eerste bleef hij de broek aangebrachte lussen gehaald kan bitten, de tweede dame bevalt hem zeker beter, worden, doch dit wordt verholpen door een 'en eigenaardig soort van beleefdheid' Dus bleef ik zitten. Ik verborg m'n neus in de krant en deed net, of ik niets merkte van wat er om me heen gebeurde en handelde dus net zóó als al die jonge, krachtige mannen, die ik uit den grond van mijn hart veracht! En toen stapte er wéé>r een dame in. We boften erg dien dag, want ook deze dame was jong en knap. Ze zal ongeveer dertig jaar zijn geweest. Voor haar moest ik natuurlijk op staan. Maarbedacht ik opeenszou ik haar daarmee niet beleeddgen? Zou het geen duidelijke aanwijzing zijn, dat ik onder scheid maakte tusschen haar en de 22-jarige? Wie weet. of ze tot op den huidigen dag niet gedacht had, dat ze er minstens zeven jaar jonger uitzag! Verstoorde ik geen illusies? Dus bleef ik nog altijd zitten. Maar ik leed er vreeselijk onder. Ik hoopte in stilte op een matrone hoe ouder hoe beter! Maarhet noodlot wilde het anders: er trad een vlotte dame van 36 binnen, die ik nu de intelligente lezeres heeft dit onmiddellijk begrepen! natuurlijk met het dbg op ver gelijking met een 30-jarige mijn plaats ook niet kon afstaan. Vier dames stonden nu om me heen, ten minste als ik het meisje van 16 als „dame" meetelde. Ik begon hét zéér benauwd te krij gen. Eindelijk vond ik een uitweg. Ik stond „zoomaar" op en ging op het achterbalkon. Van daaruit speurde ik naar mijn verlaten plaats en haar verder lot. De 36-jarige deed, alsof ze heelemaal niet merkte, dat er een plaats was vrij gekomen. De 30-jarige maakte een uitnoodigend gebaar tot de 22-jarige. Deze bedankte glimlachend. En eindelijk ging het piepjonge ding, van wie ik nieit geweten zou hebben of ik „je" of „u" moest zeggen, op mijn plaats zitten. Dit kleedingstuk is gebreid van rose frotté- wol en versierd met lichtgroene bloemetjes op pasje en zakken. Pennen no. 3. We zetten voor den rus 75 st. op en breien eerst 6 pennen gerstekorrel. Nu breien we nog 75 pennen in tricotsteek, dit is lpen recht, lpen averecht. In de volgende pen minderen we al door deze la. 2r. tezamen te breien; er blijven dan nog 50 st. over. We breien nu met gerstekorrel verder, en na 6 pennen minderen we aan weerszijden 4 st. af voor het armsgat. Nu breien we nog 21 pennen verder met gerstekorrel en kanten dan in het midden 18 st. af voor den hals. De overige 12 st. aan weerszijden breien we 5 pennen op en kanten dan af. Voor het voorpand zetten we 80 st. op en breien 't begin als boven. Bij den mindering- toer. dus na 75 pennen tricotsteek, minderen we in het midden 5 st. meer zoodat er ook weer 50 st. overblijven. De ruimte van voor is dan iets meer dan van achteren. We vervolgen nu net als bij den rug. Voor de zakjes, die in gerstekorrel gebreid worden zetten we 20 st. op. We breien nu 23 pennen en dan nog 3 x om de pen voor en achter 2 st. te zamen. Het zakje loopt dan eenigszins rond. Nu borduren we het pasje en de zakjes met kleine bloemetjes en voordat we het zakje er op naaien, rimpelen we het eerst aan drie kanten in. Na het opnaaien komt het hierdoor eenigszins bol op het jurkje te zitten. We naaien het jurkje dicht en sluiten de schoudertjes met kleine knoopjes. Het over- gooiertje kan gedragen werden over een wit truitje of bij warm weer zonder iets. BROEKJE. Voor de broek zetten we 60 st. op en breien eerst 4 pennen 2 r. 2 a. Nu maken we om de 4 st. een gaatje en breien dan weer 4 pennen 2r. 2a. We breien nu 60 pennen in tricotsteek en minderen nu bij elke pen voor en achter een steek. Als er nog 30 st. over zijn beginnen we in omgekeerde volgorde n.l. door nu bij elke pen voor en achter er een steek bij te maken tot er weer 60 st. op staan. Nu breien we den achterkant als den voorkant en kanten af. Voor de pijpjes nemen we de steken aan de schuine kanten op (40 st.) en breien daar 6 pennen 2r. 2a. Hierna naaien we de zijkanten dicht. Door de gaatjes rijgen we een een elastiek en het complét is klaar. »Sp.Th. Karnemelkpudding. Benoodigdheden: L. karnemelk, 2 citroe nen, 2 ons suiker, 10 a 12 bladjes gelatine, waarbij 2 roode. Bereiding: De gelatine in ruim koud water weeken, tot ze slap is. Daarna uitknijpen en in pl.rn. Vz kopje water oplossen. De suiker toevoegen en laten en-smelten, het citroensap gezeefd er bij gieten en als alles wat afge koeld is bij de karnemelk doen. De pudding massa onder af en toe roeren laten staan tot ze dik begint te worden. Dan overdoen in den omgespoelden vorm en opdienen met eustardsaus. Macaroni met gestoofde tomaten. 5 ons macaroni, 1 K.G. tomaten, 1 ons boter of vet, peper, zout, 1 ons geraspte kaas. Bereiding: De macaroni in stukjes breken, en gaar kok-en in ruim water met zout (Vz uur). De tomaten overgieten met kokend water en in plakken snijden. Ze bestrooien met peper en zout. De macaroni en de schijven tomaat laag om laag in een schotel leggen. De kaas er tusschen strooien en de Uoter in kleine stukjes er tusschen verdeelen. Den schotel dichtgedekt oip 'n zacht vuur of in den oven zetten, tot de tomaten gaar zijn )pl.m. 15 minuten). Kaaspannekoek. 4 eetlepels, bloem. 4 eetlepels melk, 2 eieren, ons kaas in blokjes gesneden. Boter. Wat zout. Roer de bloem met de eidooiers en de melk met iets zout tot een gladde massa, voeg het stijfgeklopte eiwit voorzichtig er bij, smelt de boter in de koekepan en schep het mengsel erin. Verdeel de blokjes kaas, druk ze in het deeg en bak de koek aan beide kanten mooi bruin en gaar. Een praatje over kaas en haar voedingswaarde. De bereiding van kaas uit melk is werkelijk al heel oud. Werd vroeger door de boeren de typische Goudsche-, Edammer- en Leidsche kaas gemaakt tegenwoordig heeft men in ons land verschillende groote kaasfabrieken, die deze en nog meer soorten kaas maken. Kaas moet, evenals melk, gerekend worden tot de voedingsmiddelen, die in een Hollandsch gezin eiken dag op tafel moeten komen. Wat de samenstelling betreft, hoort kaas tot de eiwitrijke voedingsmiddelen, Veel vet bevat kaas dan alleen, wanneer ze van volle melk, of van melk, waaraan room is toegevoegd, ge maakt is. Oppervlakkig kan men dit niet aan de kaas zien, maar gelukkig zijn er de verplichte kaasmerken, die precies de waarde van de kaas aangeven wat het vet betreft en daar de hoeveelheid vet voornamelijk den prijs bepaalt, wordt voorkomen, dat men voor magere kaas te veel betaalt. Wordt kaas van volle melk ge maakt dan staat er op W 45 pet vet. Wordt kaas van melk gemaakt, die ontroomd is, dan staat er op 40+ 30+ of 20+ naar gelang er meer of minder vet van de melk waar de kaas van gemaakt is, verwijderd is. Voor deze soor ten moet dus minder betaald worden. Verder bepaalt de ouderdom den prijs van de kaas. Laat men de kazen liggen, dan drdgen ze in en komt er door het „rijpen" een pikante, soms scherpe smaak aan. De risico van het bewaren en het gewichtsverlies maken de kaas duurder. Het uiterlijk van jonge kaas bedriegt wat het vetgehalte betreft. Bevat kaas minder vet, dan neemt het eiwit gehalte percentsgewijs toe. Magere kaas rekent men dus tot de goedkoope eiwitrijke levens middelen. Gebruikt men aan de koffietafel graag de volvette kaas bij warme gerechten zijn de ma gere soorten op hun plaats Warme schoteltjes met macaroni, rijst, roereieren, e.d. zijn het best te maken met niet te jonge kaas van 30+ en 40 Bovendien kan kaas het vleesch in onze maaltij den nu en dan vervangen. Gebakken aardappe len met kaas (de in blokjes gesneden kaas na het bakken door de aardappelen schudden) aardappelpuree met geraspte kaas en kaaspan- nekoeken zijn voedzame gerechten. Geraspte kaas door aardappelsoep, bloemkoolsoep, e.d. maken de soep voedzaam en pikant Behalve de reeds genoemde voedingsstoffen bevat kaas nog verschillende zouten en vita minen, die ook in de melk voorkomen. Het is een levensmiddel, dat niet vervalscht kan worden en waar niet mee kan worden ge knoeid, en dat ook niet vlug bederft. Alleen is het 's zomers niet geraden, veel kaas tegelijk in huis te nemen. In de meeste winkels of pakhui zen is ze beter bewaard d^n in de dikwijls niet ,zoo goede kelders van onze huizen. •Land cn volk van Atjeh. Bij de N.V. Hollandia-drukkerij te Baarn is een boek verschenen getiteld: „Land en volk van Atjeh vroeger en nu", geschreven, door J. Jongejans, oud-resident van het Ge west Atjeh en onderhoorlgheden. In een voorwoord getuigt Dr. H. Colijn met belangstelling en bovendien met genoegen van dit boekwerk te hebben kennis genomen. Deze beschouwing van land en volk, aldus Dr. Colijn, welke ongetwijfeld ertoe kan bijdragen om con beter oordeel over het gewest en zijn bewoners te verkrijgen en veelal heerschende verkeerde voorstellingen daarvan weg te ne men, kan ik ter ganscher harte ter lezing aanbevelen. Hier is overeenstemming tusschen woord en werkelijkheid. De heer J. Jongejans behandelt eerst de ge* schiedenis van Atjeh. Vervolgens worden het Atjehsche volk in het algemeen en het Atjeh- sche gezin in het bijzonder onder de loupe genomen. Het gewest wordt ook economisch bekeken Andere hoofdstukken zijn gewijd aan het onderwijs, het bestuur en de geestelijkheid en het leger. Het werk is met vele fraaie foto's en verklarende kaarten geïllustreerd. JONGENSBOEKEN. „Karei lost het op" door N. K. Bieger. Geïllustreeerd door Pol Dom. Alk maar, Gebr. Kluitman. In de serie „De 4 Jaargetijden" verscheen dit boek, dat ons de avonturen verhaalt, die vader en moeder Vandebosch en hun kinde ren Karei en Ineke beleven, wanneer ze hun vacantie op de Veluwe te Heidehoeve door brengen. Een waardevol» document, toebehoo- rend aan den heer Van den Sprong verdwijnt en Karei weet dit raadsel tenslotte op te los sen. Ook het in aanbouw zijnde Boschbad speelt daarbij een belangrijke rol. Voor jon gens van 8—12 jaar „De zoon van Joost Perlemoer" door S. Franke. Geïllustreerd door Nancy Schotel. Uitgave Gebr. Kluitman te Alkmaar. Dit boek beschrijft den avontuurlijken tocht van Harlekijn op weg naar geluk en waaruit de conclusie wordt getrokken, dat het geluk in je zelf en in je werk ligt. Het geheel doet sprookjesachtig aan, waardoor het juist voor wordt en waartoe ook de knappe illustraties van Nancy Schotel veel bijdragen. Voor jon gens en meisjes van 710 jaar. „Strijd of berusting" door Ebba Pauli. Uit het Zweedsch, vertaald door N. Basenau-Goemans, Zeist, Uitgeverij Ploegsma. Dit boek van de bekende schrijfster van „De Kluizenaar" is een boek voor gezonden en zie ken. De schrijfster heeft zich verdiept in het probleem van het menschelijk lijden en in den strijd om te komen tot het geloof. 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 11