fyuwsche cepiiek
op Qoecwg-'s cede
Oo>do8)
De Groote
RUSSISCHE EXPORT
STERK DALEND
Nederlandsch schip
gezonken
nrttSDAG 12 SEPTEMBER 1939
Twijfel over de
argumenten
betreffende het
voorzien in
eigen onderhoud
Het officieele Fransche persbureau
Havas meldt:
Kringen, die op economisch gebied
tot oordeelen bevoegd zijn, zijn van
meening, dat Goering om de Duit-
scbers SSrust te stellen een beroep
doet op nieuwe zeer betwistbare argu
menten.
Wil hebben de belangrijkste grondstoffen,
ctPPnkolen, ijzer, vervaardigden surrogaten
nm die welke wij ontberen, te vervangen en
hebben'zooveel arbeiders als noodig zijn" be
toont de maarschalk.
Men doet te Parijs opmerken dat, indien
miitschland surrogaten fabriceert, het deze
uit steenkolen en hout haalt met behulp van
ijzeren machinerieën.
Men voegt hieraan toe: Wanneer
het zoo rijk aan ijzer is als de maar
schalk denkt, waarom voert Duitsch-
land dan 23 millioen ton mineralen
per jaar in op een totaal verbruik van
32 miïlioen ton?
Waarom zijn alle ijzeren hekken in
de steden naar de smederijen ge
gaan? Waarom worden te Linz en
Salzgitter fabrieken opgericht om
PROGRAMMA
WOENSDAG 13 SEPTEMBER 1939.
HILVERSUM I, 1875 en 415.5 M.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 1
11.00 RVU, 11.30 VARA.
6.30 RVU. 7.00 VARA. 7.30 VPRO, 8.00-12.00
VARA.
8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.16 Ber.),
9.30 Causerie „Onze keuken". 10.00 Morgen
wijding. 10.20 Voor arbeiders in de continu-
drijven. 11.00 Causerie „Moeder en kind de
wereld over". 11.30 VARA-orkest. 12.00 Gra
mofoonmuziek. 12,15 Berichten. 12.17 Orgel
spel en zang, 1.001.45 Gramofoonplaten. 2.00
Planovoordracht. 2.30 Gramofoonplaten. 2.35
Esmeralda, „Sylvia"-Amusements orkest en
solist. 3,20 Voor de kinderen. 5.30 Gramo
foonplaten. 6.00 Orgelspel. 6,28 Berichten.
6.30 Causerie „De beteekenis van de sociale
geografie in dezen tijd". 7.00 VARA-kalen-
der. 7.05 Felecitaties. 7.10 Vocaal concert.
7,30 Cyclus „Ons werk en als geloof". 8.00
Herhaling SOS-berichten. 8.03 Berichten
ANP, VARA-Varia.8.20 VARA-orkest. 9.00
Radiotooneel. 9.40 VARA-orkest. 10.00 Be
richten ANP., 10.10 Es meralda. 10.45 Dans
muziek. (gr.pl.), 11.1512.00 Gramofoon
platen.
HILVERSUM II 301.5 M.
NCRV-uitzending. 6.30—7.00 Onderwijsfonds
voor de scheepvaart.
8.00 Schriftlezing en meditatie. 8.15 Berich
ten, gramofoonmuziek. (9.30—9.45 Gelukwen-
schen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramo
foonmuziek. 11.15 „Laudatio", 12.00 Berichten
12,15 Gramofoonplaten, 1.00 Christ. Kinder
koor „Swaen en Hout" en gramofoonplaten.
2.00 Ensemble v. d. Horst en gramofoonpla
ten. 3.00 Christ. Lectuur. 3.30 Gramofoon
platen. 3.45 Christ, liederen en gramofoon
platen. 4.30 Gramofoonplaten. 4.45 Geluk-
wenschen. 5.00 Voor de jeugd. 5.455.55 en
6.00 Gramofoonplaten (Ca. 6.30 Berichten).
6.30 Taalles en causerie over het Binnenaan-
varingsreglement. 7.00 Berichten. 7.15 Land
en tuinbouwcauserie. 7.35 Gramofoonpla
ten. 7.45 Causerie „Lichamelijke opvoeding",
vakorganisatie en Chr. onderwijs. 8.00 Be
richten ANP., herhaling SOS berichten. 8.15
Chr. Gem. zangvereeniging „Harmonie" en
gramofoonplaten. 9.00 Causerie „Regen en
droogte". 9.30 Pianovoordracht en gramofoon
platen. 10.00 Berichten ANP., actueel half
uur. 10.30 „Melodia". 11,25 Gramofoonpla
ten. Ca. 11.5012.00 Schriftlezing.
DROITWICH 1500 M.
Geen opgave ontvangen.
RADIO-PARIS 1648 M.
9.00 en 9.30 Gramofoonplaten. 12.30 Zang.
1.05 Gramofoonplaten. 1.25 Het Giardino-
orkest. 2.05 Gramofoonplaten. 3.50 Cello
voordracht. 4.05 Gramofoonplaten. 4.20
Vroolijk programma. 4.50 Piano-voordracht.
505 Viool-voordracht. 5.20 Het Locatelli-
orkest. 6.35 Zang. 6.50 Gramofoonplaten.
7.20 Zang. 8.25 Gramofoonplaten. 8.50 Ope
rette-concert (met toelichting). 10.20 Sym
phonic-concert. Hierna tot 11.20 selectie „Le
domino noir", opera.
KEULEN. 456 M.
6.50 Leo Eysoldt's orkest. 8.509.50 Gra
mofoonplaten. 12.20 Populair concert. 1.35
Omroepkleinorkest. 2.30 Gramofoonplaten.
4-20 Sudeten-Duitsch Philharmonisch orkest
(5.20—5.30 Gramofoonplaten). 7.00 Piano
voordracht. 7.35 Vocaal en instrumentaal
H.J.-concert. 8.50 Omroepkoor en -orkest, en
solisten. 11.00 Populair concert. 12.203.20
Gouworkest Silezië, Omroeporkest, Omroep-
dansorkest en solisten.
BRUSSEL 322 M.
12,20 Gramofoonplaten. 12,50 Omroep-
Jansorkest. 1.50—2.20 Gramofoonplaten. 5.20
Orgelconcert. 5.50— 6.50 7.20 en 7.45 Gra
mofoonplaten. 8.20 Omroeporkest. 9.20 Het
Collegium Musicum Antwerpiensis. 10.30
h-20 Omroepdansorkest.
BRUSSEL 484 M.
12.20 Gramofoonmuziek. 12,50 Radio-or
kest. 1.50 en 2.20 Gramofoonplaten. 5.20
Carillon-concert. 5.30 en 5.55 Radio—orkest.
6.35 Zangvoordracht. 7.05 Pianovoordracht.
7.35, 8.20, 8.45 en 9.10 Gramofoonplaten.
Radiotooneel met muziek. 10.3011.20
Gramofoonplaten.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
8,35 Orkest van de luchtmacht. 9.20
Maandoverzicht. 10.20 Berichten. 10.40 Cello
piano. U.05 Berichten. 11.20 Het Om-
roepkleinorkest en solisten.
gruis van mineraal, dat men overal
elders weggooit, toch nog te benutten?
Laten wij veronderstellen, door de zaken
zoo erg mogelijk voor te stellen, dat zij de ge-
heele jaarlijksche opbrengst der Poolsche delf
stoffen 640.000 ton zouden kunnen be
nutten, daartegenover zou dan de verdwij
ning staan van 8 millioen ton, welke Duitsch
land uit de geallieerde landen invoert.
Duitschland produceert wel jaarlijks 186
millioen ton steenkolen, doch het kan niet
beweren dat het de 38 millioen ton, welke Po
len produceert, ten volle ten eigen bate zal
kunnen aanwenden. Doch indien het dat zou
doen, wat moet het dan nog reserveeren voor
den uitvoer, welke toch vitaal voor zijn handel
worden geacht?
Wat de aardolie betreft: om aan het an
derhalf millioen ton, dat het op synthetische
wijze produceert en aan het millioen ton uit.
eigen bodem de 5 millioen ton toe te voegen,
welke het van overzee aanvoert, zou het heel
wat hulpmiddelen moeten te baat nemen.
Het zal onder de huidige omstandigheden
niet gemakkelijk zijn dit aantal hulpmiddelen
te vergrooten.
Verder vraagt men zich af, in welke mate
het bezit van geheel Polen de behoefte van
Duitschland zal doen stijgen. Duitschland
produceert 16 millioen ton broodgraan en Po
len negen millioen voor een bevolking, welke
ongeveer half zoo groot is als de Duitsche. In
dien men de bevolking van Polen de uiterste
rantsoeneering op zal leggen, dan nog kan
men Duitschland niet meer dan de overblij
vende twee millioen doen toekomen. Hierbij
moet nog rekening worden gehouden met het
tekort aan transportmiddelen tusschen Polen
en Duitschland. De Duitschers weten dit zoo
goed, dat zij de toepassing van een militaire
rantsoeneering op de bugerbevolking bestu-
deeren.
De „Frankfurter Zeitung" van 3 September
levert commentaar op het decreet van 29
Augustus, waarbij een voedings-bureau wordt
ingesteld, da4; een agent zal plaatsen in elke
boerderij, die alle voorraden in beslag zal ne
men en zal bepalen wat de boer voor zich" mag
houden.
Goerine zelf heeft in zijn rede critiek uit
geoefend op de kleeding uit cellulose en aard
appelloof, waarmede men in den winter de
soldaten zal moeten kleeden, Doch hij gaf nog
iets anders toe, namelijk het groote gebrek
aan zeep, welke een gevolg is van het tekort
aan vet. Op een jaarlijksch gebruik van
2.146.000 ton heeft Duitschland slechts een
voorraad van 418.000 ton, dus voldoende voor
drie maanden.
Vervolgens vraagt men, welke argumenten
maarschalk Goering aanwendt om Duitsch
land moed in te spreken. Eerst toont hij aan,
dat indien Engeland al over grondstoffen be
schikt, het deze moet aanvoeren en hij dreigt,
dat de schepen, die deze grondstoffen ver
voeren, niet aan zullen komen.
Het is gemakkelijk hierop te ant
woorden, dat Engeland reeds groote
voorraden heeft verzameld en dat in
den vorigen oorlog, niettegenstaande
den onbeperkten duikbootoorlog, het
zich steeds voldoende heeft kunnen
voorzien. Hot tweede argument is ge
nomen uit het vier jaren plan, waar
van Goering zelf zegt, dat het pas
wordt beproefd. Ten aanzien hiervan
merkt men op, dat geen enkel plan
de ontbrekende grondstoffen kan
doen ontstaan.
Ook sprak Goering over Rusland, dat
Duitschland van alles zal voorzien. Doch Goe
ring vergeet, dat de uitvoer van Rusland tot
een vierde van 1932 is gedaald in verband met
de binnenlandsche behoeften van het land
zelf en hij vergeet ook, dat de Duitschers zelf
een crediet hebben verleend aan de Russen
en dat dezen niets zullen leveren, dat niet be
taald is. Dit wordt in een Zondag gepubliceerd
communiqué van het Russische persbureau
Tass nadrukkelijk verklaard. Ook vraagt men
zich af, of hij de transportmoeilijkheden ver
geet, alsmede het verschil van spoorbreedte
van de Duitsche en Russische spoorwegen, dat
moeilijkheden zal veroorzaken.
Tenslotte wordt opgemerkt, dat de totale
uitvoer van petroleum door Rusland slechts
1.200.000 ton bedroeg in 1938, en blijkbaar kan
het alleen hout in grootere hoeveelheden le
veren en eerst aan het einde van een langen
oorlog zou Duitschland nieuwe fabrieken heb
ben om dit te verwerken.
Het voorbeeld dat Goering trekt uit den
oorlog van 1914/18 is slecht gekozen en herin
nert er aan, dat de grootste zuinigheid slechts
tot een catastrofe kan voeren.
Roemeensclie troepen langs de
Russische grens.
Maatregelen ter handhaving der
neutraliteit.
BOEKAREST 12 September. Bij
wijze van voorzorgsmaatregel concen
treert Roemenië in allerijl troepenafdee
lingen langs de Russische grens. Langs
de Dnjestr worden haastig loopgraven
gegraven. Tot dusverre was deze grens
van Roemenië zonder eenige bescher
ming. De Roemeensche troepen waren
allen samengetrokken aan de Westelijke
en Zuidelijke grenzen.
Tevens heeft Boekarest de voorbereiding
voor de evacuatie van kinderen ingeval van
oorlog voltooid. De eerste practische proef zal
Zondag genomen worden.
In het officieele staatsblad wordt aangekon
digd dat het Britsche crediet aan Roemenië van
55'/2 millioen pond sterling of 2,6 milliard lei, in
Juli j.l. verstrekt voor het grootste gedeelte,
namelijk tot een bedrag van 1,88 milliard lei,
gebruikt is voor militaire doeleinden. De rest is
besteed voor openbare werken, hoofdzakelijk de
verbetering van wegen.
In verband met Roemenië's vast voornemen
om alles te doen teneinde te voorkomen, dat het
land in een Europeesch conflict zou worden be
trokken, heeft de commandant van het militaire
district van Boekarest bevolen, dat het verboden
is om hoofden van vreemde naties of regeeringen
daarvan te beleedigen. Verder worden alle de
monstraties voor de een of de andere oorlog
voerende partij verboden. Ook wordt het ver
spreiden van valsche berichten, waardoor
Roemenië's neutraliteit of veiligheid in gevaar
gebracht zou kunnen worden verboden. Bij over
treding hiervan worden straffen, die hoogstens
2 jaar gevangenisstraf bedragen, opgelegd.
(United Press).
Ex-koning Zogoe in Engeland.
Ex-koning Zogoe van Albanië is Zondag in
Engeland aangekomen. Binnenkort zal Konin
gin Geraldine met haar baby en de zusters van
den koning volgen.
EERSTE METALEN FOKKER MAAKT
ZIJN PROEFVLUCHT.
AMSTERDAM, 11 September Het eer
ste geheel metalen Fokker vliegtuig, tevens
het eerste geheel metalen vliegtuig naar Ne-
derlandsch ontwerp, de Fokker T 9, in op
dracht van de Nederlandsch-Indische re
geering gebouwd, heeft Zondagmiddag zijn
luchtdoop ondergaan.
De eerste vlucht durude ongeveer een kwar
tier en werd met een bijzonder fraaie landing
beëindigd.
Moskousche uitzending in
twee talen.
En met twee tendensen.
LONDEN, 11 Sept. In een radio-uitzending
uit Moskou, die hier is opgevangen, werd ge
zegd dat een groot aantal Duitsche vliegtuigen
boven Berlijn is gesignaleerd, welke vliegtuigen
zich naar het westen begaven. De mededeeling
ging voort met te zeggen, dat ook groote troe
peneenheden van Polen naar het westen wer
den verplaatst.
In Londen viel het op, dat de woordvoerder,
zoolang hij Russisch sprak, zich gunstig uitliet
ten opzichte van Engeland en Frankrijk, terwijl
hij Duitsch sprekende, ten gunste van Duitsch
land sprak. Er was in deze berichtgeving ook
eenige critiek op de Siegfried-linie, doch deze
critiek was van technischen aard. Zoo werd ge
wezen op de ongunstige ligging van de vooruit
geschoven mitrailleur-nesten die nu door de
Franschen veroverd zijn.
(United Press).
Nederlandsch schip redt de
bemanning van de „Rio Claro".
Geredden op de Azoren aan land gezet.
In het Maandag uitgegeven bulletin van het
Britsche ministerie van voorlichting wordt ver
klaard, dat geen melding is te maken van vloot-
operaties van eenige beteekenis.
Er zijn tal van berichten ontvangen over ope
raties tegen Duitsche duikbooten. Waarschijnlijk
hebben eenige dezer operaties succes gehad.
Het stoomschip „Good Wood" (2796 ton) is
gezonken en 21 leden van de bemanning van dit
schip zijn aan land gezet. Het stoomschip „Mag-
dapur" (8640 ton) is tot zinken gebracht. Er
hebben aich eenige persoonlijke ongelukken
voorgedaan, doch hoeveel personen dit betreft
is niet bekend.
Ook is bericht ontvangen, dat de be
manning van de „Rio Claro" (4086 ton)
op de Azoren door een Nederlandsch
schip is aan land gezet, nadat de „Rio
Claro" op 6 September tot zinken was
gebracht.
Het stoomschip „Regent Tiger" (4176 ton) werd
ip 8 September tot zinken gebracht. De passa
giers en de bemanning zijn nu door een Belgisch
vaartuig aan wal gebracht.
door
mijnontploffing
KOPENHAGEN, 11 Sept. (A.N.P.):
Uit Thisted wordt gemeld, dat elf
leden van de bemanning van het Ne-
derlandsche s.s. „Mark", afkomstig
uit Rotterdam, in een reddingsboot te
Vorupoer zijn aangekomen.
Zij deelden mede, dat de „Mark"
Zaterdagmiddag op weg van Finland
naar Nederland op een mijn is geloo-
pen en gezonken, De bemanning, die
uit twee-en-twintig koppen bestond,
begaf zich in de beide reddingssloepen.
Zij voeren tot gisteravond in eikaars
nabijheid.
Een motorreddingsboot uit Klitmoel-
ler en reddingsbooten uit Vorupoer en
Lyngby zochten daarop naar de andere
boot, welke zij hedenochtend op eenige
kilometers afstand van de kust van
Lyngby vonden. In deze boot bevon
den zich de andere elf der bemanning.
Alle twee-en-twintig schepelingen
waren uitgeput door de vermoeienis
sen, welke zij hebben uitgestaan gedu
rende den langen tocht in reddings
booten.
De kapitein van de „Mark", de heer
A. G. van Dam, en de eerste officier,
de heer J. Vinke, werden tengevolge
van de mijnontploffing gewond. Zij
bevinden zich onder geneeskundige
behandeling.
(De „Mark" behoort aan de N.V. Hout
vaart, Firma Vinke en Co. te Rotter
dam. Het schip meet bruto 1514 ton
en werd in 1930 gebouwd).
Een strategische
beschouwing
(Door een deskundigen medewerker). i
Nu dan tenslotte opnieuw de wapens over
het lot van de volken in Europa zullen beslis
sen dringt zich vanzelf de vraag op: wat
hebben wij van de krijgsverrichtingen te ver
wachten: bestaat de mogelijkheid dat deze
met zoodanige voortvarendheid zullen worden
gevoerd dat in korten tijd een beslissing kan
worden verkregen, dan wel moet wederom ge
rekend worden op een langen uitputtings-
strijd; een strijd waarbij tenslotte niet direct
de wapens de beslissing zullen brengen, doch
gewacht moet worden op de economische in
eenstorting; de algeheele uitputting van één
der partijen.
Het antwoord op deze vraag is niet positief
te geven. Doch wèl kan reeds in het kort een
vergelijking worden getroffen tusschen
omstandigheden van nu en in 1914.
Juist als in 1914 staat Duitschland ook dit
maal op de binnenlijnen; d. w. z. Duitschland,
gelegen in midden-Europa, heeft de moge
lijkheid om zijn strijdkrachten snel en langs
den kortsten weg van het eene naar het an
dere operatietooneel te verplaatsen. Voor de
geallieerde mogendheden is zulks behoudens
voor luchtstrijdkrachten practisch uitge
sloten. Het grootste voordeel van opereeren
op de binnenlijnen is gelegen in het feit, dat
eerst zooveel mogelijk krachten samengetrok
ken kunnen worden tegenover één van de
tegenstanders teneinde deze beslissend te
slaan, om zich vervolgens met de hoofdkrach
ten tegen den anderen vijand te wenden.
In 1914 trachtte Duitschland dit vraagstuk
op te lossen door eerst de hoofdkrachten te
gen Frankrijk in te zetten en in het Oosten
slechts de hoogst noodzakelijke troepen ach
ter te laten. Zoo werd toenmaals van de pl.m.
87 beschikbare divisies een aantal van 70 be
stemd voor den aanval in het Westen terwijl
in het Oosten slechts 9 divisies achterbleven,
(pl.m. 8 divisies bleven aanvankelijk in het
binnenland.
Wil het opereeren op de binnenlijnen succes
hebben, dan moet echter aan twee voorwaar
den worden voldaan, n.L:
de operatiën moeten een snel verloop heb'
ben;
de eerste tegenstander moet beslissend ge
slagen worden. Een eenvoudig terugdringen,
waarbij de kracht van den tegenstander on
gebroken blijft waarbij een voordurende be
dreiging op het aanvankelijke operatietooneel
blijft bestaan, doet het geheele opëratieplan
mislukken.
In Duitschland zag men in 1914 de onmo
gelijkheid in om tegenover de Russische mil-
lioenenlegers, opereerende in een gebied van
oneindige diepte met weinig wegen en nog
minder spoorwegen snel een beslissend succes
te verkrijgen. Het gevolg was dat men zich
eerst tegen Frankrijk wendde. Ook het ver
krijgen van een snel en beslissend succes tegen
de Fransche strijdkrachten was echter geen
eenvoudige operatie. De Fransche Oostgrens
toch was in de lijn Belfort-Epinal-Nancy-
Verdun zoodanig versterkt, dat deze wanneer
zulks al mogelijk zou zijn, slechts na zeer veel
tijd doorbroken zou kunnen worden. Om toch
een snel beslissend succes te verkrijgen kozen
de Duitsche legers den opmarschweg door
België, welke na enkele grensslagen leidde
tot den slag aan de Marne, die niet alleen
geen beslissend succes bracht, doch zelfs voer
de tot een gedeeltelijk teruggaan van de Duit
sche troepen. Het Duitsche aanvangs-operatie-
plan was daarmee mislukt.
De figuur ligt thans echter geheel anders.
De operatieruimte in' Polen is zeker niet
onaanzienlijk, doch vormt toch een groot ver
schil met de eindelooze diepten van het vroe
gere Rusland. Gemeten in rechte lijn is de
afstand van de Duitsche grens tot de Poolsche
hoofdstad:
van Oost-Pruisen over Mlawa-Ciechanow
pl.m. 125 km.;
van Opper-Silezië over Lodz pl.m. 250 k.m.;
afstanden, welke in enkele dagen zijn af te
leggen. Doch bovendien is het niet waarschijn
lijk dat de Poolsche strijdkrachten zonder een
beslissenden slag te slaan de Poolsche hoofd
stad, het hart van het land, zullen prijs geven.
Op grond van de verwachting, dat het ver
krijgen van een snel, beslissend succes in het
Oosten mogelijk is kiest de Duitsche legerlei
ding, in tegenstelling tot 1914 thans de
hoofdactie aanvankelijk in het Oosten. Zij kan
dit met te meer gerustheid doen omdat een
ernstige bedreiging op den grond van de
Fransch-Engelsche krachten voorloopig niet
behoeft te worden gevreesd.
Teneinde de kansen van het offensief in het
Oosten te kunnen nagaan dient een oogenblik
te worden stilgestaan bij de sterkte-verhou
dingen en het operatieterrein.
Polen heeft de algemeene weerplicht met
een eersten oefeningstij d van anderhalf a
twee jaar. In tijd van oorlog kan over een
20-tal lichtingen worden beschikt. Aangeno
men kan worden dat de in vredestijd aanwe
zige 30 infanteriedivisies in oorlogstijd zullen
worden verdubbeld.
Ais bijzonderheid van het Poolsche leger
geldt, dat over een relatief sterke cavalerie
wordt beschikt. Als lichte troepen komen n.l.
1 cavaleriedivisie en 14 zelfstandige cavalerie
brigades in de organisatie voor. Het in stand
houden van deze sterke ruitermassa's zal wel
voornamelijk haar oorzaak vinden in de
slechte wegen in groote gedeelten van Polen,
welke het optreden van gemotoriseerde ver
banden moeilijk maken.
De bewapening, welke aanvankelijk bestond
uit oude Russische, Fransche en Duitsche wa
penen is in den laatsten tijd geleidelijk ver
beterd. De luchtstrijdkrachten bestaan uit een
700-tal vliegtuigen, welke over het algemeen
van moderne constructie zijn.
Hoewel het Poolsche leger het nadeel heeft
van te zijn samengesteld uit verschillende
volksdeelen (van de 34.5 millioen inwoners,
zijn 3.5 millioen Joden, 6 millioen Ukrainers.
2 millioen Wit-Russen en 1.2 millioen Duit
schers) moet de gevechtskracht toch hoog
worden aangeslagen. Het volk is gehard en
gewend om ontberingen te lijden. In de krijgs
geschiedenis hadden Poolsche troepen
trouwens immer een goeden naam.
Tegenover deze Poolsche weremacht staan
de Duitsche strijdkrachten, waarvan opbouw
in grooten stijl eerst sedert 1936 is aangevan
gen. Tengevolge daarvan beschikt de Duit
sche weermacht over een zeer groot aantal
menschen, doch over minder geoefende re
serves. Men heeft aan Duitsche zijde ge
tracht om aan dit euvel tegemoet te komen
door de lichtingen van vóór 1936, die geen
normalen eersten oefeningstijd volbrachten
toch voor korte tijdvakken onder de wape
nen te roepen. Inderdaad, is hiermee bereikt
dat van de hieruit gevormde formaties zeker
gebruik zal kunnen worden gemaakt, zij het
wellicht ook voor secundaire opdrachten, als
mede voor diensten op nevenoperatietconeelen
Een ander nadeel, hetwelk aan de Duitsche
strijdmacht kleeft, is het gebrek aan geoefend
kader. De uitbreiding van het leger is in een
zoodanig tempo geschied, dat voor het syste
matisch vormen van de bencodigde officieren
en onderofficieren de tijd heeft ontbroken.
Daarentegen staat de bewapening op een
hoog peil, terwijl over een zeer sterke moderne
luchtvloot wordt beschikt. Een aantal in
fanteriedivisies is gemotoriseerd, terwijl een
5-tal pantserdivisies als moderne slagcavalerle
deel van de weermacht uitmaakt.
Wat den geest en het moreel betreft: los
van régime en binnenlandsche toestanden kan
als vaststaand worden aangenomen dat de
troepen met een hoog moreel en zelfver
trouwen te velde zullen gaan. Daarbij komt
dan voor zoover het Oosten betreffend
de zeer groote moreele kracht van den op-
opmarsch in vijandelijk gebied.
De juiste oorlogssterkte van de Duitsche
weermacht is niet bekend. Toch vermeenen
wij niet ver van de waarheid te zijn wanneer
wij het aantal oorlogsdivisies op ruim honderd
stellen, waarbij dan echter inbegrepen zijn
een aantal divisies van minder geechtswaar-
de. Ook omtrent de verdeeling van de Duitsche
strijdkrachten over de beide operatietooneelen
bestaan thans uiteraard geen gegevens. Veilig
mogen wij echter aannemen dat van de Duit
sche strijdmacht het gros om de gedachten
te bepalen 70 a 80 divisies tegenover het
Oosten is opgemarcheerd.
Hoe zullen dc operaties
in het Oosten verloopen?
In aanmerking genomen de betrekkelijke
sterkten valt aan een offensief optreden van
de Poolsche strijdkrachten naar Duitschland
aanvankelijk niet te denken.
Bezien wij de geografische gesteldheid van
Polen, dan valt op, dat de grens met het
Duitsche Rijk niet alleen van bijzondere lengte
is, doch behoudens tegenover Slowakije
nergens eenige natuurlijke sterkte heeft. Een
verdediging aan de grens is voor Polen
dei-halve van huis uit even eens volkomen
uitgesloten. Zulks toch zou leiden tot het in
nemen van een zuivere cordonopstelling:
overal zouden zich zwakke krachten bevinden,
doch nergens zouden deze in staat zijn om
aan 'n stoot op een beperkt front met samen
gevatte krachten weerstand te bieden. Een
vergelijking met de Fransche Oost- of Duit
sche Westgrens gaat in deze niet op, omdat
daar sterke krachten zijn voor .smalle fron
ten, welke bovendien deels nog van nature
sterk zijn.
Al kan de Poolsche legerleiding dan ook niet
direct offensief zijn, al moet evenzeer afstand
worden gedaan van den wensch om de grens
landen, waarin veelal belangrijke gebieden
zijn gelegen, voor een inval te beschermen,
zoo bieden de omstandigheden aan de Pool
sche legerleiding toch andere mogelijkheden.
Teneinde deze te kunnen nagaan dient
een oogenblik te worden stilgestaan bij de
operatierichtingen, welke voor een aanvaller
in aanmerking komen.
Bezien wij de kaart, dan blijkt dat het
Poolsche Rijk vooruitsteekt. Tengevolge daar
van komen als aanvalsrichtingen voor de
Duitsche weermacht in aanmerking:
a. Opper SileziëLodzWarschau;
b. PosenKutno—Warschau
c. NeidenburgMlawaCiechanow
Warschau.
Over de mérites van e«lk van de.ze 'riohitingen,
alsmede over het verloop van de krijgsver
richtingen gedurende de eerste week in een
volgend artikel.
Goering op den voorgrond.
Veronderstellingen van een bekend
Engelsch journalist.
LONDEN, 11 September (Havas) Ward
Price schrijft in de „Daily Mail" van van
ochtend, dat de redevoering van Goering (op
genomen op pag. 6) kenmerkend is voor den
tegenwoordigen toestand in Duitschland. Deze
redevoering zou naar zijn meening er op wij
zen, dat men er in zekere hooge kringen,
evenals in het Duitsche volk, voor vreest, zich
zonder hoop te storten in een oorlog tegen
de gezamenlijke strijdkrachten der democra
tie.
Het feit, dat Goering en niet Hitier
de eerste belangrijke redevoering in
oorlogstijd heeft gehouden, geeft Price
aanleiding tot verscheidene veronder
stellingen: zou in het karakter der
rijksregeering reeds een geheime wij
ziging zijn ingetreden ten koste van
het opperste gezag Van Hitier?
Zouden lieden, gelijk Goering, die minder
neurastenisch en practischer zijn, probeeren
Duitschland uit de gevaarlijke situatie te
trekken, waarin onverdraagzaamheid en het
ongeduld van Hitier het hebben gestort?
Voorts schrijft Price, dat het vertrek van
Hitier naar het front uit andere fundamen
teel e redenen zou kunnen worden verklaard.
Hitier zou zich in geval van onlusten in
Duitschland temidden van het leger veiliger
voelen. Zoo lang hij bij zijn generaals zou zijn,
zou er minder waarschijnlijkheid bestaan dat
een militaire staatsgreep zou uitbarsten om
een einde te maken aan den oorlog, welke tot
mislukking zou zijn gedoemd, zooals tal van
generaals tegenover Hitier hebben verklaard.
Tenslotte zou Hitier zijn generaals niet de
vreugde willen geven, alleen Polen te „ver
overen".
Indien zekere dezer veronderstel
lingen juist zouden zijn, zou men er
volgens Price uit kunnen concludeeren.
dat Goering ertoe geroepen is een
meer beslissende rol te spelen in de
aangelegenheden van het Rijk.
Price noemt Hitler een „soort roekeloos
automobilist, die heftig allerlei kansen trot
seert, doch wanneer de zaken een kwade
wending beginnen te nemen, zichzelf niet
meer in bedwang heeft".
Goering zou meer koelbloedigheid en ge
zond verstand hebben. Hij zou er, ondanks
zijn pocherijen, van overtuigd zijn, dat
Duitschland niet kan overwinnen.