HARDE NOOT W' D" Finland, het land der gemoedelijkheid DINSDAG 17 OCTOBER 1939 Geen dieven en geen bordjes „verboden toegang". Het schoonmaken van de kabeljauw aan de Noordelijke IJszee. De Lappen niet langer tentbewoners ANNEBR ik in het voorbijgaan den portier den sleujtel van mijnhoitel- kamer wil afgeven, zegt hij met een vriendelijk lachje: „Hangt u die maar aan het haakje naast uw kamerdeur" Ik sta op het punt hem aan het verstand te brengen dat een denkbeeldige dief dan toch alleen maar die sleutel van het haakje hoeft te nemen om mijn kamer binnen te gaan, maar ik bedenk mij gelukkig nog net dat ik in Fin land ben, het land waar geen dieven, zakken rollers en afzetters zijn, het land waar alle menschen eerlijk zijn nog veel eerlijker dan in Denemarken, waar alleen fietsen melkkannendieven ontbreken. De sleutel naast de deur in plaats van óp de deur is kennelijk alleen als een tegemoetkoming aan den buitenlandschen toerist bedoeld, die wat huiverig is voor onafgesloten deuren Het is moeilijk om eraan te wennen dat je nooit een texichauffeur of een kellner behoeft te wantrouwen en als je je koffers voor het station neerzet, omdat de man in het bagage depót het zonde en onnoodig vindt om voor één uurtje bagage in bewaring te nemen, kijk je toch onder het weggaan nog eens met een bezwaard hart naar je bezittingen om. Ze zijn er natuurlijk nog als je terugkomt; geen straatjongen heeft het zelfs noodig gevonden om er ter wille van de bijverdienste op te passen. De Universiteitsbibliotheek is een paradijs. Geen ingewikkeld systeem van briefjes-invullen ;en wachten tot het boek gebracht wordt; je neemt het zelf maar uit de kasten en zorgt dat het er ook wer in komt Er gaat zelden een boek verloren zei de bi bliothecaresse mij. Er zullen wel uitzonde ringen op die eerlijkheid van de Finnen zijn (in Holland boenen ook niet alle menschen de gevels van hun huizen, alhoewel dit het eerste is wat de buitenlandsche bezoeker zijn landgenooten weet te vertellen), maai de toerist komt daarmee niet in aanraking, tenzij hfj in het uiterste Noorden aan de Russische grens komt waar de bevolking half Slavisch is. Daar vergissen zich de menschen bij het terugbetalen van geld nog al eens en altijd in hun voordeel. De toerist, die uit Fin land komt en op geld niet meer let, merkt hier echter meestal toch niets van. Voor den Hollander, die eens wil reizen zonder reden tot mopperen of ergernis te hebben, is Finland het aangewezen land. Dat wil zeggen dat het aan heel wat eischen moet voldoen. Het is er minstens even zindelijk ais in Holland en het eten is er beter. Maar wie meer zoekt dan dat, vindt er een prachtig land vol afwisseling ,e.en gastvrije zij het eenigszins stugge bevolking en een ongerepte natuur. Geen bordjes „verboden toegang", geen bordjes „verboden te zwemmen" en zelfs geen bordjes „verboden zich zonder bad- costuum te water te begeven", want aan bad- costuums doet men in Finland in de vrije natuur niet. Finland is hoewel het aantal buitenlandsche bezoekers dank zij een uit nemend georganiseerden toeristendienst van 21.253 in 1924 tot 87.807 in 1937 gestegen is groo ten deels ongerept gebleven. Met zijn duizenden meren en eilandjes, uitgestrekte bosschen en woeste stroomversnellingen is het voor den natuurliefhebber een van de wonderlijkste landen in Europa. Hij moet niet den beroemden Ima tra water val willen bekijken, want daar verdringen zich de toe risten en er is niets te zien. tenzij de elec- trlsche centrale die overigens schuld is aan het gedeeltelijk opdrogen van den water val zijn belangstelling heeft. De vervoermiddelen. MEN kan Finland per bus, trein of boot doorkruisen, maar het laatste ver voermiddel is het aantrekkelijkste. Het zijn bijna uitsluitend vrachtbootjes, met slaap gelegenheid voor enkele passagiers, want de tochten over de meren duren vaak enkele dagen. Van slapen komt meestal niet veel om dat het 's zomers in Finland bijna niet donker wordt. In Helsinki is het midden zomer slechts één uur geheel donker en hoe mer je naar het Noorden komt hoe meer aan dat uurtje geknabbeld wordt, totdat het bij den Pool cirkel geheel verdwenen is. Het kan voor komen, dat je om 4 uur 's nachts met het bootje de plaats van bestemming bereikt, Dan ga je, wanneer het slecht weer is, maar zoo lang in een café of hotelletje zitten, de deuren zijn toch open. Het reizen per trein gaat langzaam: telkens stoppen en lang wachten. Maar het wachten hoeft niet vervelend te zijn, omdat het met eten kan worden ge kort. In de stationsrestauraties staan tegen etenstijd allerhande gerechten op lange tafels klaar. De reizigers zoeken uit wat zij hebben willen en keeren nadat het maal genuttigd is naar den trein terug. Zoo gaat het ook bij het reizen per autobus, dat nóg gemoedelijker te. Voorschriften voor een maximum-aantal personen schijnt men daar niet te kennen. Wie op een afgelegenweg een bus aanhoudt, wordt altijd opgenomen, al lijkt het ook voor de in zittenden of er nu toch wérkelijk niemand meer bij kan. De nieuwe 531 K.M. lange weg van Rovaniemi (bij den Poolcirkel) naar de Noordelijke IJszee, de eenige weg ter wereld naar deze zee, legden wij in een vrachtauto met passagiers-aceomodatie af. Er was plaats voor 8 personen, maar af en toe telde ik er 17, voornamelijk Lappen, die naar de rendiervet roken. En wij reden van 's middags 5 tot den volgenden morgen 11 uur! De officieele toe ristenbussen zijn comfortabeler. Ze worden niet volgeladen en rijden alleen overdag. Er wordt overnacht in een herberg, waar de Lappen eigenslaapzalen hebben en zich dus met de toeristen m,engen. Behalve voor pas sagiers dienen de autobussen voor postver voer, Telkens wordt de autobus door iemand aangehouden, die een brief aan den chauf- grens werd een kaarsrechte lijn, willekeurige meren, rivieren en dorpen in tweeën snijdend. Het is ook pas hiér dat de toerist iets van po litiek gaat merken. Op zijn reis door Finland kreeg hij daartoe de kans niet. Hij werd ge absorbeerd door de natuur en het volkskarak ter; van de geschiedenis of de politiek van het land kwam hij niets te weten. Couranten kon hij niet lezen en historische monumen ten, waar gidsen in alle talen eèn geschiede- nislesje afratelen, zijn er in Finland vrijwel niet. Wat merkt men in Hensinki, die lichte ruime stad (op Warschau en Riga na de dichtstbevolkte stad van Europa) waar geen enkel oud gebouw te vinden is, van den strijd en ellende die het door de eeuwen heen heeft moeten meemaken? In 1550 door den Zweedschen koning Gus- taf Wasa gesticht, vijf kilometer van de plaats waar het tegenwoordige Helsinki ligt, waar heen het in 1639 verplaatst werd; in 1657 grooten deels door brand verwoest; van 1695 tot 1697 door allerhande besmettelijke ziek ten geteisterd; in 1710 door de pest bijna geheel uitgestorven; gedurende den grooten Zweedsch-Russischen oorlog door de terug wijkende verdedigers in brand gestoken er van 1713 tot 1721 door de Russen bezet; ge- gedurende den volgenden Zweedsch-Russi schen oorlog weer door de Russen bezet (1743) gedurende één jaar; in 1808 door de Russen ;eschoten en gedeeltelijk verbrand; in 1809 door de Zweden verlaten en, zcoals geheel Finland, aan de Russen gekomen; in 1812 •tot hoofdstad van Finland verheven en pas sinsdien definitief opgebouwd; dat is in het kort de geschiedenis van Helsinki. Andere Finsche steden zooals Turku, Vipuri en Kotka zijn er al niet veel beter aan toe geweest. Zij werden doorloopend geteisterd door ooi'logen, branden of ziekten. In Vipuri is nog het meest bewaard gebleven. Deze stad behoort dan ook tot de bezienswaardigste van Finland en op Suursaari (Hogland), het idyllische eiland in de Finsche Golf, dat nu naar men aanneemt door de Russen als militaire basis wordt op- geëischt, is daar iets te merken van de be- teekenis die het vroeger gehad heeft en nu blijkbaar nog heeft? Neen, het lijkt alleen een ontspanningsoord, waarheen 's zomers honderden menschen varen om er te genie- een van meren, bosschen en zee. Een hotel is er niet. De gasten worden bij visschers on dergebracht, Aan den grooten zeeslag van 1788 of de Russische militaire basis denken zij stellig niet. De kwestie-Karelië. Meisjes uit Karelië in hun nationale dracht. feur afgeeft, meestal met het geld voor de postzegel erbij, want postzegels zijn in die ver afgelegen streken niet gemakkelijk te krij gen. De chauffeur legt de brieven en pakjes voor de bewoners aan den kant- van den weg neer. Hij toetert hard, zoodat de menschen weten dat zij post moeten gaan halen. Alles ;aat even gemoedelijk. Klagen is deze men schen vreemd De Lappen zijn aan de toeristen nog niet erg gewend. Zij zijn schuw en verlegen, Ook de rendieren die 's zomers verwilderen en 's winters weer bij elkaar gejaagd worden, waarna de Lappen ze voor de sleden spannen, vinden autobussen rare dingen. Deze beesten schieten zoo nu en dan over den weg en wor den dikwijls overreden. De Lappen geen nomaden meer. T ET nomadenbestaan hebben de Lappen, onder den druk van de regeering zoo goed ais opgegeven. De tentenkampen worden steeds zeldzamer. De Lappen vestigen zich in dorpjes, waar zij van de regeering land toe gewezen krijgen. Ook de viseh- en jachtrech- ten van een bepaalde streek krijgen zij meestal en hieruit trekken zij voornamelijk hun inkomsten. In het dorpje Boris Chleb vlak bij de IJszee, waar 's zomers rijke bui tenlanders (Engelschen) zalm komen vis- schen, zijn de bewoners rijk geworden dooi de vischrechten, die enorm hoog zijn. De Lap pen weten echter niet wat zij met dat geld moeten doen en verstoppen liet maar ergens in den grond. Zij blijven in hun kleine houten huisjes wonen en leven van gedroogde visch. Versche visch is geen Lappenvoedsel, Ge droogde kabeljauw (stokvisch) dat is hier hel. volksvoedsel, In de IJszee wordt de ka beljauw gevangen (met zoo'n klein, niet bepaald schoon bootje op de kabeljauwvangst meegaan is een van de aardigste belevenis sen) direct na terugkomst van het bootje wordt de visch schoongemaakt en daarna op het strand gedroogd, Het is alles visch wat je ruikt in dit land. Hier in het hooge Noorden, vlak bij de Rus sische grens wordt ook veel Russisch ge sproken. Finland heeft in 1920, toen de vrede met Rusland gesloten werd, deze landstreek erbij gekregen, opdat het een uitgang naar de IJszee zou hebben. De Russisch-Finsche Het is alleen bij die Russische grens dat men er aan herinnerd wordt, dat Finland ook aan „politiek" en aan „vijanden" doet. Be halve tusschen Vipuri en Leningrad, waar de eenige weg naar Rusland ligt, is de 1825 Kilo meter lange grens hermetische gesloten. Er is zelfs geen verkeer tusschen de bewoners uit de grensstreken. Daar waar de grens dwars door een dorp is getrokken werden familieleden van elkaar gescheiden. Zij kregen sinds 1920 geen kans meer om elkaar te zien of te spreken. Zelfs de grenswachten mogen elkaar niet 'oe naderen. Het grootste deel van deze lange grens loopt gelukkig door onbegaanbare en onbewoonde gebieden, zoodat een militaire bezetting van het geheele grensgebied niet noodig is. In Karelië, het zuid-oostelijk gebied van Finland, drukt de strenge afscheiding zwaar op de bewoners. In Rusland ligt nog een deel van Karelië, waarop door de Finnen als Finsch gebied met een Finsche bevolking aan spraak wordt gemaakt. In 1921 kwamen de Russische Kareliërs in opstand tegen Moskou, De Volkenbond hield zich in 1923 met de Ka- relische kwestie bezig, maar bracht haar niet tot oplossing. De Finnen hebben deze zaak tot enorme af metingen opgeblazen. Er bestaat in Finland een „Academische Vereeniging voor Karelië" die zich voornamelijk met de Kareliërs in Rus land bezig houdt en waarin de Finsche stu denten, die sterk nationalistisch zijn, domi- neeren. Er ontstonden grensincidenten met gevolg dat de Russisch-Finsche verhouding nog slechter werd. De afstand VipuriLeningrad is niet meer dan 150 K.M. Het kost echter een halven dag om dien afstand af te leggen, wanneer men tenminste kans heeft gezien een visum te be machtigen, iets dat ontzaglijk veel moeite vergt. De vijandige houding van Finland ten aan zien van Rusland vindt niet zooals men verwachten zou zijn oorsprong in den tijd van vóór 1918 toen Finland nog in een af hankelijkheidsverhouding tot Rusland stond. Finland was, onder Russische opperheer schappij, van 1808 af tot 1918 toe een autonoom land met eigen wetten, beambten, enz. Van een onafhankelijkheidsbeweging was tot 1898, toen de Russen inbreuk gingen maken op Fin land's autonomie, geen sprake. En ook na 1898 eigenlijk niet. Wèl streden de Finnen voor de handhaving en herovering van hun oude rechten, maar niet voor de volledige onafhankelijkheid. De oor log van 1914 heeft hun dan ook meer gebracht dan zij ooit gehoopt of gedacht hadden. Dat de haat tegen Rusland juist na het verkrij gen van de onafhankelijkheid zoo groot is ge worden, is dan ook voornamelijk te verklaren uit angst voor het communisme, een angst, die na de „roode periode", die Finland in 1918 gekend heeft, ontstaan is. Als buurland voelde Finland zich natuurlijk in hooge mate door het communisme bedreigd, vooral daar ook bleek dat dit systeem onder de arbeiders en kleine boeren aanhang vond. De reactie is niet uitgebleven. De reactionaire regeeringen hebben het tegenover de bevolking altijd voorgesteld, alsof Finland door een imperialistisch Rus land militair bedreigd werd en op grond hier van een groot leger en een enorme gewapende burgerwacht op de been gehouden. Er is zelfs een vrouwelijke vrijwillige burgerwacht met bijna 50.000 leden, waarvan meer dan 30.000 in actieven dienst zijn. De burgerwacht: was echtor bedoeld om revolutionnaire stroomin gen den kop in te kunnen drukken, want het waren niet zoozeer de imperialistische nei gingen van Rusland waarin men geloofde. Het groote gevaar school in de communistische bedreiging. Hoe weinigen, ook in rechtsche kringen, hadden ooit gedacht dat in 1939 toch "een imperialistisch Rusland Finland zou bedreigen Mr. W. M. VAN MEURS- VAN DER BURG. (Nadiruk verboden). ONTMOETING VAN BENESJ EN SIKORSKI. De Tsjecho-Slowaaksche oud-president, Benesj. heeft bezoeken uitgewisseld met ge neraal Sikorski, den Poolschen premier. Beide staatslieden onderhielden zich op vriend schappelijke wijze over actueele politieke pro blemen. Sikorski gaf Benesj de verzekering dat de Poolsche regeering, evenals de Fran sche en Britsche regeeringen den toestand, die door Duitschland in Tsjecho-Slowakije is geschapen, niet erkent. !Besche<miinq van den handel op Scandinavië een uiteïst lastige taak Onze Londensche correspondent schrijft: E Denen hebben hun voedselexport naar Groot Brittannië voorloopig moeten staken wegens het gevaar van de Duitsche zeestrijdkrachten, die aanvoeren voor Engeland moeten beletten. De Engelschman heeft het al gevoeld in de afwezigheid van Deensch spek. Hij mist dit zwaar gezouten en gebakken fragment van het Deensche varken, waarmee hij sinds jaar en dag zijn inwendigheid heeft versterkt al vorens zijn dagtaak te beginnen. Hij hoopt en verwacht dat het thans ontstane tekort gauw zal worden aangevuld, hetzij door de hervatting van den Deenschen aanvoer, hetzij door aanvoer van elders. Niet alleen om economische maar ook om politieke redenen moet Engeland zich tot het uiterste inspannen om de zware belemme ring, die de Duitsche vloot aan den ingang naar de Oostzee legt, in den weg van den Scandinavischen handel naar zijn kusten, op te ruimen. Men ziet hier wel in dat dit voor de Britsche vloot een harde noot zal zijn om te kraken. Het optreden van de Britsche vloot in de wateren om Denemarken staat aan ongewoon groote gevaren bloot. Er is daar weinig ruimte voor manoeuvreeren. Het water is ondiep. En Duitsche vloot- en luchtbases zijn in de onmiddellijke nabijheid. In de nauwe zeestraten, die de geografi sche gesteldheid daar kenmerken, kunnen de gebruikelijke methoden voor de bestrij ding van duikbooten niet of niet bijster doel treffend worden aangewend. De grootste diepte in de rakken, de gaten en de belten daar gaat zelden 29 M. te boven. Het is diep genoeg om er mijnen te kunnen leggen; en men vreest hier dat de Duitschers zich niet door de Haagsche Conventie zullen laten weerhouden dit te doen, zoo het niet reeds is gedaan. Duitsche vliegtuigen kunnen dit zeegebied gemakkelijk bereiken en al is tot heden uit enkele ontmoetingen in de Noordzee gebleken dat vliegtuigen weinig kunnen uitrichten te gen oorlogsschepen, het is te vroeg om er conclusies uit te kunnen trekken.Daarenboven zou kunnen blijken dat handelsconvooien kwetsbaarder zijn uit de lucht dan eskaders of smaldeelen, die uitsluitend uit zooveel be- wegelijker oorlogsschepen bestaan en ook voor 100 percent zijn uitgerust voor het af slaan van luchtaanvallen. Het is de lastige taak van den Britsehen marinestaf de plannen te ontwerpen en uit te voeren, waarmee de handel tus schen Groot Brittannië en Scandinavië vrijer kan worden gemaakt dan hij op het oogenblik is. Hoe die plannen ook uitvallen, het is welhaast zeker dat er rekening gehouden moet worden met onvermijdelijke materieele verliezen. Een poging van Engelschen kant om een doortocht te „vegen" door de Groote Belt, bijv. zou zeker beantwoord worden met een aanval van Duitsche torpedoboot jagers, on derzeeërs en vliegtuigen op de Britsche mij nenvegers en hun hulpschepen. Als de Britsche vegers beschermd zouden worden door zwaar dere oorlogsschepen zou men moeten ver wachten dat Duitsche kruisers of de twee ,,vestzak"-slagschepen in actie zouden komen. En dat zou allemaal gebeuren in wa teren, die voor Britsche schepen feitelijk een val beteekenen en die de Duitsche tactiek zouden begunstigen. De technische moeilijkheden zijn voor de Britten zóó groot dat wellicht de conclusie moet worden getrokken, dat convooien niet met redelijke veiligheid in en uit de Oostzee havens van Zweden en Denemarken kunnen worden gebracht, althans wat den handel met Engeland betreft. Van Zweedschen kant schijnt die conclu sie reeds te zijn getrokken, want men heeft gehoord van een Zweedsch plan, waarbij Zweedsche gewapende trawlers Zweedsche schepen door de Zweedsche territoriale wate ren naar de Noorsche grens brengen. Van daar zouden de schepen naar een Noorsche haven gaan en onder de bescherming van Britsche oorlogsschepen oversteken naar En gland. De Denen kunnen zooiets niet ondernemen, omdat er bijna 100 K.M. open zee ligt (het Skagerrak) tusschen hun territoriale wateren de Noorsche. De Deensche schepen die naar Engeland willen, kunnen echter ,in eigen water blijvend om de Deensche kust naar Esbjerg varen. Die haven ligt echter uiterst gevaarlijk als punt van vertrek voor con vooien naar het westen. Ze ligt slechts enkele VOOR DE BRITSCHE ZEEMACHT Kilometers verwijderd van de Duitc-i, Duitsche duikbooten en vliegtuigen slechts een sprongetje te doen omd B trage convooien, die uit Esbjers zomiït trekken, te bereiken. Duitsche vlïïVer' kunnen zonder neutraliteit te 11 waarnemen wat er in deze Deen^Ko aan den gang is. cne ïr NTUSSCHEN heeft de ei-varine van den eersten grooten oorlog miJÏÏ 7 een haven als Esbjerg toch als veraS voor „beef trips" (rundvleesch-tochteni als men op de Britsche vloot de voedü delenconvooien pleegt te noemen eJn overkomelijke bezwaren oplevert Tn ior 1918 brachten Britsche oorlogsschepen koopvaarders van den Hoek van Holland Engeland, hoewel de Hoek minder dl S K.M. van Zeebrugge (toen een DuiteS?J? basis) verwijderd ligt. Deze convooien nimmer aangevallen en een verlies van sV ze schepen van de 1867 koopvaarders en» drie torpedobootjagers werd veroorzaakt dr mijnen. De vroegere oorlog heeft echter ongunstige ervaringen gegeven. Berber l Noorwegen kon toen niet geacht worden'b? ten de gevaarlijke zóne te zijn. Twee m vooien, die uit die haven naar vertrokken en door twee torpedobootjaeei- werden beschermd, werden door sterke» Duitsche zeestrijdmachten overrompeld Er geland was verplicht van toen af de convooien te beschermen met slagschepen. Dit was ui economisch oogpunt gebiedend, maar het be. hoeft nauwelijks te worden gezegd dat het ge' bruik van deelen van „de ruggegraat" van dè vloot voor zulk bijkomstig werk, strategisch pngewenscht is. Van Duitschen kant zal zeker al het moge lijke worden beproefd om de hoofdmacht van de Britsche vloot te verstrooien als eco nomische eischen van die vloot vergen dat ze het handelsverkeer tusschen Engeland en Scandinavië om andere neutralen hier bui ten beschouwing te laten, gaande houdt. A. K. VAN R Boodschap van Hitier aan Stalin? Met koerier naar Moskou overgebracht. 1 BERLIJN 17 October. In gewoonlijk goed- ingelichte kringen wordt vernomen dat Hitler een boodschap heeft gericht tot Stalin. De bood- schap zou in het weekeinde door een koerier naar Moskou zijn overgebracht. Een spoedig antwoord is te verwachten. Ofschoon er geen enkele aanwijzing is welke inhoud deze bood schap zou kunnen hebben, gelooft men dat het antwoord van het grootste belang zal zijn voor de volgende stappen van Duitschland. De reeks conferenties, die Hitier op de rijks kanselarij voert, wordt nog steeds uitgebreid, Maandag ontving hij een aantal leidende offi cieren van leger en luchtmacht. Generaal Goe- ring was eveneens tegenwoordig. (United Press), Gewezen Duitsche spion wil voor Engeland strijden. Von Rintelen wil zich in dienst stellen van de Britsche Admiraliteit. Kapitein Von Rintelen, de voornaamste Duit sche spion in de Vereenigde Staten gedurende den wereldoorlog, die thans in Engeland ver toeft, heeft in een interview met de „Daily Ex press verklaard te willen strijden voor Enge land. De vreemdelingenrechtbark, waarvoor Von Rintelen heeft moeten verschijnen (mts zie ons nummer van Zaterdag), heeft hem vsn alle beperkingen ontheven, waarna hij den ver slaggever vertelde, dat hij thans de uniform van Brïtsch marine-officier wil dragen, waar toe hij zich reeds gewend heeft tot de admira liteit. Ik haat het Hitlerdom, aldus Von Rin'elen, en ik wil een kans hebben het te bestrijden. R ben van meening. aldus Von Rintelen, dat ie Nazis verslagen zullen worden. Zij weten, dat zij reeds verslagen zijn, maar zij zijn spelers in wanhoop. Het: zal mij niet verbazen indien het Duitsche leger een groote rol zal spelen bij ae verandering, welke spoedig in Duitschland za plaats grijpen. Hitier, Goering en de rest zullen heengaan. Een Lappenfamilie. Bastianini vandaag bij Halifax, Nieuwe Italiaansche ambassadeur heeft een boodschap over den Balkan bij zich. In een commentaar op de aankomst van den nieuwen Italiaanschen ambassadeur, Bastia nini, in Londen heeft Radio Roma .aa"?.e0y dat hij een boodschap van Mussolini diji zi heeft, welke verband houdt met de baling- sche doelstellingen in den Balkan. De verklaarde: „Terwijl men in Londen en Wdl van meening is, dat Bastianini de Bntscne re geering op de hoogte zal brengen van Italiaansche opvattingen ten aanzien van internationalen toestand, zijn er andere kring die van oordeel zijn dat hij mededeelmg doen van het voornemen van den Duce om - nieuw en beter evenwicht in den Balkan vestigen en in het Donaubekken". Hieraan werd toegevoegd dat Italië steiUo best geschikte mogendheid is om dit even in dat gedeelte van Europa tot stand te bre g dat beschouwd is als een bron van mo "J heden. Havas meldt, dat Bastianini vandaag bei gebruikelijke bezoek aan Lord Halifax brengen. In diplomatieke kringen verm men dat het onderhoud meer zal bete nen dan een louter beleefdheidsbezoek en den ambassadeur gelegenheid zal geven houding zijner regeering op zekere pi uiteen te zetten. Men acht het zeker, dat Bastianini, die zijn vertrek uit Rome besprekingen nee» s met den Duce en Ciano, vrij volledige 1 Mes heeft meegekregen. Na zijn bezoek w Foreign Office zal de ambassadeur zi Buckingham Palace begeven om d?n vajj voor overhandiging zijner geloofsbrieven te stellen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 6