Jiimst „Veendam" zag de „Courageous" vergaan. eerderheid voor tariefsverhooging. 't Was onmogelijk veel hulp te bieden. „,nËNSDA~G 18 OCTOBER Ï939 TWEEDE KAMER. Fiscale en beschermende rechten niet nauwkeurig te scheiden. p«| van Geldertn fSO.AP.) - DEN HAAG Dinsdag. 0.1 wetsontwerp lot wijziging van de Tarief- .1934 komt in zeker opzicht als mosterd na ffC' n ai tijd. In de eerste plaats dient het in en slechts tot bekrachtiging van het art jl- kij algemeenen maatregel van be- /ingevoerde verhooging van het tarief (tot maximum van 20 pet.). En voorts gaven ^"dillende sprekers te kennen, dat het thans ader de huidige omstandigheden twijfel- Me was of deze verhooging werkelijk ver- aC w van werkgelegenheid bevordert. Zoo """prof. v. Gel der en (s.-d.) die intusschen ^'vaarde van het verhoogde tarief voor onze h tkist niet wilde ontkennen, gezien den meevaller in den vorm van de opbrengst, Idie wa^ h°°fier blijkt te zijn, dan men aanvanke- lijk had geschat. Hoogere baten kunnen we thans best gebruiken. Om deze, pMy.; fiscale, redenen zouden de sociaal-democraten voor- stemmen, maar dan ook J alleen om die reden. Jm Mr. Rost v. Tonnin gen (nat. soc.) noemde het wetsontwerp onvol doende om. het hoofd te bieden aan de economi- e ontreddering welke zich aan den kim af tekent. Daarom zal hij met zijn partijgenooten tegenstemmen. pr Bierema (lib.) doet dat ook, tenzij men het ontwerp een tijdelijk karakter zou geven. Deze afwijzende houding van de liberalen be rust niet op een dogmatisch standpunt, maar de overweging, dat in de bestaande omstan digheden een principieel ombuigen van onze handelspolitie in protectionistische richting verkeerd .is. Ofschoon ook de heer Bakker (c.h.) wei nig geestdriftig gestemd bleek en meende, dat :n°de gevolgen thans niet kan overzien van cji voorstel, dat op een meer normale econo mische structuur gebaseerd is, zou spr. er toch maar mee accoord gaan, intusschen keerde spr. zich nog eens principieel tegen zich tot autarkie ontwikkelde protectie, welke kiemen in zich bergt voor een bloedigen strijd. Nadat de heer S c h i 11 ih u i s (v.-d.) o.m. verklaard 'had, dat verwerping van dit ontwerp de instabiliteit op het oogenblik slechts zou vergrooten, gaf de heer Sm e enk (a.-r.) te kennen, dat in het licht der gewijzigde om standigheden principieele beschouwingen weinig zin hebben. Deze afgevaardig de. die al evenmin kon ont dekken, dat het verhoogde tarief tot verruiming van werkgelegenheid leidde wat immers de bedoeling was geweest bepleitte vaststelling van den le vensduur van dit tarief, te weten voor niet langer dan 3 jaar. C. Smeonk Mr. Kortenhorst fAnii-Rev Partij) (r.-k.) voelde hiervoor wel. Overigens zette ,spr. uit een Waarom hij tariefsverhooging beter vond dan het nu ook weer door diverse sprekers meer toegejuichte contingenteerings-stelsel. Daaren tegen keerde de heer W ij n k o o p (cömm.) zich tegen deze wet, die het de Regeering mogelijk maakt dit tarief als economisch strijdmiddel aan te wenden. Minister de Geer wees er allereerst op, dat de opbrengst van de invoerrechten de eerste 9 maanden van dit jaar 14Vs millioen hooger is dan over hetzelfde tijdvak in 1938, wat niet ge heel, doch in belangrijke mate een gevolg is van het verhoogde tarief. De fiscale beteekenis van dit tarief is dus niet gering. Intusschen is in de praktijk veelal het verschil tusschen een fiscaal en een beschermend tarief, wat 't resultaat be treft, niet heel groot. Men moet daarom tusschen fiscale en beschermende werking niet zulk een geweldig onderscheid maken. Minister Steenberghe zette nog eens uit een waarom naast het verhoogd tarief toch ook contingenteeringen noodig zijn. Door de nu toegepaste verhooging wordt wel degelijk verruiming van werkgelegenheid be reikt. Nu we te doen hebben met slechts een ma tige tariefsverhooging in 'n z^r beperkt aantal bedrijven, valt ter dege te bemerken, dat Het voordeel van verruiming van werkgelegenheid mede door dezen maatregel te boeken valt. De Minister wees er op, dat Mr. Rost v. Ton- ningen op grond van zijn eigen internationale ervaringen zelf moest weten dat men niet indus- trieele èn agrarische export en voorzieningen zoo kan scheiden als hij betoogd had. Onjuist is voorts van dien afgevaardigde te beweren, dat de Regeering verkeerd doet met haar verzet te len prijsstijgingen, waaraan nu eenmaal niet te ontkomen valt. De Regeering beoogt dit dan ook niet, Zij keert zich alleen tegen noodelooze prijs stijgingen, d.w.z. tegen prijsopdrijving. Tenslotte meende Mr. Steenberghe, dat het niet veel zin nad dit wetsontwerp thans een tijdelijk karak- to te geven. Een amendement-K ortenhorst om het invoerrecht op geldkisten te verhoogen ontmoette alleen oppositie bij communisten, socialisten, i'njzinnig-democraten, en liberalen, zoodat het er met 50—25 doorging. Mr. Kortenhorst's amen- dement, dat diende tot bescherming van de ro zenkrans-industrie, doch waarvan de Minister van Economische Zaken betoogd had, dat het to op redelijke gronden berustte, werd, over dsnkomstig "s Ministers advies verworpen en me' 66—10; het gros der katholieken stemde dus ook tegen. Tenslotte verdedigde de heer S me enk (a.r.) en amendement om de wet met ingang van anuari 1943 te laten vervallen. Thans, onder de genwoordige omstandigheden, doet men eigen- J me* dit tarief een sprong in het duister, aarom zou het billijk zijn over een drietal ja- ,en aen Staten-Generaal gelegenheid te verschaf- en zich opnieuw te beraden over het tarief, aid' helderen (s. d.) juichte het toe, dat us de wet de gelegenheid zou openen voor if1 mettertijd opnieuw kritisch bezien van dit Aangezien we hier geen noodwet hebben, eende de heer Schilthuis, dat in dit geval JUelijkheid misplaatst was; integendeel een ta- wet dient zooveel mogelijk stabiliteit te be vorderen. Mr. Kortenhorst (r.k.) voelde evenmin oor deze amendeeringspoging, die Minister jeenberghe insgelijks bestreedt, mede aangezien "7 zooals de vorige spr. had opgemerkt de Ta- tosmachtigingswet met 1 Januari 1942 vervalt. ,p0K Minister de Geer betoogde, dat het uit I. ,.00ze is een tarief van invoerrechten slechts jyu te laten werken. Met 38—35 nam de Kamer het amendement aan en z.h.st. het heele wetsontwerp met aan- teekening van 't „tegen" der nat. soc. en com munisten. Over het verzoek van Mr. Rost v. Tonningen (nat. soc.) om te mogen interpelleeren wegens het feit, dat de voorzitter van het N.V.V. lid van de Tweede Kamer, op het congres van het inter nationaal verbond van vakvereenigingen te Pa rijs zich heeft aangesloten bij een resolutie be treffende de rechten der menschheid tegenover de totalitaire staten beslist de Kamer Woensdag. E v.R. Kamerlid wegens beleedigiug veroordeeld. Tegen het Kamerlid H. Ruyter had de Offi cier van Justitie bij de Haagsche Rechtbank op 3 October een geldboete geëischt van 60 gulden subs. 60 dagen hechtenis wegens be- leediging van het Kamerlid mr. M. M. Rost van Tonningen in het gebouw der Tweede Ka mer. Oogenblikkelijk na de schorsing der zit ting van die Kamer op 1 Maart van dit jaar, had de heer Ruyter den heer Rost van Ton ningen het woord „landverrader" toegevoegd. De Rechtbank veroordeelde den heer Ruyter tot een geldboete van 25 gulden subs 25 dagen hechtenis. Wetsontwerp inzake de spelling. Ter fine van advies naar Indië. Naar de N. Rott. Crt. van bevoegde zijde verneemt, had minister Slotemaker de Bruine vóór zijn aftreden een wetsontwerp be treffende de spelling vervaardigd. Dit ontwerp is thans ter fine van advies naar Ned.-Indië en de West gezonden. Thans is men het advies van de bevoegde in stanties aldaar wachtende. Na rekening ge houden te hebben met eventueele opmerkin gen zal tot indiening van het wetsontwerp door minister Bolkestein worden overgegaan. Hoog Militair Gerechtshof bestaat 125 jaar. Het was Dinsdag 125 jaar geleden, dat in Utrecht de plechtige installatie van liet Hoog Militair Gerechtshof geschiedde. Had het aan vankelijk in de bedoeling gelegen aan dezen dag een bijzondere herdenking met enkele feestelijkheden te verbinden, men heeft hier van evenals vijf en twintig jaar geleden bij het honderdjarig bestaan in verband met de mobilisatie afgezien en zich bepaald tot een korte herdenkingszitting in de zaal van het Haagsche Paleis van Justitie, waar het Hof geregeld zijn strafzittingen houdt. Deze plechtige zitting ging aan 's Hofs ge wone werkzaamheden vooraf. HAVENSTAKING TE DELFZIJL GEëINDIGD. Een staking in de haven te Delfzijl, welke ruim een week heeft geduurd is Dinsdag ge ëindigd. Dinsdagmiddag hebben de havenar beiders het werk op de oude voorwaarden her vat. Zevenendertig van de vaste arbeiders zijn evenwel ontslagen. Dikke laag olie dreef op het water. Dinsdagavond is het s.s. „Veendam" van de Holland-Amerika Lijn, na een opont houd van ruim drie weken in Engeland, te Rotterdam aangekomen. Om zes uur meerde het schip aan de Wilhelminakade en kort daarna werden wij in een der sa lons ontvangen, waar de heer F. C. Bou- man, directeur van de H.A.L., ons eenige bijzonderheden over de reis mededeelde. Op 9 September vertrok de Veendam van New-York naar Europa met een lading van 1200 ton stukgoed, en 8.000 ton graan, bestemd voor Rotterdam en Antwerpen. Het grootste deel van de reis was reeds af gelegd zonder dat men iets bemerkt had van den oorlog, toen men in den morgen van 17 September, op 375 mijl bewesten het Kanaal een vrachtschip zag, dat in nood verkeerde. Het bleek het Engelsche s.s. „Kafiristan" te zijn, dat door een Duitsche duikboot getorpe deerd was. Onmiddellijk stoomde de „Veendam1 er naar toe, .maar toen men in de nabijheid kwam, 'bleek het Amerikaansche s.s. „American Banker" de bemanning van de „Kafiristan" reeds te hebben opgepikt, zoodat de „Veendam" geen hulp behoefde te verleenen. Met behoorlijke snelheid werd verder koers gezet naar Engeland tot men 's avonds omstreeks zeven uur op ongeveer zeven mijl vooruit een groot oorlogsschip zag, dat geëscorteerd werd door drie kleinere schepen. De lucht was helder en het zicht goed, zoodat men al spoedig kon on derscheiden, dat het groote schip het Brïtsche vliegtuigmoederschip „Courageous was, dat be geleid werd door drie torpedojagers. Kort na dat men de schepen in zicht gekregen had, kwa men enkele bombardementsvliegtuigen met een groote bocht over -de „Veendam" heenzetten en koersten naar de „Courageous", waar zij op het dek landden. Vervolgens werd door het groote schip een dicht rookgordijn gelegd, dat het volkomen aan het oog onttrok. Getorpedeerd. Op de Veendam meende men, dat de schepen zich thans zouden verwijderen, maar na ongeveer vijf minuten hoorde men vlak na elkaar twee explosies. Door het rookgordijn kon men niet zien wat er ge beurde, maar wel zag men de torpedoja gers hun snelheid vermeerderen. Toen de rook een weinig was opgetrokken, zag men dat de „Courageous" aan bakboordzijde door een torpedo moest zijn getroffen. Het schip wendde zich op zij, vlak daarop ver hief de voorsteven zich bijna rechtstandig omhoog en dan zonk het kolossale vaartuig binnen enkele minuten weg. Het nieuwe Amstelstation in de hoofdstad bij avond biedt een imposanten aanblik als het fraaie bouwwerk zich, badend in hellen schijn, tegen den donkeren achtergrond scherp afteekent. Intusschen was op de „Veendam" bevel ge geven de sloepen gereed te houden en werden veertien reddingbooten gestreken. Op het water was toen reeds niets meer te zien dan een dikke laag olie, die zich zeer ver uitstrekte en op sommige plaatsen een dikte had van vijf cen timeter. Wat wrakhout en gereedschappen dre ven rond. Spoedig bleek, dat de reddingspogingen vrijwel tevergeefsch zouden zijn. Een aan tal opvarenden van de „Courageous" had zich met sloepen in veiligheid kunnen bren gen, de anderen kwamen in het vuile wa ter terecht. De meesten van hen werden in de diepte gezogen toen het vliegtuigmoe derschip zonk, enkelen werden door de torpedojagers opgepikt, maar degenen, die zich nog drijvende konden houden, stikten in de olie. Van de torpedojagers waren reddingssloepen uitgezet, terwijl ook een Britsch vrachtschip hulp bood, maar veel drenkelingen konden niet worden gered. Eén der sloepen van de „Veen dam" vischte nog een officier van de „Coura geous" op, die door de vuile olie zwaar ver giftigd was en geen teekenen van leven meer gaf. Hoewel de scheepsarts van de „Veendam" nog geruimen tijd poogde de levensgeesten weer op te wekken, mocht dit niet gelukken. Het stoffelijk overschot werd aan boord gekist en meegenomen naar Engeland. Ook had men het scheepsjournaal van het getorpedeerde schip, welk boek in de olie ronddreef, bij een van de sloepen opgepikt. Dit journaal werd door den kapitein van de „Veendam" ingepakt en ver zegeld, om later in Engeland te worden afge geven. Toen bleek, dat verdere reddingspogingen geen resultaat zouden opleveren, zette de ..Veendam" omstreeks twee uur 's nachts koers naar de Downs, (nadat het Engelsche patrouille vaartuig „Ivanhoe" langszij was gekomen en een der officieren den kapitein van de „Veendam" bedankt had voor de verleende hulp. Ruim zeven uur had men met zoeklichten naar overlevenden gespeurd, maar zonder re sultaat. In Engeland. Op 20 September kwam men in de Downs aan en daar ging de „Veendam" voor anker om de instructies van de Britsche admiraliteit af te wachten. Het stoffelijk overschot van den offi cier. die de betaalmeester van de „Courageous" bleek te zijn, werd aan wal gebracht, terwijl het verzegelde journaal aan de autoriteiten werd overgegeven. De Engelsche passagiers werden met een patrouille vaartuig van boord gehaald, maar de andere passagiers mochten niet aan land gaan. Na twee weken in de Downs te heb ben gelegen, gedurende welken tijd de Britsche autoriteiten de scheepspapieren raadpleegden, werd op 4 October opdracht ontvangen om op te stoomen naar Gravesend. Daar werden de nog aan boord zijnde passagiers aan land gezet en vervolgens voer het schip naar Londen, waar in. Tilbury Docks een deel der lading werd gelost. 700 colli stukgoed werden uit het schip ge haald, tezamen ongeveer 200 ton, en tenslotte kreeg men Maandagmiddag om drie uur verlof om te vertrekken. Zondag a.s. zal het schip naar Antwerpen vertrekken, waar de passagiers voor Amerika worden opgenomen en omdat het aantal in Bel gië embarkeerenden niet zeer groot is, zal een aantal Amerikanen, die zich in Rotterdam be vinden, Zaterdag per extra trein naar Antwer pen worden gebracht, waar zij zich zullen in schepen. Denzelfden dag zal de Veendam van Antwerpen naar Cowes in Engeland vertrekken, waar ook nog een aantal passagiers voor Ame rika aan boord zal gaan. Het totale aantal pas sagiers dat de reis naar Amerika zal meemaken, bedraagt ongeveer achthonderd. in Haarlem en daarbuiten Charles Rochussen (1814-1894) De veiling, te Amsterdam, van de aquarel lenverzameling Völcker-Verstolk, bracht den kunstenaar weer eens voor het voetlicht, van wien wij de vorige week schreven dat hij één der eerste, zoo niet de voornaamste Holland- sche illustratoren is geweest. Een prachtig staal van die kunst is de aqua rel uit genoemde verzameling, waarvan hier bij een reproductie gegeven wordt. Een enkele blik daarop is wel al in staat van Rochussen's teekenvaardigheid, compositie-gevoel en schilderlijken zin voor kleurwaarden daarin, een hoogen dunk te krijgen. Vooral in de fi guratie beschikt hij over een zwierigheid, die bij de Hollajidsche romantici, die zijn tijdge- nooten waren, slechts sporadisch voorkomt, en dat zeker niet in die gemakkelijk gerang schikte groote hoeveelheid „beeld j ens" zooals men toen zeide waarmee hij eenig historisch of anecdotisch gegeven wist te il lustreren. Het is wel zeer juist door mejuf frouw Marius in haar Geschiedenis der ne- gentiende-eeuwsche schilderkunst Rochussen getypeerd, als zij zegt: „Vaardig, levendig van voordracht, met een kennis van het costuum, die hem in staat stelde zijn personages zich zoo te laten bewegen, dat zij door de kleeder dracht van hun tijd niet belemmerd schenen en evenmin het aanzien van verkleed-te-zijn gaven: kundig, zonder archeologisch vertoon. kleurrijk"enz., heeft hij zijn talent met een kwistigheid uitgegeven als een nimmer ophoudende bron, zonder veel moeite, zonder veel diepte, maar wel heel en al met datgene, dat men destijds van een illustratie ver wachtte". Men krijgt inderdaad wel den indruk, dat het teekenen hem al zeer gemakkelijk „uit de hand liep" zooals men dat wel noemt. Dat bij zijn enorme productiviteit de kleur nog al eens van geringe beteekenis was, valt niet te ontkennen, doch daaruit mag niet worden afgeleid dat hij geen „schilder" zou zijn. Tal van schilderijtjes bestaan er van hem, waar in ook aan de kleur een verrassende aandacht geschonken is en dan kan hij zelfs rustig tus schen Fransche romantici als Ditaz, Nanteuil en dergelijken gehangen worden zonder er bij te verliezen. In de Amsterdamsche collectie- Westendorp is zulk een fijn stukje, een aan tal personen in een door de maan belicht landschap (oudtijds in de verzameling-Fran- ken) dat geheel dien aristocratischen geest ademt. En ook onder de aquarellen zijn er verscheidene, die dat hinderlijke smoezelig- gele lokaal-kleurtje missen, waarop het ge heel is afgestemd. Tot die zeer mooie bladen behoort de hier besproken aquarel. Ook deze als veel van Rochussen's werk brengt een historisch gegeven in beeld. Het is een tafreel uit het oorlogsjaar 1673. Koning stadhouder Willem III bezoekt met zijn ge neraal Jan Maurits van Nassau de Hinder- schans aan de Vecht, waar, voor „oorlogsdoel einden" een fraaie patricische buitenplaats geslecht wordt, en, aan de overzijde van de rivier, een versterkt bastion gebouwd wordt. Alleen de aardige koepel staat nog overeind, maar die zal er ook wel aan moeten gelooven, want er vlak naast zijn ze al bezig de boomen om te hakken. Zooals de lezer zietde his torie herhaalt zich. Een paar voorname leger- mannen worden bij den aanlegsteiger aan wal gezet. Een groot schip met het Amsterdam sche wapen op den gebeeldhouwden achter steven ligt aan den anderen oever, waar eveneens groote bedrijvigheid heerscht. Alle qualiteiten, door juffrouw Marius haar boek aan Rochussen toegekend, kan men in deze aquarel terug vinden. Ondanks de miserabele feiten der voorstelling blijft de charmante behandeling er van door den ar tist, te bewonderen. Ook Rochussen blijft, als de meeste romantici, naar den geest van zijn werk steeds aristocraat. Hij stamde uit een Rotterdamsch koopmans geslacht, en zou aanvankelijk ook in den han del gaan. Dat voornemen werd echter opge geven en betrekkelijk nog jong werd hij leer ling van den even fijngeestigen schilder W. J. J. Nuyen, die jong stierf, maar grooten in vloed op zijn omgeving gehad heeft. Vooral Bosboom 'heeft dien gunstigen invloed onder gaan. Na Nuyen bezocht Rochussen nog het atelier van den zee- en riviergezichtschilder Waldorp, zoodat hij welbeslagen op het ijs kwam en iets later als zelfstandig artist zijn leven tusschen Den Haag, Amsterdam en Rotterdam verdeelde. Zijn midden-leeftijd van 1849 tot '69 bracht hij in de hoofdstad door, waar hij volop met opdrachten voor il- lustreerwerk: voor een Vaderlandsche Ge schiedenis, voor Vondels Gijsbreeht, voor ro mans van Jacob van Lennep enz. enz. over laden werd. Hij had daar zijn atelier in de Leidsche dwarsstraat, in de buurt van den Stadsschouwburg en die nabuurschap was misschien ook wel de aanleiding, dat hij voor dien schouwburg de groote straat-affiches op steen teekende, die tafreelen uit daar gespeel de balletten en spektakelstukken illustreer den. Het zijn de zeer weinige uit dien tijd overgebleven artistieke lithographische affi ches waarop onder andere de „Schipbreuk van de Medusa", het „Buskruitverraad of de daad van een Amsterdamschen jongen" er meer soortgelijke sensationeele stukken frag mentarisch vertoond werden. Daar was veelal haastwerk bij en het kon gebeuren dat 's mor gens de drukkers een grooten lithografischen steen naar het atelier sleepten en op Rochus sen's teekening mochten blijven wachten. Die was met een uurtje klaar en dan kon des avonds het nieuwe affiche al aan den schouw burg aangeplakt zijn. Dat was zoo omstreeks 1860 al een heele prestatie, waar men, wat de snelheid betreft, nu de hand niet voor om draait. Maar het aardige was dat er in die paar uren tijd iets gemaakt was dat op zich zelf artistieke waarde had, hetgeen bij latere scheppingen op dat terrein met veel meer ge wichtigheid, ernst, tijdsverbruik enkos ten gepaard ging. Die artisten uit grootva- der's tijd hadden soms een enthousiasme dat men nu niet altijd achter hen zoeken wil. En Rochussen, met zijn voorkomen van een ge- pensionneerd generaal, was van dien stempel. J. H. DE BOIS Ook een tankverbod op Zondag? De situatie, geschapen door de mogelijkheid van het tanken van buitenlandsche automobilis ten op Zondag in ons land, heeft de aandacht van het departement van economische zaken getrok ken. Vooral veel Belgische toeristen bezoeken des Zondags het Zuiden van ons land en ver bruiken dan nog al wat benzine. Een verbod om op Zondag benzine te verkoopen zou, volgens de N. R. C. thans bij de regeering in overweging zijn Oranje-vliegtuigen neutrale vliegtuigen Voorstel der K .L. M. aan verschillende luchtvaartmaatschappijen. 'Met het oog op het gevaar, dat er in dezen tijd voor de verkeersvliegtuigen van neutrale landen bestaat men behoeft slechts te denken aan de beschieting van de Mees heeft de K.L.M. het initiatief genomen om te komen tot een afdoend herkenningsteeken voor deze vlieg tuigen. Men heeft contact gezocht met de bur gerluchtvaartmaatschappijen in België, Dene marken, Zweden en Noorwegen om hiervoor een uniforme regeling te ontwerpen. Voorgesteld is om alle verkeersvliegtuigen van deze landen geheel oranje te schilderen. De kleur oranje is juist gekozen, omdat na proefnemingen gebleken is, dat deze kleur zoowel tegen een blauwen als grijzen achtergrond het scherpst af steekt en herkenning door vliegtuigen van de oorlogvoerende landen dus waarschijnlijk is. Zoowel Engelsche als Duitsche luchtvaartauto riteiten hebben hun instemming betuigd met dit plan. Het wachten is nog op de beslissing van de directies der burgerluchtvaart-maatschappijen, maar men kan wel aannemen, dat deze accoord zullen gaan met het voorstel. Zoodra de beslissing is gevallen, zal begonnen worden met het oranje schilderen van de toe stellen. Voor ieder toestel is een hoeveelheid verf van vijftig kilo noodig. Noodlottig; gedrang op station te Zaandam. Arbeider van perron geduwd en onder den trein geraakt. Het gedrang, dat 's avonds om zes uur na het uitgaan der fabrieken op het station te Zaandam pleegt te ontstaan zoodra de trein in zicht is, waarmede de arbeiders naar hun woonplaatsen reizen, heeft Dinsdagavond we derom een ongeluk tot gevolg gehad. Nog voordat de voor Amsterdam bestemde trein tot stilstand was gekomen, werd een der arbeiders van de artillerie-inrichtingen aan de Hembrug van het perron geduwd, waardoor hij onder de wielen van den trein terecht kwam. Het linkerbeen en enkele vingers werden hem afgereden, terwijl hij bovendien aan hefc rechterbeen en het gelaat werft gewond. Het slachtoffer is ter verpleging in het gemeente ziekenhuis te Zaandam opgenomen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 5