|Kin, Steenberghe geeft een toelichting Pil op de economische defensiemaatregelen. «Mijnhardtje Ik ontdek Amerika. NIEUWS IN 'T KORT. fl[ïfSÖA_G 7 NOVEMBER 1939 (Van onzen specialen verslaggever) 'EDERLAND's economische defensie gr is voor, tijdens en na het uitbreken van den oorlog van vele zijden critiek uitgeoefend op het beleid van de Regee- inzake belangrijke economische kwesties, ffli -jii. de bevoorrading, de distributie van tr de as distributie van benzine enz. De cri- üR a nebben zich echter in verreweg de meeste bepaald tot opbouwende critiek, iets, dat f den Minister van Economische Zaken, mr. ':0p l Steenberghe, in een dezer dagen onder N.uinc- gehouden persconferentie met dank- leiding gehouden persconferentie met dank- ,yerd aangestipt. Minister Steenberghi Sfle deze conferentie, welke in- hotel Witte- Tit te 's-Gravenhage plaats vond en waarin ver killende hoofdambtenaren mede aanwezig wa- 'met een uitvoerige rede. Hij wees er daarbij de internationale spanningen, welke se- i j- Aurriicfnc hpst/wiripn Vipf. rinnrJ'zalrpTiik' c?' gijjjje Augustus bestonden, het noodzakelijk daadwerkelijk uitvoering te geven aan ische noodwetten, waarvan er 8 op 1 Juli gleden, in nieuwen vorm in werking zijn ge- psakten Sen Op 28 Augustus en 1 September jongst- SL werd een reeks van Koninklijke Besluiten T ministerie el e beschikkingen afgekondigd, 'n nog menige maatregel volgde. 'ingrijpende, doch voor onze economische Jerbaarheid zoo noodzakelijke maatregelen heb- En niet nagelaten ook wel eens nadeel te berok ken Dat niettemin van alle zijden zooveel me- Perking ondervonden in deze moeilijke tij en stemt tot groote erkentelijkheid. De voorbereidingsmaatregelen ne critiek die tot nu toe is geuit op de voorbe- heeft hierin bestaan, dat enerzijds de voorraadvorming niet groot genoeg keest is, anderzijds, dat de voorbereidingen van distributie en daarmee samenhangende ad ministratieve maatregelen niet voldoende vóór ^oorlog heeft plaats gehad. Minister Mr. M. P. L. Steenberghe. Wat de voorraadvorming betreft moge ik er op Idjzen, aldus de Minister, dat de noodzakelijke toorraden voor een redelijken termijn wel dege lijk zijn gemaakt en dat hiervoor millioenen zijn uitgegeven. Aan het aanleggen en houden van grootere voorraden waren grenzen gesteld door de financieele mogelijkheden. Overigens moet men bedenken dat het tijdstip van liet uitbreken van een oorlog nu eenmaal tiet is te voorspellen, zoodat de regeering, indien b) een keer begonnen is met het aanleggen van groote voorraden te bevorderen, daarmede jaren lang zou moeten voortgaan. Jarenlang zal men dus groote voorraden aanwezig weten, voorraden, j-elke eventueel geregeld moeten worden ver- veischt. In het algemeen heeft dit een prijsdruk- kenden invloed op de markt, hetgeen tot gevolg heelt, dat de handel minder geneigd zal zijn tot koopen. Meer en meer zal de Regeering dan ge- iiMdzaakt zijn zelf te koopen met gedeeltelijke terzijdeschuiving van den handel, hetgeen juist Diet de bedoeling is. Wat de critiek op de voorbereiding van de dis tributie en de daarmede samenhangende admini stratieve maatregelen betreft moge er op worden gewezen, dat tal van administratieve maatregelen (inlichten van gemeentebesturen, drukkeen op leggen van distributie-noodkaartenen derge lijke) reeds vóór den oorlog genomen waren. De maatregelen van voorbereiding en uitwerking van afzonderlijke distributies, waaraan hooge kosten verbonden zijn, konden echter niet worden genomen, omdat de voorbereiding samenhangt met de posities bij de grossiers en den detailhan del op het moment, waarop de distributie aan vangt. De prijspolitiek Ook de door de Regeering gevolgde prijspolitiek heeft nogal critiek ondervonden. Deze bestond hierin, dat men zich afvroeg, waarom door de betrokkenen niet van den aanvang af met de vervangingswaarde rekening mocht worden ge houden. De Regeering heeft zich op het standpunt ge- iteld, dat een voorzichtige prijspolitiek, welke een histige prijsontwikkeling zonder groote schokken en met behoud van het zoo noodzakelijke even wicht in de bestaande prijsverhoudingen waar borgt, in 's lands belang moet worden geacht. Daarbij behoefde niet aanstonds met de ver vangingswaarde rekening te worden gehouden, waarmede niet gezegd wil worden, dat het begin sel der vervangingswaarde geen beteekenis heeft bij de waardeering van de voorraden. Evenwel ®oet ook op andere factoren worden gelet bij net bepalen van een prijspolitiek. Zoo zal de pootte der voorraden en de onzekerheid der hui- prijsbeweging daarop van invloed zijn. Het werd niet noodig geoordeeld zich reeds dadelijk ie richten naar de vervangingswaarde van de veelal voor geruimen tijd voldoende voorraden. Voorts moge nogmaals worden gewezen op het poote belang, dat er voor de geheele bevolking aanwezig was om een wilde en ongemotiveerde Prijsopdrijving tegen te gaan. Indien dit niet was geschied, zouden de kosten van levensonderhoud rceds thans op bedenkelijke wijze zijn gestegen, immers prijsverhooging van de eerste levensbe hoeften schept een drang tot verhooging der loo- "en. Een dergelijke verhooging vermeerdert de Productiekosten, zoodat de producent weer ge noodzaakt wordt de prijzen van zijn oroduc- te verhoogen. Nü zou men hiertegen kunnen aanvoeren, dat Regeering dan van haar bevoegdheid gebruik An ?a^en om maximumprijzen vast te stellen. tnrV *nvoeren van maximumprijzen zijn ech- J* bezwaren van administratieven, organisatori- Ai\en ^nancieelen aard verbonden, aar i noodiS moc^t worden zal zij echter niet i daai'toe alsnog over te gaan, bijvoor- 10 als de kettinghandel weer zou ontstaan. De landbouwpolitiek ..^e,landbouw politiek van de Regeering is er op zlin jafc de landbouw een redelijken prijs voor Miiii t Uc^en ontvangt- In dit verband wees de minister op de onlangs plaats gevonden hebbende verhooging van de richtprijzen der akkerbouw producten en op de verhooging van den groot- handelprijs voor boter. Verwacht mag worden, dat. die hoogere prijzen de productie van land- bouwartikelen, welke voor de voedselvoorziening onontbeerlijk zijn, zullen stimuleeren. Niet alleen door het geven van hoogere prijzen tracht de Regeering de positie van den landbouw te versterken. Men denke aan de hulp en voor lichting welke de land- en tuinbouw van den Landbouwvoorlichtingsdienst in nog grootere mate dan voorheen ontvangt. Niettemin blijven wc, zij het ook in mindere mate dan in 1914, af hankelijk van den aanvoer van grondstoffen uit het buitenland. In het bijzonder geldt dit voor het veevoeder. Vandaar dat juist het vraagstuk van de veevoedervoorziening de volle aandacht van de Regeering heeft. Wat de genomen maatregelen betreft moge al lereerst worden gewezen op de aanzienlijke Re- geeringsinkoopen van buitenlandsche tarwe, wel ke reeds lang voor den oorlog hebben plaats ge had. Bovendien is sedert 1 September door de bemoeienissen van de Regeering een groote hoe veelheid graan uit het buitenland aangevoerd, terwijl momenteel nog aanzienlijke hoeveelheden graan en andere veevoeders onderweg zijn naar ons land. Alles bijeengenomen kan worden gezegd, dat onze veevoederpositie thans niet onbevredigend is, hoewel uiteraard door de groote afhankelijk heid van het buitenland voor de toekomst niets met zekerheid valt te voorspellen. Distributie. Ook met betrekking tot dit onderdeel van de Regeeringsbemoeienis is critiek uitgeoefend. De Regeering heeft als algemeene richtlijnen ge steld, dat niet eerst bij een tekort tot distributie moet worden besloten. Reeds eerder, wanneer de wenschelijkheid dringt om een tekort te voorko men, moet tot distributie worden overgegaan. Het algemeene doel, dat hierbij voor oogen staat, is te zorgen, dat iedere Nederlander de mogelijk heid beho.udt zijn aandeel in de aanwezige le vensmiddelen te ontvangen. Hoewel het publiek in het algemeen een juist begrip heeft getoond voor de zware taak, welke onder de huidige omstandigheden op de Regee- I knapt direct op De echte xljn niet rond, maar hartvormig. (Adv. Ingez. Medj ring rust, moge met betrekking tot de distributie nogmaals een beroep op aller medewerking wor den gedaan; men verlieze zijn kracht niet in detail-critiek. Een belangrijke plaats in de economische ver dediging wordt het behoeft wel geen nader be toog ingenomen door de scheepvaart. Daar dit echter een onderdeel vormt van de internationale politiek, moest de Minister volstaan met mede te deelen, dat de Regeering en met name de Minis ter van Buitenlandsche en van Economische Za ken, de volle aandacht aan de scheepvaart schenken. De aard van het onderwerp leent zich echter niet tot publicaties". Oorlogsbrood en tomatensoep. Tijdens een korte pauze werden de journalis ten in de gelegenheid gesteld een kop tomaten soep uit regeeringsblik te nuttigen, waarbij voorts sneedjes versch en drie dagen oud oor logsbrood werden rondgediend. Daarmede oogstte Minister Steenberghe zeer veel succes. Speciaal wat hét uit 60 pCt. tarwebloem (of -meel)25 pCt. roggebloem (of -meel) en 15 pCt. aardappelmeel bereide brood betreft. De critiek, dat enkele da gen oud oorlogsbrood niet genietbaar zou zijn, werd daarbij afdoende weerlegd Binnenlandsche markt gaat voor. Na zijn uitvoerige rede gaf Minister Steen berghe eveneens gelegenheid tot het stellen van vragen, vragen, welke hij op een enkele uitzon dering na persoonlijk beantwoordde. Hij vond daarbij o.m. de gelegenheid tot de mededeeling, dat wat den export naar het buitenland betreft van goederen, welke in eigen land schaarsch zijn haring bijvoorbeeld de Regeering zich op het standpunt stelt dat de voorziening van de binnenlandsche markt natuurlijk prevaleert Niet temin zal hierbij niet al te schroomvallig te werk gegaan worden. Voorts betoogde de minister, zulks naar aanleiding van een vraag betreffende de benzinedistributie, dat Nederland inderdaad over behoorlijke voorraden kan beschikken, ter wijl de aanvoer, welke zooveel mogelijk door de regeering bevorderd wordt, in September en Oc tober zeer bevredigend was. Men moet echter in het oog houden, dat de aanvoer van alle olie producten niet van dien aard is, dat Nederland het zonder beperkende maatregelen af kan. Dit zou een va-banque-politiek beteekenen ten aan zien van de aanwezige voorraden en daarvoor is de Regeering in geen geval te vinden. Vischrookers vergaderden te Scheveningen. Bond met een nieuwen naam opgericht. In het gebouw „Padro" aan de Jurriaan Kok straat te Scheveningen vond dezer dagen een vergadering plaats van deli Nederlandschen bond van vischrookers. Het voorstel van het bestuur om een nieuwe vereeniging op te richten onder den naam van Nederlandschen bond van vischrookers, haring en vischhandelaren, werd met algemeene stem men aangenomen, en alle leden traden tot dezen bond toe. Aangezien de meesten der rookers tevens haringhandelaar zijn en andere ook weer in versche makreel handelen, is het gewenseht dat dit dan ook in den naam van den bond tot uiting komt. Vervolgens werden de statuten besproken, toe gelicht door mr. Roest Crollius en daarna goed gekeurd. De verandering in de statuten is zeer ingrijpend, doch moest dat zijn, om de mogelijk heid te openen onder af deelingen op te richten in verschillende plaatsen. Voorts deed de voorzitter mededeeling van de conferentie die het bestuur gehad heeft met de visscherij centrale, teneinde te bereiken dat er voldoende wintervoorraad voor de leden aanwezig zal zijn om de bedrijven zonder stagnatie te kunnen voortzetten en om er voor te zorgen dat het binnenland van voldoende hoe veelheden gerookte haring wordt voorzien. Rede van Chamberlain werd aanleiding tot huiselijke twist. Mijnwerker sloeg zijn kostvrouw met een bijl. De radio-rede, welke minister-president Cham berlain op 3 September 1.1. heeft gehouden, heeft voor een mijnwerker uit Schaesberg ernstige ge volgen gehad. Tezamen met zijn kostvrouw had hij naar de rede geluisterd en al spoedig kreeg het tweetal een heftige politieke ruzie. De vrouw had-daarbij de radio kapot gesmeten. Hierop was de man de woning uit gegaan. Later was hij even wel met een bijl terug gekomen en had de vrouw daarmede verschillende slagen toegebracht, zoo dat zij ruim veertien dagen in een ziekenhuis moest worden verpleegd. De officier van justitie eischte, verzachtende omstandigheden in aanmerking nemende, een gevangenisstraf voor den tijd van acht maanden. De rechtbank veroordeelde den mijnwerker wegens poging tot zware mishandeling tot acht maanden gevangenisstraf met de bepaling dat vier maanden daarvan voorwaardelijk worden opgelegd met een proeftijd van twee jaar. Opening „Tehuis voor Vrouwen en Meisjes". Het was een moedige daad van den heer en mevrouw Stol-Bogaart om in deze moeilijke tijden hun „Tehuis voor Vrouwen en Meisjes", dat reeds eenige jaren gevestigd was aan de Bakenesser- gracht, uit te breiden en te verplaatsen naar de Ripperdastraat 11. Maandagmorgen sprak de heer S. C. de Haas van Dorsser, directeur van Maatschappelijk Hulpbe toon het openingswoord uit, waarbij talrijke auto riteiten op het gebied van maatschappelijk werk te Haarlem aanwezig waren. In een pittige speech noemde spr. de groote verantwoordelijkheid, maar tevens de aangename voldoening, die het bestu ren van een dergelijke onderneming met zich brengt. Het is geen gemakkelijke taak haar, die door omstandigheden de eigen haard moeten ont beren, een onderdak te verschaffen. Bij het echtpaar Stol, dat op dit gebied zijn spo ren reeds verdiend heeft, is dit streven echter in goede handen. Nadat de heer Stol de toespraak van den heer De Haas van Dorsser beantwoord had, werd een rondgang door het huis ondernomen. Overal trof de zonnigheid der kamers. LEVERING VAN ROGGEMEEL AAN BAKKERS. Van officieele zijde wordt bekend gemaakt, dat van Maandag 6 November 1939 af het leveren van roggemeel of gebroken rogge aan bakkers, bloem- werkende industrieën en roggebroodfabrieken slechts is toegestaan tegen de door den besteller in te leveren bonnen, met aangehecht geleidebiljet, welk biljet dient ter dekking van het vervoer naar den besteller en door dezen moet worden be waard. De bestelbonnen worden telkens voor den gel digheidsduur van een maand verstrekt. Den leveranciers zullen tegen de inlevering van deze bestelbonnen bij het bureau van den pro vincialen voedselcommissaris bonnen worden ver strekt, welke recht geven op een hoeveelheid rogge, overeenkomende met de op de ingeleverde bestelbonnen vermelde hoeveelheid roggemeel of gebroken rogge. Het verleenen van weermachts- industrieverlof. De regeeringspersdienst meldt; Bij beschikking van den minister van Defensie van 2 November 1939 zijn regelen vastgesteld be treffende het verleenen van weermachtsindustrie- verïof. Dit verlof heeft ten doel bedrijven of in stellingen en overeenkomstige werkgevers, die door het onder de wapenen zijn van leden van hun personeel worden belet de hun verstrekte de fensie-opdrachten naar behooren uit te voeren, in staat te stellen -aan deze opdrachten te voldoen. Het weermachtsindustrieverlof wordt alleen verleend aan personeel, dat ten behoeve van de materieelvoorziening van de weermacht onmis baar en niet te vervangen is en de eerste oefening gedurende een tijdvak als genoemd in artikel 30 lid 1 van de Dienstplichtwet heeft volbracht. Het verlof wordt uitsluitend verleend voor den duur, welke de omstandigheden vereischen. Verzoeken om toekenning van weermachtsin dustrieverlof mogen uitsluitend worden ingediend door de directies van bedrijven of instellingen en door overeenkomstige werkgevers terzake van opdrachten ten behoeve van de weermacht. Het weermachtsindustrieverlof is geheel ge scheiden van zakenverlof en andere verloven. Personen, voor wie de werkgevers weermachts industrieverlof aanvragen, dienen ter voorkoming van verwarring en het daaruit voortkomende tijd verlies, zelf geen zakenverlof aan te vragen. De verzoeken voor weermachtsindustrieverlof moeten worden ingediend volgens dë door den di recteur van het Centraal Orgaan voor voorziening in de behoeften van de weermacht (Lange Hout straat 19, 's-Gravenhage) te stellen regels, bij wien op schriftelijke aanvrage inlichtingen kunnen worden bekomen. Alleen die verzoeken worden in behandeling ge nomen, welke op de bovenbedoelde wijze worden ingediend. DISTRIBUTIE VAN SPIRITUS. Blijkens een in de Nederlandsche Staatscourant van 6 November gepubliceerde mededeeling, ver leent de directeur van de sectie spiritus van het rijksbureau voor chemische producten tot nader order vrijstelling van de verplichting tot opgave hunner voorraden aan die handelaren, in- en verwerkers van spiritus, aan wie geen formulieren tot opgave zijn toegezonden. PRINS BERNHARD ONTVANGT GENERAAL BOERSTRA. Z.K.H. Prins Bernhard heeft Maandag den oud-legercommandant van het Koninklijk Ne- derlandsch-Indische leger, luitenant-generaal M. Boerstra, ten paleize Noordeinde ontvangen. AAN BOORD OVERLEDEN. Bij de ouders te Haarlem is bericht ontvangen dat hun zoon, de heer J. W. Smit, in den ouder dom van 31 jaar aan boord van het stoomschip Christiaan Huygens, op weg van Kaapstad naar het vaderland, door een noodlottig ongeluk is overleden. Vlotte proefvaart van de „Castor". Maandag is de officieele proeftocht op het Noordzeekanaal gehouden van het voor de Ko ninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschap pij te Amsterdam, door de Nederlandsche Dok Maatschappij gebouwde motor-, vracht- en pas sagiersschip „Castor". Het schip heeft een lengte tusschen de loodlij nen van 285'0", een breedte van 41'0", en een hol te van 25'6". Het draagvermogen van de „Castor" is 2750 ton. Het schip heeft voorts een machinevermogen van ca. 1300 A.P.K., een dienstsnelheid van 11 1/2 mijl per uur en.ruimte voor twaalf passagiers. Het schip werd gebouwd volgens het ontwerp van de opdrachtgevers en volgens de voorschrif ten en onder toezicht van den technischen dienst van de reederij, Lloyd's Register of Shipping en de Scheepvaart-inspectie. De geheele accomodatie en de passagiersver- blijven zijn zeer ruim en van het meest moderne comfort voorzien. Aan boord bevonden zich vertegenwoordigers van de reederij en van de werf van aanbouw Lloyd's register, voorts vertegenwoordigers der Scheepvaart-inspectie en een aantal andere ge- noodigden. Nadat het schip door den adjunct directeur van de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschappij N.V., ir. W. P. Kruyff, was overgenomen, voer het naar Amsterdam te rug, waar het ligplaats heeft genomen aan de etablissementen van de K. N. S. M. Arbeider van 15 Meter hooge stelling gevallen. Omstreeks half vier is gistermiddag in de zwa- velzuurstoffabriek aan den overkant van het IJ te Amsterdam een doodelijk ongeluk gebeurd. Een arbeider, die op een ongeveer vijftien me ter hooge stelling stond, verloor bij het lossen van pyriet zijn evenwicht en stortte met het hoofd op den steenen vloer. Hij liep een schedelbasisfractuur op en overleed enkele oogenblikken na het ongeluk. Het stoffelijk overschot is naar het Binnengasthuis te Amster dam overgebracht. Wil geiuend. Wij zijn nu acht maanden in New-York eri wij zijn gewend. Gewend aan de snelheid, de hoogte, de lengte, de drukte, de zenuwen, de verbijstering. Gewend aan de rauwe sla (die ge overal op en naast en bij krijgt)aan appeltaart met kaas, aan warm gehakt met een glas melik; aan ananas met mayonaise, aan zalmsla met roomkaas, aan zuurkoolsap, worteltjessap, milk shakes, coca-cola en twintig soorten haché. Gewend aan hangen in de ondergrondsche, staan in de rij voor de bioscoop, zitten op banken aan de Hudson, slapen op toover- achtige canapé's, die In een handomdraai bedden worden. Wij zijn gewend aan kappers, die met hun vingers inzeepen, met trillende electrische schert-sartikelen over onze schedels en onze wangen bibberen, met heete doeken het zweet uit ons hoofd persen, met ijskoude doeken het zweet van ons hoofd wisschen, met har telijke handen vriendschappelijk op onze! schouders slaan. Wij zijn gewend aan voortstroomende men sehen-rivieren, roltrappen, stijgende en dalen de liften, ondergrondsche perrons, haastigen spoed, dreunende machines, al-maar voort- tikkende schrijf piano's, hoeren in hemdsmou wen en vriendelijk-lachende kantoormamzels. Wij zijn gewend aan twee millioen mooie meisjes, met vier millioen roode lippen, vier millioen rijen witte tanden, vier millioen wenkbrauwen als potlootstreepjes en twee millioen rustige klein harten die niet voor mij kloppen. Wij zijn gewend aan jazz en tapdans, aan schoenpoetsers en volksredenaars op zeepkisten, aan cafetaria's waar we zelf onzen maaltijd o-p een blad bij elkaar verzamelen, aan frontpagina's en headlines, aan reclame in lichtende letters, reclame in schallende radio-stemmen, reclame in muziek. Wij zijn gewend aan duistere bars en lichte theaters, aan hooge huizen en vierkante huizen blokken, aan een millioen auto's met dichtklap pende portieren en ik ben gewend aan Jack, den portier van ons huis, die de post ronddeelt en denkt dat Nederland een Scandinavisch land is. Wij zijn gewend aan enorme bibliotheken, ge weldige bioscopen, enorme kerken, reusachtige bruggen, immense autowegen. Aan een prachtige- tooneel-cultuur, een idealistische wetenschap, brandende belangstelling in alle idealen der menschheid. Wij kennen de deftige bankhuizen, de driftige drukpersen, de drukke kantoren, de weelde van Fifth Avenue, de schamelheid van Harlem de lichtheid van Times Square, de weemoed van de havenbuurten. Wij zijn boven op de Empire State Building geweest en hebben die onder ons het enorme, fascineerende, met millioenen lichtjes bestip- pelde New-York zien liggen. Wij zijn op Coney-Island geweest en hebben de grootste, de lawaailgste, de kinderlijkste ker mis van de wereld gezien. Wij hebben het Metropolitan Museum bezocht en zijn verdwaald in de vele zalen met de prach tige kunstwerken. Wij hebben den grooben baseball-wedsbrijd tusschen de New-York Giants en de Cincinnati Redsocks gezien, de geestdrift van volle tribunes gehoord en er niets van begrepen. Hotelhalls betreden waar de duurte en de deftigheid een decimeter wegzakken in de ta pijten; kerken bezocht waar de benarde mensch van de koortsachtigste stad op aarde in stilte en vroomheid zich zelf hervond; universiteitszalen waar de rust van de wetenschap heerscht; nacht clubs waar illusies geboren en illusies vermoord: worden. Wij hebben Franklin Delano Roosevelt gezien en Fiorello Laguardia, de roodste, populairste, bezigste burgemeester op aarde. Wij hebben Hedy Lamarr en Sylvia Sidney gezien en Franchot Tone en Tallulah Bankbead en Frederic March en Joan Crawford en vele andgere kunstenaars en kwasi-kunstenaars, film- en tooneel- en concert zaal -be roemidheden Wij zijn gewend aan de geuren van knakworst en vloeibare caramel, aan staatkundige begrippen en politieke problemen, aan een magistrale boe ken-productie, een grootsche cultuur en een groot idealisme. Wij zijn gewend aan New-York en wij vinden het de vreemdste en eenvoudigste, de lichtste en de duisterste, de rijkste en de armste, de meest idealistische en meest materialistische stad ter wereld. Wij zijn airnst'ig geweest om zijn grootte en eenzaamheid. Wij zijn blij geweesit om zijn cultuur en zijn menschelij'ke warmte. Wij zijn acht maanden in New-York en wij zijn gewend aan zijn grootheid en merkwaardig heid in elke van zijn uitingen en in ieder opzicht. En nu hebben wij New-York verlaten. Per autobus door dit geweldige land naar San Fran cisco. ELLAS. Tuinders krijgen steun. De minister van economische zaken heeft hefc volgende bepaald; Uit het landbouw-crisisfonds wordt aan hen, die als teler van gewassen van den tuinbouw zijn aangesloten bij de stichting- Nederlandsche Groenten- en Fruitcentrale, gevestigd te 's Gra- venhage en op den dag ter uitkeering geacht kunnen worden hun bedrijf alsnog uit te oefe nen, steun verleend overeenkomstig de bepalin gen van deze beschikking tot een bedrag vaa ten hoogste f 4.250.000. In opdraciit van den gouverneur van de Groote Oosf vei vaardigde de kunstschilder Sierck Schroder te Wassenaar een schilderij van H. M. de Koningin, dat bestemd is voor het gouvernementspaleis te Makassar. - De kunstenaar legt de laatste hand aan het werk De 9-jarige H. Smulders uit Tilburg is in de Piushaven aldaar gevallen en verdronken. Het K. L. M.-vliegtuig „Pelikaan" heeft te Karachi met motorstoring te kampen. Verwacht wordt evenwel, dat het vliegtuig heden zijn reis zal voortzetten. Aan Mgr. P. Hopmans, bisschop van Breda is ter gelegenheid van zijn 25-jarig bisschoppelijk jubileum de eere-medaille van de stad Breda aan geboden. Een 20-jarige Finsche dekknecht is aan boord van het Finsche s.s. „Scandinavië" tusschen Dordrecht en Rotterdam in het bunkerruïm geval len en op slag gedood. In het Kamerlingh Onnes-laboratorium te Leiden xs Zaterdagmiddag een symposium gehou den over de meting van lage en hooge tempera turen. Zaterdagmiddag is in eenige benedenzalen van het Stedelijk Museum te Amsterdam de ten toonstelling 40 jaar openbare leeszalen geopend, welke georganiseerd is ter herdenking van het feit, dat ruim veertig jaar geleden het instituut der openbare leeszalen in ons land begon op te komen. Het nieuwe voorschip van de tankboot Jaguar ïs met goed gevolg te water gelaten. Een 38-jarig wielrijder is op de Weesperzijde te Amsterdam door een auto aangereden en ernstig gewond.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 7