J
Uit de Pers.
gEKSDAG 2 APRIE 1941
n behaudeling van de Duitschers in
Joego-Slavië.
Relaas van vluchtelingen.
dN.B- verneemt uit Klagenfurlh: Uit de
len van; de vluchtelingen die te Villach aan-
en zijn verneemt men thans bijzonderheden
^-"het vreeselijke lijden en de gruwzame ver-
ove-' waaraan de leden der Duitsche minder-
V0^te Laibach (Ljoebljana) blootgestaan heb-
sinds den dag van den Joego-Slavischen staats-
gr®ep' uegjn was dat Servische elementen voor het
L bewind een anti-Duitsch Joego-Slavië en
n'eUViendschap met Engeland demonstreerden.
Q_c v't Engelsche consulaat kwam het tot ovaties
t*| hoorde kreten als „Weg met Duitschland".
01 de huizen van Duitsche gezinnen te Laibach
r. ruiten onder kreten als „Dood en
rierf aan EH*Bschers" met steenen inge-
n»n en hoerageroep op Engeland uitgebracht,
n aan de grens aangekomen Duitsche staats-
ers en minderheids-Duitschers melden een-
',urS dat bij de bevolking in het Joego-Slavi-
grehsdistrict groote onrust bestaat, omdat
militaire autoritei ten vrii
dooi
grot
deze bij de grensbevolking om hun haat tegen
t de Joego-Slavische militaire autoriteiten vrij
m contingenten Servische Cranicari en solda-
- naar de grens overgebracht zijn. Van oudsher
a a r,,-.-, >11V» V. -i t t QfTnn
Steeland niet geliefd en thans- oefenen zij een
en terreurbewind tegen alles wat Duitsch
Jï Ook zün tahijke douane-ambtenaren die den
tóten tijd hun pro-Duitsche gezindheid niet ver
leid hadden overgeplaatst of hun zijn anti-
nir'tsche Servische ambtenaren .toegevoegd.
OD het Duitsche grensstation Beliburg is gisteren
n'vluchtelingentrein aangekomen met ongeveer
iro Duitsche staatsburgers uit Gutenstein, Win-
Ischgraz en Praeveli. Een Duitsch staatsburger
Lpidf dat Zondag verscheiden „Minderheids-
Duitschers" te Windischgraz zwaar mishandeld zijn
Onder de vluchtelingen bevinden zich ook zieken
•;e wel is waar in het ziekenhuis lagen, maar
°ich toch opgemaakt hebben om de veiligheid on
der de bescherming van het Duitsche rijk te be-
eiken. Dn vluchtelingen melden uit Marburg dat
de Serven een gelegenheid aldaar en het plantsoen
van een sportterrein der „Minderheidsduitschers"
volledig verwoest hebben.
Ook te Graz zijn in den lóóp der laatste dagen
weer treinen met vluchtelingen uit Joego-Slavië
aangekomen. De partij-instanties hebben de zorg
voor de vluchtelingen op zich genomen.
Volgens de verhalen der vluchtelingen die met
achterlating van have en goed, meestal slechts met
fcleine handkoffertjes de grens overgetrokken zijn
Rijgen de vervolgingen van de Duitschers door
Servische elementen steeds grooteren omvang. Zoo
wordt vooral uit Cilli een schikbewind gemeld
dat den Duitschers de laatste uren van hun ver
blijf het leven tot een hel 'heeft gemaakt. Zij
werden onophoudelijk uitgescholden en bespuwd
en tenslotte geslagen en mishandeld, als men hen
oo straat aantrof. Hun woningen werden geplun
derd, zoodat zij dikwijls slechts het veege lijf
honden redden. De aanvoerder van de Servische
volksmenigte was te Cilli een destijds te Weenen
zeer bekende Joodsche literator, Tartaruga, ge-
heeten, die thans als Engelsch agent werkzaam
is. Op de scholen werd de Servische 'schooljeugd
stelselmatig tot gewelddaden tegen de kinderen van
.Minderheidsduitschers" opgehitst. Zoo zijn te
frasslau Duitsche jongens gemarteld en bijna
doodelijk geworgd.
Ook te Hrastnigg, de bekende glasblazersplaats
zijn de „Minderheidsduitschers" mishandeld en
met den dood bedreigd, als zij zich maar ergens
vertoonden. Ruiten in. winkels en huizen van deze
menschen werden verbrijzeld en toen de eigenaars
die zich in het bosch verborgen hadden hun huis
weer naderden, moesten zij afgrijselijke, verwoes
tingen aanschouwen.
BERLIJN, 1 Aprfl. (A.N.P.) Van welingelichte
zijde vernemen wij:
Het ligt voor de hand, zoo 'heeft men Dinsdag in
de Wilhelmstrasse verklaard, dat Duitschland in
nauw contact met al zijn bondgenooten staat ten
aanzien van al die gebeurtenissen, welke een in
gevaar brengen van de stabiliteit in het Europee-
sche Zuid-Oosten, bij welker instandhouding
Duitschland in zoo hooge mate geïnteresseerd is,
tengevolge zouden kunnen hebben.
JOEGO-SLAVISCHE GEZANTSCHAP TE ROME
ONDER MILITAIRE BESCHERMING.
ROME, 1 April (D.N.B.) Het Joego-Slavische
gezantschap te Rome wordt door een sterke afd-ee-
ling Italiaansche troepen beschermd.
Verordening minister-president
Joego-Slavië.
Waarschuwing tegen onrustbarende berichten.
BELGRADO, 1 April. (D.N.B.) De bladen pu-
bliceeren op de voorpagina een eerste verordening
van den nieuwen minister-president, generaal Si-
mowitsj, waarin hij waarschuwt tegen onrustba
rende berichten, welke door buiten] andsohe agen-
len verspreid worden om onrust te zaaien. De re-
geering voert een politiek van vriendschap met
alle naburen en onderneemt in dien zin alles wat
binnen de perken der mogelijkheden valt. Het ver-
kien van de woonplaatsen en de huizen is verbo
den. De belangen van land en volk vereischen, dat
elkeen zijn huis verdedigt. Leger, luohtmacht en
vloot zijn bereid hun plicht te doen. De bevoegde
ministers zullen slechts de vastgestelde evacuatie,
waarvan de voorschriften gegeven worden, toe
slaan. De minister van Biinnenlandsche Zaken zal
alle noodige maatregelen treffen, om alle vergade
ringen, welke niet door den toestand vereisoht w-or-
den,-te verbieden, evenals alle samenscholingen
Van burgers in de onderscheidene plaatsen.
Algcmecnc mobilisatie in Joego-
Slavië?
BERLIJN, 1 April (D.N.B.) De militaire voor
bereidingen in Joego-Slavië, zoo meldt de Times
uit Belgrado, worden voortgezet. Steeds meer reser
visten worden opgeroepen. Dinsdag zijn de scholen
geslotenhetgeen de Times-correspondent te Bel-
de laatste voorbereiding noemt voor de al-
ffmeene mobilisatie.
GENèVE, 1 April (D.N.B.) De „Tribune de
^usanne" bevat een bericht van het Engelsche
persbureau Exchange Telegraph uit Belgrado,
tóens betwelk in Joego-Slavië weer *wee
btr vPn ten spoedigste zijn opgeroepen. De
«wokken reservisten zijn reeds Maandag de
7mrf'nes l3innehgerukt. De laatste twee dagen
ffien er aanzienlijke transporten van troepen
eooen plaats gehad in de richting van de
u^aarsche grens.
B "E XOORSCHE BERGEN VERONGELUKT.
1 April (D.N.B.) Majoor Klein, dra-
den !an bet ridderkruis, is eenige dagen gele-
on*PbVr ber&en van westelijk Noorwegen ver-
ihpi ri-r werd °P het kerkhof bij Bergen
van P eer begraven. De bevelhebber
W 0iWPrmacht in Noorwegen. Von Falken-
,Mf 1 legde een krans van den Führer aan het
vai neer,
Italiaansch
weermachtsbericht
Strijd tusschen Keren en
Asmara woedt voort.
ERGENS EN ITALIë, 1 April (Stefani). In
zijn weermaohtsbericht no. 298 maakt het Ita-
liaansohe opperbevel het volgende bekend:
„Grieksche front: In den sector van ihet elfde
leger zijn vijandelijke acties van plaatselijk ka
rakter gebroken. Onze luchtformaties bombar
deerden munitiedepots en schoten granaten af
op vijandelijke troepen.
Noord-Afrika: Een onzer formaties bommen
werpers, vergezeld door Duitsche jachtvliegtuigen,
bombardeerde vijandelijke luchtbases en militaire
inrichtingen, waarbij twee vliegtuigen op den be-
ganen grond vernield en zware branden veroor
zaakt werden. Tijdens luchtgevechten schoten
Duitsche jagers een vliegtuig van het type Hurri
cane neer. Britsche vliegtuigen deden een aanval
op Misurata, waarbij eenige personen gewond
werden en lichte schade werd aangericht.
Oost-Afrika: De strijd in den noordelijken sec
tor tusschen Keren en Asmara woedt voort. On
danks het steeds ruimere gebruik van troepen en
gemechaniseerde strijdmiddelen door den vijand
bieden onze afdeelingen heldhaftig verzet. Een
onzer formaties bommenwerpers deed een aanval
op het vliegveld van Djidjiga. Tijdens een gevecht
tegen vijandelijke jachtvliegtuigen werd een vlieg
tuig van het type Gloster neergeschoten. Andere
Italiaansche vliegtuigen bombardeerden met suc
ces Britsche gemechaniseerde strijdmiddelen."
JAPANSCH-RUSSISCHE
HANDELSBESPREKINGEN.
TOKIO, 1 April (D.N.B.) Volgens een Domei-
bericht heeft de plaatsvervangende woordvoerder
van het informatiebureau aan de buitenlandsche
journalisten medegedeeld, dat de handelsbespre
kingen met de Sovjet-Unie spoedig tot een vriend
schappelijke overeenkomst zullen leiden. De
Japansch-Fransche besprekingen over Indo-China
worden voortgezet, evenals de handels- en vis-
scherijbesprekingen met de- Sovjet-Unie, welke
eveneens weldra tot resultaat zullen leiden. De
besprekingen te Batavia noemde de woordvoerder
„zeer langzaam", zoodat het einde daarvan niet zoo
spoedig verwacht kan worden.
Zal Joego-Slavië tegen Italië
optrekken
Troepenconcentraties langs de Grieksche grens.
Het D.N.B. verneemt uit New-York:
De correspondent te Belgrado van de „New York
Times" Sulzberger beweert in een uitvoerig bericht
uit Bitolj dat de Grieken een offensief voorberei
den van het Ochrida-meer tot aan de Adriat-isohe
Zee. De Britsche strijdkrachten komen Grieken
land binnen, terwijl Joego-Slavië een aanzienlijk
leger heeft samengetrokken van de Grieksche grens
tot aan Montenegro. Van Joego-Slavische zijde heeft
men op Griéksohen bodem gemotoriseerde Britsche
een-heden in de nabijheid van Albanië gezien. De
Joego-Slavische strijdkrachten in deze streek zijn
practisoh op oorlogssterkte. Het tijdstip voor het
offensief hangt voornamelijk van Belgrado af. On
der de jonge Joego-Slavische officieren bestaat er
geen twijfel over dat men tegen Italië zal optrek
ken. Reeds bevinden zich verscheidene Grieken als
verbindingsofficieren in Joego-Slavië, terwijl Brit
sche waarnemers tusschen Belgrado en Athene op
en neer reizen. Ten zuiden van de Grieksoh-Joego-
Slavische grens heeft de correspondent zelfs een
Engelsch en generaal aangetroffen die de streek in
specteerde.
DE AANVAL OP HET FRANSCHE CONVOOI.
VICHY, 1 April. (D.N.B.) Naar van bevoegde
zijde wordt bevestigd zijn vier personen het slacht
offer geworden van den Engels oh en aanval op het
Fransche eonvooi aan de Algerijnsche kust. Nog ze
ven personen zijn min of meer ernstig gewond.
Vrouwen cn kinderen verlaten
Fiume.
FIUME, 1 April (Stefani) Vrouwen en
kinderen zijn vanavond begonnen Fiume te
verlaten.
De prefect heeft een decreet uitgevaardigd, waar
bij aan personeel van officieele en particuliere in
stellingen verboden wordt zich zonder speciale
vergunning uit Fiume te verwijderen. Aan motor
voertuigen, voorzien van een rijvergunning, wordt
verboden de grenzen der provincie zonder speciale
machtiging te overschrijden.
Toenemende productie in de
Sovjet-Unie.
Bijeenkomst van de Opperste Sovjet der
U. S. S. R.
Het Sovjetpersbureau Tass deelt mede: Gis
termiddag om zes uur is de vierde zitting van
den Oppersten Sovjet der. U.S.S.R. in het
Kremlin geopend. Talrijke gasten vertegen
woordigers van Moskousche ondernemingen,
van de intelligentia, het Roode Leger en de
vloot, waren aanwezig. Evenals vele leden van
het corps diplomatique. De plaatsen van de Rus
sische en de buitenlandsche pers waren bezet.
Met stormachtig applaus werden Molotof, Wo-
rosjilof, Kalinin, Kaganowitsj en anderen par
tijleiders en leden der regeering begroet.
De zitting werd geopend door den voor
zitter van den Oppersten Sovjet, afgevaardigde
Zjdanof. De vergadering nam eenstemmig de
volgende agenda aan:
1. Goedkeuring van de begrooting 1941.
2, Ratificatie van. de beslluiten van het presi
dium van den Oppersten Sovjet uitgevaardigd
in de periode tusschen de derde en vierde zit
ting.
De volkscommissaris van financiën Posko-
nof verklaarde in zijn verslag over de begroo
ting van 1941 dat de standvastige vooruitgang
van het nationale bedrijfsleven in de Sovjet-
Unie alle voorwaarden voor een succesvolle uit
voering van de begrooting 1940 had vervuld.
De totale productie van de staats- en coöpera
tieve bedrijven der Sovjet-Unie in 1940 is
met 9 2/10 pet. toegenomen in vergelijking met
1939, de Agrarische productie breidde zich uit,
de verkoopen van staats- en coöperatieve win
kels stegen tot 117,1 milliard roebel, tegen
114.4 milliard in 1939.
De begrooting 1941 is opgesteld in overeen
stemming met het plan tot ontwikkeling van het
nationale bedrijfsleven. De geraamde inkomsten
bedragen 24.980.000.000 roebel en de uitgaven
24.978.000.000. Voor de financiering van het na
tionale bedrijfsleven is 4.97 milliard roebel
gereserveerd met inbegrip van 1,121.000.000
roebel voor de industrie, 1.522.000.000 roebel voor
landbouw, 1.693.000.000 roebel voor den bouw
van gemeentelijke gebouwen en woningen. Voor
sociale en cultureele maatregelen is 16.987.000.000
roebel uitgetrokken.
Onderhoud Mussolini—Matsoeoka-
Bevolking van Rome juicht den Japanschcn
minister toe.
Stefani meldt uit Rome:
Om 17 uur 45 Dinsdagavond zijn Matsoeoka
en graaf Ciano uit het Palazzo Chigi vertrokken
naar het Palazzo Venezia voor een onderhoud
met Mussolini. Dit onderhoud begon om 18
uur 05 in tegenwoordigheid van graaf Ciano
en den ambassadeur Korokiri Zembei. Dc
menigte die Matsoeoka op zijn weg naar het
Palazzo Venezia had toegejuicht bleef opeen
gepakt staan op het plein om het einde van het
onderhoud af te wachten en den Duce en den
vertegenwoordiger der verbonden natie haar
geestdriftige gevoelens te doen blijken. Even
voor 19 uur, toen de hartelijke bespreking
eindigde, verschenen de Duce en de Japansche
minister op het balkon en begroetten de massa,
wier toejuichingen steeds in kracht toenamen.
De betooging begon opnieuw, toen Matsoeoka,
vergezeld door graaf Ciano het Palazzo Venezia
verliet om zich naar zijn verblijf, de „Villa Ma-
dama" te begeven. De manifesteerende menigte
bleef opeengepakt bij het Palazo Venezia, waar
het steeds weer juichte voor den Duce die ver
scheidene mafen op het balkon verscheen.
Graaf Ciano heeft Dinsdag een diner gegeven
ter eere van zijn Japansche confrater en diens ge
volg. Politieke, militaire en burgerlijke Italiaansche
autoriteiten namen aan dezen maaltijd deel. Na
afloop daarvan heeft Ciano een rede uitgesproken,
waarin hij sprak over de beïeekenis van het drie-
mogendhedenpact, welke beteekenis nog vergroot
was door de toetreding van andere staten. Tot slot
hief hij het glas op ter eere van den keizer van
Japan en dronk op de gezondheid van zijn gast
en diens land.
Matsoeoka gewaagde in zijn antwoord van 'zijn
dankbaarheid voor de ontvangst die hem ten deel
gevallen was en van de zekerheid van de overwin
ning der gemeenschappelijke zaak. Hij huldigde de
Italianen die de geschiedenis van het Romeinsche
rijk voortzetten en bracht bijzonderen dank aan
Ciano, daar deze, alhoewel hij 's konings rok droeg,
naar Rome was teruggekeerd om de oude vriend
schap met spreker te hernieuwen. Hij bracht een
dronk uit op de gezondheid van den Koning-Keizer,
den Duce en Ciano, benevens op den toenemenden
voorspoed van Italië en de aanstaande overwinning
van Duitschland en Italië.
Duitsche luchtoperatie aan de
Zuidkust van Engeland-
Vliegveld aangevallen.
Het D.N.B. meldt: Dinsdagmiddag hebben Duit
sche gevechtsvliegtuigen een vliegveld met sterke
bezetting aan de Engelsche Zuidkust in een verras
sende scheer vlucht van een boogie van vijftien
.meter aangevallen. Twee groote hangars met hierüp
aansluitende onderkomens en barakken werden
met bommen van middelmatig en zwaar kaliber
bestookt en totaal vernield. Minstens 12 a 14 bom
menwerpers, alsmede 8 a 10 jachtvliegtuigen, wer
den op den grond vernield.
Op andere beschadigingen en vernielingen kan
bij de ondubbelzinnig waargenomen krachtige
branden als gevolg van den aanval worden gere
kend. De deelnemende gevechtsvliegtuigen zijn
alle op hun steunpunten teruggekeerd.
In het kader der gewapende verkenning heb'
ben Duitsche lange afstandsverkenningsvliegtuigen
gisterochtend in het gebied van het St. Geor-ge-
kanaal ten Westen van Pembroke (Wales) drie
tankschepen met een "totalen inhoud van 24.000
br.t. door voltreffers vernietigd. Bovendien wer
den twee andere tankschepen met een totalen in
houd van 16.000 ton zoo zwaar beschadigd dat aan
genomen- kan worden, dat zij verloren zijn gegaan.
Zoodoende is opnieuw 40.000 ton voor de Britsche
koopvaardij verloren gegaan.
De Engelsche berichtendienst meldt dat Dinsdag
in den 'loop van den dag „een zekere bedrijvigheid
in de lucht" hoven Engeland heft geheerscht. Vijan
delijke vliegtuigen hebben bommen boven de Zuid
en Oostkust van Engeland laten vallen. Aan de
Zuidkust is „eenige schade ontstaan", zoo wordt
medegedeeld.
Naar het D.N.B. nader verneemt, is gisteren nog
een tankboot van 3000 br.t door Duitsche ge
vechtsvliegtuigen tot zinken gebracht.
BRITSCHE POGING TOT
AANVAL OP BREST.
BERLIJN, 1 April (D.N.B.) Vanmiddag heb
ben afzonderlijk vliegende vijandelijke toestellen
getracht bij Brest het kustgebied binnen te vliegen.
Duitsche jachtvliegtuigen schoten hierbij twee
twee-motorige vliegtuigen neer. Eigen verliezen
zijn daarbij niet ontstaan.
De Amerikaansche vloot in den
Stillen Oceaan.
De Romeinsche correspondent van de „Tokio
Nitsji Nitsji" Sjitsjiro Ono schrijft in de „Messa-
gero" het volgende:
De Amerikaansche vloot die zich in den Stillen
Oceaan bevindt en bestaat uit 15 slagschepen, 6
vliegtuigmoederschepen, 18 zware kruisers, 17
lichte kruisers, 80 torpedojagers, 45 torpedobooten
is niet voldoende om een beslissende slag met de
Japansche strijdkrachten te leveren. De zwakheid
van de Amerikaansche vloot ziet Ono in het gebrek
aan voldoende scheepswerven, grondstoffen
manschappen. De zwakheid van de Amerikaansche
steunpunten-politiek ziet Ono in de positie van
Guam en Manilla. Om deze redenen houdt Ono het
voor waarschijnlijk dat de Vereenigde Staten zul
len pogen, Singapore via den omweg over Austra
lië te bereiken, hetgeen thans bevestigd wordt
door de reis van de Amerikaansche vloot naar
Australië en Oceanie. Zoo moet de Amerikaansche
vloot, wanneer zij een beslissenden slag zoekt met
de Japansche vloot ten westen van den 180 meri
diaan, van te voren een reis afleggen van 5000 mij
len. Ten westen van den 180 meridiaan zou echter
een gedeelte van de Amerikaansche vloot het
slachtoffer worden van snelle Japansche eenhe
den. (DNB)
Fransche schepen in de Ver. Staten
onder bewaking.
Ook de „Normantlie".
Het D.N.B. verneemt uit Washington:
De Amerikaansche regeering heeft gisteren
negentien Fransche schepen die in zes Ameri
kaansche havens liggen, waaronder het luxe
schip „Normandie", onder bijzondere bewaking
gesteld. United Press ziet daarin de inleiding
tot de overneming van deze schepen door
Amerika.
De Fransche ambassadeur te Washington heeft
-n-a zijn bezoek aan het, departement van Buiten
landsche Zaken de pers medegedeeld dat hij aan
neemt dat de Vereenigde Staten geen maatregelen
zullen nemen met betrekking tot de in Amerikaan
sche havens liggende Fransche schepen. De Ameri
kaansche regeering, aldus de ambassadeur, zal
misschien alle buitenlandsche schepen onder be
waking stellen, doch de Fransche schepen zullen
waarschijnlijk niet worden bezet zooals de Duitsche,
Italiaansche en Deensche.
Ten aanzien van het Fransche protest tegen den
Engelsch en aanval op een eon vooi verklaarde d e
ambassadeur dat hier sprake is van een reoht-
streeksche schending der Fransche wateren door
Engelsche oorlogsschepen.
DE GEMEENTEN EN
KUNSTENAARS.
De burgemeester van 's-Hertogenbosch, mr. F.
J. van Lanschot, spoort in het Weekblad
voor Gemeentebelangen de gemeen
tenaren aan opdrachten te geven aan kunste
naars (na advies van de adviescommissie der
N.O.K., voorzitter mr. J. F. van Royen). Hij
noemt als voorbeeld geschilderde of gehouwen
gemeentewapens voor het raadhuis, symboli-
seerende schilderstukken en beeldhouwwerken,
zooals Waalwijk ten aanzien van de schoenen
en lederindustrie van de Langstraat heeft ge
daan. en schrijft o.m.:
„Zoo zou er op allerhande wijzen gestreefd
kunnen worden onzen kunstenaars kleinere
eri grootere opdrachten te geven, waardoor niet
alleen zij geholpen werden, maar tevens onze
groote mannen geëerd en de geschiedenis van
ons vaderland, levendig gehouden zou worden.
Afdrukken van hout- en kopersneden vullen
de mappen van kostbare verzamelingen. De kos
telijkste boekwerken zijn er mee verlucht en
vormen een rijken schat van echte vaderlandsche
beschavingsgeschiedenis. Door die zeer bizon-
dere teekenkunst is het uiterlijk aanzien in
vroeger eeuwen onzer meeste steden en dorpen,
burchten en kasteelen en kostelijke bouwwerken
voor ons bewaard gebleven. De fotografie
heeft die kunst verdrongen. Maar zou het niet
mogelijk zijn ook op dit gebied de oude kunst
te doen herleven en opdrachten te geven van
enkele onzer voornaamste steden weer vogel-
vluchtteekeningen en teekeningen van stads
gezichten te doen vervaardigen, waarin Am
sterdam en Rotterdam reeds zijn voorgegaan,
waardoor een nieuwe reeks zich aan de vroe
gere zou aansluiten, hetgeen voor een vergelij
king van den stedebouw van vroeger met dien
van thans, voor die na ons komen mogelijk
wordt?
Eenmaal begonnen, zullen zeker anderen vol
gen en zou daarmede tegenover onze Neder-
landsche kunstenaars een geste van bizondere
beteekenis worden gemaakt, die in wijden kring
waardeering zou wekken".
RIJKE ERFGENAMEN.
De Standaard schrijft in een betoog o.m.:
„Wat het materieele betreft, heeft ons volk
gedurende deze laatste 25 jaren geleefd te mid
den van alle bezwaren en gevaren, die het le-
van van den rijken erfgenaam meebrengt. Bij dc
oude rijkdommen werden in en na den wereld
oorlog nieuwe schatten verdiend. Zijn deze
goed gebruikt en besteed? Hebben wij vooral
onze nationale rijkdommen, erfenis van het
voorgeslacht, goed gebruikt en ze opnieuw ver
worven, zoodat ze werden tot eigen geestelijk
bezit?
Wij hadden een roemrijke traditie en rijke
goederen in kennis en wetenschap, in staatkun
dige rechten en vrijheden, in nationale eenheid,
verkregen in zorg en strijd en in een gemeen
schappelijke taak voor de toekomst, bestaande
uit het tot ontwikkeling brengen van alles wat
ons was geschonken.
Was dit alles geworden tot bewust geestelijk
bezit, waarmede gewoekerd werd, of wisten wij
zelf niet hoe rijk wij waren en beschouwden
wij het als vanzelfsprekend?
Indien dit laatste het geval mocht zijn
weest, dan kunnen wij te midden van de rampen
van dezen tijd leeren, wat wij verzuimden en in
moeilijke dagen de geestelijke erfenis van het
voorgeslacht verwerven en maken tot ons eigen
onvervreemdbaar bezit.
Dit geldt niet in de laatste plaats voor het
terrein der religie."
DE LEERLINGENSCHAAL
In verband met het feit, dat sommige bladen het
hebben voorgesteld, dat de leerlingenschaal zeer
aanzienlijk zou worden verlaagd, schrijft de
„School met den Bijbel":
„Niemand make zich illusies, dat de groote klas
sen zullen verdwijnen, als straks de verlaagde
leerlingenschaal wordt ingevoerd! Enkele dagbla
den hebben dat wel gesuggereerd en publiceerden
met veel inkt: Verlaging van 48-30 leerlingen. Niets
is echter minder waar. Feit is, dat het gemiddeld
aantal leerlingen per klas thans ligt tusschen 39
en 40.
Dat zal nu straks worden tusschen 37 en 38.
Zoo is en wordt de toestand. Niet anders. Er zul
len tal van groote klassen met 48 en meer leer
lingen blijven".
„De Standaard" knoopt hieraan de volgende
beschouwing vast:
„Het is goed de feiten te laten spreken. Niet om
hetgeen in voorbereiding is waarde te ontzeggen.
Doch wel om geen overdreven voorstellingen te
wekken en tendentieuze propaganda te verijdelen,
In „De School met den Bijbel" wordt berekend,
dat aan kleine, middelgroote en groote dus aan
alle scholen de groote klassen blijven.
Bij een uniforme leerlingenschaal zal dit niet te
ondervangen zijn.
De schrijver in dit schoolblad wil door bovental
lige onderwijzers hierin voorzien. En bij voorbaat
noodigt hij het Departement uit een paar millioen
op tafel te leggen. Wij laten dè wenschelijkheid en
mogelijkheid daarvan thans in het midden.
Waar het ons ditmaal om gaat is te doen zien,
welke ingrijpende maatregelen noodig zijn, wil men
terugkeeren tot een klasse-gemiddelde van 30 leer
lingen, gelijk in 1887 was voorgeschreven. Volgens
sommigen speelt bij dit vraagstuk geld geen rol
meer. Wij veronderstellen een andere houding bij
degenen, die voor de financieele positie van den
Nederlandschen Staat verantwoordelijkheid dra
gen.
Overdrijving schaadt.
In Duitschland bedraagt het gemiddelde aantal
leerlingen per klas 42. Waarschijnlijk zal niemand
beweren dat de resultaten van het onderwijs daar
slechter zijn dan in ons land^ In dezen tijd groote
eischen te stellen aan de schafkist ten bate van een
ingrijpende verlaging van de leerlingenschaal is
meer dan o.i. verantwoord is.
Er zijn belangrijker zaken op het terrein van on
derwijs en opvoeding die thans de geesten gevangen
houden".
men waarover hieronder nader op .50 pCt.
meer dan de over 1940 te schatten opbrengst van
800 millioen, dus op rond 1200. millioen, dan
beteekent dit, dat met een totaal aan Staatsuitga
ven op het tegenwoordige niveau is te rekenen
van een kleine 3 milliard, waai'bjj echter de voor
schotten aan derden zijn inbegrepen.
Het valt niet te ontkennen, dal dit bedrag er
huiveringwekkend uitziet. Men vraagt zich dan ook
terstond af, hoe zulk een totaal aan uitgaven bij
elkaar kan komen. Laten wij ons eens aan het re
kenen zetten. De „gewone" (loopende) Staatsuitga
ven kunnen wij, gezien het toenemend aantal
ambtenaren en de stijgende loon- en salariskosten,
zeker stellen op een bedrag van 900 k 1000 mil
lioen, vermoedelijk nog meer. Dan komt daarbij
het bedrag der „buitengewone uitgaven" (open
bare werken enz.) van rond 200 millioen. Feitelijk
moeten wij dit bedrag bezien tezamen
met de bijdragen van den wederopbouw, die
gedurende dit jaar wel grootendeels zullen worden
gecrediteerd aan de getroffenen, maar daarom lang
nog niet alle zullen kunnen worden „verbouwd" en
dus slechts de begrootingspositie belasten, maar
daarom nog niet in hun totaal de kaspositie van
het Rijk. Stellen wij het geheel der huidige oorlogs
schadevergoedingen op een 600 millioen, dan zul
len daarvan gedurende 1941 wel niet meer clan
200 millioen tot uitbetaling komen.
Dan komt het bedrag der bezettingskosten. Hoe
veel daarvan uiteindelijk ten laste van de Neder-
landsche Schatkist zal komen, onttrekt zich aan
alle althans aan onze beoordeeling. Voors
hands moeten wij ze in allen gevalle betalen. Wij
weten uit de laatste periode der Nederlandsche par
lementaire geschiedenis, dat de mobilisatïekosten
werden geschat op minstens 800 millioen per jaar.
Neemt men in aanmerking dat de Duitsche bezet
ting numeriek zeker niet minder zal zijn, en dat
bovendien nog een aanmerkelijk civiel bestuurs
apparaat in tal van gebouwen, groote particuliere
woningen, villa's, buitens enz. is gehuisvest, dan
lijkt het ons niet te boud gesproken, indien wij de
bezettingskosten op een bedrag van 1200 millioen
per jaar ramen.
Wij komen thans tot de „voorschotten aan der
den". Wij doelen daarmede op verschillende posten,
die onze clearing met het buitenland belasten, doch
die inmiddels door de Nederlandsche Schatkist moe
ten worden gefinancierd. In de eerste plaats noemen
wij het saldo van onzen uitvoer (naar Duitschland)
boven onzen invoer van daar. Wij moeten daarbij
ook vooral niet vergeten clat het plaatsen van
Duitsche opdrachten bij de Nederlandsche industrie
ter waarde van 1000 millioen over het eerste
kwartaal, indien dit zoo zou voortgaan, beteekenen
zou, dat het veredelingsloon, dat in die opdraeht-
som is. begrepen zeg gemiddeld 30 pCt. over
het jaar gerekend een bedrag van 1^00 millioen
zou uitmaken, dat geheel door de Nederlandsche
schatkist zou moeten worden gefinancierd.
In de tweede plaats noemen wij de geldzendingen
onzer in Duitschland tewerk gestelde arbeiders
naar hier. Daar door hen in doorsnee zeer goede
loonen verdiend worden, mede als gevolg van
langeren arbeidsduur dan hier te lande (er zijn er,
die gemiddeld 60 per week naar hier zenden),
kan men zonder overdrijving met een gemiddelde
geldzending van 20 per week rekenen. Dat zou
per jaar voor 100.000 arbeiders 100 millioen uit
maken, die alweer de Nederlandsche schatkist moet
financieren.
In de derde plaats wordt de clearing aan Duitsche
zijde nog belast door de rentebetalingen op Neder
landsche beleggingen in Duitschland, die thans in
hun volle bedrag getransfereerd worden. Daar on
der het systeem der transferprotocollen de rente
remise uit Duitschland rond 35 millioen bedroeg,
kan men thans zeker met een bedrag van 50 mil
lioen 's jaars rekenen, die door Nederland gefinan
cierd worden.
Dan worden nog steeds hier te lande Duitsche
„Reichskreditkassenscheine". en Duitsche bankbil
jetten ter inwisseling aangeboden, die gedeeltelijk
wel ongeoorloofd hier te lande binnen zullen zijn
gekomen. Naar ons ter oore kwam. zijn daarmede
den laatsten tijd tientallen milliocnen gemoeid ge
weest, en gaat dit nog steeds door. Laten wfj hier
voor ook nog eens een bedrag van 50 millioen voor
het geheele jaar aannemen. Wij komen zoodoende
tot een totaal aan voorschotten voor Duitsche re
kening van 1400 millioen over het jaar gerekend,
ongeacht onze vordering op Duitschland wegens
meerderen uitvoer van landbouwproducten dan in
voer van machines e.a. fabrikaten en van grond
stoffen anders dan ter veredeling. Hoewel minister
Fischböck ons dezer dagen verklaard heeft, dat in-
en uitvoer elkaar ongeveer compenseeren, zullen
wij met het oog op den aanzienlijken ongecontro-
leerden uitvoer, vooral naar het Zuiden, het bedrag
van ons uitvoersaldo naar Duitschland met een jaar
totaal van 100 millioen opnemen. Ons handelsver
keer met de overige landen is eerder passief en
kan dus buiten rekening blijven.
Tellen wij thans de diverse posten, die door de
Nederlandsche Schatkist moeten worden gefinan
cierd, bij elkaar op en trekken we daarvan de ge
schatte Staatsinkomsten ad 1200 millioen daar
van af, dan komen wij tot een totaal aantal mil
lioen van 1000-f 200 f 1200 1400 100
1200 of 2700 millioen, terwijl uit de ver
meerdering onzer Staatsschuld op de tegenwoor
dige basis slechts een jaarbedrag van rond 2000
millioen resulteert. Het verschil is gelegen in de fi
nanciering der veredelingsopdrachten, die pas een
paar maanden aan den gang zijn, en waarmede,
naar wij zagen, wellicht een bedrag van 1200 mil
lioen per jaar gemoeid is. Daartegenover staat dan
weder, dat de vermeerdering van de belasting
opbrengst door ons met een 400 millioen is aan
genomen. Doch een en ander zou toch medebrengen
dat de Staat netto een bedrag van ruim 2V2 niil-
lioen gulden per jaar door schuldopname zou moe
ten financieren, dus nog 300 millioen minder dan
uit de vermeerdering onzer Staatsschuld zou blij
ken. Het verschil is gemakkelijk te verklaren uit de
rekbaarheid der hierboven aangenomen bedragen".
DE TOENEMING VAN DE STAATS
SCHULD.
Tn verband met het aftreden van mr. Trip als
secretaris-generaal van het departement van finan
ciën en als president der Nederlandsche Bank geeft
de heer V(on) B(rucken) F(ock) in Het Na
tionale Dagblad de volgende berekening van
de toeneming onzer Staatsschuld:
Heeds eenige dagen werd gefluisterd, dat mr.
Trip gemeend had, de verantwoording voor 's lands
financiën niet langer te kunnen dragen. Wij achten
die fluistercampagne tendentieus, al moge het waar
zijn dat mr. Trip van deze zijn persoonlijke mee-
nïng „ter bevoegder plaatse" heeft doen blijken.
Daar zulk een fluistercampagne aan onze financiën
en aan onze geheele volkshuishouding onherstel
bare schade zou kunnen toebrengen, lijkt het ons
gewenscht, en ook het meest verstandig, de naakte
feiten open onder het oog te zien.
Wat zijn die feiten? Een stijging der gefundeerde
en der zwevende Staatsschuld (vorderingen min
verplichtingen) met rond 1200 millioen in rond 10
maanden, d.i. met gemiddeld 120 millioen per
maand, welk bedrag de laatste maanden is toege
nomen tot rond 140 millioen. Ongetwijfeld is dit
een formidabel bedrag, dat zou beteekenen, dat onze
Staatsuitgaven (incl. voorschotten aan derden)
1500 tot 1700 millioen gulden, over het jaar gere
kend, meer bedragen dan de Staatsinkomsten. Stel
len wij die, in verband met de recente belastingver-
hoogingen en met de stijging van
JLadio
^taqmmtta
DOXDfRDAG 3 APRIÏ. 19U.
NederJandsch Programma, HILVERSUM I, 413.5 M.
6.45Gramofoonmuzlek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7.0«
Gramofoonmuzlek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.00 Dag
opening (Uitzending voorbereid door het Vrijz. Prot.
Kerkcomlté) 8.10 Gewijde muziek (gr.pl.). 8.30 Nieuws
berichten A. N. P. 8.45 Gramofoonmuzlek. 10.00 Ensemble
Jack der Kinderen, li.00 Voor de vrouw. 11.20 Viool met
pianobegeleiding. 12.00 Amusementsorkest en solist. 12.42
Almanak. 12.45 Nieuws- en economische berichten A. N. P.
1.00 Amusementsorkest en solist. 1.30 Gramofoonmuzlek.
2.10 Modepraatje. 2.30 Haarlemsche Orkestvereeniging.
2.55—3.15 Gramofoonmuzlek. 4.00 Gramofoonmuziek. 4.30
Disco-causerie. 5.15 Nieuws-, economische- en beursbe
richten A. N. P. 5.30 Ensemble Jonny Kroon. 6.15 Cyclus
..Sport en lichamelijke opvoeding". 6.30 Ensemble ..De
jonge acht". 7.00 Vragen van den dag A. N. P. 7.15 Klari
net en plano. 7.30 Gramofoonmuziek. 7.45 Klarinet en
piano. 3.00 Nieuwsberichten A. N. P. 8.15 Spiegel van den
dag. 3.30;Bcrichten, Engelsch. 8.45 Concert voor de Duit
sche Wëèrmacht. 8.40 Gramofoonmuzlek. 9.46 Engelsche
berichten A. N. P. 10.00 Nieuwsberichten A. N. P., sluiting.
Nederlancïsch hrogramma. HILVERSUM II, 301.5 M.
6.45 Gramofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7.00 Gra
mofoonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.00 Gramofoon
muzlek. 8.30 Nieuwsberichten A. N. P. 8.45 Gewijde mu
ziek (gr.pl.). 9.16 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgendienst,
(Uitzending voorbereid door de Christ, Radio-Stichting).
10.20 Gramofoonmuziek. 11.30 Voordracht. 11.45 Jonny
Ombach en zijn ensemble en solist. 12.00 Berichten. 12.15
Vervolg van 11.45. 12.45 Nieuws en economische berichten
A. N. P. 1.00 Omroeporkest. 2.00 Zang met planobegelei
ding. 2.30 Cabaretprogramma. 3.30 Voor de zieken. 4,00
Musiquette. 4.30 Voor de jeugd. 5.00 Christelijke lectuur
(Uitzending voorbereid door de Christ Radio-Stichting).
5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten A. N. P. 5.30
De Postillons. 6.00 Causerie „Heemkunde in Noord-Bra
bant". 6.15 De Postillons. 6.45 Gramofoonmuziek. 7.00 Pers
overzicht voor binnen- en buitenland A. N. P. 7.15 Rococo-
octet. 7,35 Gramofoonmuzlek. 6.00 Nieuwsberichten A. N.
P. 8.15 Concertgebouworkest. 9.15 Reportage of gramofoon-
Le belastingver- I muziek. 9.30 Gramofoonmuzlek. 10,00 Nieuwsberichten Aj
het volksinko- N. P., sluiting.