Bonnen die thans geldig zijn:
Op Ontdekkingsreis
Aspirin
EEN GEZONDE GEEST IN EEN GEZOND LICHAAM
Ei ei is Paaschei.
HEEMSKERK
in de arbeidssfeer van
jftr allen schijn van dat hij voor deze bijzon-
i e gelegenheid met een extra klemmenden „va-
i ..n Vtolc uroc „ifrffirnct Gippn Txrnn.
De fotograaf zegt telken keer:
„Nu vriend'lijk kijken, hoor meneer!"
een rijmpje uit een kwartetspel dat ik mij
in Pi'ille ieuSd herinner en dat niet spoedig
uit D1? geheugen zal vervagen, omdat er menige
J!t aditige Zondagmiddag in den huiselijken
rëen ce werd doorgebracht. De geciteerde vers-
m zjjn mjj voornamelijk bijgebleven vanwege
mijn oogen indrukwekkende voorstelling
óe 'n jjet rijmpje in beeld bracht. Het was de rea-
\e schildering van een familie die den euvc-
k<tlffloed had gehad zich naar den fotograaf te be-
'e"m om zioh daar op haar Paaschbest te laten
^eeuwften. Een erg vroolijk plaatje was het niet,
niemand scheen zich daar in het bijzijn van
fotograaf bepaald op zijn gemak te voelen,
v^ral voor den heer des huizes moest dit poseeren,
ordeelen naar zijn verstarde gelaatsuitdrukking,
vare beproeving zijn en dat was geen wonder,
11hij had blijkbaar al ettelijke malen zijn ge-
'a!1- ja* moeien verschikken en bovendien had
- ~|j| wi ":i ju
^wrder" om den hals was uitgerust. Geen won-
x dat het den stakkerd moeite kostte bij dat alles
k nog een blijmoedig gezicht te zetten! Van den
fto2raaf zelf was op het plaatje bitter weinig te
1 Hij ging bijkans geheel schuil onder een laag
hangende zwarte doek, waaronder nog juist een
van 's mans been en diens laarzen zichtbaar
'zm zag het er in den goeden ouden tijd in de
«éeidssfeer van den fotograaf uit en dat plaatje
!'t mijn kinderjaren kwam mij weer plotseling voor
x«n "eest toen ik deze week korten tijd in de sfeer
•an den modernen fotograaf vertoefde. Ik consta
teerde onwillekeurig dat liet griezelige tooneel uit
n herinnering een grondige wijziging had onder-
an Zoowel wat de „décors" als wat de „spelers"
betrof. De fotograaf is niet meer de boeman uit
het verleden. Hij dwingt je niet te lachen, hij
dwingt je niet ernstig te kijken, hij laat dat alle
maal rustig aan je eigen gemoedsgesteldheid over
en dat is natuurlijk heel verstandig, want op deze
wijze schakelt hij meteen het ongewenschte element
posé" uit. En dan de kleeding! Stel je voor dat ik
eerst naar huis was gegaan om mijn gewichtigste
plunje aan te trekken. Dat ik hier in jacquet of
in smoking gezeten had! Neen, dat is wel wat een
voudiger gegaan. Zoo maar in mijn dagelijksehe
colbertje ben ik hierheen gekomen. Ik heb even
met den kam mijn -haren in het goede pad geleid
en vervolgens mijn das recht getrokken, maar dat
varen dan ook de eenige voorbereidingen die mij
noodzakelijk toeleken. En toen ik mij neergezet had
in den stoel tusschen de twee zoekliohten kon ik
toi mijn vrugde vaststellen dat ik mij voor een egalen
achtergrond bevond en niet voor een bruggetje of
een bloemperk, waarvan iedereen bij eersten oog
opslag kan zien dat het geschilderd en dan nog
heel slecht geschilderd is.
Ja, daar is in deze eeuw heel wat veranderd in
de arbeidssfeer van den fotograaf, en, wat meer
zegt, ten goede veranderd. Daarvoor behoeft de be
zoeker maar even de wanden van het fotografische
jtelier te inspecteeren. Daar hangen de staaltjes
van zijn kunnen die hemelsbreed versohillen van
bet houterige gedoe dat wij van de portretten van
voorouders kennen. Er is een nieuwe generatie
fotografen opgestaan die er naar streeft den
sensch in zijn ongekunsteldheid weer te geven.
Daarmede is de portretstudie gepaard gegaan en
de fotograaf allengs het gebied van den
kunstenaar nabij gekomen. De goede fotograaf van
heden is er inderdaad in geslaagd zijn val?: tot een
te verheffen. Hij heeft het doode beeld van
weleer tot een levend tooneel weten te maken. Dat
is een belangrijk feit, waaruit tevens blijkt dat ook
de fotografie een uiterst intensieven ontwikkelings
gang achter zich heeft. En uit dit laatste volgt weer
oat men den fotograaf van vroeger zijn tekortko-
ingen niet al te zeer mag aanrekenen: hij stond
Immers aan het begin van den weg en bovendien:
ook hij verrichtte eenmaal baanbrekend werk en
zijn ervaringen en resultaten zijn van onsohatbare
waarde geweest voor de na hem komende gene
ratie.
In het fotografisch atelier werkt de machine van
den arbeid in deze dagen op volle toeren. De tijd
der persoonsbewijzen staat immers voor de deur
en niet iedereen is reeds in het bezit van een con-
terfeitsel, waarop „het hoofd 2 c.M. in doorsnede
of grooter is" en welke „den afgebeelden persoon
half en face, half en profil en half naar rechts
toont, zoodanig dat het linkeroor duidelijk en ge
heel zichtbaar is", om enkele der voornaamste
eschen te noemen. Natuurlijk is er nu geen sprake
van een stormloop als in het afgeloopen jaar, toen
de ingangen der fotografische ateliers veel over
eenkomst vertoonden met de loketten vain een voet
balveld bij een plaatselijke ontmoeting. Maar de
drukte is in ieder geval voldoende om den fotograaf
den geheelen dag aan den arbeid te houden. Zoo
was het tenminste gesteld in de artistieke werk-
ARTISTIEKE DAMES- EN
heeren portretten
„R1CHE FOTO ART"
9 GROOTE HOUTSTRAAT - TELEF. 13472
(Adv. Ingcz. Med.)
(In de week vóór Paschen zal op
een bon een extra ei worden be
schikbaar gesteld.)
extra ei per kippig hoofd
Wordt ons de week voor Paasch beloofd,
Wij zullen 't oonsumeeren;
Niet eten zoo eenvoudig maar,
D°ch, stil genietend met elkaar
Het waarlijk savoureeren.
Het is een punt wat wij nu doen
"et dit speciale ei-rantsoen,
u snapt wel, waar ik heen wil;
Of het gekookt voor u moet zijn,
Of spiegelei ligt in uw lijn,
Of u 't geklutst alleen wil.
Maar niemand staat er lang bij stil,
°f hij dit ei aanvaarden wil
En 't op den kop zal tikken;
We leefden gaarne allemaal
°P een wat ruimer eierschaal
En zullen 't dus graag slikken.
ij halen nu ons hart al op
Ate smuUers in den (eier) dop,
Drt extraatje zal smaken;
ei per hoofd recht naar de maag.
'»e loven in gedachte graag
De kip die hej. 2aj maken.
Hoewel, wanneer die eierbron
a-7 kielen ook spreken kon,
Zou zij waarschijnlijk zeggen:
lin naam is altijd haas met Paasch,
voor het leggen zal het haas
"el eer er mee inleggen.
plaats aan den Zijlweg te Haarlem, waar de schrij
ver van dit artikel zijn indrukken vergaarde, maar
elders zal de arbeidssfeer van den fotograaf wel
een gelijk beeld bieden.
De fotograaf is in deze dagen meer dan ooit een
personage van gewicht en er was dan ook alle reden
hem in deze rubriek een oogenblik op het podium
te zetten. J. H. V.
(Adu. lugez. Med.)
Een onderhoud met
S.S.-pnderstormleider
Wolff ram
De taak van de Nederlandsche S.S.
in verband met de marschen, welke de Neder
landsche S.S. dit weekeinde zal houden te Gro
ningen en Leeuwarden, had een redacteur van de
V.P.B. een onderhoud met den plaatsvervangend-
leider der S.S., den heer J. P. Wolffram te Utrecht.
Hieraan ontkenen wij het volgende:
„De Nederlandsche S.S.", aldus onderstormleider
Wolffram, die vóór de capitulatie als reserve 1ste
luitenant bij de derde verkenningsgroep van het
2e luehtvaartregiment diende, „heeft tot taak de
positieve Germaansche waarden in het Nedei-land-
sche volk te behoeden en te bewaren. Dit blijkt
reeds aanstonds uit de selectie, welke op de can-
didaten voor het corps wordt toegepast. De jonge
man, die lot de S.S. wil toetreden, wordt niet al
leen volgens zeer strenge maatstaven gekeurd op
een ongezonde lichamelijke gesteldheid, doch ook
op afstamming. Tot de Nederlandsche S.S. kunnen
alleen Nederlanders behooren, wier afstamming van
het jaar 1800 af zuiver arisch is. Voor de leiders
gaan wij zelfs nog vijftig jaar verder terug. Bij dit
onderzoek is reeds gebleken, dat menige jongen
van eenvoudige afkomst van heel wat beter, zui
verder afstamming is dan candidaten uit de zooge
naamde „betere standen". Ook wat zijn karakter
betreft moet de candidaat aan zware eischen vol
doen. Tot zijn voornaamste karaktereigenschap
pen rekenen wij: trouw, oprechtheid, gehoorzaam
heid, plichtsgevoel, opgewektheid.
Uit deze zware eischen, welke bij de vorming
reeds worden gesteld, vloeit voort, dat de S. S.-man
een voorbeeld moet geven van de Germaansche
levenshouding en levensbeschouwing, welke hij bo_
ven dien met het woord en d e daa d moet kunnen
verdedigen. De Germaansche gedachte kan niet an
ders leven dan in een nationaal-socialistische samen
leving.
Daar voor den S.S.-man het positieve ras-ele
ment echter voorop staat, wordt bij zijn opleiding
niet zoozeer aandacht geschonken aan de kleine
dingen der dagelijksehe politiek, doch eerder aan
de groote kwesties van volksgezondheid en erf ge
zondheidsleer, die, hoe ingewikkeld ook op het
eerste gezicht, een groote aantrekkingskracht op
onze mannen, die in opleiding zijn, blijken uit te
oefenen."
„Hoe geschiedt de opleiding zelf?"
„Gebaseerd op leidersbeginsel en kameraadschap.
De eigenschappen, die reeds in bepaalde mate aan
wezig moeten zijn, voordat een jongeman tot de
opleiding wordt toegelaten, worden natuurlijk op
alle manieren bevorderd. De opleiding geschiedt in
kleine groepen, wat de kameraadschap zeer ten
goede komt. Er wordt bijzonder veel gedaan aan
lichamelijke opvoeding, sport en exercitie. De gees
telijke scholing besteedt veel aandacht aan het
Nederlandsche volkseigene; er wordt veel gedaan
aan heemkunde, volkskunde, enz. De S.S. zoekt
namelijk de gemeenschappelijke Germaansche
waarden der volkeren naar voren te brengm, doch
niet om in communistischen zin de karakte
ristieke verschillen, welke er bestaan, te vervlak
ken. Voorts trachten wij den mannen een eigen stijl
van houding en optreden bij te brengen, die uit
munt door eenvoud, bescheidenheid, waardigheid
en correctheid. De exercitie-oefeningen spelen
daarbij een belangrijke rol.
Velen worden afgewezen.
„Heeft de zware keuring niet ten gevolge, dat
velen worden afgewezen?"
„Inderdaad blijkt gemiddeld 60 tot 70 pCt. der
candidaten ongeschikt. Doch dat is bij de zware
eischen, welke wij stellen ten opzichte van licha
melijke gesteldheid, karakter en afstamming, ook
niet te verwonderen. De kern, welke op deze wijze
gevormd moet worden en die noodzakelijk is
voor de instandhouding van ons volk moet vol
maakt zuiver zijn. Trouwens, ten gevolge van het
afstammingsonderzoek, dat zeer veel tijd in beslag
neemt, kan definitieve opname in de S.S. in de
praktijk in de meeste gevallen toch pas in den loop
van het derde opleidingsjaar plaats vinden."
„Welke zijn de leeftijdsgrenzen?"
„Van 10 tot 30 jaar, maar het liefst hebben wij
nog candidaten tusschen de achttien en vijfentwin
tig. Wanneer ouderen willen toetreden, is daar
voor een speciale vergunning noodig, die maar in
enkele bijzondere gevallen wortd verleend. Voor
hen, die de groot-Germaansche gedachte, zooals
die in de S.S. tot uitdrukking komt, willen steunen,
doch zelf geen actief lid kunnen worden, bestaat
de mogelijkheid, als begunstigend lid mede te
werken".
„Gelden de eischen voor den S.S.-man, wat be
treft zijn afstamming en lichamelijke gesteldheid,
ook voor ziin vrouw of aanstaande vrouw?"
„Ja. want de S S. ts niet slechts een bond van mannen,
doch ook een bond van sibben. De taak: bet bewaken en
behoeden van de wereldbeschouwing, die uiteindelijk
leidt tot de nationaal-socialistische samenleving, brengt
dit met zich mede. Waar andere politieke stroomingen
ten gronde zijn gegaan door gebrek aan zelfreiniging en
bezinning op de grondslagen van haar idee. daar wil de
S.S. een orde zijn, die dit wèl doet voor het nationaal-
soclalisme."
Moeilijkheden
De Nationale Jeugdstorm.
Installatie van het gewest Noord-Holland.
In het gemeentelijk Sportpark heeft Zaterdagmid
dag de plechtige installatie van het gewest Noord-
Holland van den Nationalen Jeugdstorm plaats ge
had. Hierbij waren o.a. tegenwoordig dc kringleider
der N. S. B., de heer A. C. ter Haar uit IJmuiden,
de heer Teunissen van den filmdienst van hel de
partement voor Volksvoorlichting, de plaatselijk
leider van de Nederlandsche S.S.. de heer Koub en
de Schout van het Jongerenkwartier, de heer M.
Jansen.
Toen de meisjes en jongens opgesteld stonden
beeft de Gewestleider Schout Van Diesen zich tot
de jeugd gericht; hij noemde daarbij deze dag een
zeer belangrijke in het leven van de stormers en
stormsters, die hier gekomen zijn om getuigenis af
te leggen van den onwrikbaren wil de Nederland
sche jeugd in één organisatie samen te bundelen.
Ook zijn wij hier, aldus spr., om naar buiten te
dragen het ideaal, n.l. eenheid van Nederlandsche
jeugd, orde, tucht en discipline.
Nadat spr. in het kort den toestand van vóór 15
Mei had geschetst en de heroïeke figuur van De
Ruyter ten voorbeeld had gesteld, zei hij, dat disci
pline niet alleen volkomen uitschakeling van den
persoon beteekent, maai dat alle krachten, die uit
den enkeling voortkomen, gericht moeten worden
op één bijzonder doel. Alle krachten moeten zoo
aangewend worden, dat alles dezelfde richting uil
werkt. Dan zullen we in staat blijken ons volk te
brengen op de plaats waar het behoort. Van dit
moment af moet men bereid zijn onder alle om
standigheden zichzelf in te zetten voor datgene
waartoe de leider ons geroepen heeft.
Na nog een apart woord tot de stormsters gericht
te hebben, wees spr. er op dat de jongens en meisjes
zoowel naar binnen als naar buiten een voorbeeld
voor ieder moeten zijn en steeds moeten strijden
met een open vizier. Na de beteekenis van de belof
te uiteengezet te hebben, sprak Schout van Driesen
de streekleiders toe, waarna de gewestleider de be
lofte afnam.
De installatie werd besloten met het zingen van
„Alle man van Neerland's stam".
Hierna werd een marsch door Beverwijk gemaakt,
voorafgegaan door een aantal tamboers en hoorn
blazers. Op het C. H. Moensplein werd voor den
Gewestleider, Schout van Driesen, gedefileerd.
MAATSCÏÏAPPÏ.T TOT NUT VAN 'T ALGEMEEN.
Zaterdagmiddag werd in het Kennemer Theater
de laatste lezing van den cursus „Moderne Kunst"
gehouden. De heer Otto van Tussenbroek sprak
over de siersmeedkunst, glasblazen en pottenbak
ken en het werk dat door de verschillende kunste
naars op het gebied van de verfraaiing en veredo
ling van de dagelijksehe gebruiksvoorwerpen is ge
daan.
Na afloop was er gelegenheid om over de in don
cursus behandelde onderwerpen vragen te stellen,
waarvan druk gebruik gemaakt werd.
Mr. J. O. Baron sprak een kort slotwoord, waarin
hij den heer Van Tussenbroek dankte voor zijn
lezingen.
Loop der bevolking.
Ingekomen:
B. van Willigen, timmerman, van Velscn, Dier-
luststraat 18.
E. de Groot, geleidster, van Egmond aan Zee,
Relweg 59.
G. Kampe, los arbeider, van Nederweert, Kerk
straat 52.
A. M. H. Trillet, zonder beroep, v. België, Linden-
laan 14.
Vertrokken:
J. Tromp, los arbeider, naar Velsen, James Watt
straat 61rd.
J. Mooy, arbeider, naar Velsen, Trompstraat 46.
W. J. Bakker, zonder beroep, naar Haarlemmer
meer, Lijn der dijk 8.
J. Bakker, zonder beroep, naar Haarlemmer
meer, Lijnderdijk 8.
J. Decandre, houder volkslogement, naar Hoorn,
Zon 7.
B. M. Hensen, fabrieksarbeider, n. Zaandam,
Zuiddijk 183.
G. van der Ploeg, zonder beroep, naar Velsen.
Wij kerstraat weg 286.
G. W. Puts, rijksveldwachter, naar Castricum,
Beverwijkerstraatweg 60 inw.
1. de Vries, rijksveldwachter, naar Castricum.
Beverw. straatweg 60 inw.
f. Bakker, zonder beroep, naar Bloemendaal.
Schaepmanlaan 31.
R. J. Zonneveld, timmerman, naar Haarlem, Wa-
;enmakerslaan 2.
C. P. Konijn, tuinder, naar Beemster, Zuider-
veg 84.
H. Th. van Baarsen, tuinder, naar Beemster, Vol-
gerweg 80.
A. Bos, schoenmaker, naar Dokkum, Bronlaan
156 E.
F. de Lies, zonder ber., naar 's-Gravenhage, van
Beyerenstraat 159.
OUDERAVOND CHR. SCHOOL UITGESTELD.
De ouderavond van de Christelijke School aan de
Meerensteinstraat, die op Dinsdag 8 April gehou
den zou worden, is uitgesteld tot Vrijdag 25 April.
OPRICHTINGSVERGADERING.
Nadat eerst een propaganda-avond was gehouden
heeft hedenavond in het K. S. A.-gebouw de offi-
cieele oprichtingsvergadering plaats van een af-
deeling van de K. J. M. V., waarin o.a. een bestuur
zal worden gekozen.
A.D.O.V.V.B. (0—1).
In een slecht gespeelden wedstrijd moest
A.D.O. beide punten aan de bezoekers, die niets
beter speelden, laten. Aanvankelijk werd goed
begonnen; eenige gevaarlijke aanvallen op het
doel der bezoekers, openden den strijd. Hierna
werd het slecht en vooral het plaatsen liet veel
te wenschen over; de anders zoo uitstekende
A.D.O.-halflinie was er volkomen uit.
Na ongeveer een kwartier spelen weet Spruit
met een goeden kopbal Beentjes, die Kloes ver
ving te passeeren (01).
Hoewel A.D.O. nu iets beter aanpakte, kwam de
rust met dezen stand.
Na de rust geniet A.D.O. het windvoordeel; wel
werd er thans geregeld op de helft der gasten
gespeeld, doch succes bleef uit. Ook de V.V.B.-
voorhoede bracht er weinig van terecht, wat
maar goed was ook, daar het in de halflinie en
achterhoede van A.D.O. geducht rammelde.
Bij A.D.O. warea het Voormeer en Sinnige, die
bij de aanvallen nogal actief waren; van beiden
noteerden wij eenige goede schoten. In het laat
ste gedeelte van den strijd, werd een geweldige
druk op het doel van V.V.B. uitgeoefend, alles
echter met een negatief resultaat.
UITSLAGEN VAN ZONDAG.
ADO—VVB 0—1
ADO 3Purmerend 2 14
SVA 2—ADO 4 2
Vitesse 3ADO 5 00
ADO aLimmen a 3—3
ADO bVitesse b 43
VVZ e—ADO c 0—3
VERSCHE VISCHAANVOER TE SCHEVENINGEN.
Van de kuslvischerij waren Zaterdag te Scheveningen
aan de markt de kotters: SCH 37, C. de Jong. met f 190;
KW 116, F. Haasnoot, met f173 en 75 motorschokkers met
tezamen f7275 besomming.
77 kustvisschers besomden in totaal f7637.
De noteeringen voor de schokkervisch waren: Middel-
schol f37,70—f46; Kleine schol f 11,60— f27; Bot fit
—f41,60; Schar f3,60—f 17; Sprot of kleine haring f32,
alles per kist van 40 K.G.
BROOD.
BON 10 Broodkaart Geldig
van 31 Maart t.m. 13 April.
100 gr. brood of 100 gram
roggebrood.
BON 11. Geldig van 7 Lm.
20 April.
BON 6 (Bloemkaarfc) Geldig
t.m. 20 April 50 gr. brood.
KOEK EN GEBAK
BON 10 (Broodkaart). Gel
dig van 31 Maart t.m. 13
April.
BON 11 (Broodkaart). Gel
dig van 7 Lm. 20 April.
1 rantsoen gebak.
BON 6 (Bloemkaart). Gel
dig t.m 20 April, Vz rant
soen gebak.
1 rantsoen ontbijtkoek
160 gr., speculaas 140 gr.,
andere koekjes 200 gr-, bis
cuit en wafels 90 gr., be
schuit 75 gr., cake 300 gr.,
taart 600 gr„ gebakjes 600
gr., korstgebak 500 gr., klein
korstgebak 400 gr.
KOFFIE EN THEE.
BON 18. Geldig van 17
Maart tot 27 April: 50 gram
thee of 125 gram koffie of
250 gram koffiesurrogaat.
VLEESCH EN
VLEESCHWAREN
BON 10 „vleesch" van de
Vleeschkaart. Geldig tot en
met 13 April, 100 gram
rund-, kalfs- of varkens-
vleesch (been inbegrepen)
of on gesmolten vet of een
rantsoen vleeschwaren.
BON 10 „worst of vleesch
waren". Geldig tot en met
13 April. 75150 gram
vleeschwaren.
BOTER EN VETTEN
BON 10 (Botcrkaart). Gel
dig van 31 Maart t.m. 13
April, 250 gram boter.
BON 10 (Vetkaart). Geldig
van 31 Maart t.m. 13 April
250 gram boter of margarine
BON 11 (Boterkaart). Gel
dig van 7 t.m 20 April. 250
gram boter.
BON 11 (Vetkaart). Geldig
van 7 t.m. 20 April. 250
gram boter of margarine of
200 gram vet.
MEEL en GRUTTERSWAREN
BON 19 „Bonkaart Alge
meen". Geldig tot en met
20 April. 250 gram rijst
of rijstemeel of rijstebloem
of gruttemeeL
BON 07. „Bonkaart Alge
meen". Geldig van 24 Febr.
t.m. 20 April. 250 gram
havermout of havervlokken
of haverbloem of aardappel-
meelvlokken of gort of
gortmout of grutten.
BON 08 „Bonkaart Alge
meen". Geldig van 24 Febr.
t.m. 20 April. 250 gram
gort of gortemeel of grutten
BON 09 „Bonkaart Alge
meen". Geldig van 24 Febr.
t.m. 20 April. 100 gram
macaroni of vermicelli of
spaghetti.
BON 10. „Bonkaart Alge
meen". Geldig van 24 Febr.
t.m. 2d April 100 gram mai-
zena of griesmeel of sago of
aardappelmeel of pudding
poeder of puddingsauspoe-
der.
BON 6 (Bloemkaart) Gel
dig tot 20 April, 35 gram
tarwemeel of tarwebloem
of roggemeel of roggebloem
of zelfrijzend bakmeel.
BON 62 en 72. Geldig van
24 Maart t.m. 20 Api'il. elk
100 gram kaas.
BONS 63 en 73. Geldig van
7 April t.m. 4 Mei.
EIEREN
BON 83. Geldig van 31
Maart t.m. 13 April.
BON 93. Geldig van 7 t.m.
20 ApriL
1 ei.
SUIKER
BON 17. Geldig van 17
Maart tot 13 April 1 k.g.
suiker.
SCHEERZEEP
BON 117. T.m. 30 April 50
gram scheerzeep of 1 tube
scheercrême of 1 pot scheer
zeep.
ZEEP
BON 20 nieuwe „Bonkaart
Algemeen". T..m. 27 April
150 gr. toiletzeep of 120 gr.
huishoudzeep of 200 gram
zachte zeep (oude samen
stelling) of 150 gram zachte
zeep of 300 gr. zachte zeep-
pasta of 250 gram zeep
poeder of 125 gr. zeepvlok
ken of 250 gr. zelfwerkende
waschmiddelen of 200 gram
vloeibare zeep of 600 gram
wasehpoeder.
Waschpoeder Is uitsluitend
beschikbaar voor wassche-
rijen. Voor 20 kg. wasch-
goed moet 1 bon worden af
geleverd.
BRANDSTOFFEN
BONS 15, 16. 17 Bonkaart
distributie haarden en
kachels 1 eenheid.
Geldig t.m. 30 April.
Briketten 1 eenheid 100
K.G. steenkoolbriketten of
250 K.G. turfbriketten of 75
K.G. turfafval.
BONS 35 t.m. 41. Bonkaart
distributie centrale verwar
ming, 1 eenheid.
Geldig t m. 30 April.
Bons gemerkt „brandstof
fen één eenheid, vijfde pe
riode" en „cokes, één een
heid vijfde periode" geldig
van 1 t.m. 30 April.
Bon „Generator-anthraciet
eerste periode" 1 H.L. an-
thracietnootjes V.
Bon „Generator-turf eerste
periode" 50 stuks bagger-
turf. Geldig t.m. 30 April.
PETROLEUM
ZEGELPERIODE 9 (alleen
voor hen. die uitsluitend op
petroleum kunnen koken)
van 24 Febr. t.m. 20 April
2 L.
HOVDENBROOD
BON 8. T.m. 30 April. Groep
1 en 2: 10 K.G. Gr. 3: 3 K.G.
Gr. 4- 5 K.G Gr. 5- 4 K.G.
Gr 6' 3 K.G Hondenbrood
wordf alleen uer*h*ekt voor
Vrnnfp rashonderi of in^eva'
men meer dart één hond
heeft
vttvmrroOD
BON 8 T.m. 30 April 1% kg.
Kattenbrood wordt alleen
verstrekt voor raskatten.
Alle moeilijkheden zijn „betrekkelijk".
Iets wat ik niet goed aan kan, is voor mij
moeilijk; iets wat ik goed aan kan, is voor mij
geen moeilijkheid.
Er bestaan dus geen „moeilijkheden op ziah-
zelf", want steeds komt het aan op de verhou
ding tusschen een weerstand en het vermogen om
die weerstand te overwinnen; dit kost moeite, in
spanning maar wanneer men succes heeft, telt
men deze licht en is geneigd om te zeggen: ach,
het was maar een kleinigheid, haast niet de moetie
waard om er bij stil te staan; maar wanneer men
geen succes heeft, zelfs de grootste inspanning
en moeite vruchteloos blijven, dan raakt men uit
geput cn vermoeid en blijft men tegen den berg
op zien. Wanneer een moeilijkheid overwonnen
is, is het geen moeilijkheid meer: de weg ligt open,
men ziet weer perspectieven, men kan weer ver
der.
Een moeilijkheid die niet overwonnen wordt,
blijft een moeilijkheid, een hinderpaal die het
voorrtgaan belemmert, die het bereiken van een
doel onmogelijk maakt. Een moeilijkheid is als een
berg: ziet men er tegenop, kan men er niet over
heen, dan blijft men er tegenaan kijken en ziet
men geen uitwee; staat men er boven, aan kijkt
men er glad overheen en ziet men de heele wereld
aan zijn voeten liggen.
Natuurlijk maakt het een geweldig verschil, of
men tegen een berg opziet met zuchten en steunen,
of dat men sportief den strijd aanbindt met een
top om die onder de knie te krijgen. In het eerste
geval kan men bij voorbaat reeds terneer gedrukt
worden door een vermoeiend en verlammend ge
voel van onvermogen, terwijl men in het tweede
geval reeds bij voorbaat wordt aangezet door een
ontembare strijdlust en er naar hunkert om steeds
hooger te klimmen, telkens hooger!
Moeilijkheden hangen samen met moeite, ver
moeidheid en moed.
Wij vinden moeite groot, wanneer wij het gevoel
hebben uitgeput te raken, weinig reserves over
te houden; daarentegen vinden wij iets „de moeite
niet" wanneer wij na het overwinnen ervan ons
nog volkomen fit voelen en beschikken over ruime
reserves.
Vermoeidheid hangt veel minder af van een
hoeveelheid geleverde inspanning, dan van het
gevoel van welslagen of mislukking daarbij. Den
ken wij dat een groote inspanning tevergeefs ge
weest is, dan zinkt ons de moed in de schoenen;
Ze worden als lood; merken wij bp hetzelfde
oogenblik dat we er bijna zijn, dan veeren we op
en we zetten opgewekt een eindspurt in, gelijk het
paard dat de stal ruikt. Ook bij het gevoel van
vermoeidheid is het maar de vraag hoe men de
zaken beziet.
Dezelfde moeilijkheid die voor een moedelooze
onoverkomelijk is, zet een moedige eerst recht aan
om zijn beste krachten in te spannen en alles te
geven wat in hem zit. Moed, vertrouwen, uithou
dingsvermogen, taaiheid, onverzettelijkheid zijn
vrijwel overbodig, wanneer het leven langs lijnen
van geleidel ij kh eid zich ontwikkelt; wat er in een
mensch zit( aan mogelijkheden) komt pas voor
den dag als het er op aan komt als de nood
dwingt, maar dan „ontdekt" men ook pas hoe
veel sluimerende vermogens ongebruikt en onop
gemerkt bleven. Deze „ontdekking" brengt dus
pas aan het licht wat tevoren in duisternis en ver
getelheid veronachtzaamd werd. Het overwinnen
van moeilijkheden geeft dus niet alleen een gevoel
van voldaanheid, maar versterkt het zelfvertrou
wen, omdat men merkt dat men geen passieve
speelbal is van het lot, maar dat men ook nog
wat kan misschien zelfs veel meer dan men
tevoren voor mogelijk hield.
Hoe kan iemand die terugdeinst voor alle moei
lijkheden ooit weten waartoe hij in staat is? Hij
beneemt zichzelf als het ware de kans om te ont
dekken over welke krachten en vermogens hij
hij beschikt. Zelfvertrouwen is ondenkbaar zonder
overwonnen moeilijkheden, omdat men alleen
daaraan ervaart wat men waard is, daardoor zich
zelf leert kennen en tegelijkertijd steun vindt in
de ervaring dat moeilijkheden overwonnen kun
nen worden.
Zijn er dan geen onoverkomelijke moeilijk
heden?
Zeker. Maar veel minder dan men gewoonlijk
denkt en stellig veel minder dan de pessimist bij
voorbaat aanneemt (waardoor hij er natuurlijk
niets van maakt, om daarna te zeggen: zie je
wel?).
Kan men alle moeilijkheden in zijn eentje aan
en op zijn eigen houtje?
Beslist niet. Natuurlijk niet: want de juiste weg
in een doelhof leert men pas na zoeken en dwalen,
na veel botsingen en mislukkingen. Het spreek
woord zegt: door schade en schande wordt men
wijs; maai- om eerlijk te zijn moet men er bij
voegen velen blijven halverwege steken, ont
moedigd, gewond, geslagen. Alleen degenen die
erdoorheen gekomen zijn, die geslaagd zijn,
worden de winst deelachtig.
Wie zal zoo dwaas zijn om in moeilijke en
riskante omstandigheden - ailleen maar zijn
eigen zin te volgen en zich niets aan te trekken
van ervaringen, door anderen opgedaan? Die luxe
kan men zich permitteeren als er niet veel op het
spel staat; maar als het ernst is, grimmige ernst,
dan zal men dankbaar gebruik maken van de
leering die anderen met schade en schande hebben
opgedaan.
Er bestaat nog een zekere trots bij velen: ze
willen zich alleen door de moeilijkheden heen
slaan. Ze schamen zich ervoor om toe te geven dat
ze geen raad weten maar schamen zich er nog
meer voor om raad te vragen aan een vakman.
Natuurlijk beginnen ze er niet aan een horloge
te willen repareeren, als dit niet goed loopt: daar
mee gaan ze naar een vakman. Maar als ze met
zichzelf in den knoop zitten, geen raad weten hoe
ze zich door moeilijkheden uiterlijke of in
nerlijke heen moeten slaan, dan trachten ze
dit zoolang mogelijk voor anderen (en voor zich
zelf) te verheimelijken. Dan houden ze zich voor:
„Wie wil, die kan" dus als ik maar mijn tan
den op elkaar zet, dan moet ik mij erdoorheen
kunnen slaan.
Wie met zijn hoofd door den muur heen wil
loopen, wie de werkelijkheid wil dwingen en naar
zijn hand zetten, loopt schade 'en schande op:
maar wijs wordt hij niet. Dat wordt alleen degecn
die erkent dat er een buitenwereld, dat er een
realiteit is, waar men mee heeft te rekenen
maar die erin slaagt om tot een juist inzicht te
komen omtrent wenschelijkheden en mogelijk
heden. die alles met ruimer blik en in juiste pro
porties leert te zien, die er het beste va nweet te
maken. Daarbij doet men wijs om zich niet blind
te staren op (onvervulbare) wenschen en zich voor
te stellen: als de wereld nu eens anders was
als de menschen nu eens anders deden
Zei niet reeds Camphuysen: Ach, waren alle
menschen wijs en wilden daarbij wel:
Deez' aard dan een Paradijs nu is ze
meest een hel!
Moeilijkheden zijn er altijd geweest en zullen
er altijd zijn.
De vraag is maar: wat maakt men ervan?
De zwakmoedige zal probeeren de moeilijkheden
te verdoezelen, hopende er nog tusschendoor te
kunnen zeilen; de moedelooze deinst er bij voor
baat voor terug; de overmoedige negeert moeilijk
heden en risico's maar de moedige ziet da
werkelijkheid onverbloemd en onverschrokken on
der de oogen: hli is bereid het risico te aanvaar
den, desnoods zijn momenteele verlies te nemen,
erop vertrouwende zich later te kunnen herstel
len. Maar bovenal: hij is bereid ernst te maken
met de moeilijkheden, kwade kansen onder de
oogen te zien. leering te trekken uit de misluk
kingen van anderen, ervan overtuigd dat een ge
waarschuwd mensch voor twee telt.
J. M. ROMBOUTS.