J
De politiek van Joego Slavië
en Griekenland.
Oiys-DAG 8 APRIL' 1941
Publicatie uit Witboek no. 7.
Het D- me'dt: Het Duitsche ministerie van
buitenlandsche zaken publiceert de in de procla
matie van den Führer en in de verklaringen van de
riiksregeering vermelde oorkonden en documenten
'over de .politiek van Joego Slavië en Griekenland,
in strijd met de neutraliteit, in witboek nummer 7.
Uit dit witboek, dat in voorbereiding is, worden
thans in een eerste publicatie de volgende negen
documenten weergegeven.
1. Aanteekening van den opperbevelhebber der
Fransche Levanttroepen generaal Weygand van 9
December 1939 over interventie der geallieerden op
den Balkan: „....Bij den tegenwoordigen stand
van zaken kan in Europa slechts de Balkan als
oorlogstooneel de gelegenheid tot gunstige gebeur
tenissen bieden, hetzij door de afmatting die de
vorming van een nieuw front voor den tegenstander
zou beteekenen, hetzij door een succesvollen om-
trekkenden aanval op zijn vitale punten...."
2. Aanteekening van den opperbevelhebber van
het Fransche leger generaal Gamelin van 10 Maart
1940-omtrent deelneming van Fransch-Brïtsche
strijdkrachten aan de operaties in Finland:Op
militair gebied zou een actie op den Balkan voor
Frankrijk veel voordeeligerzijn dan in Scandina
vië: het oorlogstooneel zou op groöte schaal worden
uitgebreid. Joego Slavië, Roemenië, Griekenland
en Turkije zouden ons versterking van ongeveer
100 divisies aanbrengen. Zweden en Noorwegen zou
den ons slechts den zwakken steun van ongeveer 10
divisies verschaffen
3. Eigenhandig schrijven van den opperbevelheb
ber der Fransche Levant-troepen generaal Weygand
san den opperbevelhebber van het Fransche leger,
generaal Gamelin, van 9 September 1939: „Massigli
deelt mij mede dat dc Grieksche generale staf nog
niet in staat is mijn bezoek te wenschen, doch dat
hij een officier zal uitzenden met wien ik een ge-
hrime bespreking zal hebben. Al deze vertragingen
en voorzichtigheidsmaatregelen, die ik begrijD, rijn
mij uiterst onaangenaam, omdat zij de kwestie vari
Saloniki in verwarring brengen. Voor het geval de
huidige politieke houding tegenover Italië niet ge
doogt dat de geallieerde troepen terstond te Saloniki
worden vastgelegd kan men naar mijn meening
voorloopig van Griekenland verlangen een zeer vér
gaande voorbereiding van deze bezetting toe te la-
ien vooral uitzending van specialisten voor de
inrichting van steunpunten en voor de vergadering
vaiï voorraden en misschien ook uitvoering van be
paalde werken voor verbetering van wegen of ver
dedigingswerken door de Grieken zelf. Dit zal ik bi:
het eerste onderhoud pogen te bereiken dat ik met
den Griek te Ankara zal hebben
4. Uittreksel uit een telegram van den opperbe
velhebber der Fransche Levant-troepen generaal
Weygand aan generaal Gamelin van 15 September
1939:3. De door. kolonel Dovas. den leider van
het derde Grieksche bureau, overhandigde nota
eischt uit overwegingen van denzelfden aard on
middellijke versterking door complete Fransche of
Engelsche formaties van het luchtwapen «ri; ver
klaart dat'de voorhoede van een Fransch expeditie
korps te Saloniki uit complete eenheden van het
hichtwaDen moet bestaan
5. Telegram van den Franschen militairen attaché
ie Belgrado aan het Fransche ministerie van oorlog
van 5 September 1939: ..Joego Slavië heeft toestem
ming gegeven voor alle transporten van oorlogs
materiaal met bestemming Polen door zijn gebied".
6. Telegram van rj^n Franschen militairen attaché
ie Belgrado aan het Fransche ministerie van oorlog
van 9 September 1939 (uittreksel): „nr. 127....
Duitsch materiaal voor Bulgarije nog steeds vastge
houden. Wij hebben verzending van het koper uit
de mijnen van Borinach uit Hongarije verboden. 300
ton js via^Ragüsa vervoerd. Zij zullen met Antwer
pen als haven, van bestemming worden verladen.
Mocht u het met dit verbod niet eens'zijn, deelt u
mij dat dan alstublieft mede".
7. Een geheim, persoonlijk rapport van den Fran
schen marine-attaché te Athene, luitenant-ter-zee
le klasse, oudste categorie, Pol Lahalle, aan den ad
miraal van de vloot, opperbevelhebber der Fran-
jche zeestrijdkrachten van 5 October 1939: nr. 22.
betreft: opvatting van de Grieksche regeering over
eventueele landing van geallieerde troepen te Salo
niki. In mijn brief nr. 11 van 22 September heb ik
er op gewezen dat ondanks de welwillendheid van
de Grieksche regeerir.g tegenover ons het tegen
woordige stadium van de diplomatieke en militaire
situatie niet veroorlooft op haar toestemming tot
openlijke voorbereiding van een expeditie naar Sa
loniki te rekenen. De/.e opvatting wordt bevestigd
door het volstrekt toevallige onderhoud dat de on
derstaatssecretaris van buitenlandsche zaken, de
heer Mavroudis. en onze gezant te Athene over deze
aangelegenheid hebben gehad. In den loop van dit
onderhoud, dat stelselmatig noch officieel was, ver
klaarde de heer Mavroudis den heer Maugras dat
Griekenland, als wij te zijner tijd een leger te Salo
niki wilden doen landen, zich hiertegen niet alleen
niet zou verzetten, doch zelfs zijn strijdkrachten bij
de onze zou voegen, „onder voorwaarde dat door di
plomatieke en militaire voorbereiding het succes
dor operaties gewaarborgd is". „Tot deze voor
waarde". zoo preciseerde de-heer Mavroudis, „be
hoort de medéwerking van .Joego Slavië, welks leger
de voorhoede van de expeditie zou moeten vormen".
De heer Maugras heeft m een telegram van 25 Sept.
aanzijn chef over de uitlatingen van den heer Ma
vroudis verslag uitgebracht. Uit deze uitlatingen
Wijkt welk standpunt de Grieksche regeering zou
Innemen, indien officieel bij haar geïnformeerd zou
worden".
8. Rapport van den Franschen marine-attaché te
Athene (uittreksel) van 30 October 1939: „Een
Grieksche reeder deelde mede dat de Grieksche
premier hem onlangs met al zijn collega's tezamen
bij zich heeft laten komen in zijn werkkamer. De
premier heeft hun meegedeeld dat de Engelsche
regeering van hen heeft verlangd dat zij de helft
van de Grieksche koopvaardijvloot ter beschikking
van Groot-Brittannië stellen. Hij heeft, hieraan toe
gevoegd dat hij in naam van de Grieksche regecring
heeft geantwoord dat zij niet zonder in conflict
met haar neutraliteit, te geraken en zich aan ge
rechtvaardigde verwijten bloot te stellen, een deel
van de particuliere Grieksche koopvaardijvloot ten
bate van het oorlogvoerend land kon requïreeren
maar hij heeft niettemin de aanwezige reeders aan
bevolen zich voorzoover zii slechts eenigszins kon
den en op streng persoonlijke wijze in dienst van
Engeland te stellen".
9. Brief van generaal Gamelin aan den Franschen
premier: „Geheim nr./26 - ca. b./d-n. Groot hoofd
kwartier. 27 November 1939. In telegram nr. 9.177
van 23 November 1939, waarvan u een copy ont
vangen heeft, rapporteert onze militaire attaché te
Belgrado over den wensch van den prins-regent en
den Joego Slavischen generalen staf het contact
met onzen militairen vertegenwoordiger nauwer te
maken. Hii rapporteert: tevens het verzoek van den
minister van oorlog een Joego Slavische militaire
missie naar Frankrijk te mogen zenden. Wat het
eerste punt betreft: ik üeb in overleg met den
heer Brugere, die in deze aangelegenheid uw prin-
cipieele toestemming bezat, de eer u te verwittigen
van het feit ,dat ik in mijn eigen naam een officier
van mijn generalen staf naar Belgrado zend om het
noodige contact voor de vestiging van nauwer be
trekkingen met het Servische opperbevel te zoeken.
Wat de uitzending van een Joegö-Slavische missie
betreft ben ik van opvatting dat zij slechts van
voordeel kan zijn en onder voorbehoud dat u mijn
opvatting deelt zal ik onzen militairen attaché la
ten zeggen dat wij de uitzending van deze missie
naar Frankrijk aanvaarden".
Britsclic Balkanpolitiek voor
moeilijkheden.
Captain Lidell Hart aan het woord.
Het D.N.B. meldt: Engeland loopt op den Bal
kan in een val welke het zelf heeft neergezet. Dit
is de overtuiging van den bekenden Engelschen
militairen schrijver Captain Lidell Hart. Reeds op
31 Maart besprak Hart nl. in de „Daily Mail" de
militaire beteekenis van een Britsch optreden op
den Balkan. Hij stelde de vraag: Wat kan Hitler
door een overwinning in Griekenland winnen?
Zoo op het oog, schrijft Hart, is Griekenland een
■geografisch blinde straat en vele menschen be
grijpen niet, waarheen een Lntooht in Grieken
land voor een landmacht als Duitschland kan lei
den. Oppervlakkig beschouwd kan een overwin
ning op Griekenland geen beslissend effect op het
verloop -van den oorlog uitoefenen. Hart noemt dit
inzicht volkomen verkeerd. Engeland zal weer als
de vijand van den Europeeschen vrede aan den paal
gesteld worden en bovendien zal Engeland zijn
laatste steunpunt op het Europeesche continent
kwijt raken. Tevens kan in Macedonië een ver
splintering van de Engelsche macht bereikt wor
den. Er bestaat wellicht geen punt, waar men En
geland beter voor een dilemma kan .plaatsen dan
hier. Sturen wij geen troepen, zoo vervolgt hij,
dan wordt het vertrouwen in ons vermogen en on
zen wil om onze bondgeriooten te helpen geschokt.
Zetten wij echter troepen aan land, dan krijgt
Hitier een mogelijkheid om ons te „Duinkerken".
Duitschland heeft echter nog veel grootere voor-
deelen van een Macedonischen veldtocht te ver
wachten. Hoe meer Engelsche strijdkrachten naar
de Egeïsche Zee gestuurd worden, des ter grooter
wordt de kans op een succesvollen aanval op
Engeland zelf. Hoe meer troepen van Engeland
naar het Nabije Oosten gestuurd worden, des te
grooter wordt de tonnage voorhun verzorging en
instandhouding en des te kleiner wordt het aantal
sqhepen dat voor het Engelsohe moederland be
schikbaar blijft. Het gebruik van de overtollige
Duitsche landtroepen aan de kust van de Egeïsche
Zee is een goedkoope ondersteuning van de Duit
sche duikbootblokkade tegen Engeland.
Tenslotte waarschuwt'Lidell Hart zijn landige-
nooten nog eens voor de strategie van den Duiit-
schen Führer, welke Engeland in een dwangpo
sitie brengt. Het is een ontwikkeling, welke door
Duitschland de meest uiteenloopende mogelijkhe
den behelst-, doch die Engeland in een val kan
lokken
BEGRAFENIS VAN GRAAF TELEKI.
De staatsbegrafenis voor den overleden Hon-
gaarschen minister-president graaf Teleki heeft
gisteren in de koepelzaal van het parlement in
tegenwoordigheid van den rijksregent en van de'
speciale afgezanten van Duitschland, Italië. Japan
en Bulgarije plaats gehad. Na de kerkelijke in
zegening hield minister-president en minister van
buitenlandsche zaken Van Bardossy een lijkrede.
De Duitsche delegatie onder leiding van groot-
admiraal Rader was des morgens vroeg te Boe
dapest aangekomen. Groot-admiraal Rader legde
in de koepelzaal van het parlement aan de baar
van den overleden minister-president een krans
van den Führer neer. Namens rijksmaarschalk
Goering legde de luchtvaart-attaché kolonel
Fütte een krans neer. (D.N.B.)
r
Italiaansch
weermachtsbericht
Italiaansche luchtmacht bestookt
havens aan de Dalmatische kust
Addis Abeba ontruimd.
ERGENS IN ITALIë, 7 April (Stefani). Weer
machtsbericht nummer 34)4 luidt als volgt:
„Terwijl de vijandelijkheden tegen Joego Slavië
gistellen zijn begonnen, hebben onze luchteskaders
doelen van luchtmacht, vloot en te land aange
vallen. Te Spalato zijn haveninstallaties en voor
anker liggende schepen gebombardeerd: twee
schepen van middelgroote tonnage werden tot
zinken gebracht. In Carttaro is de haven gebom
bardeerd en werd aan de installaties ernstige
schade toegebracht. Een torpedoboot jager en een
drijvend dok kregen een voltreffer, een schip werd
tot zinken gebracht. Het arsenaal van Teodo in de
omgeving van Carttaro is ernstig beschadigd. Ook
een tweede torpedobootjager werd getroffen. Een
munitiedepot vloog In de lucht. Bovendien heb
ben onze vliegtuigen gemeerde watervliegtuigen
en vijandelijke luichtafweersteliingen bestookt.
Een vijandelijk vliegtuig werd vernield en talrijke
andere beschadigd. De luchtbasis van Miustar
werd zwaar beschadigd. Voorts zijn wegen en
bruggen gebombardeerd en werden verikeersmoge-
lijkheden onderbroken. Tijdens luchtgevechten
werden twee vijandelijke vliegtuigen neergescho
ten. twee van onze vliegtuigen zijn niet terugge
keerd.
De vijandelijke luchtmacht heeft Skoetari ge
bombardeerd. waar eenige gewonden vielen en be
perkte schade werd aangericht.
In Oost-Afrika worden de voorafbepaalde be
wegingen onzer troepen voortgezet. Addis Abeba
werd door ons ontruimd om slachtoffers onder de
burgerbevolking te vermijden. De blanke bevol
king, bewaakt door onze politietroepen, is niet
lastig gevallen. De vijand heeft een aanval on
dernomen op onze luchtbasis van Dessie, waar
schade werd veroorzaakt.
In Libië hebben snelle Italiaansche en Duitsche
colonnes de achterhoede der Engelschen ten
Noordoosten en Zuidoosten van Benghazi op de
vlucht gedreven en met succes een tegenaanval
van vijandelijke pantserwagens afgeslagen. Tal
rijke gevangenen en een rijke buit aan wapens en
gemechaniseerde strijdmiddelen vielen in onze
handen. Een van onze duikbooten heeft op de
Middellandsche Zee een geëscorteerd convooi aan
gevallen. Twee vijandelijke eenheden werden ge
troffen, waarvan een gezonken is."
De ontruiming van Addis Abeba.
Het D.N.B. meldt uit Rome: De gisteren in het
Italiaansche legerberioht gepubliceerde ontrui
ming van Addis Abeba is, naar van toonaangeven
de zijde wordt verklaard, in de 'eerste plaats ge
schied om de veiligheid der burgerbevolking van
Addis Abeba te waarborgen. In Addis Abeba be
vindt zich n.l. het grootste gedeelte van de Ita
liaansche bevolking van het geheele Oost-Afri-
kaansehe koloniale rijk, met inbegrip van Erithrea
en Somaliland. In Addis Abeba zijn Ifcailiaansche
politietroepen achtergebleven die de bescherming
der burgerbevolking op zich genomen hebben.
Over den tegenwoordigen toestand in Addis Abeba
zijn hier slechts radioberichten ontvangen die
echter melden dat het bij de bezetting van Addis
Abeba niet tot incidenten is gekomen. Onder de
burgerbevolking zijn geen slachtoffers gevallen.
De tegenstand van de Italiaansche Oost-Afrika-
troepen duurt ook na de bezetting van Addis
Abeba voort. Een nieuwe verdedigingslinie is op
geworpen.
TENTEN OPBREKEN IN DE WOESTIJN. Bij den opmarsch der troepen tijdens
de krijgsverrichtingen in Libye wordt van de verschillende onderdeelen der
weermacht een groote bewegingsmogelijkheid vereischt. In snel tempo moeten
omvangrijke legerplaatsen kunnen worden opgebouwd en afgebroken, waarbij
de constructie der tenten een belangrijke rol speelt.
(Foto Weltbild)
Verdrag tusschen Sovjet Unie en
Joego-Slavië.
Vriendschaps- en niet-aanvalspact.
Het D.N.B. verneemt uit Moskou: Tusschen de
regeering der Sovjet Unie en Joego Slavië is op 5
April een vriendschaps- en niet-aanvalsverarag
onderteeikend, waarin o.a. bepaald wordt dat de
bedde verdragsluitende partijen zich wederkeerig
zullen onthouden van iedere aanvalshandeling en
de onafhankelijkheid, de souvereine rechten en
de territoriale onaantastbaarheid der Sovjet Unie
en van Joego Slavië te eerbiedigen, Ingeval een
der beide partijen van den kant van een derde
Duit^k ^er strategjsche punten in Bulgarije.
scne soldaten klimmen over rotsblokken naar
hun vuurstellingen.
.(Foto Weltbild)
Joego Slavië van woord- en
trouwbreuk beticht.
Beschouwing van de „Diplo'
Onder het opschrift „Woordbreuk, en trouw
breuk" schrijft de „Deutsche Diplomatisch-Po-
litische Korrespondenz" over de gebeurtenissen
en problemen in Joego-Slavië o.a. het volgende:
Op 25 Maart onderteekenden de vertegenwoor
digers der wettige regeering van Joego-Slavië in
Weenen het driemogendhedenpact daarmede
verkonden zij hun land een loyaal lid te zijn van
de nieuwe Europeesche orde en zij spraken zich
uit voor de vriendschap en samenwerking met
Duitschland en Italië. Het antwoord der Ser-
ven was een militaire Putsch, welke regentschap
en regeering afzette, de leden daarvan in arrest
stelde, de elementen die de spil vriendschap
pelijk gezind waren uit alle posities verwijderde
en verving door vijanden van Duitschland en
Italië. Tijdstip en omstandigheden van dezen
Putsch zijn zoo ondubbelzinnig dat geen ach
teraf komende verklaring zijn beteekenis een
anderen zin kan geven. Een zuiver binnen-'
landsch politieke aangelegenheid zou voor Wee
nen afgehandeld zijn. Het is dus een verbreken
van het in Weenen gegeven woord. Een trouwe
loosheid jegens de in het driemogendhedenpact
vereenigde volken en de aankondiging van de
openlijke vijandigheid jegens het werk der nieu
we orde in Europa. De vriendschap tusschen
Duitschland en Joego-Slavië is daarmede ver
scheurd. Deze vriendschap is steeds meer door
Duitschland dan door Joego-Slavië onderhou
den. Van Duitschland uit gezien sprak zij niet
vanzelf. Joego-Slavië is opgebouwd op de puin-
hoopen der overwonnenen uit den wereldoorlog.
Het land was vele jaren lang' een functie van de
anti-Duitsche gedwongen orde van Versailles,
het heeft in de Kleine Entente in den Balkan-
bond en in Genève tot tevredenheid van de
Westelijke mogendheden zijn rol gespeeld. Het
heeft zijn grenzen getrokken ten koste van het
Duitsche, Hongaarsche, Albaneesche en Bul-
gaarsche volk,
Allemaal feiten die in den weg stonden aan
het aanknoopen van vriendschappelijke be
trekkingen.
Duitschland, vooral het nationaal-socialisti-
sche Duitschland, heeft desondanks volledig
begrip ontwikkeld voor dezen staat, zijn bin-
nenlandsche, buitenlandsche en economische
vraagstukken.
Het heeft ervan afgezien voordeelen te trek
ken uit de bekende binnenlandsche spanningen
of crisistijden uit te buiten.
Men herinnert zich de houding van Duitsch
land bij den moord op koning Alexander en
in de daarop volgende tijden van dezen staat,
wien het meer dan ieder ander ontbrak aan
volksche, cultureeleen geestelijke eenheid.
Ontstaan uit een chaos der ineenstorting
gaapte een diepe kloof tusschen zijn volksche
bestanddeelen op grond van cultuurgeschiede
nis, religie en levenswijze, zoo zeer dat men
evenmin kon spreken van een Joego-Slavische
natie als van een TsjechoijSlowaaksche. Nog
op dit oogenblik vormt bij een bevolking van on
geveer 15'/2 milllioen het Servische element
een minderheid, waartegenover Kroaten, Slo-
venen, Macedoniërs, Albaneezen, Mohamme
danen, Hongaren, Duitschers en Roemenen
scherp afsteken. Wij hebben den twintigjarigen
strijd van het Kroatische cultuurvolk om zijn
rechtsgelijkheid, zelfbestemming en eigen aard
met medegevoel aanschouwd, maar desondanks
in het belang van de vriendschap niets gedaan
om het consolidatieproces van den jongen staat
te storen. Integendeel. Duitschland heeft hem
zijn moreelen steun verleend. Het heeft de over
eenstemming me't de overige naburen begun
stigd, zijn economie gered en hem geholpen in
den tegenwoordigen oorlogvrede en veiligheid te
krijgen. De toetreding van Joego-Slavië tot het
driemogendhedenpact codeficeerde de vriend
schap en het begrip van Duitschland voor de
levensbelangen van dezen staat. Zijn toetre
ding tot het driemogendhedenpact ging verge
zeld van een. aanvullende garantie van zijn
vrijheid, eenheid, onafhankelijkheid, van een
aanvullende verzekering van zijn vrede en zijn
binnenlandsche ontwikkeling. Volgens het be
ginsel van Duitschland om niemand voor zich te
laten vechten, werd van Joego-Slavië noch ver
langd dat het voor Duitschland oorlog zou voe
ren, noch dat het oorlogstooneel zou worden,
noch dat het troepen door zijn land zou laten
trekken. Aangezien Duitschland op den Bal
kan politieke noch territoriale belangen heeft,
■kon het zonder bijgedachten de verzekering
geven de grenzen van Joego-Slavië te eerbiedi
gen.
Het. driemogendhedenpact liet Joego-Slavië
dus niet alleen alles wat het had, maar bracht
het nog een aanzienlijke beveiliging en ver
sterking van zijn positie. Een staat die daarop
antwoordde met een anti-Duitschen militairen
Putsch moest weten wat hij deed. Hij bewijst
daarmede dat hij politiek onrijp, onbetrouw
baar, dus geeru element van den vrede en de orde,
maar een haard van onberekenbare anarchis
tische en onverantwoordelijke putschpolitici is
die den eigen staat, de veiligheid en den vrede
van zijn naburen en van het geheele Zuidoost-
Europeesche gebied bedreigt. Deze Putsch is
uitgevoerd over het hoofd en tegen den wil van
diegenen onder de overige volksgroepen die
voorstander waren van het driemogendhedenpact
en de nauwe vriendschap met de spilmogendhe-
den. Het was het werk van de chauvinistische
Servische elementen die den moord van Serajewo
op het geweten hebben en die toentertijd den
Europeeschen vrede in de lucht lieten vliegen.
Het is die nihillistische geest die in het proces
van Saloniki, bij het doodschieten van den Kroa-
tenleider Raditsj, in het Servische parlement,
in den Putsch van 1929 in de achtervolging,
terechtstelling en opsluiting van Kroatische
patriotten, kortom in de terreurpolitiek van het
Servische chauvinisme jegens de andere volks
groepen in den staat en den vrede in Europa
tot uitdrukking komt. Niemand kan het ver
antwoorden dezen elementen gelegenheid te
geven en de mogelijkheid te laten plotseling uit
een hinderlaag het voortschrijdende proces
van nieuwe ordening en pacificatie in Zuidoost-
Europa in den rug aan te vallen of zich aan te
sluiten bij de doodsvijanden van deze nieuwe
orde. De excessen tegen de Duitschers en de
houding jegens de niet-Servische bevolking too-
nen dat men dezen staat ook geen vreemde
volksdeelen kan toevertrouwen.
Het verband tusschen de Servische Putschis-
ten en de Angelsaksische oorlogsuitbreiders Is
een feit. Het gejuich, waarmede de Engelsche,
Amerikaansche en de overige aan de spil vijan
dige pers den Putsch van Belgrado begroette
en uitlegt als opstand jegens Duitschland vormt
een enkele aanklacht jegens de verantwoordelijke
personen, een aanklacht van samenzwering met
de doodsvijanden van Duitschland die Joego-
Slavië gelukwenschen met zijn trouweloosheid
en valschheid. De neutrale pers heeft den Putsch
van Belgrado in gelijken zin geïnterpreteerd.
Officieele Angelsaksische kringen hebben be
kend dat zij in hooge mate hebben deelgenomen
en aan den oorsprong hebben gestaan van den
staatsgreep. De afzonderlijke stappen van de of
ficieele Amerikaansche en Engelsche interven-
tiepolitiek in Belgrado zullen te gelegener tijd
elders behandeld worden. Historisch staat hun
verantwoordelijkheid vast. Deze inverventie werd
uitgevoerd met groote brutaliteit. Zij schrok
voor geen enkel dreigement, verleiding, inmen
ging of intrige terug. Terwijl de prins-regent
en de regeering van Tswetkowitsj nog weerstand
boden, namen de Angelsaksische agenten reeds
contact op met de samenzweerders. Het kwam
er voor hen niet op aan dezen staat naar binnen
en naar buiten tot aan den zelfmoord toe te
misbruiken en met behulp van de Servische
chauvinisten toch nog te betrekken in den En
gelschen oorlog. De vroegere Joego-Slavische
regeering had verstandig iedere Engelsche ga
rantie van de hand gewezen. De Putschregeering
heeft den Agelsaksischen Uriasbrief aangeno
men. Zij heeft zich vrijwillig door Engeland la
ten benoemen tot vijand van Duitschland. Maar
wie van Engeland eet sterft eraan. Niets van
de Joego-Slavische levensbelangen eischte een
dergelijke politiek. Alleen politieke onrijpheid of
misdadige lichtzinnigheid kon op aanraden van
de Angelsaksers alles: veiligheid, vrede, een
heid en vrijheid van den staat op het spel zetten.
(A.N.P.)
De begroeting <lcr Duitsche vluchtelingen uit
Joego-Slavië bij hun aankomst per schip te
Weenen.
(Foto Weltbild)
mogendheid wordt aangevallen, verplicht de an
dere partij zich haar politiek van vriendschappe
lijke betrekkingen met deze partij te .blijven voe
ren. Het onderhavige verdrag Ls gesloten voor den.
tijd van vijf jaar. Wanneer niet een der partijen
het noodig acht het verdrag een jaar voor het tuf-
loopen op te zeggen, zal 'het automatisch met een
tweeden termijn van vijf jaar worden verlengd.
Matsocoka confereer! met Molotof.
Onderhoud van drie uur.
Het D.N.B. meldt: Het volgende communi
qué is gepubliceerd„Op 7 April heeft de voor
zitter van den raad van Volkscommissarissen
en volkscommissaris van buitenlandsche za
ken Molotof den Japanschen minister van
buitenlandsche zaken Matsoeoka, ontvangen,
die vergezeld was van den Japanschen ambas
sadeur te Moskou Tatekawa
De .bespreking heeft ongeveer drie uur ge
duurd. Daarna woonde de Japansohe minister
op uitnoodiging van de Russische regeering
een operavoorstelling in den grooten schouw
burg bij.
Van Japansche zijde wordt verklaard dat de
bespreking tusschen Matsoeoka en Molotof in
een zeer vriendschappelijke atmosfeer heeft
plaats gehad. De beide heeren hadden een
nuttige gedachtenwisseling. Op voorstel van
Matsoeoka werd besloten dat de besprekingen
zouden worden voortgezet.
Bij het verlaten van Duitschland heeft Mat
soeoka. naar het D.NB. meldt, de volgende bood
schap tot het Duitsche en het Italiaansche volk
gericht:
„Op het oogenblik dat ik op het grensstation
Malkinia van Duitschland afscheid neem, voel ik:
mij gedrongen nogmaals uiting te geven aan mijn
oprechte voldoening over de ontvangst en aan
mijn hartelijken dank jegens den Führer. den
Duce, de ministers van buitenlandsche zaken en 1
de belangrijke mannen van beide landen, voor
alle vriendelijkheid en beminnelijkheid die ik en
mijn gevolg hebben ondervonden. Wij waardeeren
deze ontvangst des te warmer, daar zij geschiedde
midden in een grooten strijd die beslist over het
lot van beide groote volken. Mijn bezoek sterkt mü
slechts in het geloof aan de overwinning van de
spil mogendheden en aan het succes van de in
stelling eener nieuwe wereldorde".
Matsoeoka heeft het volgende telegram doen
toekomen aan minister Von Ribbentrop: „Ik
hoorde gisterochtend uw radio-verklaring over
den toestand ten aanzien van Griekenland en
Joego-Slavië en vernam tevens dat de Duitsche
weermacht marcheert, Ik wensch den Führer, Uwe
Excellentie en de Duitsche regeering heil van het
laatste station, Maikinia, waar ik afscheid neem
van Duitschland en u geluk en succes toewensch."'
Oladio $wqïü\
mma
WOENSDAG 0 APRIL 1341.
Ncderlandsch Programma. HILVERSUM I, 415.5 M.
6.45 Gramofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7,00
Qramofoonmuziek. 7.45 Ochtendmuziek. 6.00 Gramofoon-
mu/.lek. 8.10 Gewijde muziek (gr.pl.). 8.30 A. N. P. Nieuws
berichten. 8.45 Gramofoonmuziek. 10.20 Declamatie. 10.40
PhilHairaonisch kwartet. 11.15 Zang en viool met piano
begeleiding. 32.00 Gramofoonmuziek. 12.25 Eerst raet dan
baet. 12.42 Almanak. 12.45 A. N. P. Nieuws- en economi
sche berichten. 1.00 Frans Wouters en zijn orkest. 1.30
1.45 Zang en pianobegeleiding. 2.15 Voor de vrouw. 2.30
Cello en piano. 3.15 Gramofoonmuziek. 4.00 Bijbellezing
(voorbereid door de Christ. Radio-Stichting). 4.20 Vragen
uurtje voor de kinderen. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15
A. N. P.: Nieuws-, economische en beursberichten. 5.30
„Wij vliegen over den oceaan: Naar Zuid-Amerika en
China", lezing. 5.45 Ensemble Tonny Roxmi. 6.IS Voor de
binnenschippers. 6.30 Ensemble Tonny Roxini. 7.00 A. N.
P. Economische vragen van den dag. 7.15 Volkszang. 7.40
Gramofoonmuziek. 8.00 A. N. P. Nieuwsberichten. 8.15
Spiegel van den dag. 8.30 Berichten, EngelsCh. 0.45 Om-
roepsymphonie-orkest en solist. 9,40 Dagsluiting (voorbe
reid door de Christ. Radio-Stichting). 9.45 A. N. P. Engel
sche berichten. 10.00 A. N. P. Nieuwsberichten, hierna:
sluiting.
Nederlandsch Programma. HILVERSUM II, 301.5 M.
6.45 Gramofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7.00
Gramofoonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.00 Gramo
foonmuziek. 8.30 A. N. P. Nieuwsberichten. 8.45 Gramo
foonmuziek. 10.00 Morgenwijding (voorbereid door het
Vrijz.-Prot. Kerkcomité). 10.20 Gramofoonmuziek. 11.00
Voor de kleuters. 11.20 Ensemble Jack der Kinderen. 12.00
Berichten. 12.15 Harmonie-orkest. 12.45 A. N. P. Nieuws-
en economische berichten. 1.00 Esmeralda, l.io OrgeispeL
1.20 Esmeralda en solist, 1.35—1.45 Orgelspel. 2.00 Gramo
foonmuziek. 2.30 Cabaretprogramma. 3.15 Nederlandsch
symphonie-orkest. 4.15 Omroeporkest. 5.00 Cursus (voor*
bereid door het Vrijz.-Prot. Kerkcomité). 5.15 A. N. P4
Nieuws-, economische en beursberichten. 5.30 Orgelsp^t
8.00 Gramofoonmuziek. (T.15 Molto Cantabile. 6.45 Repop»
tage. 7.00 A. N. P. Brabantsch, praatje. 7.15 Omroe^-
symphonie-orkest.. 8.00 A. N- P. Nieuwsberichten. 8.IJ
Spiegel van den dag of gramofoonmuziek, 8.30 Amuse
mentsorkest en soliste. 3.30 Dialoog. 0.45 GramofoonmtH
ziek. 10.00 A. N. P. Nieuwsberichten, hierna: sluiting.