JCoct 7lieuias
Onder valsche vlag
MAANDAG 26 MEI 1941'
Luchtaanvallen eischten vijf
dooden.
's-GRAVENHAGE. 24 Mei. Nadat in de laatste
dagen geen Engelsche luchtaanvallen op ons land
plaats vonden, zijn in den afgeloopen nacht weer
eenige Britsche toestellen hier binnengevlogen. In
totaal werden twee woonhuizen vernielr, ongeveer
15 woonhuizen kregen glasschade. Helaas werden
vijf burgerlijke personen gedood, een vrouw werd
licht gekwetst. Overigens vielen de meeste bommen
op het vrije veld. (A.N.P.)
Nieuwe shiis van N. O.-polder
in gebruik.
De sluis bij de Voorst, tusschen het Rand-
kanaal en den N.O.-polder is thans in gebruik ge
nomen. De sluis is 30 M. lang, 7 M. breed en
het verval bedraagt 5 M. Het eerste schip, dat de
sluis passeerde, was de „Hoop op Welvaart" van
schipper Wijsterman uit Amsterdam. Inmiddels
hebben nu ook de Vollenhoofsche botters, die daar
nog opgesloten lagen, den N.O.-polder kunnen ver
laten.
Organisatie van z.g. eigen
vervoerders.
Reeds langen tijd is in de kringen van de z.
eigen vervoerders de behoefte gevoeld, dezen zeer
belangrijken vervoerstak doelmatig te organiseeren.
Het gebrek aan een alomvattende organisatie kwam
nog meer naar voren toen door allerlei noodige maat
regelen het wegvervoer werd ingekrompen. Iedere
wegvervoerder heeft deze maatregelen aan den lijve
ondervonden en is daarbij tot het inzicht gekomen,
dat hij als eigen vervoerder practisch alleen stond en
geen hulp te verwachten had in zijn moeilijkheden,
zulks in tegenstelling met den beroepsgoederenver-
voerder, die zijn belangen behartigd wist door de
Nederlandsche Organisatie voor het Beroepsgoederen-
vervoer langs den weg (N.O.B.).
Echter niet alleen van de zijde der eigen vervoer
ders, ook van de zijde van de overheid, met name
van de afd. vervoerswezen van het departement van
waterstaat, werd het gebrek aan een representatieve
organisatie van het eigen vervoer gevoeld.
De te nemen maatregelen deden herhaaldelijk de
noodzakelijkheid gevoelen de deelnemers aan het
wegvervoer een adviseerend aandeel t.a.v. deze
maatregelen te verleenen.
Op deze gronden is dan ook op initiatief van de
vereenigingen en bonden van werkgevers, midden
stand. landbouw en gemeenten in overleg met de
betrokken overheidsinstanties geruimen tijd geleden
een begin gemaakt om tot oprichting en instelling
van de Eigen Vervoerders Organisatie (E.V.O.) te ko
men. Na langdurige en grondige voorbereiding is nu
aan deze plannen vanwege het departement van Wa
terstaat de definitieve goedkeuring verleend en is bij
besluit van 5 April 1941 van den secretaris-generaal
van het departement van Waterstaat de E.V.O. inge
steld en erkend als een voor het geheele eigen ver
voer in den lande vertegenwoordigende organisatie.
Voorzoover dit werkelijke eigen vervoerders be
treft, d.w.z. zij, die in het bezit' zijn van een vergun
ning voor z.g. eigen vervoer, is aan hen een verplicht
lidmaatschap van de E.V.O. opgelegd, m.a.w. een
ieder, die daadwerkelijk aan het. eigen vervoer op
den weg deelneemt met vervoersmiddelen, waarvoor
een eigen vervoerdersvergunning is voorgeschreven,
Is automatisch lid van de E.V.O.
Het secretariaat van de E.V.O. is gevestigd In het
gebouw van de K.N.A.C., Koninginnegracht 37,
's-Gravenhage.
Openbare vergadering van het
Vervoersfront.
AMESTERDAM 24 Mei. Het A.N.P. meldt: Tn
Krasnapolsky te Amsterdam heeft vanmiddag het
Vervoersfront der N.S.B. een openbare vergadering
gehouden.
De zeer druk bezochte bijeenkomst werd geopend
met een begroetingswoord door den heer A. Kragt
Hzn. üit Amsterdam.
Vervolgens werd het woord gevoerd door den heer
J. F. Suringh, uit Arnhem, leider van de vakgroep
binnenscheepvaart, die er op wees. dat de Nederlan
ders in de gouden eeuw de vrachtvaarders van
Europa waren en dat in het nieuwe Europa wederom
kunnen worden,, indien zij begrijpen, dat zij een taak
hebben te vervullen bij den opbouw en later in den
Europeeschen statenbond. Er komt voor de Neder
landsche schipperij een arbeidsveld open van de
Noordzee tot de Zwarte Zee en van daar naar de
Oostzee. Ook de kustvaart zal ongekende mogelijk
heden bieden, vooral door het verlies aan schépen
van de groote vaart.
Hierna sprak de heer F. C. Rietveld uit den Haag,
leider van de vakgroep vervoer langs den weg.
Na den oorlog is de toestand voor de autovervoer
ders ernstig geworden, aldus spr. Geen stem heeft
men echter hooren opgaan nu zij, die het geld voor
de prachtige wegen opbrachten, hun bestaansmoge
lijkheid grootendeels hebben verloren. Er komt echter
een nieuwe tijd, waarin het autobedrijf een bloei
zal meemaken waarvan men zich thans geen voor
stelling kan maken. Het is daarom noodig, dat men
zich nu gaat beraden over de gemaakte fouten en
over wat in elk onderdeel van het bedrijf geschieden
moet. Er moet worden opgebouwd door het particu
lier initiatief. Bouwt men mee dan zal er een huis
verrijzen, waarin het goed zal zijn te wonen, zoo
besloot de heer Rietveld.
Als laatste spreker trad op de heer F. D. Brands
uit Voorburg, leider van het Vervoersfront. De heer
Brands stelde vast dat het noodig zal zijn t.e komen
tot een beperking van typen en merken van ver
voersmiddelen. Men zal moeten nagaan, welke sche
pen noodig zijn en alleen deze soorten bouwen. Als
wij dat nu vaststellen kunnen wij klaar zijn wanneer
de oorlog is geëindigd. Dan immers is er geen tijd
meer voor plannen, doch moet men onmiddellijk aan
den slag gaan.
BRANDSTOF VOOR DEN KOMENDEN
waardelooze kolenslik, het bezinksel van
burgsclie mijnen, wordt thans
WINTER. Het voorheen vrijwel
het waschwater der kolen uit de Lim-
voor velen een gewild artikel.
(Foto Het Zuiden'
Uit de gevangenis ontsnapt, maar
weer gegrepen.
De bijzondere strafgevangenis in Scheveningen
was in rep en roer. Er was een gevangene ontsnapt
en voorwaar niet de eerste de beste. Men zal zich
herinneren dat in Februari van het vorige jaar nabij
Soesterberg in een tuinhuisje een aanslag werd ge
pleegd op de echtgenoote van den adjudant-onder
officier vlieger van der Griendt. De dader vluchtte
maar werd korten tijd later in de boschjes van
Poot bij Houtrust in Den Haag gearresteerd en
opgesloten.
Tezamen met nog een gevangene was deze man
Zaterdagochtend op een binnenplaats in de bijzon
dere strafgevangenis aan het werk. In hun nabij
heid stond een ladder en toen de andere gevangene
zich even had verwijderd en de omstandigheden
voor een ontvluchtingspoging ook overigens ideaal
bleken te zijn, klom hij op den buitenmuur om
een seconde later met een koene sprong in de vrije
wereld te staan. 3
Uiteraard was de ontsnapping spoedig ontdekt.
Het heele Haagsche politieapparaat werd in werking
gesteld.
Gekleed in een gevangenisbroek en een hemd
trok de ontvluchte zich terug in de Scheveningsche
boschjes nabij de Badhuisweg. Daar werd hij 's mid
dags door twee surveilleerende agenten die het
struikgewas op een verdachte wijze hadden zien
bewegen ontdekt. Gewillig liet hij zich arresteeren
en overbrengen naar de plaats, vanwaar hij des
ochtens zijn vrijheid had trachten te heroveren.
Nieuw Verordeningenblad.
's-GRAVENHAGE, 24 Mei. Heden zal het Ver
ordeningenblad no. 23 het licht zien. Het zal vier
nieuwe verordeningen bevatten. No. 97 is de ver
ordening over de oprichting van een Nederlandschen
Arbeidsdienst. No. 98 brengt de gelijktijdige ophef
fing van den Nederlandschen Opbouwdienst No. 99
geeft aanvulling op Verordening no. 108-1940 over
benoeming en ontslag door den Rijkscommissaris; in
plaats namelijk van den commandant van den op-
bouwdienst wordt de commandant van den Arbeids
dienst in de lijn der door den Rijkscommissaris te be
noemen personen opgenomen. No. 100 is een samen
vatting van de tot dusver in twee verordeningen neer
gelegde bepalingen over de beperkingen van de kust
vaart en maakt de mogelijkheid van het hebben van
buitenboordmotoren van officieele toestemming af
hankelijk.
KAMPEERDERS EN WATERTOERISTEN.
Kampeerders en watertoeristen die voornemens
zijn er met de Pinksterdagen op uit te trekken en die
daarbij gebruik willen maken van kampeerboerderijen
of een bondsonderdak van den A.N.W.B. dienen er
mede rekening te houden, dat in deze inrichtingen
slechts toegang wordt verleend op vertoon van een
geldige kampeerkaart.
Aanvraagformulieren voor deze kaarten zijn bij
alle informatiebureaux van de V.V.V.'s verkrijgbaar,
benevens bij de belangrijkste zaken op het gebied
an buitensport en bij de A.N.W.B.-kantoren. Er
moet aan gedacht worden, dat tusschen het indienen
an aanvragen en het uitreiken van de kaarten eenige
dagen verloopen.
UIT DE STAATSCOURANT.
HET ONTSLAG VAN
MR. A. SLOB.
Bij besluit van den secretaris-generaal van het
departement van binnenlandsche zaken is mr. A.
Slob, op zijn verzoek, met ingang van 31 Mei 1941
als burgemeester van de gemeente Haarlemmermeer
eervol ontslagen.
De N. R. V. vergaderde in Utrecht.
Zaterdagmiddag was in een der zalen van het ge
bouw voor K. en W. te Utrecht, de Ned. Reis ver.
in algemeene vergadering bijeen onder voorzitter
schap van den heer J. J. van Egmond üit Goor.
Het jaarverslag van den secretaris, den heer J.
G. Beurs, uit Utrecht, werd onder dankzegging
aan den samensteller, na een korte bespreking goed
gekeurd.
Ook het jaarverslag van den algemeenen pen
ningmeester den heer A. C. Dijkman (Kijkduin)
kon de goedkeuring der vergadering wegdragen.
De begrooting voor het jaar 1941 werd vastge
steld op een bedrag van f 105.760.
Na benoeming van de financieele commissie voor
1941, werd besloten aan het hoofdbestuur over te
laten waar de volgende vergadering zal worden ge
houden. Zoo mogelijk zal deze bijeenkomst in Den
Haag worden gehouden. In de plaats van de heeren
J. van Ettinger en S. de Leve, die voor een be
stuursfunctie bedankt hadden, werden gekozen de
heeren J. Eshuis en J. Melchior. De voorzitter sprak
een woord van afscheid tot de aftredende bestuurs
leden voor het vele werk, dat deze in het belang
van de N.R.V. hadden verricht, waarna de nieuw
benoemde bestuursleden met een welkomstvoord
werden begroet.
De periodiek aftredende bestuursleden J. J. Olt-
mans, dr. R. van Waard en dr. G. Wallagh werden
herkozen
Het jubileum van „Volksonderwijs"
Bijeenkomst te Leeuwarden.
Zaterdag en Zondag is te Leeuwarden, waar
de bakermat gestaan heeft, het 75-jarig bestaan
van de vereeniging „Volksonderwijs" gevierd. Za
terdagmiddag werd een druk bezochte receptie ge
houden, waarop door vele sprekers het woord werd
gevoerd. De heer R. van Gaasbeek van Utrecht
bood namens de jubileumcommissie het hoofdbe
stuur een bedrag van f 5000 aan en de heer Kleiterp
afgevaardigde van het Ned. OnderwijsGenoot
schap een bedrag van f 500.
Onder de schriftelijke felicitaties was een schrij
ven van prof. J. van Dam, secretaris-generaal van
het departement van opvoeding, wetenschap en
cultuurbescherming.
Nadat aan den vooravond nog een goed geslaagde
feestavond was gehouden, waarin o.a. ecp folklo
ristisch spel van Y. C. Schuitmaker werd gegeven,
kwamen de afgevaardigden Zondagavond weer bij
een.
De voorzitter mr. W. C. Wendelaar hield in die
bijeenkomst een herdenkingsrede waarin hij het
ontstaan der vereeniging, haar aanvankelijke
werkwijze en enkele gebeurtenissen uit het leven
van „Volksonderwijs" memoreerde.
Maar, zoo zeide spr., zelfs onze jubileumstemming
mag ons niet doen vergeten, dat er van ons ideaal
„allen onverdeeld naar de openbare school" bitter
weinig is terecht gekomen, ja zelfs; dat we er in
het verleden dichter bij zijn geweest dan thans het
geval is. Maar wanneer we dit vastgesteld heb
ben, dan mogen we ook wijzen op datgene, Waarin
wel succes is bereikt. Na hierover te hebben uit-
gewijd, zeide spreker: Als men dit alles hoort,
dan kan men toch niet ontkennen, dat er heel
wat verbeterd is, waarmee niet gezegd wil zijn, dat
er niet veel te verbeteren overblijft.
Na een opsomming te hebben gegeven van wat
Volksonderwijs deed en was, vroeg hij de aandacht
voor wat de vereeniging doet. In dezen tijd is het
gemakkelijker dan in vroeger jaren om propaganda
te maken voor de eene school voor allen. Laten
wij van dit meeloopend getij gebruik maken.
Tenslotte behandelde spreker de vraag: wat valt
er voor volksonderwijs in de naaste toekomst te
doen, om te eindigen met te zeggen: het Neder
landsche volk verwacht, dat in de eerste plaats op
de openbare school liefde zal worden geleerd voor
alles wat kenmerkend Nederlandsch is. Moge het de
vereeniging gegeven zijn nog lange jaren werk
zaam te zijn in het belang van de openbare school
als een van de uitingen van den eenheidswil van
ons volk. Bij andere groepen van ons volk mogen
andere idealen overheerschend zijn, bij ons was, is
en zal het blijven; de eenheid van het Neder
landsche volk en dus „allen onverdeeld naar de
openbare school".
Wat de feestgave van de jubileum-commissie be
treft, het groote gedeelte hiervan werd door spre
ker aangeboden aan het fonds tot steun.
Na deze herhaaldelijk door krachtig applaus on
derbroken rede gaf mr. A. de Roos, secretaris van
de wetscommissie een uitvoerige toelichting op de
voorloopige conclusie, dezer commissie inzake de
onderwijsbevrediging. (A.N.P.)
Zaandam's wethouders vragen
ontslag.
Op hun verzoek heeft de regeeringscommissaris
voor Zaandam aan de beide wethouders R. Plooyer
en L. Kelder per 1 Juni a.s. ontslag verleend. (A.N.P.)
55-JARIGE ECHTVEREENIGING.
Op 9 Juni hopen de heer en mevrouw Th. N. van
der Heyde en Joh. van der Waterlaat den dag te
herdenken waarop zij voor 55 jaar in den echt
werden verbonden. Beiden genieten nog van een voor
hun leeftijd benijdenswaardige gezondheid. De familie
en kennissen zullen dezen dag niet vergeten en wen-
schen hen toe, dat zij in de zelfde gezondheid hun
diamanten feest zullen mogen beleven.
Slot defect? Tel. 11493
DeSleutelspecialist,L.Veerstr.lO
(Adv. IngezMed.)
Voor de Kinderen
(Teekenlngen H. Kannegieter).
TEDDY VERLIEST EN HERKRIJGT ZIJN ZELFVERTROUWEN.
Sapperloot, daar ligt een kluifje naast dien
ouden vuilnisbak. Teddy denkt: „Ik ben een
domoor, als ik dat niet even pak," ,t Water
loopt hem om de tanden, zag hij ooit zoo'n
heerlijk been? Kom, nu- snel het meegeno
men naar een veilig plaatsje heen.
Amper heeft hij 't been gegrepen of daar
staat een groote hond, die hem toesnauwt:
„Dat 's van mij zeg, 't kluifje dat je daar
juist vond. 'k Had het even laten liggen
om een straatje om te gaan. Geef het op
want ander kom je hier niet levend meer
vandaan!'
Herdenking van „Rerum Novarum"
Toespraak van Mgr. J. P. Huibers.
In de parochiekerk van den H. Nicolaas, a-
Prins Hendrikkade te Amsterdam heeft ?,i?r
Huibers, bisschop van Haarlem. Zondagmorgen
pontificale H. Mis gecelebreerd ter gedachtenis
de uitvaardiging van de encycliek „Rerum Nova
vóór vijftig jaar. "rum*
Mgr Huibers noemde het in de korte toesn
welke hij onder de I-I. Mis tot de aanwezigen t\
een behoefte van het hart en een plicht van ri1
baarheid, welke ons aldus de bisschop i?"}
hier samenbrengen tot dit plechtig dankoffer in
An, m n 1 (.'4 T"ï n T TT. 0
onsociaal tijdvak schreef Paus Leo XIII zijn'" 6611
cliek. Voor de meesten was de stem dos pausen"!?"
van een roepende in de woesüjn, Veel strijd
de, waarvan men medewerking had mogen verw ZÜ" 1
ten. De strevingen van onze dagen echter, de eUh
welke thans worden gesteld en de verlangens Jp
nu worden geuit door katholieken en niet-kathnli
ken bewijzen duidelijk, hoe goed paus Leo XIII i
gezien. "ad
De groote les, welke God de wereld thans ge
noemde dc bisschop een bewijs, dat het woord
den paus niet straffeloos kan worden versmaad sv"
ter zijn er ook onder ons zbo vervolgde sor j!~
wel hebben geluisterd, die hun beste krac....„
ben gegeven, die de gedachten, besloten in de'et?0"
cliek hebben uitgewerkt en in praciische daden hS"
ben omgezet. Met dankbaarheid en blijdschap mo°
wij getuigen, dat, al blijft er in onzen tijd nog
te wenschen over. mede dank zij hun werken ook
andere kringen betere gedachten zijn doorgedrongen 'D
dat er in ons land op sociaal gebied de laatste viiftv
jaren ontzaglijk veel is bereikt. De levensstandaa!!
van den arbeider is aanzienlijk verhoogd, het leven
lot veel dragelijker geworden en in vele S"
die
gevallen
heerscht zelfs een bescheiden welvaart. Bij het
ken van den weg naar aardsch geluk hebben
echter den weg naar den hemel niet verloren
wondere harmone is bij stoffelijken vooruitgang h
geestelijk leven voller en rijper uitgebloeid.
De tweede groote les van God in dezen tijd noemdn
de bisschop, dat zij die Gods woord zoeken en vols
ook het geluk hiernamaals zullen vinden. Zoolan!
God wil en kracht geeft zullen wij blijven werken aa
de groote gedachten, in de encyclieken Rerum Nova-
rum en Quadragesimo Anno neergelegd, aldus j,r„"
Huibers. Spr. besloot met den wensch, dat Gods eèesi
de volkeren moge bezielen bij den opbouw van
nieuwe gemeenschap. (A.N.P.)
Catliarina van Rennes herdacht.
Zaterdagmiddag is in den gevel van het bui»
aan de Brigittenstraat 1 te Utrecht, waar de core
poniste en zangpaedagoge Catharina van Renë"
langen tijd heeft gewoond en gewerkt, de bronze
gedenkplaat onthuld, welke wij in ons nummer van
Zaterdag hebben gereproduceerd.
Dr. J. P. Fockema Andreae, voorzitter van hpt
comité tot huldiging van de nagedachtenis van'
Catharina van Rennes, herinnerde aan de bijzondere
wijze van werken van de groote componiste H?
comité heeft, aldus spr., een krans geleed 0n
Catharina van Rennes' graf en wil thans door ik
onthulling van deze gedenkplaat een meer duu-
zamen vorm aan die huldiging gegeven. Er is vonr
deze gedenkplaat, zoo vervolgde spr., meer goH
bijeen gebracht dan het comité redelijkerwijs mocht
verwachten. De overgebleven gelden 'zullen worden
gestort in het Richard Hol-studiefonds, het bekende
fonds voor onbemiddelde doch talentvolle jong»
musici, opdat dezen zich verder in de muziek kun
nen bekwamen.
De burgemeester van Utrecht heeft o.m. mee°e.
deeld, dat een straat in het park Oog in Al r°
de overleden componiste is genoemd.
AMSTERDAMSCHE POLITIE ONTHAALDE
KINDEREN.
De Amsterdamsche politie heeft Zaterdagmiddag in
gebouw Excelsior een aantal Amsterdamse!^ kin-
deren onthaald, waarbij door W.H.N. medewerking
werd verleend. Een der politiemannen goochelde ë-
was een maaltijd, een „ijssie", speelgoed en muziek
En W.H.N. gaf den kinderen een enveloppe voor ós
ouders mede, welke een waardebon van f 2 50 be
vatte.
Het orgel iin de Groote of St. Jacobskerk ll
s Gravenhage zal worden gerestaureerd.
Tijdens het paling-visschen in het IJselmeer
kreeg schipper H. Wakker van de U.K. 38 het lijk
van een man in het net.
Doordat het paard op hol sloeg, viel de land'
bouwer H. J. Meikamp uit "de Markelosche Broei
van den wagen. De man kwam op zijn hoofd tereci:
en is kort na hel geval overleden.
Pank ZÜ- een overeenkomst met de Ned
Fabriek van wollen dekens v.h. J. C. Zaalbergen
Zn. blijft de Gooische Schaapskudde voorloopig nog
vijf jaar behouden.
Zondagmiddag is na een langdurige ziekte te Nij
megen overleden prof. mr. E. J. J. van der Heyden,
hoogleeraar in het burgerlijk recht en rechtsgeschie
denis aan de R.K. Universiteit te Nijmegen.
Op 80-jarigen leeftijd is te GroenJo overleden F.
canning, van het gekende oud-Geldersche geslach'
der Bannings. In 1889 richtte hij de Geldersche Bode of
ue 33-jarige gehuwde A P. te Groningen is doo.
uitstroomend gas bewusteloos geraakt en om het
leven gekomen.
MARINUS BERTRAM.
(Nadruk verboden).
10)
Net of ik op uw dood zou willen speculeeren, riep
hij met ongeveinsde hartelijkheid uit. Ik heb alleen
maar zoo gedacht, dat met uw hulp alles zooveel ge
makkelijker kon zijn. Ik heb al eenige jaren in Zuid-
Afrika gewerkt en als ik nu wat geld had om er weer
te beginnen
Dan bestond er de mogelijkheid van een middel
matig succes, vulde zijn vader droog aan. Goed, aan
genomen; maar hoe denk je die kunstenares, die van
daag of morgen beroemd wordt, er toe te bewegen, de
kunst ^vaarwel te zeggen om zich met jou ergens in de
rimboe te begraven?
Hieraan had Albert nog heelemaal niet gedacht; de
'droomer in hem had den practischen mensch op den
achtergrond gedrongen. En hij had dan ook geen ant
woord gereed. Zijn vader had een licht op de zaak ge
worpen, dat wel niet heel aangenaam was, maar wel
van buitengewoon practisch en verstandig inzicht ge
tuigde.
Je moet een dergelijken stap niet bekijken als je
na zoo'n zomer-droom geneigd bent te doen, maar altijd
bedenken, dat je midden in het harde leven staat, met
al zijn strijd en tegenslagen. En ik sla die amateur-
beroepsvrouwen om paradoxaal te spreken niet zoo
hoog aan. Mijn ondervinding is, dat ze rusteloos zijn
en meestal zelf niet weten wat ze willen, maar steeds
bereid zijn om ieder en alles op te offeren aan hun ver
langen, naar wat zij ^onafhankelijkheid" noemen. En
gewoonlijk zijn ze voor alles onbruikbaar en doen ze
niets goed.
Hij denkt natuurlijk aan Emma, overwoog Albert,
want deze jongedame had eens het plan opgevat medi
cijnen te studeeren óm onafhankelijk te zijn. In den
zelfden tijd wilde Helene haar liefdadig hart op de
proef stellen door diacones te worden. En het feit,
dat ze hun vader juist op het oogenblik, dat ze hem
juist van dienst konden zijn, verlieten, telde voor die
wetenschappelijke en menschlievende jongedames niet
Kijk eens, ik wil geen kwaad van je aangebedene
zeggen, vervolgde Jhr. van Duyven.
Als ik je goed begrepen heb, wou je weer naar
Afrika of ergens anders in de wilderns je geluk be
proeven. Je zegt dat ze een bizonder talent heeft en
binnen niet al te langen tijd zeker beroemd zal wor
den. Maar in een negorij, waar niemand verstand heeft
van schilderen, zal ze natuurlijk ontevreden worden
en teleurstelling zal het gevolg zijn. Heb je daar al
over nagedacht?
Albert voelde zich in een hoek gedreven. Hij moest
erkennen dat wat zijn vader gezegd had, juist en ver
standig was.
Het is ongelukkig, dat ik nooit in de gelegenheid
geweest ben om iets voor je te doen vervolgde zijn
vader. En heusch, ik ben er niet beter toe in staat dan
vroeger. Ik zou nu wel een baantje voor je weten,
maar daar zou een tijd van voorbereiding mee heen
gaan en als je gaat trouwen, zou het een arme-mans-
bestaan opleveren, dus dat kan nu buiten beschouwing
blijven. Het overzeesche plan moet die dame in kwestie
maar uitmaken; maar ik heb er geen vertrouwen in.
Dan is er nog een derde mogelijkheid, voegde hij er
aan toe, meer in zichzelf den tegen Albert.
Wat ls dat? vroeg deze onmiddellijk
Wel, dat je haar opgeeft en nog 'ns rondkijkt. Je
kunt heel wat beters krijgen. Uit financieel oogpunt
beschouwd althans.
Ik geloof niet, dat u beseft, wat dit voor mij be-
teekent, zei de jonge man na een stilte, waarvan zijn
vader gebruik maakte om een nieuwe pijp te stoppen
en aan te steken. U denkt zeker, dat ik geen gevoel
heb?
Als je bij dat plan blijft om weer weg te gaan,
wil ik wei eens zien wat ik voor je doen kan. Maar
neem een goeden raad van mij aan; stel je er niet te
veel van voor. Misschien kan ik je op een andere ma
nier nog helpen, dus wacht nog wat en bedwing je
ongeduld kijk. ik dacht wel, dat het zou gaan rege
nen, en hij brak zijn woorden plotseling af en ging
naar het open venster.
De regen viel bijna loodrecht neer. Achter de heuvels
scheen de regen een gordijn opgehangen te hebben dat
het uitzicht benam en door het venster kwam de geur
van vochtige aarde en boomen.
Nu, dan zal ik het maar aan u overlaten, zei hij
en stond op. U wilt er wel met niemand over spreken?
Mijn beste jongen, ken je mij nu nog zoo slecht,
dat je het noodig vindt zooiets te vragen? Ben ik zoo
praatziek?
Albert mompelde iets wat op een verontschuldiging
moest lijken en ging naar de deur. Het spottende in
den toon van zijn vader, die niet het minste van zijn
gevoelens scheen te begrijpen, had hem een gevoel be
zorgd van iemand, die door het ijs gezakt is.
Toen hij de kamer was uitgegaan, bleef zijn vader
naar buiten staan kijken en hij dacht na over wat hij
zooeven gehoord had.
De regen had weer opgehouden het was een zo-
mersche bui geweest en hij besloot wat te gaan
wandelen.
En ondertusschen zorgde het lot alweer voor een
nieuwe verrassing, die van het grootste gewicht zou
worden.
HOOFDSTUK X.
Toevallouter toeval.
Ik kom zoo langzamerhand tot de overtuiging dat
ik eens naar ander gézelschap zal dienen om te kijken,
zei Paul Reijnders tegen zijn zuster en hij schudde
somber het hoofd.
Wat bedoel je?
Wel, dat de verhouding tusschen jou en een zeker
iemand buitengewoon vriendschappelijk wordt.
Paul lag in een luien stoel, met een pijp in zijn
mond en het poesje op zijn schoot.
Hou toch op met dat arme dier zoo te plagen, zei
Agnes, die een kleur als vuur had gekregen, maar deed
of ze de opmerking van haar broer niet gehoord had.
Ik plaag hem niet, hij vindt het prettig, niet waar,
Zwartje?
Als antwoord nam het snorren van Zwartje in kracht
toe en Paul liet het beest dan ook los. Het sprong op
den grond en ging tegen de broek van zijn beul kopjes
geven.
Op de tafel stond de ontbijtboel nog en er boven
vloog 'n groot aantal wespen, die suikerkorrels of wat
verder van hun gading was wegsleepten.
Mag ik vragen, wanneer mijn broederlijke zegen
gevraagd zal worden? vervolgde Paul. want iedere
dwaas kan zien, dat het nog maar een kwestie van tijd
is en voor iemand zooals ik, die schrijft
Ik dacht dat je iets van dwazen zei, merkte zijn
zuster vriendelijk op.
Wat? O ja. Nu, ik heb het eens rustig aangekeken.
Het levert wel stof op voor een dozijn boeken. Zomer
idylle, fluisterende bosschen onbewust gebruikte hij
dezelfde woorden als Jhr. van Duyven, woedende stier,
romantische redding, een knappe heldin en de held
nog maar op het kantje af aan den dood ontsnapt Dat
is het zwakke punt van de werkelijkheid, dat Albert er
zoo goed afgekomen is; ik zou hem een ernstig ongeluk
laten krijgen. En tot slot het gelui van de klokken van
de kerk in Vorden, dat staat altijd veel beter dan een
kerk ergens in een stille straat in Utrecht.
Paul moest dien ochtend een bezoek brengen aan een
uitgever in Arnhem en na afloop van de bespreking
ging hij de stad in om koffie te drinken. Vlak voor
Restaurant Central ontmoette hij Albert.
Hallo! riep hij verrast, ik wist niet dat je ook in
Arnhem was. We hadden samen kunnen gaan. Kom
mee naar binnen, dan eten we met elkaar.
All right, antwoordde Albert.
Zij zetten zich aan een tafeltje bij het raam en Albert
vertelde dat hij in de stad was om bij zijn kleei-maker
een nieuw pak te laten aanmeten en wat toiletbenocv
digdheden te koopen. Ze waren halverwege hun lunch,
toen Paul opnieuw een kreet van verrassing slaakte.
Wel alle-menschen, daar hebben we Louis Ver
mande! Hallo, Louis
De aangeroepene kwam met een verheugden blik
van herkennen op het tafeltje toe
Zoo Paul, dat is ook een tijd geleden sinds we el
kaar Het laatst gezien hebben. Hoe kom jij hier zoo
verzeild? Je weet natuurlijk niet dat ik sedert een
paar maanden als scheikundige aan een fabriek ben.
Paul legde kort uit hoe hij zoo in de buurt van de
Geldersche hoofdstad kwam. maar het ontging hem
evenmin als Albert zelf, dat Paul's kennis een blik. die
de grootste verbazing uitdrukte, op Albert liet rusten.
Laat ik jullie even voorstellen: Jhr. van Duyven
D. Vermande, een clubgenoot uit mijn studenten
tijd.
Dr. Vermande boog een beetje stijf en links, en
scheen al zijn moed te moeten verzamelen om op
Pauls uitnoodiging aan het tafeltje plaats te nemen.
Als Albeit iets bijzonders overkwam, had hij een
eigenaardige manier van kijken, die de meeste men-
schen die hem niet kenden, voor een bewijs van schich-
t'gheid en ongerustheid hielden. Op dat oogenblik kwam
weer dezelfde uitdrukking op zijn gezicht, als gevolg
van het vreemde, gereserveerde doen van Louis Ver
mande, en bovendien was hij juist in een droom over
Agnes verdiept geweest, die door de komst van den
derden man ruw was afgeknapt. In zoo'n geval kostte
het. hem ook altijd moeite weer snel zijn gedachten te
verzamelen en zijn verstrooidheid te overwinnen. Maar
zoowel Vermande als Paul hielden het voor een ge
volg van den indruk, die eerstgenoemde op i
maakte.
Dat is ook al weer een poos geleden, dat we elkaif
voor het laatst zagen, hè?, richtte Vermande zicb tot
Albert. Is u al lang weer hier?
Neen, nog niet zoo heel lang. zei Albert, die de
vraag niet begreep, op een verstrooiden toon. Hij wss
nog steeds niet heelemaal uit zijn gedroom wakkeren
het zonderlinge gedrag van Paul's vriend droeg er niet
toe bij hem op zijn gemak te zetten. Maar ook nu weer
schreven de beide anderen zijn afwezigheid en onrust
toe aan de ontmoeting.
Toch toevallig, niet?, vervolgde Vermande.
Albert knikte alleen maar hij vond den man niet
de moeite waard; een beetje onsympathiek en opge
blazen en het behoorde tot zijn eigenaardigheden in
zoo'n geval de menschen maar zoowat te laten praten.
Misschien had de man hem inderdaad vroeger een;
ergens ontmoet; hij was, op zijn zwerftochten met zoo
veel menschen in aanraking gekomen het liet hem
Siberisch en hij had heel wat prettiger dingen om
te denken. Vermande begon ondertusschen druk tegen
Paul praten en keek telkens met iets gejaagds en
zenuwachtigs naar Albert.
Deze was inmiddels klaar met zijn maaltijd, keek o?
zijn horloge en stond er op. Hij had er schoon genoeg
van.
Zeg Paul, ik heb nog een paar boodschappen: ik
zie ie straks wel aan het station. Je gaat zeker ook om
4.20?
Met een korten groet ging hij heen en nadat hij ver
trokken was, bleven de beide anderen een poosje zit'01
zonder een woord te zeggen.
Eindelijk vroeg Paul: Hebben jullie elkaar vroe
ger al eens ontmoet? Waar ergens?
- In Zuid-Afrika Je herinnert je misschien dat i
mijn promotie daar een paar jaar heb gewerkt W
de goudwinning Metalen zijn altijd mijn speciaal stu
dievak geweest. Ik ben nu ook weer in de metaal
industrie. Bij Terlinden.
Paul knikte nadenkend Ik krijg zoo den
indruk
raui KniKte nadenkend Ik krijg zoo aen u,ui
dat jullie geen erg dikke vrienden bent geweest-
Mm. Neenhet is toch een kleine wereld®
een rare. En er zijn nog wel vreemdere types dan
vriend, maar toch niet veel.
Och. ik vind van Duwen een heel geschikte vew
heel wat geschikter dan de meeste menschen, zei
Rij mocht Albert vrij wat liever dan den zelfi"fien
men Vermande.
.(Wordt vervolgd).'