«c-
SOUTACHE.... EEN FIJNE,
MODERNE VERSIERING.
ZELF NAAIEN.
Centrale Verwarming
N.V. Holster AdTreM?n35
Robinia.
Onder valsche vlag
ZATERDAG 7 JÜNT 194Ï
Handige vingers knutselen
sprookjesachtige motieven.
De lente is in 't land, eindelijk dan toch. Als
een weelde van koestering en kleuren stort hij zich
over ons uit!
Laten we zorgen, dat we spoedig het laatste
toetsje van smaakvolle jvergiering aanbrengen aan
onze zomerjurken.
Nu kunnen we hieraan immers zoo gemakkelijk
een avond besteden, nu in de milde avondzon
onze vingers als vanzelf grijpen naar iets lichts en
luchtigs.
Enwat is mode?
Twtninr
We hebben dit voorjaar, toen we de étalages be
keken, gezien dat er naast de warmgetinte, groot-
bloemige, fleurige zomerjurken, toiletjes waren
van een zeer gedistingueerden eenvoud, effen van
tint en enkel versierd met fijne motieven van kant
of bloemen. Een schat van een namiddagtoiletje
zagen we in marineblauw met witte kanten bloe
men aan schouder en heup; een andere creatie in
zacht-groen met een bolero'tje, afgezet met fijn
naaldwerk.
Hebben we ook nog niet zoo'n simpel jurkje,
mooi van kleur en van coupe, dat op een passende
garneering wacht? Of koopen we een aardig lapje
in effen tint?
Dan vinden we in deze foto's en teekening een
prachtidee, dat we met eigen hand kunnen uit
voeren.
Moeilijk en ingewikkeld? Heelemaal niet. De
motieven lijken u luxueus en misschien zelfs
vreemd, maarals u ze goed bekijkt, blijken ze
geheel te zijn opgebouwd uit eenige tientallen
meters fijn soutache.
Iedereen, die een klein beetje handwerkroutine
heeft, kan deze alleraardigste motieven zelf maken.
U begint met het gewenschte model te teekenen
en uit te knippen en legt de teekening op de plaats
aan hals of taille, die u ermee wilt versieren
dit om teleurstelling te voorkomen, als het motief
niet past of niet zoo voldoet, als u gedacht had.
Het allereenvoudigste motief is een groote „com
posiet", die bestaat uit een hart, dat niets anders
is dan een rolletje soutache tusschen duimen en
vingers opgerold, zooals we 't als kinderen met
serpentines deden. Als dit rolletje u ziet het
duidelijk op de werkteekening hier en daar is
vastgestoken, wordt de bloemkroon gevormd uit
gelijke lussen, eromheen genaaid. Aan binnen- en
buitenzijde van de bloem wordt een draad door
gehaald.....
Zijn alle bloemen klaar,' dan worden ze op een
(Foto Dellla, Amsterdam)
zijden lint genaaid en als halssieraad voor een
hooggesloten japonnetje gebruikt. Een alleraardig
ste, eenvoudige versiering, die het zeker doen zal
er: die in één verloren avondje kan worden ver
vaardigd.
Wilt u een ingewikkelder versiering, een vlin
dermotief of iets, dat lijkt op een sprookjeachtig
gesterrel van ijsbloemen? Dan vindt u hiervan ook
een paar voorbeelden op een der foto's. U begrijpt,
dat een dame met fantasie hier allerlei mooie com
binaties kan bedenken, waarbij bloemen, vruchten,
bladeren en gevlochten koord een rol spelen.
We moeten u echter op het hart drukken, met het
eenvoudigste te beginnen en dan vooral eerst een
teekening te maken.
(Foto Delila, Amsterdam)
ONS EIGEN GROENTETUINTJE.
Gevarieerd voedsel door
eigen gewas.
Indien we een klein, eigen groentetuintje het
onze kunnen noemen, zijn we dit jaar goed af. Wie
gezond voor haar gezin wil koken, moet zorgen
iederen dag iets anders op tafel te brengen. Ons
tuintje kan ons hierbij prachtig helpen. Denkt u
maar eens aan de volgende voorjaars- en zomer
groenten: peulen, doppers, tuinboonen, zomerwor-
teltjes, radijs en boonen!
Peulen, doppers, tuinboonen
kan men binnenshuis in bakjes voorkiemen om een
vroege opbrengst te hebben. Benut den grond goed
door tusschen de rijen spinazie, raapstelen of snij-
sla te zaaien en kropsla uit te planten.
Worteltjes
kan men op rijen zaaien van 10 c.M. Dun ze daarna
uit en trek ze bij het oogsten voor den voet weg
op. In menig uitgebreider tuintje zullen postelein,
zomerbieten, komkommers, augurken, inmaak
uitjes, zomerramenas en sterrekers voor de boter
ham nog een plaatsje vinden.
Een kruidenhoekje
mag in geen tuintje ontbreken. Naast selderie en
peterselie zaaien we wat boonenkruid, kervel en
basilicum voor het geurig maken van soepen, groen
ten, sauzen en azijn. Bij vleesch en visch en voor
den inmaak in azijn zijn onze eigen kruiden on
misbaar.
Kent u de lavas of maggiplant? De blaadjes
hiervan geven aan soep en saus de bekende maggi-
smaak. Het is een overblijvende plant en niet ge
makkelijk van zaad te winnen. Probeer dus een
goede plant te krijgen. U heeft er jaren voordeel
var.
Wist u, dat peterselie zooveel vitaminen bevat?
Zeer fijn gehakt rauw door soep, saus, groenten
en stamppot, wordt niet alleen de smaak, maar ook
de voedingswaarde verhoogd.
Om de koude, vaak vochtige maanden door te
komen, moet iedere huisvrouw in de zomer- en
herfstmaanden vooruit zorgen.
Wist u, dat bruine en witte boonen, groene erw
ten en capucijners met wat melk of ondermelk door
het middagmaal, niet onderdoen voor vleesch?
En dat een flinke portie boerenkool evenveel
eiwit kan bevatten als 1 ons vleesch?
Zonder in te maken kunnen we uit ons tuintje
iederen dag versche wintergroenten hebben. Be
kijk het volgende maar eens en bestel dan direct
het zaad:
Versch uit den tuin
hebben we boerenkool, spruitkool en prei. Diege
nen, die meer soorten wenschen, nemen nog Brus-
selsch lof en veldsla.
Op een vorstvrije droge plaats
bewaren we rapen, vaste late witte, roode en
savoyekool, uien en (of) sjalotten, bruine en (of)
witte boonen, erwten en (of) capucijners. Uien zijn
gestoofd of gebakken en in stamppot een heerlijke
wintergroente. Erwten dienen niet alleen voor soep,
maar smaken ook in een stamppot van b.v. wortels
uitstekend. Ze kunnen dan vleesch vervangen.
In den kuil buiten
of in bakken met zand binnenshuis bewaren w.e,
prei, winterwortelen, winterbieten en ramenas.
Prei is gestoofd een fijne wintergroente en dient
dus niet alleen voor soep. Ze is winterhard en blijft
in niet te natten grond tot het voorjaar goed. Zet
men de helft op een beschut plaatsje goed afge
dekt in zand, dan kan men er ook gedurende de
vorst van gebruiken.
Ramenas
wordt geschild en in plakjes gesneden met zout op
de boterham gegeten, evenals radijsjes in den
zomer.
Tomaten
kent al wel iedereen. Verbouwt u ze echter ook
zelf? Probeer het eens met een paar planten. In
Mei worden ze op afstanden van 50 c.M. uitge-
plant. Zorg, dat ze vollen zon krijgen. Zet er een
f linken stok bij, bind ze aan en verwijder zorgvul
dig de zijscheuten of dieven. Nadat zich 2 a 3
vruchttrossen gevormd hebben, verwijdert men
den top.
Rabarberplanten
kunt u vervroegen door een oude mand of kist
van binnen met een laag broeimest en ook van
buiten goed afgedekt om de warmte tegen te hou
den over de plant te zetten. De bladstelen
groeien dan flink uit. Ieder jaar heeft de plant
stalmest, beer of stikstof noodig.
De inmaak.
En wat gaan we nu nog inmaken? zult u zich
afvragen. Onze inmaakglazen bewaren we voor
vruchten, vruchtenmoes en eventueel als we op
't platteland wonen voor vleesch- van eigen
slacht. Voor den Zondag en een extra gelegenheid
maken we nog een paar flesschen groente in.
Vruchtensap, jam en gelei in flesschen en jam
potjes. Tomatenpuree en sap in potjes en fleschjes.
Een flinke pot zuurkool; voor een groot gezin van
ongeveer 30 liter, en een klein potje sla of snij-
boonen van niet grooter dan 15 liter:
We beginnen dus met goeden moed aan onzen
groentetuin. Nu meer dan ooit is een goede zelf
voorziening voor hen, die hiertoe in de gelegen
heid zijn, gewenscht!
EEN COMPLET VOOR DE BABY
(Foto De Haas)
Voor dit aardige pakje, overgooier en jasje, voor
een baby van drie tot zes maanden, hebben we 100
gr. camisole wol gebruikt, kleur lichtblauw, en een
restantje rose. Voorts vijf kleine knoopjes en l'/z
m. lichtblauw zijden lint. Pennen no. 3.
OVERGOOIER. Voorpand. We zetten 20 st. op en
breien 4 pennen recht. De 5de pen: 3 r. 2 st. af
kanten, 4 r. 2 st. afkanten, 4 r. 2 st. afkanten, 3 r.
6de pen. 3 r. 2 st. bymaken, 4 r. 2 st. bijmaken, 4 r.
2 st. bijmaken. 3 r. Op deze manier hebben we 3
knoopsgaten gebreid: nu breien we nog 3 pennen
recht en we hebben dan 4 ribbels. Nu beginnen we
aan 1 pen recht, 1 pen averecht, en bij het begin
van elke pen meerderen we 2 st. Na 4 pennen bre
ken we de draad af, knoopen de rose draad aan en
breien een pen rose. Dan weer de draad afbreken en
de blauwe aanknoopen en de volgende pen breien:
5a 1 afhalen, 6a 1 afhalen. Deze 6a 1 afhalen herha
len tot we eindigen met 5a. Dan nog 4 pennen ave
recht met blauw, waarna alles herhaald wordt, 1
pen rose enz. We blijven meerderen tot we 72 st.
hebben. Dan breien we door *ot we 15 sti-epen rose
hebben en na deze ook 5 pennen te hebben ovei-ge-
breid, is de eerste pen van het pasje: 2 recht te
zamen breien, 1 recht. 2 averecht, 2 te zamen, 1 r.,
2a, enz., eindigen met 2 recht. Op de pen hebben we
nu 58 st. De volgende pen is 2 r, 2a. Als we 10 pen
nen 2r., 2a. verspringen hebben gebreid, verdeelen
we het werk in tweeën en breien eerst de eene helft
op. We mindei-en telkens aan het begin van iedere
pen tot we 7 st. over hebben en kanten deze af. De
tweede helft is gelijk aan de eerste en de rug is ge
lijk aan het vooi-pand, maar natuurlijk zonder
knoopsgaten. Voor de pijpjes zetten we 64 st. met
blauw op en breien 8 pennen 2 r. 2a. verspringen.
De pijpjes worden er onzichtbaar aangenaaid, en
sluiten van onderen ook weer met een lusje, zoo
dat er nu 5 knoopsgaten zijn. De afwexking boven
geschiedt met een koordje of vlechtje. De schou
ders sluiten met strikken.
JASJE. Voor den rug zetten we 130 st. op en
breien 14 pennen 2r., 2a. verspringen. Dan 8 st. 2r.
2a., de heele pen x^echt, en dan weer 6 st. 2r. 2a. De
eerste en laatste 8 st. blijven steeds 2 r., 2a. ver-
springen van de blauwe kleur. De rest van het brei-
werk is als bij den overgooier. Na 4 pennen breien
we dus een pen rose, alleen de rechte steken. Te
rug met blauw als volgt: 8 st, 2r., 2a. verspringen,
4a.. 1 afhalen, 6a. 1 afhalen, enz. en de laatste 8 st.
weer als het begin. Na 5 pennen blauw weer een
pen rose, en zoo breien we door tot we 8 strepen
x'ose hebben; het wex-k is dan van onderaf 16 c.m.
Nu splitsen we het werk in 3 deelen, 33 st. voor
het linkei-voorpand; 64 st. voor den rug, en 33 st.
voor 't rechtervoorpand. We breien eei'st den rug op.
2x\, 2a. verspringen, en telkens 2 te zamen aan het
eind van elke pen tot'we 32 st. over hebben. Af
kanten. Bij het opbreien van het linkervoorpand
minderen we telkens aan het begin van de pen bij
het armsgat. Midden voor frreien we recht door;
hebben we nog 16 st. over, dan bi'eien we deze door
tot een rechte bies, lang 9 c.m. en dan nemen we de
steken op een draadje. (Dit is de halve kraag). Het
x-echtervoorpand is een spiegelbeeld van het linker
en de kraag wordt achter aan elkaar gemaasd.
MOUW. We zetten 34 st. op en bx'eien 2r., 2a. ver-
spi'ingen, terwijl we om de 8 pennen voor en ach
ter een steek meerderen, tot 50 st. Is de mouw 14
c.m. lang, dan breien we aan het eind van iedex-e
pen 2 te zamen tot we 16 st. over hebben en kan
ten af.
De mouwen worden er ingenaaid, het geheel on
der een vochtige doek gestreken en de lintjes be
vestigd.
Maak zelf uw klceding dat is de titel van het
boek dat voor me ligt, en dat een handleiding wil
zijn voor het knippen en naaien van dames- en kin-
derkleeding.
Niemand zal ontkennen dat aan zoo'n handleiding
in den tegenwoordigen tijd behoefte bestaat, want
niet alleen worden er veel „lappen" gekocht (denk
maar eens aan het bedrukte lapje kunstzij op onze
K-bon), daarbij hebben alle naaisters het overloopend
druk, zoodat men lang moet wachten op het afleve
ren van de kleeding, maar bovendien valt er veel te
veranderen en te vermaken, waarvoor men, nog meer
dan voor nieuw naaien op de hoogte moet zijn van
de eischen die aan naaiwerk worden gesteld.
Het eerste deel van het genoemde boek gaat alleen
nog maar over kinderkleeding, schrijfster is mejuf
frouw J. van Moosel, leerares aan de Vakschool
voor Vrouwen- en Kinderkleeding te Amsterdam,
de uitgeefster is „Kosmos", eveneens te Amsterdam.
Als men alleen al in dit boek ziet, hoeveel er bij
het maken van kinderkleeding komt kijken, dan is
het geen wonder dat daarover al een heel boekdeel
kan worden volgepend en volgeteekend. Nu behan
delt het ook niets meer of minder dan onder- en
bovenkleeding voor jongens en meisjes van 214 jaar,
dus dat wil nogal wat zeggen.
Een meisjesregenmantel, een meisjes-raglanmantel
met capuchon, een jongensbroek, een plusfour en een
kampeerbroek, dit zijn allemaal modellen, waaraan
een onhandige naaister zich allicht niet zoo spoedig
wagen zal, maar dan zal zij toch, aan de hand van dit
boek, haar kennis aanmerkelijk kunnen vergrooten.
Grondpatronen en normaalpatronen, vex-grooten
van patronen, het knippen van de stof, verschillende
soorten van naden en stofberekeningen, dit zijn al
lemaal factoren, die voor het welslagen van het
wex-k doorslaggevend zijn; eigenlijk kan men zeg
gen dat* alle werkzaamheden voordat het eigenlijke
naaien begint het succes van het werk beteekenen;
met het naaien zelf kan een huisvrouw die daarvan
eenig denkbeeld heeft, weinig meer verknoeien, zoo
dat het van het grootste belang is om voor die
voorbereidingen goed beslagen ten ijs te komen.
Met duidelijke teekeningen en beknopte beschrij
vingen worden de verschillende, meest voorkomende
modellen voor alle leeftijden behandeld en het zal
niet moeilijk zijn om aan de hand hiervan zelf
goedpassende patronen op ware grootte te knippen
en het betreffende kleedingstuk te maken.
Juist voor de kinderkleeding is deze handleiding
van zooveel belang, omdat in dezen tijd van textiel-
schaarschte zooveel kleeren van volwassenen tot kin
derkleeding moet worden verwerkt, waarbij een
goed patroon zooveel kan bijdragen tot een behoor
lijk resultaat. Het is immers noodig dat er niets verlo
ren gaat, en toch willen wij onze kinderen graag
goed en fleurig gekleed zien. Dat is geen gemakke
lijke taak, die wij onszelf stellen, maar het is dan
ook de moeite waard om ons daarvoor te willen ver
diepen in de problemen van patronen en alles wat
daarmee samenhangt.
E. E. J.—P.
AUTOM. OLIE - KOLENSTOOKINR.
SANITAIRE INSTALLATIES.
(Adv. Ingez. Med.)
Voor de Kinderen
(Teekeningen H. Kannegieter).
EEN IMITATIE TEDDY-TRIX.
Wacht, hij brengt hem naar de keuken.
Maakt wat eten voor hem klaar. Als hij
zich niet goed mocht voelen, is het aan
stonds voor elkaar. Tjonge, 't is een heele
sjouw hoor, met zoo'n stoel door deur en
gang. Maar als 'k heen en weer moet loo-
pen, duurt het wellicht veel te lang.
Zoo, daar staat hij bij 't fornuis nu en ik
maak wat havermout. Als ik hem dat hier
kan geven, is 't natuuilijk nog niet koud.
Warmte zal het beste wezen voor een klei
nen, zieken hond. Als hij dit heeft opgege
ten, is hij zeker weer gezond.
ROBINIA.
(foto Hendriks.)
We kennen Robinia, veelal foutief Acacia ge-
noemd, meestal als boom. Maar er zijn ook enkele
heesters onder, die zelfs in een niet te grooten tuin
een heel goed figuur zullen slaan.
Eén daarvan is Robinia hispida, die al op zeer
jeugdigen leeftijd mooie groote trossen van lila-rose
vlinderbloemen draagt. Een tweede, minder beken
de, maar eveneens zeer mooie soort is Robinia Kel-
seyi. Ook deze bloeit al zeer vroeg en de bloem
trossen hebben een prachtige karmïjnrose kleur.
Beide soorten groeien haast overal goed, alleen niet
op winderige plaatsen.
Over het algemeen geldt voor het geslacht Robinia,
dat een open, zonnige standplaats is gewenscht en een
kalkrijken, mineraalhoudenden bodem.
De meest bekende soort is de Robinia-pseudacacia,
die meestal alleenstaand voorkomt en dan een korten
stam en een mooie regelmatige kruin vormt. De mooie
geveerde bladeren en de prachtige trossen van zuiver
witte, heerlijk riekende vlinderbloemen zijn wel
een ieder bekend. Wanneer de wind naar ons toe is,
ruiken we den heerlijken geur al op een afstand van
tientallen meters, een heerlijken zoeten en toch fris-
schen geur. De bloei duurt van Mei tot Juli.
Van Robinia pseudacacia bestaan nog meerdere va
riëteiten: R. p. Bessoniana groeit zuilvormig om
hoog. Dit is een zeer goede boomsoort voor smalle
wegen. Ze groeit op zeer arme gronden.
R.p. semperflorens heeft de prettige gewoonte om
den geheelen zomer door te bloeien. De witte bloe
men hangen in groote trossen en rieken heerlijk en
de boom is ook in het aantal van zijn bloemen niet
karig. Den geheelen zomer door bloeit hij rijkelijk.
Zeer mooi is ook de Robinia neomexicana. Deze
heeft groote, blauwgroen geveerde bladeren en
bloeit in Juni-September met groote lila-rose bloem
trossen.
Deze Robinia wordt niet zeer hoog en is
dus meer voor tuinen geschikt. Maar het beste voor
den tuin zijn toch de beide eerstgenoemde soorten:
R. hispida en R. Kelseyi. Alleen wel bedenken, dat
beide een beschutte standplaats noodig hebben.
A. J. D.
MAXIMUMPRIJZEN VOOR ANSJOVIS.
In een op 5 Juni j.l. afgekondigde beschikking
worden de maximum-prijzen vastgesteld voor ansjovis,
filet en ansjovisproducten, zoowel als pastei. Voor
ansjovis, die in kleine hoeveelheden wordt verpakt,
zijn een aantal standaard verpakkingen voorgeschre
ven. De kleinste hoeveelheid bedraagt 10 stuks in
flacons; de winkelier mag daarvoor f 0.52 -vragen.
Keulsche potten, inhoudende 100 stuks, kosten f 3.60,
blikken van 4 K.G. netto f 9.25. Voor alle daartus-
schen liggende soorten van verpakking zijn de prij
zen precies aangegeven.
Ansjovispastei in tuben van 65 gram mag f 0.64 kos
ten; andere vischpastei, waax-in ansjovis is verwerkt,
is eveneens in de prijslijst opgenomen. Ansjovisfilet
is opgenomen in blikken en potjes van verschillende
grootte; los uitgewogen mogen de filets f 2 per
K.G. kosten. In een afzondex-lijke publicatie van den
gemachtigde voor de prijzen is een volledig overzicht
der nieuwe prijzen opgenomen.
AGRARISCH FRONT. FRONT VAN NERING
EN AMBACHT.
Men schrijft ons:
Dondei-dagmiddag werd door het Agrarisch
Front tezamen met het Front van Nering en Am
bacht een Districtskantoor geopend aan den Wa
genweg No. 9 te Haarlem. Bij de opening, waar
voor groote belangstelling bestond, waren aan
wezig de secretaris van den Beauftragter voor de
Provincie Noord-Holland, de Gouwleider van het
Agrarisch Fx-ont voor Noord-Holland, de Front
leider van het Front van Nering en Ambacht,
de Districtsleider van district 14 der N.S.B. en
vele anderen.
De aanwezigen werden welkom geheeten door
den districtsvertegenwoox-diger van het Front van
Nering en Ambacht, waarna het woord wex'd ge
voerd door den Frontleider van het Front van
Nering en Ambacht en den Gouwleider van het
Agrarisch Fx-ont.
De wei'kzaamheden, welke door de beide Fron
ten worden verricht, nemen steeds in omvang toe
en daarom voox-zit dit goed ingerichte districts
kantoor in een dringende behoefte aan vergader
ruimte.
MARINUS BERTRAM.
20)
(Nadruk verboden).
Die nieuwe jongen heeft dan zeker het eerste be
richt gebracht? vroeg Albert.
Sinds de ruzie met Ndabamatoba was er bijna geen
Inlander in de buurt van het hotel geweest, maar
juist twee dagen geleden had zich een flinke kerel
voor stalwerk aangeboden en zonder veel vragen had
van Oordt hem in dienst genomen.
Zoo is het, bevestigde van Oordt nu. en om je
de waarheid te zeggen, heb ik het gevoel, dat we den
boel maar eens moesten gaan klaarmaken, dat we op
het eerste sein er vandoor kunnen.
Zij liepen om het huis heen, naar den stal, waar
Albert de muilezels, juist zooals hun eigenaar gezegd
had in puike conditie vond. Het waren krachtige
dieren, en Albert kon zich begrijpen, dat zij in staat
waren als de „weerlicht" te loopen. Ze maakten alles
klaar om direct te kunnen inspannen, toen de stal
jongen een kreet slaakte en stil bleef staan luisteren.
Van Oordt volgde zijn voorbeeld.
Het is een ruiter, zei hij, misschien meer dan
een. Och, van Duyven. wil jij eens kijken wat het
te beteekenen heeft? Ik moet dit nog even klaar
maken. Wie het ook is, hij rijdt heel snel.
Albert deed wat hem gevraagd werd. In de verte
zag hij snel een ruiter naderen. Hij kwam in wilden
galop recht op het hotel aan en had na korten tijd
Albert bereikt. Hij liet zich van zijn paard glijden
zonder de teugels los te maken. Het arme dier stond
met hangenden kop te hijgen en scheen op het punt
ln elkaar te zakken. De man was een ruw type; een
eigenaar van een kleine boerderij of een veehouder,
classificeerde Albert hem. Hij zag er beangst en op
gewonden uit.
Mijnheer van Oordt, begon hij. nog voor hij weer
op adem gekomen was, het is begonnen. Overal is
opstand en het is zaak om hier direct weg te komen
als uw leven u lief is. Een van Ndabamatoba's impi's
(kaffer-regimenten) komt hier recht op aan.
Albert nam geen tijd om den man uit den droom
te helpen omtrent zijn identiteit.
Hoe ver is die impi hier nog vandaan? vroeg hij.
Ik zag ze net over den weg bij Mundhloza trek
ken. Ze zullen nu wel gauw hier zijn.... héél gauw
ook.
Hoe ver is dat hier vandaan, waar u ze het
laatst zag? drong Albert aan, tot groote verbazing
van den ander.
Neemt u mij niet kwalijk, maar wat mankeert u,
mijnheer van Oordt?
Ach. natuurlijk, deze man hield hem ook alweer
voor van Oordt. Het was dan ook geen wonder, dat
hij er zich over verbaasde, dat deze informeerde, hoe
ver de weg bij Mundhloza hier vandaan was.
Als u niet gauw gaat. zullen ze hier zijn en u den
weg naar het kamp bij Emvati afsnijden, want daar
zult u toch zeker heen willen. Maar geef mij ln 's he
melsnaam wat te drinken voor wij verder gaan. Ik
moet nog naar een boerderij 15 K.M. verder om
de menschen daar te waarschuwen.
Albert hoorde zijn gastheer bezig met het tuig van
de muildieren en den staljongen met het rijtuigje
klaarmaken. Hij wilde hen niet storen en zet tegen
den boodschapper:
Kom maar mee naar binnen. De man liet zijn
teugels op den grond vallen en ging met Albert mee.
Hiei\ zei Albert, bedient u zich.
Och. het kan me niet veel schelen, als ik maar
wat te drinken krijg. Hij schonk zich een glas in, maar
werd gestoord door iets, dat hem nog veel meer deed
schrikken dan de troep kaffers Iets gooide het glas
in zijn hand aan gruizelementen en de beide mannen
zagen een leeg spuitwaterfleschje door de open deur
zijn weg naar buiten vervolgen. Op hetzelfde oogen-
blik kwam een fijne vrouwenstem, maar met een
schorren klank erin van de andere zijde van de deur,
die naar de keuken leidde.
Je zult je zelf even bedienen! Ik zal je wel leeren
wie hier de baas is, en toen volgde een stroom van
woorden, waarvan een van de hoorders eenvoudig niet
gelooven kon, dat zij uit den mond kwamen, die ze
uitte.
Albert werd bleek en met twee stappen was hij in
de keuken. Daar stond in den anderen hoek, met
oogen als een in het nauw gedreven dier en handen
als klauwen, Celina te wankelen, dronken, half krank
zinnig!
HOOFDSTUK XVIII.
Umzuti's impi.
Albert bleef als betooverd staan. Het verschrikke
lijke van wat hij daar zag, had hem het gevaar, waar
in ze verkeerden, volkomen doen vergeten. Hij was
niet erg kieskeurig, daarvoor had hij te veel beleefd,
maar dit maakte hem onpasselijk. Hij kon geen woor
den vinden en bleef maar staan kijken. Zij daaren
tegen vond een heeleboel woorden!
Eindelijk kwam van Oordt binnen.
Zijn gezicht scheen uit steen gehouwen en het was
doodsbleek. Hij was wel aan deze dingen gewend, of
schoon ze niet vaak voorkwamen. Maar op dit oogen
blik van gevaar hadden ze hier te doen met een
furie, die geen besef had van wat ze deed en daar
door snel handelen onmogelijk maakte. En juist daar
van hing alles af! Toen ze haar man in het oog kreeg,
barsttte de deerniswekkende vrouw in een nieuwen
vloed van scheldwoorden uit. In een onderdeel van
een seconde had van Oordt zijn plan de campagne
gemaakt.
Hij ging naar de kamer, waar de boodschapper nog
steeds zal, schonk een gi-oot glas vol drank en keerde
hiermee naar de keuken terug.
Hier Celina, zei hij kalmeerend, dx-ink dit nu eens
op, dat zal je goed doen.
De uitwerking was verrassend en direct. Alsof sterke
machten haar geboden, hield Celina op met haar ge
tier. Ze stak haar hand naar het glas uit en een be
klagenswaardige, idiote trek kwam op haar gezicht.
Van Oordt hield het glas vast en enkele minuten na
dat zij het leeggedronken had legde hij haar in een
toestand van volkomen bewusteloosheid op den grond.
Het is de eenige oplossing, zei hij verontschul
digend. Nu kan ze op den bodem van. het rijtuig
liggen zonder dat we last van haar hebben. Zooals
ze daarnet was zou ze ons eenvoudig tpt een prooi
voor die zwarten gemaakt hébben.
Buiten stond het rijtuig, een soort brik, al klaar.
Nkala, de nieuwe staljongen, hield de voorste twee
dieren bij hun bitten vast. Van Oordt nam zijn vrouw
op en legde haar zoo vooi-zichtig mogelijk op den
bodem van het rijtuigje. Om maar geen oogenblik te
verliezen was Albert begonnen met de wapens en
munitie in te laden.
Je deed beter ook maar met ons mee te gaan,
Seeker, zei van Oordt tegen den boodschapper. We
hebben een man nog meer noodig dan iets anders.
Ja, ik ga mee. Ik denk niet dat de impi naar
Elandskop gaat: daar wou ik eerst nog naar toe. Ik
geloof eerder dat ze den kant van Emvati opgaan
Ja. daar gaan ze naar toe, verklaarde van Oordt
op een toon, die bewees dat hij op de hoogte was. Als
ik jou was, zou ik mijn paard naast die muildiei-en
vastmaken en zelf in het rijtuig komen.
Eenige kilometers werden afgelegd, zonder dat een
der mannen veel zei. Allen waren ze met hun eigen
gedachten vervuld. Van Oordt was een uitstekend
koetsier en de muildieren liepen prachtig. Albert
voelde zijn sympathie voor zijn dubbelganger stijgen.
Die vrouw die daar nu op den bodem van het rijtuig
lag, was wel een afschuwelijke schaduw in het leven
van een man!
En hoe vlug en energiek was deze niet in het
oogenblik van gevaar opgetreden! Maar wat een vree-
selijke ontdekking was het geweest. Als hij er dacht,
liep een koude rilling over zijn rug; hij was bijna
een maand in huis geweest en hij had niet het min
ste vermoeden van de werkelijkheid gehad. Een waar
schuwende por van Seeker met wien hij op de
achterbank zat deed hem de richting, waarin deze
keek, uitzien.
Ze reden over een weg door een onbeschutte vlakte.
Aan den anderen kant van het dal op een kilometer
of twee afstand liep nog zoo'n weg bijna evenwijdig
aan die. waarop zij reden En op dien tweeden weg
bewoog iets.
Dat zijn ze, zei Seeker.
Van Oordt, dien Seeker ook gewaarschuwd had,
wierp eveneens een blik naar den anderen weg, maar
hij zei niets. Hij vergrootte alleen de snelheid van het
rijtuig.
De dieren schenen zijn woorden, dat ze „als de
weerlicht" konden loopen, niet te logenstraffen. Als
ze het zoo eenigen tijd konden uithouden, hadden ze
een goede kans. Het ergste was dat de twee wegen,
die tot nog toe vrijwel evenwijdig hadden geloopen,
nu steeds meer naar elkaar toekwamen. Het ging er
om, wie het eerst op het kruispunt zou zijn! Een
andere uitweg was er niet; den weg verlaten stond
gelijk met zelfmoord!
De muildieren holden voort, bestuurd door van
Oordts krachtige hand. Weldra konden de vluchte
lingen den troep kaffers nauwkeurig waarnemen met
de met veeren versierde schilden de assegaaien, die
de krijgers heen en weer zwaaiden, als ze met ge
bogen hoofd vooruit renden
Er zijn er op zijn minst honderd, zei Seeker en
hij laadde zijn geweer vast. Kunt u zien, of er bij zijn
die geweren hebben?
Neen, maar dat doet er ook minder toe, want al
hadden ze geweren, ze zouden er nog geen olifant
mee kunnen raken.
Tegelijk draaide hij zich om en ging zoo liggen, dat
hij bij het schieten liet minste last van het schokken
van het rijtuigje zou hebben, een voorbeeld, dat de
ander volgde.
De impi liep in gesloten gelederen. Een reus van
een kerel scheen de leider te zijn. Behalve zijn andere
wapens droeg hij een geweer en schuin over zijl
borst een welvoorzienen patroongordel.
Zonder, zijn hoofd om te draaien zei van Oordt:
Schief er midden in. Het zal ongeveer driehonderd
meter zijn. In ieder geval schrikt het ze toch even af.
Het is niet gemakkelijk uit een schuddend rijtuig
goed te mikken en het gevolg was dan ook, dat een
van de kogels dichtbij in den grond sloeg en de an
dere ergens in de verte, de hemel weet waar, neer
kwam. Direct daarop vuurden de mannen weer; bei
den hadden instinctmatig den grooten donkeren reus
tot doel genomen- Dezen keer schenen ze iemand ge
raakt te hebben, want de gelederen openden zich'
even en de geheel e impi kwam tot stilstand. Maar de
leider was ongedeerd.
Tot nu toe had de impi zwijgend voortgeloopeö,
maar toen ze hun weg vervolgden hieven ze hua
strijdkreet aan.
Joesoetoe! klonk het.
^Wordt vervolgd