Gaat Nederland weer ter Walvischvaart?
Sport in het Kort
Hoe men jacht maakte op iabrioi«hip en
r brachten dat by Spitsbergenm bedryf. Men
het grootste der zoogdieren
Nadat de Nedcrlandsche walvischvaart
gedurende ruim anderhalve eeuw cn wel
van de eerste jaren der 17e tot de tweede
helft der 18e eeuw een bloeiend bedryf
was geweest, heeft men later nog tot twee-
maai toe, n.l. in het begin der 19e eeuw
en omstreeks hot jaar 1870 getracht, deze
oude specifiek Nederlandsche jacht op het
grootste der zoogdieren ter hand te nemen,
beide kceren echter zonder resultaat. Na
deze laatste poging was het uit met de
Nederlandsche walvischtraan-industrie en
moesten wy de vangst aan andere naties
overlaten, onder welke naties Noorwegen
spoedig een eerste plaats zou gaan in
nemen.
En thans begint het er op te gelyken,
dat Nederland weer een rol gaat spelen in
dit antarctische bedryf, immers zoo ver
namen wy, bestaan er plannen om ccnige
tankschepen tot walvischvaarder te ver
bouwen, om daarmee als drijvende traan-
fabriek uit de Zuidelijke IJszee de Noor
delijke is nagenoeg doodgevischt het
kostbare product te halen, dat de laatste
jaren een der belangrijkste grondstoffen
vormt voor de maragarinefabricagc. voor
welke grondstof Nederland in hoofdzaak
op het buitenland is aangewezen.
Nadat gedurende eenige eeuwen de jacht
i op walvisschen door de Basken was uitge
oefend, die eerst de Golf van Biskaje leeg-
I vischten en daarna genoodzaakt waren,
hun bedrijf naar de Noordelijke IJszee te
verplaatsen, werden in 1612 in Amsterdam
en Hoorn eenige schepen voor de walvisch
vaart uitgerust.
Engelsche concurrentie.
I Het begin was moeilijk. De Engelschen,
die eenige jaren eerder met de walvisch-
visscherij in het hooge Noorden waren
begonnen, deden de onzen een felle con
currentie aan. Het bedryf had met aller
lei moeilijkheden te kampen en botsingen
met de Engelschen waren schering en in
slag. Het werd beter, toen de Staten-
Generaal zich er mee gingen bemoeien. De
Noordsche Compagnie werd opgericht en
de schepen van de compagnie werden van
dien tijd .af geconvoyeerd. In 1619 kreeg
men een eigen station op Spitsbergen, dat
den sprekenden naam kreeg van Smeeren-
burg en dat langen tijd het centrum der
Nederlandsche traanindustrie is geweest.
I Immers de gevangen walvisschen werden
toen niet meer naar Nederland gevoerd,
maar werden in Smeerenburg in de traan-
kokerijen verwerkt, waardoor het bedryf
belangrijk gerationaliseerd kon worden.
De Noordsche Compagnie verzuimde echter
haar bakens te verzetten, toen ook het
vangstgebied rond Spitsbergen uitgeput
I raakte. Het waren daarna de Zaankanters,
die schepen naar Groenland ter walvisch-
I vangst gingen uitzenden.
Het bloeitijdperk.
Tijdens de Zaansche periode geraakte de
walvischvaart tot grooten bloei. Ons land
was in dien tijd niet alleen op het gebied
der handelsvaart en haringvisscherij, maar
ook op dat der walvischvaart nummer één
in de rij der zeevarende naties. In 1680
voeren meer dan 250 schepen, bemand
met 14.000 koppen ter walvischvaart en
wanneer men bij deze cijfers nog denkt
aan het bedryf op den wal, dan ligt het
voor de hand. dat eenige tienduizenden
I hun brood aan den walvisch dankten. De
statistiek weet te vertellen, dat van 1669
tot 1779: 14226 reizen naar Groenland en
Spitsbergen werden gemaakt en dat in
die periode ruim 44 millioen gulden netto
aan de walvischvaart werd verdiend!
In de tweede helft der 18e eeuw ge
raakte de Nederlandsche walvischvaart in
I verval en behoudens eenige latere pogin
gen, waarover we hierboven reeds schre
ven, is dit bedryf nooit meer door de
Hollanders uitgeoefend. In de verval-
periode der Hollandsche walvischvaart
kwam de Amerikaansche tot grooten bloei.
Daar werd de traan in hoofdzaak voor
verlichting gebruikt. Toen in den Ameri-
kaanschen bodem petroleum werd ontdekt,
kwam ook over den Oceaan spoedig het
einde.
De Noren aan bod.
De Noren hebben door alle tijden heen
een belangrijke walvisch-visscherij gehad.
Ze oefenden die veelal uit in de nabijheid
van de kust, hetgeen tot gevolg had, dat
het ging als bij de Basken: de wateren
nabij de kust werden doodgevischt, de
Groenlandsche walvisch en de potvisch,
een landwalvisch, reeds uitgedund in de
Hollandsch-Engelsche periode, verdwenen
nagenoeg geheel. Maar de Noren deden,
wat anderen verzuimden: zij verzetten de
bakensen zij wijzigden hunne vang-
methoden. De logge Groenlandsche wal
visch en de potvisch, die met een met de
hand uitgeworpen harpoen gevangen kon
den worden, waren niet meer „voorradig".
Deze zeemonsters van 30 M. lang waren
in het arctische gebied vrijwel uitgestor
ven. En nu was de vluggere vinvisch aan
de beurt, maar daarvoor had men een
andere vangmethode noodig. Deze vond
men in den vorm van het harpoen geweer,
terwijl weer later met een mortierkanon
de harpoengranaat in het walvischlichaam
werd geschoten.
Door deze harpoengranaat of harpoen-
bom wordt het getroffen dier niet alleen
gedood, maar door de gassen, die tenge
volge van de ontploffing in de lichaams
holte van het slachtoffer ontstaan, komt
het getroffen dier aan de oppervlakte en
ligt het dus gereed voor verdere behande
ling-
Moederschepen met jagers.
In het begin dezer eeuw kwam er een
heele ommekeer in de vangtechniek. De
was nu geheel onafhankelijk van inrich
tingen aan den wal. Met snelle jagers
werden de walvisschen gevangen en naar
het moederschip gesleept, aan boord waar
van zich een complete fabrieksinstallatie
bevond. Aan boord wordt het spek ge
kookt en verder ook de bijproducten ver
werkt. Maar in de Noordelijke IJszee was
het bedryf door de geringe vangst niet
meer rendabel en daarom wendden de
schepen en hun jagers den steven naar
het Zuiden. De Zuidelijke IJszee werd het
jachtgebied, niet alleen van de Noren,
maar ook van de Engelschen en de Duit-
schers, die zelfs eens een moederschip van
45.000 ton in de vaart hadden, de Unitas.
Zoo'n modern fabriekschip heeft een bij-
zonderen bouw. In den achtersteven be
vindt zich namelijk een opening met een
helling naar het achterdek, langs welke
helling de geheele visch aan boord wordt
getrokken, waar dan de verwerking kan
beginnen. Men kan zich voorstellen hoe
het er op zoo'n schip gaat uitzien, wanneer
de gevangen visch wordt opengesneden en
eenige duizenden kilo's ingewanden zich
op het dek verspreiden. Door de moderne
wijze van verwerking gaat feitelijk niets
van den visch verloren. Volgens een arti
kel van drs. A. G. H. Hildebrandt, in 1943
gepubliceerd in Economische Statistische
Berichten leverde één blauwe vinvisch in
het seizoen 1932-'33 114.6 vat traan op. Het
ont-oliede spek wordt gebruikt voor het
vervaardigen van synthetische textiel-
vezels, leden en kunstdarmen en van de
beenderen wordt, nadat hieruit de olie is
gehaald, beendermeel gemaakt voor pluim
veevoeder en kunstmest, vleesch ex tract
enz. Doordat scheikundigen van de Unie
lever er in slaagden, walvischtraan nog
bete. te harden dan voorheen door welk
proces de traan reukloos wordt, is het
thans mogelijk margarine te fabriceeren
van bijna uitsluitend walvischtraan.
Zoo gaat Nederland dus nu weer ter wal
vischvaart, nadat Nederlandsche walvisch-
vaarders meer dan anderhalve eeuw lang
den walvisch in de arctische en antarcti
sche^ wateren met rust hebben gelaten.
Eerst zal er één moederschip met tien
jagers worden uitgerust, in de toekomst
zal de vloot worden uitgebreid. Het oude
Nederlandsche bedryf zal weer worden
uitgeoefend. Maar den harpoenier, die met
een krachtigen worp de harpoen in het lijf
van den walvisch boort, zooals dit op de
oude Groenlandvaarders geschiedde, zul
len we niet terugzien. Het gaat nu op mo
derne wijzeeen knal en nog een en
daar komt het doode dier aan de opper
vlakte, terwijl de mannen aan boord van
d|n jager gereed staan om het enorme
dier een touw om den staart te binden om
het naar de drijvende fabriek te sleepen.
Het sportieve element is uit de walvisch
vaart verdwenen. Het is een strijd gewor
den van de moderne techniek tegen een
weerloozen zeekolos, die niet meer, als in
vroegere tijden, als de harpoen hem in
het lichaam was gedrongen, met een ge
weldig geblaas en een hevig slaan met den
staart onderdook, om zijn zwaren 6trijd
tegen zijn belagers te beginnen, welke
strijd afwisselend door den mensch en
door het dier gewonnen werd.
S. B.
Besommingen van Woensdag.
Versche haring: KW79 f 1406; kustvis-
schers: HA89 f248. HA4 f92 EG1 f 162, WK
116 f 201. SL5 f 1218, HD184 f 229, UK7 f 624,
UK60 f 1235, UK143 f819, UK16 f494, UK85
f232, UK174 f703. UK184 f315, UK142 f956.
UK1 f757, UK199 f322. UK75 f605, UK246
f 259, UK105 f 1380. UK31 f 772, UK161 f 276,
UK190 f 367, UK230 f 597, UK185 f 139, UK
144 f297, ÜK168 f433, UK59 f458. UK282
f378, UK87 f435, IJM251 f115, IJM213 f931,
IJM219 f 1922, IJM202 f410, IJM218 f175,
IJM239 f261, IJM255 f140, KW185 f 389,
KW95 f238. KW 199 f689, KW72 f 568, KW98
f303, KWöl f587, KW205 f403, KW100 f 117,
KW202 f119.
Nieuws van S. V.
A.s. Zondag speelt het eerste elftal van
S.V.Y. c-en thuiswedstrijd op het Waterloo-
terrein tegen het eerste elftal van het
Haarlemsche „Spaarnestad'. De eerste twee
wedstrijden leverden S.V.Y. drie winst
punten op.
Zondag komt S.V.Y. uit als volgt: A. van
Veen, P. Clots, J. v. d. Linde, T. Kremer,
IC. Kistemaker, C. van Burgel, J. Buis, J.
Bakker, H. v. d. Linde, J. Luster. M..
Kistemaker.
Openb. vergadering
van het N.V.V.
Fusie met de
Eenheids Vakcentrale
Het Nederl. Verbond van Vakvereeni-
gingen hield Woensdagavond een open
bare vergadering in Flora, onder leiding
van den heer D. Verbaan, voorzitter van
den IJmuider Bestuurdersbond. De voor
zitter wierp in zijn openingswoord een
terugblik op de oorlogsjaren en herinner
de aan de velen, die sneuvelden of den
dood vonden in een concentratiekamp.
Een oogenblik van stilte werd aan hun
nagedachtenis gewijd. In het bijzonder
noemde spreker Mr. Drilsma en J. v. d.
Kerkhoff, beiden goede kameraden.
De spreker, de heer H. Oosterhuis. 2e
voorzitter van het N.V.V. zeide, dat het
werk der vakbeweging niet alleen moet
zijn een strijd voor hoogere loonen maar
ook voor een betere internationale samen
leving. In dit licht moeten we ook zien
de internationale congressen, gehouden in
Londen en Parijs.
Het Londensche congres, gehouden toen
Londen nog daverde van het oorlogsru
moer werd georganiseerd om te beraad
slagen over vraagstukken op internatio
naal vakbeweging6gebied. Het belangrijk
ste vraagstuk in Londen was: hoe kunnen
wij na het winnen van den oorlog komen
tot het winnen van den vrede? Men was
het er over eens, dat men na den oorlog
moest komen tot een volkomen uitroeiing
van het Nazidom. De geallieerde legers
en het geallieerde arbeidende volk heb
ben den oorlog gewonnen. In de Londen
sche resolutie werd bepaald, dat geen ge
noegen zou worden genomen met alleen
te zijn een I.V.Vmaar dat men deel
wenschte te hebben aan de besprekingen
op internationale congressen, waar de
vrede zou worden geconsolideerd.
Het moet niet meer zijn, als op den
ouden Volkenbond, dat werkgevers en
vertegenwoordigers van de verschillende
regeeringen uitmaken hoe de positie van
den arbeider internationaal zal zijn. In
ternationale veiligheid en sociale zeker
heid moet het wachtwoord van den ar
beider zijn. Nauw met elkaar verbonden
dienen de arbeiders de brandende vraag
stukken te helpen oplossen. De organisa
tie van het Wereldvakverbond heeft in
Parijs haar beslag gekregen. De geest, die
heerschte op het Parijsche congres was
van dien aard, dat van de resultaten het
beste verwacht mag worden. Jouhaux
heeft gezegd, dat internationaal het mees
te verwacht kan worden, wanneer natio
naal een goede grondslag aanwezig is. In
Parijs sprak nog beter dan in Londen de
geest, dat men moest komen tot samen
werking met terzijdestelling van kleine
verschillen. Natuurlijk kan de internatio
nale vakbeweging niet onverschillig staan
tegenover de internationale politieke
vraagstukken, maar zij zal daarvan af
zijdig blijven. Voor deze vraagstukken is
een andere organisatie noodig. Spreker be
treurde het, dat het internationale Chris
telijke congres, dat te Brusseï werd ge
houden, afzijdig is gebleven. Hij wees op
hei belang van het houden van interna
tionale conferenties om te komen tot een
stemmigheid op het gebied van sociale
vraagstukken. De heer Oosterhuis zeide,
dat besprekingen worden gehouden over
een fusie tusschen N.V.V. en E.V.C., om
de eenheid in dc vakbeweging ten volle te
verwezenlijken. De besprekingen zyn
vriendschappelijk ondanks dat er tegen
stellingen zyn. Geïnspireerd door het con
gres te Parijs zal alles worden gedaan
om tot eenheid te komen.
Spreker verwacht, dat binnenkort zeer
belangrijke dingen gepubliceerd zullen
kunnen worden. De Christelijke vakbe
weging zal dan niet alleen mogen blijven
staan. Met een opwekking, mede te hel
pen het N.V.V. sterk te maken, besloot
de heer Oosterhuis zijn rede.
Schorsing van zeelieden.
Een belangrijke kwestie, die momenteel
in het visscherijbedrijf te IJmuiden de
aandacht vraagt, is de schorsing van de
zeelieden, die aan verdedigingswerken
ten behoeve van de Duitsche weermacht
verbonden 2ijn geweest. Meestal wordt
verboden gedurende drie maanden te mon
steren. Enkele stoomtrawlers konden
hierdoor in de afgeloopen dagen niet ter
visscherij gaan.
Door ile Koynl Canadian Knglneers worden op liet oogenblik de pijlers \an
do grootste Bailybrug tijdens dezen oorlog gebouwd, de Maple Lea f Bridge,
te Zwolle, versterkt en van ijsbrekers voorzien, om de brug tegen bescha
diging voor ijsgang te beschermen. Deze brug beeft een lengte van 750
nieter en een doorvaarthoogte van 5 meter. (P4
Vergadering van de Velser
Zwemvereeniging.
Dezer dagen hield de Velser Zwemver
eeniging een algemeene vergadering. In
zijn openingswoord herdacht de voorzit
ter, de heer P. Borst, allereerst de leden
welke V.Z.V. door den oorlog waren ont
vallen. Vooral aan Paul Vissink werd bij
zondere hulde gebracht. Als belangrijkste
punt stond verder op de agenda de be
stuursverkiezing. De heer Borst, die reeds
zoovele malen had medegedeeld, te zul
len aftreden, hield deze maal voet bij stuk,
zoodat een nieuwe voorzitter noodig was.
Daar ook nog andere leden van het be
stuur niet herkiesbaar waren, w.o. de hee-
ren Visman en Kwak, was het noodig di
verse nieuwe leden te benoemen. Er werd
besloten een vrije verkiezing te houden.
Bij deze verkiezing kwam de heer G.
Janus met de meeste stemmen uit de bus
als voorzitter. Jammer genoeg echter
moest deze bedanken, daar hij geen tijd
beschikbaar had. Ten slotte kwam het be
stuur in de volgende samenstelling achter
de groene tafel: Pum Swier, voorzitter;
J. W. Schachtschabel Jr., secretaris; J. C.
de Maijer, penningmeester; H, Rutgers, P.
Duinker, Chr Visman en mej. M. Kwak,
leden. Hierna sprak de heer Schachlscha-
bel een afscheidswoord tot den voorzitter
en werd besloten, den heer Borst tot
eerelïd te benoemen. Het applaus dat volg
de was een duidelijk bewijs van de groote
sympathie welke de voorzitter in zijn ja-
renlangen vereenigingsarbeid heeft ver
worven.
In de Pers- en Propagandacommissie
werden benoemd mej. A. de Bie en de
heeren H. Rutgers en J. de Jager, terwijl
in de polocommissie zitting namen Corn.
Janus, Chr. Visman, A. Koningstem, P.
Duinker en mej. Huisman.
Nieuws van de Damclub
□muiden.
Dinsdagavond werd in café Royal de
derde ronde gespeeld van den onderlingen
wedstrijd. De uitslagen luiden als volgt:
KoperNieuwenhuizen 11, J. BalJ.
Kramer uitgesteld. H. de BoerC. Kaan
2—0.
Schol—L. Koetsier 0-2, Ligthart—Vooys
20, VrijhofG. Postma uitgesteld.
B. DukelD. Ott 2—0, v. d. Bos—Dix-
hoorn 02, J. WaalLichtendahl 20.
H. KoelemijJ. Smit 2—0, Suyk—v. d.
Velde 20. BeetsRiedeman 20, J. Bal
C. Kaan 20, VrijhofKaan 20, Bal
Swier afgebr.
Een 200 overwinning.
In de hoofdklasse-damcompetitie van
Noord-Holland zal het D.C.IJ -tiental het
zwaar té verduren krijgen. Immers wist
het sterke Gezellig Samenzijn uit Amster
dam zijn wedstrijd tegen St. Bavo te
Heemstede met niet minder dan 200 te
winnen. Dit is in de hoofdklasse nog nim
mer voorgekomen.
Kustvisschers vangen minder.
Door het onstuimige weer der laatste
dagen zijn de vangsten der botters, loggers
en dagvisschers over het algemeen sterk
verminderd. Een handicap voor de vis-
schers is voorts hel gebrek aan laarzen en
oliegoed, waardoor zij zich onvoldoende
tegen regen en wind kunnen beschutten.
Voorlichtingsbureau van den
Voedingsraad verplaatst.
Het kantoor van de afdeeling Visch van
het Voorlichtingsbureau van den Voedings
raad is dezer dagen verplaatst van Traw
lerkade 44 naar Industriestr.nat 23rd., te
IJmuiden.
VOETBAL. Lotsy heeft aan den sport
redacteur van het Algem. Nederl. PersbtH'.
bij zijn aankomst op Schiphol uit
Zürich medegedeeld, dat in Zwitserland een
actie zal worden gevoerd om de sportbeoefe
naars van Nederland aan materiaal te hel
pen. De actie zal stevig worden opgezet en
men verwacht er groot succes van. Gevraagd
naar zijn indrukken van de bestuursverga
dering der F.I.F.A., deelde de heer Lotsy
mede, dat de besprekingen in vriendschap-
pelljken geest waren gehouden. Het bestuur
heeft, besloten, de plaats van dr. Bouwens
(Duitschland) als lid van de International
Board, het lichaam, dat internationaal de
regels van het voetbalspel bepaalt, aan Ka-
rel J. J. Lotsy toe te wijzen,
De verhouding tusschen de F.I.F.A. en de
Britsche bonden is bijzonder goed. De
perspectieven van een samengaan der Brit
ten met de F.I.F.A. laten zich gunstig aan
zien, maar men mag niet vergeten, dat zulk
een proces langzaam moet groeien, al zijn
de tijden er wel rijp voor. Ook met Sovjet-
Rusland heeft de F.I.F.A. enkele weken ge
leden contact gezocht.
Verscheidene landen, zooals Zwitserland,
Tsjecho-slowakije en Noorwegen hebben ge
vraagd om een landenwedstrljd teger. Ne
derland te spelen. Deze aanvragen zullen
worden overwogen in het kader van het in
ternationaal programma van het seizoen
1416—1947.
De twee navy-teams, welke tegen ons land
dit seizoen zullen uitkomen, zijn zeer sierke
professional ploegen en hun kracht mag
even hoog worden aangeslagen als de Engel
sche elftallen, welke tegen Zwitserland en
België zullen uitkomen.
zondag a.s. speelt ten bate van het
Steunfonds van door oorlogshandelingen ge
troffen voetbalvereenigingen te 11.45 uur
V. V. „Droste" tegen D. C. O. er. Ripperda 2
tegen W. M S. 2, A'dam; om 2.15 u. Ripper-
da 1 tegen W. M S 1 uit A'dam.
RUSSEN TEGEN CHELSEA.
Na eenigen tijd noodig gehad te hebben
om te acclimatiseeren, heeft .Dynamo" uit
Moskou zijn eersten wedstrijd tegen den
Londenschen eerste-klasser Chelsea gespeeld.
De Londenaars waren niet in staat, hun
ruststand van 20 te consolideer en: net einde
kwam met 3—3. Meer dan 80.000 toeschou
wers volgden met belangstelling het spel,
dat door de Russen in tegenstelling tot de
Engelschen zeer kort gehouden werd. Het
schieten der gasten was niet zeer effectief; zij
konden slechts met één been schieten, zij
beschikken echter over de eigenschappen
van de beste Engelsche profs en bleken zeer
sportief,