£oo#t- w pxif&poiitiek
Van QenecfUens Ahcheidsfolef,
Prof. Dr. J. H. Thiel
Avonturen van Wag en Warrel
Een Erkenning van Schuld
De volledige tekst van den brief, welke
mr. R. van Genechten den griffier van
bet Bijzonder Gerechtshof te 's Graven-
hage, voor hij zich van het leven beroof
de, schreef in zijn cel in de gevangenis
te Scheveningen, is door den president
van dit Hof aan het A.N.P. ter publicatie
overhandigd.
De tekst van dezen 8 Dec. 1945 geda-
teerden brief luidt:
Naarmate ik in de eenzaamheid der cel
de gebeurtenissen der laatste jaren over
wogen heb, ben ik mij mijn schuld hoe
langer hoe meer bewust geworden. Het is
alsof ik uit een droom ontwaakt ben. De
houding, die de leidende Nederlandsche
nationaal-socialisten tijdens den oorlog
hebben ingenomen, werd ingegeven door
de gedachte, dat zij beter dan de over-
groote meerderheid der bevolking inzagen,
waar het belang en de toekomst van het
Nederlandsche volk lag. Zij werd bepaald
door drie overwegingen:
1. Dat het nationaal-soclalisme bij de
volkeren, waarin het doordrong, eigen
schappen zou ontwikkelen, die hen sterker
zouden maken en in staat stellen een krach
tige en rijke cultuur te scheppen;
2. dat Duitschland, dat door dien geest
gedragen werd, Europa zou leiden en dat
het daarom een Nederlandsch belang was
zich een vriend van Duitschland te too-
ïien, en
3. dat, wanneer Duitschland ten onder
ging in dezen strijd om de toekomst van
Europa, dit onmiddellijk den ondergang
ook van het Westen zou beteekenen. om
dat zich dan een vernietigend bolsjewis
me hiervan zou meester maken.
Deze overwegingen wogen zoo zwaar,
dat zij zich zelfs van de regeering en van
de overgroote meerderheid van het volk
afscheidden, toen Duitschland Nederland
binnen viel.
Geen van deze drie overwegingen is
echter door de feiten bevestigd.
Het nationaal-socialisme heeft tijdens
den oorlog tot consequenties geleid en
sommige vooraanstaande Duitsche en ook
Nederlandsche persoonlijkheden tot het
volgen van een politiek genoopt, die juist
datgene brachten, wat wij van het bolsje
wisme duchtten en die huiveringwekken
de gevolgen hadden. Duitschland heeft
den oorlog niet gewonnen en het Westen
is niet in bolsjewisme ten onder gegaan.
De vergissingen, die wij begaan hebben,
zijn dan ook te fundamenteel om door
een beroep op goede trouw gedekt te wor
den. Wanneer men zich in een zoo criti-
schen tijd als het Nederlandsche volk
heeft meegemaakt, afscheidt van de over
groote meerderheid en van de politiek der
wettige regeering, kan dit alleen veront
schuldigd worden doordat men blijkt juist
te hebben gezien.
Daarbij komt in mijn persoonlijk geval,
dat ik er mij bewust van berf geworden,
dat ik door mijn optreden het Nederland
sche volk ten diepste heb gegriefd, zulks
alhoewel ik mij er steeds ten zeerste mede
verbonden heb gevoeld en zeer gelukkig
was temidden er van te kunnen leven.
De oorzaak van dit optreden ligt in een
verbitterden verstandelijken hoogmoed.
Dit alles is voor mij aanleiding mij bij
de sententie van het Bijzonder Gerechts
hof neer te leggen en ik trek dan ook bij
dezen de aanteekening van hei beroep in
cassatie tegen de sententie op 17 October
1945 tegen mij uitgesproken, in.
Ik zal ook geen gratieverzoek aan H.A
de Koningin richten, omdat een schuld
bekentenis van zoo principieelen aard,
als die, welke' ik hierboven doe, haar be-
teekenis verliest, wanneer zij met een
gratie-verzoek gepaard, gaat en omdat
overigens mij de dood liever is dan het
leven, dat mij bij verleening van gratie
zou wachten en waarin ik wel nooit meer
het besef zou kwijt raken, dat ik mij, ge
dreven door een rampzaligen gedaehten-
gang, heb laten leiden tot een houding,
die ik nu ten zeerste veroordeelen moet.
Begenadiging zou alleen voor mij betee-
kenis hebben, wanneer de mogelijkheid
hestond op een of andere wijze aan land
Reëvacuatie
van kleine bedrijven
De uitvoering van de regeling voor re-
evacuatie van kleine bedrijven, waarvan
de eigenaars de uitoefening van hun werk
zaamheden hebben moeten staken, omdat
zij Joden waren, of omdat zij naar
Duitschland werden gevoerd, dan wel
hebben moeten evacueeren naar een an
der stadsgedeelte of een andere plaats,
is in handen gelegd van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken, waar de on
dernemer oorspronkelijk was gevestigd
en waarheen hij wenscht te reëvacueeren.
Belanghebbenden moeten zich zoo spoe
dig mogelijk tot de betrokken Kamer
wervden en wel vóór 23 Januari 1946. Voor
zoover de oorspronkelijke ondernemer
geen aanspraak maakt op hervatting van
zijn bedrijf in die inrichting, zal in het
algemeen aan den nieuwen ondernemer
de gevraagde toestemming worden ver
leend. Wenscht echter de eerste onderne
mer naar zijn oude inrichting terug te
keeren, dan geniet hij daarbij uiteraard
voorrang. De nieuwe ondernemer is na
aanzegging door de Kamer verplicht, de
oude inrichting binnen 30 dagen te ont
ruimen, maar krijgt de gelegenheid, zich
in een ander perceel binnen dezelfde ge
meente te vestigen.
Degenen, wier bedrijf tijdens den oor
log gedwongen is overgebracht naar een
perceel, waarin geen bedrijf werd uitge
oefend, dienen toch een goedkeuring aan
te vragen, die over het algemeen wel zal
worden verleend.
en volk goed te maken, wat is misdaan
en ik zie niet, hoe dit zou kunnen ge
schieden.
Ik heb gewacht op het arrest van den
Raad van Cassatie in de zaak-Blokzijl,
omdat de mogelijkheid bestond, dat deze
Raad van meening zou zijn. dat inderdaad
door de capitulatie de oorlogstoestand
had opgehouden te bestaan immers is
de oorlog met Duitschland en met Japan
ook met een dergelijke capitulatie ge
ëindigd of, dat het besluit bijzondere
strafpleging onwettig zou zijn. Nu deze
punten zijn beslist, is er ook juridisch
geen reden meer om langer met de ver
klaring te wachten.
Het is mij echter tevens gebleken, dat,
waar door mij geen gratie-verzoek wordt
ingediend, dit door het Bijzonder Gerechts
hof ambtshalve zou dienen te geschieden.
Om een dergelijke mogelijkheid te onder
vangen, heb ik besloten zelf het vonnis
van het Bijzonder Gerechtshof te execu-
teeren.
Ik doe dit, omdat de gevolgen bij een
langer in leven blijven voor mijn gezin
nog rampzaliger zouden zijn dan reeds
het geval is en omdat ik van meening
ben, dat alleen werkelijke zoenoffers de
heillooze verwijdering tusschen onze dui
zenden volgelingen en het Nederlandsche
volk kunnen doen verdwijnen.
Het is mij duidelijk geworden, dat al
leen de verdwijning van de leidende na
tionaal-socialisten een werkelijke verzoe
ning met de duizenden ongelukkigen, voor
wier gedachtengang wij in hooge mate
verantwoordelijk zijn, kan mogelijk maken
De pogingen om deze diepgewortelde
behoefte aan vergelding in een strafrech
telijken vorm te gieten, heeft, geloof ik,
alleen een aanzienlijke verergering van
het leed voor alle betrokkenen tengevolge:
van de volgelingen, van de leidende per
soonlijkheden en van hen, die deze straf
fen moeten hanteeren. Op deze wijze zal
men deze tegenstellingen als een etteren
de wonde in het volkslichaam blijven
dragen, terwijl zij, door de bevrediging
van de behoefte aan vergelding, zal ge-
Ik dank God dat er tengevolge van mijn
optreden niemand den dood heeft gevon
den en dat ik niemand heb aangezet in
het Duitsche lego* te dienen, maar meer
deren daarvan heb weerhouden. Ik betuig
in het bijzonder mijn spijt over de bitsige
en haatdragende woorden, die ik tegen
over de Joden heb gebruikt op een tijd,
dat zij reeds zoo getroffen waren, al
draag ik niet de minste schuld aan hun
afslachting en heb ik die altijd huivering
wekkend gevonden.
Waar ik er een verzoenende werking
van verwacht, hoop ik, dat u mijn schuld
erkenning zult willen publiceeren en ik
roep het mededoogen van het Nederland
sche volk in voor mijn gezin.
Hoogachtend, Uw
(w. g.) R. v. GENECHTEN.
Een rechtzetting.
Naar aanleiding van dezen brief schrijft
de president van het Bijzonder Gerechts
hof in Den Haag, mr. A. L. M, van Ber-
ckel het A.N.P.
Hetgeen van Genechten in de 9de alinea
van zijn brief zegt, is niet juist. Geen en
kel rechtscollege dus ook niet het
Bijzonder Gerechtshof dient ambtshalve
gratie-verzoeken in; het adviseert alleen
op ingekomen gratie-verzoeken.
in de Kamer besproken
Minister Mansholt kondigt nog meer bonvrije artikelen aan
Daar de minister-president de eerste
dagen geen tijd zal hebben om in de
Kamer op zijn post te zijn, begonnen we
Dinsdag met het hoofdstuk „Loon- en
Prijspolitiek" uit de Regeeringsnota, ter
wijl terstond hierop het onderwerp „po
litieke delinquenten" zal volgen, daar na
tuurlijk ook minister Logemann zijn tijd
aan dr. Van Mook heeft te wijden. Aan
vankelijk was een groot deel van het ka
binet aanwezig, doch allengs slonk het
aantal bewindslieden, dat achter de groe
ne tafel bleef zitten. De Kamer zelf was
matig bezet.
Nadat de heer Andriessen (R.K.),
die de vraag had gesteld of wij ons niet
met het prijs-peil geleidelijk moeten rich
ten naar het Angel-Saksische niveau, o.a.
nog betoogd had, dat in het bijzonder
voor groote gezinnen de regeling ten
aanzien van het distributie-pakket, ge
zien het inkomen, onvoldoende is, brak de
soc.-dem. Suurhof een lans voor een
veel meer gelijke verdeeling over allen
van het nationale inkomen. Spr. had
vooral tegen de hoogere inkomens be
zwaar. Met de loonpolitiek van de Re
geering kon hij overigens op het oogen-
blik wel vrede hebben, anders dan de
hem voorafgegane spreker, die bijv. de
verhooging voor salarissen met 25 zoo
als de minister van Sociale Zaken als
maximum oirbaar acht, te gering vindt
en in dit verband verwees naar de advie
zen van de Stichting van den Arbeid.
De heer Schilthuis (V.D.) toonde
aan. dat de loon-bepalingen van de Rijks
bemiddelaars tengevolge hebben, dat de
hoogst bezoldigde groepen uit de minder
betalende groepen arbeidskrachten weg
zuigen. Dr. Bi er erna (lib.) ontlokte
aan minister Drees een interruptie, toen
hij critïek uitoefende op wat er met den
gedevalueerden gulden was gebeurd,
waarop de Minister hem toevoegde, dat
deze devaluatie al lang geleden haar be
slag heeft gekregen, De heer S m e e n k
(A.R.), die geen principieele aanmerkin
gen te maken had, beperkte zich tot een
paar detailpunten, waarna de Chr.-Dem.
v. d. Burg zijn maidenspeech hield. In
een zeer somberen toon zong spr. een
.klaaglied over volgens hem allerlei be
staande wanverhoudingen tusschen loonen
en prijzen. De Regeering moest aldus
spr. de verlaging van de staatsuitgaven
niet in de eerste plaats zoeken in ver
laging van de toeslagen voor de levens
middelen, want dan zou voor de breede
lagen onzer bevolking het distributie-
pakket onbetaalbaar worden. Van de
hooge prijzen hebben de ouden van dagen,
de pensioentrekkers, de kleine spaarders
het meest te lijden, want hun inkomsten
bleven ondanks de toegenomen duurte
ongewijzigd.
De heer Schmall (C.H.) was de twee
de, die zijn maidenspeech hield, waarin
hij de bedachtzaamheid prees, die uit de
Nota spreekt, gelijk hij het ook gelukkig
noemde, dat we hier tenminste niet een
crisis van onmacht doormaken. De Re
geering toch weet, in groote lijnen, wat
zij ten opzichte van de loonen wil. Gaar
ne vernam spr. hoeveel loontrekkers al
minder verdienen dan het minimum, noo-
dig ter bestrijding van de allernoodzake
lijkste uitgaven. Voor verhooging van het
levenspeil, aldus is terecht opgemerkt in
de Nota, is opvoering van de productie
onontbeerlijk.
Als no. 3 der maidenspeechers betrad
de heer Goedhart (alias Pieter 't
Hoen) de tribune om er voor op te komen,
dat bij de loonvaststelling steeds zorg
worde gedragen, dat de menschen wat
nogal eens het geval is, daar de verhoo
ging met 25 gemeenlijk eigenlijk niet
voldoende te achten valt in elk geval
genoeg verdienen om de minimum-kosten
van levensonderhoud te kunnen bestrij
den. Daar tot nu toe meer stedelijke dan
landelijke klanken ten beste waren ge
geven, hield de heer Ruiter (R.K.)
en later de heer Weitkamp (C.H.)
zich met de loonen in den landbouw
bezig, alsook met de prijzen, welke de
boeren maken en die niet tijdig genoeg
verhoogd waren. Het betoog van 6pr.
kwam in hoofdzaak neer op 'n pleidooi
voor arbeid voor export, iets waarmee de
heer Am el ink (A.R.) het roerend eens
was.
Het belangrijkste betoog van den dag
hoorden we in de avondvergadering, want
nadat o.m. nog de heeren S w e e n s (R.
K.) en S 1 e e n (S.D.A.P.) voor verbete
ring van ambtenarensalarissen gepleit
hadden en voorts o.m. de loonregeling bij
de D.U.W. ter sprake was gekomen, kwam
minister Drees aan het woord. Het was
een genot naar diens wel doorwrochte
redevoering te luisteren. Hieruit sprak
een volkomen beheersching van de stof.
gepaard gaande met een degelijkheid,
niet het laatst ook wat betreft het te
voeren beleid, die algemeen een uitne-
menden indruk maakte. Aangestipt zij,
dat uit 's ministers betoog nog eens dui
delijk bleek hoezeer de regeering er op
uit is met haar loon- en prijspolitiek in
hoofdzaak voor twee dingen te zorgen
heeft: een rechtvaardiger verdeeling van
het nationale inkomen en het met kracht
waken tegen elk gevaar van inflatie.
Verblijdend was de ministerieele aan
kondiging die het gehoor zichtbaar deed
likkebaarden omtrent het vrijgeven van
een aantal artikelen die niet meer onder
de distributie zullen vallen. Minister
Mansholt n.l., die evenals zijn col
lega Vos de laatste speciaal ook van
wege productie-aangelegenheden een
duit in het zakje deed over de loon- en
prijspolitiek, kwam nog voor 's nachts 12
uur vertellen, dat peulvruchten, grutters
waren, biscuit, koek, cacao, en verschil
lende andere versnaperingen voortaan
vrij zullen zijn en dat dit in de naaste
toekomst wellicht met varkensvleesch te
verwachten valt. E. v. R.
Audiëntie Commissaris der
Koningin
De audiëntie van den Commissaris der
Koningin in de provincie Noord-Holland
te Amsterdam op Zaterdag 22 December
gaat niet door.
Een aecoord in Limburg
Tusschen de R.K.S.P. en de N.V.B. is
na een bespreking tusschen een aantal
leden van de Volksbeweging in Limburg
en het dagelijksch bestuur van de Staats
partij aldaar overeenstemming bereikt.
Tijdens een vergadering van de R.K.
Staatspartij, kring Limburg, is van dit
aecoord melding gemaakt.
Hoogleeraar te Utrecht
Bij Kon. besluit is benoemd tot gewoon
hoogleeraar in de faculteit der letteren
en wijsbegeerte aan de rijksuniversiteit
te Utrecht prof. dr. J. H. Thiel, thans
bijzonder hoogleeraar aan de rijksuniver
siteit te Leiden, wonende te Haarlem.
Prof. Thiel
werd 27 Ja
nuari 1896 te
Amsterdam ge-
"boren. Hij ver
huisde evenwel
spoedig naar
Haarlem. Zijn
vader was Mr.
J. H. Thiel, die
indertijd een
der bekendste
Haarlemsche
advocaten en
wethouder van
Haarlem was.
Na het Gym
nasium te Haarlem te hebben bezocht,
studeerde de heer Thiel eerst aan de Am-
sterdamsche Universiteit en daarna aan
de universiteit te Berlijn. Ook maakte hij
een studiereis naar Italië. In 1922 promo
veerde hij cum laude te Amsterdam. Reeds
in 1921 werd de heer Thiel benoemd tot
leeraar in de oude talen aan het Gymna
sium te Haarlem. In 1927 werd hij privaat
docent aan de Leidsche Universiteit. In
1930 volgde zijn benoeming tot buitenge
woon hoogleeraar vanwege het Leidsche
universiteitsfonds.
10 K.G. thee en geen brand
in de Vleeschhal
De sergeant van de gezagstroepen G.
B. werd aangehouden met 10 K.G. thee in
zijn bezit, die hij beweerde in België ge
kocht te hebben en in den zwarten handel
te willen brengen.
Gisteravond om 21.30 uur werd de
Groote Markt opgeschrikt door den kreet
„Brand in de Vleeschal". Met groote
moeite werden de talrijke militaire en
particuliere auto's die er geparkeerd
stonden met de remmen vast, door de
politie weggeduwd, om plaats te maken
voor de brandweer. Na al dit werk bleek
dat de gesignaleerde rook slechts stoom
was, veroorzaakt door oververhitting van
de centrale verwarmingsinstallatie.
In Tuindorp Haarlem-West is een por
tefeuille met 600.uit een vrachtauto
ontvreemd naar men vermoedt door
kinderen. Den ouders wordt dringend:
verzocht, dit geld1 terug te bezorgen, aan
gezien de eigenaar zeer gedupeerd is.
De Radio geeft vanavond:
HILVERSUM I, 301 M.
17.00 Muziek voor de jeugd. 17.15 Trio Hof-«
meester. 17.30 Volksherstel. 17.35 Gramuz.
10.00 Trio Hofmeester. 18.15 Cabaret „Zes en
een kwart". 18.30 Het Rijk overzee. 18.45
Cowboyliedjes. 19.00 Nieuws. 19.15 Reportage.
19.30 Benedict SLlberman en zijn Novelty
Serenaders. 22.00 Nederland Herrijst. 20.15
Brief van onzen Londenschen corr. 20.30 Jan
Corduwener. 21.00 Hoorspel. 22 15 Mensch en
Maatschappij. 22.30 Componist van de week.
23.00 Nieuws. 23.15—23.30 Avondwijding.
HILVERSUM n, 415 M.
18.00 Nieuws. 18.15 Persoverzicht. 18.30 Gra-
mofoonmuziek. 19,30 Voor de Neder!. Strijd-*
krachten. 20.00 Omroeporkest o.l.v. Maiir.us
van 't Woud. 21.00 De Patriot. 21.15 Orgelspel
door Joop Walvis 21.45 Avondwijding. 22.00
Nieuws. 22.2023.00 Dansmuziek.
Agenda.
WOENSDAG 19 DECEMBER.
Gcb. Vrtfz. Hervormden, Jacobstraat: Volkse
liederen Harry van Os, en Felix de Nobel.
Rembrandt: De avonturierster, 14,30. :6.45,
19.15 en 21.30 uur (18 j.). Palace: De mannen
in haar leven, 14. 16.1S, 19 en 21.15 uur (14 j.).
Luxor: Modern Times. 14. 16.1S, 19 en 21J5
uur (a. 1.). Frans Hals: Tropisch Nederland,
14, 16.15, 19 en 21.15 uur.
DONDERDAG 20 DECEMBER.
Stadsschouwburg: De schending van Lu-
cretia, 20 uur. Gem. Concertgebouw: Operette
.Nieuw Volendam", 20 uur. Haarl. Kegel
bond: Cab.-revue „Het gaat steeds beter"*
19.30 uur. Bioscopen: als Dinsdag.
9. Wag slaat driemaal met een eikeldop
op zijn lessenaarwat Karei Krakebeen,
de dikke hommel en timmerman van
zijn beroep, doet zeggen: „Hé, Wag, niet
zoo hard, anders zak je er door!" En
dan speelt het Krekelorkest onder lei
ding van Sjirp een mooi, hoog deuntje,
waar ze allemaal stil van worden. Want
als die Sjirp gaat fiedelen, dan vergeet
je alles!