IJmuider Courant De Vakmenscben Oekraine laakt Brifsch beleid over Indonesië Vele conferenties in Batavia (600 Jaa.vgA-ng No. 18250 Bureaux: Kennemerlaan 154. IJmuiden - Telefoon 5437 Te Haarlem: Gr. Boutstr. 93 Telefoon 10724. Kennemer Editie van Haarlems Dagblad Directenr-lfoofdrodacicur: Robert Peereboom Vrijdag' 8 Februari 1940 Uitgave van de Stichting Voorlichting te Haarlem. Abonnementen: p. week 31 ct. per kwartaal f4 IN dit na-oorlogsche Nederland is Jiet noodig, een pleidooi voor de vakmen scben te voeren. Ik duid hen met deze benaming en niet met de term deskundi gen aan. omdat de laatste beperkter is en altijd doet denken aan specialisten, theo retici. geleerden. Die heeft men "ook zeer noodig in de samenleving. Maar ik wil het nu maar eens over de gewone, prac- tische vakmenschen hebben en vooral over diegenen onder hen, die leiding kun nen geven en initiatief nemen. Op de meeste gebieden komen zij niet meer aan bod. Zij „liggen er uit", of zijn op dusdanige wijze verstrikt in een war winkel van bepalingen en paperassen, dat zij zich niet meer verroeren kunnen. Wat heeft men toch tegen de vakmen schen? Waarom treden zooveel dilettanten op, die op allerlei gebied stukken maken, onuitvoerbare experimenten beproeven en verschrikkelijk duur zijn in hun beleid? Ik ben vele tienlallen malen in Den Haag geweest sinds de bevrijding, heb er ette lijke besprekingen meegemaakt en vele overheidspersonen ontmoet, die met de beste bedoelingen bezield waren. Tallooze sombere verhalen over dingen die mislukt waren, ot dreigden te mislukken, of ver keerd functioneerden, heb ik gehoord en telkens de meening geuit: haal er de vakmenschen bij. Maar meestal scheen men daar tegen op te zien. De hemel mag weten, waarom. Misschien was de oplos sing te eenvoudig. Eenvoudige oplossingen worden vaak versmaad: er zijn veel men- Sjchen die alleen in complicaties schijnen te kunnen denken. Nu, daar ontbreekt het niet aan. Het kan'ook zijn dat men de. dilettanten liever niet ontstemmen wilde. Aan niets of niemand heeft Nederland thans zoo dringend behoefte als aan den vakman. Niet alleen omdat hij zijn werk en al wat daarmee verbonden is kent, maar ook omdat hij weet wie de menschen zijn waarmee samengewerkt moet worden, omdat hij op zijn gebied de producten- en e.q. de fabricage-lcennis heeft en omdat hij weet wat het publiek verlangt en hoe het op dit alles reageert. Hij bezit, op zijn terrein, de noodige menschenkennis. Daarvoor is hij vakman. En als hij leiding heeft gegeven is hij de aangewezen man, orn dat opnieuw te'doen. Wees blij als hij ertoe bereid is, regeering, want gij hebt hem noodig. Hij alleen is de" man, die dit werk goed kan doen. Anderen maken er maar wat van. Heeft hij deskundig advies van theore tici, specialisten, geleerden op eenig. ge bied noodig, dan zal hij, vakman zijnde, «lat heusch wel inwinnen. Maar men moet hem in zijn practische taak niet door den geleerden specialist of theoreticus gaan vervangen," want dan komt er niets van terecht. Zij kennen zijn vak niet. Hun vak is een ander. Misschien zullen sommige lezers denken: dit alles spreekt toch vanzelf! Is het noo dig daarover te schrijven? Het is helaas noodig. Over de eenvoudigste dingen moet men het meest schrijven. Zij raken in het vergeetboek en worden door even kunstmatige als verwarde pogingen ver vangen. Een voorbeeld daarvan, dat het gebied van mijn vak betrof en zelfs een vergeefsche poging deed om het na te bootsen, was de Regeeringsvoorlichtings- dienst. Met verscheidene van mijn vakge- nooten heb ik de verkeerde werking van dit instituut maandenlang met hand en tand bestreden. Het voerde overheidspro- paganda-, die niet thuis hoort in een de mocratisch land, het liefhebberde op het terrein van de Pers. waar het niets te maken had en het bedreef een reeks ont stellende blunders Tenslotte heeft de Tweede Kamer er ^ich in zoo krachtige taal tegen gekeerd, dat het nu gereorga niseerd" en herzien wordt en de Regee- ringscommissaris. die aan het hoofd stond, is afgetreden. Hij is een bekwaam man, maar niet op dit gebied. Hij is geweest als de schoenmaker, die zich niet bij zijn leest gehouden had. En het heele ambt is meteen afgeschaft. Des te beter. Dit is een democratische stap vooruit. Dus niet voor niets hebben wij vakmenschen in artikelen, op persconferenties, op verga deringen en in allerlei besprekingen den R. V D. bestreden. Maar dit is maar een enkel voorbeeld, dat toevallig op mijn vakterrein ligt, waar overigens ook nog heel wat hapert. Op andere gebieden wemelt het van derge lijke misstanden. Men hoeft er de vakmen schen maar over aan het woord te laten. Daarom ook is het zoo mis, dat de dag bladen door papiergebrek hun taak maar voor een klein deel kunnen vervullen. Want zit vormen het dagelijksche•ver keersmiddel van de openbare meening. Door hun openbaarheid kan men tallooze dingen verklaren, ophelderen, tot oplos sing brengen. Zij leveren de openbare ge- dachtenwisseling, die veel meer gebieden bestrijkt dan die van het politiek dispuut. Helaas mist dit blad, evenals andere bladen, de ruimte om op velerlei kwes ties en typeerende voorvallen in te gaan. ik moet er mij toe bepalen, in deze korte hoofdartikelen de belangrijkste punten naar voren te brengen. Welnu, een der allerbelangrijkste is en blijft: schakel de vakmenschen in! Anders kan men niet slagen en zal ook de geldsmijterij blijven voortduren, die het al zoo be rooide Nederland teistert en uitput. Ook in het bestuur van het Rijk. de provincie en de gemeenten en in alle bestuursfunc ties van -belang, die daar in dezen tijd mee samenhangen, moet men zooveel Bevin en 'Minister van Kleffens wijzen de Russische beschuldigingen af Gisteravond heeft de Veiligheidsraad een begin gemaakt met de behandeling van de Indonesische kwestie, naar aan leiding van de vertoogen der Oekraïne over den toestand in Indonesië. De Oekraïnsche gedelegeerde Manoeils- ky begon te spreker* over de Japansche bezetting van Ned.-Indië. Het Indonesische volk, aldus Manoeilsky, heeft met alle ten dienste staande middelen aan de Ja- parineezen weerstand geboden tot aan het uur, waarop de Geallieerde overwinning de Japanneezen tot de overgave dwong. De nederlaag van de Japanneezen was voor de Indonesiërs een aanmoediging om hun nationale onafhankelijkheid te ver wachten en tevens de erkenning van hun rechten krachtens verklaringen van de Geallieerden, bp 29 Sept. arriveerden Britsche en Br.-Indische troepen in Ba tavia, maar zij brachten Indonesië geen vrede. Manoeilsky beschuldigde Engeland van het-gebruik van steeds grootere mo derne wapens tegen de „slecht gewapende Indonesiërs". Hij citeerde een Reuterbe- richt, volgens hetwelk Japansche troepen tegen Indonesiërs werden gebruikt, en vele Engelschc kranten over de gebeurte nissen in Ned. Indië. Manoeilsky verklaarde met nadruk, dat er in Indonesië een toestand lieerscht, die een gevaar beteekent voor den internatio nalen vrede. Hij haalde art. 1 par. 2 van het Handvest aan en zeide, dat de aan wezigheid der Britsche troepen in strijd was met deze bepalingen. Ook arl, 73 zou volgens hem worden geschonden. (Dit ar tikel zlegt, dat alle volken het recht moe ten hebben hun eigen regeeringsvorm te kiezen). De Oekraïnsche delegatie stelt niet de kwestie der terugtrekking van de Britsche troepen, aldus de Oekraïnsche gedelegeer de. Zij uit haar verbazing, dat de Britsche militaire autoriteiten Japansche troepen gebruikt hebben, en acht zich verplicht de aandacht vaat den Veiligheidsraad op deze „abnormale en ontoclaatburc situa tie" te vestigen. De geschiktste oplossing zou zijn de instelling van een commissie ter plaatse. Het antwoord i Bevit Hierop nam Bevin het woord. „Het is mij niet duidelijk", zoo begon hy. „waarop ik antwoord moet geven. De heer Ma noeilsky vraagt niet om de terugtrekking van de Britsche troepen uit Indonesië en ik neem aan, dat zulks beteekent, dat de aanwezigheid van de Britsche troepen niet als een gevaar voor den vrede wordt be schouwd". Bevin zeide de Oekraïnsche delegatie er aan te willen herinneren, dat. toen de En- gelschen op Java aankwamen, zij geen schot gelost hebben. „Wel werd er op onze soldaten geschoten, van wie er ge dood werden. Wat zouden Oekraïnsche gedelegeerden gedaan hebben in ditzelfde geval, namelijk wanneer men derwaarts was getrokken om in de eerste plaats 250.000 geïnterneerden, blanken en in- heemschen, te redden, die door de Japan neezen naar het binnenland waren ver dreven?" „Ik heet het liegen, dat wij ooit de Indo nesische beweging hebben aangevallen. Alle feiten zijn tegen u", aldus zette Bevin tot Manoeilsky, terwijl hij met de vuist op tafel sloeg. Vervolgens herinnerde Bevin aan den moord op generaal Mallaby, toen deze een wapenstilstand teekende. „Later heeft Lord Mountbatten Japansche troepen voor de handhaving van de orde verant woordelijk gesteld. Hun werd opgedragen er voor te zorgen, dat gezag en orde ge respecteerd werden, anders zouden er in heel Indonesië massale moordpartijen hebben kunnen plaatsvinden. Jonge man nen, die in Nazi-denkbeelden waren op geleid. waren volledie gewapend, Dat was de groote moeilijkheid." Bevin verklaarde, dat, indien de Brit sche troepen zich zouden mdEten terug trekken. er zelfs op het huidige oogenblik een groote ramp zou gaan gebeuren. Hij zeide, dat "Britsche troepen, die de geïn terneerden naar de kust wilden brengen, ih een hinderlaag waren gelokt en dal onder hen dooden waren gevallen. „Is het niet veelbeteekenend". zoo vroeg hij. „dat er geen woord gezegd wordt over de In donesische aanvallen op de Engelschen?" „De vraag van een commissie ter plaat se moet door de Nederlanders en niet door mij worden behandeld", zoo eindigde Bevin zijn betoog. mogelijk ervaren vakmenschen kiezen. Niet ervaren ingenieurs of advocaten of journalisten, maar ervaren bestuurders! Want besturen is een moeilijk vak. dat veel practische ervaring, tact en men schenkennis ten opzichte van zijn speciale verhoudingen eischt. De vakmenschen zijn ook daarin de besten. R. Mr. Van Kleffens aan het woord. Min. Van Kleffens begon met een uit eenzetting te geven van ae redenen voor de aanwezigheid van de Britsche troepen op Java. Hij refereerde aan het feit, dat Nederland aan de Geallieerden scheeps- ruimte ter grootte van drie millioen ton beschikbaar had gesteld. Dat was de re den, aldus de heer van Kleffens, waarom het. voor Nederland niet mogelijk was geweest, tijdig troepen naar Java te stu ren, ter bestrijding van de Japanners, niet van de nationalisten. Mr. van Kleffens verklaarde, dat de Nederlanders heel goed wisten waar zij de scheidslijn moesten trekken tusschen ware nationalisten en extremisten en zei de, dat, wanneer de Britsche troepen op traden, zulks met uiterste toegeeflijkheid geschiedde, vaak met grootere toegeeflijk heid, dan de Nederlanders konden ge- wenscht hebben. De heer Van Kleffens verklaarde, dat het optreden van-de Britsche troepen niet omschreven kon worden .als een militaire actie tegen de inheemse-He bevolking. „Ge zoudt even goed den politieagent kunnen veroordeelen, die een mar. opsluit, die zoo juist getracht heeft hem neer te schie ten." De minister vroeg zich af, wat de troe pen van de Ver. Staten of van andere lan den in dergelijke omstandigheden zouden doen. Ook vroeg hij zich af, wat de troe pen van het Roode leger zouden doen, in dien zij op het Deensche eiland Bornholnj werden aangevallen. De heer Van Kleffens weerlegde alle beschuldigingen van den heer Manoeilsky. die deze aan de hand van het Handvest had gedaan, en voegde hieraan toe te ho pen, dat de leden van den Veiligheidsraad spoedig zouden bespeuren, welk een libe rale regeling aan het volk van Indonesië zou worden aangeboden. Met nadruk zeide de minister, dat er geen aanleiding was voor den Veiligheidsraad om tot handelen over te gaan. Sprekende over de commissie, zooals door Manoeilsky voorgesteld, wees de min. er op, dat de Veiligheidsraad wel moest weten, dat hij zich niet kon mengen in binnenlandsche Indonesische aangelegen heden. De min. voegde hieraan toe, dat hy tegen een zoodanige commissie echter geen bezwaren zou maken, indien Enge land en de Oekraïne het erover eens waren. Aangezien echter min. Bevin blijk baar tegen het uitzenden van een com missie gekant was. wilde de heer Van Kleffens hierover verder niets zeggen. Daarop werd de zitting verdaagd tot Zaterdagm iddag. Niet elf, maar acht uur! Eenige dagen geleden vermeldden wij, dat de bussen van de Noord-Zuidholland- sche te beginnen met Maandag a.s. op de lijnen Station HaarlemBloemendaal en Station HaarlemRamplaan tot des avonds 23 uur zouden gaan rijden. Thans is ons medegedeeld, dat door onvoor ziene materiaalschaarschte slechts tot 20 uur gereden zal worden. Het woord is aan. La Kochelqucauld: Alen moet anderen liever raad geven in overeenstem ming met hun karakter dan met zijn eigen karakter. Batavia is gedurende de laatste dagen het middelpunt geweest van vele infor- meele geallieerde .bijeenkomsten. Daartoe behoort ook een lang onderhoud tusschen Sir Archibald Clark Kerr en den Amc-r - kaanschen consul-generaal Walter A. Foote. Deze laatste is ook door dï. van Mook ontvangen. Lt. gen. Sir Montague Stopford heeft laat In den middag, voor dat hij voor een inspectie-tocht naar de door de "geallieerden bezette steden op Java vertrok, dr. van Mook bezocht. On zijn terugreis zal Sir Montague een kor! bezoek brengen aan de buit enge wes'c In het republikeinsche kamp lijken, vol gens Un. Press moeilijkheden te zijn om staan en er wordt reeds gesproken over een dreigende kabinetscrisis. Daardoor is de hoop afgenomen, dat de besprekingen volgende week kunnen beginnen. A.N.P.- Aneta meldt echter, dat de conferentie der republikeinsche voormannen toch is doorgegaan. Een wanklank in het overigens ordelijke Batavia vormde Donderdag de staking van het Indonesische stationspersoneel >c Tandjong Priok. De plaatselijke spoor dienst rond Batavia is op bevel van Indo nesische spoorwegambtenaren stopgeze.. Bij een nieuwe golf van plunderingen in Batavia zijn 11 personen gearresteerd In Bandoeng zijn de Indonesiërs bezig met het opwerpen van barricades. Vicc-admiraal Helfrich. Vice-adm. Helfrich heeft in een perscon ferentie gezegd, dat naar zijn meening, volgens de onderteekende capitulatievoor waarden. de vooroorlogsche verhouding tusschen Indië en Nederland moet wor den hersteld voordat besprekingen kunnen worden gevoerd. Wanneer de Britten bij hun komst op Java verklaard hadden: „Wij erkennen slechts het document van overgave zoo als het te Tokio oncierteekend is. zouden naar zijn meening in het geheel geen moei lijkheden z.ijn ontstaan. Hij had cr zich dikwijls over verwonderd waarom zij nooit gezegd hebben: „dit is Nederlandse!» gebied". Vice-admiraal Helfrich zeide trotsch te zijn op Nederland als zeevarende natie. „Wij hebben gevochten en de wereld prees ons zooveel (zelfs president Roosevelt zei iets omtrent een eereschuld, welke de we reld aan ons had), dat we werkelijk bloos den." Naar zijn oordeel is Nederland zelf schuldig eraan, dat de wereld zoo weinig van ons land weet en dat er anti-Neder- landsche gevoelens in Amerika zijn. om dat het te weinig reclame voor zichzelf had gemaakt. Na herinnerd te hebben aan wat Nederlandsche en Noorsche zeelieden hebben gedaan, vooral ook in den tijd toen er nog geen Amerikaansche liberty- schepen waren, en aan wal Nederlandsche zeelieden voor Australië hebben gedaan, zeide spr. te hopen, dat men zich zou „realiseeren, dat aan de weinige maanden van de „republiek" honderden jaren van Nederlandsch bestuur zijn voorafgegaan. Wanneer ik Ned. Indië vergelijk mot soortgelijke landen in Afrika. Azië en Amerika, dan meen ik, dat we nog altijd veel beter werk hebben gedaan dan ieder ander." Ju Middelburg, dat in 1940 zoo zwaar werd getroffen door een bombardement, werd tijden- de bezetting, omdat de Oultsclur- zelf be duusd waren over hun vandalisme, roods een gedeelte opgebouwd Itona de nuirki verrezen nieuwe woningen, die ook al gedeeltelijk bewoond zijn. De restauratie van liet bij <lit bombardement ook -zwaar besoluul^tle raadhuis zal nog minstens tien jaar duren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1946 | | pagina 1