Nederland
maakt weer Kunstzijde
Tweede Atoom-proef
Geallieerde belangen
botsen in Japan
.maar nog geen Nylon
Goede vooruitzichten
voor onze garderobe
Kunstzijde is een artikel, dat in de we
reld steeds meer aan beteekenis wint en
ook op dit terrein heeft de Nederlandsche
industrie, voor het overgrootc deel gecon
centreerd in de A.K.U. (Algemeene Kunst
zijde Unie) reeds spoedig een eervolle
plaats ingenomen.
Wel uiterst zwaar zijn de A.K.U.-fabrie
ken door de oorlogshandelingen getroffen:
twee ervan, te Arnhem, ondergingen het
lot van deze rampzalige stad: verwoesting
en beroovlng. Dit laatste bleef de fabriek
te Ede bespaard, maar een getal van over
de honderd voltreffers duidt eenigszins
den toestand aan, waarin men daar de ge
bouwen terugvond. Slechts de Bredasche
fabriek van de Hollandsche kunstzijde-
industrie, nauw verwant aan de A.K.U.,
kwam er, dank zij de snelle bevrijding,
zonder kleerscheuren af. Overigens was
er nog slechts zoo weinig goeds overgeble
ven, dat men zich afvroeg, of men het
oude weer zou opbouwen, dan wel elders
geheel opnieuw beginnen.
Men besloot tot het eerste. Het herstel
werk werd met groote energie aangepakt
en thans, een jaar later, werkt de fabriek
te Ede weer op driekwart van haar capa
citeit, is een der beide fabrieken te Arnhem
sinds enkele weken weer in bedrijf, zij
het nog op „aanloop"-capaciteit en is de
andere zoover opgeknapt, dat ook zij spoe
dig aan het productieproces kan gaan deel
nemen. Ruim de helft van het vroegere
personeel (3500 van de circa 5000) is aan
het werk, doch een aanzienlijk deel ervan
verricht nog geen productieven arbeid.
Van de zesduizend ton door de bezetters
gestolen goederen: grondstoffen en afge
werkte producten, maar vooral machines
en onderdeelen, is langzamerhand onge
veer duizend ton in ons land teruggekeerd.
Juist had men bericht ontvangen, dat er
weer een aantal motoren in Mühlheim was
teruggevonden.
Stijgende productie.
De A.K.U. fabriceert geen afgewerkte
producten, doch grondstoffen, vooral
kunstzijdegarens, voor de verwerkende
industrieën, welke in hoofdzaak in Twente
en Brabant gevestigd zijn Ook de export,
welke vóór den oorlog grooter was dan de
afzet in eigen land, is hervat. Nog dit jaar
zal de regelmatig stijgende productie in
het geheele land waarschijnlijk 60 a 60
procent van de voor-oorlogsche bereiken,
voldoende om, naast den noodigen export,
aanzienlijke hoeveelheden in het binnen
land te plaatsen. Daarbij moet men in aan
merking nemen, dat weliswaar eenerzijds
de toepassing van kunstzijde, mede door
gebrek aan katoenen garens, enorm is ge
stegen. doch dat anderzijds de meeste tex
tielfabrieken nog slechts in beperkte mate
werken, gehandicapt door gebrek aan
machines, kolen, personeel en grondstof
fen. want de kunstzijde wordt in vele ge
vallen tezamen met andere garens ver
werkt. Ook de A.K.U. kent dezelfde moei
lijkheden.
Voorloopig nog geen Nylon
De dames die binnenkort de vervaardi
ging van het nieuwe product, Nylon ge-
heeten, in ons land mochten verwachten,
zullen voorloopig teleurgesteld moeten
worden. Op onze vraag, of juist deze tijd,
waarin zoo talrijke machines nieuw aan
geschaft moeten worden, niet gunstig was
om de fabricage van Nylon ter hand te
nemen, antwoordde de directie, dat hier
aan zeker de eerste jaren nog niet te
denken viel. Er zijn vele en groote be
zwaren: Nylon heeft een zeer beperkte
mogelijkheid van toepassing, zoodat hel
hoogst twijfelachtig is. dat een klein land
als het onze voldoende afzetgebied zou
kunnen vinden, om er een speciale fabriek
Het afscheid
van Minister de Booy
De afgetreden minister van Marine, de
heer J. M. de Booy, heeft liet volgende
telegram gericht tot het militair- en
burgerpersoneel der Koninklijke Marine:
„Bij mijn aftreden als minister van Ma
rine betuig ik allen, die in marinedienst
zijn, hetzij in een militaire dan wel in
een burgerfunctie, mijn groote erkente
lijkheid voor de gedurende mijn ambts
periode betoonde groote plichtsbetrach
ting en offervaardigheid onder dikwijls
zoo moeilijke omstandigheden. Ik ver
trouw, dat een ieder ook in de toekomst
tot heil van het vaderland en met inzet
van zijn geheele persoon het uiterste zal
verrichten om den naam der Koninklijke
Marine hoog te houden".
De inhoud van dit telegram is bekend
gemaakt op alle schepen, inrichtingen en
diensten der Koninklijke Marine. De be
velhebber der zeestrijdkrachten, luitenant
admiraal C. E. L. Helfrich, heeft daarop
het volgende antwoord tot den scheiden
den minister gericht:
„Ik moge uwer Excellentie namens het
militair- en burgerpersoneel der Konink
lijke Marine de gevoelens van dank over
brengen naar aanleiding van uw afscheids
telegram, waarvan de inhoud ten zeerste
wordt gewaardeerd. Als tolk van het ge
heele personeel moge ik u en uwe familie
allen voorspoed wenschen in uw verder
leven".
voor op te richten, welke een zeer kost
bare installatie vergt. De benood-igde ma
chines worden slechts door enkele firma's
vervaardigd, zoodat de levertijd ge
steld. dat men ze zou kunnen koopen
aanzienlijk langer is dan voor kunstzijde-
machines, waarschijnlijk verscheidene ja
ren. Daarbij komen dan natuurlijk nog
allerlei octrooi-problemen, welker oplos
sing zeker groote sommen zou vragen.
Tot nu toe bezitten slechts de Ver. Sta
ten, Frankrijk, Engeland en Ita-lië, in welk
laatste land, zooals bekend is, de kunst
zijde-industrie zeer ontwikkeld en van
enormen omvang is, een eigen Nylon
industrie. Terwijl hier te lande bijv. een
paar Amerikaansche Nylonkousen „zwart"
tot 75 kost, kan men ze in Italië overal
voor duizend lire, dat 1® ongeveer tien
gulden, koopen.
Itesearch-bedrijf sterk uitgebreid.
Het bovenstaande wil geenszins zeggen,
dat de A.K.U. zich nu gaat bepalen tot
een voortzetting van het bedrijf op vol
komen ouden voet. Integendeel, hier is
men reeds sinds vele jaren ten volle over
tuigd van de noodzakelijkheid van krach
tig aanpakken van het research-werk, het
welk voortdurend verder wordt uitgebreid.
„Het A.K.U.-concern moet een beter pro
duct kunnen leveren dan zijn concurren
ten", aldus de directie „en daarom moet
het de Nederlandsche hersens laten wer
ken, niet alleen voor de eigen binnenland-
sche fabrieken, maar tevens voor de doch
terondernemingen in het buitenland."
Verkiezing Eerste Kamer
iu Zuid-Holland
Door de Prov. Staten van Zuid-Holland
zijn gekozen tot leden van de Eerste
Kamer:
Voor -de A. R. prof. mr. A. Anema te
Haarlem; J. Schipper te Utrecht. Voor de
C. H. U.: dr. J. de Zwaan, te Leiden. Voor
de P. v. d. A.: J. v. d. Kieft te Bussum;
J. L. Hoogland, St. Anna Parochie; J. in
't Veld. Zaandam en N. A. Donkersloot.
Amsterdam. Voor de P. v. d. Vr.: prof. mr.
A. N Molenaar, Wassenaar. Voor de Kath.
Volkspartij: J. A. J. Barge, Leiden; H. F
M. van Voorst tot Voorst, 's-Gravenhage;
H. A. M. T. Kolfschoten. 's-Gravenhage:
Voor de Comm. Partij Nederland: A. J.
Koejemans, Amsterdam.
De A. R. Partij heeft in de Prov. Staten
van Zuid-Holland 14 zetels. Bij de stem
ming voor de Eerste Kamer is gebleken,
dat op de A. R. Partij slechts 12 stemmen
zijn uitgebracht. De Kath. Volkspartij
heeft 16 zetel6 in de Staten, maar kreeg
18 stemmen. De conclusie ligt volgens het
A N P. voor de hand. dat twee A.R. leden
hebben gestemd op de lijst van de K.V.P
Het gevolg is. dat de C. P. N. geen rest
zetel kreeg toegewezen.
De waarnemers komen
op 25 Juli dichterbij
Bikini Atol 10/7 Vice-admiraal
Blandy heeft het voorstel in overweging
genomen om bij de tweede proef met
de atoombom op 25 Juli vliegtuigen met
waarnemers tot op een-afstand van tien
mijl de Lagune van Bikini te doen na
deren. Dit is mogelijk gebleken, omdat
door onderzoekingen is komen vast te
staan, dat de radio-active gevaars-
zöne zich tot acht mijl in den omtrek
uitstrekt. Bij de eerste proefneming
bevonden zich de eerste waarnemers op
twintig mijl afstand van de beruchte
radio-actieve wolk. Volgens Un. Press
heeft Generaal Roger Ramey, comman
dant van de luchteenheden bij de
at-oomproeven, aan vice-admir^al Blan
dy toestemming gevraagd, Sm na de
ontploffing onder water, met een B. 29
boven de plek der explosie te vliegen
teneinde foto's te nemen. Ramey ver
klaarde, dat hij door waarnemingen tot
de overtuiging is gekomen, dat een
vlucht op dertigduizend voet hoogte
boven de plaats van de explosie veilig
te noemen is.
Volgens Blandy moet het transport
schip „Gilliam" binnen enkele secon
den gezonken zijn. De fototoestellen, die
op de omringende schepen waren op
gesteld, zijn niet in staat geweest het
zinken van het vaartuig vast te leggen.
De torpedojager „Anderson" werd een
voudig opgeblazen. Daarna was er niets
meer van deze oorlogsbodem te beken
nen.
RAPPORT OVER DE
EERSTE BOM.
De commissie der staf-chefs voor de
berekeningen der atoomproeven heeft
aan president Truman een voorloopig
rapport uitgebracht, waarin wordt op
gemerkt dat de Bikini-bom meer sche
pen heeft beschadigd dan ooit tevoren
door een enkele explosie zijn bescha
digd en dat de proef verder ondubbel
zinnig de noodzaak heeft bewezen om
nieuwe ontwerpen voor marine-een
heden te maken teneinde schade aan
de bovenbouw en de verliezen aan per
soneel te beperken. Inzake de uitwer
king op de romp heeft de eerste proef
nog weinig geleerd. Bij de volgende
atoomproeven denkt men daar meet-
over gewaar te worden. De commissie
is tot de conclusie gekomen dat de Ver.-
Staten slechts door verder onderzoek op
groote schaal de huidige positie van
wetenschappelijk leider zal kunnen
handhaven en zij zegt dat dit in het be
lang van de nationale veiligheid dient
te geschieden. De commissie verklaart
dat volgens de huidige gegevens de
bom een intensiteit had die de beste
der drie vooraanstaande atoombommen
benaderde. De explosie vond plaats op
500 a 700 meter ten westen van de
Nevada en naar schatting op de bepaal
de hoogte. De verliezen aan personeel
op de schepen die binnen een half mijl
van het centrum van het doel lagen,
zouden hoog zijn geweest. Onverwachte
verschijnselen vonden niet plaats. De
commissie is van meening dat de ge-
fevens die uit de proef verzameld zijn
e gemaakte kosten der proef ruim
schoots rechtvaardigen.
De arbeidswetgeving in discussie
Agence France Presse wijdt een be
schouwing aan de voorstellen van den
Sovjetvertegenwoordiger in den gealli
eerden bestuursraad voor Japan, De-
rewjanko. Daarbij wordt uitgegaan van
de commentaren der Japansche bladen op
de bijeenkomst van den bestuursraad op
10 Juli. De betrokken voorstellen betref
fen de arbeidswetgeving.
De kranten geven een volledige opsom
ming van de door Derewjanko gefor
muleerde aanbevelingen, maar onthou
den zich van mededeelingen aangaande
het meeningsverschil tusschen de Ver-
eenigde Staten en de Sovjet-Unie hier
over.
De beide genoemde mogendheden zijn
het eens over het verleenen van vakver-
eenigingsbevoegdheid, bevoegdheid tot
het aangaan van collectieve contracten,
het recht op uitkeeringen bij ziekte, in
validiteit en ouderdom en de noodzaak
van een regeling voor vrouwen- en kin
derarbeid- De Amerikanen merken voorts
op, dat het meerendeel dezer rechten
door de Japansche wet reed6 vijfentwintig
jaar lang gegarandeerd wordt, maar dat
de politie de uitvoering der wet ver
hinderde uit vrees voor veld winnen
van het communisme.
De Sovjet-vertegenwoordigérs verlan
gen nu bovendien de achtenveertigurige
werkweek, veertien dagen betaalde vacan_
tie per jaar, het recht van staking en
het recht voor arbeiders om zich aan het
hoofd van een onderneming te stellen,
indien de werkgever tot uitsluiting over
gaat of in gebreke blijft de loonen te
betalen. Het zijn de twee laatste voor
stellen (dat op staking en overnemen van
de leiding der onderneming! waartegen de
Amerikanen opponeeren, daar zij over
wicht van de arbeiders op de patroons
vreezen en te groote macht der commu
nisten in de vakbeweging. Doch ook tegen
de verkorting van den werktijd tot 48 uur
per week hebben de Amerikanen be
zwaar en wel volgens AFP op eco
nomische gronden: ten einde het Ameri
kaansche economische programma te kun
nen uitvoeren, moet het Japansche fa-
briekspz-oduct goedkoop blijven, de V.S-
volgen hierbij deze iijn: Amerikaansche
grondstoffen, Japansche fabrieksproduc-
cen, Chineesche markten, waarbij slechts
de Japansche fabrikaten voor de Aziati
sche (Chineesche) cliën-tèle kunnen zorgen,
daar laatstgenoemde te arm is om Ame
rikaansche producten te kunnen koopen
Het is derhalve voor de V.S. noodzake
lijk het Japansche economische systeem
te handhaven.
De Sovjet-Unie wil volgens waarnemers
Ut Amerikaansche economische plan voor
het Verre Oosten in de wielen rijden.
George Atcheson, de Amerikaansche
voorzitter van den geallieerden bestuurs
raad voor Japan heeft ter vergadering
van den raad bezwaar gemaakt tegen het
uit 22 punten bestaande Sovjet-Russische
voorstel ter herziening van de Japansche
arbeidswetgeving. Hij verklaarde: „Wij
voelen niet voor verdere verbreiding van
het communisme in Japan. Integendeel,
wij zijn er voor, dat de democratische be
ginselen verder in practijk worden ge
bracht. Communisme en fascisme geven
geen leiding aan de arbeidersbeweging,
doch vernielen haar". Lt.-generaal Dere
wjanko, de Sovjet-Russische vertegen
woordiger, antwoordde hierop, dat Atche-
sons opmerkingen een „weloverwogen
propagandistisch karakter" droegen. Hij
noodigde Atcheson uit, een bezoek aan de
Sovjet-Unie te brengen en zich van de
arbeiders-organisatie aldaar op de hoogte
te stellen.
Mc Mahon Ball, de vertegenwoordiger
van het Britsche gemeenebest zeide, dat
ofschoon hij niet alle aanbevelingen
van het Sovjet-Russische voorstel zou
willen onderschrijven, het naar zijn mee
ning een conservatief document was. Hij
zeide er geen communistische propa
ganda in te kunnen vinden.
Amerik. onderscheiding
voor Lt.-generaal Spoor
De Amerikaansche consul-generaal
Walter A. Foote, heeft gisteren aan lt.-
generaal S. H. Spoor, commandant van
het Nederlandsch-Indische leger ,de Ame
rikaansche vrijheidsmedaille met bronzen
plan, overhandigd. Dit is een zeer bijzon
dere decoratie, welke zelden verleend
wordt en wel op voorstel van een Ameri-
kaanschen chef-staf en na goedkeuring
van het kabinet en den president.
De verleening van de onderscheiding
dateert reeds van den tijd, dat kolonel
Spoor hoofd was van de Nefis (Nether
lands Forces Intelligence Service). De
tekst van de toelichting luidt: „Voor bij
zondere diensten, de Vereenigde Staten
bewezen bij de oorlogvoering tegen den
vijand in het gebied van het Zuid-Weste
lijk deel van de Pacific in den strijd van
15 Januari 1944 tot 30 November 1945''. Als
hoofd van de Nefis heeft lt.-generaal
Spoor blijk gegeven van ongewone tech
nische capaciteit in de reorganisatie en
de ontwikkeling van een inlichtingen
dienst van de grootste mogelijke doeltref
fendheid. Met buitengewonen tact en veel
begrip stelde hij zijn veelzijdige kennis
van de gebieden en van de bevolking ter
beschikking van het algemeene hoofd
kwartier en bracht hij een hechte en ef
fectieve verbinding tot stand met de ge
allieerde organisaties. Zijn persoonlijke
kundigheid en sterkte bleek in de goede
uitvoering van acties, welke inlichtingen
verschaften uit gevaarlijke zones en welke
onschatbaar zijn gebleken voor de verdere
oorlogvoering tegen Japan. Door zijn
buitengewone bekwaamheid heeft lt.-ge
neraal Spoor een opmerkenswaardig aan
deel in de voortdurende goede resultaten
van den geallieerden inlichtingendienst in
het gebied van het Zuid-Westelijk deel
van de Pacific".
Jonge K.L.M.-ers
in opleiding
Even buiten Soesterberg ligt een grijs
gebouw, eens een „Wehrmachtsheim" en
een bittere herinnering voor het Neder
landsche volk, thans een opleidingsinter
naat van onze nationale luchtvaartmaat
schappij en een plaats, waar vele K.L.
M.'ers, die hier hun opleiding hebben ge
noten, met genoegen aan terugdenken.
Hier krijgen jongelui tot 25 jaar na hun
middelbare schoolopleiding, een grondige
training alvorens zij de K.L.M.-praktijk
ingaan. De cursus, waaraan 90 jongelui,
die zorgvuldig worden uitgekozen, kun
nen deelnemen, duurt drie maanden. De
cursisten worden onderverdeeld in vier
klassen, die opleiden voor handels- en
vliegveld-employés, grond- en boord-
mecano's en dienst in de passagekantoren.
Zij worden in staat gesteld nauwkeurig
kennis te nemen van alle takken van het
K.L.M.-bedrijf en krijgen lessen in mecha
nica en andere vakken, al naai- gelang
hun opleiding vereischt. Geregeld worden
er lezingen gehouden door afdeelingschefs
van het Hoofdkantoor, <xm de jongens een
denkbeeld te geven van het werken en
streven der K.L.M. Verder wordt er veel
aan sport gedaan. Zelfdiscipline en ge
meenschapszin worden aangekweekt door
zelfstudie en sportwedstrijden. Op deze
manier wordt ook het contact tusschen de
jongens der verschillende afdeelingen on
derling levendig gehouden, zoodat zij,
wanneer zij naderhand ingeschakeld zijn
in het bedrijf, open oog blijven houden
voor den persoon en het werk van hun
ex-internaat genoot in een anderen tak
van het bedrijf.
Spreuken aan den wand, die al direct bij
het binnentreden van het gebouw de aan
dacht trekken, dienen ter onderstreeping
van het doei hunner komst en wenschen
uit te drukken dat de toekomst behoort
aan diegenen, die haar zorgvuldig weten
voor te bereiden.
De laatste cursus werd onlangs beëin
digd. De jongelui worden, voor zoover ge
schikt bevonden, geplaatst op de K.L M.-
kantoren of op de vliegvelden, om daar
hun maatschappelijke carrière tegemoet te
gaan.
Het vliegend personeel der K.L M. wordt
opgeleid te Gllze Rijen in Noord-Brabant.
De volgende cursus van het internaat
zal ditmaal alleen voor hendels- en vlieg
veld-personeel zijn en begint 1 Augustus
as. Intusschen wordt er ernstig werk ge
maakt van een andere behuizing, daar
het tegenwoordige internaatsgebouw bin
nenkort gebruikt zal worden voor recrea
tie der in Soesterberg aanwezige militai
ren.
Het K L M.-internaat belooft een groote
toekomst tegemoet te gaan. Men hoopt het
in den loop van den tijd nog in vele op
zichten te kunnen verbeteren, doch de
resultaten mogen nu. een jaar na de be
vrijding, alleszins bevredigend worden
genoemd.
Ons zilvergeld
Van bevoegde zijde verneemt het ANP
ten aanzien van de geruchten, als zou er
een belangrijk defel van het indertijd in
de Ver. Staten gekochte en' aangemunce
zilver verloren zijn gegaan, het volgende:
In totaal werd in de Ver. Staten tot een
bedrag van 193 milüoen gulden aan zilver
gekocht en aangemunt, waarvan ruim 2
millioen door het Militair Gezag in het
eerder bevrijde deel van Nederland in
omloop is gebracht. Later is van het
in Amerika gemunte geld v/eer ongeveer
een half millioen omgesmolten en ter be
schikking gesteld van de zilverindustrie
om den export te stimuleeren. Bij het
transport van het zilver van Amerika
naar Nederland zijn er eenige kisten met
specie gebroken; er moet aangenomen
worden, dat bij dit voorval een zeer klein
deel verdwenen is, hetwelk evenwel in
geen verhouding staat tot de veronder
stelde bedragen bij geruchte genoemd.