FLITSEN Een sprookje herleeft Mannen onder de tropenzon Besch u ld igingen en weerleggingen Terwijl aan de conferentietafel naar een oplossing voor het Indische probleem ge zocht wordt, hebben Nederlandsche jon gens zich in den Archipel ingegraven, zij zien den lieven langen dag niets anders dan een veld met alang-alang en de tro penzon brandt de laatste druppels vocht uit hun vermoeide lijven. Als de post komt, zoo eens in de maand, of nog lang zamer, dan is het leed van het oogenblik even vergeten voor de bekende hand van thuis, een paar woorden van bemoediging of een vertrouwde krant. Haastig worden de regels overgelezennieuws uit Ne derland Tot de oogen blijven hangen aan een vetten kop in een Nederlandsche krant: „Het schandelijk gedrag van onze mili tairen in Indië". Even wrijft de loopgraaf bewoner zich de oogen uit en dan leest hij met stijgende verbazing het artikel over uitspattingen van de Indische vrij willigers en over den raad, dien een domi nee in Nederland de meisjes en verloofden heeft gegeven, zich tweemaal te bedenken, alvorens de verhouding met hun vertrok ken hartsvrienden voert te zetten. Is het wonder, dat er dan wel eens een vloek knalt onder de Javaansche zon? Is het wonder, dat een dergelijke uitlating haar uitwerking niet mist op het moreel van de mannen? En nu die „uitspattingen" en „schand daden". Natuurlijk, er gebeurt wel eens iets, wat lang niet door den beugel kan, evenzeer, als er in het moederland dingen voorvallen, die geen daglicht kunnen ver dragen. Maar in een vlugschrift, dat door de leiding van C-II-5-R.I. werd uit gegeven, wordt de beschuldiging aan het adres van de soldaten in Indië, welke be schuldiging werd onderschreven door de Synode van de Gereformeerde Kerken ond. art. 31 K.O., aan een nader onder zoek onderworpen. Hierin wordt geklaagd over onvoldoenden moreelen steun uit het vaderland, welke in hoofdzaak aanspra kelijk wordt geacht voor werkelijke maar spaarzame ongeregeldheden. Voor de rest zijn de beschuldigers uit het moederland volgens de schrijvers van de brochure hier aan het overdrijven, ginds aan het lasteren. Zoo schrijft Majoor Hofland, de veldprediker van ÏI-5-R.I.: „Houdt op met het generaliseeren, houdt op met U een oordeel te vormen over onze mannen in Indië, die zoo veel hebben losgelaten, om hier vaak in de moeilijkste omstandigheden te verkeeren, een oordeel, meestal ge baseerd op een ontevreden brief van den eensten den besten ontevreden militair uit Indië. Houdt op, met onze vrouwen en moeders te verontrusten! Verbaast U er liever over, dat de kerken in Batavia en Soerabaja uit puilen van onze militairen". Wanneer de majoor ons leger in Indië zelfs vergelijkt met de geallieerde troepen, valt de vergelijking verre ten gunste van de Nederlanders uit en hij doet dan ook een hartstochtelijk beroep op de publieke opinie in ons land, om geen afbrekende critiek, maar eerder opbouwend werk te leveren. Categorisch worden verder in het aan gehaalde vlugschrift allerlei geruchten ontzenuwd en den Nederlandschen aan klagers wordt aangeraden, voor zij hun critiek uiten, deze te toetsen aan de feiten. Dr. A. J. Verhage Benoemd tot voorzitter van het Bedrijfschap Sierteeltproducten Dr. A. J. Verhage te Heemstede is be noemd tot voorzitter van het Bedrijfschap voor Sierteeltproducten. De heer Verhage kon ons nog niet mededeelen of deze benoeming conse quenties met zich meebrengt wat zijn voorzitterschap van de Alg. vereeniging voor Bloembollencultuur aangaat. De regeering heeft beslist, dat in het nieuwe bestuur van het Bedrijfschap voor Sierteeltproducten het bloembollenbedrijf zal worden vertegenwoordigd door twee kweekers en twee kweekers-exporteurs. Moeilijk besluit Als je je afvraagt of je moeder nu zult vertellen over dat rare gevoel in je maag, of er liever maar tot na het eten mee zult wachten. De cacao-cultuur op Java bleef vrij ongerept Van de cacao-cultuur op Java zijn de plan tages nog intact na de Japansche bezetting, zoo meldt het „Economische Weekblad". Wel hebben in de bezettingsjaren verwaarloozing. ondeskundige bestrijding van de ziekten door ongeschoold personeel en gebrek aan arbeidskrachten tot een verminderde pro ductie geleid. De vooroorlogsche productie bedroeg 1500 tot 1700 ton per jaar, hetgeen slechts een fractie was van de wereldpro ductie. In 1942, 1943 en 1944 werd respectieve lijk 1033 823 en G40 ton geproduceerd. De oogstramingen der beide laatste jaren waren respectievelijk 1200 en 1070 ton. De toekomst der cacaocultuur laat zich gunstig aanzien. In de eerste plaats is de we- reld-cacaoproductie naar schatting twintig procent kleiner dan voor den oorlog, terwijl verder het cacaoverbruik na 1939 belangrijk is toegenomen. Er kan dan ook gezegd wor den, dat er een cacaotekort op de wereld markt bestaat. De Rijks-Gezondheids diensten De G.G.D. tc Haarlem zal gaan werken voor een groot district. Het ligt in de bedoeling een reorganisatie te doen plaats hebben van de Gezond heidsdiensten in ons land. Thans zijn er vrijwel in alle groote steden Gezondheids diensten, die vanwege de gemeenten wer den ingesteld. In enkele kleine steden zijn „eenmans" diensten. In de toekomst zal het rijk de Gezondheidsdiensten onder zijn bemoeiingen nemen. De diensten in de groote steden worden dan omgezet in rijksdiensten die voor geheele districten werken. De G.G.D. te Haarlem zal zijn zorgen dan uitstrekken over een groot district met Haarlem als centrum. De Nederlandsche Staat bespaarde 50 millioen Het college van algemeene commissarissen voor den wederopbouw, houdt een inten sieve contzóle op de door aannemers voor herstelwerken ingediende rekeningen. Hoe noodzakelijk deze werkzaamheden zijn, aldus schrijft men ons van bevoegde zijde, en welke bedragen hierdoor voor de schatkist worden bespaard, moge blijken uit het feit, dat in Deventer 30 procent op deze rekeningen is bespaard. Voor het geheele land kan dit voordeel vei lig op 20 procent worden geschat. Om een indruk te krijgen van de enorme som, welke alleen reeds aan door belastin gen op te brengen geiden door deze controle in de schatkist wordt gehouden, bedenke men, dat de kosten voor het herstel van door oorlogsschade getroffen panden, welke be neden f 3000 liggen, kan worden geraamd op f 250.000.000, zoodat het door de controle op deze herstellingen bespaarde bedrag op f 50.000.000 kan worden geschat. Huis ten Bosch bijna hersteld Gedurende vijf lange jaren hebben de Ha genaars in de onzekerheid verkeerd over het lot van het Huis ten Bosch; aangezien he; aan den rand van het door de bezetters af gesloten gebied lag, kon niemand er bij ko men en iets waarnemer, van de beschadigin gen, die het paleis in die jaren had opge- loopen. Toen de Duitschers in 1943 met hun zinne- looze afbraak begonnen en de zoo beruchte tankgracht werd aangelegd, moest ook het Huis ten Bosch zijn tol aan deze vernielzucht betalen. De tuinmuur werd, evenals de bij gebouwen geheel afgebroken. De prachtige brug met het smeedijzeren hek aan de zijde van het Haagsche Bosch viel aan de tank gracht ten offer, terwijl het boscii zelf her schapen werd in een troostelooze kale vlakte. Na September 1944, toen de strijd steeds naderbij kwam, schoten de Duitschers uit deze omgeving de beruchte V 2 af, betgeen aanvallen van geallieerde vliegers ten gevolge had. Zoo kreeg het Huis ten Bosch groote schade door granaat- en bomscherven, ter wijl ook boordwapenbeschleting de noodige vernielingen aanrichtte. Geen ruit bleef heel, de muren en daken vertoonen groote wonden en regen en wind hadden vrij spel door de open vensters. In het najaar van 1945 werd met het herstel begonnen. En thans, een jaar later, nadert het Huis ten Bosch zijn voltooiing en men kan zeggen, dat het paleis niets van zijn schoonheid heeft ingeboet. De iallooze kogel- en scherfgaten in den gevel zfjn op zoodanige wijze hersteld, dat men zeer nauwkeurig moet kijken om er iets van te kunnen waarnemen. De bekende ..Oranjezaal" en,, de Witte zaal" zijn in oude luister hersteld en thans legt men er de laat ste hand aan. Hef Bloemendaalsehe garnizoen Een gedeelte verplaatst. Behalve het oude PEN-gebouw en de wasscherij Bijvoet in de Korte Kleverlaan zijn door de militairen nog ontruimd ge worden de villa's Dennenoord, Beau Re- gard en Dalzicht, alle drie aan den Midden Duinendaalscheweg en Eikenhof aan den Rijperweg. Van de vertrokken troepen is één compagnie naar Haarlem gegaan, één compagnie naar Vlissingcn en twee naar Eelde. Binnenkort zal ook huize De Rijp aan den Bloemendaalscheweg ontruimd worden, waar de Prins Bernhardkapel haar domicilie heeft en in welker mooien tuin de kapel verschillende concerten heeft gegeven. Menigeen zal belangstellend uitzien naar de volgende bestemming van Huize De Rijp, het vroegere buiten van wijlen ir. A. Stoop. Op het terrein staan twee groote behuizingen en er is langs de Mol- laan een zeer groote tuin. Hongarije en Nederland. Volgens Radio Boedapest is Hongarije bereid de diplomatie ke betrekkingen met Nederland te hervatten. FEUILLETON Anne als Asschepoes 22) Maar als dat geen reden en geen uitge zochte gelegenheid is om die leugenach tige bedelprinses uit huis te jagen, dan weet ik het niet! Ze heeft ons in een woord schandelijk bedrogen. Als ik er aan denk, hoe Grundtvig mii op dat bal het hof maakte vóór Anne in dat idiote op zichtige ding daar kwam opdagen, loopt me de gal over. Zes maal heeft hij met me gedanst en iedereen heeft het gezien. Ik kreeg de mooiste kans van m'n leven, mama! En daar verschijnt me plotseling dat mirakel en troggelt hem van me af. Als ik dat alles dien avond geweten had, zou ze nog niet gelukkig zijn geweest Hoe heb je die jurk eigenlijk ont dekt? onderbrak mevrouw Staniecki den woordenstroom van haar woedende doch ter. Ik ben nu eenmaal van huis uit nieuwsgierig. Zooals je ziet, kan dat ook zijn goede zijde hebben. Hoor, daar ko men ze juist thuis. Ursel en de voorbeel-r dige Anne. Hoor je ze op de trap? Ik zal direct...* Vera kon niet meer vertellen, wat ze direct zou doen, want de deur werd ge opend en Anne, gevolgd door de oude dienstbode, trad de kamer binnen. Al het bloed week uit Anne's gezicht, toen zij haar moeder en zuster en de ver dachte baljapon zag. Vera echter stoof als een furie op haar af. Jij was in dat ding daar op het bal, jij huichelaarster! Je hebt ons allemaal stuk voor stuk bedrogen, gemeene be driegster, die je bent! Anne, zei mevrouw Staniecki hard, vertel me onmiddellijk hoe je aan die ja pon bent gekomen! Het meisje zweeg hardnekkig. Geef antwoord! Ik heb 't je immers wel gezegd, mama, krijschte Vera. Je kunt haar des noods een pak 6laag geven, maar zeggen doet ze 't toch niet. Als hier geslagen moet worden, ma dame Staniecki, mengde zich nu de oude gedienstige in het dispuut, dan kunt u het op mijn rug uitmaken. Ik heb juffrouw Anne die jurk gegeven en haar overge haald naar dat tuinfeest te gaan. Waarom? Wel, dat is heel eenvoudig, madame omdat het kind jarig was en ik haar een pleizier wilde doen. En behalve dat, was er nog een reden. Daar zijn we geweldig benieuwd naar, hoonde Vera. Mogen we vragen, welke die reden was, of is dat soms een geheim? Een geheim is het allerminst, ant woordde Ursel met ingehouden pret. Ik wou alleen u maar eqps flink ergeren, juffrouw Vera. Het was me er maar om te doen u eens te later, zien, hoe een knap meisje er werkelijk uitziet, nadat u zich jarenlang hebt verbeeld er een te zijn! In blinde woede vloog Vera op de, niet op haar mondje gevallen gedienstige toe, maar deze weerde het meisje eenvoudig met haar ellebogen af, waarop Vera in een gekrijsch uitbarstte. Mama, dat laat je je toch zeker niet welgevallen in je eigen huis?! Van een krankzinnig geworden dienstmeid en haar leugenachtige handlangster?Wie weet, waar ze die jurk vandaan heeft! Bah, wat een gespuis! Ursel, je bent op staanden voet ont slagen, zei mevrouw Staniecki kort. Als Ursel weggaat, ga ik ook! Het was het eerste, wat Anne over haar lippen bracht. Ja, ja, ja, er uit jullie, allebei! schreeuwde Vera, buiten zichzelf van woede. Mevrouw Staniecki maakte een eind aan de scène door haar lievelingsdochter bij den arm te pakken en haar met zich mee le trekken. Nu en dan kon zij wer kelijk energiek optreden en in zulke ge vallen bleef Vera niets anders over dan zich te onderwerpen. Jij gaat naar je kamer en houd je stil, Vera! Ursel wendde zich gelaten tot Anne. Nu is het dan zoover, juffrouw Anne. De bom is gebarsten. Wie weet hoe die twee die jurk gevonden hebben. Nou, ge lukkig komt het voor ons niet onverwacht en hebben we samen alles besproken. Gaat u nu maar direct uw koffer pakken. Als u zich een beetje haast, halen we den trein van zeven uur nog. Ik behoef mijn grooten koffer alleen nog maar te sluiten en mijn reismanden te pakken. Bij deze bezigheid trof mevrouw Sta niecki haar ontslagen dienstbode Ik sta in een woord perplex, begon ze. Ik niet, madame, antwoordde Ursel kalm. Met mij behoeft u geen comedie te spelen. U hebt dat theater alleen maar opgezet om juffrouw Anne voor uw hu welijk kwijt te raken. En u zult haar kwijt zijn. Wij gaan met ons beiden. We heb ben al wekenlang op die poppenkast ge wacht. Nu hebt ge den knuppel eindelijk in het hoenderhok gegooid en dat verrast ons heelemaal niet. Geeft u mij m'n loon maar u bent nog drie maanden ten achter en dan kunt u rustig den consul trouwen, of wien u maar wilt. Houd je brutale opmerkingen voor je, j*j jij onbetrouwbaar schepsel. Windt u zich maar niet op. madame Staniecks. Mij kunt u toch niet beleedi- gen. En wat die onbetrouwbaarheid be treft, dat woord zou ik maar liever niet in den mond nemen. Anders zou ik nog wel eens een paar lastige vragen kunnen stellen. Bijvoorbeeld, waar die erfenis ge bleven is. die meneer ifalke zijn dochter heeft nagelaten? Het zou eigenlijk niet meer dan billijk zijn, dat u net kind be taalde voor de Asschepoesterdienstcn, die ze hier verricht heeft. En behalve dat, heb ik nog wel een paar dingen op m'n hart, madame Staniecki.(Wordt vervolgd.J

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1946 | | pagina 7