IJmuider Courant De Groote Luchtslag Rijksuitgaven voor 1947 ruim Vl4 milliard lager geraamd De helden van Arnhem herdacht Ernstig Russisch-Amerikaansch incident Clc Jaargang No. 18434 Bureaux; Kennemerlaan 154, IJmuiden - Telefoon 5437 Te Haarlem- Gr Houtstr. 93 Telefoon 10724 Kennemer Editie van Haarlems Dagblad Directeur-HoofdredacteurRobert Pecreboom Woensdag 18 Sopt. 1946 Uitgave van de Stichting Voorlichting te Haarlem. Abonnementen: p. week 31 ct. per kwartaal f 4. IN Engeland herdenkt men den grooten luchtslag the Battle of Britain heet die daar die in September 1940 werd uitgevochten en het eerste en beslissende keerpunt in den strijd tegen Duitschland bracht. Want toen streden de Engelschen alleen, zonder bondgenooten die het eeni- gen bijstand konden verleenen. Zij hadden een zwakke luchtvloot tegen een Duitsche overmacht: hun productie van nieuwe toestellen was gering en alles moest erop gezet worden om het luchtoffensief van den vijand, dat als inleiding van een inva sie in Groot-Brittannië bedoeld was, te breken. Dit gelukte op 17 September, van daag zes jaar geleden, toen 185 Duitsche toestellen werden neergeschoten en de Engelschen er maar een dertigtal verloren. De Duitschers deinsden af. Het heeft weinig gescheeld. Zoo weinig, dat men verbaasd staat, als men de nu ge publiceerde mededeelingen van de Engel- sche luchtmacht, de Royal Air Force, leest, dat van een zoo klein aantal menschen en zoo weinig materiaal de beslissing heeft afgehangen. Het rapport van Chief Air- Marshal Lord Dowding bewijst, dat de luchtmacht de uitputting zeer nabij was. Toen de oorlog begon produceerde Groot- Brittannië niet meer dan twee Hurricanes en twee Spitfires per dag. De luchtvloot was zoo bescheiden van omvang, dat men niet zonder zorg en beklemming de Franschen te hulp kwam. Die hulp bleek zeer kostbaar. Tusschen 8 en 18 Mei had den de Engelschen 250 Hurricanes ver loren in den strijd. Niettemin hielden zij zoo weinig achter, dat na den terug tocht van het Britsche leger via Duinker ken er maar drie eskaders waren, die niet in gevechten boven het vasteland betrok ken waren gewëest. Op deze periode van zware Britsche ver liezen volgden de hevige Duitsche lucht aanvallen op Engeland. In lagen boven elkaar snorden de massa's bommenwer pers en jagers over de Noordzee en stort ten hun verderf over het land uit. Piloten en gronddienst van de R.A.F. hadden te weinig rust gehad; de dienst was feitelijk overwerkt. Een groote winst verklaart Lord Dowding was in die dagen het optreden van Lord Beaverbrook, wiens krachtige leiding van de productie van jagers „een magische uitwerking" had, In^ tusschen haperde het nog bij de opleiding van nieuwe piLoten; er kwamen er niet genoeg om de opengevallen plaatsen in te nemen, door den strijd veroorzaakt en de verliezen waren vooral zwaar onder de nieuwe, onervaren bemanningen. Groote schade werd intusschen ook aan de vlieg velden toegebracht. ,,Wij moesten onze perikelen voor den vijand verborgen hou den, die natuurlijk door niets meer aange moedigd zou zijn dan door eenig teeken van verzwakten weerstand. Dus besloten wij een houding aan te nemen alsof ons niets ontbrak, hetgeen meebracht dat wij op allerlei listige wijzen te werk moesten gaan met onze sterk verminderde strijd krachten. Wij hebben evenveel te danken gehad aan scherpzinnig overleg voor en tijdens den luchtslag als aan jeugdigen durf en koelbloedigheid". De Manchester Guardian heeft op het rapport van Lord Dowding deze commen taar gegeven: „De Battle of Britain was de slag, dien wij wonnen toen wij in de minderheid waren en alleen stonden. De naties die het meest op ons afgeven ter vredesconferentie moesten eens erken nen. dat zonder onze overwinning in die dagen zij nu misschien volstrekt geen vredesconferentie zouden kunnen houden." Dit is, al zal het Engelsche blad zelf moeten toegeven, dat men op grond van een inder tijd behaalde overwinning bij het verder verloop van zaken niet vrij van critiek kan blijven, een begrijpelijke uiting. In Engeland moet men wel eens bitter wor den als men. zich herinnerend hoe men alleen voor gestaan heeft" en de laatste hoop op den Engelschen weerstand geves tigd was, nu de scherpste critiek en vele verdachtmakingen te hooren krijgt. Indirect houdt het rapport een blaam voor de Duitsche militaire leiding in. De Duitschers hebben zich kennelijk laten bedotten door de schijnvertooning van on verminderde weerstandskracht, opgezet door een bijna uitgeputten tegenstander. Ondanks hun enorme oorlogstoerustingen, hun militairistischen geest en hun zucht tot verovering, ondanks hun organisatie die zij zelf altijd zoo verheerlijkt hebben, maar waarin de vele gebreken en tekort komingen ditmaal wel heel duidelijk ge bleken zijn hebben de Duitschers het afgelegd. Evenals in den eersten wereld oorlog, toen zij ook met een meerderheid en groote successen in den aanvang be gonnen, hebben zij het in den tweeden ver loren van een slecht-voorbereide tegen partij, die misschien over minder methode maar zeker over meer intelligentie en verbeeldingskracht beschikte. Dit is een overweging, waartoe de herin nering aan den grooten luchtslag boven Engeland bijzondere aanleiding geeft. Het Duitsche plan voor de invasie van Groot- Brittannië is mislukt. Gode zij dank. door onvoldoende inzicht, onvoldoende rekening houden met alle mogelijkheden en onvol doende begrip omtrent den tegenstander. Want van zijn geestesgesteldheid en vol harding heeft de Duitsche leiding blijkbaar niets begrepen. Wie faalt in menschen- kennis is geen goed. maar integendeel een slecht organisator. R. P. Begrootingstekort van 1967 millioen Der gewoonte getrouw heeft, de minister van Financiën de aanbieding; van de rijks- L'egrooting 1947 in de Tweede Kamer vergezeld doen gaan van oen overzicht der financiën, de Mjllioeneimota. In deze nota wordt verklaard, dat de op 28 Mei 1946 door den minister van Financiën in een vergadering van de Eerste Kamer uitge sproken verwachting inzake een vermindering der rijksuitgaven voor het dienst jaar 1947 met 1 1/4 milliard wordt overtroffen. ïn de thans ter beoordeeling voorgelegde cijfers wordt het totaal der uitgaven voor 1947 geraamd op 4.250.093.693tegenover 5.5S2.877.223in 1946. Ten aanzien van het laatste cijfer is rekening gehouden met een op 7 Augus tus 1946 aangeboeden nota van wijzigingen op de marine'oegrooting en met de nota's van wijzigingen der overige hoofdstukken, welke eerstdaags de Tweede Kamer zul len bereiken. De nota bevat een beschouwing over de dienstjaren 1940 tot en met 1945. Daaruit blijkt, dat de begrootingstekorten over de jaren 1940 tot en met 1945 (Nederland en Londen tezamen) in totaal het enorme bedrag van f 12.6 milliard beloopen. Voorts wordt in de nota een beschou wing gegeven over de ontwerp-begrooting voor 1946, waarin naast de reeds eerder genoemde wijzigingen van de marinebe- grooting, waardoor het budgetaire beeld in ongunstigen zin werd beïnvloed, nog andere wijzigingen worden voorgesteld. De hoofdschotel der nota wordt ge vormd door opmerkingen en beschouwin gen over de ontwerp-begrooting voor 1947 en door een uitvoeringe beschouwing hiervan, geplaatst ih het kader van het door het Centrale Planbureau ontworpen nationale budget, Dit budget is eensdeels gebaseerd op een prognose van de waar schijnlijke ontwikkeling van den alge- meenen economischen toestand in 1947, terwijl voor een ander deel daarin taken zijn gesteld, welker verwezenlijking voor de toekomst van ons land van essentieel belang wordt geacht. Het batig saldo op den gewonen dienst voor 1947 wordt geraamd op 90.783.527 gulden, welk bedrag bestemd is als bij drage aan den buitengewonen dienst. Deze sluit uiteindelijk met een nadeelig saldo van 1.651.117.009 gulden. Voegt men hierby het nadeelige saldo van hel Landbouw- crïsisfonds dan komt men tot een totaal begrootingstekort van' f 1.967.399^92. Hef woord is aan. J. L. C. Wortman. Men kan alleen dan voor zijn medemensch een leids man zijn, wanneer men zelf over innerlijke waarden en niet over schijn-waarden beschikt. De „Weltevreden" in Rotterdam Hedenmorgen is te Rotterdam aangeko men het m.s. „Weltevreden" van de Rot- terdamsche Lloyd met 775 repatrieerenden uit Java aan boord. Men verwacht, dat alle passagiers, onder wie zich heel weinig zieken bevinden, vandaag nog de plaats hunner bestemming zullen bereiken. Duizenden zijn gisteren getuige geweest van drie plechtigheden in Arnhem en Oosterbeek, ter herdenking van den zwa- ren strijd, dien de mannen van de Britsche „first airborne division" daar in 1944 heb ben geleverd. Onder de aanwezigen waren vele bede vaartgangers uit Engeland. De herdenking begon vroeg in den och- tend onder een triesten regen met gods dienstoefeningen in de openlucht te Oos terbeek. Een mis door pastoor Bruggeman van Oosterbeek, geassisteerd door pastoor Hagen van Doorvverth als diaken en „fa ther" Dijker, den Hollandschen priester, die in de Septemberdagen van 1944 gees telijken bijstand heeft verleend aan de strijders der Engelsche troepen. Ook in den Roomsch-Kahlolieken dienst die volgde, werden deze signalen gegeven. Indrukwekkend was het naar voren ko men van de Oosterbeeksche schoolkinderen en anderen, die een graf van een soldaat geadopteerd hebben en die in stilte op ieder der 1800 graven bloemen legden. Tal van autoriteiten woonden de plechtigheid bij. Generaal Urquharl was de eerste, die een krans legde op het midden van het kerkhof, aan den' voet van de hooge vlag- gemast met de Union Jack. Monument onthuld. Hierna begaf de menigte van gènoodig- den zich naar het Airborne-monument, dat verrezen is tegenover Hotel Hartenstein, eens de plaats, waar het hoofdkwartier van de Airborne troepen gevestigd was. Het monument is een zuil uit baksteen op getrokken. waarop onderaan in relief eenige vliegtuigen en aan parachuten han gende soldaten zijn aangebracht en tevens op symbolische wijze tot uitdrukking is gekomen de daadwerkelijke hulp van de burgers van Oosterbeek aan de strijdende soldaten. Het is vervaardigd door den beeldhouwer Jan Maris, een kleinzoon van den grooten landschapschilder Jacob Ma- ris. De kosten van dit monument werden bestreden uit een fonds, mede bijeen ge bracht door de bevolking van de gemeente Renkum. Om klokslag twaalf uur arriveerde H.M, de Koningin per auto bij het monument. Onder groote stilte betrad de vorstin het podium, dat bij het monument was opge trokken. De voorzitter van het Oosterbeek sche Airborne-comité, de heer S. Maas. hield hierna een toespraak, waarin hij den strijd in Arnhem herdacht en vervolgens het monument wijdde aan generaal Ur quhart en de zorg ervoor toevertrouwde aan den burgemeester van Renkum. H. M. de Koningin legde onder doodsche stilte een krans bij het monument. Vervolgens trad generaal Urquhart naar voren, die verklaarde door al deze teeke nen van onderlinge vriendschap zeer ge roerd te zijn. Hij uitte zijn bewondering voor het monument en dankte H. M. de Koningin voor de groote eer, welke Zij door Haar aanwezigheid aan de Airbornes bewees. Bij de Rijnbrug. De derde plechtigheid werd bij de Arn- hemsche Rijnbrug gehouden op de ruïnes van de Van Limburg Stirumschool, waar zoo vele Aivborners het leven lieten. Ook hier was H. M. de Koningin aanwezig. Hier sprak jhr. Quarles van Ufford. Commissaris der Koningin in de provincie Gelderland. Burgemeester J. J. Matser. burgemees ter van Arnhem, bracht in zijn rede dank aan H. M. de Koningin en generaal Ur quhart voor hun komst. Na hem sprak generaal R. E. Urquhart. Hierna begaven allen zich. onder het spelen der volksliederen te voet naar het monument, dat bij de splitsing van de wegen naar den oprit van de Rijnbrug staat, temidden van dat gedeelte van Arn hem dat wel buitengewoon geleden heeft door de gevechtshandelingen van 1944. Nog steeds bestaat het monument uit een ge deelte van een pilaar van het totaal ver woeste paleis van Justitie. Voor dit zeer eenvoudige monument legde H. M. de Koningin als eerste een zeer grooten krans. „Theirs is the glory". Des avonds werd in het Arnhemsehe Luxor Theater de wereldpremière gegeven van de film „Theirs is the glory", voor de deelnemers aan de „Arnhem pilgrimage", hun Arnhemscihe vrienden en andere ge- noodigden. Na een film van het Canadee- sche leger over de gevechten in Nederland en de bevrijding, zong „Jetje" van Radio Oranje eenige toepasselijke liedjes en toen 1944 weer voorbij trekken: De voorbereï- zag' men de gebeurtenissen van September 1944 weer voorbij trékken. De herdenking van den slag om Arnhem heeft zoowel in Engeland als op het slagveld met grootsche plechtig heden plaats gehad. H.M. de Koningin legde een krans bij het monument der gevallenen te Oosterbeek tijdens de al daar gehouden herdenkingsplechtigheid. (hierboven). In Salisbury (Eng.) had een groote mi litaire parade plaats, waarbij gedefi leerd werd voor de oudstrijders van Arnhem. Overlevenden van den bloedi- gen slag (hieronder) slaan het défilé, gade. Bloedvergieten te nauwernood voorkomen Naar gisteren te Berlijn door hoogge plaatste autoriteiten van de Amcrikaan- sclie Intelligence Service is meegedeeld, hebben vijf soldaten van liet Russische leger, gewapend met stenguns en on der leiding van iemand, die bij de Sovjet-Russische bezettingsautoriteiten in dienst is, Zaterdagavond een aanval gedaan op den Amerikaanschen militai ren politiepost bij Tempelhof (Berlijn). ,31oedvergieten w^erd ternauwernood voorkomen". Kapitein Feldman, die met dè leiding van dezen post belast was. stelde 7 Amerikaansche soldaten insgelijks met een stengun in een kring om de Russen op, toen deze op het punt stonden het vuur te openen. Vervolgens liet hij het gebouw afzetten door een afdeeling lichte pantserwagens, een peloton mï- traillisten en gewapende militaire po- litïe. Het incident begon, toen de Russen onder luitenant Morosoü, uitlevering vroegen van „twee verraders van de Sovjets", naar het heette een man van Poolsche afkomst en zijn vrouw, een Oekrainsche, die ter ondervraging naar den politiepost waren gebracht. Toen hem gezegd werd, dat het verzoek langs de gebruikelijke officieele kanalen go— leid moest worden, gaf Morosof zijn manschappen bevel, den man en de vrouw met geweld te verwijderen. Na dat het Amerikaansche vliegende es kader uitgerukt was en Morosof een te lefoontje had gekregen van het hoofd kwartier. koos hij een rustiger weg. De kwestie is volgens bovengenoemde woordvoerders sinds dien in normale banen geleid. De Sovjet-Russische pro voost-generaal te Berlijn heeft aan de Amerikaansche autoriteiten excuus aangeboden en de vrouw is aan de Sovjet-poiitie uitgeleverd. De Ameri kanen hebben echter geweigerd dei» man uit te leveren, daar er. naar hun meening. een „aanzienlijke twijfel" be staat aangaande ziin nationaliteit.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1946 | | pagina 1