Drie kilometer spoorwegtunnel brengt
enorme veranderingen teweeg
Agenda voor
Velsen
Havenberichten
V.J. C. stuurt boeken naar
de noodgebiede
TAXI NODIG?
Autorijschool 5000
Ondergrondsetussen Beeckensteijn en Beverwijk
Velsen krijgt er twee stations bij en
dat van Beverwijk maakt een draai
Steilere tunnel zou
treinen kunnen
doen breken
DONDERDAG 12 MAART 1953
8
BEL 5000
Benoeming van
leerkrachten
V.S.V. naar Nijmegen
En haalt wellicht kinderen uit Stellendam
Burgerlijke stand Velsen
Stalin-herdenking van de
Velsense CPN
Het nieuwe
puntenraadsel
Voor jonge hersens
ft
De gevolgen van de totstandkoming ener vaste oeververbinding onder het
Noordzeekanaal, zullen zich niet bepalen tot de tractie langs de weg.
Als in een nabije toekomst de treinen ter hoogte van het buiten „Beecken-
steyn" onder de grond verdwijnen, om pas vlak voor het dan vernieuwde
en verplaatste Beverwijkse stationsemplacement weer op te duiken, is
een probleem opgelost, dat nu nog elke dag verstrekkende economische
consequenties met zich brengt. Drie nieuwe stations zullen tegen die tijd
zijn verrezen en een volkomen nieuw stuk spoorb-an wordt door de
polders getrokken, om 3200 meter lang en op het diepste punt tot 23
meter beneden NAP onder te duiken in een tunnel, waarvan de eerste
„moot" in April gereed komt ten Zuiden van het Noordzeekanaal.
Tweeëndertighonderd meter is een aan
zienlijk stuk veel langer dan de auto
tunnel, zodat de beide tunnels alleen maar
„samengaan" op het stuk, waar ze samen
móeten gaan en zelfs onder het kanaal is
er nog een zekere ruimte tussen de beide
tunnels.
De autotunnel kan nu eenmaal veel
sneller stijgen, zodra de bodem van
het Noordzeekanaal gepasseerd is, omdat
een locomotief minder steil klimmen kan
dan een auto en bovendien de kans op
„breken" van een trein bij een veel ster
kere helling dan 1:60 de helling, die de
Velser spoorwegtunnel krijgt te groot
wordt, dan dat ze zelfs maar in de verte
geriskeerd mag worden.
Goederentreinen tot 600 ton
Daarom zullen er dan ook straks geen
zware goederentreinen door de spoorweg
tunnel gaan. Zware goederentreinen zijn
voor de N.S.-begrippen treinen van 1500
ton, volledige kolentreinen bijvoorbeeld
voor de Hoogovens. Deze passeren nu ook
al niet de Velserbrug, omdat de weg via
het rangeerterrein Watergraafsmeer, Am
sterdam Centraal en de Hembrug uit spoor-
technisch oogpunt bekeken beter voldoet.
De toelaatbare grens voor de goederentrei
nen, die in de toekomst de tunnel in Vel
sen zullen gebruiken, ligt bij de 600 ton.
Zulks vanwege die helling.
Mocht er dus op den duur nog eens een
tunnel bij de Hembrug komen, dan ligt bij
N.S. nu al de eis voor, de helling daar
1:100 te maken, anders zouden er geen
zware goederentreinen naar Noordhollands
Noorderkwartier kunnen komen....
Twee nieuwe stations in Velsen
Als we het toekomstige beloop van
spoor- en verkeerswegen aan de Zuidkant
van het kanaal nader bekijken, dan valt
allereerst het degraderen van de spoorlijn
naar VelsenIJmuiden-Oost op, die een
groot deel van haar belangrijkheid ont
leent aan de doorgaande verbinding over
de Velserbrug, maar die in de toekomst
slechts een pendeldienst op IJmuiden-
West hoeft te dragen. Vóór de huidige
halte Driehuis Westerveld zwaait straks
immers de interlocale spoorlijn al af naar
het Oosten om met een „vrije kruising" de
rijksweg 9 te passeren ter hoogte van
„Beeckensteijn". En een „vrije kruising" be
tekent in dit geval, dat de spoorbaan onder
de Rijksweg door komt te liggen, zodat
hier de weg ondergraven moet worden
voor de trein. Daarna lopen de beide
wegen de spoorweg en de autoweg naar
de tunnel op elkaar toe om elkaar ver
derop te ontmoeten en naast elkaar onder
de grond te verdwijnen, al verdwijnt de
spoorweg zoals gezegd eerder dan de
stra.a.tw6g.
Bij die aftakking naar het Oosten moet
een nieuw station gebouwd worden: sta
tion Duin en Kruidberg, dat geprojecteerd
is op 1.1 kilometer bezuiden de huidige
halte Westerveld. De Kruidbergerweg zal
er recht op aanlopen.
Het wordt een station met 2 perrons, dat
overstapgelegenheid zal bieden op de ver
binding met IJmuiden en dus de taak van
Velsen-IJmuiden-Oost gaat overnemen. In
de bocht naar het Oosten komt dan boven
dien in het verlengde van de Vondellaan
en ter hoogte van de Hagelingerweg een
stationnetje eigenlijk een halte, dat de
naam „Driehuis-Oost" gaat dragen, 1.2 ki
lometer van het station Duin en Kruid
berg af.
Een kleine tunnel zal hier de reizigers
naar het eilandperron tussen de beide
spoorbanen leiden en waarschijnlijk zal
advertentie
advertentie
Gediplomeerd Instructeur
KENNEMERLAAN 136 UMP1PEN
DONDERDAG 12 MAART
De Velser Gemeenschap: Oprichtingsver
gadering, 20 uur, gem. vergaderzaal,
Abeelenstraat, IJmuiden-Oost.
Thalia, 20 uur: „Muziek voor millioenen".
Rex, 20 uur: „Verboden verhouding".
Ned. Vereniging tot bescherming van die
ren, 20 uur: Causerie, Hervormd Jeugd-
gebouw, IJmuiden-Oost.
Ned. Bond van Gemeente-ambtenaren,
filmavond, 20 uur, Herv. Jeugdgebouw
IJmuiden-Oost.
VRIJDAG 13 MAART
Nutsbibliotheek: Uitlening van 19.30 uur
tot 21.30 uur, Heidestraat.
Thalia, 20 uur: „The greatest show on
earth"»
Rex, 20 -uur: Nieuw programma.
deze halte een deel van de taak van de
huidige halte DriehuisWesterveld over
nemen, omdat bezoekers van het cremato
rium en de begraafplaats anders voor het
kleine stukje tussen station Duin en
Kruidberg en halte Westerveld op eerst
genoemd station zouden moeten overstap
pen, terwijl ze nu een directe verbinding
houden.
Bovendien wordt met deze halte de toe
nemende bevolking van Santpoort bediend.
Men rekent niet alleen op een passagiers
tunnel, maar ook op een vrije kruising met
de Vondellaan en wat deze term wil zeg
gen, is al gebleken bij de kruising met
Rijksweg 9.
Halte Hoogovens vervalt
De lijn op IJmuiden krijgt dus een zui
ver locaal karakter en daaruit vloeit voort,
dat ook aan de Noordzijde van het kanaal
het tracé VelserbrugBeverwijk aan be
langrijkheid inboet.
Behalve het raccordement voor de Pa
pierfabriek en de Hoogovens kan deze
baan dan ook waarschijnlijk vervallen,
waarmee de Halte Hoogovens eveneens
ten dode opgeschreven zal zijn. Het pro
bleem van het vervoer van de Hoogoven-
arbeiders zit daar echter tussen en dit détail
van het grote plan wordt dan ook nog be
keken.
De aansluiting van de Noordelijke
spoorwegverbinding op de tunnel is een
probleem op zichzelf, omdat hier de ver
plaatsing van het Beverwijkse station in
het geding komt. Inmiddels is daar ook een
definitieve oplossing voor gevonden.
Het nieuw te bouwen Beverwijkse sta
tion zal verder naar het Zuidoosten wor
den gebouwd dan de huidige opstallen, die
voor een station pogen door te gaan, met
dien verstande, dat het emplacement een
draai maakt en zich tegen de eveneens
Zuid-Oostwaarts afwendende spoorbaan
aanvlijt.
Beverwijks stationsplein groter
Daardoor wordt het stationsplein in Be
verwijk groter, de huidige los- en laad
ruimte verdwijnt verder de polder in en
er is voorts een nieuwe aansluiting gepro
jecteerd op de N.V. Breedband, die om
„Scheybeeck" heen geleid zal moeten wor
den, waarbij de overweg in de Velserweg
eeen moeilijk probleem gaat worden.
Bovendien is er gedacht aan een in
dustriespoorlijn, die aftakt van het
Beverwijkse emplacement en dan over
de tunnel heen naar het Oosten ge
leid wordt, waar mettertijd aan de
Wijkervaart een nieuw industrieter
rein gaat ontstaan ten Oosten van het
huidige. Dit is natuurlijk allemaal
verder verwijderde toekomstmuziek
dan de vaststaande plannen ten op
zichte van het Beverwijkse station.
Overigens heeft dat nieuwe Beverwijkse
station zo zijn eigenaardigheden, omdat
het komt te liggen op een punt, waar de
treinen nog maar nèt boven de grond zijn
gekomen en de helling dus stoppen van
een treinstel onmogelijk maakt. Om deze
moeilijkheid op te lossen, is er een „wacht-
spoor" ontworpen, dat het mogelijk maakt
op de spitsuren meer dan één trein op het
station „in te nemen" zoals dat heet, waar
bij een van de beide treinen via een ge
compliceerd wisselsysteem naar een vrij
spoor wordt geleid.
Verder zal een „kopspoor" in verbinding
staan met de industrielijn naar Hoogovens,
maar het zou te ver voeren deze détails,
die het Beverwijkse emplacement gaan
sieren, stuk voor stuk te bespreken.
De tunnel zelf
In totaal wordt de spoorwegtunnel dus
3200 meter lang, waarbij zijn inbegrepen
twee open tunnelbakken van 600 meter elk,
zodat de treinen 2000 meter ondergronds
komen te rijden. Het laagste punt van de
rails of zoals dat in vaktaal heet de
„bovenkant spoorstaaf" -komt op 23
meter onder N.A.P. te liggen, waaruit
volgt, dat de treinen over die 3.2 kilometer
een hoogteverschil van 26 meter moeten
overwinnen.
De dubbelsporige tunnelkoker wordt
zeer eenvoudig gehouden. Ventilatie zal
hoogstwaarschijnlijk niet nodig zijn, omdat
de stoomtractie toch verdwijnt en er
slechts zelden een diesel door de tunnel
zal komen. Niettemin is er gerekend op 2
ventilatiekokers, die zich op de oevers van
het kanaal zullen verheffen naar de wel
dringend nodige ventilatiekokers van
de autotunnel, alle vier uitgerust met een
lift en trappen. Mocht er geventileerd moe
ten worden, dan kan dat dus alsnog.
De spoorwegtunnel wordt aan weers
kanten aan de binnenzijde begrensd door
diensttrottoirs met leuningen, die rusten
op een zandbed voor de kabels en een zeer
sobere illuminatie zorgt voor een zodanige
verlichting, dat het personeel zich te voet
door de tunnel kan begeven.
Water wegwerken
Moeilijker was het probleem van het
binnenlopend water: de beide „tunnelbak
ken" van 600 meter lengte zullen uit de
aard der zaak flinke hoeveelheden regen
water opvangen. Om dat uit de tunnel te
houden is op het punt, waar hij „overdekt"
wordt, een drempelriool ontworpen, dat het
overtollige water afvoert. Samen met de
autotunnel beschikt men voorts op het
diepste punt over een pompkelder, waarin
een volautomatische pompinstallatie het
condenswater en ander ongewenst vocht
uit de tunnel zal houden.
Een groots werk ligt in beginsel in de
XXDOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCOCOO
In aansluiting op ons artikel in de editie
van Zaterdag j.l. over de bouw van de
autotunnel te Velsen zijn wij thans,
dank zij de medewerking van de Dienst i
Weg en Werken der Nederlandse Spoor-
tvegen te Utrecht in staat een exposé te
geven over de bouw van de spoorweg
tunnel, die samen met de autotunnel in i
één bouwput wordt gelegd. Bovendien
zijn de plannen voor het spoorwegtracé
aan weerskanten van het Noordzeeka
naal thans zo goed als gereed, zodat ook
hierover vele belangwekkende détails
aan de openbaarheid kunnen worden
prijsgegeven.
In het massale gebouw, dat het stempel
van het cijfer ,,21" met zich draagt
het Hoofdkantoor van de N.S. werd in
1921 voltooid van 21 millioen stenen en
het kostte f 21.000.000 heeft ir. G. N.
Leertouwen van „Weg en Werkenons i
een aantal gegevens verstrekt, die de
basis vormen van bijgaand artikel. Sa
men met Rijkswaterstaat kan het reu
zenwerk in Velsen op 1 Januari 1959
gereed zijn, indien althans de geldelijke
voorzieningen regelmatig blijven toe
vloeien en andere omstandigheden gun
stig blijven voor dit millioenen- project.
cooooooocoooocococoooooooooocoooooooooooocoocooooccoooooc
Zuiden toegewerkt met als aanloop de
reeds eerder beschreven ronde bouwkuip
aan de rand van het kanaal, en spoedig zal
het tunneltracé zich gaan aftekenen; over
ruim vijf jaar kan een machtig werkstuk
voltooid zijn, dat Noordholland helpt ont
sluiten, de scheepvaart de ruimte geeft en
vele economische verliezen kan voor
komen.
Ter voorziening in de vacatures van een
onderwijzeres en een onderwijzer aan de
openbare school voor gewoon lager onder
wijs aan de Gra'namstraat te IJmuiden
bieden B. en W. van Velsen de gemeente
raad de volgende voordrachten aan: A. 1
mej. A. Mantje te IJmuiden en B. I F. B.
van Driesten te Haarlem.
Met de inspecteur van het lager onder
wijs in de inspectie Zaandam zijn B. en
W. van mening, dat het in dit geval, nu
beide leerkrachten reeds in tijdelijke
dienst aan de school zijn verbonden, aan
beveling verdient, voor elk der te ver
vullen plaatsen te volstaan met een voor
dracht van één persoon.
VSV 1 gaat met hetzelfde elftal van Zon
dag naar Nijmegen om in het „Goffert Sta
dion" NEC 1 te bekampen.
De opstelling is als volgt:
J. v. d. Wint
C. Schoon, C. Kunst
J. Tielrooij, W. Hazeveld, J. J. Stijger
H .de Bie, H. Verswijveren, B. Bouwens,
P. v. der Kuil, S. de Graaf
Reserves: H. Brederveld, M. den Dunnen
en J. Bouwens.
VSV 2—DOS 3 speelt 12 uur in Driehuis;
VSV 3de Meteoor 2, eveneens op die tijd
in Driehuis; Beverwijk 3VSV 4 wordt om
12 uur in Beverwijk gespeeld en VSV 5
DCO 2 en VSV 6Kennemers 5 ontmoeten
elkaar om kwart voor tien in Driehuis.
Woensdag 11 Maart kwamen de haven van
IJmuiden binnen: Themsleigh van Swansea.
Yombe van Tunis. Aludra van Rotterdam.
Avala van Rotterdam. Dido van Oporto.
Noord Holland van Hamburg. Frem van
Halmstad. Deo Favente van La Palice. Sun-
naas van Londen.
Vertrokken zijn: Ellinos naar Rotterdam.
Malevick naar Malmö. Prinsegracht naar
Koge. Keystone Hariner naar Bremerhaven.
Volokolamsk naar Antwerpen. Grebbestroom
naar Londen. Friedtjof Nansen naar Narvik.
Strijpe naar Hamburg.
Het kwam de Velsense Jeugdcentrale,
zoals reeds eerder gemeld is, ter ore dat
twee uitleenbibliolheken annex boekhan
del in Vlissingen grote verliezen hadden
geleden als gevolg van de Waterschade.
Onmiddellijk is men in Velsen aan het
werk gegaan en het resultaat is nu al een
stapel van 240 boeken, die bij het secre
tariaat voor verzending worden gereed ge
maakt. Het zijn niet zo maar „boeken uit
de oude doos", die toevalligerwijze tijdens
de schoonmaak uit een zolderhoek te
voorschijn kwamen. Het overgrote deel
bestaat uit bijkans nieuwe exemplaren en
er zijn, behalve een volledige uitgave van
Dickens' oeuvre, werken van Rie van Ros-
suim, Renes-Boldin.gh, Eekhout, Samuel
Goudsmit en Constantinus nog vele mo
derne romans. De papierfabriek heeft 500
vel kaftpapier hierbij cadeau gedaan, zo
dat de Vlissingers meteen aan de slag kun
nen.
„Stellendammers" met vacantie
Behalve de vacantie-uitwisseling van
Velsense met Amersfoortse jeugd, waar
over reeds enige weken geleden in dit blad
werd geschreven, bestaan er bij de V.J.C.
plannen om kinderen uit het getroffen dorp
Stellendam in deze zomer zo mogelijk één
week in Velsen te gast te vragen.
De secretaris van de Centrale zal hier
over in onderhandeling treden met de bur
gemeester van Stellendam J. baron van
Knobelsdorff, om samen de mogelijkheden
onder de Ogen te zien.
Voor dit plan echter definitief kan wor
den aanvaard en uitgevoerd, is het nodig
dat in groot verband contact wordt opge
nomen met de landelijke instelling van
de N(ederlandse) J(eugd) G(emeen-
schap), ten einde te voorkomen, dat plan
nen van andere plaatselijke instellingen in
Nederland, die mogelijk in dezelfde rich
ting werken, in duigen zouden vallen.
De moeilijkheid ligt ook nog hierin, dat
de kinderen uit Stellendam geëvacueerd
zijn naar andere gemeenten, zodat van
een behoorlijk overzicht momenteel nog
geen sprake is.
Waarschijnlijk zal de hulp van de diver
se jeugdverenigingen in Velsen worden in
geroepen, om deze kinderen in die week
„onder dak' te brengen.
GEBOREN: G. M. Heeremans—Comman
deur, z., Walravenstraat 13, Velsen-N.; J. H.
MolenaarHaakman, z., Bonairestraat 63,
Santpoort; E. KuiperDijkhuis, d., Linden-
straat 25, IJmuiden-O.; M. H. Wassenaar
Veldman, z., Eikenstraat 10, IJmuiden-O.;
A. J. van der SlikkeBearda, z., Rusburg-
laan 15, Santpoort; L. Bootsman—Visser, d.,
Seinpostweg 28, IJmuiden; C. StruijkGeluk,
z., Elzenstraat 40, IJmuiden-O.; M. Jerpha-
nionSchriever, d., Rijksweg 464, Santpoort;
Th. C. VisserJore, z., van Poptaplantsoen
9 rd, IJmuiden; W. de WolffEggermont, d.,
Beukenstraat 8, IJmuiden-O.; E. de Jager
Hamers, d., Kanaalstraat 238, IJmuiden.
OVERLEDEN: T. van Urk, 75 j., echt
genote van M. de Vries, Stratingplantsoen
20 rd, Velsen-N.; E. Strik, 34 j., echtgenote
van J. van Batum, Bornstraat 12, Velsen-N.;
J. Janse, 75 j., echtgenoot van A. Visser,
Roerstraat 49, IJmuiden; A. L. Kames, 75 j.,
weduwnaar van J. Bruinooge, Bloemen-
daalsestraatweg 138, Santpoort; B. H. Th.
Joling, 59 j., echtgenoot van E. Hogers, Gi-
braltarstraat 66 hs, Amsterdam.
Vrijdag 13 Maart belegt de afdeling
IJmuiden van de C.P.N. een openbare ver
gadering ter nagedachtenis van maarschalk
J. W. Stalin in gebouw Flora. Spreker is
het Eerste Kamerlid voor de C.P.N. Cor
Geugjes uit Zaandam.
grond. Voorlopig wordt eerstnaar het Manestraal. Ik waardeej; je .poging, gn ik ,i
DONDERDAG, 12 Maart 1953.
Beste kinderen,
Vandaag, nu ons hoekje nog in dit pakje verschijnt, ga ik jullie vertellen van de
boden van de lente: de bloemen. In Heemstede hebben vaardige mensenhanden
schitterende bouwwerken en kunstige parkén gemaakt, alles met het doel om die tere,
kleurige schepselen der natuur te kunnen tentoonstellen. Het geheel wordt natuurlijk
als een sprookje. Maar het mooist zal het zijn, wanneer in de bollenstreek alle bloemen
bloeien en de kleurenpracht zijn hoogtepunt vindt in deze grootse „Flora". Dat zal
dan omstreeks Pasen zijn, denk ik. Nu ik dit „vreemde" woord heb gebruikt, zal ik
jullie meteen de betekenis zeggen: Flora was bij de Romeinen de godin der bloemen
en tegelijkertijd van de lente. Te harer ere werden ongeveer vijfhonderd jaar na de
stichting van Rome grote jaarlijkse feesten, de zogenaamde „Floralia" gehouden, die
vooral 's nachts bij fakkellicht gevierd werden en waar het natuurlijk behoorlijk
luidruchtig toeging.
„Flora" betekent ook nog de hele plan
tenwereld van een bepaald land, evenals
„fauna" wil zeggen: diercnweretd. Je £unt
dus Jzeggen bijvoorbeeld: „ée ■duinen hebf
ben een andere „flpra" dan de weide
gronden. Gesnapt, beste nichten en neven?
We beginnen onze brievenrij met een
dubbele brief van CLEMATIS. Nu was je
enveloppe op tijd binnen hoor! Je moet
weten, dat de brieven mij altijd thuis be
zorgd worden, als ze op het bureau van
de krant gearriveerd zijn. Als jouw brief
nu Dinsdag vrij laat komt, dan gaat hij
niet meer mee en dan zitten we met de
narigheid. Uiterlijk Maandag moet jouw
brief dus in de Kenneimerlaan zijn. De juf
frouw op kantoor heeft dus geen schuld.
Wat een prima rapport had jij van de Mu
ziekschool, zeg! Alle cijfers boven de ze
ven, dat noem ik netjes. Wil het met het
kanten zakdoekje nogal vlotten op school?
En hoe was het bij Oma? Ik ben nieuws
gierig naar je verslag over die leuke dag.
Ook CONDUCTEUR kwam met zo'n
mooi „muziek-rapport" thuis. Waarom heb
jij maar een zes voor rhythmiek, jongen?
Ik kan me voorstellen, dat je in je schik
was met die oude kinderwagen. Heb je er
met Vaders hulp een fijne kar van kunnen
maken? Vergeet me vooral niet te vertel
len wanneer je aan dat blokfluiten begint.
APPELSNÓETJE verheugt zich nu al
op de komende Koninginnedag. Je zult
echter nog wel heel wat moeten studeren,
voordat het concert er foutloos uitkomt,
denk ik. Jullie hebben weer gesmuld op
school, dat kan ik wel lezen in je brief.
TUINMAN is gelukkig weer helemaal
de oude. Als nu de lente maar flink wat
warme dagen geeft en er komt weer volop
groene groente, dan is al het leed van de
winter gauw geleden en ben jij in staat
om flink aan te sterken. Want zo'n ziekte
pakt je echt aan en je wordt zo mager als
een lat. Heb je al wat gezaaid?
VOETBALKONING wil weten of hij zijn
prijs zelf moet komen halen. Nee beste
neef, het boek wordt je netjes thuis be
zorgd hoor! Je was de enige, die het pun-
tenraadsel geheel zonder fouten oploste.
Bravo!
MEIZOENTJE heeft haar dichtader la
ten vloeien. Deftig gezegd, hè? Ik heb je
versje met plezier gelezen en ik zal het
bewaren, want het is veel te leuk om. weg
te gooien. Ja, vind je het niet aardig, dat
we tegenwoordig bijna elke week een leuk
gedichtje in de krant hebben en soms ook
een gezellig verhaal? Dat wordt een heel
karwei, Meizoentje, zo'n jongensbroek. Ik
vind je knap, dat je het aandurft! Jam
mer, dat er in je puntenraadsel één foutje
school.
Tot slot hier de brief van MANE
STRAALTJE, die me ook al verraste met
een dichtsel. Daar heb je werk aan gehad,
meisje. Ik bewonder dan ook de durf
waarmee je dit rijm in elkaar gezet hebt,
maar ik kan er ook aan zien, dat je heel
veel woorden gebruikt, die je zelf niet be
grijpt en dat is jammer.
Je hebt het bijvoorbeeld over de storm,
die „niet te verwensen" is. Dat kan na
tuurlijk nooit, want dan zouden we hem
juist graag hebben. Verwensen is namelijk
wèg-wensen en niet verwensen is dus niet
wèg-wensen, is gelijk aan wensen. Ik hoop
dat je me begrijpt. Dan schrijf je: „de
storm met zijn weerloze kracht". Duide
lijk blijkt, dat je niet weet wat „weerloos"
is. Je bedoelt natuurlijk zijn kracht, waar
wij ons niet tegen verweren kunnen. En
zo staat je gedicht vol met de meest on
begrijpelijke en onbegrepen woorden. Je
hebt met dit werk te hoog gegrepen,
bewaar ook dit werk, maar maak nog eens
iets met je eigen woorden in een taal die
jouw eigen is.
Dit was ons laatste briefje, deze week.
Tot volgende keer!
TANTE ELS.
x
X
kamerplant met
grote ovale groene
bladeren.
bloempje, dat in
gedroogde vorm
nog heerlijk geurt.
prachtige bloem, die
veel in tropische
oerwouden voor
komt.
Xheester, die in Aug.
prachtige bloemen
voortbrengt.
X —plant, die meestal
met één smetteloos
witte bloem bloeit.
Dit raadsel (het tweede van de veertien
de ronde is weer tien punten waard. Voor
een fout in de schrijfwijze van de bloe
mennamen wordt echter ook een punt af
getrokken. Op de kruisjes komt bij juiste
invulling der woorden van boven naar be
neden een veelgenoemd woord uit dit kin
derhoekje te staan.
T. E.
De oplossing van het eerste puntenraad
sel van de veertiende ronde is: ,,De lente
zit in de lucht": (Dokkum, eerlijk, losser,
Esther, nagels, tergen, ezelin, zelden, ie
mand, treden, inslag, namens, dansen, En
gels, lachen, Urkers, cactus, hoogte, torsen).
Tien punten: Voetbalkoning.
Negen punten: Meizoentje, Appelsnoe
tje, Tuinman, Clematis, Conducteur.
3pOCOCCXXXX»OOOCOOOOOCCOOOOOOCOOOCOOOOOCOC<X3COCOCOCOOCOO
TANTE ELS FELICITEERT.
WATERLELIE, die morgen jarig is, j
MUIZENSTAART, die Zaterdag gaat
feesten, LATHYRUS en ERICA, die
allebei Zondag de bloemetjes buiten
gaan setten.
Van harte nichten en nog vele jaren!
XXXXJOQpOOOOOOOOOOOOOpOQOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOC
Witbastje, de kleine zwaluw zat in een
hoge olijvenboom in Spanje en dacht aan
zijn vriendje, de merel in Holland: „Hoe
zou het met hem zijn?" dacht hij. „Zou hij
het niet koud hebben daarginds en wel ge
noeg te eten?"
Hij probeerde zich voor te stellen hoe
het er daar uitzag: de boerderij, de hooi
berg, de schuur, waarop ze vaak samen in
de zon zaten en de hoge populieren, waarin
ze 's nachts heen en weer wiegden: Hij
keek om zich heen, overal waren de bomen
al uitgelopen en bloeiden bloemen langs de
weg, de hemel was zo blauw als een ver-
geet-mij-nietje.
Vergeet-rrtij-nietjes, hoe kwam hij daar
opeens zo bij? Ach ja, natuurlijk, die
hoorden ook bij de boerderij, ze stonden
achter het huis, dicht bij de sloot.
Witbastje zuchtte. De bloemen, de bomen,
de zon, het kon hem opeens niet meer zo
veel schelen. Hij had heimwee. „Zouden
ze er allemaal nog zijn", dacht hij: „de
koeien die zo dom naar me keken, de
kater die me nooit kreeg, de mussen die
zo tegen me opzagen en mijn vriendje, de
merel? Ach, was ik maar in Holland'.
Maar ja, het was te ver en hij zou de
weg nooit alleen kunnen vinden. Witbastje
werd er treurig van; hij wipte rusteloos
van de ene tak op de andere en dacht na.
„Wat maakt u zich druk", riep een
vogel in het Spaans, maar Witbastje ver
stond die taal niet en deed net of hij niets
hoorde. „Als ik het eens probeerde", dacht
hij, „om naar Holland te komen. Misschien
is het er wel helemaal niet koud meer".
Hij ging naar de Spaanse mus toe en
wees met zijn vlerkje naar het Noorden.
„Holland?" vroeg hij.
De mus knikte en zei iets dat Witbastje
niet begreep, maar de mus wilde hem zeker
vertellen dat het te ver en te vroeg was
om er heen te vliegen.
Maar Witbastje was al verdwenen; hij
vloog wel twee uur lang recht op het
Noorden aan en hij lachte in zichzelf als
hij aan de verbaasde gezichten van zijn
vriendjes in Holland dacht, wanneer hij op
hun erf zou neerstrijken.
„Op reis?" vroegen de Spaanse vogels in
het voorbij gaan. Dat begreep Witbastje.
„Si, si"tsjilpte hij terug. Het begon
al donker te worden en nog altijd vloog hij
verder.
Hij was al aardig moe, maar hij wilde
zo dicht mogelijk bij Holland komen voor
hij ging slapen. Eindelijk moest hij wel
ophouden, want hij kon geen vlerk voor
ogen meer zien. In een tuin vol bloeiende
mimosa's streek hij neer en viel binnen
twee tellen in slaap.
Toen hij wakker werd was het al dag;
hij soesde nog zo'n beetje na en dacht
er over na hoe hij de weg naar Holland
het beste zou kunnen vinden. Hij was lang
zo vrolijk niet als de vorige dag; Holland
leek opeens zó ver en de tocht zó moeilijk
dat hij een beetje bang werd. En toch
wilde hij zo graag. Door die heerlijke mi-
mosageur zou hij vast weer zijn ingesla
pen als hij boven zich niet opeens had
horen praten.
„Wat is dat?" riep hij verrast en hij
sperde zijn ogen wijd open, „ik hoor Hol
lands spreken". De vogels waren alweer
voorbij, maar de zwaluw schoot als een
pijl uit een boog de lucht in ze achterna.
En ja hoor, na een poosje haalde hij ze in,
het waren duiven.
„Vrienden", riep Witbastje, „vrienden".
De achterste duif keek verbaasd om en
hield zijn vleugels een beetje in. „Hoe is
het in Holland?", riep de zwaluw al van
ver. „Best", koerde de duif, want duiven
zeggen nooit veel.
„Wat doen jullie hier?", vroeg Witbastje
nieuwsgierig.
„Vliegen", zei de duif.
„Waar ga je heen?", vroeg Witbastje
weer.
„Naar Holland".
Witbastje tuimelde van vreugde wel een
meter naar beneden. „Naar Holland",
juichte hij; „weet je de weg?"
De duif keek hem verontwaardigd aan.
„Ik ben een postduif", zei hij hooghartig.
„O", jubelde Witbastje weer, „dan weet
ik zeker dat ik thuiskom". De duif keek
hem goedkeurend aan.
„Mag ik met jullie meevliegen?" vroeg
het zwaluwtje heel beleefd.
„Als je maar geen domme vragen meer
stelt", zei de duif. „Volg mij maar".
Daar gingen ze dus, zeven witte duiven
en één klein zwaluwtje.
Eindelijk, eindelijk, na ik weet niet
hoe'n lange tocht zagen ze de duinen en
rivieren van Holland. De d,uif stootte Wit
bastje aan en wees naar beneden. Wat was
die gelukkig! Hij begon al uit të Zien naar
zijn boerderij en zijn vriendje en was
dat niet toevallig, net toen hij ze zag, stre
ken ook de duiven neer, want die woonden
sinds een paar maanden ook op Witbastjes
boerderij.
De boer, de boerin, hun kinderen, ieder
een holde naar buiten toen de duiven
landden en alle vogels van de schuur en
de hooiberg keken toe. En o, wat waren ze
verbaasd toen ze die kleine zwaluw tussen
de postduiven ontdekten. De boer zag het
oog. „Eén zwaluw maakt nog geen lente",
zei hij.
Maar hij wist niet dat Witbastje daar
voor niet gekomen was, maar voor zijn
vriendje de merel, die hij al druk te ver
tellen zat van zijn reis.
Wat was iedereen blij, de boer lachte,
de vogels zongen en zelfs de zon keek even
om de hoek. Opeens kon je aan alles voelen
dat het gauw voorjaar zou zijn.
Ken jij misschien Clasientje,
Clasientje van der Laan?
Nee....? Dan misschien haar vriendje,
Felix de houten haan.
Vlak op Clasientjes hieltjes
- dat moet hij wel van haar -
volgt Felix op vier wieltjes
zijn vrouwtje langs 't trottoir.
Maar gistren brak het touwtje
dat om zijn voorpoot zat
en plotsling zag het vrouwtje
dat zij geen haan meer had.
„Waar is mijn haan gebleven?
Mijn Felix, waar is hij?
Mijn haan is weg, zoeven
liep hij nog achter mij."
Clasientje ging aan 't roepen
met tranen van verdriet,
toen zocht ze langs de stoepen
maar Felix vond ze niet.
Opeens kwam om het hoekje
een reus van een agent.
„Wat huil je en wat zoek je?
Kijk eens of je dit kent.
Dat beest heeft wel een uur lang
op het trottoir gestaan.
Nu zit hij op mijn stuurstang,
die gekke houten haan."
Toen knoopte die Clasientje
de touwtjes aan elkaar
en danste met haar vriendje
naar huis toe langs 't trottoir
MIES BOUHUY5