Een vloot ligt varensree
Haringkoorts als voorbode van de haringrace
Alle landen om de Noordzee
kennen hun Visserij-Inspectie
1 „Uit het placaet van 1689"
Weinig bekende vredestaak
van de Koninklijke Marine
„Haringportret"
Zendtijdregeling voor
nieuwe teelt
Politie-kruiser „Luymes" naar IJmuiden
Oud en nieuw
Sport en nadeel
Optimisme en pessimisme
Scheveningen in haast
T onia
IJmuiden
DONDERDAG 20 MEI 1954
WAAR DE HARING GEVANGEN WORDT
DE NAMEN VAN DE MAAN
DEN GEVEN PLAATS EN
TUD VAN DE VANGSTEN AAN
I I VISGRONDEN
3h«»Und
•■I V
Orhnpy
l-IULI-AUOUSTUSl
[Brilt annië
I JANUARI-FE MIUAAI1
fFrankrijkI
MET DE HELFT VAN DE VLEET - en de volle
vleet telt ruim honderd netten-netjes opgetast in het ruim
kiest Dinsdag Neêrlands haringvloot de Breêveertien-
koers Noord-Noord-West, om tussen Denemarken en
Schotland de Schotse blazen over boord te zetten in dc
avond van Woensdag. „De Here voorziet het" heeft
het dan geklonken bij de reepkluis op de voorplecht
van al die ruim honderdtwintig loggers uit Vlaêring,
Scheveningen en IJ muiden. „De Here voorziet het".
er is nauwelijks een woord van grooter wijding en
kracht te vinden in de visserij van dit land, die vol
gebruiken en tradities schuilt. Donderdag heel vroeg
wordt het „haaaalèèèè" geroepen in de vooronders, waar
een hazenslaapje de manschap heeft bevangen. En dan
knerst de ankerspil op de Vlaardingse stoomfietsen, zo
als de loggers ginds heten en hieuwt de winch van de
Scheveningers en Katwijkers de kilometers net naar bin
nen. Glanzend, puur zilver zijn die eerste haringen, maar
ze komen niet meteen. Dat heeft de natuur zo bestierd
vast om de loggerjongens een poosje in spanning tc
te laten. Ze zitten haast nooit in de eerste netten, maar
later pas, als de eerste meters van het bruine, druipende
want over de rollen naar binnen zijn getrokken en de
mannen het uit gaan kloppen: dan springt dat eerst vette
zeebanket omhoog uit het want en klitst in de last. Dan
pas is de haringkoorts aan het wijken. Helemaal geweken
is ze pas Vrijdagochtend, als de eerste Nieuwe aan de
wal komt met de winnaar van de race - een Katwijker,
een Scheveninger, een visserman uit Vlaaring?
In de kuiperij jaagt de houten hamer de
hoepels rond de duigen. En de verhalen
van vroeger komen los, vroeger toen de
vloot zoveel eerder uitging dan nu. De
walschipper herinnert zich dat nog wel en
Kees Storm kan er ook van meepraten:
dan lagen de schepen vaak al de 28e April
achter de vleet en dan was het vaak met
een raak ook: vijftien tot twintig last ha
ring was heel gewoon. Als ze van de Vi-
kingbank kwamen waren het „stokken",
die niet meer dan een tientje per kantje
opbrachten meer naar het Westen was
de vette haring te vinden.
„Kijk es", zegt Kees, „kijk es. die hele
sport van de haringjacht is machtig mooi,
maar ze heeft één nadeel: er wordt wel
eens te veel naar 't kwantum gekeken. Hoe
veelheid is in die eerste nacht alles. Als ze
maar gevangen hebben, kunnen ze huistoe,
wat ze gevangen hebben is van minder
belang. Die allereerste brengt altijd hon
derd gulden oq. Altijd. En nog wel veel
meer ook, als het toevallig kwaliteit is.
Radio Holland heeft in samenwerking met
de redersverenigingen in Scheveningen, Kat
wijk en IJmuiden voor de nieuwe haring
teelt een zendregeling ingesteld. De hoofd
zaak dezer regeling, die voor een vlot ver
loop van het radio-telefonisch verkeer op
zee van groot belang is, zijn de volgende:
Gesprekken worden normaal afgewikkeld
De walschipper is niet erg optimistisch
over de vangst, maar dat zal wel aan
hem liggen, zegt hij. Hij bekijkt het net
als de sla: die schrale tijd heeft geen en
kel levend wezen goed gedaan en de ha
ring zal er dus ook wel' wat aan over heb
ben gehouden. Dat voelt hij zo. Velen aan
de kant moeten hem gelijk geven. Dat kan
evenwel ook wel veroorzaakt worden door
de mislukkingen van de drie Vlaardingse
loggers, die tot vlak voor de nieuwe teelt
een vangetje op de Vikingbank bij elkaar
hebben proberen te schrapen en daar al
leen maar in geslaagd zijn ten koste van
enorme netten verliezen: dertigduizend
gulden op één schip tijdens één reisje.
In Scheveningen is het nog even jagen
geweest, deze laatste dagen. Er waren een
paar late afsnijers en hier en daar liep het
wat tegen met het want en de tuigage. Er
knapte eens een staag. En er rolde eens
een pot witte verf tegen het dek, die voor
de keeën bedoeld was. Maar Zaterdag
middag ligt Scheveningens vloot te pronk,
net zo glimmend als die van Vlaardingen
en Katwijk.
Ze zijn het hier niet met die van Vlaar-
0000000000CXXXXX30000C«XOCO30CXXD000(XOC*3aXXXXX!000000000CXXXD00CXXXXXX)0000000CXXXXXXXXXXXX)COXl00CO00000CI0C»00000O
p „De Neringhe van de Vissertje, wesende ene van de principaelste mijnen
ende welvaren onze gemene landen en ingesetenen. Daerbij vele duysent g
x huisgesinnen hem generen en onderhouden, oock vele ende verscheyde 3
8 handwerken, neringhen, vertieringen en zonderlinge de navigatie ende
traficq, zo binnen als buyten 's lands werden geconserveert
C000CCC0C0CCCOCC0CCC00CCXXXX*5CXX)CKX100C30000000CXXO50CXX10CXXI00CO0CO0000CXXl000000C00CXXX>000000D000000C0000C*Xl«»e00
Het zeil is op de logger nog niet geheel uitgedund: de bazaan is een belangrijk stuk
van de tuigages, de zwakke krachten hebben veelal ook het grootzeil van node
tijdens de uitstoom.
door Scheveningen-radio op: 1764 kps. (170
m.); het scheepsstation werkt dan op 2030
kps. (148 m.).
Voor onderlinge gesprekken worden de
haringschepen (drijfnetvisserij) in twee groe
pen als volgt ingedeeld:
a. Haringschepen IJmuiden en Schevenin
gen werken onderling op 2316 kps. (129.5 m.);
b. Haringschepen Katwijk en Vlaardingen
werken onderling op 2406 kps. (124.5 m.).
De sleepnetVisserij-schepen (trawlers)
worden voor onderlinge gesprekken even
eens in twee groepen verdeeld en wel:
a. Trawlschepen boven 80 ton bruto wer
ken onderling op 2331 kps. (128.5 m.).
b. Trawlschepen beneden 80 ton bruto
werken onderling op 2201 kps.
De noodfrequentie is 2182 kps (137.5 m.).
By aanvraag van gesprekken aan Sche
veningen-radio is het verplicht de scheeps-
Haringsch. IJM en SCH
Haringsch. KW en VL
Trawlers boven 80 ton
Trawlers beneden 80 ton
Die haringkoorts heeft in deze voorbereidende dagen de rode streep al met enige gra
den overschreden, dat mag gezegd worden. Het is niet direct te merken in de vier
vissteden van onze kust, daarvoor zijn ze bevolkt met een te nuchter en te stoer slag
mensen, maar het is wel te horen aan de gesprekken, die onveranderlijk op de nieuwe
teelt terecht komen.
Ga mee, naar de magazijnen van de
Doggermaatschappij in Vlaardingen, ge
huisvest in dat dreigende „bankgebouw"
aan de Koningin Wilhelminahaven. Daar
zal walschipper Wapenaar u zuinig voor
rekenen, wat er alzo komt kijken voor het
toerusten van de vloot van zijn vloot
van vijf Doggerschepen dan.
Maar voor die vijf de haven uit zijn, in
de kille vroegte van Dinsdagmorgert, zijn
er heel wat grote werken verzet. Arie, de
schilder heeft de slingerlatten in de ach
teruit rood geverfd.
thuishaven naar IJmuiden zijn gekomen
om te wachten op de Dinsdagochtend, is
deze week weer vele malen te horen ge
weest rondom de Vissershaven. Het jaar
lijkse uitstapje van de familie van alle
opvarenden van de logger, dat samen gaat
met het overbrengen van deze alleen met
de drijfnetten vissende schepen, ligt met
haar geringe avontuurtjes weer achter de
rug. Avonturen bij smalle doorvaarten
van bruggen en ondiepten in de kanalen,
waar de logger soms stootte of kwam vast
te zitten.
Nu liggen er dan al heel wat fris geverfd
in IJmuidens haven. Al die schepen met
het merk KW en als enige IJmuidense
loggers de IJM 75 „Gorredijk" en de IJM
283 „Martenshoek" van de rederij v.h. J.
C. Pronk zullen er Zaterdag met de vlag
gen van top klaar liggen. In totaal zijn
het er zevenendertig. Voorts worden irr
IJmuiden klaar gemaakt de met de vleet
vissende loggers van de N.V. Visserij
Maatschappij Corn. Vrolijk, die met het
merk SCH varen en IJmuiden als thuis
haven hebben. De „Onderneming TI" SCH
140 en de „Bonefaas" SCH 95 zullen met
een ploeg uit Scheveningen ter haring
gaan en in de tweede ploeg, die een week
later vertrekt, komt de Willy" SCH 7
naar de haringgronden. De „Cornelia Ma
ria" SCH 135 en de „Onderneming 2" zul
len blijven trawlen en ook de trawler
„Onderneming 3" zal zeer binnenkort uit
IJmuiden zee kiezen om voor de eerste
keer in de Noord te gaan trekken.
Veel drukte heeft IJmuiden nooit on
dervonden van het klaar maken van de
loggervloot. Wel wordt elk jaar het aan
tal loggers groter, dat even voor Vlagge
tjesdag overschakelt van de trawl- op de
vleetvisserij en die schepen stomen voor
die operatie meestal niet speciaal naar
Katwijk. Trouwens, er zijn schepen bij, die
de kanalen niet zouden doorkomenDe
bemanningen van vele loggers trekken nu
nog elke dag met de bus naar Katwijk om
's avonds bij moeder te zijn. In de volgen
de zomermaanden zal het heel wat minder
druk in Katwijk zijn dan op de winter
dagen. De Katwijkse vloot werd vorig jaar
in de zomer bemand door 908 mannen, in
de winter tijdens de trawlvisserij waren
dat er 561.
Dinsdag zal ook Katwijk weer achter
harm** ann rayon.
8 Het is goed te weten, dat er drie soor-
ten haring bestaan: maatjesharing, verse
i-j haring en steurharing.
De maatjesharing, gekaakt en niet te
zwaar gezouten, wordt ook wel de „Hol
landse Nieuwe" genoemd, waar het in
het begin van de teelt en de haring-
jagerij om zal gaan. Door het kaken
worden de aan bederf onderhevige or
ganen uit de vis verwijderd. De malse
5 maatjes worden in het voorjaar en de
- zomer veelal zo uit de vuist gegeten.
- Verse haring wordt verder in het sei-
zoen, dus in zomer en najaar ongezouten
8 en niet gekaakt aangevoerd en is ge-
3 schikt om te worden gebakken, gekookt
of gestoofd. Van Augustus ongeveer af
komt de verse volle haring: haring met
8 hom of kuit. Steurharing wordt onge-
3 kaakt gezouten. Hiervan wordt de spek- i
of zalmbokking gemaakt. Deze bokking 3
smaakt tamelijk zout, maar is veel lan-
ger houdbaar dan gestoomde bokking. 3
De kenmerken van de haring: de kleur
van de rug is blauwgroen, de buik en x
de zijden zijn zilverachtig. De schubben
zijn groot en laten gemakkelijk los. En g
om het portret volledig te maken 3
de haring bezit een vooruitstekende on-
derkaak. 3
digd. Vooral Noorwegen heeft altijd enige
korvetten in de vaart, hoofdzakelijk in de
noordelijke wateren, terwijl ook sommige
Noorse opnemingsvaartuigen toezicht hou
den.
De Visserij Inspectie op de Noordzee is
een historisch gegroeide, weinig bekende,
maar voor de visserijen belangrijke vredes
taak van de Koninklijke Marine, die veler
lei gebied bestrijkt. De Politie-Kruiser is
een hogelijk gewaardeerde hulp en bij
stand, is politie, ziekenhuis, reparatie
inrichting en vertegenwoordiging, alles te
gelijk.
Dat is een probleem, want rode slinger-
latten zijn nog nooit eerder vertoond en
dat gaat dus niet oververven die slinger-
latten.
Waar zijn de takelblokken? Daar zijn de
takelblokken. De Schotse blazen hangen
DÉ RELATIE TUSSEN DE KONINKLIJKE MARINE en de visserij is al
heel oud. Bewapende vissersschepen behoren ongetwijfeld tot de eerste voor
lopers van de schepen Van oorlog van thans. En de zeevisserij is in de lage
landen bij de zee haast even oud als de geschiedenis van haar bewoners. Was
zeevisserij in al haar vormen in vroeger tijden een uitzonderlijk rauw bedrijf,
waarbij de schepen dus kanonnen meevoerden en zeegevechten, kaperij en
roof gebruikelijk waren, onder de regeringen van Karei V en Philips II wordt
door de geschiedschrijving regelmatig melding gemaakt van de bescherming
van schepen van de vissersvloten door de oorlogsschepen. In 1882 kwam de
ondanks haar leemten en gebreken zeer belangrijke Noordzee-conventie tot
stand, zowel ten aanzien van haar bemoeienis met de visserijen op de Noordzee
als uit een oogpunt van internationaal zeerecht. Want hier werden aan oorlogs
schepen van de „Hoge Contracterende Partijen" bepaalde bevoegdheden toe
gekend ten aanzien van de vissersschepen van andere nationaliteiten in extra
territoriaal gebied, zoals rechten tot het inzien van de scheepspapieren, de
mogelijkheden tot het opmaken van in het land van herkomst van de visser
rechtsgeldige processen verbaal, tot het inspecteren van die schepen bij ver
denking op overtredingen.
nog niet allemaal. Dat hoort. Schotse bla
zen, de wii-zeildoekeh drijvers, waaronder
het nettengordijn straks in zee komt te
hangen, horen ruim voor de tijd tegen de
zoldering van het magazijn te hangen als
een vreemd soort vruchten tegen het dak
van de broeikas van een reus.
Op het laatste moment moet er nog meer
geschilderd worden: de brug is nog niet
zoals hij hoort en bij het voorroer zit een
stukkie bladder. Wat zeg ik, een stukkie
bladder? Het lijkent poddorie wel een
versperringsballon. Afkrabben! Over
verven!
Er drijft een ijl wit wolkje over het dek
van één der schepen en het amechtige
geluid van de stoomspil gaat gelijk op met
het wolkje, dat er uit puft. De reep, de
sterke „roe", waaraan het „gordijn" van
de netten straks komt te hangen, wordt
in het ruim opgerold. En op de boetzolder
zingen de meides van Tonia, drie maal in
de rondte hopsasa.
Ze hebben er met z'n allen al 1600 net
ten doorgejast ofwel voor een waarde van,
laat es kijken, driehonderdtwintigduizend
guldenDat is dan alleen een deel van
de netten, nodig voor de schepen van de
Maatschappij Doggersbank te Vlaardingen.
lijke Marine de representatieve taak, die
zeker wel in vertrouwde handen is.
In tegenstelling tot voor de oorlog, toen
de Koninlijke Marine met twee vaste po-
litiekruisers voer, heeft zij thans geen spe
ciale schepen daarvoor in de vaart. De taak
wordt thans van seizoen tot seizoen aan
een van Hr. Ms. schepen opgedragen, met
uiteraard telkens een andere commandant.
De laatste jaren hebben onder andere
dienst gedaan Hr. Ms. „Abraham van der
Hulst", „Queen Wilhelmina", „Johan Mau-
rits van Nassau", „Ceram", „Batjan", „Luy
mes" en „Jan van Brakel". Dit jaar zal
weer Hr. Ms „Luymes" op de haringgron
den verschijnen. Commandant is de kapi
tein-luitenant ter zee J. Smith.
Fishery-protection
De andere landen rondom de Noordzee
hebben alle op hun wijze dit vraagstuk
aangepakt. Het Verenigd Koninklijk heeft
zijn „Fishery Protection", die ver uitgaat
buiten het oorspronkelijke gebied van de
Noordzee tot bij IJsland, in de Barendtszee
en bij New Foundland. De na de oorlog ge
bruikte schepen voor de visserij-inspectie
zijn gewoonlijk van een flottilje mijnen
vegers van de Engelse reservevloot en dan
van de Algerine-klasse. Deze Engelse sche
pen namen naast hun werk van politie-
kruiser van tijd tot tijd ook deel aan oefe
ningen en verlenen op beperkte schaal wel
medische en soms technische assistentie.
„Fischerei-Schutz"
In Duitsland is de „Fischerei Schutz"
vrijwel uitgegroeid tot een hulpbedrijf van
de visserij. Een tweetal schepen, na de oor
log bij afwezigheid van een Duitse Marine
ondergeschikt aan het Ministerie voor Vis
serij, zijn regelmatig in bedrijf op de
Noordzee en bij IJsland. Zij verlenen
voortreffelijk geoutilleerd als ze zijn op
ruime schaal medische en technische hulp,
geven visserij-technische adviezen en zijn
tevens varende metereologische stations.
Naast een chirurg met een goed uitgerust
hospitaal hebben zij een machinewerk
plaats aan boord en tellen zij onder de be
manning een visserijbioloog en een meteo
roloog.
Ook andere landen
De Franse marine gebruikt enige korvet
ten in de Noordzee en bij IJsland. De Bel
gen hebben een korvet in de vaart, Dene
marken enige korvetten, die opereren in de
Noordzee, bij de Far Oer en bij IJsland.
Noorwegen en Zweden hebben in 1882
de Noordzee Conventie niet getekend in
verband met hun afwijkende visie op de
territoriale wateren. Wel hebben zij de be
palingen van de Conventie altijd geëerbie-
Een haringbuis uit de 19e eeuw.
Moderne motorlogger.
dingen eens wat de vangst betreft. Dat is
gelukkig nog nooit-anders geweest.
De meeste vangst zit om de 57e breed
tegraad, zegt Scheveningen wereldwijs. De
Van der Toor-schepen gaan dit keer al
vroeg verder de Noord in om exportharing,
want meneer Kiewiet de Jonge gaat naar
Moskou om voor de haringvissers een mooi
contract af te sluiten op Rusland en dan
kun je ze maar vast onder de planken
hebben. Scheveningen levert als altijd
weer het leeuwendeel van de vloot: b'a
schepen voor de eerste groep tegen 19 uit
Vlaardingen en 37 uit Katwijk.
Het blikken geplof van de Katwijkse
loggers, die opgeknapt en wel uit hun
naam te laten volgen door het visserij
nummer
Scheveningen-radio luistert permanent uit
op de nood- en oproepfrequentie van 2182
kps. (137.5 m.).
De zend-frequenties waarop visserijsche
pen kunnen uitzenden is als volgt:
groep tussen schip nood-
onderling groepen n. Schev.- frequen-
in dezelfde onderling radio tie
2316 (2406) 2030 2182
2406 (2316) 2030 2182
2331 (2406) 2030 2182
2201 (2331) 2030 2182
Op basis Van deze Noordzee-conventie
ontwikkelde zich de huidige Visserij In
spectie, „Fishery-Protection", „Garde Pê
che" of „Fischerei Schutz". In het karakter
van deze vredestaak wordt meer de na
druk gelegd op de „bescherming" in ruime
zin dan "in het woord „Inspectie".
Het accent van het werk van de politie-
kruiser ligt nog altijd bij de „politie"-taak.
Daar zijn de nog altijd voorkomende moei
lijkheden tussen de Nederlandse vissers
onderling, maar ook internationaal. De vis
sers schieten de vleten soms te dicht bij
elkaar, waardoor die door wind en stroom
in elkaar drijven. Soms worden vleten ka
pot gevaren of trawlers slepen het snur-
revaadtuig van kotters of de vleten van
loggers stuk. Dan zijn er de gevolgen als
wedstrijden op zee, wanneer een Neder
landse logger, zoals vorig jaar, zijn over-
vleet kapt om een Engelse trawler
te gaan en zijn woede te uiten in
scheldwoorden en dreigende gebaren en
soms in het gooien met stukken steenkool.
Soms wordt er weer gevist in Engels
territoriaal gebied, zijn er schadevaringen
en aanvaringen, waarbij de politiekruiser
te hulp wordt geroepen. Dan is er weer een
Deen contra Nederlanders omdat een
trawler of kotter met zijn tuig een net heeft
vernield. Dat alles vraagt dan van de com
mandant van de politiekruiser processen
verbaal en constateringen.
Daarnaast is er de politiecontrole op de
werkvoorschriften, registratiekenmerken,
de voorschriften, gegeven in de schepenwet,
het buitenaanvaringsreglement en het ge
bruik van de radioinstallaties.
Medische hulp wordt ook vaak door de
politiekruiser verleend, want sedert 1882
heeft de Koninklijke Marine al een arts
aan boord van deze schepen geplaatst. Op
de derde plaats komt dan zeker de tech
nische bijstand in noodgevallen; in de
laatste jaren vooral nog al eens bij on
bruikbaar geworden zend- en ontvang-
installaties. Tenslotte is er bij de Konink-