De zwarte spin Moderne wetenschapsbeoefening kan geestelijk fundament niet ontberen O Henri de Lamarotte is niet dood: HIJ LEEFT Defensieverhoging 1951 en Vennootschapsbelasting .Clowiitje Rick Lezing voor „Geloof en Wetenschap COLLECTIE TAFELKLEDEN 1955 14.95 39.75 44.75 69.50 Verf Van Vettewinkel ONDERWIJZERSEXAMEN 4 Vermanend zvoord van Frans geleerde Wetenschap bepaalt geschiedenis English Opera Groen in Holland Festival 1955 Verl met Te voet van Zurich naar Melbourne Nederland ontvangt dupli caten van geroofde Britse staatsobligaties Heringa Wuthrich Effecten- en Geldmarkt Voor de kinderen Geen geldniet fietsen Muziek van Badings in Louisville RESA-HIIVERSUM FEUILLETON. door Mark Cross ZATERDAG 12 FEBRUARI 1955 ADVERTENTIE 99 „Wanneer men mij zou vragen welke plaag ik het meeste vrees, dan zou ik ant woorden: de mens". Aldus sprak de Franse historicus André George zich Vrijdagavond uit tijdens zijn rede „De mens voor de moderne wetenschap", welke hij in een der zalen van hotel „Royal" hield voor de leden van de vereniging „Geloof en Wetenschap" te Haarlem. De heer George kwam in zijn betoog tot de conclusie, dat de opvatting, welke een onkreukbaar geleerde als Henri Poincaré nog in 1912 kon verdedigen, *dat de wetenschap voor haar beoefenaren op zichzelf genoeg moet zijn, afgedaan heeft. De hedendaagse geleerde heeft zich èn als staatsburger, èn als beoefenaar der weten schap èn als christen, indien hij dat wil zijn, af te vragen welke consequenties zijn onderzoekingen voor de mensheid kunnen hebben. Want de mens heeft de vrije keus om zijn kennis ten goede en ten kwade te gebruiken, aldus de heer George, en daarin schuilt juis^ onze hoop. Voor de christelijke geleerden is een grote taak weggelegd. Zij vormen het zout der aarde en kunnen ertoe meewerken, dat onze geestelijke en morele ontwikkeling gelijke tred gaat houden met onze materiële en technische veroveringen. De heer George ging ervan uit, dat niet voor niets in zijn land de verhouding tus sen de mens en de moderne wetenschap meer en meer wordt aangeduid als „vraag stuk nummer Eén". En hoewel het spreek woord wil, dat er niets nieuws onder de zon is en de geschiedenis zich steeds her haalt, meende spreker argumenten genoeg bij de hand te hebben om te kunnen zeg gen, dat de mensheid waarlijk een wezen lijk nieuw tijdperk is ingegaan. Die opvat ting steunt niet alleen op de ontdekking, dat een gram stof evenveel energie bevat als alle electrische centrales van Zwitser land 25 millioen kwh per dag pro duceren. In het algemeen kan men zeggen, dat onze huidige beschavingsgeschiedenis wordt gekenmerkt door een vergroting van de reikwijdte van de menselijke geest en zijn onderzoekingen. Zoals Pascal reeds stelde, dat de .menselijke geest zich be weegt tussen het oneindig grote en het on eindig kleine, zo is het thans waar, dat de wetenschap zich bezighoudt met astrono mische afstanden en atomische nietighe den, waarvan men een halve eeuw gele den nog niet droomde. Daarbij doet zich een waarheid voor, welke de Franse ge leerde Claude Bernard reeds aanduidde met zijn uitspraak: „De mens kan meer dan hij kent". Immers we werken wel met de kernenergie, hoewel we het wezen er van slechts gissen. Is dus niet alleen de reikwijdte van onze kennis toegenomen, het tempo waarin dit gebeurd is, en nog gebeurt, is aanzienlijk sneller dan in vroeger eeuwen het geval was. Ook daarvan gaf de heer George eni ge voorbeelden. De Engelse geleerde Lord Rutherford een pionier op het gebied van de atoomwetenschap stierf in 1937 nog met de zekerheid, dat het de mens no'oit zou gelukken de kernenergie vrij te maken. Vijf jaar later reeds was dit het geval en weer drie jaar later kan de vondst practisch worden toegepast: de bewoners van Hiroshima en Nagasaki kunnen ervan meepraten, voor zover ze nog praten kun nen. De heer George geloofde niet, dat deze snelle ontwikkeling een uitsluitend gevolg van de oorlog was, waartoe hij een parallel trok met een zuiver abstracte theorie van zijn leermeester Louis de Broglie, welke in vredestijd in enkele jaren uitliep op de fabricage van de electronische microscoop. ADVERTENTIE Wij brengen thans reeds de nieuwe VOOR HET JAAR VELVET in diverse dessins WOLLEN MOQUETTE geheel nieuwe uitvoering MODERNE met prachtige chenille banden HANDWEEF MACH. SMYRNA in Perzische uitvoering origineel „DESSO" Zie onze speciale TAFELKLEDEN-ETALAGE Kruisstraat 11 Haarlem - Teiefoon 11491 Ter vergelijking wees spreker op de uitvin ding van het aluminium in 1825, waarvan de practische toepassing pas na ongeveer een eeuw tot volle ontplooiing kwam. Het meest recente voorbeeld van de su per-snelle ontwikkeling der wetenschap noemde de heer George wel de nauwelijks vijf jaar oude radio-astronomie, welke zich bezig houdt met het onderzoek naar de ra diogolven welke in het uitspansel ontstaan. Intussen wordt het steeds moeilijker voorspellingen te doen omtrent toekomsti ge gebeurtenissen, juist omdat de weten schappelijke ontwikkeling zo snel gaat. De wetenschap bepaalt voortaan de loop der geschiedenis. Behoefde in vroeger eeuwen de staatsman zich niet in zoveel problemen te verdiepen, tegenwoordig zijn de midde len, welke de wetenschap in materieel, per soneel en financieel opzicht nodig heeft, dermate gigantisch, dat de universiteit daar niet meer aan kan voldoen: een ge hele staat is nodig om deze onderzoekin gen mogelijk te maken. Deze situatie is uiteraard niet zonder uitwerking gebleven op de mentaliteit der geleerden. Meer en meer hebben zij zich af te vragen hoe de mens zich dient te ver houden tot de moderne wetenschap. Met betrekking tot dit aspect van het vraagstuk zei de heer George, dat de ra tionalistische opvatting uit vroeger eeuwen, dat de vooruitgang slechts geluk en voor spoed aan de mens kan brengen onjuist is gebleken. Niet het technische en weten schappelijke middel dat gehanteerd wordt is beslissend, maar het doel waarvoor het wordt gebruikt. Daarin is voor de mens de keus tussen goed en kwaad gelegen. Men heeft wel eens gezegd, dat men dan slechts de „goede" wetenschap had te be vorderen, de „kwade" af te remmen. Daarmee werd het probleem te simpel gesteld: waar is de grens te trekken, waar de zuivere wetenschapsbeoefening over gaat in de realisering van verderfelijke machinerieën? De atoombom is voortgekomen uit de puurste wetenschappelijke theorieën welke men zich denken kan: het kernenergie onderzoek van het echtpaar Curie. En nie mand heeft eraan gedacht, dat de ontdek king van de nobele Pasteur, die tallozen het leven redde, uit kan lopen op een ver schrikkelijke biologische oorlogvoering. Inderdaad is het in individuële gevallen voorgekomen, dat jonge geleerden afzagen van natuurwetenschappelijk onderzoek, omdat zij bevreesd waren voor de uitkom sten van hun werk. Maar het is onmogelijk, dat alle natuurwetenschappelijke specia listen hun werk zouden kunnen neerleg gen. Hier is slechts één oplossing, aldus de heer George. De geleerde moet ziqh ervan bewust worden, dat hij meer is dan alleen maar onderzoeker. Het is een vergissing, dat de vooruitgang los zou staan van gods dienst en levensbeschouwing. Inzonderheid de godsdienst is nodig als basis voor zijn denken en handelen, opdat de mens het evenwicht hervindt tussen kunnen en ken nen. De heer George besloot zijn rede met een citaat uit „Polyeuete" van Corneille, dat vrij vertaald luidde: „Wie niet wil dat hij verloren gaat, wordt gered". Het programma van het Holland Festi val 1955 is uitgebreid met enige voorstel lingen door The English Opera Group van de nieuwe opera „The Turn of the Screw" (naar het verhaal van Henry James, be werkt door Myfanwy Piper), door Benja min Britten, waarvan de wereldpremière in September 1954 in Venetië werd gegeven. De componist zal zelf het orkest van The English Opera Group dirigeren. De solisten zijn: Joan Cross, Jennifer Vyvyan, Olive Dyer( Arda Mandikian en Peter Pears. De costumes en décors zijn ontworpen door John Piper. Blijde Thuiskomst van Bemind Baron (Van een speciale correspondent) CHATEAU LAMAROTTE. 11 Febr. Na 4 jaar smartelijk vermist te zijn geweest, betrad gister middag de legendarische baron De Lamarotte wederom in hoogst eigen persoon en geheel bij verrassing de nog immer verveloze Erve zijner Vaderen. De liefde tot sjjn besit is yeder aengeboren Slechts het zicht baar opgeluchte familiespook was ter verwelkoming op het wrakke bordes aanwezig. vergeetmijnietjes Aan de sombere gissingen en geruchten, die na de verdwij ning van de sympathieke edel man circuleerden, is door deze onverwachte terugkeer een wel zeer blij einde gekomen. Alom herinnert men zich die vreugde- zwangere morgenstond toeneen cordon van telefonisch opge roepen werkkrachten kasteel- waarts marcheerde, duchtig gewapend met Verf Van Vette- winkel... Helaas, de slotpoort bleef gesloten. De baron bleek afgereisd, zijn trouwe spook achtergelaten hebbende in tra nen. Moeilijkheden met de koffie en andere verversingen voor ziende, besloot het nijvere schil dersvolkje tot de terugtocht. W« geven thans de baron zelf het woord ter opheldering van deze gebeurtenis. „Als ik mij goed herinner", aldus de grootste en meest ver geetachtige aller Lamarottes, „was ik die hele schilders al weer vergeten voordat ik de hoorn op de haak had. Het schijnt, dat ik trouwens eerst mijn blazoen van alle blaam wenste te zuiveren. In elk geval moet ik het vliegtuig hebben gepakt om een soort vergelij kende studie te gaan maken van #at ik nu wil noemen de Verfrechten van de Mens. Te zijner tijd zal ik mijn bevin dingen publiceren in een rap port aan de Unesco. Als ik het niet vergeetHier draaide de baron zijn ruiker vergeetmtj- nietjes rond en vervolgde iets positiever „De inmenging van industriële zijde in mjjn interne aangelegenheden (ik wil géén namen noemen die beginnen met een V) dient men te zien in het licht der reclame. Mij is gebleken, dat b.v. sommige Eskimostammen helemóél geen verf voor hun huizen gebruiken, alleen een beetje sneeuw. Zeer economisch. Zolang het niet dooit. En wat ik zég in de kaf- ferkralen en oerwouden van donker Afrika, meneertje: ver geet hel maar! Schrijft U in Uw stukje ook gerust, dat ik door een groot opperhoofd ben begiftigd met de huisorde van de Kakkerlak. Het diertje is daar in die landen heilig - evenals trouwens de houtworm, wandluis en pissebed - omdat het in molm gedyt en molm is, zoals U weet, het cement der beschaving. Wij kunnen van de woongewoonten der natuur volken nog zeer veel leren, mits de natuur meeverandert." Op dit ogenblik kwam het huisspook, dat blijkbaar ook als privé-secretaris optreedt, het gezellige vraaggesprek onderbreken. „Wèl, Kees vroeg de baron fronsend. „Niet om 't een of ander, Henri", fluisterde bet trouwe schepsel, „Maar je weet, dat de zaak zo wat op inzakken staat- Red ons pand! GEDENK TE VERVEN Een 41-jarige inwoner van Zürich, Ignaz Rügg is een voetreis naar Melbourne be gonnen. Rügg wil de gehele afsta 1 van on geveer 20.000 km. in anderhalf jaar afleggen waarbij hij rekent op een gemiddelde van 50 km. per dag. Hij hoopt dan tijdig in Mel bourne te arriveren om de opening van de Olympische Spelen mee te maken. De route, die hij .neemt gaat over Italië, Joegoslavië, Albanië, Griekenland, Turkije, Syrië, Irak, Iran, Pakistan, India, Burma, Thailand, Singapore, van hier uit per schip naar Djakarta, Java an daar uit per schip naar Oost-Australië, Kaap York. Brisbane, Sydney en Melbourne. De ondernemende wandelaar heeft een tent bij zich. Zijn bagage weegt niet meer dan 30 kg. Van onze correspondent in Londen) De Britse kanselier van de schatkist, Butler, heeft gisteren in het Lagerhuis be kend gemaakt dat de Britse regering Ne derland in zekere mate zal compenseren voor de door de Duitse bezetters geroofde Britse staatsobligaties aan toonder. Hier omtrent vernemen wij nog dat de Duitsers tijdens de oorlog Britse staatsobligaties voor een bedrag van 60.000 pond sterling (ruim 600.000 gulden) hebben gestolen. De Nederlandse regering heeft inmiddels de Nederlandse eigenaren van deze obligaties, of hun nabestaanden, schadeloos gesteld. Op haar beurt ontvangt de Nederlandse Staat-, thans van de Britse regering een vergoeding hiervoor in de vorm van dupli caten van de nog vermiste obligaties. De oorspronkelijke stukken welke nog in om loop mochten zijn, zullen bij aanbieding in Engeland niet worden uitbetaald. Neder land is het enige land dat voor een derge lijke regeling in aanmerking komt. Elders in Europa heeft zich dit probleem in deze vorm namelijk niet voorgedaan. Dat komt omdat, zoals ons verklaard werd, de Duitse bezetters ons land grondiger hebben ge plunderd dan de meeste andere landen. ADVERTENTIE Haarlem CENTRALE VERWARMING JOHNSON OLIEBRANDERS WEDSTRIJD AMSTERDAM—BERLIJN? De mogelijkheid is groot, dat op Woensdag 27 April in het Olympisch stadion in Am sterdam een stedenwedstrijd tussen Amster dam en Berlijn zal worden gespeeld. De onderhandelingen over deze voetbalwedstrijd zijn reeds gaande. Wie gedacht mocht hebben dat de in de Kamers op de minister van Financiën uit geoefende aandrang tot een uitbreiding van de door hem voorgestelde belasting verlagingen succes hebben, is blijkens de thans aangeboden Memorie van Antwoord wel bedrogen uitgekomen. Wel is de re gering bereid de belastingverlagingen in- plaats van per 1 Januari 1956 reeds op 1 Juli 1955 te doen ingaan, maar de sinds 1950 op de Vennootschapsbelasting toe gepaste verhoging wenst de minister voor de helft te handhaven. Men herinnert zich dat wij bij de bespreking van de Begro ting voor 1955 met anderen daarover onze teleurstelling hebben uitgesproken, niet het minst omdat de Minister in zijn nota voor de komende jaren een terugslag in de Nederlandse conjunctuur voorzag. Ook al is deze tot dusver uitgebleven, er zijn toch zonder twijfel factoren aan te wijzen welke er toe moeten nopen de bedrijfs- voorwaarden van de Nederlandse onder nemingen, met name die, welke zich op de export richten en dat zijn er steeds meer zoveel mogelijk te verlichten. Er moge even aan worden herinnerd dat in samenhang met het toenmalige de fensieprogram in 1951 op de vennoot schapswinsten een belastingverzwaring van f 120 millioen is gelegd door het per centage, 'dat 37V2 a 40 pet. bedroeg, tot 45 a 46 pet. te verhogen. Deze verhoging zou slechts tot en met 1954 gelden en dan zou het tarief opnieuw worden vastge steld, waaruit de minister thans de con clusie trekt dat een algehele opheffing van deze bijzondere druk destijds niet in uitzicht is gesteld. In letterlijke zin heeft de bewindsman hierin allicht gelijk, de hoop en de verwachting bestonden niette min dat bij de nieuwe herziening van de belastingdruk de gehele v.erhoging voor de Vennootschapsbelasting zou vervallen. Minister Van de Kieft handhaaft zijn standpunt dat er na de „vele" in het ver leden tot stand gekomen belastingverlich tingen voor het bedrijfsleven in het alge meen en ter bevordering van de inves teringsactiviteit geen aanleiding bestaat de mogelijkheden voor belastingverlaging aap te wenden tot verdergaande maat regelen ter stimulering van de investerin gen. Dit ondanks het feit dat de inves teringen in 1954 beneden de z.g. taakstel ling zijn gebleven en de op de bedrijven drukkende kosten in dat jaar niet onbe langrijk zijn verhoogd. Minister Zijlstra heeft er destijds op gewezen dat het Ne derlandse loonpeil binnen een jaar tijds een stijging zou te zien geven, die naar West-Europese maatstaven gemeten, ex ceptioneel zou zijn en de minister heeft gelijk gehad. Want volgens de thans inge diende Memorie van minister Van de Kieft zijn de regelingslonen in 1954 met gemiddeld 15 pet. gestegen en de gemid delde loonvoet met 10 pet. terwijl de prijs index voor het gezinsverbruik in die tijd met 6 pet. is toegenomen, wat dus wil zeggen dat de grotere welvaart in ons land mede aan de loontrekkenden is ten goede gekomen. Tevens wordt in de Me morie medegedeeld dat als gevolg van de krachtige expansie van de export, de ge zamenlijke binnenlandse en buitenlandse vraag in 1954 groter was dan de produc tiecapaciteit, hetgeen uiteraard een infla toir effect heeft, maar dat naar onze me ning dan ook een aansporing moet zijn om de uitbreiding van dp Nederlandse pro ductiecapaciteit zoveel mogelijk te be vorderen. Het is in dit verband jammer dat de definitieve financiële uitkomsten van het Rijk over 1954 nog niet bekend zijn, want de Minister zal vermoedelijk alleen uit budgetaire overwegingen tegen een ver dere verlaging van de Vennootschapsbe- 1 lasting bezwaar hebben. Er moge echter aan worden herinnerd dat gedurende de laatste jaren de financiële uitkomsten steeds aanmerkelijk beter zijn geweest dan bij de raming werd aangenomen. Voor de jaren 1949, 1950 en 1951 hebben de overschotten op de Gewone Dienst en de Buitengewone Dienst I (aflopende uit gaven) resp. f 890 millioen, f 950 millioen en f 1289 millioen bedragen. Voor 1952; was oorspronkelijk een overschot geraamd van f 310 millioen, later van f 1796 mil lioen, terwijl het in werkelijkheid f 1999 millioen heeft bedragen. Voor 1953 was aanvankelijk een surplus van f 77 millioen geraamd, terwijl de vermoedelijke uit komst een surplus van f 489 millioen zal laten. Hieruit blijkt dus wel dat in al die jaren de werkelijkheid is meegevallen en als men kennis neemt van de opbrengst der middelen over het jaar 1954 is men ge neigd ook voor dat jaar op een overschot te rekenen. De opbrengst van de Rijks middelen heeft immers in totaal f 6218 millioen bedragen, terwijl de oorspronke-r lijke raming f 5341 millioen en de her ziene raming f 5915 millioen bedroeg, wat dus wil zeggen dat de ramingscijfers verre zijn overschreden. Het is niet bekend in hoeverre de staatsuitgaven van de ra>- mingscijfers afwijken, maar enige aanwij zing voor het gunstig verloop ligt toch wel in de ontwikkeling van de kaspositie van het Rijk. Het kastekort voor 1954 werd aanvankelijk op f 800 a f 1100 mil lioen geraamd, in 1954 heeft het Rijk ech ter slechts f 446 millioen geleend, terwijl het voor bijna f 500 millioen aan buiten landse schuld heeft afgelost. Uit de jong ste weekstaat van de Nederlaridsche Bank blijkt dat het Rijk, ondanks een aflossing van f 192 millioen aan de Herstelbank bij de Nederlandsche Bank al weer een te goed heeft van f 671 millioen, waarmee het de schuld, welke er anderzijds bestaat, nagenoeg geheel zou kunnen afdoen. Het valt moeilijk uit te maken in hoe verre de staatsinkomsten thans de staats uitgaven overtreffen, maar afgezien van de mogelijkheid tot beperking van die staatsuitgaven, heeft het er t och alle schijn van dat met een verdere verlaging van de Vennootschapsbelasting ad f 60 millioen het budgetair evenwicht niet zal wordei? ontwricht. Men zal er in de Ka mer dan ook ongetwijfeld nog eens met klem op aandringen! „Nu zal ik jullie laten zien, wat je moet doen", zei Pilon, en hij zette de ladder tegen één van de appelbomen. „Kijk", zei hij. „Als één van jullie nu op die ladder gaat staan en de appels plukt, kunnen de anderen die opvangen en in 'n mandje doen". Dat hadden ze begrepen. „Zal ik maar eerst naar boven gaan en plukken?", stelde Rick voor.- De anderen vonden dat goed en hij klom naar boven. „Oppassen, hoor, dat je niet valt", zei Pilon. „Voorzichtig te werk gaan en geen gevaarlijke kunstjes maken!" Toen gingen ze aan 't werk. Rick plukte alle appels van de takken en gooide die1 naar beneden, waar Bunkie en Oepoetie klaar stonden en ze opvingen. De afgeplukte appels verzamelden ze in 'n mandje. „Wat zien die appels er mooi uit!", zei Rick. „Ze hebben allemaal zulke mooie, rode wangetjes!" corcoi^c^/x>oooooofxxxx>oo3ooococ»3cooo3coccocoooocoocoocc Coppi heeft op de ivielerbaan van Cata nia in een wedstrijd over 30 ronden ruim 18 kilometer - in 27 min. 6 sec. gewonnen. Coppi verwierf 22 printen tegen Maspes 19, Sacchi 13, Casola 11, Milano 9 en Spldani 7. Er stonden nog verschillende andere nummers voor de professionals op het programma, doch Coppi en de anderen weigerden na de eerste race nog verder aan de start te komen. De organisatoren bleken name lijk wegens gebrek aan geld niet in staat de startgelden en beloofde pre mies aan de renners uit te keren. Van de naar schatting 7000 toeschouwers, die de tribunes bevolkten, hadden er slechts 200 betaald. De overigen waren allen op clandestiene wijze naar binnen gekomen Het orkest van Louisville in de Amerl- kaanses taat Kentucky zal wereldpremiè res ten gehore brengen van werken van Henk Badings en Chou Wenchoeng. Het werk „And the fallen petals" van laatstgenoemde werd in opdracht van het orkest gecomponeerd. De „Louisville Sym phony" van Badings zal op 26 Februari worden opgevoerd onder leiding van Robert Whitney. NEDERLANDER STAAT IN BELG IE TERECHT VOOR ROULETTESPEL Op Vrijdag 18 Februari zal voor de recht bank in Turnhout terecht staan de Neder lander J. B„ verdacht van uitbating van het roulettespel in de club „Entre Nous" te Baarle-Hertog. B. zou de schuld op zich hebben genomen, teneinde de heer H. B. en mevrouw B. de drie genoemden zijn geen familie van elkaar van vervolging vrij te stellen. De verdachte zal zich laten bij staan door mr. Jules Frankck, advocaat,te Antwerpen en mr. P. van 't Hoff Stolk, ad vocaat te 's-Gravenhage. ADVERTENTIE De kortste en voordeligste opleiding: (Bekende Schriftelijke Cursus) vertaald uil het Engels) l 3) We hebben hier te doen met een geheel nieuwe methode van ontvoering. Natuur lijk zijn deze mensen volgens de wet straf baar. Maar onder het gewone publiek zullen er velen zijn, die hen niet als zo danig beschouwen. Velen zullen deze lieden bewonderen om hun handig spel, vooral omdat ze zich zo keurig tegenover hun slachtoffers gedragen, en ze zullen er om lachen, dat ze op zo'n knappe manier geld ontfutseld hebben aan mensen, die het zo gemakkelijk konden missenAls ik één van deze schurken moest verde digen, zou ik 't van deze zijde belichten. O, het zou een grandioos pleidooi worden!" „En je zou stellig een mild vonnis voor hem krijgen!", zei Daphne lachend. „Maar laten we niet afdwalen. „Wie is Dat?" noemt al dit soort rijke mensen en hun clubs. Elk van de tot dusver benadeelde slachtoffers is lid van drie clubs, en vier van hen blijken o.a. lid te zijn van de Phoenix." Ze keek hen even betekenisvol aan. Trevitter reageerde. „En aangezien Alan en ik daar ook lid van zijn, is er in die richting misschien iets te ondernemen". Daphne schudde echter haar hoofd. „Ik geloof niet, dat we daar veel tijd aan moeten verdoen, Jimmy", antwoordde ze. „Je kunt natuurlijk de ledenlijst eens even doorlopen om te zien of de een of andere naam je speciaal opvalt in dit verband. Maar ik meen dat jullie over de duizend leden hebben en verscheidene daarvan zijn waarschijnlijk van een behoorlijke lengte.... De brillen, baarden en snorren zijn onbelangrijk, die kunnen alleen maar als vermomming dienen. Maar voordat je alle gegevens omtrent de lange mannen uit je club verzameld hebt, kunnen er ik weet niet hoeveel ontvoeringen hebben plaats gevonden.... Nee, ik persoonlijk vertrouw er op, dat Larraby zijn woord houdt en mij waarschuwt, zodra men zich in een volgend geval tot hem wendt als „referentie"'. „Maar wa: doe je, als de volgende va der of voogd weigert mee te werken?" Ze haalde even haar schouders op. „Dan zullen we hem moeten schaduwen en er het beste van hopen". Williamson stond op en geeuwde. „Ik geloof niet, dat we vanavond veel verder kunnen kernen. Wie wil iets drinken?" „Sylvester merkte peinzend op: „Voor een wetenschapsman van gezag valt je in telligentie me tegen, Hugh!" „Daphne", vroeg Everest na enkele ogenblikken, „ben je helemaal bevredigd door die prof. Mentonleigh temidden van al die zéér rijke knapen? Ik persoonlijk ben dat namelijk allesbehalve". Ze nam een glas whisky-soda aan van Williamson en dronk een slok. voordat ze antwoordde. „Dit is een punt, waarover ik inderdaad ook loop te piekeren", gaf ze toe. „Natuurlijk kan ik argumenten be denken. Misschien is hij veel rijker dan wij weten en misschien weet één lid van deze bende dat heel goed. Misschien is hij ook zó dol op zijn pupil, dat hij zich zou willen ruïneren voor dat meisje....'' „Maar je bent ook niet helemaal bevre digd, is 't wel?" Ze lachte. „Nee", gaf ze toe, „noch het een, noch het ander bevredigt me ten volle". „Waarom precies?" „Omdat ik nu eenmaal Daphne Wrayne heet, denk ik", antwoordde ze. „Iets in het geval van die professor zint me niet". „Met andere woorden: je vertrouwt Mentonleigh niet?" „Daarvoor is momenteel nog geen reden, Martin". „Maar toch is 't zo, nietwaar?" Uiteraard moet je nooit in een dergelijke zaak iemand van je lijst van verdachten schrappen, vóórdat je helemaal zeker bent, dat hij 100 procent goed is". „Ik ben 't geheel met je eens. Zoals je echter zellf gezegd hebt, was de eerste hindernis de moeilijkste om te nemen. Wel nu, als dat zo is hetgeen ik niet betwij fel en als Mentonleigh in deze mede plichtig zou zijn, waarom werd zijn pupil dan niet als nummer één gebruikt? Dan had ook die eerste hindernis geen risico opgeleverd". Ze knikte, maar er bleef eén frons op haar voorhoofd. „Dat is inderdaad een punt van belang", antwoordde ze. „Aan de andere kant, is het natuurlijk zo, dat wan neer zijn pupil slachtoffer nummer één zou zijn en hij prompt betaalde zonder referentie, er onmiddellijk verdenking je gens hem zou kunnen ontstaan. Door haar als derde of vierde slachtoffer te nemen, werd een dergelijke argwaan vermeden". „Als je straks hoort, dat Herrison num mer één in oe serie is geweest, ga je hem natuurlijk verdenken", merkte hij op. „Inderdaad, tenzij hij mij heel duidelijk kan aantonen, dat hij niets met de ontvoe ring van zijn eigen kind te maken kan hebben gehad", antwoordde ze. „Ben je wat de anderen betreft, hele maal bevredigd?" „Ik heb met allen persoon/lijk gesproken en ik heb geen ogenblik een gevoel van argwaan tegen één van hen gevoeld". „Gelukkig voor hen", mompelde Syl vester glimlachend. HOOFDSTUK 3 Toen ze in de buurt van Frimley kwa men, richtte Daphne, die achter het stuur zat, zich tot Maynard, die naast haar was gezeten. ,-;Naverton moet eeu paar kilome ter ten Noorden van Frimley liggen, May nard. Haal de kaart te voorschijn en vertel me, alsjeblief hoe we door de stad moe ten rijden om daar te komen". jGoed, juffrouw Wrayne". Na de kaart zorgvuldig bestudeerd te hebben, gaf hij aanwijzingen: „U moet de hoofdweg volgen en ongeveer twee kilo meter buiten de stad moeten we links af slaan naar Naverton", „Goed zo. Waarschijnlijk zal ik daar 'straks een onderhoud hebben, dat wel een uur of meer zal duren, Je behoeft niet be zorgd te worden, we zijn hier niet op ter rein van de vijand. Ik heb je toch al ver teld over de ontvoeringsgevallen, waarmee we ons bezig houden?" „Inderdaad, juffrouw Wrayne. „Ik hoop te bewijzen, dat de man, met wie ik nu ga praten, de eerste in de serie is. Als dat zo is, dén zal hij waarschijnlijk van het meeste belang zijn". „Bedoelt u, juffrouw, dat het eerste slachtoffer géén referentie-adres kreeg en dat U óus zéér benieuwd bent, wat hem er toe bracht zo goedmoedig te betalen?" Maynard wist, hoe prettig Daphne het vond, als haar hele personeel zich interes seerde voor de problemen, die haar bezig hielden,, en hij vond zijn opmerking, in telligent. „Grappig, dat jij 't ook zo ziet, May nard", zei ze goedkeurend. „Tenzij hij natuurlijk een overtuigende reden kan opgeven. Maar als ik 't zeggen mag, juffrouw. „Ga door", drong ze aan, toen hij aar zelde. „Ik weet niet precies, hoe ik het stellen moet, juffrouw Wrayne", antwoordde hij langzaam, „misschien kwam het eerste slachtoffer een zeer rijk man, voor wie geld niet zo'n grote rol speelt zó onder de indruk van de mededeling van de man, die hem opbelde, dat hij zonder meer be sloot te betalen. Maar het lijkt me zeer belangwekkend te horen, of er ook iemand is geweest, die hem hiertoe nog speciaal heeft aangezet. Als dat zo zou zijn, dan zou* ik dié persoon in kwestie verdacht vinden en zou ik daar meer over willen weten". Z« lachte. „Wat ken je me toch goed, Maynard! Dat is precies wat ik van plan ben te doen. De andere gevallen zijn veel gemakkelijker te aanvaarden, omdat die referentie was opgegeven. Maar ik stel er bijzonder veel belang in te weten, hoe nummer één er toe gekomen is, zo vlot te betalen. Ik hoop van harte, dat hij wer kelijk de eerste is en dat we niet verder zullen behoeven te graven. Ik verwacht een lang onderhoud, waarin ik veel in teressante dingen te horen zal krijgen. Aannemende althans, dat deze man zal willen praten. Als hij weigert, dan zou ik op het ogenblik niet precies weten, wat ik verder moest doen. (Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1955 | | pagina 6