Eerste Kamer teleurgesteld
over mislukking van overleg
Het verhaal van Dwinsteloo
Nassers
op het
regiem drukt stempel
uiterlijk van Egypte
Twintigste eeuw heeft het innerlijk
van zijn land nauwelijks beroerd
De ambtenarensalarissen
Onderzoek bepleit naar verschil
in beloning bij overheid en
particulier bedrijf
Goud- en deviezenvoor
raad iets gestegen
Schipperen in internationaal krachtlijnenveld
WOENSDAG 23 MAART 1955
3
Blik op het nieuwe
Egypte
HOEST EN VERKOUDHEID
VERDRIJFT MEN SNEL MET
Weekstaat Nederlandse Bank
Kerkelijk Nieuws
Mr. Stoffels te Djakarta
luchtvaartmaatschappijen komen en gaan. Maar in cle lichte hoge stationsge
bouwen is het koel: er heerst de snelle bedrijvigheid van luchtreizigers en de
(Van onze reisredacteur)
CAIRO, Maart 1955
DE HETE ZON VAN HET MIDDAGUUR schroeit de zandvlakte van Cairo
Airport waar de Constellations, Viscounts en Stratocruisers der internationale
Maar in de lichte lioge static
edriivigheid van luchtreizigers
moderniteit van bars en restaurants en er is de lome stem van het luidspreek-
stertje, dat in drie talen aankomst en vertrek van de vliegtuigen meldt. De inter
nationale sfeer wordt echter verbroken als ineens de stem van het meisje zwijgt
en uit de luidspreker een ander geluid komt: een hoge smekende mannenstem,
de extatische oproep tot het gebed van de muezzin. En op de zonnige zand
vlakte buiten buigt een figuurtje in wijd gewaad zich nederig naar het Oosten
voor Allah, die zo oneindig groot, en voor Mohammed, die zijn profeet is. Minu
ten lang schalt de stem voort, dan hoort men nog slechts het ruisen van de plaat
en eer men van zijn verbazing over de Islam-per-gramofoon bekomen is, jagen
de vier brullende motoren van een Constellation een stofwolk over het in gebed
verzonken figuurtje en meldt de stem van het meisje alweer, dat het toestel voor
Londen zo juist vertrokken is.
Vreemde ontmoeting tussen een oud
land en een nieuwe tijd. Zij speelt zich
trouwens overal af in Cairo, millioenen-
metropool aan de Nijl, die van het Zuiden
uit zijn groene lint van vruchtbaarheid
door de geblakerde woestijn trekt en zich
hier uitbuigt in zijn welige delta. Rijk
land, dat drie oogsten per jaar geeft, maar
niet rijk genoeg voor zijn in dal en delta
rondkrioelende bevolking van 22 millioen.
Achterlijk land ook, ondanks het bedrieg
lijk beeld van Cairo's moderne centrum
met zijn enorme witte warenhuizen, flat-
en regeringsgebouwen, die naar de blau
we hemel reiken, zijn levendige boule
vards met luxueuze winkels, waarlangs
elegant geklede en opgemaakte Egyptische,
Griekse en Italiaanse vrouwen gaan.
Tien stappen echter buiten dit comfor
tabele wereldje van ijskasten en liften en
wolkenkrabbers en ge staat midden in het
stof, het lawaai en het gekrioel van het
Nabije Oosten. In de oude wijken van
Cairo gaan zwart-gesluierde vrouwen
steels hun weg, spelen bruine kindertjes
in het vuil en zitten mannen met fez en
hoofddoek in hun „gallabiah", hun wijde
gewaden, breeduit achter waterpijp en
kleine kopjes koffie. Er is gebalk van ezel
tjes, gillende Arabische muziek, ge
schreeuw van kooplieden en de onverschil
ligheid van loom voortdeinende kamelen
voor het hels getoeter van rammelende
taxi's. Er zijn de dunne minaretten van
Cairo's vijfhonderd moskeeën, en boven al
het gedruis torent het geweldig silhouet
van de Al Azhar-universiteit, vesting van
de orthodoxe Islam.
Portret overal
Eén ding vindt ge echter zowel in oud
als in Nieuw-Cairo: het portret van een
officier. Een open kraag, een gezet, niet
on-innemend gezicht met zwarte snor en
donkere ogen onder een pet met adelaars
wapen. Het is het gezicht van de luitenant-
kolonel Gamal Abdel Nasser, premier en
leider van de republiek Egypte. Of het por
tret ook in alle huizen hangt is een an
dere vraag, wiaar wel kijkt het op u neer
in alle café's en bazars van de oude wijken
zo goed als in de internationale bar van
Semiramis, Cairo's hotel nummer één, sinds
Sheppards' afbrandde op zwarte Zater
dag'' in Januari 1952, toen Cairo's grauw
in wilde furie tegen zijn ellende muitte.
Vlak bij Nassers portret in Semiramis staat
overigens een vitrine met gouden hebbe
dingetjes van Faroek, de patserige bijoute-
rietjes van een potentaat, die de welstand
van zijn volk placht af te meten naar zijn
eigen omvang. Zo diep is deze man geval
len, dat zijn snuisterijen hier zelfs niet
meer gekocht worden door de hordes Ame
rikaanse toeristen, die zich, getooid met
ongebruikelijke petjes, door gidsen in de
hitte laten rondzeulen.
Over de zondige aantrekkelijkheid van
Cairo zullen zij, eenmaal thuis, overigens
kort moeten zijn, want daar is geducht de
bezem door gehaald. Pornografie, die hier
eertijds als tramkaartjes van de hand ging,
wordt nog slechts in het geniep verkocht.
Op de verkoop van de verdovende „hashish"
staat levenslange dwangarbeid. Prostitutie
is door strenge verbodsbepalingen vrijwel
onbetaalbaar geworden. Voor overspel gaat
men de gevangenis in. Ook echtgenoten
mogen elkaar op straat niet kussen. En in
puriteinse ijver is zelfs een onschuldig spel
als canasta in de ban gedaan. De schoon
maak is grondig. Het traditionele bedelen
om „bakshish" is haast verdwenen. De
oooooooooooooooooooooooooocoooooooccoooooooooooooooooooe
Met het oog op de politieke gebeurte
nissen in het Midden-Oosten, waarin
de positie van Egypte van het hoogste
8 belang is, heeft onze reisredacteur een
bezoek aan dat land gebracht. In een
aantal artikelen zal hij zijn indrukken'.
weergeven over Egypte en zijn nieuwe
regiem. Premier Gamal Abdel Nasser
v en zijn „junta" van jonge officieren,
die dit. in velerlei opzicht nog achter
lijke land in versneld marstempo naar
een moderner bestaan willen voeren,
ontmoeten daarbij problemen van ge-
R weldige omvang. In dit eerste artikel
8 tekent onze reisredacteur de sfeer van
het huidige Cairo. Hij roert enige van
de problemen aan, waarop hij later
dieper zal in gaan.
«x*xxx>sax>ocoooooc*x»oooooooxiooooooootx)0oc)oocicoooocooo
vang, dat men nauwelijks de eerste aanpak
kan vinden. Een probleem dat tientallen
jaren en milliarden-investeringen zal vra
gen.
Fietsen of
De oplossing is een kwestie van zeer
lange adem, die een stabiel gouvernement
eist, dat bovendien door voortdurend ini
tiatief tot de verbeelding van het volk moet
spreken. Het is fietsen of omvallen. Van
daar de drang tot handelen van het regiem,
schoenpoetsers moet men roepen en stren- ook op poiitiek gebied. Die drang lijdt soms
ge toeristen-politie
cieel welzijn, dat deze
toerist uit louter ba-
lorigheid op zoek j
ging naar een bede-
laar oi j
weg- te geven.
Duits model HÜ^KISi
Er zijn andere uiter-
Iijke kentekenen van IflpPr "fJjfÊ---
het. nieuwe regiem. -fÉl
Nftast de groene Egyp- :^£jk
tische vlag met maan W&t i
en sterren, wappert 9, t
overall de rood-wit- 4 sMBÊÈÊ 'WjjLyjÊ
rte revolutievlag.
Op het oude staats-
1 -C
model. Er is
meer. dat onze Oos- «fc,
Aanplakbiljetten met
,i Jf
een onbepaalde verte
staren, een soort stu
dentenmilitie, die met -wWfc
geweldig armgezwaai
door de «L- S&Éttjjjjfl
om aldaar Gamal Ab- 1%.
del Nasser
tane geestdrift op de
heen «Ai
dragen. Deze np
formeerde
vlees de man - ter ver.-
hoging van de geest
drift - op excursie
naar de Mudiriat Al-
Tahrir.de bevrijdings
provincie onder Alexandrië, waar men de
woestijn tot bloei brengt op een wijze, die
bijzonder veel op de Israëlische lijkt, al
moet men dat hier niet te hardop zeggen.
Er zijn de vele officieren van de thans
bevoorrechte strijdkrachten, die in onbe
rispelijke uniformen door de straten wan
delen. Er is een gecensureerde pers, die
iedere dag met plichtmatige vreugde pro
clameert hoe voortreffelijk alles toch wel
gaat in het nieuwe Egypte.
Moet men de jonge, energieke, militaire
leiders van Egypte hierover hard vallen?
Zij hebben een ziek en achterlijk land ge
ërfd, een slecht-georganiseerdc staatsma
chine, door corruptie in iedere rang in het
moeras geraakt. Een overbevolkt land, ge
teisterd door armoe en ziekte, geremd door
een verouderde en verlammende opvatting
van zijn godsdienst. Een apatisch volk met
driekwart analfabeten moet op gang ge
bracht worden. Dat is een economisch en
sociaal probleem van zo geweldige om-
Oud Caïro: op de stoffige vlakte bij de Al Azhar-Moskee komen de inwoners van Cairo's oude wijk een luchtje scheppen en
een praatje maken. En de groentenkoopman staat klaar met vruchten en suikerriet voor de dorst.
Het kopersmidje in een van Cairo's nauwe straatjes wacht
op klanten.
tot overijldheid, en. Egypte ligt midden in
een internationaal krachtlijnenveld. Aan
de grens met Israel stijgt de spanning, de
Soedan dreigt toch onafhankelijkheid te
verkiezen boven unie met Egypte, Irak
heeft Egypte's leiderschap in de Arabische
eenheid doorbroken, het Westen manoeu
vreert om in het Midden-Oosten de ont
brekende schakel tussen het Noord-Atlan
tische en het Zuid-Oost-Aziatische pact te
smeden.
Voor Nasser en de zijnen zijn dit
zware opgaven, zwaarder dan het com
manderen van regiment of bataljon.
In hun land van palmen en woestijnen
moeten deze jonge revolutionnairen,
aan wier eerlijkheid overigens niemand
twijfelt, de hitte van de dag wel voe
len.
(Van onze parlementaire redacteur)
Het eerste agendapunt van de vergade
ring, van de Eerste Kamer van gistermid
dag was het wetsontwerp tot instelling van
een Raad voor de Kunst.
De heer De Vos van Steenwijk
(VVD) opperde enige bezwaren tegen de
samenstelling van deze raad. Tevens had
hij de indruk, dat minister Cals zich te
veel laat leiden door de aanhangers van de
experimentele kunst met ten achterstelling
van de oude federatie.
Het oordeel van prof. Gerretson
(C.H.) luidde: „Wij nemen het ontwerp
met vreze en beven, op hoop van zegen."
Hij zei beducht te zijn voor het gevaar dat
het „artistieke diakenmannetje" eventueel
voor de verleiding zou kunnen bezwijken,
,de staatsdiaken, wiens brood hij eet, te veel
naar de ogen te zien.
In elk geval hoopte prof. Gerretson, dat
althans onder deze regering de Raad voor
de Kunst geen verordende bevoegdheid zal
krijgen. Bij het subsidiebeleid moeten
levensbeschouwelijke en politieke richtin
gen geen rol spelen. Overwegend bezwaar
had prof. Gerretson er tegen, dat de over
heidsbemoeiing met kunst in de eerste
plaats er op gericht zou moeten zijn de
kunstenaar een onbezorgd menswaardig
bestaan te verzekeren. Men loopt anders
kans, dat „een heel leger luierende artis
tieke slampampers aan het schort van de
Nederlandse Maagd zal komen te hangen."
Nadat mr. Witteman (KVP) zich
namens zijn fractie ten volle met het wets
ontwerp bleek te kunnen verenigen, gai
ook mevrouw Verwe yJ o n k e r
(F. v. d. A.) haar volle instemming er mee
te kennen. Toch zag zij wel gevaren in
overheidsbemoeiing met de kunst, bijvoor
beeld dat de vrijheid van de kunstenaar
enigermate beperkt kon worden. Daar de
Raad voor de Kunst een zekere verstarring
zal Kunnen veroorzaken, achtte zij een
doorstroming gewenst. De leden moeten
het vertrouwen van de kunstenaars en vol
doende oog voor de noden en de betekenis
van de jongeren hebben.
Bij de begroting van Binnenlandse Zaken
pleitte de heer Reyers (C.H.) voor rui
mer belastinggebied der gemeenten. Hij
nam het op voor een na de bezetting ont
slagen burgemeester, die zijns inziens on
rechtvaardig was behandeld. Een milder
optreden tegenover de F. 221'ers, achtte hij
geboden.
De heer De Vos van Steenwijk
(VVD) betreurde het mislukken van het
overleg inzake de verbetering der ambte
narensalarissen. Hij gaf de hogere ambte
naren de raad niet over te gaan tot beper
king van hun werk tot het strikt voorge-
schrevene. Ook de heren Schipper
(A.R.) en Van Lieshout (KVP) ston
den bij de kwestie van de ambtenarensala
rissen stil. Eerstgenoemde opperde het
denkbeeld een commissie in te stellen, die
moet nagaan of er inderdaad een nadelig
verschil 'tussen de bezoldiging door de
overheid en door het bedrijfsleven bestaat.
Hij bepleitte in het vervolg in de «over-
heidsdelegatie bij het overleg omtrent de
ambtenarensalarissen één of meer minis
ters in plaats van hoge ambtenaren op te
nemen.
De heer Van Lieshout maakte uit
de stelling, dat de overheid geen concur
rerende positie ten opzichte van het be
drijfsleven moet innemen, toch wel op, dat
men in geen geval bereid is voor een sala
risverbetering te zorgen, die in overeen
stemming is met de eisen van deze tijd.
Volgens hem „geniet" een belangrijk deel
van het overheidspersoneel een bezoldiging
die de ambtenaren niet meer in staat stelt
in de strikt noodzakelijke behoeften te
voorzien. Dit achtte hij, die met betrekking
tot de rechtspositie van de ambtenaren ook
nog critisch had gesproken over touwtrek
ken tussen het rijk en lagere organen, mo-
ADVERTENTIE
(Van onze medewerker voor sterrenkunde)
In traditioneel gewaad maakt een Egyptisch echtpaar een wandeling op de vrije
Vrijdagmiddag, de Mohammedaanse rustdag. Op de achtergrond torent een symbool
van het nieuwe Egypte. Een van de enorme regeringsgebouwen van het
moderne Ctüro.
Als er nu onder de astro
nomen van de Leidse sterren
wacht een enthousiaste ama
teur-cineast blijkt rond te
lopen, waarom zouden we dan
eens geen film gaan maken
over een groot gebeuren uit
de wetenschappelijke wereld,
dat helemaal „made in Hol
land" is?
Want het verhaal lag toch
eigenlijk voor het opschep
pen: een student die (in 1944)
zijn leermeesters en de rest
van de geleerde wereld ver
baasde met een stoutmoedige
veronderstelling die, als zij te
realiseren bleek, geheel nieuwe
werelden zou doen opengaan.
En een amateur-filmer die dat
verhaal in beeld wist te
brengen.
Die student was (nu: pro
fessor doctor) H. C. van de
Hulst en de man met de ca
mera is de heer Herman Kiei-
brink. Hij behoort tot de uit
verkorenen van wie Shaw
heeft gezegd dat slechts zij
werkelijk gelukkig zijn, omdat
zij van hun liefhebberij hun
beroep hebben gemaakt. De
heer Kleibrink, amateur-
c'ineast, is namelijk ook profes
sioneel met de camera in de
weer: hij is observator aan de
sterrenwacht in Leiden; vol
gend jaar al 25 jaar lang.
En het verhaal? Amerika
mag dan zijn „Story of Mount
Palomar" hebben, ons „Ver
haal van Dwingeloo" hoeft
daar niets vooi onder te doen.
Dwingeloo ja, want daar, op
de Drentse heide, speelt zich
de happy ending af van de
film van Herman Kleibrink.
Een happy ending die overi
gens nog moet komen, want de
radiotelescoop bij Dwingeloo,
die de grootste wordt* van het
vasteland van Europa, is nog
in aanbouw. De film dus ook;
zij zal in Augustus of Septem
ber, kort na de radiotelescoop
zelf, gereed zijn.
Het wordt een 16-milli-
meter geluidsfilm, die onge
veer 45 minuten zal duren,
maar waaraan de heer Klei
brink van Juli 1954 af bezig
is geweest. Daar hij zo laat is
begonnen met het „betrappen"
van het verhaal, heeft hij al
lerlei vroegere scènes moeten
reconstrueren: zo hebben
dezer dagen zeventien astro
nomen die in 1944 aanwezig
waren bij het nu beroemd ge
worden colloquium van Van
de Hulst, de uitnodiging ge
kregen, weer met zijn allen
naar datzelfde zaaltje in de
Leidse sterrenwacht te komen,
en wel in een oud pakje, en
liefst zelfs in het sjofele cos-
tuum dat in dat barre oorlogs
jaar hun magere leden om
hulde. Prof. Van de Hulst zou
dan weer doen alsof hij de stu
dent uit 1944 was die daar een
uiteenzetting hield over een
bepaalde eigenschap van het
waterstof-atoom in het heelal.
En zo begint dan deze film.
Met hun laarzen stampende
Duitse soldaten spelen er ook
nog een (ongeweten) rol in.
want een (authentieke) op
name van de „marschierende
Wehrmacht" markeert de tijd
waarin het verhaal begint.
Buiten het oorlogsrumoer,
maar binnen de wetenschap
pelijke gedegenheid van de
voorbereiding. Die leidde er
toe dat Nederlands naam na
de oorlog weer op het eerste
plan kwam, in de geleerde
wereld. De radio-astronomie
is namelijk een stuk Neder
lands pionierswerk.
Het vermoeden van de stu
dent Van de Hulst bleek juist:
inderdaad is de straling die het
interstellaire tussen de
sterren in grote zwermen, wol
ken, voorkomende) waterstof
atoom uitzendt, op aarde meet
baar. Niet zichtbaar daar
voor is de golflengte te groot.
(Wat wij „licht" noemen is,
natuurkundig gesproken, een
electromagnetische straling
met een golflengte van enkele
tienduizendsten van millime
ters). Maar Wel opvangba'ar:
de golflengte was 21 centime
ter en die ligt in het gebied
van de radio-golven. Het in
strument waarmee men die
straling waarneemt heet dan
een radio-telescoop. Er is
niets mee te „kijken", letter
lijk, maar men heeft nu een
maal de termen uit de optische
sterrenkunde overgenomen.
Enfin, zo groeide er een heel
nieuwe tak van sterrenkunde:
de radio-astronomie. En Ne
derland behoort tot de eerste
landen ter wereld waar een
radio-sterrenwacht verrees.
Een kleine in Kootwijk, met
als voornaamste instrument
een oude Duitse radarspiegel
die professor Oort tijdens eei
strandwandeling in de duinen
zag staan zo wil het ten
minste het filmverhaal en
later een grote, met een kip
pengazen spiegel van 25 me
ter middellijn op de Kralose
heide bij Dwingeloo: Kippen
gaas (nu ja, tenminste een
soort gaas met mazen van een
dergelijke grootte) omdat men
voor het opvangen van die 21
cm straling geen spiegelglad
oppervlak nodig heeft, zoals
voor het opvangen van de veel
fijner-gegolfde lichtstralen.
En zo groeide ook „het ver
haal van Dwingeloo", al wordt
dit niet de titel van de film
van de heer Kleibrink. Hij
gaat zijn creatie waarschijnlijk
„de 21 centimeter-lijn" noe
men. Er komen ook geteken
de gedeelten in voor: „Je moet
het publiek tenslotte ook dui
delijk maken, waarom het nu
eigenlijk in die radio-astrono
mie gaat", zegt hij en daarom
zullen we er ook in te zien
krijgen, hoe het electron van
een in het heelal zwevend
waterstof-atoom het kleine
beetje energie afstaat dat wij
hier op aarde kunnen meten,
als „radio-straling".
De film zal dienen ter il
lustratie van lezingen, bijvoor
beeld voor leden van de Ver
eniging voor Weer- en Sterre-
kunde, van volksuniversiteiten
en voor middelbare scholieren.
In het buitenland, waar men
zeer nieuwsgierig is naar het
Nederlandse „radio-astrono
misch observatorium te Dwin
geloo" zoals het officieel heet,
bestaat ook grote belangstel
ling voor de film.
reel verwerpelijk, tenzij de minister hem
alsnog zou kunnen aantonen dat de over
heidsfinanciën geen salarisverbetering van
betekenis toelaten.
Mr. Van W a 1 s u m (P. v. d. A.) vond
's ministers Memorie van Antwoord voor
zover deze betrekking had op de gemeen
telijke zelfstandigheid wat lauw. Er viel
iets van „afmatting" in waar te nemen. Hij
zou gaarne vernemen, wat minister Beel
onder nieuwe mogelijkheden verstaat in
verband met het vraagstuk van grenswijzi
ging.
Met de heer Brandenburg (CPN) was
deze senator, wal Bescherming Bevolking
betreft, benieuwd naar verdere inlichtin
gen omtrent de wijze van bemanning van
oe Rijksmobiele colonnes. Hij wilde ook
iets meer horen over het beleid inzake de
schuilplaatsen. Levensgevaarlijk noemde
hij het als men niet een „uiterst realistische
voorlichting" zou verschaffen over de ge
volgen van het gebruik van atoomwapens.
„Met enige aarzeling," vervulde m r. V a n
W a 1 s u m de rol van invaller voor de heer
Oosterhuis, om iets omtrent de kwestie van
de ambtenarensalarissen te zeggen. De
Kamer zou zijns inziens verkeerd doen zich
te laten verleiden te treden in zaken, die
bij het georganiseerd overleg thuis horen.
Nu men nog onvoldoende over een en ander
is ingelicht, beperkte hij zich tot het uit
spreken van de hoop, dat men alsnog er in
zou slagen uit de moeilijkheden te komen.
Onjuist zou het zijn ten aanzien van de
ambtenarensalarissen oplossingen aan te
bevelen, die het loonbeleid van de regering
zouden doorkruisen. Van de oi-ganisaties
mag een zo groot mogelijke discipline wor
den verwacht.
Met klem bepleitte mr. Van Walsum een
oplossing voor het vraagstuk van de ge
huwde ambtenares
Prof. Gerretson (C.H.) kwam nog
eens terug op de een jaar geleden bij het
begrotingsdebat besproken kwestie omtrent
de wordingsgeschiedenis van de Grond
wetsbepaling van 1814 omtrent „Amster
dam hoofdstad". Hij betoogde dat de oor
spronkelijke stukken bewijzen, dat minister
Beel ongelijk had.
Minister Beel, die hem vandaag zal
antwoorden, kon hem vast mededelen, dat
de C.H.-afgevaardigde, tegen diens ver
wachting in, dit antwoord zal meevallen.
Overigens hield de minister zich 's avonds
laat alleen nog bezig met de Bescherming
Bevolking. Hierbij was zijn mededeling
omtrent het besluit der regering de Rijks-
mobiele colonnes te bemannen met mili
tair dienstplichting personeel van de Lucht
macht en zo nodig van andere krijgsonder-
delen, het belangrijkste. Men zie hiervoor
pagina 1.
Uit de verkorte balans van de Neder-
landsche Bank per 21 Maart blijkt dat de
bankbiljettencirculatie met 28 millioen
is verminderd tot 3.442 millioen.
De goudvoorraad, die sinds 9 Augustus
van het vorig jaar onveranderd is geble
ven, blijkt deze week met 8 millioen te
zijn aangegroeid tot 3.022 millioen. Ook
de netto deviezenreserve heeft een vrijwel
gelijke vermeerdering ondergaan. Deze is
thans gekomen op ruim 1601 millioen
tegen vorige week 1594 millioen. Beide
posten tezamen bedragen ongeveer 4.623
millioen.
Ned. Herv. Kerk
Beroepen te Steggerda (toez.) A. Meije-
ringh, vic. te Schonebeek.
Bedankt voor Sao Paulo (Brazilië) dr.
C. J. v. d. Poll te Weesp.
Geref. Kerken
Beroepen te Hemelum J. J. Lamme,
cand. te Haarlem: te Ferwerd H. Moll te
Midwolda (Old).
Geref. Kerken art. 31 K.O.
Aangenomen naar Zuidwolde (Dr.) L.
Louw, cand. te Zoutelfende,, die bedankte
voor: Geest, Grotegast, Hijken, Kantens,
Sappenneer, Twijzel en voor Zuidbroek.
Bedankt voor Leerdam en voor Houston
(Can. Ref. Church) J. Faber te Deventer.
De Amsterdamse advocaat mr. P. Stof
fels, die de verdediging op zich zal nemen
van enige der R.M.S.-leiders, die thans te
Djogja terecht staan, is Dinsdag te Djakar
ta aangekomen. Aan vertegenwoordigers
van de pers deelde hij mede dat hij alvo
rens naar Djogja te gaan eerst naar Sura-
baja zal reizen om met enige collega's con
tact op te nemen.
CONCERTGEBOUW-ORKEST
IN ZWITSERLAND
Het Amsterdamse Concertgebouw-Or
kest is zijn Zwitserse tournée Dinsdag
avond begonnen met een concert in de uit
verkochte „Temple Indépendant" in de hor-
logemakersstad La Chaux-de-fonds.
De verdere concerten worden gegeven in
Zürich, Bazel en Freiburg.
mmmm;