Eerste Kamer teleurgesteld over mislukking van overleg Het verhaal van Dwinsteloo Nassers op het regiem drukt stempel uiterlijk van Egypte Twintigste eeuw heeft het innerlijk van zijn land nauwelijks beroerd De ambtenarensalarissen Onderzoek bepleit naar verschil in beloning bij overheid en particulier bedrijf Goud- en deviezenvoor raad iets gestegen Schipperen in internationaal krachtlijnenveld WOENSDAG 23 MAART 1955 3 Blik op het nieuwe Egypte HOEST EN VERKOUDHEID VERDRIJFT MEN SNEL MET Weekstaat Nederlandse Bank Kerkelijk Nieuws Mr. Stoffels te Djakarta luchtvaartmaatschappijen komen en gaan. Maar in cle lichte hoge stationsge bouwen is het koel: er heerst de snelle bedrijvigheid van luchtreizigers en de (Van onze reisredacteur) CAIRO, Maart 1955 DE HETE ZON VAN HET MIDDAGUUR schroeit de zandvlakte van Cairo Airport waar de Constellations, Viscounts en Stratocruisers der internationale Maar in de lichte lioge static edriivigheid van luchtreizigers moderniteit van bars en restaurants en er is de lome stem van het luidspreek- stertje, dat in drie talen aankomst en vertrek van de vliegtuigen meldt. De inter nationale sfeer wordt echter verbroken als ineens de stem van het meisje zwijgt en uit de luidspreker een ander geluid komt: een hoge smekende mannenstem, de extatische oproep tot het gebed van de muezzin. En op de zonnige zand vlakte buiten buigt een figuurtje in wijd gewaad zich nederig naar het Oosten voor Allah, die zo oneindig groot, en voor Mohammed, die zijn profeet is. Minu ten lang schalt de stem voort, dan hoort men nog slechts het ruisen van de plaat en eer men van zijn verbazing over de Islam-per-gramofoon bekomen is, jagen de vier brullende motoren van een Constellation een stofwolk over het in gebed verzonken figuurtje en meldt de stem van het meisje alweer, dat het toestel voor Londen zo juist vertrokken is. Vreemde ontmoeting tussen een oud land en een nieuwe tijd. Zij speelt zich trouwens overal af in Cairo, millioenen- metropool aan de Nijl, die van het Zuiden uit zijn groene lint van vruchtbaarheid door de geblakerde woestijn trekt en zich hier uitbuigt in zijn welige delta. Rijk land, dat drie oogsten per jaar geeft, maar niet rijk genoeg voor zijn in dal en delta rondkrioelende bevolking van 22 millioen. Achterlijk land ook, ondanks het bedrieg lijk beeld van Cairo's moderne centrum met zijn enorme witte warenhuizen, flat- en regeringsgebouwen, die naar de blau we hemel reiken, zijn levendige boule vards met luxueuze winkels, waarlangs elegant geklede en opgemaakte Egyptische, Griekse en Italiaanse vrouwen gaan. Tien stappen echter buiten dit comfor tabele wereldje van ijskasten en liften en wolkenkrabbers en ge staat midden in het stof, het lawaai en het gekrioel van het Nabije Oosten. In de oude wijken van Cairo gaan zwart-gesluierde vrouwen steels hun weg, spelen bruine kindertjes in het vuil en zitten mannen met fez en hoofddoek in hun „gallabiah", hun wijde gewaden, breeduit achter waterpijp en kleine kopjes koffie. Er is gebalk van ezel tjes, gillende Arabische muziek, ge schreeuw van kooplieden en de onverschil ligheid van loom voortdeinende kamelen voor het hels getoeter van rammelende taxi's. Er zijn de dunne minaretten van Cairo's vijfhonderd moskeeën, en boven al het gedruis torent het geweldig silhouet van de Al Azhar-universiteit, vesting van de orthodoxe Islam. Portret overal Eén ding vindt ge echter zowel in oud als in Nieuw-Cairo: het portret van een officier. Een open kraag, een gezet, niet on-innemend gezicht met zwarte snor en donkere ogen onder een pet met adelaars wapen. Het is het gezicht van de luitenant- kolonel Gamal Abdel Nasser, premier en leider van de republiek Egypte. Of het por tret ook in alle huizen hangt is een an dere vraag, wiaar wel kijkt het op u neer in alle café's en bazars van de oude wijken zo goed als in de internationale bar van Semiramis, Cairo's hotel nummer één, sinds Sheppards' afbrandde op zwarte Zater dag'' in Januari 1952, toen Cairo's grauw in wilde furie tegen zijn ellende muitte. Vlak bij Nassers portret in Semiramis staat overigens een vitrine met gouden hebbe dingetjes van Faroek, de patserige bijoute- rietjes van een potentaat, die de welstand van zijn volk placht af te meten naar zijn eigen omvang. Zo diep is deze man geval len, dat zijn snuisterijen hier zelfs niet meer gekocht worden door de hordes Ame rikaanse toeristen, die zich, getooid met ongebruikelijke petjes, door gidsen in de hitte laten rondzeulen. Over de zondige aantrekkelijkheid van Cairo zullen zij, eenmaal thuis, overigens kort moeten zijn, want daar is geducht de bezem door gehaald. Pornografie, die hier eertijds als tramkaartjes van de hand ging, wordt nog slechts in het geniep verkocht. Op de verkoop van de verdovende „hashish" staat levenslange dwangarbeid. Prostitutie is door strenge verbodsbepalingen vrijwel onbetaalbaar geworden. Voor overspel gaat men de gevangenis in. Ook echtgenoten mogen elkaar op straat niet kussen. En in puriteinse ijver is zelfs een onschuldig spel als canasta in de ban gedaan. De schoon maak is grondig. Het traditionele bedelen om „bakshish" is haast verdwenen. De oooooooooooooooooooooooooocoooooooccoooooooooooooooooooe Met het oog op de politieke gebeurte nissen in het Midden-Oosten, waarin de positie van Egypte van het hoogste 8 belang is, heeft onze reisredacteur een bezoek aan dat land gebracht. In een aantal artikelen zal hij zijn indrukken'. weergeven over Egypte en zijn nieuwe regiem. Premier Gamal Abdel Nasser v en zijn „junta" van jonge officieren, die dit. in velerlei opzicht nog achter lijke land in versneld marstempo naar een moderner bestaan willen voeren, ontmoeten daarbij problemen van ge- R weldige omvang. In dit eerste artikel 8 tekent onze reisredacteur de sfeer van het huidige Cairo. Hij roert enige van de problemen aan, waarop hij later dieper zal in gaan. «x*xxx>sax>ocoooooc*x»oooooooxiooooooootx)0oc)oocicoooocooo vang, dat men nauwelijks de eerste aanpak kan vinden. Een probleem dat tientallen jaren en milliarden-investeringen zal vra gen. Fietsen of De oplossing is een kwestie van zeer lange adem, die een stabiel gouvernement eist, dat bovendien door voortdurend ini tiatief tot de verbeelding van het volk moet spreken. Het is fietsen of omvallen. Van daar de drang tot handelen van het regiem, schoenpoetsers moet men roepen en stren- ook op poiitiek gebied. Die drang lijdt soms ge toeristen-politie cieel welzijn, dat deze toerist uit louter ba- lorigheid op zoek j ging naar een bede- laar oi j weg- te geven. Duits model HÜ^KISi Er zijn andere uiter- Iijke kentekenen van IflpPr "fJjfÊ--- het. nieuwe regiem. -fÉl Nftast de groene Egyp- :^£jk tische vlag met maan W&t i en sterren, wappert 9, t overall de rood-wit- 4 sMBÊÈÊ 'WjjLyjÊ rte revolutievlag. Op het oude staats- 1 -C model. Er is meer. dat onze Oos- «fc, Aanplakbiljetten met ,i Jf een onbepaalde verte staren, een soort stu dentenmilitie, die met -wWfc geweldig armgezwaai door de «L- S&Éttjjjjfl om aldaar Gamal Ab- 1%. del Nasser tane geestdrift op de heen «Ai dragen. Deze np formeerde vlees de man - ter ver.- hoging van de geest drift - op excursie naar de Mudiriat Al- Tahrir.de bevrijdings provincie onder Alexandrië, waar men de woestijn tot bloei brengt op een wijze, die bijzonder veel op de Israëlische lijkt, al moet men dat hier niet te hardop zeggen. Er zijn de vele officieren van de thans bevoorrechte strijdkrachten, die in onbe rispelijke uniformen door de straten wan delen. Er is een gecensureerde pers, die iedere dag met plichtmatige vreugde pro clameert hoe voortreffelijk alles toch wel gaat in het nieuwe Egypte. Moet men de jonge, energieke, militaire leiders van Egypte hierover hard vallen? Zij hebben een ziek en achterlijk land ge ërfd, een slecht-georganiseerdc staatsma chine, door corruptie in iedere rang in het moeras geraakt. Een overbevolkt land, ge teisterd door armoe en ziekte, geremd door een verouderde en verlammende opvatting van zijn godsdienst. Een apatisch volk met driekwart analfabeten moet op gang ge bracht worden. Dat is een economisch en sociaal probleem van zo geweldige om- Oud Caïro: op de stoffige vlakte bij de Al Azhar-Moskee komen de inwoners van Cairo's oude wijk een luchtje scheppen en een praatje maken. En de groentenkoopman staat klaar met vruchten en suikerriet voor de dorst. Het kopersmidje in een van Cairo's nauwe straatjes wacht op klanten. tot overijldheid, en. Egypte ligt midden in een internationaal krachtlijnenveld. Aan de grens met Israel stijgt de spanning, de Soedan dreigt toch onafhankelijkheid te verkiezen boven unie met Egypte, Irak heeft Egypte's leiderschap in de Arabische eenheid doorbroken, het Westen manoeu vreert om in het Midden-Oosten de ont brekende schakel tussen het Noord-Atlan tische en het Zuid-Oost-Aziatische pact te smeden. Voor Nasser en de zijnen zijn dit zware opgaven, zwaarder dan het com manderen van regiment of bataljon. In hun land van palmen en woestijnen moeten deze jonge revolutionnairen, aan wier eerlijkheid overigens niemand twijfelt, de hitte van de dag wel voe len. (Van onze parlementaire redacteur) Het eerste agendapunt van de vergade ring, van de Eerste Kamer van gistermid dag was het wetsontwerp tot instelling van een Raad voor de Kunst. De heer De Vos van Steenwijk (VVD) opperde enige bezwaren tegen de samenstelling van deze raad. Tevens had hij de indruk, dat minister Cals zich te veel laat leiden door de aanhangers van de experimentele kunst met ten achterstelling van de oude federatie. Het oordeel van prof. Gerretson (C.H.) luidde: „Wij nemen het ontwerp met vreze en beven, op hoop van zegen." Hij zei beducht te zijn voor het gevaar dat het „artistieke diakenmannetje" eventueel voor de verleiding zou kunnen bezwijken, ,de staatsdiaken, wiens brood hij eet, te veel naar de ogen te zien. In elk geval hoopte prof. Gerretson, dat althans onder deze regering de Raad voor de Kunst geen verordende bevoegdheid zal krijgen. Bij het subsidiebeleid moeten levensbeschouwelijke en politieke richtin gen geen rol spelen. Overwegend bezwaar had prof. Gerretson er tegen, dat de over heidsbemoeiing met kunst in de eerste plaats er op gericht zou moeten zijn de kunstenaar een onbezorgd menswaardig bestaan te verzekeren. Men loopt anders kans, dat „een heel leger luierende artis tieke slampampers aan het schort van de Nederlandse Maagd zal komen te hangen." Nadat mr. Witteman (KVP) zich namens zijn fractie ten volle met het wets ontwerp bleek te kunnen verenigen, gai ook mevrouw Verwe yJ o n k e r (F. v. d. A.) haar volle instemming er mee te kennen. Toch zag zij wel gevaren in overheidsbemoeiing met de kunst, bijvoor beeld dat de vrijheid van de kunstenaar enigermate beperkt kon worden. Daar de Raad voor de Kunst een zekere verstarring zal Kunnen veroorzaken, achtte zij een doorstroming gewenst. De leden moeten het vertrouwen van de kunstenaars en vol doende oog voor de noden en de betekenis van de jongeren hebben. Bij de begroting van Binnenlandse Zaken pleitte de heer Reyers (C.H.) voor rui mer belastinggebied der gemeenten. Hij nam het op voor een na de bezetting ont slagen burgemeester, die zijns inziens on rechtvaardig was behandeld. Een milder optreden tegenover de F. 221'ers, achtte hij geboden. De heer De Vos van Steenwijk (VVD) betreurde het mislukken van het overleg inzake de verbetering der ambte narensalarissen. Hij gaf de hogere ambte naren de raad niet over te gaan tot beper king van hun werk tot het strikt voorge- schrevene. Ook de heren Schipper (A.R.) en Van Lieshout (KVP) ston den bij de kwestie van de ambtenarensala rissen stil. Eerstgenoemde opperde het denkbeeld een commissie in te stellen, die moet nagaan of er inderdaad een nadelig verschil 'tussen de bezoldiging door de overheid en door het bedrijfsleven bestaat. Hij bepleitte in het vervolg in de «over- heidsdelegatie bij het overleg omtrent de ambtenarensalarissen één of meer minis ters in plaats van hoge ambtenaren op te nemen. De heer Van Lieshout maakte uit de stelling, dat de overheid geen concur rerende positie ten opzichte van het be drijfsleven moet innemen, toch wel op, dat men in geen geval bereid is voor een sala risverbetering te zorgen, die in overeen stemming is met de eisen van deze tijd. Volgens hem „geniet" een belangrijk deel van het overheidspersoneel een bezoldiging die de ambtenaren niet meer in staat stelt in de strikt noodzakelijke behoeften te voorzien. Dit achtte hij, die met betrekking tot de rechtspositie van de ambtenaren ook nog critisch had gesproken over touwtrek ken tussen het rijk en lagere organen, mo- ADVERTENTIE (Van onze medewerker voor sterrenkunde) In traditioneel gewaad maakt een Egyptisch echtpaar een wandeling op de vrije Vrijdagmiddag, de Mohammedaanse rustdag. Op de achtergrond torent een symbool van het nieuwe Egypte. Een van de enorme regeringsgebouwen van het moderne Ctüro. Als er nu onder de astro nomen van de Leidse sterren wacht een enthousiaste ama teur-cineast blijkt rond te lopen, waarom zouden we dan eens geen film gaan maken over een groot gebeuren uit de wetenschappelijke wereld, dat helemaal „made in Hol land" is? Want het verhaal lag toch eigenlijk voor het opschep pen: een student die (in 1944) zijn leermeesters en de rest van de geleerde wereld ver baasde met een stoutmoedige veronderstelling die, als zij te realiseren bleek, geheel nieuwe werelden zou doen opengaan. En een amateur-filmer die dat verhaal in beeld wist te brengen. Die student was (nu: pro fessor doctor) H. C. van de Hulst en de man met de ca mera is de heer Herman Kiei- brink. Hij behoort tot de uit verkorenen van wie Shaw heeft gezegd dat slechts zij werkelijk gelukkig zijn, omdat zij van hun liefhebberij hun beroep hebben gemaakt. De heer Kleibrink, amateur- c'ineast, is namelijk ook profes sioneel met de camera in de weer: hij is observator aan de sterrenwacht in Leiden; vol gend jaar al 25 jaar lang. En het verhaal? Amerika mag dan zijn „Story of Mount Palomar" hebben, ons „Ver haal van Dwingeloo" hoeft daar niets vooi onder te doen. Dwingeloo ja, want daar, op de Drentse heide, speelt zich de happy ending af van de film van Herman Kleibrink. Een happy ending die overi gens nog moet komen, want de radiotelescoop bij Dwingeloo, die de grootste wordt* van het vasteland van Europa, is nog in aanbouw. De film dus ook; zij zal in Augustus of Septem ber, kort na de radiotelescoop zelf, gereed zijn. Het wordt een 16-milli- meter geluidsfilm, die onge veer 45 minuten zal duren, maar waaraan de heer Klei brink van Juli 1954 af bezig is geweest. Daar hij zo laat is begonnen met het „betrappen" van het verhaal, heeft hij al lerlei vroegere scènes moeten reconstrueren: zo hebben dezer dagen zeventien astro nomen die in 1944 aanwezig waren bij het nu beroemd ge worden colloquium van Van de Hulst, de uitnodiging ge kregen, weer met zijn allen naar datzelfde zaaltje in de Leidse sterrenwacht te komen, en wel in een oud pakje, en liefst zelfs in het sjofele cos- tuum dat in dat barre oorlogs jaar hun magere leden om hulde. Prof. Van de Hulst zou dan weer doen alsof hij de stu dent uit 1944 was die daar een uiteenzetting hield over een bepaalde eigenschap van het waterstof-atoom in het heelal. En zo begint dan deze film. Met hun laarzen stampende Duitse soldaten spelen er ook nog een (ongeweten) rol in. want een (authentieke) op name van de „marschierende Wehrmacht" markeert de tijd waarin het verhaal begint. Buiten het oorlogsrumoer, maar binnen de wetenschap pelijke gedegenheid van de voorbereiding. Die leidde er toe dat Nederlands naam na de oorlog weer op het eerste plan kwam, in de geleerde wereld. De radio-astronomie is namelijk een stuk Neder lands pionierswerk. Het vermoeden van de stu dent Van de Hulst bleek juist: inderdaad is de straling die het interstellaire tussen de sterren in grote zwermen, wol ken, voorkomende) waterstof atoom uitzendt, op aarde meet baar. Niet zichtbaar daar voor is de golflengte te groot. (Wat wij „licht" noemen is, natuurkundig gesproken, een electromagnetische straling met een golflengte van enkele tienduizendsten van millime ters). Maar Wel opvangba'ar: de golflengte was 21 centime ter en die ligt in het gebied van de radio-golven. Het in strument waarmee men die straling waarneemt heet dan een radio-telescoop. Er is niets mee te „kijken", letter lijk, maar men heeft nu een maal de termen uit de optische sterrenkunde overgenomen. Enfin, zo groeide er een heel nieuwe tak van sterrenkunde: de radio-astronomie. En Ne derland behoort tot de eerste landen ter wereld waar een radio-sterrenwacht verrees. Een kleine in Kootwijk, met als voornaamste instrument een oude Duitse radarspiegel die professor Oort tijdens eei strandwandeling in de duinen zag staan zo wil het ten minste het filmverhaal en later een grote, met een kip pengazen spiegel van 25 me ter middellijn op de Kralose heide bij Dwingeloo: Kippen gaas (nu ja, tenminste een soort gaas met mazen van een dergelijke grootte) omdat men voor het opvangen van die 21 cm straling geen spiegelglad oppervlak nodig heeft, zoals voor het opvangen van de veel fijner-gegolfde lichtstralen. En zo groeide ook „het ver haal van Dwingeloo", al wordt dit niet de titel van de film van de heer Kleibrink. Hij gaat zijn creatie waarschijnlijk „de 21 centimeter-lijn" noe men. Er komen ook geteken de gedeelten in voor: „Je moet het publiek tenslotte ook dui delijk maken, waarom het nu eigenlijk in die radio-astrono mie gaat", zegt hij en daarom zullen we er ook in te zien krijgen, hoe het electron van een in het heelal zwevend waterstof-atoom het kleine beetje energie afstaat dat wij hier op aarde kunnen meten, als „radio-straling". De film zal dienen ter il lustratie van lezingen, bijvoor beeld voor leden van de Ver eniging voor Weer- en Sterre- kunde, van volksuniversiteiten en voor middelbare scholieren. In het buitenland, waar men zeer nieuwsgierig is naar het Nederlandse „radio-astrono misch observatorium te Dwin geloo" zoals het officieel heet, bestaat ook grote belangstel ling voor de film. reel verwerpelijk, tenzij de minister hem alsnog zou kunnen aantonen dat de over heidsfinanciën geen salarisverbetering van betekenis toelaten. Mr. Van W a 1 s u m (P. v. d. A.) vond 's ministers Memorie van Antwoord voor zover deze betrekking had op de gemeen telijke zelfstandigheid wat lauw. Er viel iets van „afmatting" in waar te nemen. Hij zou gaarne vernemen, wat minister Beel onder nieuwe mogelijkheden verstaat in verband met het vraagstuk van grenswijzi ging. Met de heer Brandenburg (CPN) was deze senator, wal Bescherming Bevolking betreft, benieuwd naar verdere inlichtin gen omtrent de wijze van bemanning van oe Rijksmobiele colonnes. Hij wilde ook iets meer horen over het beleid inzake de schuilplaatsen. Levensgevaarlijk noemde hij het als men niet een „uiterst realistische voorlichting" zou verschaffen over de ge volgen van het gebruik van atoomwapens. „Met enige aarzeling," vervulde m r. V a n W a 1 s u m de rol van invaller voor de heer Oosterhuis, om iets omtrent de kwestie van de ambtenarensalarissen te zeggen. De Kamer zou zijns inziens verkeerd doen zich te laten verleiden te treden in zaken, die bij het georganiseerd overleg thuis horen. Nu men nog onvoldoende over een en ander is ingelicht, beperkte hij zich tot het uit spreken van de hoop, dat men alsnog er in zou slagen uit de moeilijkheden te komen. Onjuist zou het zijn ten aanzien van de ambtenarensalarissen oplossingen aan te bevelen, die het loonbeleid van de regering zouden doorkruisen. Van de oi-ganisaties mag een zo groot mogelijke discipline wor den verwacht. Met klem bepleitte mr. Van Walsum een oplossing voor het vraagstuk van de ge huwde ambtenares Prof. Gerretson (C.H.) kwam nog eens terug op de een jaar geleden bij het begrotingsdebat besproken kwestie omtrent de wordingsgeschiedenis van de Grond wetsbepaling van 1814 omtrent „Amster dam hoofdstad". Hij betoogde dat de oor spronkelijke stukken bewijzen, dat minister Beel ongelijk had. Minister Beel, die hem vandaag zal antwoorden, kon hem vast mededelen, dat de C.H.-afgevaardigde, tegen diens ver wachting in, dit antwoord zal meevallen. Overigens hield de minister zich 's avonds laat alleen nog bezig met de Bescherming Bevolking. Hierbij was zijn mededeling omtrent het besluit der regering de Rijks- mobiele colonnes te bemannen met mili tair dienstplichting personeel van de Lucht macht en zo nodig van andere krijgsonder- delen, het belangrijkste. Men zie hiervoor pagina 1. Uit de verkorte balans van de Neder- landsche Bank per 21 Maart blijkt dat de bankbiljettencirculatie met 28 millioen is verminderd tot 3.442 millioen. De goudvoorraad, die sinds 9 Augustus van het vorig jaar onveranderd is geble ven, blijkt deze week met 8 millioen te zijn aangegroeid tot 3.022 millioen. Ook de netto deviezenreserve heeft een vrijwel gelijke vermeerdering ondergaan. Deze is thans gekomen op ruim 1601 millioen tegen vorige week 1594 millioen. Beide posten tezamen bedragen ongeveer 4.623 millioen. Ned. Herv. Kerk Beroepen te Steggerda (toez.) A. Meije- ringh, vic. te Schonebeek. Bedankt voor Sao Paulo (Brazilië) dr. C. J. v. d. Poll te Weesp. Geref. Kerken Beroepen te Hemelum J. J. Lamme, cand. te Haarlem: te Ferwerd H. Moll te Midwolda (Old). Geref. Kerken art. 31 K.O. Aangenomen naar Zuidwolde (Dr.) L. Louw, cand. te Zoutelfende,, die bedankte voor: Geest, Grotegast, Hijken, Kantens, Sappenneer, Twijzel en voor Zuidbroek. Bedankt voor Leerdam en voor Houston (Can. Ref. Church) J. Faber te Deventer. De Amsterdamse advocaat mr. P. Stof fels, die de verdediging op zich zal nemen van enige der R.M.S.-leiders, die thans te Djogja terecht staan, is Dinsdag te Djakar ta aangekomen. Aan vertegenwoordigers van de pers deelde hij mede dat hij alvo rens naar Djogja te gaan eerst naar Sura- baja zal reizen om met enige collega's con tact op te nemen. CONCERTGEBOUW-ORKEST IN ZWITSERLAND Het Amsterdamse Concertgebouw-Or kest is zijn Zwitserse tournée Dinsdag avond begonnen met een concert in de uit verkochte „Temple Indépendant" in de hor- logemakersstad La Chaux-de-fonds. De verdere concerten worden gegeven in Zürich, Bazel en Freiburg. mmmm;

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1955 | | pagina 5