Veren igi ngsva ria CEMIJ vierde 25 jaar arbeidstrouw Nieuw werk van Kurt Jooss Winkeliers in Beverwijk steunen de Stichting 1940-'45 In Opera te Düsseldorf Duitse danskunst in veilige banen uit de IJmond Jlex JAeatec „Velno's" in luchtig concert Heemskerk Duitsers vrezen Franse Moezel-kanalisatie Koningin en Prins 5 Mei naar Amsterdam VRIJDAG 22 APRIL 1955 V oordrachtskunstenares trad op voor huisvrouwen „As 't der op oan komt" in Beverwijk Raadslid G. P. M. Langendijk in de warmte van een hartelijke huldiging Reclame-actie door wethouder ingeluid Predikante over werk in Oost- en West-Berlijn „Favorieten-parade" trok stampvolle zaal „Veilig Verkeer" houdt propaganda-'cictie Rode Kruiswedstrijd met feestelijk tintje Siem Nieuvvenhuizen als „Baron Kneut" Burgerlijke stand Beverwijk Walvisvaart aan Zuidpool wordt in Londen bekeken Onderzoek naar de stand van de Franse landbouw Cokes-productie van Ruhrgebied door Lotharingse in gevaar Franse parlementsleden willen Rusland bezoeken Kostbaar kleinood keerde bij eigenaresse terug Acht maanden wegens heling geëist i Kurt Jooss, die in 1933 Duitsland ver liet om er pas in 1950 terug te keren, toen de verhoudingen daar radicaal genoeg ge wijzigd waren om een rustig werkklimaat te waarborgen, is in Nederland altijd een graag geziene verschijning op het toneel geweest. Ik behoef slechts te herinneren aan het geweldige enthousiasme, waarmee zijn uit Engeland overgekomen danstheater in 1946 begroet werd. Nachtelijke rij- vorming bij de kassa, zoals toen, maakt men slechts zelden mee. Het was het eerste buitenlandse ballet, dat wij na de bezetting kregen aangeboden. En zo sterk was de weelderige vreugde bij het onder gaan van deze in volledige vrijheid ge ordende beweging der satirieke of louter charmante dansspelen, dat stijlcritische bedenkingen nauwelijks aan bod kwamen. Die kregen pas weer invloed op onze zienswijze, toen wij met de intussen ge rijpte verworvenheden der ontwikkeling van het zo geheten klassieke ballet op de hoogte waren. Men begreep, dat de ex pressionistische periode van de vooral in Duitsland tot bloei gebrachte „uitdruk- kingsdans" definitief voorbij was. Kurt Jooss, in begrijpelijk verzet geraakt tegen de verstarring in louter technische vir tuositeit en trachtende het „menselijke" in de plaats te stellen van wat hij als „on natuurlijk" beschouwde, werd op zijn beurt tegen wil en dank meegesleept door de eeuwenoude stroming, die hij in nieuwe beddingen had helpen leiden. Aarzelend ging hij ertoe over passen uit het aca demische vocabulaire (door de Engelse Laura Maris onderwezen) in zijn choreo grafische werken op te nemen. Een be perking tot gevormde bewegingstaal achtte hij echter ongewenst. Hij bleef vasthouden aan het geloof, dat iedere emotie of elke impuls tot een eigen gebaar zou moeten leiden. Mede daardoor raakte hij achterop. Het is het lot van de meeste artistieke rebellen, dat zij worden voorbijgestreefd door de rrfet hun ontdekkingen verrijkte handhavers der traditie, door het gepleeg de verzet geprikkeld tot baanbrekende voortgang. Met de algemene heroriëntatie na de oorlog heeft ook het klassieke ballet vol ledig burgerrecht in West-Duitsland ge kregen. Het moest interessant zijn na te gaan hoe Jooss, na een korte periode te Essen in Augustus 1954 tot balletmeester van de Stedelijke Opera in Düsseldorf be noemd, zich terwille van de gunst van het publiek hierbij heeft aangepast. Zaterdag ben ik daar in de noodschouwburg aan het Worringerplein gaan kijken naar het de buut van zijn nieuwgevormde groep, ge deeltelijk bestaande uit leden van zijn oude garde en voor de rest uit achter geblevenen uit het ensemble van zijn voor gangster Yvonne Georgi, die inmiddels haar werkterrein naar Hannover heeft verplaatst. Er was temeer reden toe, om dat er sprake van is dat het gezelschap zich deze zomer in het Kurhaus te Scheve- ningen zal laten zien. Aanleiding tot de reis was ook de bij zonder merkwaardige aard van het ope ningsprogramma: een Strawinsky-avond, met diens dansoratorium „Persephone" op een tekst van André Gide (in Duitse ver taling) naar de Homerische ode aan De- meter als hoofdnummer. Men weet mis schien, dat Kurt Jooss in 1934 de choreo grafie voor de wereldpremière in de Pa- rijse Opera, "ln opdracht van de excen trieke Ida Rubinstein, heeft gemaakt. De componist trad daarbij als dirigent op. Door allerlei onaangename omstandighe den werd het een mislukking, vandaar deze late poging tot revanche. Daaraan vooraf ging het ballet met zang „Pulcinella" in een choreografie van Hans Züllig, door Kurt Jooss ten tonele ge bracht. Igor Strawinsky heeft hiervoor destijds in opdracht van Diaghilev muziek van Pergolesi bewerkt en het is onbegrij pelijk, dat men thans niet tevens de zet ting van Massine en het décor van Picasso bezigde, al moet gezegd worden dat de aankleding door DiAiinik Hartman (een grote pentekening van een Italiaans dorps plein als achterdoek met op de voorgrond enige draperie en een huifkar als kleurige elementen) stellig kwaliteiten had. Het choreografisch talent van Züllig, nog steeds een uitmuntende en zeldzaam lichte dan ser met een zeer persoonlijke techniek, is echter bijzonder gering. Voor het eerst zag men danseressen van Jooss zich op de teenspits verheffen, maar het daarmee bereikte bleef louter versiering. De onge twijfeld aanwezige mogelijkheden van de soliste Edel von Rothe konden hier weinig toepassing vinden. De instudering was benijdenswaardig perfect, zodat aan niets te merken viel dat men met een première had te doen. Maar de afwerking liet veel te wensen, voor namelijk omdat hier niemand werkelijk is „uitgedraaid". Intussen werd deze op de commedia dell'arte gebaseerde geschiede nis zo ingewikkeld, dat men haar moest lezen èn zien om er voldoende van te be grijpen nergens echt leuk. De lyrische betekenis van de duetten werd weggedrukt door het samenvallen met de vocale pas sages, waarvan zij nu als het ware een matte illustratie leverden. De rol van de capitano Furbo was enigszins op de Pe- troesjka van Fokine afgestemd, in de overigens niet onverdienstelijke behande ling van de groepen kon men een duide lijke invloed van Roland Petit bespeuren. Uiteraard was „Persephone" veel be langwekkender. Overheerste in „Pulcinel la" het pantomimische, hier regeerde on danks alles nog geheel het beginsel van de zogenaamde „uitdrukkingsdans". Nog net als in 1933, toen men hem buiten Duits land voor het eerst leerde kennen, zoekt Jooss het in de richting die Diaghilev ver kende. Niet alleen blijft hij diens réper toire op een andere basis reproduceren, hij deelt als het ware diens wantrouwen in de expressiviteit van de klassieke bewegings- taal. Hij is dan ook veeleer een regisseur dan een choreograaf in de ware zin van het woord. De eigenlijke dans komt pas in de tweede plaats. Zinrijker dan détailcritiek is derhalve het maken van enkele algemene opmer kingen. Onmiddellijk treft de eigenaardige voorkeur voor dit neo-klassieke werk van Strawinsky, dat niets meer van het revo- lutionnaire karakter van „Le Sacre du Printemps" uit 1913 bevat, integendeel koel en objectief aandoet, ondanks een zekere overeenkomst in het onderwerp: het mysterie van de wisseling der jaar getijden. Het gemis van het verwachte zinnelijke aspect bleef men in het toneel beeld gevoelen, ook in het gedeelte, dat zich in de Hades afspeelt. Misschien kan men het onbevredigende karakter van het alleen maar respect af dwingende geheel het best verklaren uit de poging van Jooss om een modern „Ge- sammtkunstwerk" tot stand te brengen. Maar dit ballet, met een zanger en een declamatrice op katheders en een in het transparante décor uitermate ondoeltref fend, want ondramatisch opgenomen koor, werd niet meer dan een wonderlijke mengeling van stijlen. Het ergste was na tuurlijk, dat het geen moment ontroerde. Ten hoogste werd er zo nu en dan bewon dering gewekt door fraaie plastische mo tieven, speciaal dank zij Ulla Söderbaum in de titelrol, die de moeilijke taak had drie kwartier lang bijna onafgebroken als een bleke schim over het toneel te wan delen, dit doende zonder emotionele uit straling, maar met een sterke concentratie. Neo klassiek: Ulla Söderbaum in het dansoratorium Persephone" Op de teenspits: Edel von Rothe met Hans Züllig in „Pulcinella" Tot besluit nog dit: Jooss heeft zijn beste kansen gehad in een tijd, toen hij middelen vond om actuele onderwerpen in zijn danstheater te behandelen. Zijn „Groene Tafel" was mede daardoor een openbaring. Maar hij is de man van één ballet gebleven. Wat men later van hem zag waren herhalingen zonder vitaliteit en verbeelding, waarvan de schoonheid als maar vloeiend bleef, zonder zich ergens brillant te kristalliseren. En moeilijker wordt het hem, nu hij zich moet bedienen van een taal, waarvan hij de symbolische waarde niet volledig begrijpt. Vandaar ook deze keuze van een allegorische stof, die ons niets onmiddelijk te zeggen heeft. Men kan „Persephone" niet volgen zonder van tevoren grondig de toelichting in het pro gramma te hebben bestudeerd en dan nog blijft men er koud en onaangedaan bij. Het verheugendste van dit bezoek aan Düsseldorf was voor mij de uitspraak in een van de plaatselijke kranten: „Kurt Jooss bevindt zich op een eenzame post in het niewe ballet van Duitsland moge het geen verloren post zijn!" Dansers en publiek hebben thans veiliger wegen ge kozen: men heeft het zich willoos uit vieren in primitieve extase opgegeven ter- wille van de klassieke ordening. Dat is een voor de beschaving gelukkig verschijnsel. Moge Joos de aansluiting vinden bij deze koers. Men zou hem zo graag een eerste rol zien vervullen bij deze culturele weder opbouw. DAVID KONING De Nederlandse Vereniging van Huis vrouwen afdeling Castricum heeft Woens dag in hotel De Rustende Jager een bij eenkomst gehouden, die tot de 'beste van het afgelopen winterseizoen gerekend mag worden. Het bestuur had namelijk de be kende voordrachtskunstenares mevrouv Aafje Top geëngageerd die fragmenten voordroeg uit het boek van Honoré de Balzac „Eugenie Grandet". Bijna alle per sonen die in dit boek een rol spelen wer den door de voordrachtskunstenares op de planken gezet. Vooral de figuur van va der Grandet, de oude vrek, werd een schit terende creatie. Het verhaal speelt zich af in het Frankrijk van 100 jaar geleden en in verband daarmee had Aafje Top zich in passende kledij gestoken. Een flinke groep leden gingen na afloop uiterst vol daan huiswaarts. De Friese vereniging „Us Memmetael" uit Beverwijk houdt op Woensdag 27 April in zaal ,,'t Centrum" aan de Koningstraat een buitengewone bijeenkomst. De toneel afdeling zal opvoeren „As 't der op oan- komt", een stuk in drie bedrijven door Barend van der Veen. ADVERTENTIE .Res draagt de kroon coot heeld en toon' VRIJDAG t/m MAANDAG, 20 uur De liefdesroman en actiefilm DE GEVANGENE VAN HET VREEMDELINGENLEGIOEN 18 jaar ZONDAGMIDDAG 3 uur de komische film t'IT DE BRAND BEN JE DINSDAG en WOENSDAG 20 uur op veelvuldig verzoek THE GLENN MILLER STORY Over de huldiging van de heer G. P. M. Langendijk, chef van de electro-technische afdeling bij de Cemij, zou met een variant op Hildebrandt gezegd kunnen worden „hoe warm het was en hoe gezellig". Het zonnige schaftlokaal van de cementfabriek werd niet alleen door het stralende weer verwarmd maar ook door het enthousiasme van de zeer vele aanwezigen, die hier van hun medeleven en sympathie wilden ge tuigen. De voorzitter van de directie, ir. A. H. Ingen Housz, sprak de dank en de waardering van dit college uit en overhandigde hierbij de gebruikelijke jubileum- enveloppe. Toen de Beverwijkse Harmoniekapel gisteravond om 8 uur een rondgang door de stad ging maken en zich voor het Vei linggebouw „Kennemerland" aan de met gekleurde lampjes versierde Breestraat op stelde had wethouder W. Vessies zo juist zijn rede besloten en een grootscheepse Beverwijkse reclame-actie geopend. Ten bate van de Stichting 1940-'45 heeft de Beverwijkse Middenstands Centrale na melijk een loterij-actie georganiseerd, die tevens de omzet van de aangesloten win keliers moet verhogen. In zijn openingsrede zei de heer Vessies ondermeer, dat de Beverwijkse winkelstand zijn taak heeft begrepen en nu nauw zal gaan samenwerken om gezamenlijk één groot doel te kunnen verwezenlijken. Hij was er van overtuigd dat de actie, die gis teravond begon, zou slagen en als voor beeld noemde de heer Vessies dat er geen tien winkeliers zijn, die er niet aan mee doen. Elke koper zal gedurende veertien dagen bij aankoop van elke gulden een lot ont vangen, dat kans biedt op een enorme hoe veelheid prijzen, met als hoofdprijzen een scooter, enkele bromfietsen, wasmachines, keuken-uitzetten, enzovoorts. De heer Ves sies hoopte, dat de oude methode van het „elkaar dood concurreren" door dit soort acties zou verdwijnen en dat de Stichting 1940-'45 er wel bij mocht varen. Op uitnodiging van de Ned. Herv. Ge meente te Beverwijk zal domina A. E. Ruys op Maandag 25 April in het verenigings gebouw aan de Populierenlaan een lezing houden over haar werk in West- en Oost- Berlijn. De bedrijfsleider van Cemij, dr. ing. F. Schonenberger zeide in zijn hartelijke rede, dat er nauwelijks een jubileum ten einde is of er staat weer een nieuw voor de deur. Dit betekent, dat de Cemij een gemeen schap is van trouwe werkers, die aan het bedrijf gehecht zijn. Deze zelfde ijver en toewijding bezit de jubilaris ook en daar om bracht de spreker eveneens de welver diende gelukwensen over van bedrijfs directeur ir. F. W. E. Spies. De jubilaris leeft eigenlijk in drie werelden: die van zijn beroep, van zijn familie en in het open bare leven. Wat zijn beroep betreft., heeft de jubilars in vroeger jaren zijn diploma's als electro-technicus met succes behaald en de verworven kennis eveneens met suc ces in de praktijk weten te brengen en uit te breiden, en het feit, dat tegenwoordig de technische storingen bij de fabriek tot een minimum zijn teruggebracht, is in niet geringe mate te danken aan zijn vakkennis. Van 1941 tot 1950 was de jubilaris lid van de Kern en zo de vertegenwoordiger van de Cemij-arbeiders, zoals hij dit in groter ver band is door zijn voorzitterschap van de Nederlandse Katholieke Metaalbewerkers- bond „St. Eloy" en als gemeenteraadslid van de gemeente Beverwijk. De sociale en economische belangen van de arbeiders liggen hem na aan het hart en spreker maakte met genoegen gewag van het con tact, dat hij met de jubilaris op dit terrein heeft gehad en waarbij hij de welgefun- deerde wijze, waarop de heer Langendijk zijn mening naar voren weet te brengen, heeft leren waarderen. Na met een harte lijk woord ook mevrouw Langendijk in de hulde te hebben betrokken, welk voorbeeld, door de overige sprekers werd gevolgd, besloot dr. Schonenberger zijn rede met het uitreiken van het vererend getuig schrift en het gedenkbord der maatschappij. Een molen één droogtrommel De heer T. W. N. de Jong, hoofdopzich ter en directe chef van de jubilaris, haalde in zijn hartelijke rede herinneringen op aan de tijd toen de jubilaris als aankomend electriciën bij de Cemij in dienst trad en medehielp aan de opbouw van dit bedrijf, dat toen nog slechts één molen en één droogtrommel had. Er is sindsdien veel veranderd, ook in de positie van de jubila ris, die momenteel als chef van de electro- technische afdeling een positie heeft ver worven, die hij aan zijn gedegen kennis van de installaties en van zijn vak heeft te danken. Spreker had grote waardering voor de samenwerking met de heer Langendijk en dat hij niet de enige was, bleek wel uit het feit, dat hij namens de silica-kalk- fabriek een geschenk aan de jubilaris mocht overhandigen. Vervolgens besloot d# heer De Jong zijn toespraak met het bij zetten van 's jubilaris portret in de „por trettengalerij der zilveren jubilarissen". De waardering voor de jubilaris in elec tro-technische kringen over het gehele be drijf kwam sterk tot uiting in de woorden van ir. I. van Ees, chef van de E.T.A.-Zuid- fabrieken, die hier namens- hen het woord voerde. De jubilaris is een waardig verte genwoordiger van de electro-technische af deling op deze vooruitgeschoven post en zyn vakkennis alsmede zijn persoonlijk heid maken hem tot een bindend vertegen woordiger in de arbeidersgemeenschap, welke rol de heer Van Ees met een geestige woordspeling over „cement" en „binding' wist te illustreren. Namens de arbeiders van de cementfa briek sprak de heer P. P. Beemster, kern lid, d'e ook zijn gevoelens als collega en vriend uitte. De jubilaris is een humaan mens en een goed chef met- een sterk so ciaal gevoel. Het geschenk ven het jubi leumfonds, dat bij monde van de heer Beemster werd aangeboden, werd de ju bilaris op originele wijze getoond: met één beweging rolde spreker een fraaie trap loper uit, welke voorzien was van het Cemij-merk en aan het uiteinde van een portret van de jubilaris. Het zou geen Cemij-jubileum zijn ge weest, indien niet de heer L. Cana, dit maal op accordeon begeleid door de heer A. J. Jansen, een feestlied ten gehore had gebracht, waarin alle deugden en ondeug den van de jubilaris op humoristische wijze werden belicht. Nadat de heer Jan sen ook nog een muzikale hulde had gebracht, kwam de heer A. Polak voor het voetlicht, die een geschenk aanbood, dat in de werkplaats was vervaardigd. Toe vallig was de vervaardiging van dit cadeau de jubilaris ter ore gekomen en daarom bood spreker met een geestig woord eerst een eenvoudige vaas aan, om later de „te leurstelling" van de jubilaris weer goed te maken door het overhandigen van het ware geschenk n.l. een fraaie electrische klok tevens schemerlamp. De traditie getrouw werd de huldiging besloten door het optreden van het „Cemij- cabaret van de heren A. W. Bosch, P. Broek en H. Mooy, die met vuur en verve de persoon van de jubilaris belichtten in een lied, waarvan het refrein door de zaal met enthousiasme werd medegezongen. Ondanks de weer eens heersende griep, waaraan zowel de orkestleden als bezoe kers lijden, was het gisteravond stampvol in het Luxor theater, waar Barend Kuhfus met „Velno's" een show-avond hield. Deze „Favorieten-fantasie" bleek een aaneen schakeling van moderne en populaire dans wijsjes te zijn, bijna alle in een arrange ment van een der band-leden Ed Goode of Jan Stoker. Ook de „man met de zoete stem" Nico Out had zich aan de arrangeer kunst gewaagd en „The Velno's" lieten zijn „Begorrah" in een strak tempo horen. Liefelijker was het „Good night sweet heart", gezongen door Joke Rutten in een zetting van Henny Tervoort, saxofonist bij het gezelschap. In de vocale nummers blijkt nu een bepaalde tekening te komen; voor elk gerure een andere zanger of zan geres. Het begeleiden gaat de Velno's steeds beter af, waardoor bijvoorbeeld een Cor Kurpershoek in znij zang-répertoire meer aan zijn trekken komt. Een goed gearrangeerde classical v. as „Lime house blues" door Jan Stoker was een gaaf voorbeeld van Stijl en een aardig staaltje „close-harmony-singing" werd door „vier kleine Velnootjes" ten gehore gebracht in „I may be wrong". In het programma trad voorts de imita tor Jan Oradi op, die met zijn verhalen de zaal tenslotte zover kreeg, dat men „en masse" begon te doedelzakken. Van inter nationale bekendheid en dus op zeer hoog peil staand, waren „The Snapshots", een mondharmonica-trio, dat op fenomenale wijze de zich daarvoor lenende muziek ten gehore bracht. De onlangs opgerichte afdeling Heems kerk van het verbond voor Veilig Verkeer heeft Donderdagavond in zaal Nijman een bijeenkomst gehouden, waarop men erin is geslaagd een definitief bestuur samen te stellen. De heer E. Jongeians werd be noemd tot voorzitter en de heer H. v. d. Wel neemt het secretariaat waar. Voorts hebben zitting de heren H. J. Heesterbeek, P. Schouws en A. de Jong. De heer Jongejans deelde mede dat een propaganda-actie zal worden gevoerd, waarbij huis aan huis zal worden getracht leden te winnen. Tevens zal nog een avond worden georganiseerd waar men op aan trekkelijke wijze de aandacht op „Veilig Verkeer" wil vestigen. Men zal in het najaar een cursus voor bromfietsers houden. Opperwachtmeester der rijkspolitie L. Sijbring richtte zich aan het begin van de avond tot de aanwezigen, waarbij hij het belang van het Verbond bepleitte. Er ge beuren op de weg nog altijd veel ongeluk ken, die bij een juist toepassen van de verkeersregels hadden kunnen worden voorkomen. Heemskerk maakt op de regel nog wel een gunstige uitzondering en in 1955 vond nog geen ernstig ongeluk plaats, oppassen blijft echter noodzaak, aldus de heer Sijbring, die tot zijn spijt moest con stateren, dat bij de bevolking nog weinig interesse fiesta at. gezien het slechte bezoek aan deze vergadering. Zoals wij reeds eerder hebben gemeld zal er op Dinsdag 26 April in hotel De Har monie te Castricum een wedstrijd gehou den worden tussen de dames- en heren- ploegen van het Rode Kruis afdeling Cas- tricum-Limmen-Uitgeest. Naar het colon ne-commando thans mededeelt, zal deze wedstrijd een feestelijk tintje krijgen in verband met het twintig-jarig bestaan van de colonne. De Castricumse damesploeg bestaat uit mevrouw Kemmink, mevrouw Van Straten, mejuffrouw Liefting en mejuffrouw W. Grijzen en de herenploeg uit de helpers L. Nijmeyer, C. Stuifbergen, P. J. Groentjes en H. P. Wester. De Amsterdamse komiek Siem Nieuwen- huizen, eertijds de partner van Buziau, heeft Donderdag het personeel van hei provinciaal ziekenhuis Duinenbosch te Castricum laten schateren in zijn rol van de huisknecht in het blijspel „Baron Kneut". Dit alom bekende stuk werd door een naamloos Bussums toneelgezelschap voor het voetlicht gebracht en van de medespelenden had Siem Nieuwenhuizen uiteraard het grootste succes en bewees hij opnieuw dat hij nog alles van een rol weet te maken. Keer op keer dreunde de zaal van de lach zodat het een avond werd die de personeelsleden niet licht zullen verge ten. GEBOORTEN: Robert, z. van G. Rabbers en M. F Engelhart; Fverdina A. A., d. van W. van der Weg en P. M. A. Sehoorl; Ge- rardus H, G„ z. van J. C. de Wit en T. M. Röhm: Hendrik J., z. van J. Fiege en G. van der Linden: Cornelia J.. d. van J. Inpijn en A. Visser: Nicolaas P. C.. z. van A. Comman deur en H. M. van den Broek; Guido M., z. van M. van Veldhoven en J. N. Soesan: Mar- earetha H. M d. van C. Versélewel de Witt Hamer en J. W. M. G. van de Ven: Cornelia S.. d. van P. A. Markx en M. H. T. van Schaik; Johanna M. C.. d. van T. H. de Rui ter en J. M. T. de Ruijter. ONDERTROUWD: A. Boon en E. P. Branties; J. H. N. M. Braun en R. I. Marx; W J. Komen en A M. Bakkum; N. J. Kroone en P. J. Schelvis: L. van der Sluis en A. van Balen: K Ravenhorst en G. Bakker. GETROUWD: R. van Balen en A. G. de Boer P. W. de Boer en J. G. Schuijt; S. Hartman en A. C. Reijnders. OVERLEDEN: Th. Wolterman. 79 j., geh. met M. Sneekers: G. Brammer, 60 j.: J. M. Tervoort. 1 j.; G. Brink 17 j.; C. van Bergen 71 j., echtg. van C. de Graaf: F. M. Versteeg. 71 j.; J. B. Weduwer. 78 j., wedn. van J. van Duijn: P. J. Bakker, 67 j„ wed. van J. Bartels. BURGERLIJKE STAND Geboren: Johannes Q-, z. van J. J. Schuyt en A. J. van der Krogt; Comelis J., z. van N. Glorie en G. Voormeer; Mar- garetha M„ d. van R. Baltus en G. P. Ad- ihiraal; Henricus J. G., z. van P. M. Voor- meer en G. A. Beentjes. Overleden: P. Smit geh. met J. de Wildt, 48 jaar. LONDEN. (Reuter) Geleerden uit zeven landen bestuderen in Londen rap porten over het huidige walvisvaart-sei zoen in de Zuidpool. De geleerden zijn allen leden van de wetenschappelijke en technische subcommissies van de interna tionale commissie voor de walvisvaart en zijn onder andere afkomstig uit Australië, Frankrijk, Japan, Noorwegen en Neder land. De bijeenkomsten zijn besloten en van de agenda zijn geen bijzonderheden bekend gemaakt. De subcommissies zullen ver slag uitbrengen op de jaarlijkse bijeen komst van de commissie, die in Juli in Moskou zal worden gehouden. (Van onze correspondent in Parijs) Aan het einde van dit jaar wordt in Frankrijk een onderzoek ingesteld naar de stand van de landbouw en de verdeling van de verschillende gewassen over de velden. Dergelijke onderzoekingen moeten volgens de deskundigen tenminste een maal in de tien jaar geschieden. In Frank rijk is-het in geen kwart eeuw gebeurd. Met het oog op de modernisering van de landbouw en de heroriëntatie van de pro ductie met het oog op de bestrijding van het alcoholisme, ziet men in officiële kringen de uitslag van dit nationale land bouwonderzoek met spanning tegemoet. DUSSELDORP (DPA/UP) Minister president Arnold van Noord-Rijnland- Westfalen en toonaangevende industri ëlen uit het Ruhr-gebied, hebben onlangs bij bondskanselier dr. Adenauer gepro testeerd tegen het Franse plan voor ka nalisering van de Moezel. Volgens goed-ingelichte kringen te Dus- seldorp vreest het Duitse bedrijfsleven, dat de cokesproductie van het Ruhrgebied grotendeels door Lotharingen zal worder afgenomen, wanneer de Moezel wordt ge kanaliseerd, daar het vervoer van Lotha ringse cokes over de Moezel goedkoper zou worden. Ook de Rijnscheepvaart en de Duitse Bondsspoorwegen zijn gekant tegen het plan, dat voor hen een vermin dering der ontvangsten zou betekenen Men vestigt er de aandacht op, dat elec- trificatie van de Moezelspoorweg de voor keur verdient, daar dit veel goedkoper ia dan de kanalisatie van de Moezel die mil- liarden zou kosten. In het Ruhrgebied doet men voorts op merken, dat ook de zware industrieën van het Saargebied, Luxemburg en België vrezen, dat Frankrijk een economisch over wicht zal verkrijgen door de uitvoering van zijn kanalisatieplan. Men neemt aan, dat de Franse minister van Buitenlandse Zaken, Pinay, bij zijn bezoek aan Bonn het Kanaalplan opnieuw ter sprake zal bren gen. Run besprekingen op 29 en 30 April zullen in de bondskanselarij gehouden worden en niet, zoals Pinay had voorge steld, te Bad Godesherg waar de Franse Hoge Commissaris, Frangnis-Poncet, zijn zetel heeft. (Van onze correspondent in Parijs) De leden van de sub-commissie voor de nationale productie in het Franse parle ment die de Verenigde Staten, Italië en de Scandinavische landen hebben bezocht, hebben thans visa voor de Sovjet-Unie aangevraagd. Het is de taak van deze commissie te rapporteren over handels mogelijkheden met verschillende landen, ter documentatie en oriëntatie van de Franse industrie. Van het reisgezelschap zullen geen communisten deel uitmaken. Toen premier Paul Ramadier in 1947 de communistische ministers buiten zijn regering plaatste, heeft de partij van Tho- rez zich stelselmatig verzet tegen opvoe ring van de Franse productie en ver lenging der werkuren. Zij hebben toen vrijwillig ontslag uit de commissie ge nomen, waarin ze niet zijn teruggekeerd. Lange reis Bloemendaler verdacht van verduistering In het begin van dit jaar verzocht een Bloemendaalse scheepsbediende een Haar lemse juwelier een met diamanten bezette broche, waarvan hij beweerde dat hij haar gevonden had, te taxeren. Daar de juwe lier de zaak niet geheel vertrouwde, vooral omdat de broche op het eerste gezicht zeker zevenhonderd gulden waard was, kende de juwelier de politie er in, die de scheepsbediende aan de tand voelde. Dit had tot gevolg, dat de ongeveer twin tigjarige jongeman toegaf de broche aan boord van de „Jagersfontein", waarop hij werkte, omstreeks November van het vorige jaar te hebben gevonden, toen het schip in een Zuid-Afrikaanse haven lag. Hij had gezien, dat de broche kort tevoren door een Engelse dame werd gedragen. Bovendien had de eigenaresse het verlies laten bekend maken op het publicatiebord op het schip. Met deze gegevens is men bij de Hol landAfrikalijn in Amsterdam een onder zoek gaan instellen naar de herkomst van de dame. Dit leidde tot de conclusie, dat de wegens de toen in Engeland heersende havenstaking in Amsterdam ingescheepte mevrouw Wolfson moest zijn, die thans in Natal woont. Men heeft daarop een foto van het sieraad naar Natal gestuurd, waar de benadeelde haar eigendom herkende. De verzekeringsmaatschappij had haar reeds een schadevergoeding van 275 pond sterling uitgekeerd. Nu bij de politie door de gedupeerde aangifte kon worden gedaan, is tegen de Bloemendaler proces-verbaal wegens ver duistering opgemaakt. De 41-jarige IJmuidense nettenbreier J. B. stond Donderdag voor de Haarlem se rechtbank, omdat hii op 19 December van het vorig jaar betrapt was bij het ver voeren van aantal <^^1^ plaids. De plaids waren bij een inklimming ontvreemd door de 41-jarige IJmuidenaar G. L. en deze had ze in het waterleidingterrein ver stopt. Daarna had hij onder meer B. ge vraagd of deze de plaids er vandaan wilde helpen halen. B. had aan die wens voldaan en was met een pak plaids door de politie gesnapt. De vraag restte slechts of hij ze uit winstbejag had vervoerd. Hijzelf be toogde van niet, maar G. L. zeide, dat er wel degelijk een aandeel van B. in de op brengst was overeengekomen. De officier van Justitie mr. dr. R. W. H. Pitlo achtte heling bewezen en eiste gezien de vonnissen, die B. reeds achter de rug heeft, een gevangenisstraf van acht maan den met aftrek. De verdediger van de verdachte, mr. W G. J. Veenhoven, verklaarde dat de om standigheden en de houding van de ver dachte het vermoeden sterkte, dat het ver voer der plaids niet uit winstbejag ge schiedde. Hij vestigde er voorts de aan dacht op dat de verdachte na zijn vroegere veroordeling juist op de goede weg was. De rechtbank doet op 4 Mei uitspraak. Koningin Juliana en prins Bemhard hebben het voornemen de officiële plech tigheid ter herdenking van tien jaar her wonnen vrijheid, welke op 5 Mei, 's mid dags van 17.39 tot 18.30 uur in de Nieuwe Kerk te Amsterdam wordt gehouden, bij te wonen. De mogelijkheid bestaat, dat ook de oud ste prinsessen hierbij aanwezig zullen zijn.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1955 | | pagina 15