NA VIJF BITTERE JAREN IJMUIDEN MOEST ACHTERBLIJVEN BIJ DE BEVRIJDING Ondanks huiszoekingen ging de geheime zender door Pas in Augustus kon men opgelucht ademhalen 13 Een heel ander feest Radio Bakenes De „Grüne" had meer belangstelling voor naaktstudies IJmuidens „kracht" vlak voor 5 Mei W O E N S \y\ G 4 MEI 1955 „De kinderen lachten niet meer en zongen niet meer, de straat was dood en blind. En de paar mensen, die hier nog waren, schoven voorbij als schimmen". Zo begon één van de vele verhalen, die wij in deze dagen hebben horen ophalen door een IJmtiidenaar, die tot aan de dag der bevrij ding binnen de vesting IJmuiden is gebleven - de vesting, die een zo heel ander feest van de vijfde Mei heeft gekend dan de rest van West Neder land, omdat in feite de bevrijding, de werkelijke volle vrijheid, hier pas kwam in Augustus, na een onrustige zomer van het jaar 1945, na een paar gruwelijke naweeën als een rampzalige ontploffing achter het Slingerduin L en een evacuatie voor Duitse krijgsgevangenen. Wellicht is het verhaal van de bevrijding, zoals het gereconstrueerd werd uit talloze gesprekken met hen, die de eerste dagen van Mei van nabij meemaakten, onvolledig - het kan haast niet anders. Wellicht zult ge er feiten in missen, die n speciaal zijn bijgebleven - de reeks van détails was echter in die vreemde, wildblije dagen te overweldigend om nauwkeurig door het menselijk geheugen te worden geregistreerd. Wat wij ter gelegenheid van de tiende herdenking der bevrijding wilden oproepen is de beklemming van die dagen, de sfeer van onzekerheid in het aparte verhaal van IJ muiden. JAN KRAAKMAN, kunstschilder, toneel-décorateur en tentoonstellings-architect, speelde eigenlijk al in Mei 1940 onbewust met de verzetsgedachte. Vier oorlogsdagen had hij als reserve-officier het bevel gevoerd over een bewakingseenheid in het Haarlemse stadhuis, toen kwam de capitulatie, gevolgd door chaos en wapeninleve ring. Maar Kraakman dacht er niet aan om zijn ongebruikte dienstgeweer aan de vijand af te staan. „Laat ik die spuit maar mee naar huis nemen", dacht hij. „Je kunt nooit wetenZo verhuisde de karabijn met achttien houders patronen naar zijn woning aan de Rakenessergracht 33, waar hij werd weggestopt op de rommel zolder. Maar even later was Kraakman alweer op weg naar fiet stadhuis om nieuwe artillerie te halen. Hij was er nog mee aan het rondsjouwen, toen de eerste Duitsers Haarlem binnenreden en heeft op die manier twaalf beste Hollandse geweren in de wacht gesleept, die later het basis-arsenaal zouden vormen voor zijn eigen verzets groep. Met één van die twaalf ploffers is vier jaar later de landverrader Krist op de Westergracht geliquideerd »CXXOOOOOC*»OOOOOC)OC)OOOOOOC»>OOOOOOOCXDC»OOOOOtXXX«X»OOCOOCIOOOOOOOOCOOOOOOOOOOOOOCX3CClOO vele jaren van de wereld hadden willen afsluiten, maar waar telkens weer (valse) pasjes voor het Sesam-Open-U hadden ge zorgd, waar verzetslieden waren doorge slipt en deserterende Duitsers de weg naar een onderduikadres zagen beginnen, ver zamelden zich honderden vrije' mensen mannen en vrouwen, met de angst op het magere gezicht, om hun familieleden bin nen de vesting. Niemand kwam er in. De chaos was toch al groot genoeg. Ja, de chaos was al groot genoeg. De ar restaties waren begonnen. In de middag van de vijfde Mei al. De KP verscheen op het politiebureau en ontwapende diverse „gezagsdragers". Het spel was op dit punt goed voorbereid, wamt te zelfder tijd ging een deputatie uit de parlementariërs naar het raadhuis om burgemeester Van der Weiden gevangen te nemen. De arrestatie is met een toespraakje en een tegentoespraakje verlopen en ondanks alles hebben de arresterenden toen even een vleug van bewondering door zich heen voelen gaan voor die N.S.B.-burgemeester, die daar in volstrekte kalmte het noodlot op z'ch toe zag komen. Hoe hij beide wa pens aflegde en het woord vroeg „Hi t is mij een behoefte de commandant van het verzet een compliment te maken voor de organisatie". Het antwoord kwam even hoffelijk, ge laden echter met vijf jaar woede: „Het zal inij een eer zün, uw behandeling anders te doen verlopen dan die onder de Duitsers". Of hij nog even mocht bellen met de Haar lemse Beauftragte om zijn functie officieel neer te leggen? Heel graag zelfs! De belangrijke gevangene is daarna af gevoerd naar het voorlopig gevangenkamp aan de Wijk aan Zeeërweg. Een bloedig stuk Velsens historie klapte voorgoed dicht. Voorgoed? Helaas niet, want er zou nog tot bijna tien jaar nadien een Velser affaire blijven woelen in de democratie, tot ook deze aangelegenheid zich oploste tot niets tot een stapel papieren. DE UITTOCHT is later ook begonnen, de schamele uittocht van „Franse karren met Belgische paarden ervoor en Duits tuig er op" zoals ze het in IJmuiden zeiden. Mèt balen suiker achterop, die daar evenwel weinig veilig lagen, want onder weg is er menig pondje behendig uitge- prikt. Het heeft een week, het heeft twee weken geduurd, voor de zaken enigszins normaal gingen lopen, het heeft dagen ge duurd, voor IJmuiden eindelijk kon juichen voor de Canadezen en dat gejuich ver stomde weer, toen colonel Read, de bevel hebber der bevrijders, een grote kring over de kaart van IJmuiden trok en het gebied erbinnen tot krijgsgevangenkamp ver klaarde. Hij. de frontsoldaat, kón weinig chicanes gebruiken en hij had weinig compassie met IJMUIDEN was murw en moe. De paar «duizend mensen, die hun bestaan in de hermetisch afgesloten vesting hadden we ten te rekken, hebben in vijf jaren de be- Tusting leren kennen, die de angst bege leidt wanneer die té lang gaat duren. De vlammen en de rook bij de havens, boven de Hoogovens deze infernale tekens van een oorlog doofden al maanden geleden de levensvreugde, die vroeger aan Willems plein en Kennemerlaan zulke getrouwe gasten waren. De „Deckuneslöcher" langs de Trompstraat, de draden die "an de meerstoelen langs de sluizen naar de kant liepen om het havencomplex met één druk op de knop te kunnen vernietigen, de ver laten stations.... maar vooral die mono tone stap van de Duitse laars door ónze straten: het had allemaal te lang geduurd. Net niet lang genoeg echter om de onder gedoken radio's tot zwijgen te brengen of de gestencilde krantjes uit te roeien. Niet lang genoeg om alle hoop af te dammen, want uit de vesting liepen de moeizame verbindipgen naar buiten, naar de wereld, die hol, wellicht iets beter had getroffen dan IJ'muiden, die tenminste niet de gordel van heton rond zich had, waar het woord „Spf.-rreebiet" niet de stalen klank had van de overklikkende veiligheidspal op de TV'itse karabijn. IJmuiden was dood. maar niet begraven, al had de afbraakwoede de Kalverstraat nodeloos geslooot, al stond er langs het begin van de Velserduinweg geen winkel meer overeind en al was dat gezellige Wil lemsplein veranderd in een ordeloos veld var. puin en puin en nóg e°ns Duin. met de bleke gevel van Thalia" er trooste'oos achter. Daar zou wel noo't meer een échte film draaien. Bii het klaDhekie zou we! ttooit meer een Amerikaanse boot afmeren, want die grijze Duitse Marineschuit leek daar voor eeuwig te zijn verankerd. Tóch is van diezelfde grauwe bodem der Kriegsmarine één van de eerste tekenen van nieuw leven gekomen. „Srhluss Krieg!" beeft één dier oope'nrhte Duitse matrozen in die vreemde avond van de vierde Mei geschreeuwd. Niet dat IJmuiden het direct geloofde, want de berichten waren nog té verward, maar toch sloeg de hoon over naar de wal: als zo'n Mof dat schreeuwde, kwam het toch wel erg dichtbij, zei de R uiterstraat. HET WAR DTCFTRT.T. Nog één nachtje slapen en dan was het Zaterdag, z.ateru<Ms 5 Mei 11)45. Nog vijf dagen, dan was het ook de tiende Mei en dan duurde d'e ver vloekte oorlog precies vijf iaa»\ Maar die Duitser dan vanavond? „Schluss Krieg" had hij geroepen en de radio gonsde van vredesgerucht. Een enkele aarzelende vlag werd in die windstille voorjaarsavond uitgestoken en daar. daar licn er een met een oranie^nd om de arm. Daar nog een vlag. aan de Wil- lemsbeekweg. Rood-wit-blauw! De soanning brak, stéég weer. Het was 6 uur in de avond en de zon maakte zich k'.aar voor de dagelijkse ondergang achter de pieren, ditkeer in een bloedrood wo'ken- bed. Op het hoofdkwartier van de P.S aan de Parklaan in Haarlem wist m»n: de oor. log was afgelopen, de bezetting ten einde. De leiding van de BS binnen de vesting IJmuiden wist ook: het is afgelonen. Maar toch is het dragen van die eerste oranje banden van de vierde Mei van korte duur geweest. Ze zijn angstig weer w°" gestopt Er vielen schoten od straat. De Duitser gaf zich zó gauw niet gewonnen in de plaats, die hij tot vesting had verk'aa»-d. waar hij betonnen gordels rond had ge trokken en waar hij e°n half vernielde marinebasis had te verliezen. IN DE VALLENDE AVO^n hebben twee Velsenaren elkaar op de Driehuizerkerk- weg op de schouder geslagen: „Gelukkig, het is het eind". Op datzelfde moment vlo gen de flessen jenever door de tuin van het Missiehuis, waar de bezetter een mooi mondvoorraadje had opgeslagen. F.n een groepje durvers heeft geprobeerd in die avond van de vierde Mei een naar bunkers te forceren om het eten los te branden, dat IJmuiden nodig had. Er is wét gehaald en verdeeld, maar het was een druppel op de gloeiende plaat. Ifet land was vrij. de volgende morgen. Maar IJmuiden hle«*f bezet. De vesting: gaf zich niet over. Hellenhach. een doodgooi® Feldwebel van de Feldgendarmerie hoefde weliswaar niet meer tegen razzia's te waar schuwen met zijn „Laat de Sohn vandaag maar hesser nach Beverweleh raan" maar zolang generaal Hütner zich niet had overgegeven, llcef de vesting IJmuiden bezet gebied. In Heemskerk trokken de Duitsers onde-- de vlaggen door, over de Breestraat var Beverwijk ratelden de haveloze colonner der terugtrekkende trcepen, maar IJmui den was nog niet vrii. IJmuiden had nor geer. jeep en ge°n Canadees gezien. Dat is pas gebeurd, toen de commissif van parlementariërs uit Haarlem kwam om „der General Hütner" tot het inzicht tr brengen, dat IJmuiden óók een stukje Ne derland was, dat graag vrij wilde ziin. Dc* General was niet thuis voor de onderhan delaars Der Herr Kapitan-Adjudant we Daar is die commissie van vier in Velser beek de trap opgestomme'd naar de adi>' dajit van de generaal en in dat historisch' uur heeft de vesting IJmuiden eindelij' haar vrijheid teruggekregen. Het was ec» nuchtere gebeurtenis op zichzelf: de kapi tein kreeg te horen, dat van toen af he- gezag door de BS werd overgenomen, da alle militairen binnen moesten blijven p dat men onverwijld zou beginnen met d< arrestatie van notoire landverraders. BUITEN DE MUREN, die IJmuiden zo- Beeld van de evacuatie van Oud-Schoten in September 1944. de ongeveer honderd gezinnen, die na alle ellende hun boeltje in de steek moesten laten in oud-IJmuiden en een stukje van IJmuiden-Oost, omdat de dienaren van Hitier toch ergens heen moesten. Zijn hoofdkwartier in het politiebureau heeft in die dagen menige smeekbede moeten ver werken, vooral toen er bet een en ander verdween uit de huizen, waar diverse o«d- IJmuidenaars aanvankelijk in het vo'ste vertrouwen uittrokken, omdat het immers toch maar voor een naar daven zou zijn? Het werd een onhoudbaar lange tijd. En nóg en nóg was IJmuiden niet hele maal vrij. Duitse krijgsgevangenen bij dui zenden naast de deur, munitie bij tonnen vlakbij. Die munitie heeft zich in de zomer laten gelden. Het was net feest, bevrijdings feest in de vroegere Duitse F.AT'K A-fabriek die in de PEX-eentrale aan de Kanaaldijk gevestigd was geweest en des avonds gin gen de eerste lichtkogels achter Wester- ve'd de lucht in. Om even later gevolgd te worden door de daverende ontploffingen van ettelijke centenaren trotyl en dynamiet in een gloeiende vuurzee, waarvan dagen later de betonnen naden door het duin nog onder de voeten schroeiden en waarvan het bos nooit geheel hersteld is. IN AUGUSTUS heeft IJmuiden pas vol ledig adem kunnen halen, zoals het kan in de zon dor vrijheid. Toen is er gedanst in alle straten. En aan de Trompstraat schet terde hetzelfde kindergramofoontje, dat bij gebrek aan een versterker rond die vijfde Mei het Wilhelmus heeft laten horen, ijle dansdeuntjes. In Augustus was IJmuiden eigenlijk pas vrij Heien «aal. J. F. ZO, in een opwelling is het begonnen. Maar al gauw zat Kraakman volop in het ondergrondse werk. Het grote, oude huis aan de Bakencssergracht een doolhof van zalen, opkamertjes, doodlopende gan gen en binnenplaatsjes, die eeuwen geleden al eens als schuilkerk voor de protestanten gediend had werd nu opnieuw een toe vluchtsoord voor vervolgden. Het herberg de onder meer lange tijd een zestigtal Jood se onderduikers. Later vestigde ook Kraak- mans eigen illegale groep de ..BW 33" er haar zetel, totdat hij medio 1942 bezoek kreeg van een zekere „meneer Kool' (mr. H. J. Besier) met het voorstel in zijn hui3 een geheime zender te plaatsen. Natuurlijk ging Kraakman accoord en reeds enkele weken later was de zender, waarvoor de onderdelen in actetassen en koekblikies binnengesmokkeld waren, in vol bedrijf. Uit het achterkamertje waar de installatie was opgesteld, hebben nadien honderden berichten over 's vrjands activiteit hun weg naar Londen gevonden. Zo belangrijk von den de Geallieerden deze verbinding met bezet gebied, dat zij de Inlichtingendienst in Holland opdracht gaven de scherpste voorzorgsmaatregelen te nemen om het voortbestaan van dit radiostation veilig te stellen. Zo kreeg Kraakman bevel al zijn contacten met de door hem geleide groep BW 33 te verbreken en maar net op tjjd, want enkele maanden later werd het dap pere troepje aan de Duitsers verraden en zijn nieuwe leider, de heer Van Swieten, ge fusilleerd. INMIDDELS werden ook elders in het land ID-zenders ingericht en met deze hield de radiopost Haarlem eveneens een leven dig contact, waardoor de berichten over troepenbewegingen, munitietransporten en dergelijke nog snéller naar Engeland kon den worden doorgeseind. Van begin 1943 af is „Radio Bakenes" bijna elke dag „in de lucht" geweest, ook nadat in het laatste oorlogsjaar de stroomvoorziening uitviel en men door middel van benzine-aggrega- ten zelf de nodige energie moest opwekken. „Eens, tijdens een inval van de Grüne Polizei, is ons dat bijna noodlottig gewor den", zo herinnert Kraakman zich. „De OP 19 MEI 1945 was voor Haar lem de bevrijdingsroes voorbij: de vlaggen werden weer inge haald, de luilakmarkt vormde „een waardige ovèrgang van de feestvreugde der bevrijding naar de rust en de bezinning der Pink sterdagen", zoals het bestuur van Volksherstel bekend maakte. Zo kan men zeggen, dat begin en einde van de oorlog voor Haarlem door Pinksterdagen wordt gemarkeerd, Pinksterdagen door vijf jaren van toenemende, onderdrukking en stijgende nood druft gescheiden. Talloze kran tenknipsels, vergeelde, maar zo dierbare gestencilde blaadjes van „De Patriot" en „De Fluistervink" en „De Vrije Pers" en zwart-om- rande affiches getuigen ervan. Het heeft weinig zin alle ge beurtenissen van de periode 1940 1945 stuk voor stuk na te gaan en hier te herhalen. Het waren er zo veel en ze liggen eigenlijk nog vers in het geheugen, zelfs al lijkt alles soms al lang geleden. Maar men kan zich niet weer houden al die oude papieren en vergeelde documenten nog eens door te bladeren, van dat eerste gemene Duitse affiche „Engelse vliegers kennen geen genade" dat aan Haarlems muren werd aangeplakt, nadat op een najaars nacht van 1940 in de stad een paar verspreide bommen waren gevallen, waarvan de Haarlem mers hardnekkig bleven geloven, dat zij door de Duitsers zelf ge worpen waren tot de oproep van het Gewestelijk commando van de Binnenlandse Strijdkracn- ten tot alle rotgenoten van cic vijand om zich te melden. HET KNIPSELARCHIEF, dat zwijgt over de eerste oorlogsjaren begint op 3 Februari 1943 met een bekendmaking: de moord op tien gijzelaars uit „Joods-com munistische kringen" zoals de Duitse modeterm luidde uit wraak voor het neerschieten van een lid van het Duitse leger. Het luidt het tijdvak van de toene mende terreur als het ware in op dezelfde dag, dat de nieuw bakken „hoofdcommissaris" van politie. Ph. Blank, bij zijn instal latie verklaart, dat de verorde ningen van de bezettende macht zo nodig met gestrengheid ge handhaafd moeten worden. De Haarlemmers moeten op last van Rauter wacht gaan lopen langs de waterkant, hetgeen aanleiding wordt tot een weliswaar tijdelij ke, maar bloeiende souvenir-in dustrie. Veel schijnt al die inti midatie niet te hebben geholpen, want een week later moet Rauter al bekend maken, dat een Haar lemse W.A.-man, die terugkeer de van de begrafenis van de ge liquideerde leider van het Nederlandse vrijwilligerslegioen voor het Oostfront Seyffardt, op straat is neergeschoten. De Vrijdagavond 16 April 1943 brengt het krijgsbedrijf in engere zin schrik en ontsteltenis in de Spaarnestad. Bij een aanval van Engelse bommenwerpers op de centrale werkplaats van de Ne derlandse Spoorwegen vallen de projectielen ten gevolge van de windrichting op de lage huizen van de Amsterdamse buurt. Men registreert 82 doden en tientallen ernstig gewonden. De totale oor log, door de Duitsers ingezet, is wreed, maar toch niet zo wreed als degenen die uit deze geberute- nis enige weken lang propagan damateriaal hebben geslagen. Dat een paar maanden later twee Duitse jagers boven de stad neerstorten, waardoor een wo ning afbrandt en een vrouw wordt gewond, zal men tevergeefs in de officiële persberichten aan treffen. De Duitsers zorgen er trouwens zelf wel voor, dat de slechte indruk welke bij een deel van de bevolking door het mis lukte bombardement werd ge wekt, wordt uitgewist door het op 1 Mei afgekondigde Politie- standrecht, de meldingsplicht voor studenten die niet hebben willen tekenen en de wegvoering van de krijgsgevangenen. Een lange reeks doodvonnissen beze gelt deze „zwarigheden" zoals het schrikbewind door een der nazi-scribenten mild wordt ge noemd. Er komt trouwens nog een soort Post Sriptum: de bevolen inlevering van de radiotoestellen. Een maand lang kan men zijn toestelletje kwijt raken op ne« Nassauplein. terwijl de Spaarn- dammers het gemakkelijk wordt gemaakt: zij behoeven niet verder dan de Pol te lopen. Tegelijkertijd bouwen de bezet ters koortsachtig aan de Atlan- tikwall: de gemeenten Zandvoort en Velsen worden een verboden rijk, waar de moker van de slo pers wedijvert met de betonmo len van de bunkerbouwers. Dit algemene beeld van afbraak en ontwrichting verhindert de tijde lijke machthebbers niet ijverig hun facade in stand te houden: nog in het voorjaar van 1944 wordt in het Frans Halsmuseum „een belangwekkende tentoon stelling van het Nederlands Ar beidsfront" gehouden, zo onge veer in dezelfde tijd, dat in het Kringhuis van de N.S.B. aan de Paviljoenslaan een „leeszaal voor de Haarlemse jeugd" werd inge richt. Zorg voor de „Kultur" toonden ze genoeg, al bleek daar weinig of niets van levensvatbaar voor normale tijden. Want wie herinnert zich nog de Haarlem se School voor Kunstnijverheid, in 1942 op gemeentekosten op de zolder van het Frans Halsmu- Waarnemend burgemeester M. A. Reinalda proclameert uit naam der Koningin de Bevrijding. vorens de burgerij de donkere poort van de hongerwinter zal binnengaan. Het plaatselijk pro- pagandanieuws van de inmiddels tot stilstand gekomen „Bewe ging" maakt plaats voor even sobere ais onheilspellende kop- Zeloten van de „Nieuwe orde" bekladden de pui van de Uniewinkel aan de Kruisstraat met hun toverspreuken. seum gehuisvest na 5 Mei 1945 even geruisloos verdwenen als de in Haarlem gevestigde Stichting Noordhollands Toneel, die zo'n slordige kwart millioen rijkssub sidie per jaar opslokte. Intussen: deze instellingen zijn enslotte nog in Haarlem ge veest, hetgeen niet bepaald ge- egd kan worden van de Duitse Cameropera, waarvoor „rege- ■ingscommissaris" Plekker de ervallen Jansschouwburg voor 4.000 gulden aankocht. Opti- lisme en vertrouwen in de toe- omst zijn deze bewindvoerder «lijkbaar inmmer vreemd ge- ■eest. Wanut nu valt mijn oog p een van zijn besluiten, waarbij an de Duitse schoolvereniging en strook grond aan het Prin- jn Bolwerk voor de tijd van der- g jaar kosteloos wordt afge- •aan OVERIGENS had men maar •itter weinig gelegenheid op der- elijke kleinigheden te letten. Na )olle Dinsdag, die ook in Haar- ;m heel wat vooraanstaand» ïationalisten van hun voetstuk en in ongenade doet vallen, houdt de evacuatie van Oud- Schoten de gemoederen bezig al pen. Van Maandag af geen stroom meer in Noordholland, Kolen voor hen die nog niets ontvingen, Nu de tram niet meer rijdt. Rolschaatsen brengen uit komst, Beëindiging gaslevering, Vandaag is het menu: roggevlok- kenpap. De jacht op het brand hout, Gebedsactie te Haarlem. Beperkt het watergebruik, Nu eten wij tulpen, Melkrantsoen verlaagd. Bakkerskarren geplun derd, Suikerbiet op de bon. Broodbezorging stopgezet, Stand recht te Haarlem, Standrecht te Halfweg, De halvering van het broodrantsoenen dan in eens. op 13 Februari 1945, met grote koppen: Verdeling levens middelen Zweedse Rode Kruis Heel brood en 125 gram marga rine. En een paar weken latei- Groot is de dank van de stede lingen: Het einde is in zicht. HET EINDE. Maar het kwam ook in Haarlem niet zonder dat dc vijand zijn ware aard bij herha- 'Ing too ide. Wij spieken niet een> van de fi-Deceniberrazzia welk- tal van Haarlemmers als slaven in Rees deed belanden. Maar wij her inneren ons, dat tot drie keer toe onschuldigen ten offer vielen aan de wraakzucht der Duitsers: de gedenktekens aan Westergracht, Jan Güzenvaart en Dreef getui gen ervan. En op de Erebegraaf plaats ruist de wind over het graf van de moedige Haarlemse illegale werkster Hannie Schaft, die in de duinen werd neergeknald toen het licht van de bevrijding reeds gloorde. De bevrijding, die ook in Haar lem. zoals in geheel Westelijk Ne derland, een tikje aarzelend en onzeker intrad, Na de eerste feest roes van de avond van de Vierde Mei twijfelden we weer of het wel waar was: de laatste oorlogs winter had ons geloof in de goede afloop op een bijna te zware proef gesteld. Maar op 7 Mei hingen de proclomaties van de Binnenlandse Strijdkrachten er ten minste en op 8 Mei stond de burgemeester op het bordes van het Stadhuis om de proclamatie van de Konin gin voor te lezen. Of liever gezegd: twee burge meester, want dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk was tegelijk belast met de waarneming van het ambt van Commissaris der Ko ningin in Noord-holland, zodat wethouder M. A. Reinalda als locoburgemeester fungeerde. En terwijl de Canadezen vorstelijk werden ingehaald, hielden Volks herstel en U.V.V. hun eerste col lecte. De dag daarop werd er al weer gevoetbald, tussen H.F.C. en een geallieerde combinatie. Een paar dagen later, op Maan dag 14 Mei, stoomde de eerste trein, nu ja. treintje om kwart voor negen het Haarlemse station bin nen. „De Arend" zal in 1839 niet ongeduldiger verbeid en hartelij ker verwelkomd zijn, dan deze combinatie van een oude locomo tief met twee wagens voor het vervoer van een veertigtal in Am sterdam werkende spoorwegamb tenaren. Intussen bleken de op het Haarlemse emplacement ach tergebleven goederenwagons nog wel een verrassing te bevatten: de gehele zender Kootwijk bijvoor beeld en een partij Zweeds ijzer erts, dat van de Hoogovens af- ■omstig was. Op Vrijdagmiddag 18 Mei begon le torenklok van de Grote Kerk, die van 9 October 1944 op 12.02 uur had gestaan, weer te lopen. Nederland was herrezen. J. H. B. Moffen kwamen een huiszoeking doen en tot mijn grote schrik begon één van hen al direct in het putje te roeren, waarin de af voer van onze benzine-aggregaten uitmond de. De motoren liepen op volle toeren en als men goed keek, zag men de luchtbellen van de uitlaatgassen in die put opborrelen. Maar de Grüne dacht zeker, dat dat zo hoorde en miste daardoor de kans van zijn leven". Kraakman vertilt verder. „Er waren echter nog meer verwikkelingen. Ikzelf had het Ueberfallkommando" binnengelaten, de acht Duitsers over de binnenplaats naar een gesloten poortje gebracht en ze daar gevraagd even te willen wachten, terwijl ik de sleutel van die poort haalde. Geluk kig vlogen ze erin. waardoor ik gelegenheid kreeg even het huis binnen te rennen, een revolver te paken en de jongens bq de ra diopost die juist aan het zenden was door hard stampen op de vloer te alarme- ren. Daarna snelde ik weer naar buiten, waar de Grünen nog als makke schapen stonden te wachten. Door de poort nam ik ze mee naar de achterkant van het huis, rakelings langs de motorenkelder en toen de trap op naar mijn zolderatelier. Het eer ste, wat ik daar zag, was de grote ruw houten kist waarin wij de ondergedoken persoonskaarten uit Haarlems bevolkings register bewaarden. Meestal stond die veilig verborgen onder een hoop oude rommel in een onvindbare nis. maar juist die morgen was er een „goeie" ambtenaar geweest om een paar gegevens en na zijn vertrek was de kist niet opnieuw opgeborgen. Daar stond het ding nu open en bloot midden op de zolder. Natuurlijk stevende er direct een dikke Feldwebel op af. Maar weer had ik ongelofelijke veine, want toevallig stond er een naaktstudie op mijn ezel en dat scheen de Duitsers zo te boeien, dat zij er allemaal onder vreugdekreten als „Na. wie schööön!" op afstormden. Natuurlijk heb ik gauw een portefeuille met andere naakttekeningen gehaald en daarmee de heren drie kwartier aangenaam bezig gehouden, waarbij de kist met de persoonskaarten hun tot zitplaats diende Maar tenslotte zei de Feldwebel, dat ze hiervoor toch niet gekomen waren en dat er nu maar eens „untersucht" moest wor den. Ik informeerde, wat ze dan eigenlijk brj mij zochten. „Wij zoeken naar gestolen wcertnachtsgoederen", antwoordde de dik ke. „U ziet mij. een eerzaam artist, toch niet voor een dief aan?" vroeg ik hem vol edele verontwaardiging. En ook die krijgs list gelukte. De Feldwebel legde zelfs zijn vette arm om mijn schouder, keek me met een soort stompzinnige bewondering aan en fluisterde: „Sie haben recht. Sie sind ein Künstler und ein guter Mensch Hij sloeg zijn hakken tegen elkaar, bracht me stram een model-saluut en gaf het ,.Ab- marsch"-commando.Drie minuten later kon ik met een zucht van verlichting de deur achter het gezelschap sluiten. Zij hadden mijn huis noch de inventaris verder één blik w-aardig gekeurd! En dat was maar goed ook, want in het radiohok vond ik even later de bemanning verdwenen, de zender en het licht volop brandend (in een tijd dat niemand stroom had!) en de stenguns van onze jongens her en der over de vloer verspreid. Later bleek dat de dienstdoende marconist, zijn helper en de rest van de staf mij via een raam met de Griinen over de binnenplaats had zien lopen en toen gedacht hadden dat ik gearresteerd was. Eerst hadden zij het plan geopperdde Duitsers ter p'aatse overhoop te schieten, maar bij nader inzien besloten zij hen te volgen om te zien, waar men mij zou heenbrengen. En tenvijl ik met de Moffen de trap naar het zolderatelier op ging, waren zij over de binnenplaats de Kokstraat ingesneld. in de mening dat ik daarlangs „ontvoerd" was. HOE DAN OOK, het liep allemaal won derwel af, maar mr. Sikkel en mr. Besier vonden het toch raadzaam de zender na dit avontuur een paar dagen stil te leggen. Dat is later nog een paar keer gebeurd, na soortgelijke bezoeken van de Feldgendar merie, de S.D. en de Duitse radio-peildienst, maar ook bij die gelegenheden werd de zenderpost gelukkig niet ontdekt en dus hebben wij tot aan het eind van de oorlog ons werk kunnen voortzetten. Alle verzon den en ontvangen berichten waren natuur lijk in een code gesteld, die alleen mr. Ste- ketee de tegenwoordige directeur van Het Handelsblad kende. Na de bevrij ding vertelde men ons welke zeer belang rijke militaire gegevens wij in de loop der jaren doorgeseind hadden en wat de con sequenties daarvan waren voor de Gealli eerde oorlogvoering. En al heeft de vrede niet alle idealen ver wezenlijkt, die wij ons gesteld hadden, toch zal de grote meerderheid van ons opnieuw bereid zijn, haar plicht te doen als het on verhoopt weer mis gaat in de wereld. Laat ons hopen, dat het zover nooit zal komen!" 5 Uit een overzicht van de in de vesting 3 IJmuiden gelegerde Duitse eenheden 3 blijkt, dat deze vlak voor «le bevrijding 3 beschikte over: S 800 valschermjagers, b 450 marinemannen, i 700 marine-artilleristen, J 900 infanteristen en 3 600 mariniers. Van Wijk aan Zee tot Duin en Kruid- berg bevonden zich in die dagen blijkens 3 de nauwkeurige tellingen van de Rin- - nenlandse Strijdkrachten 1500 man (w-aaronder 200 Polen). De artilcriebat- terijen waren met 130 man bemand. joocoooodooogodooooc

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1955 | | pagina 15