HETC
N EN DE
De vlaggen neer
Een profetie, die uitkwam
VRIJHEID In fasen
Veisens bevrijdingsdag
Peters drinkt en
Nögg is malende
EN IN DE AVOND
Old Clothes New
Dodenherdenking
in Castricum
WOENSDAG 4 MEI 1955
5
VELSEN
IJMUIDEN
VELSEN-NOORD
VELSERBEEK
SANTPOORT S TATION
SANTPOORT-DORP
VELSEN
DRY CLEANING ONLY
DIT IS HET EENVOUDIGE VERHAAL van een mens in de
bezetting. Een stukje van het verhaal slechts, want er is nog zo
veel meer gebeurd. Hij woonde in de Kalverstraat, waar wij
later niets dan puin terugvonden en hij heet George Schilling.
Dat doet er eigenlijk niet toe, hij had ook dokter Rutten kun
nen heten of Jan. Ik heb zijn verhaal gehoord in de kleine
kamer achter de viswinkel aan de Lange Nieuwstraat. Samen
hebben we die tijd van de hongerwinter weer beleefd en
George, wie de naam Sjors béter staat, is tijdens zijn be»oog
een keer plotseling in een hoek van de kamer ineen gedoken.
Zoals hij in de winter vlak voor de bevrijding in elkaar kromp,
toen een Duitser met een rauwe vloek zijn pistool leegschoot
in de kelder van een Santpoorts huis, waar Sjors met een
zeventienjarige lotgenoot was weggekropen voor het naderende
geweld van laarzen en karabijnen. Gelukkig zat hij net onder
het rooster, anders hadden ze hem vol lood geschoten nu
vtloog er alleen maar de kalk van de keldermuur.
Het is een verhaal, zoals er duizenden zijn op te graven in
de herinnering van al die Nederlanders, die zich niet lieten
dwingen te doen wat een overmachtige vijand wilde. Die liever
in kelders kropen en in kasten hurkten, die af en toe een pistool
los in de zak bij zich hadden en met illegale krantjes liepen,
die een lucifer in het knoopsgat droegen met de oranje kop
boven en die samen dat kleine leger onverzettelijken vormden
waarvoor de bezetter van tijd tot tijd doodsbenauwd was. Die
ook wel eens bang doodsbang zijn geweest.
Het verhaal begint voor ons op de tiende December 1944, al
is het veel eerder begonnen, want allang voordien was Sjors
een IJmuidens mannetje, dat niets met de Duitsers te doen
wilde hebben. Tenminste niets positiefs als het even kon
wilde hij ze graag en van harte helpen afbreken.
Tot ze Sjors pakten en op 10 December 1944 in het politie
bureau aan het Tiberiusplein opsloten met een tonnetje en
achter een dikke deur.
Een Duitse wacht vóór de deur.
Geschuifel van laarzen op de gele tegeltjes.
Af en toe een korte schreeuw in de gang.
Sjors heeft die wacht toen met „Hauptmann" aangesproken
en hem verteld, dat hij Hamburg een mooie stad vond en dat
was wel eens een middel om een kleinigheid gedaan te krijgen.
Hij kreeg er dit keer mee voor elkaar, dat hij de „Komman-
dant" mocht spreken.
Een lange tafel, een uniform er achter, loketkasten tegen de
wand. Sjors wou graag van de Herr Oberleutnant weten, waar
om ze hem als eerbaar burger in een cel hadden gezet er. als
de Herr Oberleutnant dat kon vertellen, zou hij, Sjors Schilling
de Herr Oberleutnant séhr dankbaar zijn. Séhr dankbaar.
Het antwoord kwam onverhoeds van een andere kant en liet
aan duidelijkheid niets te wensen over het werd van ach
teren als het ware op hem afgeschoten in onmiskenbaar goed
Nederlands: „Dat ondergronds gewroet moest nu maar eens uit
zijn en in de Euterpestraat zullen ze het je wel stevig afleren
ook". Sjors zag het zwerk drijven het was een donker, misse
lijkmakend voorgevoel van langdurige verhoren in het béruchte
Amsterdamse SD-hol en Sjors verzocht timide, of hij misschien
naar zijn cel terug mocht.
Hij wist het nu wel.
Danke séhr.
De Duitse wacht stond niet meer op de gele steentjes van de
gang. Weg, zeker even ergens heen, misschien wel een andere
gevangene ophalen. Wel stonden daar een moeder met een
zoon en bij de ingang van het politiebureau was een stevige
Germaan geposteerd met een levensgroot geweer in de aanslag.
Sjors heeft toen de sprong gewaagd hij heeft de IJmui-
dense jongen op z'n schouder geklopt en flink duidelijk tegen
hem gezegd: „Nou jong. zo erg is het echt niet in Duitsland,
je zult zien, dat het best meevalt. Het ga je goed en denk nog
maar 'es aan je Ome Sjors, ik ga maar es opstappeToen
is hij, achterom groetend naar de moeder en de zoon, die ge
lukkig geen mond open deden tegen dit plotseling familielid,
het Tiberiusplein opgewandeld met een beleefde groet voor de
schildwacht, die correct teruggroette. De bode heeft hem wel
zien gaan, maar liet hem glippen.
Sjors is naar huis gewandeld, met het hart als een razende
in de keel. Naar de Kalverstraat is hij gegaan en daar had
moeder de vrouw net een brood gebakken, dat evenwel mislukt
was, zoals zovele broden van tarwemeel-uit-de-koffiemolen in
die dagen niet verder kwamen dan een kleffe, witte plak. Hij
heeft wat gegeten en is naar twee vrinden gegaan om de radio
weg te laten halen, want ze zouden, als ze hun arrestant misten
op het Tiberiusplein, zeker naar de Kalverstraat komen en
daar die radio vinden en een ongeregeld partijtje handgranaten
ook nog. Die gingen in de gauwigheid onder het duivenhok „en
je mag ze alleen afgeven als ze om de „eitjes" komen heeft
hij zijn vrouw gewaarschuwd.
Sjors moest de vesting IJmuiden uit zien te komen. Zo gauw
en zo geruisloos mogelijk. Maar eerst een plek voor de nacht,
een duikadres voor even. Het werd de familie Voerman, op
nummer 13 aan de Eksterlaan en dat was niet eens de eerste
keer, dat nummer dertien een rol in Sjors' leven speelde zijn
vrouw kwam van de Arendsweg nummer dertien, maar hij
heeft er een beste vrouw aan gehad, dus waarom zou hij niet
op nummer dertien onderduiken? Het zou ook niet de laatste
keer zijn. Die familie Voerman was góed. Sjors kreeg een boek
om wat te lezen, maar dat ging niet erg, onder die omstandig
heden. Het was „Sil de Strandjutter". Anders wel een mooi
boek, daar niet van, maar lees nou maar eens, als je net de
Euterpestraat hebt horen noemen als verbetergesticht en je zit
op nummer dertien op hete kolen. Die keer heeft Sjors het
beek niet uitgekregen. Later wel. Een móói boek.
Maar het leven moest doorgaan en zijn gastvrouw zou toch
even om een boodschap moeten. Wacht, dan kon Sjors in die
tussentijd prachtig de aardappels opzetten. Deed hij ook wat.
Sjors heeft de aardappels opgezet, maar daar moest water voor
komen en de buren, die mevrouw Voerman om een boodschap
zagen gaan, hoorden toch de kraan op nummer dertien lopen,
dus die kregen argwaan. Ze hebben gelukkig de mond stijf
dicht gehouden, maar ondertussen moest Sjors maar weer
gauw weg, want dat werd te warm hier door die stomme kraan.
Hij heeft zich gemeld bij zijn commandant, Boogaard aan de
Zeeweg (die niet op nummer dertien woonde). Het was maar
goed, dat hij er net aan kwam, zei Boogaard, anders waren ze
hem gaan halen, net als Boerlage even tevoren. Zo was het
maar gemakkelijker.
Je gaat door naar het Crematorium, Sjors, daar vind je Pater
Pontianus en die heeft valse papieren, anders kom je de vesting
niet uit.
De pater hód papieren; het zaakje liep als gesmeerd. Sjors
heette voortaan „Strijbosch" en hij was ergens achterin de
vorige eeuw geboren. Prent dat even goed in je kop, voor het
geval ze je aanhouden weet je tenminste wanneer je geboren
en jarig bent, anders staat het zo stom en zit je zo toch nog in
de Euterpestraat.
En Sjors is als „Strijbosch" de vesting IJmuiden uitgewan
deld, bij de „Sperre" in de Duin en Kruidbergerweg, waar nu
nog de tankgracht ligt. Daar was een slagboom over de weg
gemaakt en een Duitser hield er de wacht bij. Sjors is die
Duitser ergens nog dankbaar, want die liet zich vlot nemen,
die avond. De heer Strijbosch vertelde hem onder het contro
leren van zijn papieren door, dat zijn moeder dood was en dat
hij nu weg moest naar Haarlem en de Duitser vond dat erg
vcor die Hollander zeker ook van de oorlog? Ja, ook van de
oorlog. „Sie können gehen, alles in ordnung verdammter
Krieg".
Naar de Terrasweg in Santpoort, op een adres, dat de naam
van een van de gaafste figuren uit de Velsense illegaliteit aan
zich heeft verbonden: Van Rijswijk. Natuurlijk kon hij binnen
komen, maar er was niet al te veel bikkesement er is zóveel
nodig bij anderen. Toen heeft Sjors gëzien, wat offeren is, wer
kelijk offeren. Want daar aan de Terrasweg werd honger ge
leden door degeen, die een deel van de voedselvoorziening van
de illegaliteit in handen had en waar dus bijvoorbeeld een
CCD-er kwam vragen waar hij twee zakken aardappels kwijt
kon. Dat eten is niét aan de Terrasweg gebleven, maar door
gestuurd naar een gezin, waar het nog krapper was. Dat was
Van Rijswijk hij is later gefusilleerd.
Sjors is naar de Wüstelaan gebracht. Wüstelaan 13. Daar
hadden ze in de slaapkamer een duikplekje achter de linnen
kast, waar nóg een kast achter lag en daar moest „Strijbosch"
dan maar in kruipen als er onraad kwam. Er kwam onraad,
midden in de nacht, maar ze vonden die eerste keer niets. Over
dag is het Duitse geweld later teruggekomen en toen is Sjors
de kelder ingestruikeld, met een zeventienjarige mede-onder
duiker op zijn hielen, de rest van de illegale gasten vluchtte
de zolder op, waar de Grüne Polizei hen allemaal inrekende.
Sjors zat met zijn bevende lotgenoot onder het rooster van
de kelder tegen de muur gehurkt, toen zo'n Grüne langsstampte,
door het rooster naar binnen gluurde en constateerde, dat dit
een ideaal plekje voor eventuele onderduikers zou zijn. Waarop
hij voor alle zekerheid zijn pistool door het luchtrooster leeg
schoot in de kelder, over twee hoofden heen.
Weer is Sjors verhuisd. Naar Aerdenhout, waar hij op num
mer dertien terecht kwam, maar toen werd hij bijgelovig en
weigerde.
Een Indische mevrouw zou hem de IJsellinie over kunnen
helpen naar de geallieerden. Nee, zei Sjors, want dan kan mijn
gezin van de honger creperen.
Hij bleef. Het werd Kerstmis 1944. Haarlem en omgeving
leden honger in deze duisterste aller Kersttijden. De sneeuw
kraakte onder de soldatenlaarzen en het noodkacheltje kookte
op twee lucifersdoosjes en een stukje eikenschors een half pond
tulpenbollen tot een weëe pap.
Kerstmis 1944.
Aan de overkant van de laan, in dat Aerdenhout, had een
NSB-er echter een verleidelijk voorraadje tarwe in de garage
staan en daar heeft Sjors op een avond maar wat van gehaald.
Kort daarop is hij weer van wiek gegaan. Hij was inmiddels
herdoopt en heette Ekhardt. Tweede Kerstdag is Ekhardt naar
Beverwijk gefietst op anti-plof banden, om zijn vrouw en kin
deren op te zoeken, die naar Beverwijk geëvacueerd waren,
maar bij de ponten was het haast mis, daar stond een politie
man, die Sjors had kunnen herkennen.
Het is weer wonderbaarlijk goed gegaan, maar Sjors nam uit
voorzorg toch maar de pont bij Buitenhuizen.
Het zijn korte, angstige dagen geweest in Beverwijk, want
Sjors kon daar niet blijven.
Hij moest verderop naar Alkmaar, waar mevrouw Brou
wer woonde. Ook dat heeft niet lang geduurd, want hij was een
van die duizenden vogelvrijen, waar geen vast honk meer voor
bestond en dus is de zwerver verder de Noord ingegaan.
Eerst echter nog even een akkefietje voor de BS opknappen
met een Duitser, want die zou valse papieren krijgen om te
kunnen deserteren, maar daar moest de illegaliteit zijn wapens
voor in ruil hebben.
Het toeval was in die dagen een vriend en een vijand tege
lijk voor de velen, die met het noodlot speelden, want op een
geleende fiets, dit keer met echte luchtbanden, is Sjors na de
Duitser op bevredigende wijze aan papieren te hebben geholpen
en van zijn wapens te hebben verlost, naar Andijk gepeddeld.
Bij Wervershoof had de BS evenwel spijkers gestrooid en dat
leverde hem zeven lekke banken op langs de lange vaart.
„Dankie" heeft hij toen gezegd bij elke lekke band: „Dankie".
Toen hij de vijfde stond te plakken in de beschutting van wat
kreupelhout, werd zijn naam genoemd bijna aan zijn oor, in
die verschrikkelijke verlatenheid van Wervershoof.
Sjors reageerde niet dat leerde een mens wel af. die aan
zijn derde of vierde valse naam bezig was. Achter hem stond.
de Duitser. Sjors heeft hem niet durven herkennen en de
deserteur is doorgefietst verbaasd wellicht over de achter
docht van die toch wel wat domme Hollanders.
In Andijk moest hij ene Lammers zien te zoeken. De post
bode zei hem, dat er wel zestien Lammersen in Andijk wonen
en of hij niet wat bijzonderheden kon opgeven? Nee. Sjors zou
het wel vinden. De vijfde was inderdaad raak, als was het dan
geen Lammers, maar Kwantus verkeerd verstaan zeker
maar een zesde zintuig waarschuwde in die dagen vaak de op
gejaagde mens, of het mis of raak was.
Via Alkmaar is Sjors de dag voor de bevrijding naar Bever
wijk teruggegaan. De spanning week, de vrijheid naderde
de lucht gonsde van het blije gerucht en de wegen waren ver
vuld van terugtrekkende Germaanse horden, wier vervoer
middelen bestonden uit alles, wat wielen had.
En toen, op de vijfde Mei is Sjors Schilling naar zijn IJmui
den teruggegaan. Met zijn armoedje op een wrakke handwagen
geladen en zijn poes boven op een matras. Op de hoek van de
Deken Waaresstraat in Beverwijk stond een onooglijk hondje.
Het was zijn eigen Trixie, doodgewaand, nadat het mormel
twee jaar tevoren was verdwenen, die met een schelle blaf
bovenop de handkar vloog, daar een blazende poes in de
poten viel, maar uit de mond van de baas die ene kreet hoorde,
waarmee Nederland wakker werd na een lange, lange nacht:
„We gaan naar huis, jonge de oorlog is voorbij.
Over de Velser Spoorbrug is dat convooi toen op IJmuiden
aangegaan. IJmuiden, dat nog niet eens goed en wel bevrijd
was, maar dat een vrij gezin zag binnentrekken met Trixie en
de poes op de matras. J. FOLKERTSMA
0000000(^0r<xxxxxxx)00c00000000c*3000000c,)0000000c)00ci0000c
V O
8
jj Op de 28e April rapporteerde de BS- 8
j Velsen aan het Haarlemse commando: R
j Leutnant Peters, zijn helper inspec- ;j
ij teur Schulz plus ongeveer 60 man. Pe-
ters en Schultz zijn vlotte mannen. De
eerste drinkt graag, maar blijft netjes. 8
Grüne Polizei: Leutnant Runt en ma- 8
joor Ratke plus 60 man, zeldzame ban
dieten. Vooral Ratke is zeer gevaarlijk,
daar hij graag op visite gaat en drinkt
en tegelijkertijd het gezelschap uit-
hoort en ze later doet arresteren.
Feldgendarmerie: Leutnant Nögg, de
chef van de Feldgend. heeft ongeveer 45
man ter beschikking. Hij wordt door
8 zijn minderen niet voor vol aangezien
8 door zijn collega's-officieren evenmin.
8 De Feldgend. staat bij de burgers over
j het algemeen goed aangeschreven,
j Sedert 1 April in de gemeente geen
mensenrazzia's.
Op 20 April heeft het Sprengkom-
mando een springlading tot explosie
gebracht, die geplaatst was onder de
kademuur, ongeveer 50 meter van de
kade is verwoest. Dit geschiedde bij
wijze van proef.
Afbraak: grote complexen huizen en
gebouwen zijn hier afgebroken. Leut
nant Wünschmann is de eigenlijke af- o
braakleutnant de afbraak is echter 8
bevolen door een hogere marineoffi- sj
cier.
S 8
3000<XXXXO00C>0iXCO0COC*»£0CXX*X)0t30COCXXXXXX»0C»0O500C<XX>
HET WAS TWEE WEKEN
VOOR DE BEVRIJDING
en Heemskerk had hard-
grondig genoeg van het
handjevol Germanen, dat
huisde in de bunkers aan
de weg naar Castricum,
waar een levensgrote slag
boom met een barse wacht
post aanvankelijk alleen
papieren controleerde, maar
later ook wel eens een
kleine, met moeite ver-
overde mondvoorraad uit de
„Noord" in beslag nam
Want de Duitsers kregen zo
langzamerhand ook honger
Zij stroopten de boerderijen
van de omtrek af met een
steeds hinderlijker brutali
teit en één hunner was
daarin ten zeerste bedre
ven: wat deze jongeman, te
herkennen aan het lapje
voor het linkeroog, niet
goedschiks kon krijgen,
nam hij. De kippenhokken
in het Heemskerkse land
zijn in die nadagen der
Duitse glorie menig eitje
lichter gemaakt door deze
onwaardige zoon van het
derde rijk.
Er was in het kampement
op een goed moment een
fornuis nodig en dat kon
niet zomaar een gewoon
tweedehandsje zijn - dat
moest een goed en hecht
kookapparaat worden, zodat
twee officieren in hoogst
eigen persoon uit de bun
ker naar het dorp werden
afgevaardigd om het mooi
ste fornuis te vorderen, dat
Heemskerk kon leveren.
De ene officier had daar
weinig zin in, maar de an
der voelde zich nog gevoed
door het machtsbewustzijn,
dat hem jaren geleden in de
SS deed belanden.
Bij één der hofsteden werd
een fornuis ontdekt, dat
goed genoeg was om de in
wendige Uebermensch te
helpen sterken. Maar de
eigenares van het blank-
geëmailleerde geval liet
zich haar keukengerief niet
zomaar ontnemen en teken
de protest aan, daarin bij
gestaan door een onver
saagd zusje, dat bij möedei
thuis een fornuis wist staan
van bepaald minder allooi
maar nog wel zó goed bran
dend, dat het de heren vor
deraars wellicht naar de zin
kon zijn.
Na lang praten zijn de twee
officieren afgetrokken, naar
het huis van de moeder met
het fornuis en het blinken
de gerief van de eerste zus
ter was gered. Daar is toen
één van de weinige voor
spellingen uit de oorlogstijd
uitgekomen. want deze
moeder heeft het fornuis,
dat toch op nonactief stond,
met een bezwaard hart af
gegeven. zeggende: ..Ik be
grijp niet. waar jullie het
voor nodig hebben - ten
slotte is het maar voor veer
tien dagen".
Veertien dagen later was
het vijf Mei en deze Heems
kerkse moeder laat zich nog
altijd voorstaan op deze
juiste profetie, die haar dan
wel een fornuis heeft ge
kost, maar de genoegdoe
ning opleverde van een
^weetal verschrikte Duitse
hoofden, die op dat moment
haar kennis van de toe
komst blijkbaar in het ge
heel niet in twijfel trokken.
Het is mopilijk, de juis
te data van Veisens be
vrijding na tien jaar terug
te vinden in de overvloed
van materiaal, die zowel
in het geheugen van de
genen, die dit feest mee
maakten, als in de dos
siers ligt opgeslagen.
Vast staat echter, dat
op 8 Mei de eerste Cana
dese bevrijders onder de
erepoorten in Santpoort,
langs juichende mensen
hagen en aan provisorisch
vervaardigde versieringen
voorbijtrokken. Dat jon
gens en meisjes de kleine
gevechtswagens bestorm
den en een sigarettenmerk
als „Sweet CaporaV' in
één slag populair werd.
Maar de vjjfde Mei heeft
IJmuiden zeker niet die
grote vreugde gegeven,
waaraan de rest van het
bevryde Westen zich een
roes dronk de vesting
had nog niet gecapituleerd
en pas op de gedenkwaar
dige Zondag, de zesde Mei
dus, terwijl elders langs
de Rijksweg de hongeren
den omhoog keken naar de
voedseldroppings, brak de
laatste Duitse weerstand
IJmuiden was naar de
letter vrij.
Daarna is geleidelijk
ook de rest van de ge
meente in de ban van het
feest gekomen guirlan
des langs de Goede Her
derkerk, vlaggenslingers
over de straten, de drie
kleur overal een mu
ziekcorps van de Canade
zen langs Groenweg en
Tiberiusplein en daarom
heen de bevolking. Vrou
wen met tranen in de
ogen,mannen,die hun ont
roering nauwelijks kon
den verbergen
Negen Mei: de Duitsers
trokken gedeeltelijk af,
deels naar het krijgsge
vangenenkamp, dat in Oud
IJmuiden was geformeerd
ten koste van enige hon
derden inwoners, deels
naar andere verzameloor
den.
Het leven begon heel
langzaam zijn normale
loop te hernemen en
één van de eerste sympto
men is de leverantie van
gas geweest na een lan
ge marteling met nood-
kachels en vuurduveltjes
vlamden de comforen weer
op met de vertrouwde
blauwe vlam van de Hoog
ovens.
Toen de dertiende Mei
in Santpoort een voetbal
wedstrijd tussen Canade
zen en Santpoorters-bui
ten-competitieverband ge
speeld kon worden, was
daar het leven al haast te
ruggekeerd in zijn gewone
bedding. Lang heeft ech
ter op het asfalt van de
Rijksweg de kreet „Wel
come Canadians" gestaan
als een bijna onverslijt-
bare uiting van de vreug
de, die in deze dagen over
Velsen sloeg.
8.45 uur: Opstellen bij monument op Plein 1945 voor herdenking door
deputaties uit overheid en verenigingen: muziek van de „IJmuider Har
monie" en zang van het mannenkoor „IJmuiden".
9 uur: Mannenkoor, spreker, koor, bloemlegging, „Wilhelmus".
Kleuterscholen
8—3013 uur: Feest in de eigen school. De leidsters van deze scholen verzorgen
het programma; bijv. poppenkast, kinderkermis, wedstrijdspelen, projec-
tiebeelden.
Lagere scholen
9.30, 13 en 16 uur: Klassen 5 en 6, Rex-theater, Onderwijzerstoneelvereniging
„Kennemerland" met „De Deserteur".
8.30 en 11 uur: Klassen 3 en 4, Patronaatsgebouw, Harry Bouman in bont pro
gramma.
9 en 11 uur: Klassen 3 en 4, Ned. Herv. Jeugdgebouw, „Bosvolk" en „Vrije
Vogels" met toneelstuk.
8.30, 10 en 11.30 uur: Klassen 3 en 4, Gebouw v. Chr. Belangen, Hocarti in
bont programma.
9 en 11 uur: Klassen 3 en 4, Ned. Herv. Jeugdhuis te Santpoort, Mr. Johny in
bont programma.
8.30 en 11 uur: Klassen 3 en 4, Ned. Herv. Wijgebouw te Velsen-Noord, Mr.
Figo in bont programma.
9 en 11 uur: Klassen 1 en 2, Aula gymnasium, Ankie Last met marionetten
theater „Pitoek".
8.30 en 10.15 uur: Klassen 1 en 2, Thalia, „Vrij en Blij" met operette.
9 en 11 uur: Klassen 1 en 2, Zomerlust te Santpoort, Mr. Kiki in bont pro
gramma.
8.30 en 11 uur: Klassen 1- en 2, „Concordia" te Velsen-Noord, Desire Loran in
bont programma.
VGLO, ULO, HBS, Gymnasium, Technische- Visserijen
H uishoudschool
8 uur: Bevrijdingssterrit over een afstand van ongeveer 45 km in de gemeente
Velsen.
Groep A: 1213 jaar, rit uitrijden, geen prestaties
Groep B: 1415 jaar, rit uitrijden, lichte prestaties
Groep C: 16 jaar en ouder, rit uitrijden en prestaties.
Zieken en beiaarden
In de avond. Antonius Ziekenhuis, reportap-e-nitzendlng door de RUAZ van de
belangrijkste gebeurtenissen op Revrijdingsdag te Velsen.
10 uur: Beiaarden te Velsen-Noord, St. Jozefhuis, optreden van Zaans klein-
kunst-ensemble met ..Hallo, hier is de Zaanstreek".
10 uur: Beiaarden te Santnoort, „De Weijman", optreden van „Het Masker"
met „Wij vieren feest".
14 uur: Beiaarden te IJmuiden, Thalia, optreden van het Zaanse kleinkunst-
ensemble met „Hallo, hier is de Zaanstreek".
14 uur: Bejaarden te IJmuiden-Oost en Driehuis, Patronaatsgebouw, cabaret
variëté m.m.v. Adre Carell in „De succes-express".
Wagenspel „Tijl sticht Utopia" door de „Hooger Geest Ghesellen"
99.30 uur: Stratingn'antsoen te Velsen-Noord.
1010.30 uur: Terrasweg te Santpoort.
10.4511.15 uur: Van den Vondellaan te Driehuls.
11.3012 uur: Stationsplein te IJmuiden-West.
12.3013 uur: Marktplein te IJmuiden-Oost.
Historische optocht
14.30 uur: Vertrek bij het viaduct Stationsweg en verder de volgende route:
De Noostraat, Lange Nieuwstraat. Marktp'ein, Kennemerlaan, Moerberg-
plantsoen, Lange Nieuwstraat, Velserduinweg, Zeeweg, De Noostraat,
viaduct Stationsplein.
De duur van de gehele optocht is ongeveer twee en een half uur, de
lengte 2 km (een uur kijken). Na afloop van de optocht is er in het
Sportpark Schoonenberg een massale muziekriemonstratie door vijf
korpsen. Voorts prijsuitreiking Bevrijdingssterrit.
19 uur: Vertrek van ..IJmuider Harmonie" uit de Abelenstraat en van „Wilhel-
mina" uit d$ Kerkstraat.
19.30 uur: Aankomst „IJmuider Harmonie" en „Wilhelmina" op Marktplein te
IJmuiden-Oost. Theaterbureau Van Meurs te Haarlem brengt, m.m.v.
Oud-Westfriesclie Dansgroen een programma, waaraan meewerken Kees
Stet als conferencier en ambtenaar van de burgerlijke stand.
20.30 uur: Bevestiging huwelijk van een paartle uit IJmuiden-Oost en een
paartje uit IJmuiden-West, waarna boerenbruiloft. Vervolgens nemen de
„IJmuider Harmonie" en „Wilhelmina" elk een deel van de Westfriesche
Dansgroep mee. ..Wilhelmina" trekt naar IJmuiden-Oost. de .IJmuider
Harmonie" naar IJmuiden-West. Onderweg worden nog enige dansjes ge
bracht.
22.30 uur: „Wilhelmina" en „IJmuider Harmonie" keren langs de kortst moge
lijke route terug naar het Marktplein.
22.45 uur: Van Meurs hoogdraad-show en vuurwerk op Marktplein. Na afloon
keert „Wilhelmina" terug naar het Stationsplein in IJmuiden-West en
de „IJmuider Harmonie" naar het Plein 1945. Fakkeldragers trekken in
beide stoeten mee en ontsteken op het Stationsplein en het Plein 1945
vreugdevuren. De padvinders zullen de vuren verzorgen.
1820.30 en 2123.30 uur: Zaal Concordia, gratis voorstellingen door Theater-
en Variëté-hureau ANOVA, Amsterdam m.m.v. Jan de Cler, Tobi Rix,
Willy Alberti. e.a.
2124 uur: Plein Watervlietschool, bevrijdingsbal m.m.v. „The Velno's".
20 uur: Muziektent, „Die HolzhaokprEi'^en" met conference van Tim Telbev
e a. Het programma wordt vm-^orgd door het Theaterbureau Luna te
Haarlem.
20 uur: Muzikale rondgang door Santpóort-Station. daarna optreden dansband
„De Optimisten" op de Van Darenlaan; conference Joop Boeree.
'0 uur: Muzikale rondgang door Santpoort-Dorp, daarna optreden dansband
„De witte kraaien" in de Hoofdstraat bij „De Weijman"; conference van
F. R. Eykhof.
De algemene Winkeliersvereniging „Santpoort" versiert de Hoofdstraat
tussen de Joh. van Beemiaan en het Broekbergenplein.
>0 uur: Velser Orkest Vereniging, Ned. Herv. Jeugdgebouw, Rembrandtlaan,
concert.
IN Oud-IJmuiden is de bevrijdings
gedachte maar traag doorgedrongen.
IJmuiden was nu eenmaal een vesting,
met alle gevolgen van dien. De weinige
bewoners rond havens en sluizen hebben
nog heel wat moeten doorstaan, eer de
laatste bezetter zijn laarzen had gelicht.
Vooral het havenpersoneel heeft het in die
vreemde dagen niet gemakkelijk gehad.
Toen de geruchten van Duitslands capitu
latie waar bleken, was de eerste vraag:
wat moet er nu gebeuren met de dienst
op het havenkantoor?
Twee mannen kregen op die bewuste
avond opdracht naar de havenmeester te
gaan, die in Driehuis woonde. Het was
echter na „spertijd" en al omstreeks mid
dernacht. Zij trokken de stoute edoch ver
sleten schoenen aan en zetten zich op de
fiets.
Erg ver kwamen ze niet, want bij de
villa Kriemhilde aan de Zeeweg werd de
voorste man door de bezetters gearres
teerd. Hij werd in een kast opgesloten en
het „Herrenvolk" beraadslaagde wat zij
met deze man doen zouden. Het angst
zweet brak hem uit: de kans om in het
laatste uur voor de definitieve bevrijding
te worden geliquideerd, leek niet gering.
Maar angst maakt vindingrijk. Hij
tastte in zijn zakken en vond er een tame
lijk verfrommeld stukje papier van maan
den her, waarop de Duitsers hem hadden
gepermitteerd zich ook na bezette tijd
buitenshuis te begeven. Het papier had al
lang geen waarde meer, voorzover die
Duitse vodjes dat ooit hadden, een datum
stond er niet op ingevuld, maar een groot
stempel iets dat steeds indruk maakte
in die tijd was er wel aan te pas ge
komen.
Dit onnozele kattebelletje heeft ten
slotte, na enige benauwde uren, de haven
wachter de vrijheid hergeven. Geschaduwd
door een Duitse militair is hij uiteindelijk
bij de havenmeester aangeland, die bevel
gaf onmiddellijk na de aftocht van de
Duitsers de wacht op de sluizen te be
trekken.
De andere havenwachter, die zijn vriend
zag arresteren, heeft enige bange uren
achter een muurtje van een voortuin aan
de Zeeweg doorgebracht, eer hij kans zag
naar huis terug te keren.
Het weinige sluispersoneel, het meren
deel zat overal in het land ondergedoken,
heeft met loden schoenen het sluiseiland
betreden. Geruchten omtrent booby-traps
en landmijnen waren algemeen verspreid,
maar dit bleek tenslotte fantasie te zijn.
Inmiddels was het bevel van de binnen
landse strijdkrachten afgekomen, dat in
oud-IJmuiden voorlopig alle overwonnen
bezetters zouden worden samengedreven,
totdat er vervoergelegenheid naar Duits
land voor hen was gevonden.
En zo gebeurde het, dat mensen, die ge
durende de gehele bezettingstijd in de
Kennemerlaan hadden gewoond, na de be
vrijding hun huizen plotseling moesten
verlaten en na enige weken het huisraad
in desolate toestand of helemaal niet meer
terug vonden.
Neen, IJmuiden was nog ver van de be
vrijding af en de stemming was er de
eerste dagen dan ook erg gedrukt, temeer
daar de vlaggen, die uit de ramen van
leegstaande huizen op onverklaarbare
wijze in top waren gehesen, door de zich
nog steeds niet overwonnen achtende be
zetters onmiddellijk waren afgerukt.
ADVERTENTIE
KONINGSPLEIN 10 - TELEFOON 4880
Vijf Mei 1945. Nederland was bevrijd,
maar de vreugde werd in Castricum ge
temperd door het feit, dat de bezetters,
waarvan er nog zo'n dikke vijfhonderd in
de bunkers in het duingebied verbleven,
nog steeds gewapend rondliepen. Eerst op
8 Mei konden de Canadezen feestelijk wor
den ingehaald, doch de dag daarvoor had
zich in een stuk land aan de Beverwijker
straatweg een vreselijk drama afgespeeld,
dat van de 39-jarige petroleumhandelaar,
Cor Beentjes het leven vergde.
Cor Beentjes was op dat tijdstip bijna
16 jaar getrouwd en vader van vijf kinde
ren waarvan de oudste 15 jaar was. De
zevende Mei kort na het middaguur be
vond Beentjes zich met zes jonge Castri-
cummers op het land van zijn vader. Ge
zamenlijk waren zij doende de palen, die
bij een eventuele invasie volgens de be
zetters een geduchte sta-in-de-weg zouden
zijn, uit de grond te halen. Dit gebeurde
vóór de bevrijding in het nachtelijk uur,
maar op de zevende Mei was dat nacht
werk niet meer nodig. We waren immers
bevrijd? We waren bevrijd, maar de be
zetters in en om Castricum waanden zich
nog heer en meester, ook die Duitser, wel
ke „plichtsgetrouw" op wacht stond bij de
bekende muur aan de Beverwijkerstraat
weg, vlak voor het land van Cor Beentjes'
vader. Deze bezetter een middelmatig
manneke, die in zijn uniform altijd zo
trots als een pauw voortstapte - kreeg de
mannen in het land in de gaten. „Hij richt
zijn automatisch geweer op ons", zei de
toen 24-jarige Jan Beentjes, een oom
zegger van Cor en meteen lieten de man
nen zich op de grond vallen. Ook Cor
Beentjes wilde dit doen doch hij viel op
het prikkeldraad, bleef hangen en kreeg
op datzelfde moment van de op wacht
staande Duitser de volle laag. Met zeven
dum-dumkogels in zijn lichaam kon hij
nog alleen maar zeggen ,,ik sterf" en toen
gaf hij de geest. Tragische bizonderheid-
van de zeven mannen was alleen Cor
Beentjes gehuwd
De moord was gepleegd door een Duit
ser die slechts één oog had en later werd
bekend dat deze man in de omtrek gedu
rende de bezetting een ware terreur had
uitgeoefend. Voor zijn wandaden boette
hij met zijn leven.
Castricum herdenkt de avond van de
vierde Mei de doden, maar in het bizon
der Cor Beentjes, omdat hij een zeer be
kend figuur was. Castricum herdenkt ech
ter ook die plaatsgenoten welke voor het
verzet zijn gevallen: dr. Leenaerts, naar
wie eerstdaags een kruisgebouw zal wor
den vernoemd: Leo Toepoel, Hubert van
Ginhoven en Jan Hoberg, wiens namen in
de herinnering blijven voortleven doordat
zij aan straten werden gewijd.