r
ALS HIIET MAAR GIEIEN GEDICHTEN ZIJN
Toneel in de IJmond vooral
het werk van amateurs
DINSDAG 23 OKTOBER 1956
25
15
Lezing over Nieuw-Guinea
BIJ een bespreking van de culturele
aspecten in de IJmond kan een beschou
wing over het toneel moeilijk achterwege
blijven, zij het dan ook, dat men hier voor
namelijk op de talenten van amateurs is
aangewezen. In de eerste plaats dient dus
te worden nagegaan, of deze categorie in
staat is aan de behoefte van het publiek
aan toneel te voldoen aangenomen dan
altijd, dat deze ook werkelijk onder de
bewoners van de IJmond aanwezig is.
Nu wil het mij voorkomen, dat het prak
tisch onmogelijk is dit laatste zo zonder
meer even vast te stellen. Men beluistert
wel eens de verzuchting van een echte
toneelliefhebber, dat hij voor de juiste in
terpretatie van deze kunst alleen op de
schouwburgen van Amsterdam en Haarlem
is aangewezen, waaraan dan steevast de
wens naar een eigen schouwburg voor
Velsen wordt toegevoegd. Maar is dit geta'.
zo groot, dat het de exploitatie van zulk
een theater mogelijk zou maken? Het be
zoek aan de voorstellingen door amateurs
vormt hiervoor een uiterst onbetrouwbare
waardemeter, want zelfs in de grote steden
wordt het beroepstoneel slechts bij hoge
uitzondering door dit publiek bezocht. Van
daar dat bijvoorbeeld in Haarlem de nut
tige instelling der speciale opvoeringen
voor personeel van grote bedrijven voor
tallozen de eerste kennismaking met de
juiste beoefening der dramatische kunst
betekende. Het karakteriseert ook de (on
juiste) mentaliteit van het overgrote deel
der toneelamateurs, dat men hen evenmin
ooit in de schouwburg ontmoet.
Wat Velsen betreft, zou voor de stichting
van een eigen schouwburg de belangstel
ling voor de abonnementsvoorstellingen
van de kunstkring „Voor Allen" een gun
stige factor kunnen betekenen. Maar de
vraag is of deze in dezelfde mate zou blij
ven bestaan, wanneer men in Velsen per
week uit twee, drie of vier beroepsvoor
stellingen een keuze zou kunnen maken.
En daar komt nog iets bij. Het is bekend
dat de grote gezelschappen zich de laatste
tijd steeds meer op de grote steden hebben
geconcentreerd. Vandaar dat bijvoorbeeld
ook Beverwijk de Nederlandse Comedie,
het Rotterdams Toneel en de Haagse Co
medie, welke gezelschappen voorheen vrij
geregeld voor de stichting „Abonnements
voorstellingen" zijn opgetreden, voorlopig
niet meer in het Kennemer Theater zal
zien. Voor dit seizoen heeft deze stichting
haar abonnementenserie dan ook uit twee
voorstellingen door de Nederlandse Toneel
vereniging, één door het Zuidelijk Toneel
en een voordrachtavond door Georgette
Hagedoorn moeten samenstellen. Het blijft
dus de vraag, of de eerstgenoemde grote
gezelschappen wel bereid gevonden kun
nen worden eventueel in een schouwburg
te Velsen te komen optreden. Al kan er in
de jaren, die nog zullen verlopen voor aan
deze wens gevolg is gegeven, nog veel in
de coördinatie van het Nederlands toneel
veranderen, zoui dit bij de huidige situatie
toch betekenen, dat Velsen bijvoorbeeld
van belangrijke voorstellingen als „Ivanov"
en „Van de brug af gezien", van „Spoken"
en „Inherit the Wind" verstoken bleef. En
met alle waardering voor hetgeen „Puck"
en het Nieuw Nederlands Toneelgezelschap
op dit gebied presteren deze ensembles
vinden immers juist in de provincie een
ruim en dankbaar arbeidsveld kan men
toch moeilijk volhouden dat deze gezel
schappen de veelzijdigheid der huidige Ne
derlandse dramatische kunst voldoende
kunnen representeren. Zodat men in Vel
sen voor de waarlijk belangwekkende op
voeringen ondanks het bezit van een
eigen schouwburg wellicht toch op
Amsterdam en Haarlem zou blijven aan
gewezen.
Voorlopig blijven onze amateurs dus nog
met de niet te onderschatten taak belast
de bewoners van de IJmond op de hoogte
te houden met de voortbrengselen van de
eigen en buitenlandse toneellitteratuur.
Een opdracht die zij volkomen vrijwillig
hebben aanvaard, zonder zich daarbij
steeds bewust te zijn van de grote culturele
verplichtingen, die hieraan toch strikt ge
nomen automatisch verbonden moeten
worden geacht. Uiteraard kan de spreek
woordelijke boog niet altijd gespannen
blijven en het is dan ook volkomen begrij
pelijk dat de verenigingsbesturen hun do
nateurs ook eens een vrolijke avond willen
bezorgen. Maar ik blijf de noodzaak be
strijden hiermee in kwalijke uitersten te
vervallen van zouteloze kluchten in het
genre van ,,'t Hing in de lucht" welke
prullen alleen maar smaakbedervend kun
nen werken. Een dergelijke repertoirekeus
heeft dus een volkomen averechts resultaat,
vooral omdat het publiek door te weinig
behoorlijk vergelijkingsmateriaal spoedig
geneigd is dergelijke waardeloze produk-
ten van „toneelschrijfkunst" als een voor
beeld van gepaste humor te accepteren.
Daarom is het daverende succes, dat der
gelijke kluchten helaas nog altijd kunnen
behalen, allerminst een garantie voor de
artistieke kwaliteiten daarvan.
In deze richting kan de sectie toneel van
de Velser Gemeenschap nog veel nuttig en
dankbaar werk verrichten. Vooral wanneer
men erin mag slagen voor de jaarlijkse
toneelwedstrijd, die dit seizoen voor de
derde keer gehouden zal worden, opnieuw
zulk een bekwame jury aan te stellen als
bij het laatste concours het geval is ge
weest. Gelukkig verschaft dit artikel mij
tevens de gelegenheid enigszins mijn ver
zuim te herstellen aan het einde van het
vorige seizoen geen nabeschouwing te heb
ben gegeven. De meeste programma's en
aantekeningen hierover bleken echter bij
mij zoek geraakt te zijn, zodat ik dit ge
bruikelijke voornemen helaas niet ten uit
voer heb kunnen brengen. Zij het dan ook
wat later dan gewoonlijk, moet toch nog
worden gewezen op het voortreffelijke
jury-rapport, dat door dr. P. Brommer, dr.
J. A. Fijn van Draat en Bert Pijpers aan
het einde van de tweede ronde om de
wisselbeker werd opgemaakt, om onder de
deelnemende toneelverenigingen te worden
uitgereikt. Dit rapport getuigde van zoveel
kennis van zaken en inzicht op de moge
lijkheden van het amateurtoneel, dat liun
slotconclusie de eerste prijs voor ..PAL-
i VU" ditmaal de algehele instemming
1 van toeschouwers en deelnemers verkregen
moet hebben. Wanneer regisseurs en spe
lers de hierin verstrekte adviezen en aan
merkingen ter harte willen nemen, kan dit
toneelconcours van enorme betekenis zijn
voor de opvoering van het peil der diverse
j verenigingen.
Ik kan nu ook nog even de titels der
stukken en de namen der opvoerende ver
enigingen noemen, die in het vorige seizoen
de grootste indruk op mij hebben achter
gelaten. Waarbij dan opnieuw de aandacht
moet worden gevestigd op het feit, dat het
hier een persoonlijke smaak betreft, die
wellicht niet door een ieder zal worden
gedeeld. Op dit erelijstje van vijf komen
dan ditmaal voor het inmiddels helaas op
geheven „Concordia" met de sublieme op
voering van „De grote stilte" van Terence
Rattigan,. dan „PALVU" met de niet min
der indrukwekkende voorstellingen van
„Anna Lucasta" van O'Neill, verder „Tavi-
do" met „Daar moet je een vrouw voor
zijn" in het bijzonder door het voor
beeldige tempo en de prima stijl, waarin
het deze klucht heeft gebracht en „Jan
van Dommelen" met „Het land van be
lofte". Wat de opvoering van „Anna Lu
casta" door „PALVU" betreft, is het mij
nog steeds een raadsel, waarom deze ver
eniging hiermee de eerste prijs in de
toneelwedstrijd van de N.A.T.U. is ont
gaan. Het is mij bekend, dat de jury de
opvatting bestreed, die regisseur Jan Vel-
zeboer van een der hoofdrollen in dit stuk
door de betreffende speler op een overi
gens sublieme wijze tot uitdrukking liet
brengen, welk verschil van mening „PAL
VU" een belangrijk puntenverlies bezorgde.
Uiteraard waren de genoemde voorstel
lingen slechts „uitschieters" en kunnen zij
dus niet representatief worden geacht voor
het gemiddelde peil van het amateurtoneel
in de IJmond. Maar dat hier verenigingen
gevestigd zijn, welke tot dergelijke voor
treffelijke opvoeringen in staat zijn, kan
het vertrouwen op de toekomst alleen maar
vergroten. Jan van Dam
De vereniging „Felison" heeft dr. P. van
Ernst uitgenodigd op vrijdag 26 oktober
in haar tentoonstellingszaaltje aan de Hei-
destraat te IJmuiden een lezing te komen
houden over „Mens en kunst van Nieuw-
Guinea". Deze lezingavond met lichtbeel
den wordt georganiseerd in samenwerking
met 't Koninklijke Instituut voor de Tropen.
IJMUIDEN voelt zich thuis in
de nieuwe leeszaal. Het is dan
wel de voorlopige leeszaal aan de
Heidestraat, die daar een onder
komen gevonden heeft in twee
schoollokalen tot het nieuwe ge
bouw er over een jaar of vijf ge
heel staat, maar niettemin heeft
IJmuiden de leeszaal en biblio
theek der gemeente stormender
hand veroverd. De eerste week
van haar bestaan werd het aantal
ran vijfhonderd leden ruimschoots
overschreden en kwamen er al een
dikke duizend „delen" in omloop.
De heer Tj. Meyer, de jonge di
recteur van deze splinternieuwe
gemeentelijke dienst, die er een
gedegen baan aan de Groningse
leeszaal voor liet schieten, om in
IJmuiden iets nieuws van de
grond af op te bouwen (en dat
deed binnen de tijd, die in vak
kringen voor het inrichten van
een leeszaal-filiaal staat) is meer
dan tevreden over zijn lezerspu
bliek. De belangstelling van de
IJmuidenaar is intens en hij leest
graag. Naar de eerste tijd echter
heeft uitgewezen want men
houdt van uw en onze leesgewoon
ten ingewikkelde statistieken bij
maakt de techniek het leeu
wendeel uit van de IJmuidense in
teresse. Van die dikke duizend de
len was namelijk een hoog per
centage gewijd aan technische
onderwerpen. Maar de studie ge
beurt wél grondig, heeft hij ge
merkt aan de jongeman uit Vel-
sen-Noord, die een turf van een
boek over „de motorfiets" des za
terdags haalde en er in door ging
tot zondagsmorgens vier uur, om
er een paar uur later in de nog
prille ochtend direct weer in ver
der te lezen.
Daarentegen is de poëzie hele
maal niet in tel. Voor zover de di
recteur kan nagaan, staan de
dichtbundels nog onbeduidend op
de schappen. De moderne dichters
zowel als de bedaagderen: hun
werken zijn nog niet aangeraakt.
Hij heeft ze allemaal in voorraad,
van Lucebert tot Vondel en van
Hooft tot Jonckheere, maar er is
al even weinig interesse voor als
voor de kunstlitteratuur. Dat zal
echter allemaal wel komen, ver
trouwt hij, want een bibliotheek
moet ook „inlopen" en wennen.
Dat laatste is inmiddels geen
zwaar probleem, want de meeste
klanten zijn graag aan de Heide-
straat en er is er zelf al één ge
weest, die zo maar terugkwam,
zelfs zonder het doel een boek te
halenomdat het er zo gezel
lig is" tussen de zesduizend delen
bepaalde zeer populaire rubrieken.
En de litteratuur? Daarin is heel
sterk te merken, dat IJmuiden
op de zee georiënteerd is. Want
de avonturenroman en het
boeiende verhaal staan boven
aan in de belangstelling van het
lezende publiek, zoals elders in
den lande de streekroman bij
zonder in de gratie is. Er wordt
natuurlijk met deze en andere
aardige lampen er boven - de ar
chitectuur van deze bibliotheek
is waarlijk voortreffelijk en ver
toont hier en daar verrassende
vondsten, zoals in het „net" dat
boven het administratie ge
deelte de hoogte van de lokalen
wegneemt - is voor velen een
geliefd plekje geworden om een
boek door te nemen of de kran
ten na te pluizen.
Het interieur of wat een vakkundig architect van een oude school weet te maken
van deze prille bibliotheek. Dat
moeten er overigens binnen af
zienbare tijd dertigduizend wor
den, wil de gemeentelijke biblio
theek wat allure krijgen, want nu
al dreigt een totale uitverkoop in
voorkeuren rekening gehouden
bij de aanschaffing van nieuwe
werken. En de „leeszaal" wordt
evenzeer een succes.
Het hoekje met de wit-zwarte
stoeltjes om de tafel, met zijn
Het moet dan wel in dezelfde
ruimte gebeuren als de uitleen
bibliotheek, wat altijd wat ru
moeriger is, zodat het strenge
bordje „Stilte!" hier beslist zou
misstaan, maar het heeft het on
miskenbare voordeel, dat de
klanten geen extra-deur meer
door hoeven en er dus gemakke
lijker toe komen even neer te
strijken in het leeszaalgedeelte.
Men is gauw thuis in deze bi
bliotheek, heeft de directeur tot
zijn tevredenheid gemerkt. Men
vraagt niet veel, maar gaat zijn
gang en deze vrijheid is één der
principes van de „baas": hij richt
te zijn bibliotheek in volgens
een kleurensysteem, waarmee
dus elk soort boek herkenbaar is
aan een bepaalde kleur op de
band, zoals hij dat indertijd zag
in een modelbibliotheekje van de
UNESCO in Duitsland - en dat
blijkt zo bijzonder gemakkelijk
te zijn, dat vrijwel niemand meer
hulp nodig heeft bij het vinden
van zijn keus.
Alleenpocketboekjes zult
ge er niet vinden. Niet uit weer
zin tegen deze belletrie-voor-een-
paar-kwartjes, maar eenvoudig
omdat het pocketbook, dat de
wereldlitteratuur onder het be
reik van zo velen heeft gebracht
....te duur is voor een biblio
theek. Ja, te düur, want die flod
ders zijn na één keer lezen meest
al wel naar betere gewesten ver
trokken en zulke frequente
nieuwkopen zou de post „aan
schaffingen" niet lang kunnen
verdragen.
De IJmuidenaar leest dus ken
nelijk graag. Maar niet élke
IJmuidenaar, want uit het in de
ze eerste tijd verzamelde mate
riaal blijkt, dat de kantoormen
sen, de ambtenaren, de laboran
ten en de daarmee equivalente
groepen der bevolking de meeste
belangstelling voor de leeszaal en
de bibliotheek aan de dag leggen.
Maar dan ook uit alle hoeken
van de gemeente.
Want bij gebrek aan dépen
dances in Santpoort en Velsen-
Noord komen de klanten uit die
verre Velsense gewesten nu maar
naar de Heidestraat. Waar de
deur wagenwijd openstaat en
voor een luttel bedrag de beste
vrind des mensen, het boek, de
weg met u naar huis wil aan
vaarden.