De eigenwijze zwaluw
MIEP DIEKMAN
ïïlaJke-uji tetemMe kwes,ie
POPPENKAST
MAMIE"
Bonte Ankuba
NIEUWE UITGAVEN
ZATERDAG 9 NOVEMBER 1957 Erbij
PAGINA ZES
„!k houd van boeken
met een open einde"
BEST GEKLEDE MAN
maakt reclame
TUIN- EN KAMERPLANTEN
l van een
ander
gezicht
Raadsel
f
IN DE WERELD van het boek is plot
seling een nieuwe naam opgedoken: Miep
Diekmann. Haar boek: „De boten van
Brakkeput", werd onderscheiden als het
beste kinderboek van 1956. Een onbekende
schrijfster, die weliswaar reeds had ge
publiceerd, maar toch nog vrij onopge
merkt was gebleven, trad daarmee in het
middelpunt van de belangstelling. Ik heb
haar één dezer dagen opgezocht in haar
woning in Den Haag:
DEN HAAG is grijs en lelijk als het
regent, ook de Zwarte weg, waar Miep
Diekmann woont, met de hoge, statige
huizen.
Midden op de brug, die ik overmoest
om naar no 11 te gaan, bleef ik even
staan en zag hoe de regen kringetjes
maakte in het stille water van de gracht.
Toen liep ik door, en belde. Precies op de
afgesproken tijd! Miep Diekmann deed
zelf open: een lange, slanke vrouw met
donker haar, en vriendelijke ogen. Ze
ging me voor naar haar kamer op de
2e etage, een leuk artistiek, ingericht ver
trek.
Onwillekeurig had ik, door het lezen
van haar boeken, verwacht een West-
Indische vrouw te zien. Het tegendeel was
waar en daarom mijn vraag: „Hoe komt
het, dat zovele van uw boeken op Cura
sao spelen?"
„Van mijn negende tot mijn veertiende
jaar heb ik op Curagao gewoond.Een
tijdlang ging ik naar een missieschool,
die alleen door negermeisjes werd be
zocht. Daar heb ik de atmosfeer ingezogen,
die u, naar ik hoop in mijn boeken terug
vindt".
„Wanneer is u begonnen met schrijven"?
„Dat weet ik niet helemaal precies
meer. Als kind droomde ik ervan schrijf
ster te worden. Niet lang na mijn eind
examen gymnasium heb ik regelmatig de
pen op papier gezet. Mijn eerste boeken
schreef ik voor oudere meisjes, later ben
ik speciaal voor kinderen gaan schrijven".
„Waarom?"
„Waarom?" Ik zou met een tegenvraag
kunnen antwoorden. Waarom schrijft een
dichter, die altijd gedichten heeft geschre
ven, ineens een novelle of een roman. Hij
voelt zich er toe aangetrokken. En zo was
het bij mij ook".
Heeft u als kind voorkeur voor een
bepaalde schrijver of schrijfster gehad?"
„Dat geloof ik niet. Natuurlijk las ik
als ieder kind: „Bruintje de Beer" en
„Ollie B. Bommel", maar dat mijn voor
keur naar één schrijver of één schrijfster
of één bepaald boek uitging, kan ik niet
zeggen. Bij ons las mijn vader altijd voor
uit Heyermans en Dickens; ik was toen
nog heel klein en begreep er niet veel
van". Ze lacht héél even als ze dit zegt,
maar wordt meteen weer ernstig en
speelt met de cigaret, die ze in haar hand
houdt. Ze heeft mooie handen met hele
lange vingers. Ik moet verder vragen,
want zij wil geen stilte, daarom: „Wilt u,
behalve dat u natuurlijk een boeiend ver
haal vertelt, uw lezertjes nog iets méér
zeggen?"
„Ik probeer altijd een bepaald facet van
de werkelijkheid, dat de kinderen nog niet
kennen, te evoceren. Zo is Matthijs uit:
„De boten van Brakkeput" een Hollandse
jongen, die geconfronteerd wordt met een
Curagaos milieu. Een kinderboek mag
volgens mij niet vollediguit de fantasie
geschreven worden, maar moet berusten
op een realiteit".
„Mag ik u nog een vraag stellenEen
meisje, dat uw boek gelezen had, vertelde
me dat ze, toen ze het boek uit had, zo
graag had willen weten hoe het verder
ging met Matthijs en zijn vriendjes. Ze
vond dus eigenlijk, dat uw boek niet uit
was. Wat vindt u zelf daarvan?"
Even aarzelt Miep Diekmann met haar
antwoord, maar zegt dan resoluut: „Ik
houd van boeken met een open einde,
open als het leven zelf".
HET REGENT NIET MEER, de zon
schijnt zelfs een beetje, als ik buiten kom.
Alles is niet zo somber en grijs meer, ook
minder lelijk. Weer blijf ik op de brug
staan, en dan gaat het mij net zo als Mat
thijs uit: „De boten van Brakkeput", want
ik kijk naar het houten dek en als je
lang naar die strepen er tussen kijkt",
gaan ze bewegeneerst langzaam
vlug vlugger helemaal over het
hout heenzoals water".
E. H.
Het Amerikaans kleermakersgilde heeft
opnieuw een lijst opgesteld van de tien
best-geklede mannen in Amerika. De
kleermakers hebben er geen ranglijst van
gemaakt, maar een die er als volgt mtziet:
President Eisenhower is de best-geklede
politicus.. De best-geklede staatsman is
oud-president Truman, de best-geklede
Amerikaan in de wereld van de muziek is
Guy Lombardo en de best-geklede filmster
is Frank Sinatra.
Verder volgen Earl Cohen in de afdeling
financiën, Ricardo Montalban in de groep
theater, Henry Cabot Lodge (UNO), Larry
Mack (zakenlui), Howard Miller (TV) en
Joseph Kennedy (society).
NEEM een knappe actrice van een
jaar of vijfenvijftig. Geef haar de
juiste make-up en ze ziet er op de plan
ken uit als een bloeiende jonge vrouw.
Het kan ook anders! Neemt u eens een
jong meisje, dat algemeen geldt als een
schoonheid. Geef haar geen make-up en
maak de belichting ongunstig. Dan kan
die jeugdige schoonheid er op het tele
visie-scherm uitzien als haar groot
moeder!
MAKE-UP is soms beslist onmisbaar.
Zelfs harde, stoere mannen en ervaren
verkiezingsredenaars doen er goed aan,
hun neus niet op te halen voor een
make-up-behandeling als zij binnen het
bereik van de televisie-camera komen.
Vooral vroeger, toen de t.v.-camera min
der goed was dan tegenwoordig, was
„T.V.-opmaak" beslist noodzakelijk om
het effect der redevoeringen te behou
den. Zo kregen Nixon en andere candi-
daten enige jaren geleden een volledige
make-up-behandeling aleer ze hun tele-
visie-verkiezingsspeeches afstaken. De
inzet van die verkiezingsstrijd was het
ambt van President der Verenigde Sta
ten! T.V.-ingewijden hebben zelfs ge
zegd, dat de kwaliteit der make-up-
behandelingen de uitslag der verkiezin
gen beïnvloed heeft! En niet alleen in de
Verenigde Staten, ook in andere landen
doet een politiek spreker wel eens iets
aan zijn make-up vóór hij zich laat uit
zenden via de televisie-zenders!
Ook „gewone mensen" moeten steeds
voor ogen houden, dat de televisie-came
ra een apparaat is, dat weinig genade
kent. Zou men x ooit een televisie-inter
view willen afmmen of zoudt u als figu
rant worden ingeschakeld by een televi
sie-opname, zeg dan niet NEEN, als een
gedienstige geest u nog snel wat olie,
crème of poeder wil toedienen. Zegt u wel
NEEN, dan zou liet kunnen gebeuren, dat
uw gezicht weinig in de smaak zou val
len by mensen, die u voordien wel waar
deerden. Zonder make-up kan de T.V.-
camera iemand tien jaar ouder en vyf
kilo zwaarder maken.
Er waren in den beginne actrices
vertelde Irene Kent, die veel make-up
voor de Canadese televisie verzorgde
die een nachtmerrie kregen, nadat ze haar
eigen gezicht (via kinescoop-opname) op
het T.V.-scherm hadden gezien. Anderen
echter waren aangenaam verbaasd, de
comédienn" Araby Lockhart bij voorbeeld.
Araby zei: Het is onbegrijpelijk, maar op
het scherm valt mijn gezicht heus mee!
Dit woord „onbegrijpelijk" wordt begrij
pelijk, als men weet, dat de T.V.-make-
up andere eisen stelt darj de toneel-make-
up. Op het oneel ziet men de spelers van
enige afstand. Daarom moet de grimeur
hun trekken accentueren. Op het televi
sie-scherm ziet men de spelers vaak in
close-ups en daarom moeten zij „natuur
lijk" worden gegrimeerd. Kortom, ook al
is de opname-techn'ek de laatste jaren
verbeterd, toch stelt de televisie bijzon
dere eisen aan de make-up, die men niet
mag verwaarlozen, wil men goede resul
taten verkrijgen.
Anna Russell
Met ontzetting herinnerde Anna Rus
sell een in het begin der jaren vijftig
gevierde New-Yorkse actrice»zich haar
eerste T.V.-make-up-ervaringen. In mijn
eerste T.V.-rol, dat was als Lady Brack
nell in Wilde's stuk „De Ernst van Ernst",
maakte ik kleine kinderen aan het schrik
ken, want de kleur van mijn vlees werd
Nog in 1770 bepaalde het Engelse
parlement, dat iedere vrouw (dus
ongeacht of zij getrouwd, ongetrouwd
of weduwe was) zich schuldig maakte
aan tovenarij en dienovereenkomstig
zou worden gestraft, als zij door het
gebruik van parfum, verf, valse haren,
kunsttanden, hoge hakken en wat dies
meer zij een man tot een huwelijk „ver
leidde". Bovendien zou zulk een huwe
lijk als ongeldig worden beschouwd.
Mevrouw Eisenhower heeft een cadeau
aanvaard van zeventien bevervelletjes (ter
waarde van 1800 dollar) en zij heeft daar
op eigen kosten een bontjas van laten ma
ken. Toen de jas klaar was, liet zij zich
erin fotograferen op de stoep van het
Witte Huis.
Dat een bekend base-ball speler zich laat
fotograferen als hij een bepaald soort
yoghurt eet, of een charmante filmster in
advertenties schoonheidsmiddelen aan
prijst.... dat is tot daar aan toe. Maar
iedereen beseft wel, dat base-ball-speler
en filmster hun faam alleen maar gebrui
ken voor bijverdienste.
Mevrouw Eisenhower heeft natuurlijk
niet de minste behoefte aan een bijverdien
ste van 1800 dollar. Dat zij niettemin aan
deze reclame meewerkte, kan men alleen
maar verklaren uit een zekere goedhartig
heid. Eerst had zij er niet aan gewild,
maar toen een bever-vanger uit de staat
Maine haar een brief stuurde waarin hij
haar vertelde over de moeilijkheden in
zijn branche.toen liet Mamie zich over
reden. Haar bedoelingen zullen wel goed
zijn geweest, doch zij schiep hiermee een
gevaarlijk precedent, of eigenlijk was 't niet
eens meer een precedent. President Eisen
hower heeft voor zijn boerderij in Gettys
burg eens een tractor aanvaard en bij een
andere gelegenheid een aantal angus-
koeien. Zulke cadeaus worden heus niet
gegeven uit liefde voor de president, maar
omdat de gever drommels goed weet, dat
de aanbieding van die geschenken in de
kranten zal worden vermeld en omdat de
president met zulk een tractor of zo'n koe
ook gefotografeerd zal worden. Dat levert
de gever een prachtige reclame op, waar
hij veel minder voor hoeft te betalen dan
voor advertenties!
Er zijn dan ook heel wat protesten op
gegaan, toen mevrouw Eisenhower reclame
ging maken voor beverbont. Het strookt
niet met de stijl van het Witte Huis en de
distinctie van het presidentsambt, wanneer
ambtswoning en hoogste functie in dienst
worden gesteld van de reclame.
door de camera „vertaald" in paars en
blauw. Als de spelers tijdens de repe
tities zo nu en dan een korte pauze hiel
den, gingen we met zijn allen een kopje
koffie drinken. We zagen er door de
make-up uit als een troepje hartpatiënten
en de kellner dorst ons haast niet te be
dienen, omdat hij bang was, dat wij ter
plaatse zouden kunnen overlijden. Eens
trad ik op in een programma, waarin een
voortreffelijke garnalensla werd opge
diend. Ook de garnalen hadden tevoren
een make-up-behandeling ondergaan. Zij
hadden een blauwe kleur gekregen. Se
dert die voorstelling (vertelde Anna Rus
sell) zijn mijn gevoelens voor garnalen
principieel gewijzigd!
DE CAMERA'S zijn sedert die blauwe-
garnalen-jaren veel verbeterd, maar
toch is het make-up-probleem een vraag
stuk van de eerste orde gebleven Rood
bij voorbeeld komt slecht door. Irene Kent
zei: Toch moet men de actrices wat rouge
geven, omdat ze het prettig vinden. De
camera bekommert zich weliswaar nau
welijks om dat rood, maar de speelsters
voelen zich meestal behaaglijker als ze
wat kleur op de wangen hebben!
Irene Kent kent het T.V.-make-up-vak
goed. Aanvankelijk werkte ze als schoon
heidsspecialiste in Hollywood en Toron
to. In New York ging ze later een cur
sus in T.V.-make-up volgen. Toen begon z
te werken voor de Canadese televisie. Ze
behandelde veel acteurs en actrices.
Vrouwen en mannen van diverse pluima
ge, beeldschone blondines en roetzwarte
kannibalen. Soms „deed" ze er dertig tot
veertig op één avond. Vaak ook moest ze
's middags al beginnen om de spelers
tijdig te kunnen afleveren voor de avond
voorstelling.
Mannen (vertelde Irne) zijn bewerkelij-
ker dan vrouwen. Althans vaak. Een
baard van een halve dag kan al voldoende
zijn om een man te doen lijken op een
schipbreukeling op een verlaten eiland,
die in drie weken niets aan zijn baard
deed. Kale kruintjes zijn oök vaak een
probleem! Als een acteur een valse baard
of snor moet dragen, moet die heel wat
zorgvuldiger worden aangebracht dan
voor een toneelvoorstelling, omdat bij een
close-up de indruk moet worden gewekt,
dat de snor of de baard werkelijk „na
tuurlijk" zijn. Een goede imitatiebaard
kostte mij soms (zei Irne) anderhalf uur!
Gezichtsgroeven en rimpels, die voo, het
toneel moeten worden geaccentueerd,
moeten bij de T.V.-make-up juist heel
licht getekend worden.
Alles heeft z'n tijd door Per Olof Ek-
ström, uitgegeven door De Tijdstroom in
Lochem, is een boerenroman, die in Zwe
den speelt. Een eenvoudig winkelmeisje
wordt bemind door de rijke boerenzoon
John en door een arme knecht, die werkt
op de boerderij van J hn's ouders. Zij
zelf houdt van de knecht, maar door een
misverstand gelooft deze niet in Vera's
liefde en vertrekt naar de stad. Om dan
toch maar met iemand te kunnen trou
wen geeft zij haar hand aan de rijke boe
renzoon. Zoals de lezers kunnen verwach
ten, wordt dit geen gelukkig huwelijk,
want Vera's hart is nog steeds bij de ar
me Erland, die zo nu en dan weer in het
dorp komt en uiteindelijk met een half
wijze vrouw trouwt. De grote krachten
van hartstocht, die door het wijde en een
zame Zweedse land worden gevoed, woe
den inmiddels voort en het einde is voor
alle partijen treurig. Een agrarische ro
man van de klassieke soort, die naar on
ze smaak gevoegelijk onvertaald had kun
nen worden gelaten.
De bontbladige Aukuba japomca is een
groenblijvende heester, die het zo nauw
niet neemt; men kan ze zowel in potten
binnenshuis als in de volle grond van de
tuin kweken. Aukuba japonica noemt men
ook wel de Japanse broodboom; er komen
verschillende soorten voor, maar de bonte
vormen zullen wel het meest voldoen. In
de kamers verlangen ze niet zo veel warm
te; het is zelfs mogelijk hen in een onver
warmde hal te kweken. Ze hebben ook
niet veel licht nodig; een gemakkelijke
plant dus die op een zeer ongunstige plaats
nog kan voldoen. Overigens weet ze zich
ook wel in een normaal verwarmde kamer
aan te passen; dat kan men zien in de
restaurants waar deze bonte planten veel
gebruikt worden.
In uw tuin zult u er ook veel plezier
van hebben; ze dienen dan in de volle grond
gepoot te worden en hebben een veen
achtige grondsoort nodig. Zanderige grond
dient men te verbeteren; de hovenier kan
dat ook wel voor u doen. Geef die Auku-
ba's vooral een beschutte standplaats; op
de volle wind zouden ze in strenge win
ters dood kunnen vriezen. Dat kan men
allemaal voorkomen door ze een beetje be
schut te plaatsen.
G. Kromaijk
g prullenmand een op maat geknipt kar- 8
5 tonnen bodempje te leggen.
8 Schillen, verlepte bloemen, bladeren
en mogelijke andere vochtige afval 8
8 kunnen dan nooit vlekken op de echte 8
8 bodem van de prullemand maken.
8
8 Hoedeveertjes zult u weldra kunnen 8
8 kopen van geweven stof. Zij zijn be- f
8 doeld om gedragen te worden op op- 8
g vouwbare hoedjes. 8
XX^OOCXXOOOOOCXXXXXXXXXXXJCOOOOOCOCXDOOOCXXODOOCOOODOCOOCd
Het hof der bekoorlijke meisjes door
Wilhelm Speyer, uitgegeven door H. P.
Leopold's Uitgeversmaatschappij N.V. in
Den Haag, is het voorbeeld van een wei
nig pretentieuze maar juist daarom
charmante en aantrekkelijke historische
roman. Het verhaal speelt aan het hof
van een denkbeeldig, maar daarom niet
ondenkbaar, Duits vorstendom in het
jaar 1805, toen Napoleon bezig was zijn
Europese politiek vorm te geven. Of
schoon de voornaamste figuren vermoe
delijk niet hebben bestaan, kan het boek
met recht een historische roman worden
genoemd, omdat de beschrijving van het
tijdsbeeld met veel gevoel voor histori
sche gegevenheden is tot stand gekomen.
Aan het hof van de jonge, eenvoudige her
tog Johann Christoph zijn twee politieke
stromingen: één pro en de ander contra
Napoleon, de voormannen van deze rich
tingen zijn respectievelijk de kanselier en
de kabinetschef. Vooral de laatste, de door
de hertog geprotegeerde, ambitieuze Voss,
is door de schrijver met veel begrip en
liefde getekend. Politieke belangen doen
de hertog zijn zuster uithuwelijken aan een
familielid van de tsaar, maar om het
evenwicht te bewaren wil hij de dochter
van zijn opperstalmeester, Ulrike van
Murray, doen trouwen met een Napoleon
tische maarschalk. Beide vrouwen wen
sen de voor haar gekozen oplossing ech
ter niet te aanvaarden en zo ontstaat een
belangenstrijd, die de vrouwen weten te
winnen. De politieke leiders worden tegen
hun wil in het complot betrokken en het
geheel geeft Speyer gelegenheid een ver
antwoord en aantrekkelijk tijdsbeeld van
het begin van de negentiende eeuw te
geven. Hermien Manger zorgde voor een
goede vertaling van dit luchtige en in
weerwil van de tijdsomstandigheden
onbezorgde boek, dat tevens met een wel
dadig aandoende humor is geschreven.
„Ik kijk wel uit", zei de zwaluw,
„je kunt me nog meer vertellen. Ik
houd van mijn gemak."
Met open snavels keken de honder
den zwaluwen die op het weiland ver
gaderden, haar aan. De oude zwaluwen
die de grote reis naar het zuiden al
meer gemaakt hadden, schudden hun
kopjes, maar de jonge zwaluwtjes die
allemaal een beetje opzagen tegen de
grote reis keken vol bewondering
naar haar.
„Mejuffrouw.zei één van de oud
ste zwaluwen plechtig, „als u niet mee
wilt gaan moet u dat zelf weten. Als u
liever bevriest of omkomt van honger
is dat uw zaak. Maar stookt u geen
jonge vogeltjes op om hier te blijven."
„Pardon", zei de eigenwijze juf
frouw zwaluw, „ik stook niemand op en
ik ben ook helemaal niet var plan om
te bevriezen of om te komen van hon
ger. Het enige wat ik van plan ben is
die grote reis niet te maken."
„Dus u blijft hier, mejuffrouw?"
„Nee, meneer opperzwaluw, ik blijf
niet hier. Het enige verschil met jullie
is dat ik niet vlieg, maar me laat vlie
gen!"
„Hé., wat?" De snavels van de zwa
luwen om haar heen vielen nog wijder
open.
„Jazeker", knikte juffrouw zwaluw,
„u moet weten dat ik vlakbij een
vliegveld geboren en getogen ben."
„Juist", knikte de opperzwaluw,
„natuurlijk bent u bij een vliegveld ge
boren. Hoe zou u anders ooit hebben
leren vliegen?"
„Nee, meneer de opperzwaluw, niet
bij een zwaluwvliegveld, maar bij een
mensenvliegveld
„Een mensenvliegveld? Juffrouw, u
bent niet goed wijs. Heeft u wel eens
een mens bekeken? Dan moet u me
eens wijzen waar de vleugels zitten."
Juffrouw zwaluw zuchtte. „Vrese
lijk", zei ze, „om met zulke domme
vogels te moeten spreken, maar goed:
ik zal het u uitleggen, de mensen ma
ken zelf vogels, vogels waar je in kunt
zitten, met wel dertig of veertig men
sen. Heeft er dan nooit één van jullie
zo'n grote ronkende zilvervogel ge
zien?"
„Ooo. dat? Zijn dat ze?" Opeens
wist iedereen welke vogels juffrouw
zwaluw bedoelde. Ze begonnen er el
kaar Qver te vertellen met grote vleu-
gelzwaaien en -eel gepiep en ge
schreeuw. Ze vergaten helemaal waar
om juffrouw zwaluw over die vogels
was begonnen, tot opeens de opperzwa
luw om stilte riep en zei dat het tijd
was om te vertrekke.:. „Is iedereen
klaar? Is iedereen bereid om de reis
te maken?" vroeg hij voor het laatst.
„Ik niet", piepte juffrouw zwaluw en
ze wipte elegant omhoog, cirkelde bo
ven het weiland vol zwarte vriendjes
en vriendinnen en riep ze van boven
af toe: „Ik maak de reis per zilveren
mensenvogel. Ik wacht jullie wel op
in Afrika. Tot daar!"
Weg was juffrouw zwaluw, vol ver
bazing en bewondering nagestaard
door de zwaluwfamilies. In een grote
zwerm vertrokken ook zij even later,
onderweg praatten ze voortdurend over
juffrouw Zwaluw en vooral toen de reis
heel moeilijk werd en iedereen dood
moe was dachten ze aan dat eigen
wijze vogeltje dat zelf niet vloog, maar
zich vliegen 'iet. Toen ze in Afrika
aankwamen en eerst een dagje rust
hadden gehouden gingen ze op zoek
naar het mensenvliegveld, want daar
zouden ze juffrouw zwaluw toch moeten
vinden. Maar ze vonden haar niet, niet
de eerste dag, niet de tweede dag, niet
na drie dagen en ook niet na een week.
Langzamerhand vergaten ze haar.
Ja, waar was juffrouw zwaluw? Ze
was, precies zoals ze zich had voorge
nomen naar het vliegveld gegaan en
had daar de zilveren mensenvogels
eens aandachtig bekeken. Welke zou
ze nemen om haar naar Afrika te
brengen. Juffrouw zwaluw wist niet dat
er op de wereld nog meer landen be
staan dan Afrika. Afrika en Neder
land, dat waren de enige landen die
ze kende.
Ze koos het mooiste toestel uit, vloog
naar binnen en verstopte zich onder
één van de blauwe stoelen, waarop
even later de mensen jingen zitten. De
deur ging dicht, de motor begon te ra
zen en een kwartiertje later zweefde
de zilveren vogel in de lucht.
Ze vond het een gek gevoel om nu
eens gevlogen te worden, niet zo leuk
als ze gedacht had, maar ja, je werd
er niet moe van en daar ging het om.
Honger kreeg ze wel en ze was blij
toen de zilveren vogel zijn twee poten
met een bons op de grond zette. „Zie
zo", zei ze, „en nu naar de heerlijke
Afrikaanse rupsjes en kevertjes."
Over de hoofden van de passagiers
heen vloog ze naar buiten, maar daar
kreeg ze de schrik van ha jr leven. Een
snerpende koude wind blies haar ge
woon weg en alles om haar heen was
bedekt met zacht wit spul dat ze niet
kende. Het leek net of de lucht vol
scherpe naaldjes zat die aan alle kanten
door haar dunne verenpakje heenprik-
TUtS
Vul van links naar
rechts de woordjes
van de volgende
betekenis in: 1. een
dunne plank; 2. een
nachtvogel; 3. niet
droog4. een dier
dat vaak mensen
nadoet; 5. Kookt
men eten in; 6.
daarin zat Noach;
7. woont in Rus
land; 8. zegt tok-
tok. Als je het
goed gedaan hebt
staat er op de rij
van 1 tot 8 een
naam van een ker-
Welk soort vissen staan in deze vissen?
ten. Juffrouw Zwaluw begreep dat dit
Afrika niet kon zijn, maar ja, eten
moest ze toch en daarom ging ze er op
uit, op zoek naar wormpjes en kevers.
Binnen een uur had ze begrepen dat
er geen sprake was van wormpjes en
kevers in dit koude witte land waar de
grond zo hard als steen was. Binnen
een dag had ze begrepen, dat ze zou
bevriezen en omkomen van honger als
ze niet maakte dat ze wegkwam en bin
nen twee dagen wist ze van niets meer
en zat ze koud en verstijfd op een tele
foondraad boven het vliegveld. De der
de dag wist ze zelf niet meer of ze
leefde en de vierde viel ze als een
speelgoedvogeltje uit de draad. Eén
van de piloten die op weg was naar zijn
toestel zag haar vallen. Hij raapte het
verstijfde vogeltje op en nam het mee
naar het vliegtuig. Alle passagiers be
moeiden er zich mee, ze warmden het
zwaluwtje in hun handen en toen het
de oogjes opendeed kwamen ze met
kruimeltjes koek en een beetje brood
in melk geweekt, zodat het langzaam
weer bijkwam.
„Waar ben ik?" vroeg juffrouw
zwaluw zwakjes, maar niemand in
het vliegtuig kon haar verstaan, ze
bleef maar stil in elkaar gedoken zit
ten bij één van de passagiers en was
verbaasd dat ze niet was omgekomen.
Eindelijk, na meer dan een dag vlie
gen zette de zilveren vogel zijn voe
ten weer met een bons op land. De
deur ging op *.i en daar, over de hoof
den van alle passagiers heen scheen de
warme zon van Afrika naar binnen.
Juffrouw zwaluw kreeg tranen in haar
ogen van blijdschap en ze riep met
haar zwakke stemmetje: „hallo! hal
lo!" tegen de vriendjes die ze overal
zag zitten. Maar niemand herkende
haar, ze lachten dat broodmagere vo
geltje dat geen stem en haast geen
veertjes meer had uit. Hoe durfde zo'n
scharminkel hun aan te spreken!
Pas na een paar dagen toen juffrouw
zwaluw weer een heel klein beetje op
zichzelf ging lijken geloofden ze het.
Nou, je begrijpt dat er toei belachen
werd om juffrouw zwaluw die niet vlie
gen wou en het allemaal veel beter
wist. Ze zal er de hele winter nog
over moeten horen. En dat is lang,
hoor!
Mies Bouhuys
Een kastgewoon een houten kast,
een kast met een gordijntje
en daarin wonen dag en nacht
Jan Klaassen en zijn vrouw Katrijntje.
Ze zijn zo ouc(, stokoud, zó oud
als honderd kindren bij elkaar
en dat is oud, hoor. Reken maar!
Hun hoofden zijn gemaakt van hout
en alle, alle dagen
wordt hij door haar, of zij door hem
hard op dat hoofd geslagen.
Katrijn is zoek en Jan loopt weg,
de diender komt en geeft ze straf,
ze gillen als twee varkentjes,
maar 't loopt altijd goed af
Ik blijf er elke dag haast staan,
ik krijg door het gordijntje
als ze tenminste thuis is, hoor -
een handje van Katrijntje.
Mies Bouhuys
Van lege luciferdoosjes - kun je leuke
poppenmeubels maken. Kijk maar eens
goed naar de tekeningen. Je kunt ze
het beste met plastic plakband aan el
kaar bevestigen en met een gekleurd
stukje papier overplakken.