Op de Polisofa
kent men
weinig rust
ISRAEL MAAKT LAND
UIT EEN WOESTIJN
Opleiding van specialisten met een brede
visie op maatschappelijke problemen
Nog vrij veel verboden
stokerijen in België
e/#&9 toegevoegd aan alle edities «van
en IJ'muider Courant
im
IN BERSHEBA ONTWIKKELT ZICH
WERK VAN GEWELDIGE ALLURE
De UNESCO helpt
een handje mee
Van de stad Bersheba strekt de woestijn Negeb zich
meer dan honderd mijl naar het zuiden uit. Het is
een eindeloos gebied van kale onbebouwde grond,
waarboven een hete zon staat. Deze dorre uitge
strektheid omvat meer dan de helft van Israels op
pervlakte. Voor de ontwikkeling van het land is ze
enorm belangrijk, want onder het zand en de stenen
van de Negeb liggen de voornaamste mineralen
verborgen, die het land bezit. Bovendien is Israel in
het uiterste zuiden van deze woestijn door de haven
stad Eilat via zee verbonden met Afrika en India.
5*3?HOta^igl^ v<3,.i"i, A ,1
I I >"-¥■$■ if1, - *t».'
rt J^'\gt' /jC\ #"V y»
;&ft vs »<-! X<* X ^m&MÉ
pfi C<k?8^lW®^W5
BI] DE overzichten en terugblikken, die inherent
schijnen te zijn aan jubilea en begrafenissen, wor
den in de regel een grote hoeveelheid onwaar
heden verkondigd in de vorm van vele gemeen
plaatsen en holle retoriek, opgeluisterd door de
lach (bij het jubileum) of de traan (bij de begrafe
nis) van de spreker. De hier gemaakte opmerking
is zelf langzamerhand vrij afgezaagd en om nu
verder aan het gevaar van de retoriek te ontko
men is het wellicht het beste om iedere beschrij
ving van het wel en wee van de „zevende facul
teit" in de afgelopen tien jaren na te laten en het
oog te richten op de huidige situatie. Niet dat er
over deze jongste spruit van de Amsterdamse
Universiteit niet het een en ander te vertellen
zou zijn: hij is misschien, vooral in de eerste
levensjaren, het roerigste en brutaalste kind
geweest, dat ooit het levenslicht in de univer
sitaire kring heeft aanschouwd. Maar nu dreigen
we toch weer retrospectief te werk te gaan en
daarom over naar de actualiteit.
WAT DOEN JULLIE nu toch eigenlijk
aan die zogenaamde „zevende" precies?
dat is een vraag, die menige student
aan deze faculteit niet onbekend in de
oren zal klinken. Hij staat daarmee dan
tevens weer voor de lastige opgave een
buitenstaander te vertellen, waarom hij
dit terrein van wetenschaopen heeft geko
zen en wat voor „vakken" er aan de or
de komen. Hij vertelt dan, dat er drie
secties A, B en C zijn. Sectie A
omvat de politieke en sociale wetenschap
pen in engere zin. Voor het kandidaats
examen legt men een groot aantal tenta-
mina af in een veelheid van vakken, na
dit examen zijn de objecten van studie
vooral, de economie, de wetenschap der
politiek en het staatsrecht en administra-
tiefrecht. Daarnaast heeft men kennis ge
maakt met de nieuwste geschiedenis, de
leer der internationale betrekkingen, de
sociologie, sociale psychologie en perswe
zen en nog enkele keuzevakken.
Sectie B leidt sociologen,sociografen en
ethnologen op en heeft dus deze weten
schappen als voornaamste veld van stu
die. Het doel is de afgestudeerden inzicht
te verschaffen in de maatscnappelijke
structuur, waardoor zij dus geschikt zijn
voor functies als planoloog, bedrijfssocio-
loog, of bij het sociaal-culturele werk zo
als dit gedaan wordt doo*- provinciale op-
bouw-organen en volkshogescholen. Er
zijn mogelijkheden bij het onderwijs. Ui
teraard is deze opleiding zeer geschikt
voor het werk in de onderontwikkelde ge
bieden, waar de industrialisatie allerlei
maatschappelijke problemen opwerpt.
Sectie C omvat de sociaal-pedagogische
en sociaal-psychologische wetenschappen.
Na het kandidaatsexamen komt het ac
cent op één van deze twee groepen te
liggen. Voor het kandidaats heeft de stu
dent reeds tentamina afgelegd in de psy
chologie, in de statistiek en in enkele
keuzevakken, hij heeft practica gevolgd
en een „stage" doorlopen. De studie in
deze sectie leidt voornamelijk op voor
functies in wat men in het spraakgebruik
„maatschappelijk werk" nc >mt, zoals bij
trekkingen, de Amerikanistiek en het vak
Ruslandkunde, om er maar eens enkele
te noemen. Het was natuurlijk mogelijk
al deze vakken in andere faculteiten op
te nemen, die daardoor misschien iets
brokkeligs zouden gaan krijgen. Men heeft
na de oorlog echter besloten tot oprich
ting van een geheel nieuwe faculteit,
waarin al deze vakken verenigd werden
met enkele van „oude" faculteiten. Het
werd nu mogelijk alle facetten van de
brede maatschappelijke problematiek te
bestuderen in een geheel nieuwe vorm.
De afgestudeerden zullen in vele opzich
ten niet kunnen concurreren met specia
listen als „volbloed" juristen of econo
men, maar dat is ook de bedoeling niet.
Men poogt de studenten door een zo ruim
mogelijke opleiding vertrouwd te maken
met de vele kanten, dig er aan ieder
maatschappelijk vraagstuk zitten.
Het specialisme van de studenten ligt
dus in hun brede visie oo de problemen,
waarbij er op is toegezien dat de breed
heid niet gaat ten koste van de diepgang
van de opleiding. Het is hard werken ge
blazen aan deze faculteit en men moet niet
denken zoals vele beginnende studenten
tot hun schrik moesten ervaren dat
men op de Polisofa (zoals men de zeven
de faculteit wel eens populair heeft ge
noemd) de moede leden kan strekken en
het hoofd wel op dé boeken ter ruste kan
leggen. Ook worden de studenten niet als
kamergeleerden geschoold, want in alle
drie de secties zijn „stages" opgenomen,
die men met praktisch wetenschappelijk
werk gedurende een half jaar moet vullen.
NA DEZE UITEENZETTING is de
argwaan van de vragenstellers meestal
wel enigszins overwonnen, maar gewon
nen geeft men zich nog niet. Hoeveel
studenten zijn er nu? Ongeveer vijfhon
derd. Daar zijn zeker veel meisjes bij? Dat
valt nog al mee, of tegen, het ligt eraan
hoe men het ziet. Sectie C kenmerkt zich
door een verhou iingsgewijs groot aantal
vrouwelijke studenten. Hoe lang duurt
die studie? Tja, dat is niet zo eenvoudig
te beantwoorden, de studieduur loopt erg
uiteen, en verschilt van sectie tot sectie
en van student tot student, net als overal,
maar men moet toch wel op zes tot zeven
jaar rekenen. De bron der vragen lijkt op
te drogen en de student is kennelijk opge
lucht. Maar er komt toch nog een vraag:
Zijn er al veel afgestudeerden en promo
vendi? Neen, daarvoor bestaat de facul
teit te kort, maar men kan de toekomst
vol goede verwachtingen tegemoet zien,
want er komen er ieder jaar meer. Dis
sertaties zijn er uiteraard nog zeer wei
nig, maar die zullen er mgetwijfeld ook
wel komen en daaraan zal men de weten
schappelijke betekenis van deze nieuwe
(Van onze correspondent in Brussel)
ONDANKS DE WET, waarbij in België
het schenken van alcohol in de café's en
de restaurants is verboden, worden de
drankvoorschriften op allerlei manieren
ontdoken. Verkoop van alcohol in flessen
is alleen in likeurzaken en winkels toege
staan. De wet heeft in België wel tot re
sultaat gehad, dat het alcoholisme als
sociale plaag, voornamelijk in de arbei
dersstand, is verdwenen, maar de politie
heeft het nog steeds druk met het opspo
ren van geheime stokerijen. Op de alcohol
wordt een zware belasting, plus een
accijnsrecht geheven. Een kruik met een
liter jenever kost hier tien gulden en
meer. Dit is een middel om het verbruik
van alcohol te drukken, maar heeft ook
tot gevolg, dat er in België geregeld ge
heime stokerijen aan het werk gaan....
tot zij door de politie of de speciale gerech
telijke diensten worden opgedoekt.
Moord op een taxichauffeur heeft de
politie dezer dagen op het spoor gebracht
van een groot aantal van deze geheime
stokerijen. Het gebeurde in de omgeving
van Gent. Als gevolg van een „afreke
ning" tussen helers, dieven en bandieten
werd een taxichauffeur vermoord en zo
kwam men op het spoor van een net
van clandestiene handel in alcohol. Die
clandestien verkochte en geschonken al
cohol is een gevaar voor de volksgezond
heid, terwijl de bona fide stokerijen er
oneerlijk door worden beconcurreerd.
Op zichzelf is aanschaffen van materi
aal voor het stoken van jenever niet erg
moeilijk: de kuipen en persen kunnen na
melijk in de kleinste gieterijen en werk
plaatsen worden vervaardigd.
faculteit kunnen afmeten. Bij het vijfde of
het tiende lustrum valt daar wel meer
over te zeggen.
Eindelijk is het gesprek uit. De student
vindt dat hij 't er goed heeft afgebracht,
de vragenstellers zijn verbaasd. Het is
hun gebleken, dat die zevende faculteit
eigenlijk een heel reëel ding is, waar
mensen normaal studeren voor een toe
komst, die niet hersenschimmig is, maar
die door zijn gecompliceerdheid om steeds
meer specialisten vraagt, maar tevens om
„specialisten met de brede visie". De
nieuwe faculteit poogt althans zulke men
sen af te leveren, de praktijk zal bewijzen
en bewijst nu reeds of zij daarin is ge
slaagd.
W. Langeveld
de kinderbescherming, bij medisch-op-
voedkundige bureaus, bij personeelsafde
lingen in de bedrijven of overheidsinstel
lingen. De abituriënten in deze sectie zijn
door de bestudering van de moderne me
thoden en technieken practisch gericht en
dit maakt voor de hier genoemde beroe
pen natuurlijk bij uitstek geschikt.
ALS DE STUDENT in kwestie dit al
les verteld heeft, wordt hem in het alge
meen nog gevraagd, waarvoor Sectie A
nu precies opleidt, omdat hij daar niet
verder op in gegaan is. Hij zal dan ant
woorden, dat men hier een niet zo duide
lijke doelgerichtheid in de studie ziet als
bij de laatste twee secties, maar men
heeft wel enig houvast aan de functies,
die de afgestudeerden vervullen. Enigen
hebben een journalistieke loopbaan geko
zen, anderen vervullen betrekkingen in
het bedrijfsleven of aan een departement
en enkelen zijn bij internationale organi
saties gekomen. Er zijn ook abituriënten,
die de beoefening van hun geliefde weten
schappen zelf als hun dagelijkse arbeid
hebben gekozen en verbonden zijn aan
wetenschappelijke instellingen. Er liggen
zo te zien mogelijkheden genoeg.
Meestal wordt dan ook nog gevraagd
hoeveel men in al deze en andere func
ties wel verdient. Het antwoord behoort
dan te zijn, dat een universiteit een Ne
derlandse tenminste) in het geheel niet
voor een speciale functie opleidt, doch dat
er wetenschap wordt beoefend en dat het
studeren om een bepaalde baan met een
bepaald salaris te krijgen .tiet uit de juis
te instelling geschiedt. Een universitaire
scholing is nu eenmaal geen vakopleiding.
Overigens kan opgemerkt worden, dat de
salarissen in vergelijkmg met die van af
gestudeerden uit andere faculteiten geen
slecht figuur slaan. Deze opmerking lokt
bij de vragenstellers in de regel een an
dere uit. „Waarom bestaat die hele facul
teit eigenlijk, er zijn toch al juristen, eco
nomen, psychologen enzovoorts en dezen
werden destijds toch dor- andere facul
teiten opgeleid voor Ie functies, die nu
door „zevende-faculteiters" vervuld moe
ten worden?
De geplaagde student krijgt het ook nu
nog niet benauwd, want hij wijst op het
nieuwe dat deze faculteit w' brengen. Er
zijn in het programma van de faculteit
tal van vakken opgenomen, die aan de
universiteiten in Nederland voor de op
richting van de P.S.F. niet of nauwelijks
bestudeerd werden, zoals de sociolo
gie, de wetenschap der politiek, de so
ciale pedagogiek, de internationale be-
Zoveel horen wij tegenwoordig over de
noden van de bewoners der „onderont
wikkelde" landen in Azië en Afrika, dat
we weieens vergeten, dat er ook in ons
land nog duizenden gezinnen zijn, die in
de bitterste armoede leven. Ergens in
Nederland vond onze fotograaf deze
tafreeltjes, die eigenlijk geen nader com
mentaar behoeven. Vervuilde kinderen,
die opgroeien in onbewoonbare krotten en
wier enige vermaak bestaat uit het knik
keren met kiezelstenen. Het jog op de
andere foto is nog meer of minder een be
voorrechte, omdat hij een stuk écht speel
goed - een gebarsten tol - bezit. Ook voor
deze kinderen wordt het straks Sinter
klaasavond, maar erg veel zullen zij er
niet van verwachten.
Het nuttigen van eetwaren op de openbare
weg getuigt van een schromelijk gebrek
aan goede vormen. Enkele uitgezochte
lekkernijen, zoals Hollandse Nieuwe, Ita
liaans ijs en Belgische „patat" mogen
echter wel op straat geconsumeerd worden,
waarbij zelfs het voortbrengen van de
bijbehorende slik-, lik- en smakgeluiden
getolereerd wordt. Vooruitstrevende frite-
kraamexploitanten leveren tegenwoordig
bij hun zakjes patat een keurig houten
prikvorkje af, maar de echte liefhebbers
gebruiken de vette aardappeltjes toch
bij voorkeur met blote handen
X
IN DE afgelopen jaren hebben verschei
dene Israëlische vorsingsinstituten welis
waar de Negeb voor ontginning nauwkeu
rig onderzocht gedurende de afgelopen
tien jaar hebben wetenschapsmensen de
woestijn naar alle zijden doorkruist en
wat zij aan materiaal op het gebied van
archeologie, geologie, hydrologie, ecolo
gie, klimatologie en dergelij'-a bijeen heb
ben gebracht is waardevol gebleken
maar naar gelang de onderzoekingen vor
derden is het hen afzonderlijk wel heel
duidelijk geworden, dat de ontginning van
een dergelijk gebied centraal moet wor
den geregeld. Dit besef heeft geleid tot
de oprichting van één vorsingsinstituut in
Bersheba, de stad op de rand van de
Negeb gelegen. Het heet Arid Zone Re
search Institute instituut voor ontwik
keling van onontgonnen gebied. Het komt
voort uit de Israel Research Council
de raad voor het vorsingswerk en het
wordt gesteund door UNESCO, die zo
als bekend meer van soortgelijke in
stellingen hulp verschaft, bijvoorbeeld voor
de ontginning van woestijn in Egypte, Pa
kistan en India.
Het werk in Bersheba vordert gesta
dig. Er is inmiddels een prachtig labora
torium verrezen, dat in architectuur knap
is aangepast bij de omgeving. Daarbij
komen een werkplaats, een opslagplaats
en een station voor meteorologische ob
servaties. In het daaromheen liggende ge
bied worden op de woestijngrond experi
menten genomen, die voor de landbouw
in de Negeb van belang kunnen zijn. Er
zijn tevens plannen voor een bibliotheek
en andere faciliteiten voor het personeel.
Verwacht wordt, dat dit centrum binnen
vijf jaar in staat zal zijn alle problemen,
die zich bij de ontwikkeling van de zuide
lijke helft van Israel voordoen te verwer
ken. Er is intussen al een aantal onder
zoekingen aan de gang. Prof. M. Zohary
van de Hebreeuwse Universiteit in Jeru
zalem is er bezig met eer uitgebreid eco
logisch onderzoek. Zijn herbarium is al
naar het centrum in Bersheba overge
bracht. Zijn studies van „gedrag" en
hoedanigheden van planten bij grote
droogte zullen aanwijzingen gaan vormen
bij de vaststelling van mogelijkheden voor
landbouw in de woestijn. Hiermee gaat
samen een onderzoek naar de eigenaar
digheden in de ontkieming van woestijn-
planten, naar de problemen bij irrigatie
en ontzilting van biak woestijnwater. Het
laatste is een zeer uitgebreid en belang
rijk project.
WATER het hoeft nauwelijks te wor
den gezegd is hét lastige element bij
de ontwikkeling van woestijngrond. Het
instituut in Bersheba zal proberen de
nieuwste methoden op het gebied van ont
zilting toe te passen. Plaatselijke autori
teiten worden aangemoedigd door het
feit, dat de kosten op één kubieke meter
hierbij tien cent bleken te bedragen en er
zijn redenen om aan te nemen, dat dit
bedrag in de toekomst nog kleiner zal kun
nen zijn. Het gebruik van energie uit zon
newarmte zal ook tot het werk bijdragen.
Hiertoe zal een afzonderlijk laboratorium
worden ingericht. Er zullen onder andere
apparaten worden gebouwd, waarin de
zonnewarmte dus wordt omgezet in
kracht, en welke zowel kunnen dienen
voor huishoudelijk gebruik in de nederzet
tingen als voor de industrie. Tevens ont
wikkelt men in Bersheba een machine,
die door de zonnewarmte gedreven als
pompinstallatie zal werken en een appa
raat, dat op dezelfde wijze het zout aan
het water onttrekt. H-H is een groot
scheeps werk om te komen tot een beheer
sing van de Negeb, om er land van te ma
ken waar mensen en dieren onder goede
condities kunnen leven. Aan het instituut
zijn met het oog hierop twee afdelingen
ingesteld, waar specialisten de fysiologi
sche en climatologische aspecten van het
bestaan in de woestijn onder de loep ne
men. Zij zullen nagaan wat de invloeden
zullen zijn van het klimaat op de mensen
in de beoefening van verschillende beroe
pen, hoe lang zij met het oog op hun ge
zondheid daar kunnen werken, hoe zij
zich het beste kunnen kleden en voeden,
hoe de huizen, wiarin zij zullen wonen,
moeten worden geconstrueerd.
Aangezien Israel niet het enige land is,
dat problemen heeft te ver verken bij de
exploratie van zijn woestijngrond en men
op het Instituut in Bersheba zeer goed be
seft, dat de uitvoering van het werk door
internationale samenwerking snel tot
ontplooiing komt, stelt men alle uitkom
sten, die het onderzoekingswerk daar op
leveren, ter beschikking van de weten
schapsmensen, die elders met dezelfde
problemen te kampen hebben. Er zullen
trouwens regelmatig congressen worden
gehouden, waarop alle specialisten, die
met het Negeb-project t. maken hebben,
elkaar van hun vorderingen op de hoogte
houden. Op deze wijze probeert Israel niet
alleen op eigen grond, maar internatio
naal belangrijk bij te dragen aan de ont
ginning en het bewoonbaar maken van de
witte plekken op de wereldkaart.
IIaim Gunner
Ontleend aan liet wekelijks verschijnend bul
letin van UNESCO.