Tjo- duuA iA de tLajio tin o-o-k niet 2)e tfteCing) biedt ook voor ouderen DONDERDAG 26 JUNI 1958 Zomerbijlage 19 Vervolg van pagina 17 PRETPARK VOOR DE JEUGD MET LEVENDE SPROOKJES W UiiSi gezaagde HollandAmerikalijnschip omringen. De vreemde Cor- busiersymfonie van klank- en beeldexperimenten in 't Philips- paviljoen is, het zij ruiterlijk erkend, onbegrepen aan ons voor bijgegaan. Misschien ziet u er meer in, wij konden er echt niet veel touwen aan vastknopen. De Britse expositie bestaat uit twee delen: een regerings paviljoen en een collectieve inzending van de industrie. Hoog tepunt van deze inzending is (in de „Hall of Technology") een model van de Zeta, Engelands nieuwste kernfusiereactor, waar mee temperaturen opgewekt kunnen worden van vijf miljoen graden Celsius aanzienlijk méér dan de oppervlaktetempe- ratuur van de zon. Waterstofatomen smelten bij de enorme hitte samen, een proces dat van fundamenteel belang is voor de ver wezenlijking van die lang-gekoesterde wensdroom: het „tem men" van de vernietigende krachten die vrijkomen bij de explosie van een waterstofbom. Een volledig en fascinerend overzicht van alle verworvenheden der moderne wetenschap vindt men in het Paleis der Wetenschappen. Van de Kongo, Zweden en Oostenrijk, Finland en Israel zijn de paviljoens, die wij al eerder in uw aandacht hebben aanbevolen. Zeer de moeite waard zijn ook de inzendingen van Liechten stein en San Marino, de laatste in de vorm van een sprookjes kasteeltje bovenop een steile heuvel gebouwd. Het Atomium tenslotte, dat alles-overheersende bouwsel van gigantische aluminium bollen, is van buiten veel indrukwekkender dan aan de binnenkant. Volstaat u maar met een paar plaatjes van het exterieur (uw fototoestel gaat toch zeker mee?) en loop er dan rustig voorbij. Een tochtje naar boven met de snellift kost u namelijk ongeveer vier gulden, een langzamer opstijging via de roltrappen bijna een rijksdaalder. En veel belangwekkends is er daarbinnen toch niet te zien. Zelfs het panorama uit de bovenste bol valt tegen, omdat de ramen door weer en wind vervuild zijn. DAT BRENGT ONS meteen op het chapiter van de tarieven. De wildste verhalen doen de ronde over fancyprijzen in de eet- gelegenheden op de Expo. Zij zijn schromelijk overdreven. Sommige restaurants, zoals dat in de top van het Atomium, berekenen inderdaad buitensporige prijzen van veertig gulden en meer voor een luxueuze maaltijd. Maar tientallen andere vragen niet meer dan rond acht gulden voor een prima lunch of diner. Wil men nog wat goedkoper terecht, dan zijn er de zelfbedieningsrestaurants, waar men voor een gulden of vijf zelf een redelijke maaltijd kan samenstellen uit tientallen ge reedstaande gerechten. Het is beslist onwaar, dat alle gelegen heden in dit genre volkscafetaria-kwaliteiten serveren. In het Ontvangstpaleis bijvoorbeeld eet men werkelijk zeer goed in de „Self-service". Overal over het Expoterrein verspreid staan voorts friteskraampjes, ijscostalletjes en colabuffetten. Voor een zakje patates, een half dozijn „smoutebollen" of een ijsje betaalt men hier gewoonlijk niet meer dan vijf frank (rond veertig cent). Een flesje limonade kost één frank meer. Alle restaurants hebben overigens aan hun ingangen een volledige prijslijst hangen, zodat men van tevoren kan zien, waar men aan toe is. Het nuttigen van meegebracht proviand wordt in vrijwel geen enkel etablissement toegestaan, maar zoals gezegd zijn er talloze banken en stoeltjes, waar gij uw belegde broodjes, harde eieren en bananen ongestoord en in een boeiende entourage kunt opeten. De billijkste eethuizen en drinkgelegenheden vindt men vol gens de Expo-gidsen in de Tuin der Attracties en in Vrolijk België, maar stap ze niet in argeloos goed vertrouwen binnen, want in Oberbayern bijvoorbeeld een „Bierstube" met pseudo-folkloristische „Gemütlichkeit" voor vierduizend mensen vraagt, men u voor een halve literspot bier met hoempa- muziek doodkalm vijfendertig franken oftewel twee gulden vijfenzeventig'. De vermakelijkheden in de reusachtige „Tuin der Attracties" zijn in het algemeen niet of nauwelijks duurder dan op een Hollandse kermis. Vijf franc voor een ritje in een carroussel, een „reactorvliegtuig" of een achtbaan, tien tot vijftien voor een reis van bijna drie minuten in een atomische raket naar een kunstmatige Marssatelliet, zijn werkelijk geen onoverkomelijke prijzen voor liefhebbers van dit soort sterke sensaties. Kalme attracties voor de kleintjes zijn er ook in overvloed, maar dat zal u nauwelijks interesseren, omdat ge uw spruiten en zeker die onder de veertien jaar natuurlijk thuis laat. „Vrolijk België" en de Attractietuin zijn overigens 's morgens en 's middags meestal oorden van trieste verlaten heid. De gezellige drukte begint er pas tegen het avonddonker. Maar dan zitten wij alweer lang in onze Expotrein naar huis met onze mede-dagjesmensen indrukken uit te wisselen over alles wat we gezien en genoten hebben. Misschien besluiten we dan al, het deze zomer nog eens dunnetjes over te doen omdat het achteraf beschouwd allemaal toch niet zo vreselijk veel geld hoeft te kosten. Wellicht zien wij elkaar in de komende weken dus nog wel eens terug onder de blinkende bollen van het Atomium op de Heizelvlakte en daar zullen we het dan maar op houden. HERMAN CROESEN EEN DER FAVORIETE attracties van de Efteling is uiteraard het kinderspoor wegemplacement met zijn koddige sta tionnetje, dat zo uit een Ollie B. Bommel strip weggelopen kon zijn. In miniatuur- locomotiefjes met trapbeweging rijden de enthousiaste bezoekertjes twee aan twee over een smalspoortraject van enkele honderden meters, die hen voert door een miniatuurlandschap met tunnels, wind molens en ruïnes van roofridderburchten, over ravijnen en viaducten en langs over wegen, waar een mechanische pop de spoorbomen bedient. Geen wonder, dat de kinderen hier haast niet weg te slaan zijn en met plezier geruime tijd in de rij staan om hun beurt af te wachten. Daar er bij vol bedrijf een twintigtal locomotiefjes ingezet kan worden, duurt het wachten overigens niet al te lang. Via de speeltuin en een rustiek pleintje met huisjes en een koddige houten pomp komt men in het sprookjesbos, waar kron kelige paadjes geflankeerd door muzikale paddestoelen, leiden naar een verrukke lijk witgepleisterd droomkasteeltje. Daar achter een glazen wand in de torenkamer, ligt de betoverde schone slaapster op een met edelstenen versierd rustbed te wach ten op de prins, die haar wakker zal kus sen. Haar lange goudblonde haar flonkert in de zon en als je goed kijkt, zie je haar zelfs ademhalen. De techniek staat voor niets! Even verder, in het „diepst" van het woud, prijkt het huisje van de heks van Hans en Grietje met alles wat daarbij hoort. Muren van krakelingen en panne koeken. Hans in het mesthoek en een troostende Grietje ervoor. Elke minuut gaat knersend een ijzeren luikje in de voor deur open en verschijnt de lelijke tronie van de heks, terwijl haar tandeloze mond de roemruchte woorden spreekt: „Knibbel, knabel knuisje, wie knabbelt er aan mijn huisje. Zo doolt men verder door dit stille bos, waar zachte stemmetjes van versteende sprookjesfiguren de aloude legenden ver tellen. Het verhaal van de Rode Schoentjes en van de Zes Dienaren, van de Spreken de Papegaai en Vrouw Holle, van Slimme Jan en de tovenaar en nog vele andere. De bloederige sprookjes zoals Roodkapje zijn met opzet weggelaten om de kleintjes geen nachtmerries te bezorgen. Anton Pieck en andere bekende illustratoren van kinderverhalen hebben de ideeën voor dit „levende sprookjesboek" geleverd, waar van de verwezenlijking kapitalen gekost moet hebben, maar dat dan ook, archi tectonisch en qua sfeer, enig in zijn soort is in ons land en ver daarbuiten. Een grote trekpleister is uiteraard ook de roeivijver waar men voor de luttele som van dertig cent een halfuur kan spe levaren op een uitgestrekte plas van knie diepte. Ongelukken zijn dus vrijwel uitge sloten, maar natte jurken en broeken zijn uiteraard aan de orde van de dag. Om de controle te vergemakkelijken, steken alle zeventig kano's en veertien grote roeibo ten steeds gelijktijdig van wal en worden zij, als hun halfuur om is, via een luid sprekerinstallatie, ook weer gezamenlijk teruggeroepen. Dat op tijd terugkomen heeft nogal eens wat voeten in de aarde, maar toch hoeven de gegadigden hier toch ook zelden langer dan een uur op hun beurt te wachten. Grote speelweiden om zomen deze watersportvijvers, vanwaar men, lui in het gras liggend, de vaak zotte capriolen van de vele „zondagsroeiers" in ogenschouw kan nemen. Wie nog natter wil worden, kan in een ruim, modern zwembad terecht, terwijl er voor de kleu ters naast de speeltuin een uitgestrekte betonnen bassin voor het geliefkoosde poot- jesbaden beschikbaar is. Een Efteling-service, die bijzonder op prijs gesteld wordt, is het tennispark, waar men niet slechts voor een uur of langer een baan kan huren, maar ook rackets, tennisschoenen en ballen, deze laatste te- STRAKS, als we weer middenin de schoolvakantietijd zitten, komt er wellicht een dag, dat gij de verzuchting zult slaken: wat moet ik vandaag nu weer verzinnen om de kinderen bezig te houden? Misschien ook hebt ge jonge logé's in huis, die vermaakt moeten worden en tenslotte kan men niet elke dag naar het strand, Kraantjelek of de Kennemerduinen trekken, vooral niet als het kroost onderling aanamerkelijk in leeftijd verschilt. Dan is het tijd om eens aan een aagtochtje te denken. Naar Artis of Madurodam bijvoorbeeld, of als het even kan naar De Efte ling, het Brabantse Disneyland, waarover u van vrienden en kennissen al zoveel geestdriftige verhalen gehoord hebt. En met reden, want dit prachtige recreatieoord biedt vrijwel alles, wat jongens of meisjes zo van vier tot vijftien jaar slechts van het leven verlangen kunnen: een sprookjes- bos, een ponnymanege, een poppentheater, een speeltuin, een kinder spoorweg, een kanovijver, een fraai zwembad en tientallen andere attrac ties tegen over het algemeen zeer schappelijke prijzen. Als u het handig itJimiïssuiiuejifciii en uctiimi, uez-e laaisie ia- - 7 7 j j ,7 gen het alleszins schappelijke tarief van inpikt, hoeft het ook verder geen duur uitje te woiden, zoals tvij u straks respectievelijk twee kwartjes per stuk, per hopen aan te tonen. En wanneer ge bepaalde hoogtijdagen zoals de paar en per half dozijn. In de onmiddellij- week van de Tilburgse kermis vermijdt, kunt ge er ook als volwassene ÏM ke nabijheid hiervan ligt de fraaie sier- ecn Bijzonder plezierige dag beleven, want slechts een gedeelte van dit 1= tuin met vele zeldzame planten en strui- 9 0 ken, goedonderhouden grasgazons en een honderd vijftig hectaren grote complex is tot pretpark voor de jeugd vage- klaterende „sprookjesfontein". Jammer richt. De rest bestaat uit lommerrijk bos, grote speelweiden en uitge- m alleen, dat men dit aantrekkelijke hoekje strekte waterpartijen, waar het ook voor ouderen prettig toeven is. Boven- heeft menen te moeten ontsieren met een d{en Reeft De Efteling een voortreffelijk restaurant met een groot zonnig vlucht tamme duiven die, bijzonder sma- s. 0 keloos, oranje, gele en knalblauw geverfd terras wat afzijdig ligt en waar men in alle rust en stilte een uitstekende zijn alsof het' paaseieren waren. Estheti- maaltijd genieten kan, zoals wij u uit eigen ervaring kunnen verzekeren. sche bezwaren kan men voorts ook koes- Vooral de uit achttien gerechten bestaande Brabantse koffietafel is hier m teren tegen de kermisachtige stoomcarous- een gerenommeerde specialiteit. Wie het wat zuiniger wil doen, die kan H§ den ornamenten en krullen midden opgeen °ok in het theehuis terecht waar alleen dranken en belegde broodjes te M idyllisch bosplekje is neergezet en daar krijgen zijn. Weliswaar deelt men het terrasje van dit etablissement dan volkomen detoneert. Overigens echter is met honderden joelende kinderen, die rondrennen, zodat theehuis en om- 1= men er wonderwel in geslaagd, de diver- geving vrijwel constant in een dichte stofwolk gehuld zijn, maar wie daar- jij over valt is een kniesoor. Dat kleine inconvenient wordt trouwens ruim- schoots goedgemaakt door het plezier dat men beleeft aan de verrukking waarmee de jeugd zich op de aangrenzende speeltuin stort, waar alle attracties, inclusief de draaimolen en de ruim twintig meter lange glijbaan, gratis zijn. Temidden van al het getol en gewoel staat, op een barokke is sokkel, het befaamde „Ezeltje strekje" dat na inworp van een dubbeltje onder luid gebalk een goudstuk van chocola produceert. •m— Het sprookjesbos wemelt van de wonder lijkste figuren, zoals deze stenen reus uit het verhaal van de Zeven Dienaren, wiens neus door een enorme wesp belaagd wordt. Een zacht stemmetje uit een verborgen luidspreker vertelt het bijbehorende sprookje. se attracties en bouwsels in te passen in het bestaande landschappelijk schoon, zonder de natuur geweld aan te doen en dat is een zeer zeldzaam verschijnsel in dergelijke massarecreatieoorden, waar ogen en oren van de bezoekers voortdu rend op een zware proef gesteld worden door; kakelbonte reclame-aanprijzingen en brullende luidspreker-installaties. Ook in De Efteling heeft men een „stem-van-de- Reus" maar deze dient alleen om zoek geraakte kinderen weer zo snel mogelijk met hun ouders of groepsleiders te ver enigen. De noodzakelijke aanwijzingen en richtingsbordjes zijn klein en sierlijk en soms uitgevoerd als een sprookjesfiguur, zoals die nu al internationaal vermaarde kabouter die, over zijn schouder wijzend, decent fluisterend: „Kleine boodschap!" zegt. NOG EEN ANDER VOORDEEL heeft De Efteling boven zijn soortgenoten el ders: zijn grootte. Op honderdvijftig hec taren kan men heel wat publiek bergen, zonder dat ieder van die mensen het ho peloze gevoel krijgt in de menigte te ver drinken. Bovendien zijn de verschillende attracties en vermaakscentra listiglijk zo veel mogelijk over de terreinen verspreid zodat men zelfs op zeer drukke dagen al tijd nog wel ergens een rustig plekje kan vinden om even uit te blazen van al dat kindergewoel. En dat zegt wat als men weet, dat er op topdagen vaak zo'n twee honderd toeringcars en meer dan acht honderd particuliere auto's op de beide parkeerterreinen staan, om van de dui zenden die per openbaar vervoermiddel of per brommer komen, nog maar niet te spreken! Wie daar niet van terug heeft, die doet het beste, op een maandag of zaterdag te gaan: dan is het in De Efteling zelfs in het hoogseizoen altijd wat minder druk. BLIJFT TENSLOTTE: de kosten. Gaat ge op eigen gelegenheid per trein, dan kost een retour van Haarlem naar Den Bosch of Tilburg u ruim een tientje (kin deren 5,15). Daar komt dan nog bij een busretour van een dezer steden naar De Efteling (ongeveer 1 tot 1,50) plus een entree in het pretpark van een gulden per persoon. Totaal dus ongeveer 12,50 per volwassene en 6,50 per kind. Maakt men gebruik van de speciale dagkaarten van de spoorwegen, dan kosten trein- en bus retour plus entpee voor De Efteling bij el kaar slechts 9,15 (kinderen 5.05). De meeste attracties in 't park zelf zijn, zo als gezegd, gratis of kosten ten hoogste een paar dubbeltjes. Limonade, koffie en andere dranken zijn er - zeker in 't thee huis - niet duurder dan in een normaal populair café, en de proviand kunt ge desgewenst zelf mee nemen. Een gezin met twee jonge kin deren komt met een reiskas van vijfen dertig a veertig gul den royaal aan zijn trekken. Waarom zoudt ge uw sprui ten zo'n extratie niet eenmaal gunnen: ge zult er zelf geen spijt van hebben en uw kinderen een heer lijke dag bezorgen. De tuinder van tegenwoordig kan met weinig mensen zijn bedrijf exploiteren dankzij de mechanisatie, die ook hier haar intrede heeft gedaan, zelfs (men zie de foto) voor het wieden. Overigens blijft de strijd tegen het onkruid veel inspanning vergen in de „fruitjungle" (zoals de an dere afbeelding laat uitkomen). HET KWEKEN VAN FRUIT is een be zigheid, die onze verre voorzaten reeds met smaak en veelal ten eigen profijte be dreven, stammoeder Eva daargelaten, Rond de stad Hamburg was al in het jaar achthonderd een bescheiden fruitteelt en in Nederland zijn uit de vroege middel eeuwen „keuren" bekend, die marktover- schotten gedurende bepaalde overvloedi ge jaren in rechte banen poogden te lei den: in 1388 bijvoorbeeld vaardigde de stad Hoorn een ordonnantie uit, waarbij werd bepaald, dat appelen en peren „per hele mudde" moesten worden aangevoerd uit het rijke land rond deze Zuiderzeestad, want het was een zo speculatieve zaak ge worden, dat iedere boer uit de Westfriese ommelanden een stukje van zijn land be gon te beplanten met het gewas, waarvan de vruchten door stedeling en vloot gelij kelijk werden begeerd en waarvan de op brengst menige weidebouwer tot een fraaie welstand dreef. FRUIT IS bijna overal in den beginne een zaak geweest van erfbeplanting rond de boerderijen, hetzij voor eigen gebruik, hetzij voor een kleine bijverdienste in de stad. De oorsprong van wat nu in West- Friesland een van de bekendste ooftgebie- den is geworden, ligt dan ook in het zeer grijze verleden. De bewijzen zijn nog in de stad zélf: de Appelsteeg van Hoorn, de Bangert middenin de stede Medemblik te rug te vinden. En in de vergeten jaren dat Hoorn zo rond 1100 niet meer was dan wat boerderijen aan een lage dijk, die zich van de' ene hoge plek naar een volgende kron kelde, moeten er al fruitbomen hebben ge staan in dit land van riet en buitendijkse onlanden, soppende weiden en een immen se Hollandse lucht. De boeren uit die da gen en de dagen erna waren niet alleen boer, maar reder tevens, handelaar in niet geringe mate en bovendien nog fruitteler want van één Hoornse familie uit de veer tiende eeuw is bekend, dat haar zes zo nen en vijf dochters zich met vreugde en goede resultaten wijdden aan de scheep vaart, de landbouw, de veeteelt, de war- moezerij en de commercie op Duitsland. Hier is hij dan, de vermaarde „kleine bood- schap"-kabouter, die de jeugdige bezoe kers van De Efteling discreet fluisterend aan bepaalde plichten herinnert. OVER BESSEN, rode noch zwarte, is echter in de tuinbouwkronieken niet veel te vinden. Wel loopt daar plotseling de naam van ene Jan Heesjes binnen, die een bon- gers bezat buiten Hoorn (zoals zich de fruitteelt allengs verder van de stad af ging verplaatsen) en die bessenboompjes moet hebben geplant en geplukt. Zodat hij de vader zou kunnen zijn van al die hon derden fruitkwekers, die nu op smalle ka vels vruchtbare grond hun bomen met DDT bespuiten, hun sla en postelein oog sten en onder de bessenboompjes, welke als onderhout van vele boomgaarden fun geren, wieden voor een rijke oogst. Jan Heesjes is vijf eeuwen dood. En de rode en zwarte bessen moeten dus onge veer zolang in dit land bekend zijn. Hoe wel ze nimmer een belangstelling hebben genoten als thans: de sapindustrie, de jamfabrieken, het buitenland en ons eigen Schiedam vechten met gelijke ernst om de opbrengst van die lage bessenstruiken, in Zeeland, Zuid Holland en hier! Ze zul len er dit jaarr als de zaken zich ontwik kelen zoals ze zich laten aanzien, heel wat van krijgen, want het fruit staat er best voor. En menige tuinder denkt er over, zijn „bessenareaal" nog maar weer wat verder uit te breiden, al geeft het heel wat rompslomp. Achthonderd hectaren pere bomen, duizend met appels en vijfhonderd hectaren kleinfruit met bessen in de eerste plaats geven tenslotte een aar dige berg fruit en een hele rist flesjes vol vruchtensappen, die zich de laatste jaren een stijgende plaats in de belangstelling der mensheid hebben weten te veroveren: in West-Duitsland alleen al is het gebruik van alcoholvrije zomerdranken met veer tig percent gestegen naar men aan neemt in niet geringe mate door de pro paganda tegen alcohol-bij-het-snelver- keer. DE WESTFRIEZEN zouden, als volgend voorjaar het vijftigjarig bestaan van de tuinbouwveiling in Zwaag bij Hoorn wordt gevierd, een nog veel „groter" jubileum kunnen gaan opzetten het vijfhonderdjarig bestaan namelijk van de bessenteelt in deze landouwen. Met een bessenkoningin of een stok oud besje als symbolen. De bessen van Andijk en Beemster, van Winkel en van Venhuizen zijn namelijk bijna even lang in dit vette land als de oude stad jes en liggen in de oksels der Zuider zeedijken, die zich (op het veel oudere Medemblik na) de afgelopen zomers beijverd hebben in het herdenken van dagen, waarop eeuwen geleden gra ven of koningen met stadsrechten kwamen .aandragen. Bessen en ander ooft vormen het sappig onderwerp van bijgaand verhaal, waarvoor wij met dankbaarheid gebruik maakten van de uitvoerige gegevens, die de heer K. Dekker, de Rijkstuinbouwconsu- lent in Hoorn, in het hoofd bleek te hebben. En de aanleiding tot dit ver haal ach, die is wellicht te vinden in de aparte bekoring van deze oude tuinbouwstreek met haar veelheid van historische gegevens en haar zoete hoornen des overvloeds, die zich over enkele weken weer gaan openen. TERUG ECHTER naar Hoorn, Blokker en Zwaag, terug naar een smalle asfalt weg, die kronkelend door de rustige we reld kruipt en waar een historisch bewijs te vinden is voor de stelling, dat fruitteelt voortkomt uit boerenerf beplanting: aan een wegje, dat „de Kere" heet ligt een boerderij met een ingemetselde steen, waarop een goedbedoelde doch iets ondui delijke koe onder enige vruchtbomen graast. „De Gare Goedsbogert" staat er op de steen. Deze dateert uit 1600 en de familie Gaargoed, die haar liet inmetse len, heeft er speciaal de heer K. Dekker, Rijkstuinbouwconsulent in deze contreien, een groot plezier mee gedaan, want mede uit deze relikwie heeft hij zijn nauwkeu rige theorie over ontstaan en verloop van de Noordhollandse fruitteelt opgebouwd. We zijn met hem meegegaan naar de twee hectaren, die de tuinder Boelis in Zwaag thans exploiteert een stukje grond, dat als een smalle, lange streep tussen twee andere tuinderijen in van de weg afloopt en dat in duizendvoud links en rechts herhaald wordt: stukjes grond, waarop soms maar net een woonhuis ge bouwd kon worden en die daarachter dan propvol fruitbomen, kassen en bessen- struiken werden geplant. Boelis zag het voor het komende seizoen gunstig in voor de fruitliefhebber, maar minder profijtelijk voor zichzelf en zijn twee helpers: hard werken tegen een la ge prijs, omdat de oogst groot en over vloedig zal zijn. In elk opzicht, want zowel de perziken in de kas als de kruisbessen onder het hogere geboomte droegen over dadig en de eerste pluk van groen fruit voor de fabrieken kan binnenkort al be ginnen. De koelcellen van de veiling staan al klaar om het fruit zo nodig op te van gen, want fruittelers in deze streek zijn gretige gokkers, die onder de mijnklok zit ten, een flinke prijs kunnen laten lopen omdat zij terecht of ten onrechte hopen op een nóg hogere koers de volgende week.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1958 | | pagina 23