r
Italiaans kabinet staat
onder zware druk
„Veroordeling negerjongetjes is
een kwestie van heropvoeding"
Dr. Adenauer en de Bondsdag
veroordelen antisemitisme
Monsterproces in het Coliseum
van Havana begonnen
Van dag tot dag
Niet overtuigend
^Praatótcel
Om wraak roepende menigte
interrumpeert verhoren
Duitse „Lotto"-briefjes in
Nederland verkocht
AMERIKAANSE VOORLICHTINGSDIENST:
„NAUWELIJKS EEN
RASSEN-INCIDENT"
Actie tegen veroordeling
van Amerikaanse jongetjes
Baby van drie weken in
New York ontvoerd
Eén stem overwicht bij een geheime stemming
Tegenstellingen over de gevallen Kilb en Strack
0p de
i
Euromarkt-O.E.E.S.
ÏEiï i)p bFrlpöfn fiib
VRIJDAG 23 JANUARI 1959
In diverse plaatsen van ons land zijn
acties ontstaan, die in een of andere vorm
uiting willen geven aan verontwaardi
ging over de veroordeling van twee Ame
rikaanse jongetjes tot een zeer langdurig
verblijf in een tuchtschool, als straf voor
het feit dat zij kleine meisjes tijdens een
spelletje een zoen hadden gegeven. Er be
staat geen twijfel aan dat deze gang van
zaken zeer sterk beïnvloed is geworden
door het feit dat de jongetjes zwart en
de meisjes blank van huid waren met
andere woorden, dat het hier een geval
van rasdiscriminatie betreft. En juist dit
feit heeft in ons land de verontwaardi
ging gaande gemaakt, wat alleszins be
grijpelijk en terecht moet worden ge
noemd.
Thans komt de „United States Infor
mation Service", de officiële Amerikaan
se regeringsvoorlichtingsdienst in Den
Haag, met een uiteenzetting die men
elders op deze pagina aantreft waar
in getracht wordt de betekenis van de
factor der rassentegenstelling in dit geval
te verkleinen. Deze beschouwing heeft
ons niet overtuigd. Zij zal weinigen kun
nen overtuigen, omdat de argumentatie
bizonder zwak en in sommige opzichten
zelfs onaanvaardbaar is. Volledigheids
halve de Amerikaanse lezing publice
rend, kunnen wij daarom niet zonder
commentaar hierop volstaan.
Met opzet hebben wij in de aanvang
van dit commentaar de aanduiding
„neger" en „blank" weggelaten, om al
dadelijk de aandacht te vestigen op de
navrante tegenstelling in proporties tus
sen de begane „misdaad" en de daarop
volgende straf. Ware hier uitsluitend
sprake geweest van blanke kinderen, dan
zou het hele geval een zodanige absurdi
teit hebben getoond dat ieder weldenkend
mens zich met verbaasde ontsteltenis zou
hebben afgevraagd of de kinderrechter
in Monroe, North Carolina, wellicht aan
verstandsverbijstering lijdt.
Doch de tegenstelling „negerjongetjes"
en „blanke meisjes" maakt het incident
verklaarbaar en reëel, zij het enkel uit
het oogpunt van een bestaande ontrech-
ting en verdrukking van kleurlingen in
een samenleving waarin de blanken zich
door hun gebrek aan huidpigment supe
rieur voelen.
Wat zou de kinderrechter in Monroe
hebben beslist, wanneer de jongetjes
blank zouden zijn geweest? Hij zou in dat
geval de Jongetjes niet eens voor zich
hebben gekregen, aangezien ér "geen
klacht zou zijn ingediend en de politie
niet zou zijn opgedragen, de kinderen in
voorlopige hechtenis te nemen. Er zou in
dat geval geen „misdrijf" zijn geweest.
Wat de Amerikaanse regeringsvoor
lichtingsdienst beweert over het „zonden-
register" van de twee jongens, is nauwe
lijks te beschouwen als een serieuze po
ging tot verklaring. Want het feit dat
de kinderen er voordien steeds met een
berisping afkwamen, illustreert hun zon
den wel zeer duidelijk als doodgewone
kwajongensstreken, die alle kinderen in
alle landen plegen.
De slechte schoolcijfers van de kleine
James Thompson lijken ons evenmin een
jarenlange opsluiting te rechtvaardigen,
tenzij de Amerikanen de gewoonte heb
ben ongeveer de helft van hun totale
schooljeugd in tuchthuizen op te sluiten.
Het is mogelijk dat het regiem in die
tuchtschool niet streng is of volkomen op
maatschappelijke vorming is gericht. Het
zelfde kan men tegenwoordig van al onze
gevangenissen zeggen. Het feit blijft, dat
wee kinderen aan de gezinskring worden
nttrokken en een staatsopovoeding krij-
on binnen vier muren, op een motief dat
liet alleen belachelijk zwak doch zelfs zeer
subjectief moet worden genoemd. Het op
eggen van staatsopvoedingen aan kinde
ren is een van de principes van staats
systemen, ter uitroeiing waarvan de Ver
enigde Staten desnoods in een oorlog zou
den willen gaan en reeds eenmaal gegaan
zijn. Wij kunnen daarom niet het argument
aanvaarden, dat ditzelfde principe als een
heilzaam middel moet worden gezien om
maatschappelijke euvelen in Amerika zelf
te corrigeren.
Tenslotte: de gezinnen, waaruit de kin
deren zijn weggerukt, zijn verhuisd „om
intimidatie en broodroof" te voorkomen.
Wil men een veelbetekenend symptoom
van de rol, die de rassendiscriminatie in
Monroe speelt en in dit speciale geval
heeft gespeeld, dan behoeft men waarlijk
niet verder te zoeken.
Ondanks alle verklaringen en vergoe
lijkingen van welke zijde ook, komt het
ons voor, dat de acties in Nederland een
zeer juiste, verantwoorde inzet hebben,
namelijk: „Gelijk recht voor allen".
Een in Dusseldorp wonende, 33-jarige
Nederlandse importeur heeft voor de
jchtbank in Rotterdam terechtgestaan
zegens overtreding van de loterijwet. Hij
iu in ons land loten verkocht hebben van
:e Duitse „Nord-West Lotto", een getal-
nloterij. De importeur reisde voor een
Juitse souvenierfirma geregeld tussen
litsland en ons land op en neer, en bracht
•an formulieren van de Duitse loterij mee.
lij droeg ook voor de verdere afwikkeling
zorg en deelde de prijzen uit.
De officier eiste bevestiging van het von
nis van de kantonrechter, honderd gulden
boete. Er was geen verdediger. Uitspraak
over veertien dagen.
's-GRAVENHAGE (ANP) Naar aan
leiding van reacties in Nederland op het
feit, dat twee jongetjes van zwarte huids
kleur in Monroe, in de Amerikaanse staat
Noord-Carolina, die kleine meisjes van
blanke huidskleur zouden hebben gezoend,
naar een opvoedingsgesticht gezonden zijn,
deelt de „United States Information Ser
vice" mee, dat het hier „ontdaan van alle
feitenverdraaiing" om niet veel meer gaat
dan de kwestie van de heropvoeding van
twee a-scociale kinderen en de gezinnen,
waaruit zij afkomstig zijn.
Wat er precies in oktober verleden jaar
in deze kleine stad is voorgevallen is niet
bekend en de verhalen van de als getui
gen gehoorde kinderen, in ouderdom va
riërend van 6 tot 10 jaar, zijn met elkaar
in tegenspraak, aldus de U.S.I.S.
Twee negerjongetjes en een aantal blan
ke meisjes hebben elkaar gezoend. Enke
len beweren dat de negenjarige David
Simpson, en de tienjarige James Hanover
Thompson eenvoudig mee zijn gaan doen
aan het „zoen-spelletje" dat door een
groepje kinderen werd gespeeld. Anderen
zeggen dat de beide jongens zich in het
groepje gedrongen hebben en de meisjes
hebben „gemolesteerd".
De kinderrechter J. Hampton Price zegt,
dat hij de jongens naar een staatsopvoe
dingsgesticht heeft gezonden, niet vanwege
de zoenpartij zelf, maar op grond van de
huiselijke omstandigheden van de beiae
jongens. Toen zich genoemd incident voor
deed was tegen de jongens al een onder
zoek bij de kinderrechter aanhangig we
gens begane misdrijven. Vdlgens staats-
autoriteiten waren de beide jongens spij
belaars, die thuis geen passende verzor
ging of leiding genoten.
James Hanover Thompson werd op 24
april 1958 wegens diefstal voor de kinder
rechter gebracht. Volgens mededeling van
de overheid heeft de politie hem bij ver
scheidene gelegenheden 's avonds op straat
opgepakt en hem thuis gebracht, waarbij
doorgaans zijn moeder niet thuis werd aan
getroffen. Op zijn schoolrapporten staat de
opmerking dat hij de openbare school on
regelmatig bezoekt en dat hij in alle vak
ken onvoldoende vorderingen maakt
David Simpson werd tegelijk met
Thompson op 24 april wegens diefstal voor
de kinderrechter geleid. De volgende
maand werd hij wederom voorgeleid, nadat
hij met een groepje jongens was opgepakt
toen ze probeerden in een pakhuis in te
breken.
In de loop der jaren, aldus de officiële
gegevens heeft de politie de kinderen
Simpson herhaaldelijk thuis gebracht,
wanneer ze 's avonds zwervend door de
straten werden aangetroffen. Rechter Price
verklaart, dat de beide jongens vóór het
„kissing incident" reeds acht of negen
maal voor hem verschenen zijn, maar dat
'de dossiers niet alle vroeger begane mis
drijven, vermelden, omdat „de jongens nog
zo jong waren, en ik het bij een berisping
had gelaten, in de hoop dat ze weer op
het goede pad zouden komen".
De opleidingsschool wordt niet be
schouwd als een tuchtschool of gevangenis,
maar als een onderdeel van een verlicht
en vooruitstrevend stelsel voor de opleiding
van jongens, wanneer de gezinnen niet in
staat worden geacht een degelijke opvoe
ding te verschaffen.
De „zoen-affaire" kan volgens USIS nau
welijks worden beschouwd als een plaat
selijk rassenincident, „ofschoon volgens de
stedelijke autoriteiten het rasaspect moge
lijk heeft bijgedragen tot de wijze en de
haast, waarmee de zaak is behandeld."
Dr. A. E. Perry, vice-voorzitter van de
plaatselijke afdeling van de nationale ver
eniging ter behartiging van de belangen
van kleurlingen, N.A.A.C.P., heeft in een
persgesprek gezegd, zich in de allereerste
plaats te verzetten tegen het feit, dat de
jongens alvorens door de kinderrechter ge
hoord te worden, zes dagen in de gevan
genis hebben gezeten en hij maakt ook be
zwaar tegen de procedure tijdens het ver
hoor. Hij gaf toe dat de jongens thuis niet
onder behoorlijk toezicht stonden, maar
schreef dit toe aan de economische omstan
digheden der gezinnen.
Na het „kissing incident" is het volgende
gebeurd:
De politie van Monroe raadpleegde rech
ter Price, die haar machtigde de jongens
in „verzekerde bewaring" te stelien. In
Monroe bestaat geen normaal huis van
bewaring voor jeugdige delinquenten, zo
dat de jongens werden ondergebracht in
een afgescheiden deel van de districtsge
vangenis totdat het verhoor zou plaats
vinden. De moeders van de jongens, even
als het bestuur van de N.A.A.C.P. wisten
van deze situatie af en er werd geen ern
stige poging gedaan hun vrijlating te ver
krijgen en er werd evenmin tegen de maat
regel van de politie geprotesteerd. Ook
werd volgens de stedelijke autoriteiten niet
geprotesteerd toen rechter Price een plaat
selijk bestuurslid van de N.A.A.C.P. in
kennis stelde van zijn voornemen de jon
gens naar de opleidingsschool te zenden.
Het verhoor door de kinderrechter vond
op 4 november plaats, ongeveer zes dagen
na de arrestatie van de jongens. Rechter
Price sprak afzonderlijk met de ouders
van de blanke meisjes en daarop met de
negerjongens. Niemand bood zich tijdens
het verhoor als raadsman voor de neger
jongens aan, aanwezig waren hun moeders,
het plaatselijke hoofd van de politie en een
sociale werker van het ministerie van
Sociale Zaken.
Rechter Price verklaarde, dat hij de jon
gens en hun moeders in kennis had gesteld
van zijn voornemen hen naar de oplei
dingsschool te zenden. Volgens hem had
mevr. Thompson geen bezwaren hiertegen
gemaakt, maar mevr. Simpson zeide, dat ze
van plan was stappen te nemen teneinde
haar kind uit de staatsvoogdij terug te
krijgen.
De ruchtbaarheid in de internationale
pers ontstond nadat een Newyorks dagblad
de kwestie als een voorbeeld van rassen-
onrecht had gebrandmerkt.
Blaine M. Madison, die belast is met het
toezicht op de verbeter- en opleidings
gestichten van Noord-Carolina, zegt dat de
jongens niet strafrechterlijk vervolgd en
veroordeeld zijn, maar ter beschikking van
de regering zijn gesteld, die bepaalde dat
zij naar de speciale school gezonaen moes
ten worden voor een periode als „door on
derwijsdeskundigen nodig geacht wordt in
het belang van de kinderen". De kinder
rechtbank kan niet eisen dat de kinderen
voor „een bepaalde periode" in de school
worden opgenomen.
De jongens kunnen aan de ouders worden
teruggegeven, wanneer de schoolopziener
van mening is, dat zij thuis of in de ge
meenschap geen moeilijkheden meer zullen
opleveren en wanneer Sociale Zaken er van
overtuigd is dat de beide gezinnen de jon
gens „redelijke bescherming, leiding en
verzorging" zullen bieden.
De beide gezinnen zijn verhuisd naar
het nabijgelegen Charlotte. De voorzitter
van de N.A.A.C.P. van Noord-Carolina,
Kelly Alexander, zegt dat dit met finan
ciële hulp van de vereniging is gedaan om
de gezinnen te rehabiliteren en zo de zorg
over de kinderen weer terug te krijgen. Ze
waren in Monroe slecht gehuisvest en in
timidatie en broodroof moest worden voor
komen. De N.A.A.C.P. zoekt thans werk
voor de beide moeders die een groot gezin
hebben te onderhouden. Mevrouw Simpson
is weduwe en mevr. Thompson werd door
haar man verlaten.
Te Rotterdam is een actie begonnen
voor de twee Amerikaanse jongetjes van
donkere huidskleur, die, omdat ze een
meisje van lichte huidskleur gekust heb
ben, tot ongeveer 1970 in een tuchtschool
zullen moeten verblijven.
Op de oproep tot medewerking aan de ac
tie zijn tal van reacties binnengekomen
uit vele plaatsen in het land.
Schoolkinderen en volwassenen zullen
handtekeningen inzamelen en naar Rot
terdam sturen. Men gaat door zolang er
handtekeningen komen, en dan zal het re
sultaat van deze actie, genaamd Actie
Sneeuwbal, ter kennis worden gebracht
van de bevoegde Amerikaanse autoritei
ten.
De leiders van het Martinushuis te Rot
terdam, waar de actie begonnen is, zeg
gen uitdrukkelijk geen politiek te willen
bedrijven. Zij willen de actie gesteund
zien door allen die getroffen zijn door het
lot van deze jongetjes. Er zijn ook reeds
reacties binnengekomen van verschillen
de godsdienstige groeperingen.
Het Martinushuis, dat werkt in de stads
wijk Crooswijk, heeft in 1957 voor de lan
delijke actie „Toverbal" ten bate van
Hongaarse vluchtelingen een bedrag van
11.340 ingezameld.
Ook Haarlems protest
De ongeveer 450 leerlingen van het Lou-
rens Costerlyccum in Haarlem hebben zich
schriftelijk tot de Amerikaanse ambassade
in Den Haag gewend met een protest tegen
de veroordeling van de twee Amerikaanse
negerjongetjes.
NEW YORK (Reuter) Uit een woning
in Manhaften, pep deel vap. DJew., York, is
een baby van drie weken ontvoerd. De
moeder, mevrouw Tavarez, had haar zoon-
tje John achtergelaten onder de hoede van
een vrouw, die ze enkele dagen geleden
had leren kennen. Behalve de zuigeling
waren nog twee dochtertjes van vier en
vijf jaar in huis toen moeder uitging. De
vader, die inmiddels van zijn werk thuis
kwam, miste het jongste kind.
Het is het tweede geval van kinderroof
deze maand in New York. Op 2 januari
werd het meisje Lisa Chionchio uit een
ziekenhuis meegenomen. Dit kind werd
een week later teruggevonden.
Mevrouw Tavarez vertelde dat de vrouw
haar voorgespiegeld had een grotere flat
voor haar te weten en dat zij wel op de
baby wilde passen als de moeder pools
hoogte wilde nemen. Het opgegeven adres
bleek een postkantoor te zijn en toen me
vrouw Tavarez terugkwam was de vrouw
met het kindje verdwenen. De beide an
dere meisjes waren naar de buren gegaan
toen de vrouw met de baby was wegge
lopen.
De laatste uitgave van het Boeing-
straalpassagiersvliegtuig, dat nu alweer
een paar maanden lang over de Atlan
tische Oceaan heen en weer vliegt: dit
is de Boeing 707-320 Intercontinental,
die opstijgt voor zijn eerste proef
vlucht. Het toestel is in alle opzichten
groter dan de thans vliegende eerste
lingen en kan met ruim 180 passagiers
aan boord een afstand van achtduizend
kilometer afleggen met een snelheid
van 965 kilometer per uur.
ROME (UPI) Met een overwicht van
slechts één stem heeft de Italiaanse rege
ring in de afgelopen nacht tijdens een
geheime stemming de steun van de Kamer
van Afgevaardigden gekregen. Op een
motie over het schandaal van „Meneer
honderd percent", dat de oppositie ge
bruikt voor felle aanvallen op premier
Fanfani, kreeg de regering 279 stemmen,
de minimale meerderheid in de Kamer.
Tegen stemden 278 afgevaardigden. De
regering, een wankele coalitie, die zes
maanden oud is, lijkt geen lang leven
beschoren. Bij een volgend debat kan de
regering vallen.
De minderheidscoalitie van christen
democraten en rechts-georiënteerde socia
listen is in juli aan de macht gekomen. In
augustus barstte het schandaal van de
bankier Giuffrè en zijn fabelachtige renten
los. Er kwam een commissie van onder
zoek, die rapporteerde dat de minister van
Financiën Preti, kamerleden, kerkelijke
autoriteiten en ambtenaren in deze zaak
niet vrij te pleiten zijn. De communisten
en socialisten putten nieuwe munitie uit
het rapport. Gisteravond laat kwam het
in stemming, nadat de regering had voor
gesteld het te aanvaarden. Met een drei-
(Van onze correspondent in Bonn)
Tijdens het grote debat over justitie in
de Bondsdag te Bonn hebben gisteren zo
wel bondskanselier Adenauer als de op-
positie-partijen ten scherpste de reeks ge
vallen van antisemitisme veroordeeld, die
de laatste tijd in West-Duitsland zijn
voorgekomen. De regering, aldus Aden
auer, betreurt het ten zeerste wat er is ge
schied. De gebeurtenissen betekenen een
groot onrecht aan de Duitse staatsburgers
van het Joodse geloof en een schade aan
het Duitse aanzien in het buitenland. Van
de zijde van de twee oppositie-partijen, de
S.P.D. en de liberale F.D.P., stelde men,
dat de gevallen die de laatste tijd door
rechtbanken zijn behandeld tekenend zijn
voor de in zekere Westduitse kringen heer
sende geest. Zij menen, dat door deze an
tisemitische, nazistische geest de vrijheid
en de democratie in het algemeen be
dreigd kunnen worden en zij klaagden de
bondsregering aan omdat deze volgens
hen niets gedaan heeft om schoon schip te
maken, bijvoorbeeld in kringen van rech
ters, die reeds in het nazi-tijdperk hoog te
paard zouden hebben gezeten. Zij verwe
zen naar de rechter in het Hamburgse ge-
val-Nieland, die zelf, voor 1945, antisemi
tische artikelen heeft geschreven. Het ver
leden, aldus de socialist Arndt, is nog niet
overwonnen. Hij kantte zich fel tegen een
bepaalde mentaliteit, die zijns inziens
ook in de regering heerst om een streep on
der dat verleden te zetten.
Even fel trok de oppositie van leer inza
ke de reeks gevallen van corruptie, die
de laatste tijd in West-Duitsland in de
openbaarheid zijn gekomen. Men haalde
het geval op van Kill, de vroegere mede
werker van Adenauer.
Men viel de regering voorts aan over het
geval-Strack, een hoge ambtenaar van het
ministerie van Buitenlandse Zaken, die
door professor Von Hallstein, thans presi
dent van de Commissie van de Europese
Economische Gemeenschap, Blankenhorn
Westduits ambassadeur te Parijs, en diens
voorganger Von Maltzan op een zijspoor
in zijn loopbaan zou zijn gerangeerd. Men
verweet Adenauer dat hij in beide
gevallen in het gerechtelijke onderzoek
door allerlei verklaringen heeft ingegre
pen. De bondskanselier wist alle verwij
ten zo niet te ontzenuwen dan toch te ba
gatelliseren.
De veroordeling door Adenauer van de
antisemitische uitingen van de laatste tijd
en de verklaring van minister van Justitie
Schaffer dat de gemiddelde Duitse rech
ter betrouwbaar is, waren sterke punten
voor de regering in het debat.
In het algemeen kan men zeggen, dat
zowel Adenauer als de oppositie gisteren
van mening was, dat de Westduitse justitie
in grote lijnen geen verwijten kunnen wor
den gemaakt en dat er geen sprake is van
een justitiële crisis in de bondsrepubliek,
ondanks enige verdachte en betreurens
waardige gevallen. Duidelijk werd even
zeer dat het haast onmogelijk is het nazi
verleden te verstoppen. Het ligt, zo zei een
commentator, voor de deur van de justi
tie en die moet het opruimen.
Beloning
(Reuter) De regering van de West
duitse staat Noordrijn-Westfalen heeft
een beloning van tienduizend mark uitge
loofd voor inlichtingen die kunnen leiden
tot de opsporing van hen, die vorige week
hakenkruisen op de synagoge van Dussel
dorp hebben geklad.
(UPI) In „Welt der Arbeit" het offi
ciële blad van het Westduitse vakverbond,
schrijft Ludwig Rosenberg, een bondsbe-
stuurslid dat in Egypte elke nazi asiel kan
vinden. De Duitsers zijn er populair
niet omdat Duitsland geen koloniën meer
heeft, of een tijdlang bezet is geweest,
maar „omdat wij nazi's zijn geweest."
Duitsers hebben Joden vermoord, een füh-
rerstaat uitgedacht en de voorbereiding
van een oorlog geperfectioneerd. „Daarom
zijn wij zo geliefd in Egypte. Dat is een
droeve eer," aldus Rosenberg. Hij con
cludeert dat de Westduitse regering zijn
economische hulpverlening aan het land
van Nasser móet. afbreken, omdat het
door die hulp een broeinest van het nazis
me op de been houdt. „Het gebruik van
ons geld daarvoor is een groot schandaal.
Er zijn genoeg anderen die er veel meer
recht op kunnen doen gelden," zo zegt hij. stevig aangewakkerd door te zeggen, dat
gende stemming in de Kamer, drie minis
ters die aan aftreden denken, en politieke
onrust in het land, kreeg de regering de
gevraagde meerderheid met slechts één
stem, voldoende voor de meerderheid,
maar ontoereikend voor het voortzetten
van de coalitie.
Als de enkele communisten, die gister
avond verstek hadden laten gaan, ook
gestemd hadden was de regering gevallen.
Zelfs dertien leden van de coalitiegroepen
stemden tegen Fanfani. Het feit dat bij
eerdere stemmingen al eens dertig coalitie
leden tegen de premier hebben gestemd,
maakt duidelijk hoe wankel de regering
thans staat.
De oppositie eiste in het debat het af
treden van minister Andreotti, die onder
premier Zoli financiën beheerde en thans
minister voor de Schatkist is. Andreotti
zei dat te zullen doen zodra iemand komt
met het bewijs dat hij bij de affaires van
Giuffrè betrokken is geweest. Hij zei dan
ook het parlement te zullen verlaten.
Naast Andreotti, staan de ministers
Togni van Openbare Werken en Vigorelli
van Arbeid en Sociale Zaken. De eerste
heeft zijn aftreden aangekondigd toen het
parlement weigerde zijn nieuwe verkeers-
wetgeving te aanvaarden. Vigorelli wil
heengaan omdat de sociaal-democratische
partij door troebelen en scheurmakers ge
kweld wordt. Togni's verkeerswet heeft
vooral de „zware jongens" van het weg
transport in het harnas gejaagd.
Maandag hervat het parlement zijn werk
vandaag handelt het enkele onbelang
rijke huishoudelijke zaken af en in de
week die dan begint kan de beslissing
vallen, al staan er nog geen halskwesties
op de agenda.
Kamperen
Laatst gewerd me over de post een
pracht van een catalogus vol prentjes be
treffende kamperen. Blijkbaar was men
van mening dat zo'n reislustig mens als ik
ben hiervoor wel veel belangstelling zou
hebben. Ik verdiepte me er in, bekeek de
onwaarschijnlijk schone, kronkelige dames
in kampeerkleding, de onwaarschijnlijk
stoere heren in dito, en met de hand op
het hart kan ik verklaren dat geen schrif
tuur me zo vermaakt heeft als dit boekje,
waarin nu letterlijk alles te koop stond,
waarmee men het kampeerleven op het
gewone leven kan doen lijken.
Het begon met de tenten. Wonderbaar
lijke bouwsels met flappen op en flappen
neer, met uitbouwen en erkers en serres,
met vertrekken voor alles en nog wat,
met daktuinen en terrassen, antichambres
en salons, herenkamers en vrouwenbou
doirs. Dan was er het meubilair om een en
ander te stofferen, banken, stoelen, tafels,
dressoirs, vliegenkasten, badkuipen en
douches en nog intiemere dingetjes. Dan
de keukeninventaris en die was haast nog
indrukwekkender dan de rest. Gas in fles
sen. elektra in accu's, fornuizen en kom
foren, potten en pannen, opvouwbare ser
viezen en dito bestek, doosjes voor boter
en eieren, voor vladen en wasmiddelen en
vuile was. Er waren messen waarmee men
een tijger te lijf kon, en sluwe mesjes om
snijbonen klein te krijgen. Er waren jonge
tentjes voor je hond, je poes en je hamster.
Er waren bedden, waarop zelfs die lastige
prinses op de erwt wel zou insluimeren, en
blaasbalgen om dezelve de bedden dan
op te blazen. En ook waren er kleding
stukken en geheimzinnige wollen petjes,
zonder welke geen eerzaam kampeerder
zich lekker kon voelen.
En dromend over al die kampeerspullen
begon ik te denken aan hen die het kam
peren beroepshalve vervullen en niet als
een vermaak „en masse" met achttiendui
zend andere kampeerders op een terrein
vol sanitair, radio's en postkantoren, win
kels en televisies.
Ik dacht aan nomaden en wildernisbe
woners, en zag weer hun kampen. Een
vuur tussen een paar keien, om op te ko
ken en de muggen weg te houden en warm
te blijven. Een stel dekens om je in te
rollen, niet op een soort luchtballon, maar
op moeder aarde zelve. Bagage die tot het
uiterste minimum is gereduceerd, omdat
ieder gewicht vermeden moet worden als
je niet op wielen maar op je eigen voeten
voortgaat. Water uit een stroompje of wa
ter uit een waterzak. Moeizaam bijeen ge
gaard brandhout of een bosje droog gras.
Kleding die alleen maar praktisch is en
nooit elegant of „sportief".
Een kampeerder-van-beroep ziet als
ideaal een leven in een echt huis, met een
echt bed en een echte keuken. Maar de
bezitter van dit alles ziet zijn ideaal in
een linnen paleis met comfort, en verbeeldt
zich dan een stoere woudloper te zijn.
Wat zijn we toch eigenlijk een rare
snoeshanen!
Sporry
HAVANA (UPI) Meer dan dertigdui
zend mensen drongen donderdag naar het
sportstadion van Havana, omdat daar de
processen begonnen tegen zeshonderd aan
hangers van de gevluchte dictator Fulgen-
cio Batista. Dit stadion met 15.000 zitplaat
sen heeft Batista nog laten aanleggen en
het was een jaar geleden officieel geopend.
Tot hen, die de processen eveneens bijwo
nen, behoren naar schatting 350 Ameri
kaanse en andere buitenlandse journalis
ten uit een twaalftal landen van het Wes
telijk halfrond.
De beklaagden zijn beschuldigd van mis
daden, die lopen van marteling tot moord,
onder het bewind van Batista begaan.
Slechts drie van hen die van „de meest
afschuwelijke misdaden" worden beschul
digd zouden de eerste dag van de proces
sen terecht staan. Die drie waren Sosa
Blanco, majoor Pedro Martinez Morejon
en luitenant-kolonel Ricardo Luis Grau.
Maar men kwam slechts aan de eerste toe.
De menigte brulde haar afkeuring uit, toen
Sosa, op de vraag of hij een verklaring
wenste af te leggen, bevestigend antwoord
de. „Ik ben hier niet om mezelf te recht
vaardigen of om clementie te vragen," zei
Sosa tegen de rechters van het hof. „Ik
weet niet of ik terecht sta in het Romeinse
colosseum (ook het stadion in Havana heet
Coliseum) of dat ik voor onze Heer Jezus
Christus sta. Ik hc-b niets te zeggen, alleen,
dat ik bevelen uitvoerde. Ik ben een man
van eer."
Bij die laatste opmerking barstte de me
nigte in nog wilder gehuil en geschreeuw
uit, totdat de president van het gerechts
hof dreigde de manifestanten uit het sta
dion te zullen laten verwijderen. Sori Ma
rin, de voornaamste openbare aanklager,
zei tegen Sosa Blanco, dat hij, daar hij
het recht had om zichzelf te verdedigen en
hem de diensten van een advocaat ter be
schikking stonden, de waarheid niet sprak
door het te doen voorkomen, alsof hij ge-
vonnisd werd als in het „Romeinse Colos
seum".
Majoor Jesus Sosa Blanco gaf gril toe
meer dan 108 mensen te hebben gedood.
Zijn beschuldigers het hoofd biedend, riep
hij uitdagend: „Ik zou dat, onder dezelfde
omstandigheden wéér doen".
Hem was onder andere ten laste gelegd
dat hij een vastgebonden man in een bran
dend huis had achtergelaten, zodat deze
levend verbrandde, voorts van de executie
van elf mijnwerkers uit de Nicaro-nikkel-
mijn. Hij wees deze beschuldigingen van
de hand en riep, dat hij het rebellenleger
waartegen hij in de provincie Oriënte
sti-eed, respecteerde en dat hij er opnieuw
tegen zou strijden, als dat nodig was. Maar
hij wuifde met zijn geboeide handen naai
de toeschouwers in het stadion en riep
luid: „Voor hén heb ik geen respect, zij
zijn geen rebellen."
Volgens Reuter slaagde de verdediging
erin aan te tonen, dat het grootste deel
der getuigenverklaringen slechts op praat
jes berustte.
(UPI) Inmiddels heeft Fidel Castro
het anti-Amerikaanse sentiment nog eens
de revolutionaire rechtspleging 'een aan
tal doodvonnissen zal opleveren, dat on
geveer gelijkstaat met een voor iedere dui
zend slachtoffers, die de Amerikaanse
atoombommen in Hirosjima en Nagasaki
geëist hebben.
NEW YORK (AFP) „Het feit, dat ik
mijn ontslag heb ingediend en mijn land
verlaten heb bewijst, dat ik vrede wilde,"
zo heeft oud-president Batista van Cuba
volgens de Newyorkse radio verklaard.
WASHINGTON (UPI) De Amerikaan
se regering zal geen Cubaanse refugié's
aan de nieuwe regering op Cuba uitleveren
voor berechting wegens „politieke mis
daden", aldus het State Department.
HAVANA (UPI) De eerste verdachte
in het monsterproces, dat in het sportpaleis
van Havana voor de ogen van 30 000 toe
schouwers gevoerd is, majoor Jesus Sosa
Blanco, is wegens meer dan 108 moorden
ter dood veroordeeld. Het proces heeft de
gehele avond en een deel van de nacht
geduurd.
Een speciale commissie van de Euro-
markt onder leiding van de Belg Jean Rey
zal deze maand nog een rondreis maken
langs de hoofdsteden der zes aangesloten
landen ten einde de standpunten der
regeringen te vernemen betreffende de
samenwerking tussen Euromarkt en de
rest van de O.E.E.S.
De commissie stelt hierover een rapport
samen voor de ministerraad van de Euro-
markt, dat vóór 1 maart gereed moet zijn.
Hierna zullen dan, naar verwacht wordt
nieuwe onderhandelingen met de O.E.E.S.-
landen buiten de Euromarkt beginnen. De
commissie-Rey brengt op 26 en 27 januari
een bezoek aan Rome, op 28 januari aan
Bonn, op de 29ste aan Parijs en de Bene-
luxlanden kunnen op 30 en 31 januari in
Brussel hun standpunten uiteenzetten.
Uit de Opregte Dingsdagsche Haarlemsche
Courant van 25 January 1859
In de Gemeente Pouderoijen, Dorp Aalst,
wordt een VELDWACH
TER gevraagd, tegen eene
jaarwedde van 120 en
f 30 voor kleeding. Gepas-
porteerde Marechaussées of
Militairen die eenig pen
sioen genieten, gezond en
sterk zijn en goed kunnen
Lezen en Schrijven worden uitgenoodigd
onder overlegging van voldoende getuig
schriften, zich met gefrankeerde Brieven
uiterlijk vóór den eersten February 1859
aan te melden bij den Burgemeester van
Pouderoijen te Brakel.
(Advertentie)