r Italiaans kabinet staat onder zware druk „Veroordeling negerjongetjes is een kwestie van heropvoeding" Dr. Adenauer en de Bondsdag veroordelen antisemitisme Monsterproces in het Coliseum van Havana begonnen Van dag tot dag Niet overtuigend ^Praatótcel Om wraak roepende menigte interrumpeert verhoren Duitse „Lotto"-briefjes in Nederland verkocht AMERIKAANSE VOORLICHTINGSDIENST: „NAUWELIJKS EEN RASSEN-INCIDENT" Actie tegen veroordeling van Amerikaanse jongetjes Baby van drie weken in New York ontvoerd Eén stem overwicht bij een geheime stemming Tegenstellingen over de gevallen Kilb en Strack 0p de i Euromarkt-O.E.E.S. ÏEiï i)p bFrlpöfn fiib VRIJDAG 23 JANUARI 1959 In diverse plaatsen van ons land zijn acties ontstaan, die in een of andere vorm uiting willen geven aan verontwaardi ging over de veroordeling van twee Ame rikaanse jongetjes tot een zeer langdurig verblijf in een tuchtschool, als straf voor het feit dat zij kleine meisjes tijdens een spelletje een zoen hadden gegeven. Er be staat geen twijfel aan dat deze gang van zaken zeer sterk beïnvloed is geworden door het feit dat de jongetjes zwart en de meisjes blank van huid waren met andere woorden, dat het hier een geval van rasdiscriminatie betreft. En juist dit feit heeft in ons land de verontwaardi ging gaande gemaakt, wat alleszins be grijpelijk en terecht moet worden ge noemd. Thans komt de „United States Infor mation Service", de officiële Amerikaan se regeringsvoorlichtingsdienst in Den Haag, met een uiteenzetting die men elders op deze pagina aantreft waar in getracht wordt de betekenis van de factor der rassentegenstelling in dit geval te verkleinen. Deze beschouwing heeft ons niet overtuigd. Zij zal weinigen kun nen overtuigen, omdat de argumentatie bizonder zwak en in sommige opzichten zelfs onaanvaardbaar is. Volledigheids halve de Amerikaanse lezing publice rend, kunnen wij daarom niet zonder commentaar hierop volstaan. Met opzet hebben wij in de aanvang van dit commentaar de aanduiding „neger" en „blank" weggelaten, om al dadelijk de aandacht te vestigen op de navrante tegenstelling in proporties tus sen de begane „misdaad" en de daarop volgende straf. Ware hier uitsluitend sprake geweest van blanke kinderen, dan zou het hele geval een zodanige absurdi teit hebben getoond dat ieder weldenkend mens zich met verbaasde ontsteltenis zou hebben afgevraagd of de kinderrechter in Monroe, North Carolina, wellicht aan verstandsverbijstering lijdt. Doch de tegenstelling „negerjongetjes" en „blanke meisjes" maakt het incident verklaarbaar en reëel, zij het enkel uit het oogpunt van een bestaande ontrech- ting en verdrukking van kleurlingen in een samenleving waarin de blanken zich door hun gebrek aan huidpigment supe rieur voelen. Wat zou de kinderrechter in Monroe hebben beslist, wanneer de jongetjes blank zouden zijn geweest? Hij zou in dat geval de Jongetjes niet eens voor zich hebben gekregen, aangezien ér "geen klacht zou zijn ingediend en de politie niet zou zijn opgedragen, de kinderen in voorlopige hechtenis te nemen. Er zou in dat geval geen „misdrijf" zijn geweest. Wat de Amerikaanse regeringsvoor lichtingsdienst beweert over het „zonden- register" van de twee jongens, is nauwe lijks te beschouwen als een serieuze po ging tot verklaring. Want het feit dat de kinderen er voordien steeds met een berisping afkwamen, illustreert hun zon den wel zeer duidelijk als doodgewone kwajongensstreken, die alle kinderen in alle landen plegen. De slechte schoolcijfers van de kleine James Thompson lijken ons evenmin een jarenlange opsluiting te rechtvaardigen, tenzij de Amerikanen de gewoonte heb ben ongeveer de helft van hun totale schooljeugd in tuchthuizen op te sluiten. Het is mogelijk dat het regiem in die tuchtschool niet streng is of volkomen op maatschappelijke vorming is gericht. Het zelfde kan men tegenwoordig van al onze gevangenissen zeggen. Het feit blijft, dat wee kinderen aan de gezinskring worden nttrokken en een staatsopovoeding krij- on binnen vier muren, op een motief dat liet alleen belachelijk zwak doch zelfs zeer subjectief moet worden genoemd. Het op eggen van staatsopvoedingen aan kinde ren is een van de principes van staats systemen, ter uitroeiing waarvan de Ver enigde Staten desnoods in een oorlog zou den willen gaan en reeds eenmaal gegaan zijn. Wij kunnen daarom niet het argument aanvaarden, dat ditzelfde principe als een heilzaam middel moet worden gezien om maatschappelijke euvelen in Amerika zelf te corrigeren. Tenslotte: de gezinnen, waaruit de kin deren zijn weggerukt, zijn verhuisd „om intimidatie en broodroof" te voorkomen. Wil men een veelbetekenend symptoom van de rol, die de rassendiscriminatie in Monroe speelt en in dit speciale geval heeft gespeeld, dan behoeft men waarlijk niet verder te zoeken. Ondanks alle verklaringen en vergoe lijkingen van welke zijde ook, komt het ons voor, dat de acties in Nederland een zeer juiste, verantwoorde inzet hebben, namelijk: „Gelijk recht voor allen". Een in Dusseldorp wonende, 33-jarige Nederlandse importeur heeft voor de jchtbank in Rotterdam terechtgestaan zegens overtreding van de loterijwet. Hij iu in ons land loten verkocht hebben van :e Duitse „Nord-West Lotto", een getal- nloterij. De importeur reisde voor een Juitse souvenierfirma geregeld tussen litsland en ons land op en neer, en bracht •an formulieren van de Duitse loterij mee. lij droeg ook voor de verdere afwikkeling zorg en deelde de prijzen uit. De officier eiste bevestiging van het von nis van de kantonrechter, honderd gulden boete. Er was geen verdediger. Uitspraak over veertien dagen. 's-GRAVENHAGE (ANP) Naar aan leiding van reacties in Nederland op het feit, dat twee jongetjes van zwarte huids kleur in Monroe, in de Amerikaanse staat Noord-Carolina, die kleine meisjes van blanke huidskleur zouden hebben gezoend, naar een opvoedingsgesticht gezonden zijn, deelt de „United States Information Ser vice" mee, dat het hier „ontdaan van alle feitenverdraaiing" om niet veel meer gaat dan de kwestie van de heropvoeding van twee a-scociale kinderen en de gezinnen, waaruit zij afkomstig zijn. Wat er precies in oktober verleden jaar in deze kleine stad is voorgevallen is niet bekend en de verhalen van de als getui gen gehoorde kinderen, in ouderdom va riërend van 6 tot 10 jaar, zijn met elkaar in tegenspraak, aldus de U.S.I.S. Twee negerjongetjes en een aantal blan ke meisjes hebben elkaar gezoend. Enke len beweren dat de negenjarige David Simpson, en de tienjarige James Hanover Thompson eenvoudig mee zijn gaan doen aan het „zoen-spelletje" dat door een groepje kinderen werd gespeeld. Anderen zeggen dat de beide jongens zich in het groepje gedrongen hebben en de meisjes hebben „gemolesteerd". De kinderrechter J. Hampton Price zegt, dat hij de jongens naar een staatsopvoe dingsgesticht heeft gezonden, niet vanwege de zoenpartij zelf, maar op grond van de huiselijke omstandigheden van de beiae jongens. Toen zich genoemd incident voor deed was tegen de jongens al een onder zoek bij de kinderrechter aanhangig we gens begane misdrijven. Vdlgens staats- autoriteiten waren de beide jongens spij belaars, die thuis geen passende verzor ging of leiding genoten. James Hanover Thompson werd op 24 april 1958 wegens diefstal voor de kinder rechter gebracht. Volgens mededeling van de overheid heeft de politie hem bij ver scheidene gelegenheden 's avonds op straat opgepakt en hem thuis gebracht, waarbij doorgaans zijn moeder niet thuis werd aan getroffen. Op zijn schoolrapporten staat de opmerking dat hij de openbare school on regelmatig bezoekt en dat hij in alle vak ken onvoldoende vorderingen maakt David Simpson werd tegelijk met Thompson op 24 april wegens diefstal voor de kinderrechter geleid. De volgende maand werd hij wederom voorgeleid, nadat hij met een groepje jongens was opgepakt toen ze probeerden in een pakhuis in te breken. In de loop der jaren, aldus de officiële gegevens heeft de politie de kinderen Simpson herhaaldelijk thuis gebracht, wanneer ze 's avonds zwervend door de straten werden aangetroffen. Rechter Price verklaart, dat de beide jongens vóór het „kissing incident" reeds acht of negen maal voor hem verschenen zijn, maar dat 'de dossiers niet alle vroeger begane mis drijven, vermelden, omdat „de jongens nog zo jong waren, en ik het bij een berisping had gelaten, in de hoop dat ze weer op het goede pad zouden komen". De opleidingsschool wordt niet be schouwd als een tuchtschool of gevangenis, maar als een onderdeel van een verlicht en vooruitstrevend stelsel voor de opleiding van jongens, wanneer de gezinnen niet in staat worden geacht een degelijke opvoe ding te verschaffen. De „zoen-affaire" kan volgens USIS nau welijks worden beschouwd als een plaat selijk rassenincident, „ofschoon volgens de stedelijke autoriteiten het rasaspect moge lijk heeft bijgedragen tot de wijze en de haast, waarmee de zaak is behandeld." Dr. A. E. Perry, vice-voorzitter van de plaatselijke afdeling van de nationale ver eniging ter behartiging van de belangen van kleurlingen, N.A.A.C.P., heeft in een persgesprek gezegd, zich in de allereerste plaats te verzetten tegen het feit, dat de jongens alvorens door de kinderrechter ge hoord te worden, zes dagen in de gevan genis hebben gezeten en hij maakt ook be zwaar tegen de procedure tijdens het ver hoor. Hij gaf toe dat de jongens thuis niet onder behoorlijk toezicht stonden, maar schreef dit toe aan de economische omstan digheden der gezinnen. Na het „kissing incident" is het volgende gebeurd: De politie van Monroe raadpleegde rech ter Price, die haar machtigde de jongens in „verzekerde bewaring" te stelien. In Monroe bestaat geen normaal huis van bewaring voor jeugdige delinquenten, zo dat de jongens werden ondergebracht in een afgescheiden deel van de districtsge vangenis totdat het verhoor zou plaats vinden. De moeders van de jongens, even als het bestuur van de N.A.A.C.P. wisten van deze situatie af en er werd geen ern stige poging gedaan hun vrijlating te ver krijgen en er werd evenmin tegen de maat regel van de politie geprotesteerd. Ook werd volgens de stedelijke autoriteiten niet geprotesteerd toen rechter Price een plaat selijk bestuurslid van de N.A.A.C.P. in kennis stelde van zijn voornemen de jon gens naar de opleidingsschool te zenden. Het verhoor door de kinderrechter vond op 4 november plaats, ongeveer zes dagen na de arrestatie van de jongens. Rechter Price sprak afzonderlijk met de ouders van de blanke meisjes en daarop met de negerjongens. Niemand bood zich tijdens het verhoor als raadsman voor de neger jongens aan, aanwezig waren hun moeders, het plaatselijke hoofd van de politie en een sociale werker van het ministerie van Sociale Zaken. Rechter Price verklaarde, dat hij de jon gens en hun moeders in kennis had gesteld van zijn voornemen hen naar de oplei dingsschool te zenden. Volgens hem had mevr. Thompson geen bezwaren hiertegen gemaakt, maar mevr. Simpson zeide, dat ze van plan was stappen te nemen teneinde haar kind uit de staatsvoogdij terug te krijgen. De ruchtbaarheid in de internationale pers ontstond nadat een Newyorks dagblad de kwestie als een voorbeeld van rassen- onrecht had gebrandmerkt. Blaine M. Madison, die belast is met het toezicht op de verbeter- en opleidings gestichten van Noord-Carolina, zegt dat de jongens niet strafrechterlijk vervolgd en veroordeeld zijn, maar ter beschikking van de regering zijn gesteld, die bepaalde dat zij naar de speciale school gezonaen moes ten worden voor een periode als „door on derwijsdeskundigen nodig geacht wordt in het belang van de kinderen". De kinder rechtbank kan niet eisen dat de kinderen voor „een bepaalde periode" in de school worden opgenomen. De jongens kunnen aan de ouders worden teruggegeven, wanneer de schoolopziener van mening is, dat zij thuis of in de ge meenschap geen moeilijkheden meer zullen opleveren en wanneer Sociale Zaken er van overtuigd is dat de beide gezinnen de jon gens „redelijke bescherming, leiding en verzorging" zullen bieden. De beide gezinnen zijn verhuisd naar het nabijgelegen Charlotte. De voorzitter van de N.A.A.C.P. van Noord-Carolina, Kelly Alexander, zegt dat dit met finan ciële hulp van de vereniging is gedaan om de gezinnen te rehabiliteren en zo de zorg over de kinderen weer terug te krijgen. Ze waren in Monroe slecht gehuisvest en in timidatie en broodroof moest worden voor komen. De N.A.A.C.P. zoekt thans werk voor de beide moeders die een groot gezin hebben te onderhouden. Mevrouw Simpson is weduwe en mevr. Thompson werd door haar man verlaten. Te Rotterdam is een actie begonnen voor de twee Amerikaanse jongetjes van donkere huidskleur, die, omdat ze een meisje van lichte huidskleur gekust heb ben, tot ongeveer 1970 in een tuchtschool zullen moeten verblijven. Op de oproep tot medewerking aan de ac tie zijn tal van reacties binnengekomen uit vele plaatsen in het land. Schoolkinderen en volwassenen zullen handtekeningen inzamelen en naar Rot terdam sturen. Men gaat door zolang er handtekeningen komen, en dan zal het re sultaat van deze actie, genaamd Actie Sneeuwbal, ter kennis worden gebracht van de bevoegde Amerikaanse autoritei ten. De leiders van het Martinushuis te Rot terdam, waar de actie begonnen is, zeg gen uitdrukkelijk geen politiek te willen bedrijven. Zij willen de actie gesteund zien door allen die getroffen zijn door het lot van deze jongetjes. Er zijn ook reeds reacties binnengekomen van verschillen de godsdienstige groeperingen. Het Martinushuis, dat werkt in de stads wijk Crooswijk, heeft in 1957 voor de lan delijke actie „Toverbal" ten bate van Hongaarse vluchtelingen een bedrag van 11.340 ingezameld. Ook Haarlems protest De ongeveer 450 leerlingen van het Lou- rens Costerlyccum in Haarlem hebben zich schriftelijk tot de Amerikaanse ambassade in Den Haag gewend met een protest tegen de veroordeling van de twee Amerikaanse negerjongetjes. NEW YORK (Reuter) Uit een woning in Manhaften, pep deel vap. DJew., York, is een baby van drie weken ontvoerd. De moeder, mevrouw Tavarez, had haar zoon- tje John achtergelaten onder de hoede van een vrouw, die ze enkele dagen geleden had leren kennen. Behalve de zuigeling waren nog twee dochtertjes van vier en vijf jaar in huis toen moeder uitging. De vader, die inmiddels van zijn werk thuis kwam, miste het jongste kind. Het is het tweede geval van kinderroof deze maand in New York. Op 2 januari werd het meisje Lisa Chionchio uit een ziekenhuis meegenomen. Dit kind werd een week later teruggevonden. Mevrouw Tavarez vertelde dat de vrouw haar voorgespiegeld had een grotere flat voor haar te weten en dat zij wel op de baby wilde passen als de moeder pools hoogte wilde nemen. Het opgegeven adres bleek een postkantoor te zijn en toen me vrouw Tavarez terugkwam was de vrouw met het kindje verdwenen. De beide an dere meisjes waren naar de buren gegaan toen de vrouw met de baby was wegge lopen. De laatste uitgave van het Boeing- straalpassagiersvliegtuig, dat nu alweer een paar maanden lang over de Atlan tische Oceaan heen en weer vliegt: dit is de Boeing 707-320 Intercontinental, die opstijgt voor zijn eerste proef vlucht. Het toestel is in alle opzichten groter dan de thans vliegende eerste lingen en kan met ruim 180 passagiers aan boord een afstand van achtduizend kilometer afleggen met een snelheid van 965 kilometer per uur. ROME (UPI) Met een overwicht van slechts één stem heeft de Italiaanse rege ring in de afgelopen nacht tijdens een geheime stemming de steun van de Kamer van Afgevaardigden gekregen. Op een motie over het schandaal van „Meneer honderd percent", dat de oppositie ge bruikt voor felle aanvallen op premier Fanfani, kreeg de regering 279 stemmen, de minimale meerderheid in de Kamer. Tegen stemden 278 afgevaardigden. De regering, een wankele coalitie, die zes maanden oud is, lijkt geen lang leven beschoren. Bij een volgend debat kan de regering vallen. De minderheidscoalitie van christen democraten en rechts-georiënteerde socia listen is in juli aan de macht gekomen. In augustus barstte het schandaal van de bankier Giuffrè en zijn fabelachtige renten los. Er kwam een commissie van onder zoek, die rapporteerde dat de minister van Financiën Preti, kamerleden, kerkelijke autoriteiten en ambtenaren in deze zaak niet vrij te pleiten zijn. De communisten en socialisten putten nieuwe munitie uit het rapport. Gisteravond laat kwam het in stemming, nadat de regering had voor gesteld het te aanvaarden. Met een drei- (Van onze correspondent in Bonn) Tijdens het grote debat over justitie in de Bondsdag te Bonn hebben gisteren zo wel bondskanselier Adenauer als de op- positie-partijen ten scherpste de reeks ge vallen van antisemitisme veroordeeld, die de laatste tijd in West-Duitsland zijn voorgekomen. De regering, aldus Aden auer, betreurt het ten zeerste wat er is ge schied. De gebeurtenissen betekenen een groot onrecht aan de Duitse staatsburgers van het Joodse geloof en een schade aan het Duitse aanzien in het buitenland. Van de zijde van de twee oppositie-partijen, de S.P.D. en de liberale F.D.P., stelde men, dat de gevallen die de laatste tijd door rechtbanken zijn behandeld tekenend zijn voor de in zekere Westduitse kringen heer sende geest. Zij menen, dat door deze an tisemitische, nazistische geest de vrijheid en de democratie in het algemeen be dreigd kunnen worden en zij klaagden de bondsregering aan omdat deze volgens hen niets gedaan heeft om schoon schip te maken, bijvoorbeeld in kringen van rech ters, die reeds in het nazi-tijdperk hoog te paard zouden hebben gezeten. Zij verwe zen naar de rechter in het Hamburgse ge- val-Nieland, die zelf, voor 1945, antisemi tische artikelen heeft geschreven. Het ver leden, aldus de socialist Arndt, is nog niet overwonnen. Hij kantte zich fel tegen een bepaalde mentaliteit, die zijns inziens ook in de regering heerst om een streep on der dat verleden te zetten. Even fel trok de oppositie van leer inza ke de reeks gevallen van corruptie, die de laatste tijd in West-Duitsland in de openbaarheid zijn gekomen. Men haalde het geval op van Kill, de vroegere mede werker van Adenauer. Men viel de regering voorts aan over het geval-Strack, een hoge ambtenaar van het ministerie van Buitenlandse Zaken, die door professor Von Hallstein, thans presi dent van de Commissie van de Europese Economische Gemeenschap, Blankenhorn Westduits ambassadeur te Parijs, en diens voorganger Von Maltzan op een zijspoor in zijn loopbaan zou zijn gerangeerd. Men verweet Adenauer dat hij in beide gevallen in het gerechtelijke onderzoek door allerlei verklaringen heeft ingegre pen. De bondskanselier wist alle verwij ten zo niet te ontzenuwen dan toch te ba gatelliseren. De veroordeling door Adenauer van de antisemitische uitingen van de laatste tijd en de verklaring van minister van Justitie Schaffer dat de gemiddelde Duitse rech ter betrouwbaar is, waren sterke punten voor de regering in het debat. In het algemeen kan men zeggen, dat zowel Adenauer als de oppositie gisteren van mening was, dat de Westduitse justitie in grote lijnen geen verwijten kunnen wor den gemaakt en dat er geen sprake is van een justitiële crisis in de bondsrepubliek, ondanks enige verdachte en betreurens waardige gevallen. Duidelijk werd even zeer dat het haast onmogelijk is het nazi verleden te verstoppen. Het ligt, zo zei een commentator, voor de deur van de justi tie en die moet het opruimen. Beloning (Reuter) De regering van de West duitse staat Noordrijn-Westfalen heeft een beloning van tienduizend mark uitge loofd voor inlichtingen die kunnen leiden tot de opsporing van hen, die vorige week hakenkruisen op de synagoge van Dussel dorp hebben geklad. (UPI) In „Welt der Arbeit" het offi ciële blad van het Westduitse vakverbond, schrijft Ludwig Rosenberg, een bondsbe- stuurslid dat in Egypte elke nazi asiel kan vinden. De Duitsers zijn er populair niet omdat Duitsland geen koloniën meer heeft, of een tijdlang bezet is geweest, maar „omdat wij nazi's zijn geweest." Duitsers hebben Joden vermoord, een füh- rerstaat uitgedacht en de voorbereiding van een oorlog geperfectioneerd. „Daarom zijn wij zo geliefd in Egypte. Dat is een droeve eer," aldus Rosenberg. Hij con cludeert dat de Westduitse regering zijn economische hulpverlening aan het land van Nasser móet. afbreken, omdat het door die hulp een broeinest van het nazis me op de been houdt. „Het gebruik van ons geld daarvoor is een groot schandaal. Er zijn genoeg anderen die er veel meer recht op kunnen doen gelden," zo zegt hij. stevig aangewakkerd door te zeggen, dat gende stemming in de Kamer, drie minis ters die aan aftreden denken, en politieke onrust in het land, kreeg de regering de gevraagde meerderheid met slechts één stem, voldoende voor de meerderheid, maar ontoereikend voor het voortzetten van de coalitie. Als de enkele communisten, die gister avond verstek hadden laten gaan, ook gestemd hadden was de regering gevallen. Zelfs dertien leden van de coalitiegroepen stemden tegen Fanfani. Het feit dat bij eerdere stemmingen al eens dertig coalitie leden tegen de premier hebben gestemd, maakt duidelijk hoe wankel de regering thans staat. De oppositie eiste in het debat het af treden van minister Andreotti, die onder premier Zoli financiën beheerde en thans minister voor de Schatkist is. Andreotti zei dat te zullen doen zodra iemand komt met het bewijs dat hij bij de affaires van Giuffrè betrokken is geweest. Hij zei dan ook het parlement te zullen verlaten. Naast Andreotti, staan de ministers Togni van Openbare Werken en Vigorelli van Arbeid en Sociale Zaken. De eerste heeft zijn aftreden aangekondigd toen het parlement weigerde zijn nieuwe verkeers- wetgeving te aanvaarden. Vigorelli wil heengaan omdat de sociaal-democratische partij door troebelen en scheurmakers ge kweld wordt. Togni's verkeerswet heeft vooral de „zware jongens" van het weg transport in het harnas gejaagd. Maandag hervat het parlement zijn werk vandaag handelt het enkele onbelang rijke huishoudelijke zaken af en in de week die dan begint kan de beslissing vallen, al staan er nog geen halskwesties op de agenda. Kamperen Laatst gewerd me over de post een pracht van een catalogus vol prentjes be treffende kamperen. Blijkbaar was men van mening dat zo'n reislustig mens als ik ben hiervoor wel veel belangstelling zou hebben. Ik verdiepte me er in, bekeek de onwaarschijnlijk schone, kronkelige dames in kampeerkleding, de onwaarschijnlijk stoere heren in dito, en met de hand op het hart kan ik verklaren dat geen schrif tuur me zo vermaakt heeft als dit boekje, waarin nu letterlijk alles te koop stond, waarmee men het kampeerleven op het gewone leven kan doen lijken. Het begon met de tenten. Wonderbaar lijke bouwsels met flappen op en flappen neer, met uitbouwen en erkers en serres, met vertrekken voor alles en nog wat, met daktuinen en terrassen, antichambres en salons, herenkamers en vrouwenbou doirs. Dan was er het meubilair om een en ander te stofferen, banken, stoelen, tafels, dressoirs, vliegenkasten, badkuipen en douches en nog intiemere dingetjes. Dan de keukeninventaris en die was haast nog indrukwekkender dan de rest. Gas in fles sen. elektra in accu's, fornuizen en kom foren, potten en pannen, opvouwbare ser viezen en dito bestek, doosjes voor boter en eieren, voor vladen en wasmiddelen en vuile was. Er waren messen waarmee men een tijger te lijf kon, en sluwe mesjes om snijbonen klein te krijgen. Er waren jonge tentjes voor je hond, je poes en je hamster. Er waren bedden, waarop zelfs die lastige prinses op de erwt wel zou insluimeren, en blaasbalgen om dezelve de bedden dan op te blazen. En ook waren er kleding stukken en geheimzinnige wollen petjes, zonder welke geen eerzaam kampeerder zich lekker kon voelen. En dromend over al die kampeerspullen begon ik te denken aan hen die het kam peren beroepshalve vervullen en niet als een vermaak „en masse" met achttiendui zend andere kampeerders op een terrein vol sanitair, radio's en postkantoren, win kels en televisies. Ik dacht aan nomaden en wildernisbe woners, en zag weer hun kampen. Een vuur tussen een paar keien, om op te ko ken en de muggen weg te houden en warm te blijven. Een stel dekens om je in te rollen, niet op een soort luchtballon, maar op moeder aarde zelve. Bagage die tot het uiterste minimum is gereduceerd, omdat ieder gewicht vermeden moet worden als je niet op wielen maar op je eigen voeten voortgaat. Water uit een stroompje of wa ter uit een waterzak. Moeizaam bijeen ge gaard brandhout of een bosje droog gras. Kleding die alleen maar praktisch is en nooit elegant of „sportief". Een kampeerder-van-beroep ziet als ideaal een leven in een echt huis, met een echt bed en een echte keuken. Maar de bezitter van dit alles ziet zijn ideaal in een linnen paleis met comfort, en verbeeldt zich dan een stoere woudloper te zijn. Wat zijn we toch eigenlijk een rare snoeshanen! Sporry HAVANA (UPI) Meer dan dertigdui zend mensen drongen donderdag naar het sportstadion van Havana, omdat daar de processen begonnen tegen zeshonderd aan hangers van de gevluchte dictator Fulgen- cio Batista. Dit stadion met 15.000 zitplaat sen heeft Batista nog laten aanleggen en het was een jaar geleden officieel geopend. Tot hen, die de processen eveneens bijwo nen, behoren naar schatting 350 Ameri kaanse en andere buitenlandse journalis ten uit een twaalftal landen van het Wes telijk halfrond. De beklaagden zijn beschuldigd van mis daden, die lopen van marteling tot moord, onder het bewind van Batista begaan. Slechts drie van hen die van „de meest afschuwelijke misdaden" worden beschul digd zouden de eerste dag van de proces sen terecht staan. Die drie waren Sosa Blanco, majoor Pedro Martinez Morejon en luitenant-kolonel Ricardo Luis Grau. Maar men kwam slechts aan de eerste toe. De menigte brulde haar afkeuring uit, toen Sosa, op de vraag of hij een verklaring wenste af te leggen, bevestigend antwoord de. „Ik ben hier niet om mezelf te recht vaardigen of om clementie te vragen," zei Sosa tegen de rechters van het hof. „Ik weet niet of ik terecht sta in het Romeinse colosseum (ook het stadion in Havana heet Coliseum) of dat ik voor onze Heer Jezus Christus sta. Ik hc-b niets te zeggen, alleen, dat ik bevelen uitvoerde. Ik ben een man van eer." Bij die laatste opmerking barstte de me nigte in nog wilder gehuil en geschreeuw uit, totdat de president van het gerechts hof dreigde de manifestanten uit het sta dion te zullen laten verwijderen. Sori Ma rin, de voornaamste openbare aanklager, zei tegen Sosa Blanco, dat hij, daar hij het recht had om zichzelf te verdedigen en hem de diensten van een advocaat ter be schikking stonden, de waarheid niet sprak door het te doen voorkomen, alsof hij ge- vonnisd werd als in het „Romeinse Colos seum". Majoor Jesus Sosa Blanco gaf gril toe meer dan 108 mensen te hebben gedood. Zijn beschuldigers het hoofd biedend, riep hij uitdagend: „Ik zou dat, onder dezelfde omstandigheden wéér doen". Hem was onder andere ten laste gelegd dat hij een vastgebonden man in een bran dend huis had achtergelaten, zodat deze levend verbrandde, voorts van de executie van elf mijnwerkers uit de Nicaro-nikkel- mijn. Hij wees deze beschuldigingen van de hand en riep, dat hij het rebellenleger waartegen hij in de provincie Oriënte sti-eed, respecteerde en dat hij er opnieuw tegen zou strijden, als dat nodig was. Maar hij wuifde met zijn geboeide handen naai de toeschouwers in het stadion en riep luid: „Voor hén heb ik geen respect, zij zijn geen rebellen." Volgens Reuter slaagde de verdediging erin aan te tonen, dat het grootste deel der getuigenverklaringen slechts op praat jes berustte. (UPI) Inmiddels heeft Fidel Castro het anti-Amerikaanse sentiment nog eens de revolutionaire rechtspleging 'een aan tal doodvonnissen zal opleveren, dat on geveer gelijkstaat met een voor iedere dui zend slachtoffers, die de Amerikaanse atoombommen in Hirosjima en Nagasaki geëist hebben. NEW YORK (AFP) „Het feit, dat ik mijn ontslag heb ingediend en mijn land verlaten heb bewijst, dat ik vrede wilde," zo heeft oud-president Batista van Cuba volgens de Newyorkse radio verklaard. WASHINGTON (UPI) De Amerikaan se regering zal geen Cubaanse refugié's aan de nieuwe regering op Cuba uitleveren voor berechting wegens „politieke mis daden", aldus het State Department. HAVANA (UPI) De eerste verdachte in het monsterproces, dat in het sportpaleis van Havana voor de ogen van 30 000 toe schouwers gevoerd is, majoor Jesus Sosa Blanco, is wegens meer dan 108 moorden ter dood veroordeeld. Het proces heeft de gehele avond en een deel van de nacht geduurd. Een speciale commissie van de Euro- markt onder leiding van de Belg Jean Rey zal deze maand nog een rondreis maken langs de hoofdsteden der zes aangesloten landen ten einde de standpunten der regeringen te vernemen betreffende de samenwerking tussen Euromarkt en de rest van de O.E.E.S. De commissie stelt hierover een rapport samen voor de ministerraad van de Euro- markt, dat vóór 1 maart gereed moet zijn. Hierna zullen dan, naar verwacht wordt nieuwe onderhandelingen met de O.E.E.S.- landen buiten de Euromarkt beginnen. De commissie-Rey brengt op 26 en 27 januari een bezoek aan Rome, op 28 januari aan Bonn, op de 29ste aan Parijs en de Bene- luxlanden kunnen op 30 en 31 januari in Brussel hun standpunten uiteenzetten. Uit de Opregte Dingsdagsche Haarlemsche Courant van 25 January 1859 In de Gemeente Pouderoijen, Dorp Aalst, wordt een VELDWACH TER gevraagd, tegen eene jaarwedde van 120 en f 30 voor kleeding. Gepas- porteerde Marechaussées of Militairen die eenig pen sioen genieten, gezond en sterk zijn en goed kunnen Lezen en Schrijven worden uitgenoodigd onder overlegging van voldoende getuig schriften, zich met gefrankeerde Brieven uiterlijk vóór den eersten February 1859 aan te melden bij den Burgemeester van Pouderoijen te Brakel. (Advertentie)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1959 | | pagina 5