Bij de vijftigste verjaardag van Plan voor een „tweede city" is geruisloos „de Pijp" uitgegaan Juliana K oiimgSiii Binding van de eenheid in de verdeeldheden ZATERDAG 25 APRIL 1959 11 Puzzel AMSTERDAMS ALLERLEI Hart des volks Koninklijke woorden Sater van bloemen Strijd om Nederlands kind in Belgisch pleeggezin Onder A woorden invullen van zes let ters. De woorden on der B bestaan uit de zelfde letters als de woorden onder A min een letter. De over gebleven letter van elk woord moet men onder C invullen. De volgorde der letters mag veranderd wor den. Bij juiste oplos sing leest men onder C een zegswijze. 1. A: aangezicht, B: veelheid. 2. A: insekt, B: smalle vaargeul. 3. A. ondergrondse bergruimte in een huis, B: bengel. 4. A: gebouw, waar onderwijs gegeven wordt, B: platvis. 5. A: zeer buigzaam, B: weversklos. 6. A: stad in Engeland, B: dwalen. 7. A: klaar, zuiver, B: iemand, die ge stolen goed verduistert. 8. A: wederk. voornaamw., B: gereed. 9. A: bovenste gedeelte ener breukuit drukking, B: kweker. 10. A: specerij, B: misprijzen. 11. A: dwarsziend, B: Bel. 12. A: geplaveideweg in dorp of stad, B: lijst. 13. A: Nederl. schilder van landschappen en dieren, B: bende. 14. A: duister, B: matig, karig. 15. A: blaashoorn, B: marterachtig roof dier. 16. A: roofdier in Azië en Afrika, B: gees telijke. Inzendingen vóór donderdagochtend. Prijzen 7,50, 5,en 2,50. OPLOSSING PUZZEL NO. 22 Horizontaal 1. abt, 4. rapport, 11. rob, 13. lorre, 15. pretor, 18. rieken, 20. eed, 21. lor, 23. kip, 24. leek, 25. bijl, 27. lek, 28. oer, 29. te, 30. amen, 33. nl, 34. er, 35. os, 36. ar, 37. aria, 39. a.p., 40. are, 41. Ede, 42. fut, 44. eren, 45. ora, 47. tas, 49. ent, 50. pagaai, 53. parade, 55. imker, 57. pia, 58. popelen, 59. alt. Verticaal: 2. breder, 3. tot, 5. al, 6. por, 7. prik, 8. ore, 9. rekken, 10. spelonk, 12. bol, 14. A.N.P., 16. reëel, 17. robe, 19. eik, 22. rij, 26. la, 27. les, 29. tri, 31. mop, 32. krenten, 34. ere, 36. arend, 37. adagio, 38. af, 39. atap, 40. areaal, 41. era, 43. ut, 45. opa, 46. cake, 48. sap, 51. amp., 52. iel, 54. Ria, 56. re. Prijswinnaars: 7,50: Mej. B. Visser, Velserduinweg 16, IJmuiden-O.; f 5, mevr. v. d. Veldt, Assendelverstraat 9, Haarlem; 2,50: D. Mulder, Liedeweg 12, post Haarlem. Tussen gerechtelijke instanties te Bre da en te Turnhout (België) is een strijd gaande om een Nederlands kind, José Venmans, dat in een Belgisch pleeggezin de familie De B. te Rijckevorsel, is opge nomen, ondanks ernstige bezwaren van de Raad voor de Kinderbescherming te Breda. Een Nederlandse gerechtelijke be slissing, waai'bij het kind onder Neder lands toezicht wordt geplaatst, is door het gerechtshof te Turnhout behandeld en in beraad gehouden. Het kind werd te Antwerpen uit een ver houding van een Nederlandse serveerster met een Nederlandse beroepsmilitair ge boren en bij de burgerlijke stand inge schreven als José Venmans. Nadat de moe der echter te kennen had gegeven niet goed te weten wat ze met het kind moest beginnen, werd het meisje met toestem ming van de moeder in het gezin De B. als pleegkind opgenomen. Het kind kon niet geadopteerd worden, omdat daar voor aan Belgische, zowel als aan Neder landse formaliteiten voldaan zou moeten worden en de Nederlandse voorwaarden niet geheel in acht genomen konden wor den. De Bredase Raad voor de Kinderbe scherming stuitte, toen een onderzoek in het pleeggezin ingesteld zou worden, op gebrek aan medewerking van de plaatse lijke autoriteiten te Rijckevorsel, zodat voor dit onderzoek de hulp van de Belgi sche consulaatskanselier ingeroepen moest worden. Het kwam zover, dat gerechtelij ke autoriteiten in Brussel er op aandron gen het kind in een ander Belgisch pleeg gezin onder te brengen, aangezien ter wil le van het kind verandering gewenst was. Het bleek echter niet de Belgische bedoe ling te zijn de kleine José naar Nederland te laten gaan. Hiertegen kwam de Raad voor Kinder bescherming, die José in een Nederlands gezin wilde plaatsen, in verzet. Nadat de zaak bij de .rechtbank te Breda aanhangig was gemaakt, werd op 3 april de voogdij van de moeder, wie het lot van het kind geheel onverschillig was, geschorst en werd het kind aan de raad toevertrouwd. De twee pogingen die de raad daarna heeft gedaan om het kind naar Nederland te brengen zijn mislukt, de eerste keer om dat het kind verborgen werd gehouden en de tweede keer omdat de afgevaardigde van de raad het kind van de pleegouders slechts mee kon krijgen tegen betaling van 200.000 Belgische frank... De zaak is daarom nu bij het gerechtshof te Turnhout aanhangig gemaakt. voorzijde van de wagens. Amsterdam kan gerust zijn. Er is overigens geen Amster dammer, die de kleuren en de kleurcom binaties alle kent. Hij kent slechts de kleur van „zijn" tram, de lijn, die hem thuisbrengt. Maar die kleur wil hij dan ook zien, zelfs op honderd meter afstand. De „Titus" wordt gesloopt. Het in 1930 door de Neptune-werf te Rostock gebouw de s.s. „Titus" van de K.N.S.M. is voor de sloop verkocht aan de Scrapping Company te Brussel. (Van onze Amsterdamse redacteur) Tussen de stapels saneringsplannen, die Amsterdam in de loop der jaren heeft op gebouwd, zal men er vergeefs één voor de binnenstad binnen de grachtengordels vin den. Zeker, er staat sinds 1935 een ver breding van de Utrechtsestraat op het pro gramma, maar een groots saneringsplan is er niet. En dat is misschien maar goed ook, want het zou een oorlog ontketenen tussen voor- en tegenstanders. Omdat het Amsterdamse gemeentebestuur zich altijd enige keren bedenkt voor het tot daden overgaat, heeft het een uitweg gezocht in een plannetje, dat de hoofdstad aan een zogenaamde „tweede city" moet helpen. De binnenstad met haar monumenten zou dan worden gespaard. Jarenlang heeft men gemeend, dat deze tweede zakenwijk in „De Pijp", het oude deel van Amster dam-Zuid zou moeten komen. Niemand had bezwaren, want „De Pijp" is een buurt waarop een stad allerminst trots kan zijn. Het plan is evenwel een papieren plan ge bleven. Maar inmiddels is de hoofdstad begonnen met allerlei gebouwen te plaat sen in en rond de Wibautstraat: de Raad van Arbeid, het Belastingkantoor en eni ge grote particuliere kantoorgebouwen. Amsterdam is dus, zonder het met opzet te doen, bezig een tweede city te bouwen. De wijk zal straks worden uitgebreid met de nieuwe bebouwing (winkels en kanto ren) in de nieuwe Weesperstraat. En in de toekomst sluit het saneringsplan Nieuwmarkt hierop aan. Niemand praat nu meer over de noodzaak om „De Pijp" te saneren. Flats zonder huurders Een stadsuitbreiding is niet alleen een kwestie van huizen bouwen. De tuinstad Buitenveldert bijvoorbeeld, die ten zuiden van Amsterdam in aanbouw is, zal, om stedebouwkundig verantwoord te zijn, een aantal hoge flatgebouwen moeten tellen. Voorlopig staan er vijf op het program ma totaal 315 woningen en men kan eigenlijk onmiddellijk met deze in premie- bouw uit te voeren projecten beginnen. Maar nu blijkt, dat de woningbouwvereni gingen, die de flats zouden bouwen, huiverig zijn geworden. Men vreest namelijk dat er geen huurders zullen komen: de ervaring heeft geleerd, dat de woningnood voorbij is voor degenen, die meer dan 200 huur per maand kunnen betalen. En deze flats zullen duurder worden dan 200 in de maand. Die gebouwen moeten er toch ko men, menen de stedebouwkundigen. „Wij willen onze vingers er niet aan branden, zeggen de bouwverenigingen. De gemeen te, die voor een soortgelijk flatgebouw in Nieuw-West al meer geld heeft uitgegeven aan advertenties om gegadigden te vinden dan dat aan huur is ontvangen van de weinige bewoonde huizen, is ook niet en thousiast. Er wordt nu gedokterd aan een plan om door het toepassen van vereen voudigingen in het ontwerp op een lagere huurprijs te komen. Het schijnt, dat 150 per maand het maximum is om in Am sterdam nog huizen te kunnen verhuren. Kleur bekennen Er zijn weinig steden in de wereld, waai de stadtrams naast lijnnummers ook kleu ren voeren. Zolang er in Amsterdam trams rijden, hebben deze trams schildjes ge voerd met voor iedere lijn een eigen kleur. Zo heeft lijn 9 een groen teken en lijn 24 een groen-wit. De na de oorlog in gebruik genomen wagens hadden deze kleuraanduiding aanvankelijk niet. Het Amsterdamse publiek nam dat niet. Er kwamen protesten bij de tramdirectie en men heeft toen in allerijl schildjes laten aanbrengen op de voorruiten. Het was een noodoplossing, die nu wordt vervangen door sierlijke lichtbakjes aan de boven- Zwembad in het bos Nauwelijks zijn de schroeven van de be stedingsbeperking wat losgedraaid of in Amsterdam is het gemeentebestuur met grote voortvarendheid aan de slag gegaan om ee. aantal belangrijke zaken ter hand te nemen. Er worden op verschillende plaatsen nieuwe bruggen gebouwd en op vele punten in de binnenstad zijn de inge wanden blootgelegd om noodzakelijke ver nieuwingen aan het ondergrondse leidin- gennet aan te brengen. Nu is er ook een raadsvoorstel gekomen om vijf miljoen gulden uit te trekken voor een snelle bouw van een groot zwembad in het Amster damse Bos. Als over een paar weken de openluchtbaden weer opengaan, zal op nieuw blijken, dat Amsterdam te weinig zwembaden bezit. Het gemeentebestuur is van plan hieraan op korte termijn een ein de te maken. Oost krijgt z'n Flevoparkbad en in de Spaarndammerbuurt wordt het bestaande bad uitgebreid. De volgende stap zal zijn de bouw van vier overdekte zwembaden in de westelijke tuinsteden. Een gedurfde onderneming, want de ex ploitatie van een overdekt bad is geen lu cratieve bezigheid. Amsterdam telt thans vier overdekte baden en één instructiebad. Maar deze zijn niet voldoende om alle zwemliefhebbers tevreden te stellen. Startbaan In april 1960 zal de nieuwe startbaan voor straalverkeersvliegtuigen op Schip hol waarvoor het dorpje Rijk moet ver dwijnen gereed moeten zijn. Daarom wordt er thans met man en macht ge werkt aan dit onder leiding van de hoofd stedelijke dienst der Publieke Werken staande project. De nieuwe baan wordt 3300 meter lang en 75 meter breed. De dikte van het beton zal één meter bedra gen. De betonmolens verwerken 400 ku bieke meter beton per dag. Voor de drai nering moeten honderdduizenden drai- neerbuizen worden gelegd. Voor de lozing van het regenwater wordt een 12 meter brede sloot gegraven. SLECHTS ZELDEN IS HET EEN VOLK GEGEVEN EEN PERSONIFICATIE VAN HET VOLKSGEWETEN TE BEZITTEN. WIJ NEDERLANDERS VOR MEN EEN VAN DIE BEGENADIGDE VOLKEN. DE PERSONIFICATIE VAN ONS COLLECTIEF GEWETEN IS DE DRAAGSTER VAN DE KROON. ER BESTAAT ALLE AANLEIDING, ONS OP DEZE - ONOFFICIËLE MAAR ZEER BELANGRIJKE - FUNCTIE VAN HET KONINGSCHAP TE BEZINNEN, NU KONINGIN JULIANA BINNEN ENKELE DAGEN DE LEEFTIJD BEREIKT DIE EEN BELANGRIJKE MIJLPAAL IS IN IEDER LEVEN, IN DIT GEVAL DUS OOK IN IIET LEVEN VAN HET NEDER LANDSE VOLK, WAARIN ZIJ DEZE FUNCTIE VERVULT. Nog kort geleden konden wij, door weer geving van de woorden die de moeder van onze Koningin wijdde aan herinneringen uit de tijd van Juliana's kindsheid, een beeld geven van de jeugdjaren van deze koninklijke telg, die als enig kind opgroeide in de sfeer van het eeuwbegin. Ontvouw de zich bij haar reeds vroeg de ernst en de toewijding die voor de vervulling van haar roeping ontbeerlijk zouden zijn, de eerste jaren na haar studie boden Prinses Juliana de volle gelegenheid haar menselijke gaven te ontplooien. Mede dank zij haar initiatief •kwam bijvoorbeeld het Nationaal Crisis Comité tot stand, waarvan zij het erevoor zitterschap op zich nam. Het honoraire karakter van deze functie was evenwel in hoge mate in strijd met de hoeveelheid werk, welke zij voor dit comité verzette. Het heeft waarlijk niet aan gebrek aan haar werkkracht gelegen, dat de inter nationaal om zich heen grijpende wanorde uitgroeide boven de macht van een natio nale steunorganisatie. Het jaar 1934 bracht het Koningshuis zware slagen toe: de dood van koningin moeder Emma en van Prins Hendrik. Voor Prinses Juliana had dit tot direct gevolg, dat zij voor vele openbare taken werd gesteld, die voorheen door haar grootmoe der en haar vader werden verricht, terwijl zij tevens plichten overnam van haar moe der, die zwaar onder de verliezen gebukt ging en in die jaren zichtbaar verouderde. In deze jaren maakte Prinses Juliana uit persoonlijke ervaring kennis met de „een zaamheid" rond de troon. Twee vrouwen als plechtanker voor een dynastie. In de sfeer van deze beschouwing kan veel uit die jaren onvermeld blijven, doch niet de taak, welke Prinses Juliana nog in 1934 van haar toen overleden vader over nam: het voorzitterschap (let wel, niet het ere-voorzitterschap) van het Nederland- sche Roode Kruis. Pas kort voor haar troonsaanvaarding legde zij deze functie weer neer. Met onvermoeide ijver heeft zij in deze functie een werkelijke werk-taak geschapen, en slechts zelden ontbrak zij bij de wekelijkse bestuursvergaderingen. In Canada zette zij in ballingschap deze arbeid met grote energie voort, zo plichts getrouw zelfs dat zij eenmaal „vrij" vroeg toen haar moeder haar voor het eerst in haar ballingschapsoord kwam opzoeken! Onvermeld mogen bovendien niet blijven haar werk in de jeugdbeweging, in het bij zonder de padvinderij, en de voortzetting van de arbeid van haar overleden groot moeder voor de tuberculosebestrijding. En kele jaren geleden nog werd aan deze zegenrijke arbeid herinnerd bij het over lijden van Jan van Zutphen, wiens werk steeds haar diepste bewondering en hoog ste achting heeft genoten. Een half jaar nadat Prinses Juliana in het Oostenrijkse wintersportplaatsje Igls Prins Bernhard von Lippe Biesterfeld voor het eerst ontmoette, beleefde Nederland de glorieuze, onvergetelijke achtste september 1936, toen de verloving bekend werd ge maakt. Enkele dagen later stormde Prins Bernhard letterlijk en figuurlijk het Ne derlandse gezin binnen. Naast, veel zegen is ook droefenis het gezin van Prinses Juliana en Prins Bern hard niet bespaard gebleven. Leven en noodlot letten nu eenmaal niet op rang, stand, maatschappelijke plaats en entou rage. Ons volk heeft door de jaren heen intens meegeleefd met de gebeurtenissen in dit gezin, de vreugde gedeeld (zelfs en mis schien nog het sterkst in de bezettings jaren) bij de geboorte van de vier prin sesjes, evenzeer als de smart over de sluier, welke over het leven van ons jongste prin sesje werd gelegd. Meegeleefd evenzeer met andere zeer persoonlijke moeilijkheden waarmee het koninklijk gezin in later jaren werd geconfronteerd. Dat ook deze toch niet aan ons volk voorbij konden gaan, toont aan, hoezeer dit Oranje-gezin in het hart van het volk leeft, een integraal deel van de gemeenschap uitmaakt, ja zelfs het hart van onze samenleving is. Wat in het hart geschiedt kan nu eenmaal voor het geheel niet verborgen blijven. Prinses Juliana was voordien geleidelijk gegroeid naar de taak en het werk van Koningin Juliana: de eerste maatschappe lijke plichten na de meerderjarigheid, de sociaal en menselijk waardevolle studie jaren, de nieuwe intensieve contacten met ons volksleven na de verliezen in 1934, het deelachtig doen worden van haar volk in de vreugden van een nieuw bloeiend ge zinsleven, waaruit zijzelve een nieuw ver trouwen van ons volk kon putten, de ver dieping van denken en handelen in de Canadese ballingschapsjaren die een in ons land bijna niet te verwezenlijken vrij „normaal" gezinsleven mogelijk maakten de uitvoering van belangrijke plichten in die jaren op het gebied van de verhouding tussen Nederland en den vreemde, en Ne derland en de West, de volle maatschappe lijke taak welke zij na de terugkeer in ons land aanvaardde, en tenslotte de twee regentschappen die haar met koninklijk gezag bekleedden nog voordat zij in 1948 de koninklijke waardigheid aanvaardde. Vèrdeeldheid is een van de kenmerken de eigenschappen van ons volk: topogra fisch door rivieren en kanalen, geestelijk door godsdienst, politiek door een veelheid van partijen en op verschil van inzicht ge baseerde partij-vleugels. Toch heeft deze verdeeldheid ook een positieve waarde. Haar deugd is, dat zij laat zien waar eenheid heerst. Slechts wanneer verdeeld heid zó zonneklaarwordt geaccepteerd en getolereerd als bij ons, kan uiterlijke een heid serieus worden genomen. Het tegen deel hebben wij maar al te zeer leren inzien in het vroegere Duitsland en het huidige Oosten. Wij behoeven daarom ook niet he lemaal zonder trots en alleen maar met dankbaarheid jegens Koningin Juliana te constateren, dat zij in deze zeer moeilijke tijd, zwaar van de grootste problematiek, op voorbeel dige wijze is opgetreden als ons col lectief geweten. Het is een weder kerigheid van verdienste, die beide partijen siert en deugd doet, en tevens een hernieuwd bewijs van de orga nieke verbondenheid tussen het Ne derlandse volk en Oranje. Dank zij de klaarblijkelijke eenheid in ons volk waar het gaat om liefde voor en vertrouwen in Oranje mocht Koninging Juliana deze taak als ge weten vervullen, dank zij het feit dat eenheid in gewetenskwesties in onze verdeelde samenleving zo nauwkeurig te bepalen valt, wist zij hoe zij als zo danig spreken kon. Vanzelfsprekend is de geschiedenis van volk en wereld in de periode waarin Ko ningin Juliana onze vorstin was, niet geheel los te maken van de persoonlijke aspecten van haar plaats in onze gemeenschap en de wijze waarop zij die plaats bekleedt. Tijdens haar bezoek aan Denemarken in juni 1953 sprak Koningin Juliana de stu denten van de universiteit te Kopenhagen toe. Zij constateerde dat het een kenmerk van de jeugd is, veel geluk van het leven te verwachten en tevens te hopen, veel goeds in de wereld te kunnen doen, ja, die wereld ten goede te veranderen„maar zó is het leven niet", vervolgde zij. „Het is, wanneer men gelukkig is, vaak zo dat men zelfzuchtig en het allerminst tot offers bereid is wanneer men ongelukkig is, begrijpt men de moeilijkheden en het leed van anderen en is men geneigd z'n laatste woord met anderen te delen". Dit zijn woorden, waarachter grote te leurstellingen schuil gaan als zij gesproken worden door iemand, die talloze malen getoond heeft de moeilijkheden van ande ren te begrijpen. In een tijd, waarin groei naar een grotere eenheid in kleinere kring als bijvoorbeeld Europa en de Benelux een vertrouwde toe komstverwachting begon te worden, pleitte zij met warmte voor een der oudste Neder landse idealen: internationale samenwer king op basis van begrip voor onderlinge Levinus Tollenaar uit Haarlem heeft voor het Openluchttheater in Bloe- mendaal een bloemenmozaiek ont worpen, dat maar liefst tweehonderd vierkante meter beslaat. Het mozaïek stelt een bosgod (sater) voor, die een baard van zonnestralen heeft en grijnzend door een toneeldoek heen kijkt, daarbij op een dubbel panfluitje blazend. Zondag zullen de Haarlemse bloemenmeisjes van drie tot vijf uur bloemen uitreiken in het Openlucht theater, tijdens het grammofoonplaten- concert van muziek van Cl. Debussy, dat dan ten gehore zal worden gebracht. afhankelijkheid en individuele verantwoor delijkheid: „ITet is een kei-hard feit, dat een grotere eenheid van Europa en ook van de wereld niet bereikt kan worden zonder offers. Men zou kun nen zeggenals we Europa opbou wen, dan moeten de bouwstenen ver bonden worden met het cement van het offer. Dit zal moeten worden be reid met het puin van de betrekkelijk kleine huisjes, die noodzakelijk moe ten worden afgebroken om plaats te maken voor het grotere gebouw. In dien er ook maar enige taak vlak voor de hand ligt, en die door uw generatie wil worden aangepakt, dan is het wel die van het bouwen van een nieuw, verenigd, vrij Europa. Het is overduidelijk, dat die opbouw een dringende zaak is. Binnen een kwart eeuw zullen wij in Europa of allemaal in hetzelfde huis wonen of allemaal in dezelfde ruïne ondergaan". Koningin Juliana formuleerde hiermee een gedachte, die in ons gehele volk leeft sinds eeuwen en die in het recente ver leden gebleken is uit ons streven. Zo zou den talloze voorbeelden te geven zijn van de stem van Koningin Juliana als collectief geweten van ons volk. Naar menselijke maatstaf gemeten is vijftig jaar een mid delbare leeftijd, doch de menselijke zucht naar vieren en herdenken, naar hoogte punten in een te dikwijls vlak dagelijks bestaan vraagt om een ogenblik stilstaan bij deze mijlpaal. Menselijke wijsheid en menselijke verdienste moeten echter niet worden gemeten naar de lengte maar naar de diepte, de intensiteit van het mede leven, de mate waarin de mens naar ver mogen het leven van anderen verrijkt. Daarom hebben wij bij deze „mijlpaal" niet in de „lengte" gemeten in een chro nologische biografie, maar in kort bestek getracht de diepte te peilen van dit leven voor zover het mogelijk is in de gegeven situatie: de oprechtheid van het geweten, dat op zo overtuigende en ontroerende wijze steeds sprak, waar om een woord, een gebaar, begrip werd gevraagd. Net wil ons voorkomen, dat erkenning van de verdiensten op dit terrein het groot, ste nationale geschenk is dat wij Koningin Juliana kunnen aanbieden, omdat het haar machtigt, voort te gaan op de weg die haar verder door deze mijlpaal voert.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1959 | | pagina 11