Expositie van werk van Georg Rueter Bij het nieuwe loonbeleid is weinig rekening gehouden met vervoersproblematiek „Romeo en Julia" van Lifar bij het Nederlands Ballet Prix Renaudot Nieuwjaarsreceptie van Commissaris der Koningin Prijs voor Alexander Voormolen Speciale aanbieding Stoomketel ontploft op kwekerij Amsterdams Operagebouw mogelijk toch op plaats van oude RAI DINSDAG 8 DECEMBER 1959 7 Blommers op StRaphael"-congres Kerst- Surprise voor de A anstaande Moeder! Gereformeerde deputaten voor beperkte nieuwe zendingstaken Besloten voorstelling van „Free and Easy" ZUIVER WOLLEN DEKENS 29.75 59.50 „De parapluie" onderscheiden Stuk van Van Evsselsteijn in Schotland in première Zestienjarige knecht om het leven gekomen Trygve Gulbranssen bezoekt ons land Plan voor „Hollandse Week" in Glasgow Het hoofdbestuur van de R.-K. Bond van Vervocrspersoneel „St. Raphael" staat nogal gereserveerd tegenover hetgeen onder de vlag van vryere, meer gedifferen tieerde loonpolitiek wordt opgediend. Dit zei de voorzitter van deze Bond, de heer J. M. Blommers in zyn openingsrede ter gelegenheid van het tweedaagse congres dat door „SI. Raphael" in Utrecht wordt gehouden. De heer Blommers noemde het standpunt van zyn bond voor de K.A.B.-leiding geen geheim. Zy weet daar alles van, zo zei hy, maar de onderlinge verhoudingen hebben er echt niet door geleden. „St. Raphael" gelooft trouwens dat de K.A.B. by haar streven naar meer vryheid voor het georganiseerde bedrijfsleven wel wat anders voor ogen heeft gestaan dan hetgeen er volgens de nieuwe richtlijnen wel en niet mogelyk is. Het grote bezwaar van de katholieke vervoersbond tegen de „aanwijzingen" voor het College van Ryksbe- middelaars plus de later gegeven „interpretaties", is, aldus de heer Blommers, dat van regeringskant te weinig om niet te zeggen geen rekening is gehouden met de uitzonderlijke positie van het beroepsvervoer. In dit verband legde de heer Blommers er de nadruk op dat de Nederlandse Spoor wegen eigendom van de staat zijn, ondank het particulier lijkende visitekaartje „n.v. Nederlandsche Spoorwegen". Men moet, volgens hem, in de hele bedrijfs voering ook in datgene wat nooit tot de buitenwereld doordringt rekening houden met de opvattingen van de regering. De heer Blommers noemde het zonder meer duidelijk dat de regering als hoedster van het algemeen belang zich door heel an dere overwegingen dan die van een zelf standige ondernemer moet laten leiden. Schijn ophouden Zo kunnen bij voorbeeld de spoorwegen op economische overwegingen bepaald niet een serie niet rendabele spoorlijnen opheffen. Daar steekt de staat een stokje voor. De heer Blommers toonde aan dat hierdoor de rentabiliteit nadelig beïn vloed wordt. Daarom is er naar zijn me ning geen sprake van dat de economische resultaten van de spoorwegen met dezelf de maatstaven kunnen of mogen worden gemeten als voor industrie, nijverheid en handel. Als men nu in Nederland met die spoor wegen per se de schijn wil ophouden van een zelfstandige, door economische en commerciële overwegingen geleide onder neming, dan kunnen wij, aldus de heer Blommers, daar best vrede mee hebben als dat kreupele spel maar niet wordt af gewenteld op het personeel. Dat gevaar is, naar zijn mening, door het nieuwe sys teem van loonvorming in veel sterkere mate op de voorgrond getreden. Geen normale situatie Sprekende over het beroepsvervoer over de weg, met zijn op twee wetten gebouwd vergunningsstelsel, zijn eigenaardige richtlijnen en de door de regering gehan teerde tarievenpolitiek, zei de heer Blom mers, dat ook voor dit vervoer onmoge lijk kan worden volgehouden, dat men hier met normale, economische en com merciële maatstaven tewerk kan gaan. Een stijgende produktiviteit, behoorlijke rentabiliteit en niet doorberekenen in de prijzen, zijn, volgens de heer Blommers, wel de sterkste troeven om loonsverho ging te bepleiten. Hij noemde dit op zich zelf wellicht allemaal zeer te waarderen maar voor het beroepsvervoer niet te vervullen voorwaarden. Het is zeker niet zo, aldus de heer Blom mers, dat er in het hele beroepsvervoer geen produktiviteitsstijging meer zou zijn te bereiken en nergens van een redelijke rentabiliteit zou kunnen worden gesproken, waardoor niets aan de lonen zou kunnen Advertentie Speciale aanbieding: POSITIEROK, zuiver wollen flannel af 15.95 CHIQUE BLOUSE effen, no-iron, diverse fijne streepjes af 17.50 In een rapport, dat de generale zen- dingsdeputaten aan de generale synode der gereformeerde kerken zullen uit brengen, wordt voorgesteld om beperkte zendingstaken te aanvaarden in Argen tinië, Brazilië, West-Pakistan en Roeanda- Oeroendi. Deze taken zouden dan na ver loop van tijd kunnen uitgroeien tot zen dingsterreinen, waarover later een beslis sing kan worden genomen. De generale synode zal zich over deze voorstellen be raden en mogelijk een beslissing nemen op haar vergadering van januari aanstaande. De zending van de gereformeerde ker ken was al enige tijd bezig met de vraag, of het gewenst en mogelijk is om naast het werk in Indonesië elders in de wereld nieuwe zendingstaken te aanvaarden. Ver scheidene waarnemers zijn in de loop van dit jaar naar verscheidene windstreken uitgezonden. Uit het overleg van de zendingsdepu- taten met de zendende kerken, die op de nieuwe terreinen zouden gaan werken, is gebleken, dat zonder enige twijfel het zendingswerk in Indonesië, in nauwe samenwerking met de daar gevestigde kerken, de volledige aandacht moet blijven behouden. Aan de wens daartoe van de Indonesische kerken, zal dus ten volle worden voldaan. Deze samenwerking zal volgens deputaten nog voor lange tijd kunnen en moeten worden voortgezet. worden gedaan zonder dat direct tariefs verhoging wordt ingevoerd, i Tariefskwestie In dit verband herinnerde de heer Blom mers eraan, dat de werknemers samen met een serie werkgevers in het wegver voer bij het College van Rijksbemidde laars voorstellen hebben ingediend tot verbetering van de inkomsten van het personeel. De werkgevers waren helaas slechts tot indiening van die voorstellen bereid, in dien tegelijk ook de tariefkwestie aan de orde zou worden gesteld, zo zei de heer Blqmmers, die hierbij opmerkte, dat toen tegen een van de hoekstenen van het rege ringsbeleid werd geschopt. Pogingen van de vakbonden om de werkgevers te bewe gen die prijsclausule in te trekken, hebben tot nu toe gefaald. De vakbonden zijn van oordeel, aldus de heer Blommers, dat de betrokken werkgevers er hun tarievenpro- bleem niet door behoeven af te schrijven indien zij nu die prijsclausule intrekken. Zij menen, dat het College van Rijksbe middelaars los van het hele tariefvraag- stuk op loontechnische- en loonpolitieke overwegingen op korte termijn een beslis sing dient te nemen. De betrokken werk nemers dreigen anders uit de band te springen, zo zei hij. Van de K.L.M. kan gezegd worden dat zij de kop heeft genomen. Als de toetsen de instanties er hun zegen aan geven, dan zullen de K.L.M.-ers de eersten uit de ver voerssector zijn, die van het nieuwe loon beleid profiteren. Te lange arbeidstijden Ook de arbeidstijdverkorting betrok de heer Blommers in zijn beschouwing. Met uitzondering van de K.L.M. is het, volgens hem, in de vervoerssector nog zo, dat het grootste gedeelte van het personeel de bij na veertig jaar oude acht-urendag nog niet kent. Bij de Nederlandsche Spoorwegen behoeft los van de wettelijk toegesta ne maxima bijna niemand meer dan gemiddeld 48 uren per week te werken. Het is weer het wegvervoer, zo zei de heer Blommers, dat in deze ontwikkeling zicht baar achterblijft. Hij verklaarde, dat het sterk verouderde rijtijdenbesluit nu al ve le jaren achtereen door departementale instanties en een hele serie andere orga nen waaronder ook de vakbonden bekeken wordt en men raakt maar niet uitgekeken, aldus de heer Blommers, het is niet alleen zo dat het rijdens personeel officieel nog 55 uren per week mag ma ken, maar de praktijk is, dat vele be drijven permanent ontheffingen vragen en krijgen, omdat men er blijkbaar vanuit gaat dat het niet anders kan. De werknemers zelf, zo zei de heer Blommers, willen wel verkorting van de arbeidsduur, maar zij menen, dat de eco nomische ruimte die er op dit ogenblik te versnoepen valt, voor alles benut dient te worden om de inkomsten op een meer be vredigend peil te brengen. Dit laatste is ook de opvatting van het hoofdbestuur. Maar om te voorkomen, dat de arbeids tijdverkorting dan maar opgeborgen zou worden, zal een ieder er, naar de mening van de heer Blommers aan mee moeten werken, om de benodigde extra ruimte ook te helpen scheppen. Stakingen mogelijk De heer J. Blommers heeft aan het slot van de eerste congresdag van deze bond te Utrecht nogmaals de moeilijkheden in het wegvervoer besproken. Dit naar aan leiding van hetgeen door tal van afgevaar digden bij de behandeling van het bonds- beleid over de positie van de werknemers in het wegvervoer was gezegd. Er kan, aldus de heer Blommers, een moment komen dat men uit de band springt en dit ogenblik is misschien wel dichter bij dan men denkt. „Het hangt ons de keel uit," zo zei de heer Blom mers, die voorts vreesde, dat er dingen zullen gebeuren waar de Bond niet ach ter kan staan maar waarvan men toch in zijn hart van moet zeggen dat het te begrijpen is. Óver een eventuele staking in het weg vervoer zei de heer Blommers, dat bij het grijpen naar dit middel de vraag rijst of men niet tegen de regering staakt. Staking zal naar zijn mening niet uitgesloten zijn, wanneer dit nodig mocht blijken Daarbij zal men een drie tal voorwaarden in acht nemen. Zo zul len alle middelen van overleg beproefd moeten zijn. Voorts moet men weten of het beoogde doel wordt bereikt terwijl de staking uit het oogpunt van algemeen belang geoorloofd moe* zijn. De heer Blommers droeg aan het eind van zijn verdediging van het bondsbeleid het voorzitterschap over aan de heer W. L. Spit, tot nu toe vice-voorzitter van „St. Raphael" De overdracht van het voorzitterschap werd ook bijgewoond door de minister van Verkeer en Waterstaat de heer H. A. Korthals. De minister sprak zijn grote waardering uit voor de persoon van de heer Blommers die zijn leven zelf heeft gemaakt tot wat het nu is: een rijk leven, dat 40 jaar met zijn organisatie ver bonden is geweest. Hij deelde mede, dat de heer Blommers benoemd is tot ridder in de Orde van Oranje Nassau. De nieuwe voorzitter van „St. Raphael" de heer Spit, bood de heer Blommers als afscheidsgeschenk een enveloppe met in houd aan. Door de vergadering werd de scheidende voorzitter tot erelid benoemd. De Franse letterkundige prijs Renaudot is maandag te Parijs toegekend aan de schrijver Albert Palle voor zijn boek „l'Expérience". De commissaris der Koningin in de pro vincie Noordholland en mevrouw Prinsen hebben het voornemen om een nieuwjaars receptie te houden op zaterdag 9 januari des middags van 14.45 tot 17 uur in het Provinciehuis te Haarlem (ingang Pavil joenslaan). De staatssecretaris van onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, mr. IJ. Schol ten heeft een prijs verleend aan Alexander Voormolen voor diens compositorische verdiensten. Voorts heeft hij opdracht verleend tot het componeren van een werk voor gemengd koor en orkest op een tekst, verband houdende met de bevrij ding van ons land aan Bertus van Lier te Amsterdam. Opdracht voor een sonate of suite voor piano voor de linkerhand is verleend aan Cor de Groot te Den Haag en de composi tie van een kort orkestwerk is opgedragen aan Theo Willemze te Amsterdam. Voor het Nederlands Theater Centrum is maandagavond in besloten kring in The ater Carré te Amsterdam de eerste voor stelling gegeven van het blues-drama „Free and Easy", naar een toneelstuk van de Amerikaanse componist Harold Arlen. Met deze door de gemeente Am sterdam gesubsidieerde besloten voorstel ling is de eerste stap gezet op de weg naai de officiële wereldpremière, die op 14 de cember eveneens in Carré zal plaatsvin den. Volgens Amerikaanse gewoonte na melijk wordt de wereldpremière ingeleid door een aantal voorstellingen waarin het gezelschap en de regisseur de gelegenheid krijgen het stuk af te ronden. Onder de zestig medewerkenden van „Free and Easy" is ook het speciaal sa mengestelde orkest onder leiding van Quincy Jones. De musici vormen een in tegrerend deel van het leven in en om de jockeyclub en bevinden zich dan ook van begin tot het eind op het toneel tussen de artisten. De teksten werden geschreven door Johnny Mercer. De decors zijn van Ballou. De kostuums zijn ontworpen door Jed Mace. De belichting tenslotte is ver zorgd door Lee Watson. Hedenavond wordt de eerste openbare voorstelling van „Free and Easy" gegeven. Advertentie 100% wol. Prachtige nieuwe pastelkleuren 1-persoons ZIE ONZE ETALAGE 2-persoons Ter gelegenheid van het internationale congres voor geestelijke volksgezondheid, onlangs te Düsseldorf gehouden, is uit een aantal van 90 filminzendingen uit vele Europese landen de film van de Stichting Pro Juventute „De parapluie" met de eer ste prijs bekroond. Deze onderscheiding, een zilveren bokaal, is dezer dagen offi cieel uitgereikt in tegenwoordigheid van de regisseur Kees Brusse. Met financiële bijstand van het minis terie van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen en landelijke organisaties voor kinderbescherming zal binnenkort een tweede film worden uitgebracht. Deze nieuwe film, welke handelt over opvoe dingsproblemen rond een 15-iarig school meisje, zal de titel dragen „Het gerucht" en wordt eveneens geregisseerd door Kees Brussel naar een gegeven van C. Bauer. „Het gerucht" zal een lengte hebben van 45 minuten en wordt opgenomen in de studio's van Profilti. De première wordt in februari 1960 te Amsterdam verwacht. HOEWEL ER OP PROGRAMMA, dat het Nederlands Ballet maandagavond in de Koninklijke Schouwburg met medewerking van het Kunstmaandorkest vertoonde, slechts één noviteit voorkwam, kon men in feite .toch eigenlijk spreken van twee premières. Met Billy Wilson (en Andrea Jungen) namelijk is „Le cercle" (De kring) van Maurice Béjart een als nieuw aandoend werk geworden, dat veel beter dan voorheen lijkt te beantwoorden aan de intenties van de choreograaf, ongeacht de kwestie of men zich met dit experiment in de biologische orde erg gelukkig kan voelen. Door het vermijden van opgelegde expressiviteit werd het een meer en meer fascinerend bedrijf, een thrillerachtig spel der elementaire natuur van de mens. Merkwaardig is overigens, dat de gewilde en gewaagde primitiviteit ?eker in een land als het onze, dat zo langdurig door Duitse cultuur werd beïnvloed, in artistiek opzicht ouderwets aandoet. Binnenkort zal men hier kunnen kennismaken met nieuwe balletten op concrete muziek, als de thans nog in Brussel optredende groep van Béjart een korte tournee komt maken. Maar met meer belangstelling kan men uitzien naar verdere proeven met elektronische composities, die als het ware minder „pantomimisch" zijn. ZOALS MEN WEET, heeft Sonia Gas- kell voor het Nederlands Ballet de al- leenvertoningsrechten binnen onze gren zen verworven van de werken van Serge Lifar, wiens opwindend spectaculaire „Suite en blanc" deze avond wederom het publiek tot langdurige geestdrift bracht Voor de pauze werd van hem een korte bewegingsstudie in een geheel ander gen re uitgevoerd: de dramatische lyriek waarvoor in dit geval motieven uit- „Ro meo en Julia" van William Shakespeare werden uitgesponnen en opnieuw verwe ven in vier doorlopende episodes. Het is een duet met figuratie, een kleine twin tig jaar geleden gemaakt voor het debuut van Ludmilla Tcherina en voor het eerst ten tonele gebracht in de Parijse Opera door Yvette Chauviré en Alexandre Ka- liojny in 1949. Ter niet altijd even toepas selijk gehouden begeleiding dient de „ouverture fantasie" van Tsjaikofsky. Lifar is er niet in geslaagd duidelijk te maken wat hij met deze bewogen samen trekking beoogde. Als bewijs van verspel de beeldspraak maakt het zichzelf onge-, •daan door dê' pathetische epiloog der uit de dood herrezen gelieven. Gedurende de voorgaande passages wordt men minder overtuigd van de onsterfelijkheid der ge demonstreerde jeugdliefde dan van zucht naar eclatante effecten van de choreo- auteur. zoals hij zich belieft te noemen. De wezenlijke tekortkomingen schuilen volgens mij hierin, dat de twee aspecten van het sensationele de technische evo luties en de uitdrukking van emotie niet samenvallen, doch elkaar op de voet volgen. Deze conclusie werd door het ove rigens zeldzaam fraaie toedoen van de gasterende ballerina Joan Cadzow nog eens extra bevorderd. Haar toewijding was boven iedere twijfel verheven, maar zij miste het vermogen der symbolische identificatie. Daardoor kwamen alle ac centen in het melodramatische "lgk te lig gen. Deze maand zijn „In 't Goede Uur" te keningen en grafisch werk van Georg Rue ter te zien. Dat Rueter niet tot de jonge ren behoort is direct wel duidelijk aan zijn wijze van uiten. Dat zijn leeftijd een zeer respectabele is ziet men hemzelf echter toch nog zo weinig aan dat het zelfs moei lijk is bij hem van kras te spreken. En daarvan proeft men toch ook weer iets in zijn werk, dat van een onverwoestbaar jong idealisme getuigt. Rueters respect volle houding tegenover het hem omrin gende en hetgeen hij verder tegenkomt is geen benauwde, geen angstige. Respect is hem gezien zijn levenswerk altijd een houding geweest. Respect lag altijd en welbewust in zijn bedoelingen. In hoeverre hij ons daarin meetrekt kan een vraag blijven. Mij ontroerde hij met portretten van mensen, die ik heb leren bewonderen. Dat was bij voorbeeld eens het geval met een geschilderd portretje van de schilde res Johanna Bauer-Stumpff. Dat was het nu weer met een getekend portret van de schilder Boot. De vraag is dan of Rueter groot genoeg is om ons tot een even stil- Portret van H. F. Boot door Georg Rueter staan in dit haastige leven te brengen om eens kennis te maken met nog andere mensen, die hij ontmoette. Wij kennen al zoveel mensen en hebben al zo weinig tijd zodat we vaak alleen nog maar genegen zijn tot een beleefde groet om verder ten spoedigste weer op eigen bezigheden af te rennen. Rueter zou de bijzondere eigen schappen van zijn piensen verhevigd moe ten weergeven om ons aandacht af te dwingen. En dat ligt nu juist niet in zijn karakter. Maar al is zijn rust de onze niet toch kan hij daar ons soms mee helpen. Dat is dan vooral het geval met zijn land schappen of tuinen, waar we dan alleen in kunnen zijn. Veel meer dan weergeven doet hij dan ook niet. Maar bij een onder werp, dat zo door hem genoten blijkbaar wordt, is dat ook niet nodig en de juiste weergave eist bovendien al een uitzonder lijke aandacht. Bob Buys MEN ZAL HEBBEN begrepen, dat ik geen bewonderaar ben van deze in dans gecomprimeerde versie van een meester werk uit de toneellitteratuur. Niettemin wil ik gaarne erkennen, dat deze gefor ceerde „vertaling" enkele prachtige vondsten van geraffineerd vakmanschap heeft opgeleverd, die door Joan Cadzow op magnifieke wijze aanschouwelijk wer den gemaakt. Een prettige verrassing was het constateren van het vermogen van vormgeving aan een rolfiguur door Robert Morrow, die in zuiver technisch opzicht veel beter dan in de voorgaande maanden voor het voetlicht kwam. In de „Suite en blanc" volbracht hij zijn spron gen accelerando. Naast de zojuistgenoem- den zag men in de pes-de-trois daarvan de uit „Ballet U.S.A." van Jerome Robbins afkomstige Peter William Reilly veelbe lovend op Nederlandse planken debute ren. Sonja van Beers en Leonie Kramer versterkten ook in „Concerto barocco" van Bach/Balanchine ons vertrouwen in een nieuvye generatie van eigen solisten. ciö zoniab IGCW 1 -V t. - ,nB(n99>- David Koning *-T fMl'Mrrr Pitlochry (Schotland) (UPI) Tot de wereldpremières die het Schotse „Thea ter in de heuvels" van Pitlochry voor het volgende zomerseizoen heeft aangekon digd, behoort een stuk van de Nederlandse auteur Ben van Eysselsteijn met de Engel se titel „Between the Tides" („Tussen en en vloed"). Het stuk speelt in Bretagne in een tijd van terreur. Het kleine theater van Pitlochry, dat in 1951 gesticht werd als een Schots onder deel van het Festival of Britain, heeft zich ontwikkeld tot een permanent centrum voor het culturele leven in Schotland. Voor het seizoen 1960, dat begint op duurt, zijn twee wereldpremières aange kondigd. Behalve het stuk van Van Eys selsteijn krijgt ook het historische spel „Napoleon in love" zijn eerste uitvoering. Verder staan op het programma „The ad mirable Chrichton" van Barrie (ter gelegen heid van diens eeuwfeest), „Private lives" van Noel Coward, „The private secretary" van Charles Hawtrey en een voorstelling met korte stukken van Shaw („The dark lady of the sonnets"), en David Garrick „Latharine and Petruchio" een herziene versie van „The taming of the shrew". Het theater is schitterend gelegen in het Grampian gebergte op de plaats waar de Schotten 270 jaar geleden hun ergste ne derlaag leden tegen de Royalisten. De ketel schoot over de kassen heen en bleef 80 meter verder in de grond steken. Foto van de ravage op de kwekerij. Op een kwekerij aan de Nieuweweg te Loosduinen is gistermiddag een stoomke tel ontploft, waarbij de 16-jarige tuinders knecht A. van Dam om het leven is ge komen. De stoomketel was gemonteerd op een schuit, die in een langs de kassen lopende sloot lag. Eens in de drie jaar wordt de grond van de kassen doorgestoomd ter be strijding van infectie-ziekten. De ketel kwam door nog onbekende oorzaak tot ontploffing, schoot over de kassen heen en boorde zich 80 meter verder een meter diep in de grond. De tuindersknecht werd door de luchtdruk in een zestig meter ver der gelegen sloot geslingerd. Hij moet op slag dood zijn geweest. De schade aan de kassen, waarvan zeer veel ruiten gebro ken waren, loopt in de duizenden guldens. De recherche, de arbeidsinspectie en des kundigen van het stoomwezen stellen een onderzoek in naar de oorzaak van de ont ploffing. Op 16, 17, 18, en 19 december zal de Noorse schrijver Trygve Gulbranssen een bezoek aan ons land brengen. Op de eerste dag van zijn bezoek zal hij in het Interna tionaal Cultureel Centrum (I.C.C.) in Amsterdam vertegenwoordigers van pers en radio ontvangen. Op de 17de december zal hij van dri^ tot vijf uur een ontvangst houden in de Marijkezaal van hotel Cen traal in Den Haag. Op 18 december zal de schrijver in Arn hem de Nederlandse première bijwonen van de film „En eeuwig zingen de bossen". De opbrengst van deze voorstelling zal worden afgedragen aan het Bio-vakantie- oord en aan het revalidatiecentrum Jo- hannahuis in Arnhem. Zaterdags zal de schrijver een rondvaart maken door de Rotterdamse havens. De burgemeester van Glasgow, de heer Myer Galpern, is met een delegatie van zijn stad in Nederland aangekomen om voorbereidende besprekingen te voe ren over de Hollandse Week, die volgend jaar van 9 tot 14 mei te Glasgow gehou den zal worden. Als de plannen doorgaan zullen de Nederlandse handel en industrie een expositie houden in de kolossale Keivin Hall (een van de grootste tentoonstellings zalen in Europa) om de Schotten de kwa liteit van hun produkten te tonen. Van de officiële gebouwen en op de tram zal de Nederlandse driekleur wapperep, 15.000 Nederlandse tulpen zullen bloeien op het George Square het centrale plein van de stad de winkelstand zal haar etalages aan het Nederlandse produkt wij den, op de scholen krijgt Nederland een „speciale beurt" en een unieke schilde rijententoonstelling zal de Schotten in staat stel kennis te maken met vele Hollandse meesters. WW-avonddienst. Met ingang van heden zal het traject BredaTilburg in de avonddienst van de Wegenwacht worden opgenomen. (Van onze Amsterdamse redacteur) Het onderzoek dat B. en W. van Am sterdam het afgelopen jaar hebben doen instellen naar een geschikte plaats voor de bouw van een operagebouw heeft tot resultaat gehad dat het huidige R.A.I.-ge- bouw als de meest geschikte plek wordt aangewezen. Het schijnt dat het college van B. en W. zich zal houden aan deze reeds eerder gedane suggestie en dat de ze is vastgelegd in de nota die binnen kort aan de gemeenteraad zal worden voorgelegd. Sinds vele jaren werd het Frederiksplein beschouwd als de plek waar een groot operagebouw op de plaats van het voor malige, in 1929 afgebrande Paleis voor Volksvlijt zou verrijzen. De gemeente raad zag zich echter gedwongen een vroe ger genomen besluit in te trekken en deze grond toe te wijzen aan de Nederlandsche Bank die een nieuw hoofdgebouw zal bou wen en op haar beurt ruimte zal maken aan het Rokin. Het huidige bankgebouw zal plaatsmaken voor de zeer dringend ge worden uitbreiding van de gemeentelijke universiteitsgebouwen. De gemeenteraad heeft destijds het Fre deriksplein met grote aarzeling prijsge geven en wenste niet aanstonds mee te gaan met B. en W. door het R.A.I.-gebouw, dat in 1961 door een nieuw wordt vervan gen, aan te wijzen als plaats voor een operagebouw. Men achtte de Ferdinand Bolstraat te excentrisch gelegen voor een dergelijk gebouw en wilde de in 1961 vrij komende tentoonstellingsruimte liever ter beschikking stellen van de om zaalruimte schreeuwende binnensporten. Ten slotte heeft de gemeenteraad B. en W. een jaar de 4ijd gegeven uit te kijken naar een meer geschikte plaats voor een operagebouw. Achtereenvolgens zijn door de dienst voor Publieke Werken onder zocht het Kleine Gartmanplantsoen, het Museumplein, het Vondelpark bij het Leid- sebosje en het. Olympiaplein. Aan al deze plaatsen zouden echter vrij belangrijke bezwaren vastzitten. Nu toch de Ferdinand Bolstraat? Behal ve het R.A.I.-gebouw zal hier inderdaad ook het aangrenzende noodgebouw van de sociale verzekeringsbank vrijkomen. Dit houten complex werd in 1918 voor de tijd van vijf jaren neergezet. Het is echter on afgebroken in gebruik geweest en zal eerst kunnen worden gesloopt als de ambtena ren een plaats hebben gevonden in het thans nog in aanbouw zijnde gebouw van het gemeenschappelijk administratiekan toor. Hoe het ook zij: zelfs als de Ferdi nand Bolstraat als plaats voor een opera gebouw wordt aangewezen, zal in de huidi ge situatie vooralsnog niets veranderen. Er is immers nog geen uitgewerkt bouw plan. Het operagebouw staat als nummer zoveel op Amsterdams verlanglijstje en voorlopig zal de zaalsport nog wel terecht kunnen in de oude R.A.I.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1959 | | pagina 7