„WEG NAAR DE WERELD" De Neëem Muizen Vierde N.Ph.O. V-concert met Aafje Heynis als soliste Strassburger bracht Amsterdam weer een galapremière Betsy Westendorp-Osieck wordt volgende week tachtig jaar Fraai solo-optreden van Barbara Jefford Nederlands Theater Jaarboek verschenen Dutch Swing College in nieuwe bezetting Bartók's Concert voor Orkestweer uitgevoerd Maastrichtse jongen boekt succes op Londens toneel Volksmuziekschool te Amsterdam verbouwd Onderwijs voor moeilijk lerende kind ZATERDAG 24 DECEMBER 19 6 0 DE EERSTE HELFT van het vierde vrijdagavondconcert van het Noordhol lands Philharmonisch Orkest was groten deels gewijd aan werken van strijkorkest, al of niet met solisten. Het programma opende met Vivaldi's bekendste Concerto Grosso, dat in d kleine terts, waarin de heren Jan Hesmerg en Leendert de Graaff de obligaatpartijen kundig vervulden. Een bijzondere aantrekkingskracht kreeg dit concert door de medewerking van de geliefde altzangeres Aafje Heynis. Haar milde, warme stem leende zich bij uitstek voor de voordracht van Drie Kerstliede ren van Peter Cornelius, tijdgenoot van Brahms en componist van een groot aan tal liederen en van de komische opera „Der Barbier von Bagdad". Zij bereikte een treffende vermenging van haar stern- timbre met de begeleiding der strijkinstru menten, die door de componist weliswaar eenvoudig, maar geenszins onbeduidend behandeld is. Een aardige slotnoot vorm de de dansante zes-achtste-maat van het laatste lied: „Christkind" 0 Hierbij sloot goed aan het bekendste or kestwerk van Hendrik Andriessen „Varia ties en Fuga over een thema van Jo- het strijkerskorps een enigszins aan het hann Kuhnau". De componist heeft aan orgel verwante klankkleur ontlokt, en be reikt in de fuga met eenvoudige middelen een treffende climax. De uitvoering wierp licht op tal van onvermoede harmonische schakeringen en verenigde strakheid en bewogenheid, in de geest van de compo nist. Een „Adoro te" voor altsolo en orkest strijkorkest met enkele blazers bracht Aafje Heynis opnieuw voor het voetlicht; het is een compositie van Ru- dolf Mengelberg, neef van de dirigent, in Deze aap van Ille and Jean Hoppe steekt zijn baas en het publiek uit dagend zijn enorme tong toe. Probeert u ook eens met een kopje op uw hoofd te lopen. Paul Steenbergen en Ida Wasserman beste acteur en beste actrice Dezer dagen is de negende aflevering van het Nederlands Theater Jaarboek verschenen, waarin het toneelseizoen 1959-1960 wordt gerecapituleerd. Ook ditmaal is het een aantrekkelijk souvenir voor de toneelminnaar geworden door de duidelijke en uitgebreide documen tatie en de foto's van vrijwel alle belang rijke evenementen. Zoals gebruikelijk hebben ook ditmaal de lezei-s van het jaarboek de acteur en actrice van het jaar 1958-1959 aangewezen. Beide onderscheidingen vielen ten deel aan leden van de Haagse Comedie: Ida Wasser man werd actrice van het jaar door haar rol" als Nora Melody in O'Neills „De Dag van Talavera" en Paul Steenbergen acteur van het jaar als Archie Rice in Osborne's „De Humorist", dat ook als beste stuk werd aangemerkt. Hiermede heeft het pu bliek de beslissing van de Louis d'Or-jury van het seizoen 1958-1959 bevestigd. Ja cqueline Rolaards-Sandberg en Jan Le- maire sr. werden aangewezen als de beste acteurs in bijrollen. KERSTCONCERT In de Wilhélminakerk aan de Gedempte Oude Gracht wordt op maandag 26 decem ber (tweede kerstdag) acht uur n.m. een kerstconcert gegeven waaraan medewer king wordt verleend door Teke Bijlsma (orgel), Ans Philippo, sopraan en de bariton Cornelis Beek. Het programma vermeldt werken van onder anderen Bach, Corne lius en Jan Zwart Het concert is ten bate van het Bouwfonds Geref. Kerk Haarlem- Zuid. De familie Strassburger heeft Amster dam het traditionele kerstcircus niet wil len onthouden, ondanks het feit dat men ditmaal in verband met de komst van „Mij Fair Lady" gedurende slechts drie weken in plaats van de gebruikelijke twee en een halve maand het winterkwartier in theater Carré kon betrekken. Deze inkrimping van de Amsterdamse speelperiode bracht tal van moeilijkheden mee. O.m. het vinden van geschikt perso neel voor een zo korte tijd. Dankzij de medewerking van de andere Nederlandse circussen kon echter toch een staf ver zameld worden die de kneepjes van het vak kent. Mede-directrice Elly BelliStrassbur ger onderbrak een langdurig engagement met het Spaanse circus Prince om in Am sterdam te gaan werken met de paarden van Hans Strassburger, die trouwens zelf ook in de piste kwam als hogeschoolrij der. Zij zijn niet de enige leden van de fa milie, die bet kerstcircus met hun ervaring ondersteunen. Achter de schermen heeft mevrouw Regina Strassburger de touwtjes in handen, terwijl haar dochter Regina als spreekstalmeersteres fungeert. En ten slotte stond alles wat zich in de piste afspeelde onder supervisie van Willie Strasfeburger. Het publiek dat vrijdagavond de premiè re bijwoonde was blijkens het steeds weer opklaterende applaus, dankbaar voor het handhaven van de traditie. Maar toch, het programma was niet zo „circus" als we van Strassburger gewend zijn. De jonge Nederlandse Mr. Charles bracht zijn in Valkenburg gedresseerde Bengaalse tijgers met veel enthousiasme Hans Strassburger was als altijd grandioos met zijn hogeschool-nummer. Met klassieke grandeur tot in de klein ste bijzonderheden brengt hij zijn nummer. Een klasse apart. Een luchtnummer van klasse brachten de Mandos Sisters, met een looping staande op eikaars schouders De Amsterdamse kunstenares Johanna Elisabeth (Betsy) Westendorp-Osieck, de jongste der vier overgebleven leden van de groep van de zeven „Amsterdamse Joffers", wordt donderdag 29 december a.s. tachtig jaar. Die namiddag zal zij van vier tot zes uur recipiëren in het Amstel Hotel te Amsterdam. HÉl IÉIka Betsy Westendorp Osieck, de jongste d.er vier overgebleven leden van de groep van De Zeven Amsterdamse Joffers. Zij kreeg haar opleiding aan de Rijks academie van Beeldende Kunsten in de hoofdstad onder leiding van de hooglera ren Allebé en Der Kinderen. Sedert 1912 behoort de schilderes tot de groep der Amsterdamse Joffers, die, in mindere of meerdere mate door het impressionisme beïnvloed, de naturalistisch-coloristische traditie op eigen wijzen voortzetten. In 1917 huwde zij met mr. H. K. Wes tendorp, die het Aziatisch Museum in Am sterdam heeft gesticht. Tijdens de reizen met haar man naar Noord-Afrika, het toenmalige Nederlands-Indië, China, Ja pan en Noord-Amerika, maakte zij veel aquarellen. Voorts schilderde zij land schappen. stillevens, portretten onder an dere van S. P. van Eeghen, mr. G. Visse ring, C. G. Vattier Kraane, dr. C. J. K. van der Aalst, dr. E. Heldring en verle den jaar maakte zij nog een portret van de zangeres Gré Brouwenstijn. Van het grafisch werk van mevrouw Westendorp zijn twee uitgaven verschenen, „Etsen naar oude Amsterdamse Tuinhuizen" en „Etsen van oude Amsterdamse Gevelste nen". In 1955 stichtte zij ter herinnering aan de belangstelling en werkzaamheden van haar overleden echtgenoot, die jaren lang voorzitter is geweest van de commis sie van toezicht van de Rijksacademie van Beeldende Kunsten, het „Mr. H. K. Wes tendorpfonds". Van de rente van dit fonds ontvangt de winnaar van de zilveren ere penning van de Prix de Rome een uitke ring (aan de gouden ere-penning was reeds een rijksstipendium verbonden). Mevrouw Westendorp ontving vele on derscheidingen, onder andere de gouden medaille van Koningin Wilhelmina (op een expositie in Arti et Amicitiae in 1936). een gouden medaille op de Wereldtentoonstel ling te Parijs in 1938, St. Lucasprijs (1930), Willink van Collemprijs. Zij is officier in de orde van Oranje Nassau. De kunstena res ontving in 1956 de Zilveren Anjer van het Prins Bernhard Fonds voor: „Het te zamen met wijlen haar echtgenoot met zeer grote liefde, geduld, goede smaak en wetenschappelijke speurzin bijeenbrengen en houden van een bijzonder belangrijke, uitgebreide collectie Aziatische kunst en het bestemmen van deze collectie voor openbaar bezit". De schilderes exposeert nog geregeld bij verschillende kunstenaarsverenigingen als Arti et Amicitiae. St. Lucas. Pulchri en de Aquarellistenkring. Werk van haar hangt onder meer in de gemeentelijke musea van Amsterdam. Den Haag. Schiedam, Utrecht en Hull (Eng.). het. museum Boy mans-Van Beuningen in Rotterdam, het Van Abbe-museum in Eindhoven, het Mu~ sée du Jeu de Paume te Parijs en het Staatsmuseum in Belgrado. Mevrouw Westendorp woont in de Lai- ressestraat in Amsterdam. in de nok van Carré. Het is niet moeilijk om uit dit programma aardige momenten aan te wijzen. Zoals bijvoorbeeld Ille and Jean Hoppe, die met duiven, apen, hon den en een kat een gezellig nummer brach ten. Of het werk op de trampoline van de vier Massino's. Maar in z'n geheel was het programma zonder voldoende spanning en sfeer die we ons herinneren van de Strassburger pro gramma's. Misschien dat de maar zo korte tijd, drie weken, dat Carré beschikbaar is er de schuld van is dat het geheel niet zo groots is opgebouwd als we wel gewend zijn. In ieder geval hebben we de familie Strassburger, met hun paarden met ge noegen terug gezien. leven artistiek directeur van het Amster dams Concertgebouworkest. Het is een welluidende, maar wat onpersoonlijke hymne, geschreven in de schaduw van Diepenbrock en Mahler, maar zonder de markante fysionomie van deze beide com ponisten. Door de klankschone vertolking van Aafje Heynis, uitmuntend in begrip voor de melodische structuur, was de uit voering van dit nogal verouderde werk stuk. toch nog wel gerechtvaardigd. DE TWEEDE HELFT van het program- ma was geheel gewijd aan Béla Bartók's vijfdelige Concert voor Orkest uit 1943. Zonder aan de persoonlijke zeggingskracht toe te- komen van bij voorbeeld de „Mu ziek voor snaarinstx-umenten", het Diver timento of de Sonate voor twee piano's en slagwerk, blijft dit op concerterende en symfonische leest geschoeide opus toch van grote waarde als introductie tot het oeuvre van een van de meest markante componistenfiguren die deze eeuw heeft opgeleverd. De uitvoering had, sinds de Haarlemse première twee jaar geleden, aan vastheid en kracht gewonnen. Vooral van de finale maakten Arends en het or kest een uiterst effectvol en eclatant stuk, hetgeen, gezien de zware eisen die hier vooral aan de strijkers gesteld worden, wel iets zegt. Trouwens over de hele linie werd er met bijzondei'e toewijding en ac curatesse muziek gemaakt. Een bijzonder compliment verdienen de blazers voor hun pittige behandeling van het tweede deel, een scherzo, „Spel der paren" genaamd. Het is te hopen dat deze kapitale com positie nu definitief op het repertoire ge handhaafd blijft en dat zowel het orkest als het publiek er zich goed mee ver trouwd kunnen maken. Wellicht zullen de feestelijke, humoristische en agressieve elementen dan nog iets plastischer naar buiten treden en zal de wat introverte indruk die het stuk thans nog naliet ovex"- wonnen worden door een nog duidelijker geleding van hoofd- en nevenstemmen, een spx-ankelender klank op de hoogte punten, een navranter toon in de uitdaging van het „onderbx-oken intei'mezzo", myste rieuzer in de natuurgeluiden van de Elegia. Hetgeen niet wegneemt dat men nu reeds van een markante prestatie van het or kest kan spreken, in vele opzichten volle dig doorwerkt, en van een zodanig niveau dat het publiek met gx-ote instemming rea- geex-de. Sas Bunge Nederlandse muziek. Onder de naam Audio-visuele Donemus Serie verschijnt binnenkort een reeks grammofoonplaten met pai'tituren van hedendaagse Neder landse muziekwerken. De stichting Done mus. Documentatie in Nederland voor Mu ziek en Nederlandse Muziekbelangen. heb ben het initiatief daartoe genomen. Zij 'nebben de medewerking verkx-egen van onder-andere de Wereldomroep (die band opnamen beschikbaar stelt), en enkele or kesten (als het Concei-tgebou work est en het Utrechts Stedelijk Orkest). Het ligt in de bedoeling van maart 1961 af elke drie maanden zulk een plaat met partituren te doen uitkomen. De 12-jax-ige in Maastricht geboren John Bosch, die in 1956 met zijn ouders van Maastricht naar Londen verhuisde, maakt in de Engelse hoofdstad als toneelspeler furore. Momenteel speelt hij de hoofdrol in het toneelstuk „Emil en de Detective" van Erich Kastner. Het stuk wordt opge voerd in het Mermaid-Theatre te Londen en de Engelse pers heeft niets dan lof voor het spel van de jongen. John heeft voor de televisie reeds in een twintigtal stukken gespeeld en hij doet dit met zoveel succes, dat men hem keer op keer vraagt voor een andere rol. De vader van John is Maastrichtenaar van geboorte: hij is met een Engelse vx-ouw gehuwd. In het voorjaar van 1956 werd John Bosch als leerling aangenomen op de be roemde Corona-toneelschool te Londen. Op deze school krijgen de leerlingen behalve 'n toneelopleiding een normale middelbare schoolopleiding. Doordat men slechts een klein aantal leex-lingen heeft, in totaal vijf tig kan men de beide opleidingen vrij ge makkelijk aan elkaar aanpassen. Dat John aanleg heeft voor het toneelspelen, bewijst wel het enorme succes dat hij oogst. Zo schreef- zelfs de anders zeer moeilijk te bevredigen toneelcx-iticus van de „Daily Express" zeer complimenteus over de jon gen. De Amsterdamse wethouder van Onder wijs en Kunstzaken, mr. A. de Roos heeft de inwendig geheel vernieuwde hoofdste delijke volksmuziekschool officieel ge opend. De achtentwintig jaar oude school is gehuisvest in een tachtig jaar oud schoolgebouw in de Nieuwe Kerkstraat te Amsterdam. Binnen de oude mux-en van dit gebouw heeft de dienst der Publieke Werken van de gemeente Amsterdam thans een aantal moderne lokalen gescha pen, die volgens de dix-ectie van de school volledig beantwoorden aan de vele eisen, die aan leslokalen voor muziekonderwijs moeten worden gesteld. De totale kosten hebben ruim 400.000 gulden bedragen. Een groot aantal sprekers wenste het be stuur van de Stichting Volksmuziekschool Amsterdam en de hoofddirecteur van de school, de heer W. Gehrels, geluk met het bereiken van deze mijlpaal. De school, die amateurs opleidt in het musiceren met allerlei soorten instrumenten en tevens een algemene muzikale vorming geeft, wordt thans regelmatig bezocht door meer dan 3000 leerlingen per jaar. „WEG NAAR DE WERELD" is een film", die in de bioscopen niet zal draaien. Geen film naar het leven. Een film van het leven. In opdracht van een Hilversum- se vereniging, die zich bekommert om het buitengewoon lager onderwijs is ze als een brok noodzakelijke voorlichting vervaar digd voor oudex-s, opvoeders, artsen, die met dat buitengewoon lager onderwijs te maken hebben of te maken kx-ijgen. Het begrip daarvoor is nog niet overal aan wezig. Buitengewoon lager onderwijs be tekent niet: scholen voor achterlijke kin deren. Het houdt niet in dat men zijn kin deren naar een „gekkenschooltje" stuurt. Voor de kinderen zelf is dit onderwijssys teem geen kwelling. Eerder is het de be vrijding uit een ongezonde situatie, waarin ieder kind komt te verkeren, dat het on derwijs op de lagere school niet of xnet te gx-ote moeite kan volgen. Ook voor deze kinderen is er een weg naar de wereld. Op die gedachte is de film gebaseerd. Misschien heeft scenarioschrijver en re gisseur Leo Moen een wel wat ideaal beeld gegeven van het b.l.o. zoals het in deze film wox-dt gekenschetst. Misschien zal de heer G. Leerkamp, die zich al jax-en be ijvert voor deze vorm van onderwijs, dat ideale beeld bewust hebben nagestreefd, toen hij Moen zijn ideeën voor „Weg naar de wereld ontvouwde. Men kan er noch tans vrede mee hebben. Om ouders en opvoedei's voor deze vox-m van onderwijs te winnen moeten soms heel wat weer standen worden ovei-wonnen. Men beseft dikwijls niet dat zijn kind het inderdaad nodig heeft. Ouders generen zich of onder schatten de realiteit. Dat zij hun kinderen er gelukkig mee maken laat deze film zien. Ze handelt voornamelijk om kinde ren, die tx-aag zijn en geremd, om kinde ren met lees-, schrijf- en i-ekenstoornissen, die het tempo van de normale school niet bij kunnen houden; om moeilijk lerende kinderen. Andere categorieën zoals kinde ren met sterke physische en psychische afwijkingen komen niet aan de orde. Ex- zijn in ons land zo'n 35.000 kinderen, die scholen voor moeilijk lerende kinderen be zoeken. Zij worden er voorbereid op hun aandeel in het maatschappelijk verkeer, hun aandeel in het arbeidspi-oces en het gezinsleven. Ze lei'en er straks als vol- waardige gelukkige mensen in op te gaan en er, bevrijd van hun remmingen en te kort aan critisch vermogen, een gelukkige levensstaat te bereiken. HOE DAT IN ZIJN WERK GAAT ver telt Leo Moen met een verblijdend heldere verhaaltrant, dynamisch in zijn beeldover gangen. gedurfd door zijn vei-rassende ef fecten en vooral met een scherp en ver antwoord observatievermogen. Hij bouwt een logisch verhaal op, dat steeds blijft boeien en spreidt vaak daarin gevoelige accenten, die de aandacht telkens op stoten. Ik geloof dat hij deze toch niet zo eenvoudige materie zeer knap heeft be heerst en men hem om zijn rake behande ling dankbaar mag zijn. Wat mij bij de vertoning tegenviel was de beeldkwaliteit, die soms wazig was, een technisch euvel, waaraan belichtingsondeugden debet kun nen zijn. Naar de filmkunstige conceptie beoordeeld kan „Weg naar de wex-eld" gel den als een bijzonder goed specimen van de opdrachtfilm en daarmee wint de voor lichting op het terrein van het b.l.o. alleen maar aan diepte en scherpte. Voor allen, die met deze problematiek te maken krij gen is er dus nu een film, die in staat is indruk te maken. Een film voor ouder- avonden, dunkt mij, en verenigingen, welke er eigenlijk iedereen een dienst mee kunnen bewijzen. P. W. Franse DE NOG JEUGDIGE, maar in Engeland reeds vrij vermaarde actrice Barbara Jefford brengt deze week een bezoek aan enkele steden in ons land met „proef vertoningen van een programma van solofragmenten uit stukken van Shake speare, door Michael Benthall artistiek leider van de Old Vic, van welk gezel schap zij deel uitmaakt geregisseerd. Donderdagavond heb ik haar recital in het Nieuwe de la Martheater bijgewoond. Het optreden had plaats onder aus piciën van de Volksuniversiteit Amsterdam. „Heroines of Shakespeax-e" heeft zij haar rijkgevarieerde bloemlezing uit 's meesters werken genoemd. De samen stelling is kennelijk in hoofdzaak bepaald door de behoefte om bekende vrouwefigu ren (voor vele bezoekex-s zal alleen Imo- gon uit „Cymbeline" een voordien onge- hoorde en ongeziene zijn geweest) in kax-akteristieke scènes spx-ekend tot hun recht te laten komen. Barbara Jefford kreeg aldus elf uiteenlopende rollen te ver vullen. Het bezwaar van een dergelijke opzet is, dat het bewijzen van virtuositeit in veelzijdigheid hoofdzaak zou kunnen worden. Enkele jaren geleden is Sir John Gielgud in hetzelfde theater ten tonele verschenen met een éénmansvoordracht, waarvoor het materiaal eveneens aan een groot aantal stukken van Shakespeax-e was ontleend, maar waarin duidelijk een thema tot ontwikkeling werd gebracht. Een dusdanige methode lijkt mij zinrijker dan de nu gevolgde. De eerlijkheid ge biedt hier met waardering direct aan toe te voegen, dat Barbara Jefford zich met lichaam en ziel dienstbaar heeft gemaakt aan de wenselijkheid om in de eerste plaats de aandacht te vestigen op de pi kante of ontroerende schoonheid der op dichterlijke wijze mensonthullende tek sten. Het programma bestond uit drie delen Zij begon na de fameuze proloog uit „Hendrik de Vijfde" met drie vex-schij- ningen in travestie. Vooral Rosalind uit „Naar het u lijkt" maakte bij de zaalbe volking geestdrift gaande. Dóór alle vex-- momming en raffinement bleef de natuur lijkheid stralen. Zij moet een welhaast ideale Saint Joan zijn geweest, geloof ik. Een climax voor de pauze werd na een wat mat begin in de daaraan voox-afgaan- de scènes in de monoloog „Alle geuren Kerstfeest bij Rembrandt. Op maan dag 26 december a.s. zal museum „Het Rembrandthuis", Jodenbx-eestraat 4-6 te Amsterdam-C. van 1 tot 4 uur opengesteld zijn bij kaarslicht ter gelegenheid van de kerstfeestviering. Hierbij zal een muzikale illustratie tot verhoging van de gewijde stemming bijdragen in het oud-hollandse huis, waarin Nederlands grootste beelden de kunstenaar twintig jaar heeft gewoond Bovendien zal regelmatig toelichting ge geven worden tot het in deze woning ge- exposeerde aan etsen en tekeningen van Rembrandt. Ieder is op deze kerstviering welkom, waarbij de gewone entreeprijs tot het museum 0.50) verschuldigd zal zijn; kinderen half geld. Aanwinsten prentenkabinet. In het Prentenkabinet van het Rijksmuseum te Amsterdam worden, traditiegetrouw, de nieuwe aanwinsten aan tekeningen en prenten over het jaar 1960 getoond. De expositie duurt tot 20 februari a.s. Dit jaar vormen de aankopen van tekeningen het hoofdbestanddeel. De keuze is zeer om vangrijk en strekt zich over vele eeuwen uit van vroege Veronese tekeningen, uit het einde der 14de eeuw. via belangrijke 16de-eeuwse Italiaanse tekeningen tot het werk van Toorop Bij de belangrijke groep Japanse pi-enten en boekjes zijn een unieke serie van Utamaro-boeken en vroege druk ken van Hokusai's beroemde 100 gezichten op de Fuji. Roterende schilderijen. De Ameri kaanse raketdeskundige Frank Joseph Malina houdt in Parijs een tentoonstelling van roterende schilderijen. Hij had zich tot taak gesteld, aldus vertelde hij aan de correspondent van de New York Times, techniek en kunst te verenigen. Elk van de 28 tentoongestelde stukken bestaat uit een statisch en een draaiend element, met lich ten Het kleurenpatroon is met het penseel opgebracht. De kleine motor voor het ro terende gedeelte krijgt stx-oom door een snoei-, waaraan het schilderij tevens is opgehangen. De 48-jarige Malina is de geestelijke vader van de „Wac Corporal" de eerste succesvolle Amerikaanse raket voor grote hoogte. Thieme-prysvraag. De Stichting tot het bevorderen van de schoonheid in de grafi sche vakken, het Gerrit Jan Thiemefonds, organiseert wederom een prijsvraag om 't esthetische en druktechnische peil van de kalenders en kantooi-agenda's op te voeren. Elke in Nederland gedrukte kalender en kantooragenda kan worden ingezo'- len. De jury let hij de beoordeling op de kwaliteit van ontwerp en uitvoering. Geïllustreerde en niet overwegend geïllustreerde kalen ders, alsmede kantooragenda's woi-den apart beoordeeld. In elke categorie zijn drie prijzen in de vorm van penningen —beschikbaar, terwijl ook eervolle vermel dingen mogelijk zijn. Tournee van het N.S.O. De negende tournee van het Nederlands Studenten Or kest zal op 16 januari beginnen met een concert in Bergen (N.H.). Het orkest zal weer onder leiding staan van Jan Brussen. Als solist zal optreden de pianist Hans Dercksen, die het eerste pianoconcei-t van Beethoven zal spelen. Verder staan onder van Arabiëuit „Macbeth" bei-eikt. Van de romantische creaties (het derde deel) was mij de titelheldin uit „Romeo en Julia" het liefst. De toespraak over de genade van Portia voor het gerechtshof uit „De Koopman van Venetië" vond ik niet zo mooi. Maar een waai-derende op somming heeft al even weinig zin als het betx-euren der afwezigheid van bij voox-beeld Anne Bullen of Beatrice in deze pax-ade. Het meest ben ik onder de indruk gekomen van het doeltreffende gebruik beheerst, weloverwogen, recht op de man af van een in alle toonaarden geper fectioneerde techniek. De beschikking daarover en een levendig stijlbesef („stijl is weten wat men doet" heeft Gielgud eens gezegd) maken het mogelijk de superieure toneeltaal van Shakespeare zo eenvoudig en doorzichtig te doen klinken, zo exact iedere voorgeschreven emotie te registre- i*en. Prachtig was tevens het zou ook niet anders kunnen onder alle omstan digheden haar plastiek. David Koning The Dutch Swing College band, onder leiding van Peter Schilperoort, heeft vrij dagavond op uitnodiging van de Haarlem se Jazz-club gespeeld in de Haarlemse dansschool Schroder. De opmerking „Ntrur komt het" van een jeugdige minnaar van de „oude" jazz, bijhet horen van een loopoefening op de klarinet, was typerend voor de verwachting waarmee de vele aanwezigen het optreden van deze band verbeidden. En deze verwachting bleek ten dele gerechtvaardigd. In de nieuwe bezetting met vier blazers, waarbij de verrichtingen van de nieuwe Oostenrijkse trompettist Oscar Klein en bariton-saxofonist Peter Schilperoort het meest op de voorgx-ond traden en een driekoppige ritmesectie (de piano ont- bx-ak) heeft deze beroepsband, ondanks het gebruikelijke gemis aan spontaneïteit bewezen dat zij nog steeds aan de top van de Europese „klassieke" jazz-ladder staat. Niet alleen deze nieuwe bezetting, maar tevens de stuwende swing in de soli van trompettist Klein, die met zijn vaak inge togen wijze van spelen een prachtige klank aan zijn instx-ument wist te ontlokken en saxofonist Schilpex-oort stelden het pu bliek meex-malen voor aangename verras singen. In de nummers „Fidgety Feet" en „Some of these days" (het laatste met een gevoelvolle „inleiding" van klarinet tist Jan Morris) kwam dit duidelijk tot uiting. De overige leden van het gezelschap, (Dik Kaart het wegens een kaakontsteking zijn plaats geruimd voor trombonist Wim Kolstee) vervulden hun muzikale plicht op pi-ofessionele wijze en daar is niets te weinig mee gezegd. De wijze waarop men bij de traditionele „Tiger Rag" het enthousiasme van het publiek glad en efficiënt opving was wel leuk, maar tevens kenmerkend voor de bex-oepssfeer van deze band, waarin he laas maar al te dikwijls de kenmerkende eigenschappen van de jazz, spontaneïteit, originaliteit en improvisatie, worden ge- smoord. Voorafgaand aan het optreden van de The Dutch Swing College band, speelde het huisorkest van de jazz-club „The Mid- getown Jazzband" met hoopgevende pres taties van trombonist-leider Hans Her- waarth, ti-ompettist Frank Middelburg en klarinettist Ruud Ditmarsch, onder meer het bekende „Sorry". Jam-sessions en het, tijdens de uitvoe ringen bijzonder hinderlijke, gepraat van het publiek vulden de tijd die tussen het optreden van beide genoemde bands lag. meer werken van Kraus en Iiaydn op het programma. Na een repetitie-periode van twaalf dagen in Bergen, zal het N.S.O. dit jaar tien concerten geven in de belang rijkste steden, benevens twee concerten in het buitenland; in Haarlem treedt het N.S.O op 6 januari op. Nederlandse architectuur. Voor een tournee door Oostenrijk is de foto-exposi tie van hedendaagse Nederlandse architec tuur gerevideerd en aangevuld. De collec tie zal van 20 januari tot 12 februari wor den getoond in het Osterreichische Bau- zentrum in het paleis Liechtenstein in Wenen, onder de titel „Holland Heute Architektur in den Niederlanden". Na Wenen zal de collectie nog in Graz en in Innsbruck worden geëxposeerd. De tentoonstelling is verzorgd door de Rijksvoorlichtingsdienst naar ontwerp van architect W. van Gelderen te Heemstede. In 1953 werd voor het eerst de collectie foto's van de beste scheppingen van de hedendaagse Nederlandse bouwkunst na 1945 samengesteld Deze collectie is in 1953 'n Londen en drie andere plaatsen in En geland getoond.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1960 | | pagina 7